Door: Keith
Datum: 14-06-2019 | Cijfer: 9.7 | Gelezen: 14464
Lengte: Lang | Leestijd: 19 minuten | Lezers Online: 1
Lengte: Lang | Leestijd: 19 minuten | Lezers Online: 1
Vervolg op: Mini - 68
Zodra Rudi ons zag sprintte ze bij haar baas vandoor, rechtstreeks naar Clara. Ze sprong tegen Clara op en begon haar enthousiast over haar gezicht te likken. “Je hebt concurrentie, broertje”, zei Rob lachend. “Nou, dan voelt Claar ook eens hoe het is om besprongen te worden”, zei Ton. “Altijd ben ik het die besprongen wordt…” Een smalende blik van Rob was de reactie.
Herr und Frau Schmitt waren ondertussen aan het handjes schudden. Herr Schmitt was duidelijk onder de indruk van de dames en bedolf hen onder complimenten. De fles Beerenburg kwam tevoorschijn en al gauw zaten we geanimeerd te praten over de omgeving en de bezienswaardigheden. Ook Joline deed goed mee en kletste ondanks haar aversie tegen de Duitse taal een aardig mondje mee.
Herr Schmitt attendeerde ons op een klooster niet ver van de camping met een bijzonder mooie kloostertuin en een schitterende kerk. Op mijn vraag of er ook een mooi orgel in stond, knikte hij. Ja, dat orgel was beroemd; er ging ging zelfs een verhaal dat de beroemde Johann Sebastian Bach tijdens een van zijn reizen speciaal een omweg had gemaakt om op dit orgel te spelen. Gelukkig was het klooster in de oorlog gespaard gebleven. Elke zondag werd het orgel na de Heilige Mis bespeeld. Op deze orgelrecitals kwamen altijd veel mensen af. Ik besloot om de volgende ochtend een wandeling richting klooster te gaan maken. Na de tweede borrel nam het echtpaar afscheid. Ze bedankten ons voor de gastvrijheid en namen met veel “Tschüss!” en “Auf wiedersehen” afscheid. Rudi had er wat moeite mee, maar sjokte uiteindelijk braaf achter de baas aan.
Joline keek me aan. “Wil jij morgenochtend inderdaad naar dat orgel luisteren, Kees?” Ik knikte. “Vind je het erg als ik me dan nog een keertje omdraai en onze slaapzakken in m’n uppie warm probeer te houden?” Ik schudde m’n hoofd. “Nee hoor schat, blijf jij maar lekker liggen.” Melissa keek me aan. “Mag ik jou dan gezelschap houden, Kees? Als dat zo’n bijzonder orgel is…” Carla viel in. “Mag ik ook mee?” “Is prima! Leuk! Dan mag de familie Boogers blijven liggen, als ze dat willen.” “Prima plan”, bromde Rob en Ton knikte ook. “Iemand moet toch de wacht houden over ons kleine zussie in haar tentje?”
Melissa keek spottend naar beide heren. “Jaja, de wacht houden over je zussie… vanuiit jullie warme slaapzakken zeker. Goh, wat zijn we waaks!” “Tja…” zei Ton “we kunnen natuurlijk ook bij Joline in jullie slaapzakken kruipen, Kees, maar…”
“Echt niet broeder Antonius. Ben je helemaal belazerd. Met jullie in één tentje is nog tot daar aan toe, maar in één slaapzak? Jullie zouden helemaal van de leg raken door mijn pikante lingerie. Kan ik mijn vriendinnen hier niet aandoen…”
“Jij weet niet wat voor pikante lingerie mijn liefje allemaal heeft. Misschien vind ik jouw pikante lingerie wel redelijk saai, vergeleken met wat Mel ’s avonds in Berg en Dal aan heeft…” Rob keek uitdagend. Melissa keek hem onderzoekend aan. “Stuur jij er nu op aan dat wij een lingerie-contest gaan houden, Robbie Boogers? Forget it. Mijn lingerie is voor mij en vooruit, ook een beetje voor jou. Verder gaat de inhoud van mijn lingerielades niemand ene mallemoer aan, begrepen?”
“En dat geldt ook voor mij, behalve dat degene die mij mag bekijken in wufte lingerie Ton heet!” vulde Clara aan. “Idem hier", zei Joline, "en lees voor ‘Rob’ of ‘Ton’ in mijn geval maar Kees. Het idee zeg…” Ze stak haar neus in de lucht en zei, zoals zo vaak in dit soort discussies: “Ik ben een net meisje!”
Na nog wat plagerijen over en weer besloten we om elf uur naar bed te gaan. Het werd buiten toch wat fris en met z’n zessen enigszins comfortabel in de camper zitten was wat krapjes. We gingen nog even wassen en tandenpoetsen en doken toen de tent in, nadat ik met Clara en Melissa had afgesproken om negen uur te gaan lopen. De mis begon om negen uur, het concert daarna.
