Klik hier voor meer...
Donkere Modus
Door: Keith
Datum: 05-06-2024 | Cijfer: 9.5 | Gelezen: 9288
Lengte: Zeer Lang | Lezers Online: 1
Dit is het vervolg op: Tinnitus - 3
Ik stond even diep na te denken. Nu douchen? Nee, niet slim. Áls Ilse nog zou komen, wilde ik niet in badjas de deur opendoen. Ik keek op mijn klokje; half twaalf. Tot twaalf uur wachten, daarna in bed kruipen en morgen zouden we wel zien. Als ze wél aan zou kloppen… Nou ja, dan zagen we ook wel weer. Wie weet zag Ilse mij als een soort grote broer, meer niet. Dat zou bijzonder jammer zijn, want tijdens onze gesprekjes was ze een beetje opgebloeid. Niet meer dat oh, zo verlegen meisje van de kennismaking geweest.

Verdorie, waarom moet het altijd zo moeilijk zijn in het intermenselijk contact? Waarom konden mensen niet gewoon tegen elkaar zeggen: ‘Hé, ik vind jou wel heel leuk… Zullen we er sámen iets van maken?’ Ik schudde mijn hoofd. En vervolgens meteen het bed in te duiken, zeker… We zijn geen apen, Gijs. Nou ja, eerst meer een halfuurtje wachten. Stephen King zou daarbij kunnen helpen.

Ik trok m’n jasje uit, deed m’n stropdas af en plofte in een stoel. Glas water bij de hand en lezen. Na tien minuten hoorde ik drie bescheiden klopjes op de deur. Ik vloog overeind en deed de deur open. En daar stond Ilse. Alleen. “Hoi Gijs…” Ze was zo te zien terug bij af: ‘het verlegen meisje’; ik verstond haar bijna niet. “Mag ik even binnen komen?” Ik knikte en deed twee stappen naar achteren.

Ilse kwam binnen, deed de deur achter zich dicht en leunde er tegenaan. Ze keek een paar eindeloze seconden naar de grond, ademde zichtbaar in en keek me toen recht aan. “Wat bedoelde je met je laatste woorden buiten, Gijs?” Ik stond even perplex. Ze was niét meer het verlegen meisje, maar ik keek in twee grijs-blauwe ogen die me vasthielden. Onderzoekend, scherp. Nu was het mijn beurt om te schutteren met woorden.

“Ehhh… Precies wat ik zei, Ilse. Dat degene waar ik ‘lief’ voor wilde zijn op dat moment voor me stond. En nu weer. Mona is volgens mij een schat van een vrouw, maar op jou ben ik vandaag verliefd geworden. Met je mooie ogen achter die lange, blonde wimpers.” Ik zuchtte diep. “En je wilt niet weten hoeveel moeite me het kost om dat rechtstreeks tegen je te zeggen. En als…” Ik begon te hakkelen. “… als dat niet is wat je wilt…” Ik zweeg, kon niet meer uit m’n woorden komen.

Ze glimlachte héél licht. “Ga eens zitten, Gijs.” Ik ging op een van de diepe fauteuils zitten en ze ging voor me staan. “Gijs, je hebt me vanmiddag enorm geholpen in die tank. En we hebben heerlijk kunnen kletsen aan tafel, daar heb ik van genoten. En toen ik Mona en jou zo gearmd naast elkaar zag lopen, werd ik misselijk van jaloersheid. Toen heb ik mezelf een schop gegeven en tegen mezelf gezegd: “Ilse de Wind, als je je leven lang vrijgezel wilt blijven, moet je afhaken en naar binnen gaan. Wil je dat niet, dan moet je nú actie ondernemen.’ Vandaar de vraag aan Mona of jij haar liep te pesten. En even daarna liep ik gearmd naast je. Ik was nog nooit zo gelukkig, Gijs…”

Ze bleef me aankijken en ik keek terug. Geen van ons beiden sloeg de ogen neer of keek weg. Toen vervolgde ze: “En Mona is een schat. Ze had feilloos door dat ik even geen behoefte had aan een derde paar ogen. Naast haar voel ik me piepklein…”

“Gelul, Ilse.” Ik schrok van mezelf. “Sorry. Je bent 3e jaars rechten. Zoals ik vanochtend constateerde toen je jezelf voorstelde: dat doe je niet met twee vingers in je neus. Je bent een vreselijk knappe meid, als je loskomt heb je humor, je conditie gaan we morgen wel even zien, maar ik ben bang dat je ze allemaal gaat kloppen als we gaan hardlopen, en de rest van je persoonlijkheid hoop ik deze weken nog te kunnen ontdekken… Als je me de kans daartoe geeft. Want ik wíl jou graag beter leren kennen, Ilse de Wind. Véél beter. Zou dat kunnen?”