Joline kroop in de tent nog even lekker tegen me aan. “Vind je het niet erg dat ik niet meega?” “Schat, ik weet dat jij van andere muziek houdt. Ik wil je mijn muzieksmaak niet opdringen.” Ze kuste me zachtjes. “Lief van je. Weet je, ik kan orgelmuziek best wel waarderen, maar…” Ze zweeg en ik vulde aan: “alleen in de auto, op weg naar Ter Aar zeker.” Ze giechelde. “Ja, dan ook. Met uitzicht op een knappe vent acht het stuur. Nee, soms is het me een beetje te veel.”
“Da’s goed hoor. Melissa en Clara houden ook van orgel. De enige reden dat ze viool spelen is dat zo’n kerkorgel zo verrekte zwaar en onhandig is om mee te zeulen. En nu gaan we lekker gestrekt, dame. Die borrels hakten best wel aardig in bij mij. Ik ben een beetje uit training, denk ik.”
Ze snoof. “Hou dat vooral zo. Ik heb geen behoefte aan een vent die opschept dat hij iedereen onder tafel kan zuipen.” Ondertussen hadden we onszelf uitgekleed. “Kan ik mijn panty aanhouden zonder dat je mij vannacht bespringt?” Ik gniffelde. “Ik heet Kees. Geen Rudi.” Joline snoof afkeurend. “En ik heet geen Clara.” “Mooi schat, dan zijn we het daarover eens. En nu gaan we lekker slapen; morgen is het weer vroeg dag.”
Ik deed het lampje uit en hoorde Joline nog lachen. “Wat valt er te lachen, mevrouw Boogers?” “Dat het morgen voor jou vroeg dag is, heb je aan jezelf te wijten, Kees… Welterusten, schat.” Ze gaf me een zoen en we gingen liggen.
“Hé, ik heb kouwe jatten…” Ik gleed met mijn handen tussen Joline’s warme benen en ze gilde. “Hou je poten thuis!” Uit de camper hoorden we commentaar. “Kees Jonkman, als jij de maagdelijkheid van mijn lieve zusje…”
Joline onderbrak Ton meteen. “Te laat!!!” Een grinnik was het antwoord, gevolgd door: “Handjes boven de slaapzak, Kees!” Ik zuchtte diep. “Hebben we een keer geen last van die irritante klote-beer van je, gaat een van je broers zich ermee bemoeien hoe ik slaap…” Joline riep zachtjes: “Dank je wel, Ton, voor je bezorgdheid!”
We hoorden Clara zeggen: “En wie waakt er over mijn maagdelijkheid? Nou??” Meteen gevolgd door Melissa: “Te laat!!!” Daarna was het stil…
De volgende morgen begon mijn telefoonwekker om acht uur kabaal te maken. Ik zette het ding uit, kroop voorzichtig uit de slaapzak en liep naar het toiletgebouw. Plassen, even kort douchen en scheren. Toen terug naar de tent, aankleden. Voor de gelegenheid maar weer de nette broek, overhemd en stropdas aan en om. Héél voorzichtig sloop ik de camper in, juist op tijd om Melissa in haar jurkje te zien glijden en Clara haar schoenen te zien aandoen. “Morgen, zussies…” zei ik zachtjes. “Ik pak even een paar boterhammen en een fles jus voor het ontbijt. Eten we buiten wel op, dan hebben de anderen geen last van ons.”
“Goh… Kees in een sociale bui. Da’s zeldzaam…” hoorden we Rob brommen. Ik keek Mel aan. “Hoorde jij ook een lama boeren?” Ze schudde haar hoofd en wenkte me naar buiten. “Niet plagen nu. Rob z’n humeur is ’s ochtends recht evenredig met de hoeveelheid koffie.”
"Hmmm… goed dat ik het weet.” “Hoe ver is het lopen?” Ik keek even op mijn telefoon. “Vier kilometer. Drie kwartier dus.” “Oké, dat halen we wel op deze schoenen.” Ik keek naar hun schoeisel. Platte schoenen met een stevige zool. Geen naaldhakken.
“Kom, zusters Melissa en Clara, ter kerke!” Claar lachte. “Alsof ik een non ben… Ja pater.” Dichter bij het dorp verwachtte ik meer mensen die richting klooster gingen, maar dat viel nogal tegen. Een stuk of vijftig mensen verzamelden zich voor de kerk, aan wie de katholieke viering blijkbaar ook niet besteed was.
Om kwart voor tien was de mis ten einde. De deuren gingen open, een paar mensen kwamen uit de kerk, maar blijkbaar bleef het grootste deel van de parochie zitten. De organist zette in met een schitterend uitgevoerd werk van Buxtehude. Terwijl hij speelde, schoven wij in een bank. En we waren niet de enigen.
De akoestiek van de kerk was fenominaal en wij genoten. Na het stuk van Buxterhude was het even stil. En toen schoot ik recht overeind, net als de zussen.
De “Trumpet Voluntary” van Stanley klonk. Orgel met bugel. Speelden wij thuis vaak. Ik keek om. Naast de organist stond een wat oudere man de bugel te bespelen. Ik kon bijna niet stil zitten; Meissa zag het legde haar hand op mijn schouder. Toen het ten einde was, had ik de neiging om keihard te gaan applaudisseren, maar niemand deed dat; het bleef sereen stil in de kerk.
Ik zag dat de bugel werd verwisseld voor een trompet en de klanken van “The arrival of the Queen of Sheba” van Händel schalden door de kerk, gevolg door een orgelsolo: Suite op de G-snaar van Bach, zeer gevoelig gespeeld door de organist.
Het stuk “Gabriella’s song” uit de film “As in heaven” klonk daarna, waarbij de solo (in het Engels) werd gezongen door een jonge vrouw. Wij waren bijzonder onder de indruk: Melissa had tranen in haar ogen en dus was het mijn beurt om een arm op haar schouder te leggen. Daarna klonk vanaf de orgelbank: “Wir wünschen Ihnen einen gesegneten Sonntag!“ waarmee het kleine concert wird afgesloten. Daarna klonk er applaus.
We liepen de kerk uit, Melissa al snikkend. In het portaal van de kerk kwamen net de organist, de trompettist en de zangeres naar beneden. Melissa liep met tranen in haar ogen naar de zangeres toe. “Vielen Dank für Ihre Interpretation von dieses schönes Lied. Es brachte mich zum Weinen“ Die wist even niet wat ze ermee aan moest en keek naar de organist. Die keek ons even aan en zei kort: “Kommen Sie mal mit.“ Hij liep voor ons uit, de kerk door naar een klein zaaltje. Daar stond een thermoskan met koffie en een kan met water.
Melissa knapte zich een beetje op en we raakten aan de praat. Toen we vertelden dat we thuis ook samen musiceerden, leefden ze op. De organist wilde weten welke instrumenten we bespeelden en toen ik vertelde dat ik bugel speelde begon de bugelist te vragen wat we dan allemaal speelden. De Trumpet Tune van Purchell kwam ter sprake. Hij keek naar de organist. “Machen wir das?“ Die knikte. Even later stond ik met de bugel in handen naast het orgel, de muziek voor me te zweten. Een bugel van iemand anders, in een kerk, voor uiterst kritisch publiek en een organist die ik niet kende…
Hij speelde een paar maten om het tempo te bepalen en ik knikte dat ik dat wel kon volgen. Ik maakte mijn lippen vochtig en zette in. Het geluid verraste me: de ruimte werd gevuld met een veel warmere klank dan van m’n eigen bugeltje. De akoestiek in de kerk was ook héél anders dan in de muziekkamer in Amersfoort of in de ruimtes van de muziekschool: ik moest langzamer spelen, kon daardoor veel meer aandacht geven aan de afwerking.
Vanuit een ooghoek zag ik de meiden weglopen om even later onder in de kerk weer op tevoorschijn te komen. Ze filmden. Leuk aandenken voor thuis.
Na de Trumpet Tune pakte de organist de muziek van “You raise me up“. “Kennen Sie das?“ Ik knikte. Hij drukte wat registers weg, zodat het orgel zachter speelde. Ik speelde de melodielijn, hij de begeleiding. Indrukwekkend.
Als laatste speelden we (“Musik ist International!“) de prelude van het Te Deum van Marc-Antoine Charpentier, bekender als de Eurovisiemars. Het eerste deel kent vrijwel iedereen, maar er zit een tweede, ingetogener deel achter. Dat laat men bij Eurovisie-uitzendingen nooit horen, wat eeuwig zonde is.
Toen de laatste tonen wegstieven, klonk er van beneden weer applaus. Mel, Claar, de zangeres en nog een paar mensen die waren blijven hangen stonden te klappen. Ik gaf de bugel terug aan de rechtmatige eigenaar. “Ein schönes Instrument! Danke sehr!“ “Sie haben sehr gut gespield.“ Een handdruk volgde, ook aan de organist en we gingen omlaag.
Op de terugweg zeiden we weinig, te vol van indrukken. Vlak voor de camping vroeg ik aan Melissa: “Waarom schoot jij nou zo vol bij die filmmuziek?“ Ze keek me aan en ik zag dat ze het wéér te kwaad kreeg. Clara en ik leidden haar in de berm van het pad. Daar gingen we even zitten. “Weten jullie waar die film over gaat? Een van de verhaallijnen is dat die soliste een klootzak van een vent heeft die haar geen eigen leven gunt. Ze is zijn eigendom. Met dat lied maakt ze zich, na een lange tijd, vrij.