Ik keek haar weer aan en keek naar die prachtige blonde wimpers. Een paar seconden daarna glimlachte ze. “Op één voorwaarde, Gijs. Ik wil jou ook goed leren kennen. Ik weet niet wie jou die bijnaam ‘de bulldozer’ heeft gegeven, maar toe nu toe zie ik daar nul komma nul aanleiding toe.” Haar glimlach werd nu ondeugend. “Maar wie weet kom ik er achter als we zoenen… Mag ik even op je schoot zitten?”

Ik ademde diep in. “Nee. Niet ‘even’, Ilse.” “Dan maar wat langer… Maar ik weet niet of ik drie en een half uur volhou, net als in de tank.” Ze giechelde nu en ging langzaam op mijn schoot zitten, sloeg een arm om m’n nek. “Ik wil je zoenen, Gijs. Mag dat?” Ik zei niets, veel te bang om de magie van het moment te verbreken. Haar lippen raakten de mijne: zacht, warm en héél subtiel bewegend. En ik probeerde net zo subtiel te zijn. Ze leunde nu helemaal tegen me aan, verbrak de kus en legde haar hoofd in mijn nek. Ik genoot van de geur van haar haren en streelde zachtjes over haar rug.

“Je bent lief…” hoorde ik zachtjes in mijn oor. “Zo wil ik de hele nacht wel blijven zitten…” Weer volgde een giechel. “Kunnen we geen aparte sessie in de tank aanvragen? Zetten we deze stoel er in, en kunnen we ongehinderd drie en een half uur vrijen.” Ik moest ook lachen. “Jaja… En Jurgen door die raampjes maar naar binnen gluren… Nou ja, misschien kan hij er wat van leren.”

Ze schoot nu voluit in de lach. “Ik zie het voor me. Laat maar. Deze stoel en kamer is beter.” Even was ze stil en toen zei ze zachtjes: “En hoe zou dat bed liggen?” Haar ogen boorden zich in die van mij: vragend.

Ik schudde langzaam mijn hoofd. “Zullen we daar nog even mee wachten, Ilse? Ja, ik ben dolverliefd op je, je bent vreselijk mooi en verleidelijk zoals je op mijn schoot zit, maar…” Ze snoerde me de mond door me te zoenen. En nu kwam haar tong tevoorschijn; langzaam likte ze over mijn lippen. “Je kan je bijnaam verscheuren, Gijs van Dooren. Je bent helemaal geen bulldozer. Je bent een hele lieve vent die mij helemaal veilig laat zijn. Maar dat wist ik al in de tank.” Ik gniffelde. “Ja, dat voelde ik daar. En ik heb nog steeds geen zoentje op mijn hand gehad…”

Ze knipoogde. “Oh gossie… Kom hier met die hand!” Langzaam gleed ze met haar lippen over de rug van mijn hand. “Zo. Die is weer opgeknapt. Als je morgen nog last van hebt, mag dokter Dorothee er naar kijken. Of zuster Irene. Of misschien doen ze dat samen wel.” Ze keek nu ronduit ondeugend.

“Jij weet iets wat ik nog niet weet, mevrouw de Wind! Vertel!” Ze kroop weer tegen me aan. “Vanmiddag zag ik ze elkaar zoenen, Gijs. En dat waren geen zoentjes zoals wij net deden. Die twee hebben een relatie met elkaar.” Ik keek onwetend. “Hoe zoenden ze dan, schoonheid? Kun je dat eens voordoen?” Ze zuchtte. “Hou je vast…” Ze kuste me weer, maar nu drong haar tong in mijn mond en eiste de mijne op. En haar handen gleden over me heen, tastend, voelend…”Na een minuut liet ze los en beiden hijgden we een beetje.

“Zo ongeveer, lieve Gijs. Maar mijn handen konden nu niet bij de plekjes waar zij elkaar wel voelden… Komt nog wel eens.” Ik keek haar aan. “Heb je er moeite mee dat die twee…” Ze schudde haar hoofd. “Welnee. Als zij er happy van worden… Beiden zijn prima mensen. Ik was op dat moment alleen een beetje jaloers, net als ik op Mona was toen ik jullie gearmd zag lopen.”

“Geen reden toe, Ilse. En Mona is een schat van een vrouw. Ja, ook knap, maar op een hele andere manier dan jij. Haar mag ik graag, op jou bent ik verliefd.”

Met een lange kus onderbrak ze me. En daarna zei ze: “Ik mag Mona ook heel graag. Zoals zij is, zelfverzekerd, met een prachtig figuur en lekker bijdehand… Zo zou ik ook graag willen zijn.”