Een van onze vriendinnen heeft ook zo’n ’vriend‘. Klootzak. Maar ze wil hem altijd nog een kans geven, en dat weet hij. En daar maakt hij grof misbruik van. Zij heeft geen leven; ze studeert maar moet ook werken omdat meneer te beroerd is om maar een poot te verzetten…
Wij wilden haar meenemen naar die film, maar dat mocht niet van meneer. Blijkbaar kende hij iets van de inhoud. En sinds dat wij haar kennen, nu ongeveer een jaar, is ze tien kilo kwijtgeraakt aan gewicht. Van de zorgen, de stress, het harde werken, noem maar op. Toen zij dat lied zong, had ik háár gezicht voor ogen…“
Mel snikte het weer uit en Clara kreeg ook rooie ogen. “En ze trapt verdomme steeds wéér in z’n mooie praatjes… Op de universiteit ontloopt ze ons stelselmatig; ze mag van die lul niet meer met ons omgaan. En hij controleert haar…“ Ik droogde Melissa’s tranen. Niet dat 't veel hielp; ze bleef snotteren en mijn zakdoek was al doorweekt.
“Kom meiden, naar de camping. Krijgsraad. Als het zo’n goeie vriendin van jullie is, kunnen we proberen haar uit de shit te halen… Daar heb ik de laatste tijd wat ervaring mee gekregen.“
Bij de camper stonden bordjes en kopjes voor de lunch al klaar. We vertelden het verhaal. Rob keek somber.“Da’s niet zo makkelijk… Als ze zelf niet wil en die vent van haar is zo’n controlfreak...“ Melissa keek kwaad. “Verdorie, ze gaat er aan onderdoor! Kunnen we dan helemaal niks doen?“
Joline kreeg een helder idee. Ze keek me aan. “Angelique! Misschien weet die wel iets…“ Ik knikte. “Da’s een goeie. Er zal vast wel jurisprudentie over zijn. Kunnen we haar voorleggen als we haar te eten vragen. Moeten we deze week sowieso doen.“ We vertelden wie Angelique was en spraken af dat we haar om raad zouden vragen.
“Eén vraag nog, meiden: Wordt jullie vriendin mishandeld?“ Melissa aarzelde.“Ze is de laatste maanden, na de vakantie, wel eens met blauwe plekken of moeilijk lopend op college gekomen.‘stoeipartijtje‘, zei ze dan, of ‘tijdens sporten gebeurd‘. Ik geloof het niet, maar ja…“ Joline knikte. “Oké, dat nemen we mee.“
Ton hoorde het aan en zei bedachtzaam:“Lui, ik word pislink als ik zulke verhalen hoor. Als ik iets kan doen…“ Clara kroop tegen hem aan. “Je bent soms best wel een goeie vent, Ton“, en gaf hem een lange zoen. Ik schoot in de lach. “Dat lijkt op een compliment wat ik ooit van een vrouwelijke studiegenoot kreeg.‘Je bent best wel een toffe peer, Kees.‘ Maar de zoen ontbrak helaas.“
Joline keek me schuin aan. “En dat is maar goed ook, meneer Jonkman. Anders was je waarschijnlijk onmiddellijk voor de bijl gegaan met je maagdelijke voorkomen.“ Ik schudde mijn hoofd. “Nee schatje. Betrokken jongedame was, ondanks dat ook zij best wel een toffe meid was, niet mijn type. Standaardkleding: spijkerbroek, T-shirt, gympies. Tijdens feesten en partijen: Iets nieuwere spijkerbroek, schoon T-shirt en nog steeds gympies. Ik verdenk haar ervan dat haar lingerielades in ieder geval in die tijd nogal leeg waren. Kortom: niet geheel mijn type.“ Een sceptische brom was mijn beloning.
Na de lunch braken Joline en ik ons tentje af en begonnen we camper gereed te maken voor de terugreis. Ton mocht weer rijden; Rob wilde Melissa en beetje in de gaten houden en ik zat met m’n kop alweer bijna in de scheepsbusiness.
In Malden aangekomen maakten we de camper leeg en ondanks protesten van Tony maakten we hem ook helemaal schoon. Daarna was het tijd voor een gezellige broodmaaltijd om het weekend af te sluiten. We besloten unaniem dat we dit vaker wilden doen.
Tony en Rob gierden van het lachen om onze modderfoto’s, maar waren blij met de groepsfoto’s in ietwat beschaafder kledij. En de filmpjes van Clara en Melissa van mijn kleine optreden in de kloosterkerk werden ook met aandacht bekeken.
Joline keek trots. “Eén van de verborgen talenten van mijn vriendje…“ Rob zei droog: “Hij schijnt er nog meer te hebben, maar daar wilde mevrouw niet over uitwijden. Had iets te maken met pikante lingerie of zo…“ Joline kreeg een rood hoofd. “Pestkop! Mel, neem die vent van je mee naar Berg en Dal!“ Rond zeven uur namen we afscheid van elkaar.
Het was een heerlijk weekend geweest…
Herr und Frau Schmitt waren ondertussen aan het handjes schudden. Herr Schmitt was duidelijk onder de indruk van de dames en bedolf hen onder complimenten. De fles Beerenburg kwam tevoorschijn en al gauw zaten we geanimeerd te praten over de omgeving en de bezienswaardigheden. Ook Joline deed goed mee en kletste ondanks haar aversie tegen de Duitse taal een aardig mondje mee.
Herr Schmitt attendeerde ons op een klooster niet ver van de camping met een bijzonder mooie kloostertuin en een schitterende kerk. Op mijn vraag of er ook een mooi orgel in stond, knikte hij. Ja, dat orgel was beroemd; er ging ging zelfs een verhaal dat de beroemde Johann Sebastian Bach tijdens een van zijn reizen speciaal een omweg had gemaakt om op dit orgel te spelen. Gelukkig was het klooster in de oorlog gespaard gebleven. Elke zondag werd het orgel na de Heilige Mis bespeeld. Op deze orgelrecitals kwamen altijd veel mensen af. Ik besloot om de volgende ochtend een wandeling richting klooster te gaan maken. Na de tweede borrel nam het echtpaar afscheid. Ze bedankten ons voor de gastvrijheid en namen met veel “Tschüss!” en “Auf wiedersehen” afscheid. Rudi had er wat moeite mee, maar sjokte uiteindelijk braaf achter de baas aan.
Joline keek me aan. “Wil jij morgenochtend inderdaad naar dat orgel luisteren, Kees?” Ik knikte. “Vind je het erg als ik me dan nog een keertje omdraai en onze slaapzakken in m’n uppie warm probeer te houden?” Ik schudde m’n hoofd. “Nee hoor schat, blijf jij maar lekker liggen.” Melissa keek me aan. “Mag ik jou dan gezelschap houden, Kees? Als dat zo’n bijzonder orgel is…” Carla viel in. “Mag ik ook mee?” “Is prima! Leuk! Dan mag de familie Boogers blijven liggen, als ze dat willen.” “Prima plan”, bromde Rob en Ton knikte ook. “Iemand moet toch de wacht houden over ons kleine zussie in haar tentje?”
Melissa keek spottend naar beide heren. “Jaja, de wacht houden over je zussie… vanuiit jullie warme slaapzakken zeker. Goh, wat zijn we waaks!” “Tja…” zei Ton “we kunnen natuurlijk ook bij Joline in jullie slaapzakken kruipen, Kees, maar…”
“Echt niet broeder Antonius. Ben je helemaal belazerd. Met jullie in één tentje is nog tot daar aan toe, maar in één slaapzak? Jullie zouden helemaal van de leg raken door mijn pikante lingerie. Kan ik mijn vriendinnen hier niet aandoen…”
“Jij weet niet wat voor pikante lingerie mijn liefje allemaal heeft. Misschien vind ik jouw pikante lingerie wel redelijk saai, vergeleken met wat Mel ’s avonds in Berg en Dal aan heeft…” Rob keek uitdagend. Melissa keek hem onderzoekend aan. “Stuur jij er nu op aan dat wij een lingerie-contest gaan houden, Robbie Boogers? Forget it. Mijn lingerie is voor mij en vooruit, ook een beetje voor jou. Verder gaat de inhoud van mijn lingerielades niemand ene mallemoer aan, begrepen?”
“En dat geldt ook voor mij, behalve dat degene die mij mag bekijken in wufte lingerie Ton heet!” vulde Clara aan. “Idem hier", zei Joline, "en lees voor ‘Rob’ of ‘Ton’ in mijn geval maar Kees. Het idee zeg…” Ze stak haar neus in de lucht en zei, zoals zo vaak in dit soort discussies: “Ik ben een net meisje!”
Na nog wat plagerijen over en weer besloten we om elf uur naar bed te gaan. Het werd buiten toch wat fris en met z’n zessen enigszins comfortabel in de camper zitten was wat krapjes. We gingen nog even wassen en tandenpoetsen en doken toen de tent in, nadat ik met Clara en Melissa had afgesproken om negen uur te gaan lopen. De mis begon om negen uur, het concert daarna.
Joline kroop in de tent nog even lekker tegen me aan. “Vind je het niet erg dat ik niet meega?” “Schat, ik weet dat jij van andere muziek houdt. Ik wil je mijn muzieksmaak niet opdringen.” Ze kuste me zachtjes. “Lief van je. Weet je, ik kan orgelmuziek best wel waarderen, maar…” Ze zweeg en ik vulde aan: “alleen in de auto, op weg naar Ter Aar zeker.” Ze giechelde. “Ja, dan ook. Met uitzicht op een knappe vent acht het stuur. Nee, soms is het me een beetje te veel.”
“Da’s goed hoor. Melissa en Clara houden ook van orgel. De enige reden dat ze viool spelen is dat zo’n kerkorgel zo verrekte zwaar en onhandig is om mee te zeulen. En nu gaan we lekker gestrekt, dame. Die borrels hakten best wel aardig in bij mij. Ik ben een beetje uit training, denk ik.”
Ze snoof. “Hou dat vooral zo. Ik heb geen behoefte aan een vent die opschept dat hij iedereen onder tafel kan zuipen.” Ondertussen hadden we onszelf uitgekleed. “Kan ik mijn panty aanhouden zonder dat je mij vannacht bespringt?” Ik gniffelde. “Ik heet Kees. Geen Rudi.” Joline snoof afkeurend. “En ik heet geen Clara.” “Mooi schat, dan zijn we het daarover eens. En nu gaan we lekker slapen; morgen is het weer vroeg dag.”
Ik deed het lampje uit en hoorde Joline nog lachen. “Wat valt er te lachen, mevrouw Boogers?” “Dat het morgen voor jou vroeg dag is, heb je aan jezelf te wijten, Kees… Welterusten, schat.” Ze gaf me een zoen en we gingen liggen.
“Hé, ik heb kouwe jatten…” Ik gleed met mijn handen tussen Joline’s warme benen en ze gilde. “Hou je poten thuis!” Uit de camper hoorden we commentaar. “Kees Jonkman, als jij de maagdelijkheid van mijn lieve zusje…”
Joline onderbrak Ton meteen. “Te laat!!!” Een grinnik was het antwoord, gevolgd door: “Handjes boven de slaapzak, Kees!” Ik zuchtte diep. “Hebben we een keer geen last van die irritante klote-beer van je, gaat een van je broers zich ermee bemoeien hoe ik slaap…” Joline riep zachtjes: “Dank je wel, Ton, voor je bezorgdheid!”
We hoorden Clara zeggen: “En wie waakt er over mijn maagdelijkheid? Nou??” Meteen gevolgd door Melissa: “Te laat!!!” Daarna was het stil…
De volgende morgen begon mijn telefoonwekker om acht uur kabaal te maken. Ik zette het ding uit, kroop voorzichtig uit de slaapzak en liep naar het toiletgebouw. Plassen, even kort douchen en scheren. Toen terug naar de tent, aankleden. Voor de gelegenheid maar weer de nette broek, overhemd en stropdas aan en om. Héél voorzichtig sloop ik de camper in, juist op tijd om Melissa in haar jurkje te zien glijden en Clara haar schoenen te zien aandoen. “Morgen, zussies…” zei ik zachtjes. “Ik pak even een paar boterhammen en een fles jus voor het ontbijt. Eten we buiten wel op, dan hebben de anderen geen last van ons.”
“Goh… Kees in een sociale bui. Da’s zeldzaam…” hoorden we Rob brommen. Ik keek Mel aan. “Hoorde jij ook een lama boeren?” Ze schudde haar hoofd en wenkte me naar buiten. “Niet plagen nu. Rob z’n humeur is ’s ochtends recht evenredig met de hoeveelheid koffie.”
"Hmmm… goed dat ik het weet.” “Hoe ver is het lopen?” Ik keek even op mijn telefoon. “Vier kilometer. Drie kwartier dus.” “Oké, dat halen we wel op deze schoenen.” Ik keek naar hun schoeisel. Platte schoenen met een stevige zool. Geen naaldhakken.
“Kom, zusters Melissa en Clara, ter kerke!” Claar lachte. “Alsof ik een non ben… Ja pater.” Dichter bij het dorp verwachtte ik meer mensen die richting klooster gingen, maar dat viel nogal tegen. Een stuk of vijftig mensen verzamelden zich voor de kerk, aan wie de katholieke viering blijkbaar ook niet besteed was.
Om kwart voor tien was de mis ten einde. De deuren gingen open, een paar mensen kwamen uit de kerk, maar blijkbaar bleef het grootste deel van de parochie zitten. De organist zette in met een schitterend uitgevoerd werk van Buxtehude. Terwijl hij speelde, schoven wij in een bank. En we waren niet de enigen.
De akoestiek van de kerk was fenominaal en wij genoten. Na het stuk van Buxterhude was het even stil. En toen schoot ik recht overeind, net als de zussen.
De “Trumpet Voluntary” van Stanley klonk. Orgel met bugel. Speelden wij thuis vaak. Ik keek om. Naast de organist stond een wat oudere man de bugel te bespelen. Ik kon bijna niet stil zitten; Meissa zag het legde haar hand op mijn schouder. Toen het ten einde was, had ik de neiging om keihard te gaan applaudisseren, maar niemand deed dat; het bleef sereen stil in de kerk.
Ik zag dat de bugel werd verwisseld voor een trompet en de klanken van “The arrival of the Queen of Sheba” van Händel schalden door de kerk, gevolg door een orgelsolo: Suite op de G-snaar van Bach, zeer gevoelig gespeeld door de organist.
Het stuk “Gabriella’s song” uit de film “As in heaven” klonk daarna, waarbij de solo (in het Engels) werd gezongen door een jonge vrouw. Wij waren bijzonder onder de indruk: Melissa had tranen in haar ogen en dus was het mijn beurt om een arm op haar schouder te leggen. Daarna klonk vanaf de orgelbank: “Wir wünschen Ihnen einen gesegneten Sonntag!“ waarmee het kleine concert wird afgesloten. Daarna klonk er applaus.
We liepen de kerk uit, Melissa al snikkend. In het portaal van de kerk kwamen net de organist, de trompettist en de zangeres naar beneden. Melissa liep met tranen in haar ogen naar de zangeres toe. “Vielen Dank für Ihre Interpretation von dieses schönes Lied. Es brachte mich zum Weinen“ Die wist even niet wat ze ermee aan moest en keek naar de organist. Die keek ons even aan en zei kort: “Kommen Sie mal mit.“ Hij liep voor ons uit, de kerk door naar een klein zaaltje. Daar stond een thermoskan met koffie en een kan met water.
Melissa knapte zich een beetje op en we raakten aan de praat. Toen we vertelden dat we thuis ook samen musiceerden, leefden ze op. De organist wilde weten welke instrumenten we bespeelden en toen ik vertelde dat ik bugel speelde begon de bugelist te vragen wat we dan allemaal speelden. De Trumpet Tune van Purchell kwam ter sprake. Hij keek naar de organist. “Machen wir das?“ Die knikte. Even later stond ik met de bugel in handen naast het orgel, de muziek voor me te zweten. Een bugel van iemand anders, in een kerk, voor uiterst kritisch publiek en een organist die ik niet kende…
Hij speelde een paar maten om het tempo te bepalen en ik knikte dat ik dat wel kon volgen. Ik maakte mijn lippen vochtig en zette in. Het geluid verraste me: de ruimte werd gevuld met een veel warmere klank dan van m’n eigen bugeltje. De akoestiek in de kerk was ook héél anders dan in de muziekkamer in Amersfoort of in de ruimtes van de muziekschool: ik moest langzamer spelen, kon daardoor veel meer aandacht geven aan de afwerking.
Vanuit een ooghoek zag ik de meiden weglopen om even later onder in de kerk weer op tevoorschijn te komen. Ze filmden. Leuk aandenken voor thuis.
Na de Trumpet Tune pakte de organist de muziek van “You raise me up“. “Kennen Sie das?“ Ik knikte. Hij drukte wat registers weg, zodat het orgel zachter speelde. Ik speelde de melodielijn, hij de begeleiding. Indrukwekkend.
Als laatste speelden we (“Musik ist International!“) de prelude van het Te Deum van Marc-Antoine Charpentier, bekender als de Eurovisiemars. Het eerste deel kent vrijwel iedereen, maar er zit een tweede, ingetogener deel achter. Dat laat men bij Eurovisie-uitzendingen nooit horen, wat eeuwig zonde is.
Toen de laatste tonen wegstieven, klonk er van beneden weer applaus. Mel, Claar, de zangeres en nog een paar mensen die waren blijven hangen stonden te klappen. Ik gaf de bugel terug aan de rechtmatige eigenaar. “Ein schönes Instrument! Danke sehr!“ “Sie haben sehr gut gespield.“ Een handdruk volgde, ook aan de organist en we gingen omlaag.
Op de terugweg zeiden we weinig, te vol van indrukken. Vlak voor de camping vroeg ik aan Melissa: “Waarom schoot jij nou zo vol bij die filmmuziek?“ Ze keek me aan en ik zag dat ze het wéér te kwaad kreeg. Clara en ik leidden haar in de berm van het pad. Daar gingen we even zitten. “Weten jullie waar die film over gaat? Een van de verhaallijnen is dat die soliste een klootzak van een vent heeft die haar geen eigen leven gunt. Ze is zijn eigendom. Met dat lied maakt ze zich, na een lange tijd, vrij.
Een van onze vriendinnen heeft ook zo’n ’vriend‘. Klootzak. Maar ze wil hem altijd nog een kans geven, en dat weet hij. En daar maakt hij grof misbruik van. Zij heeft geen leven; ze studeert maar moet ook werken omdat meneer te beroerd is om maar een poot te verzetten…
Wij wilden haar meenemen naar die film, maar dat mocht niet van meneer. Blijkbaar kende hij iets van de inhoud. En sinds dat wij haar kennen, nu ongeveer een jaar, is ze tien kilo kwijtgeraakt aan gewicht. Van de zorgen, de stress, het harde werken, noem maar op. Toen zij dat lied zong, had ik háár gezicht voor ogen…“
Mel snikte het weer uit en Clara kreeg ook rooie ogen. “En ze trapt verdomme steeds wéér in z’n mooie praatjes… Op de universiteit ontloopt ze ons stelselmatig; ze mag van die lul niet meer met ons omgaan. En hij controleert haar…“ Ik droogde Melissa’s tranen. Niet dat 't veel hielp; ze bleef snotteren en mijn zakdoek was al doorweekt.
“Kom meiden, naar de camping. Krijgsraad. Als het zo’n goeie vriendin van jullie is, kunnen we proberen haar uit de shit te halen… Daar heb ik de laatste tijd wat ervaring mee gekregen.“
Bij de camper stonden bordjes en kopjes voor de lunch al klaar. We vertelden het verhaal. Rob keek somber.“Da’s niet zo makkelijk… Als ze zelf niet wil en die vent van haar is zo’n controlfreak...“ Melissa keek kwaad. “Verdorie, ze gaat er aan onderdoor! Kunnen we dan helemaal niks doen?“
Joline kreeg een helder idee. Ze keek me aan. “Angelique! Misschien weet die wel iets…“ Ik knikte. “Da’s een goeie. Er zal vast wel jurisprudentie over zijn. Kunnen we haar voorleggen als we haar te eten vragen. Moeten we deze week sowieso doen.“ We vertelden wie Angelique was en spraken af dat we haar om raad zouden vragen.
“Eén vraag nog, meiden: Wordt jullie vriendin mishandeld?“ Melissa aarzelde.“Ze is de laatste maanden, na de vakantie, wel eens met blauwe plekken of moeilijk lopend op college gekomen.‘stoeipartijtje‘, zei ze dan, of ‘tijdens sporten gebeurd‘. Ik geloof het niet, maar ja…“ Joline knikte. “Oké, dat nemen we mee.“
Ton hoorde het aan en zei bedachtzaam:“Lui, ik word pislink als ik zulke verhalen hoor. Als ik iets kan doen…“ Clara kroop tegen hem aan. “Je bent soms best wel een goeie vent, Ton“, en gaf hem een lange zoen. Ik schoot in de lach. “Dat lijkt op een compliment wat ik ooit van een vrouwelijke studiegenoot kreeg.‘Je bent best wel een toffe peer, Kees.‘ Maar de zoen ontbrak helaas.“
Joline keek me schuin aan. “En dat is maar goed ook, meneer Jonkman. Anders was je waarschijnlijk onmiddellijk voor de bijl gegaan met je maagdelijke voorkomen.“ Ik schudde mijn hoofd. “Nee schatje. Betrokken jongedame was, ondanks dat ook zij best wel een toffe meid was, niet mijn type. Standaardkleding: spijkerbroek, T-shirt, gympies. Tijdens feesten en partijen: Iets nieuwere spijkerbroek, schoon T-shirt en nog steeds gympies. Ik verdenk haar ervan dat haar lingerielades in ieder geval in die tijd nogal leeg waren. Kortom: niet geheel mijn type.“ Een sceptische brom was mijn beloning.
Na de lunch braken Joline en ik ons tentje af en begonnen we camper gereed te maken voor de terugreis. Ton mocht weer rijden; Rob wilde Melissa en beetje in de gaten houden en ik zat met m’n kop alweer bijna in de scheepsbusiness.
In Malden aangekomen maakten we de camper leeg en ondanks protesten van Tony maakten we hem ook helemaal schoon. Daarna was het tijd voor een gezellige broodmaaltijd om het weekend af te sluiten. We besloten unaniem dat we dit vaker wilden doen.
Tony en Rob gierden van het lachen om onze modderfoto’s, maar waren blij met de groepsfoto’s in ietwat beschaafder kledij. En de filmpjes van Clara en Melissa van mijn kleine optreden in de kloosterkerk werden ook met aandacht bekeken.
Joline keek trots. “Eén van de verborgen talenten van mijn vriendje…“ Rob zei droog: “Hij schijnt er nog meer te hebben, maar daar wilde mevrouw niet over uitwijden. Had iets te maken met pikante lingerie of zo…“ Joline kreeg een rood hoofd. “Pestkop! Mel, neem die vent van je mee naar Berg en Dal!“ Rond zeven uur namen we afscheid van elkaar.
Het was een heerlijk weekend geweest…
Lees verder: Mini - 70
Er zijn nog geen trefwoorden voor dit verhaal. Welke trefwoorden passen volgens jou bij dit verhaal?
Geef dit verhaal een cijfer:
5
6
7
8
9
10