Ik streelde haar schouders en haar rug. “Jouw figuur… daar is niks mis mee. Je bent prachtig. En die zelfverzekerdheid: ik kan je wel wat bijscholen. En met je humor is niks mis. Maar nu ga ik je vriendelijk vragen om naar je eigen kamer te gaan, schat. Want om nou meteen hier te blijven… Daar vind ik het in ieder geval nog wat te vroeg voor. Ik ga nooit tijdens het eerste afspraakje met het meisje naar bed. Eén van m’n weinige principes.” Ze keek me aan. “Heb jij dan al…” Ze maakte haar zin niet af, maar ik wist feilloos wat ze bedoelde.

“Verder dan wat aan de borstjes frunniken van een klasgenootje op de HAVO ben ik nooit gekomen, Ilse. En op de HAN zaten wij met alleen kerels in onze opleiding.” Ik grinnikte. “En waren best wel jaloers op de jongens die de Pedagogische Academie deden. Eén knul op vijf meiden zo ongeveer. Maar ja… En jij?” Ze schudde het hoofd. “Niks. De jongens zagen me niet staan. Ik had geen borsten, zoals mijn klasgenootjes. En in Groningen is dat zo gebleven: geen aandacht van de mannelijke studenten.”

Ik schudde mijn hoofd. “Dan heeft geen van die sukkels goed naar jou gekeken. Maar goed, daar ben ik wel blij mee. En nu van m’n schoot af, lieve schat. Ik ga je er uit werken. En daarna lekker dromen. Van jou.” Ze keek ondeugend. “Jammer dat ik m’n vibrator niet mee heb genomen… Kon ik mooi over jou fantaseren.” Ik zuchtte, totdat ze haar armen om me heen sloeg en me kuste.

Daarna hoorde ik: “Lieve Gijs… Dank je wel. We gaan elkaar goed leren kennen, deze weken. Oké?” Ik knikte. “Graag, Ilse.” En toen, met een knipoog: “Doe je zo de groeten aan Mona?” Ze stond op, haar gezicht één groot vraagteken. “Hoe weet jij dat?” “Ik heb, ondanks mijn bijnaam, wel een beetje mensenkennis, schat. Mona heeft tegen jou gezegd dat je na je bezoek aan mij welkom was. Om uit te huilen of om haar te vertellen dat je gelukkig bent.” Ze knikte. “Precies dat. Ze is een schat.” Ik knikte. “En nu er uit, anders trek ik je in bed. Je bent veel te verleidelijk in je mooie zwarte jurkje.” Nog één zoen, vlak voor de deur en toen glipte ze de gang in en klopte bij Mona aan. En snel deed ik mijn deur dicht.

Toen de deur achter haar dicht ging, plofte ik weer op de stoel. Zooo… Binnen…? Twintig minuten uitgesproken dat ik verliefd was op een slank meisje van 23 jaar met hele mooie ogen achter lange blonde wimpers. En zij had uitgesproken dat zij ook wel wat in mij zag… Poehee. En daar mocht ik nog bijna 14 dagen close mee optrekken. Dat zou wel eens een hele intensieve begintijd van een relatie kunnen worden, Gijs. En wat wist ik nou helemaal van Ilse af? Vrijwel niks. Ja, beschermd opgevoed en daardoor onzeker en bijzonder timide. Nou, daar kon ‘de bulldozer’ haar wel mee helpen! Enfin, net als ik nog nooit een serieuze relatie gehad, dat was dan wel een opluchting. Geen vroegere vriendjes die dit of dat beter deden.

Want behalve wat ‘frunniken’ onder het bloesje van een klasgenoot op de HAVO had ik inderdaad nog nooit iets met een meisje gehad of gedaan. Een tijdje zat ik zo te peinzen, totdat ik uiteindelijk opstond om me klaar te maken om te douchen. Uitkleden, broek, overhemd en jasje netjes over een kleerhanger en richting douche. Ik stond net onder de straal toen de deur van de douche op een kiertje openging. Boven het gekletter van het water hoorde ik de stem van Mona.

“Gijs?”

Wel potdomme…

“Een moment, Mona! Je mag kiezen: binnenkomen en me zonder badjas bekijken of in de kamer even gaan zitten en me daarna met badjas aanschouwen.” Er klonk een grinnik. “Ik wacht wel even in de kamer.” Kraan uit, afdrogen, onderbroek en T-shirt aan en de badjas er overheen. Zo liep ik de kamer in.

“Ga jij hier een gewoonte van maken? Dan douch ik niet meer. Of hou je de gas- en watermeter van mijn kamer in de gaten?” Ze lachte. “Doe ik alleen maar als het nodig is, Gijs. Maar Ilse heeft even zitten spuien bij me. Die meid is helemaal happy. Stuiterde bijna door mijn kamer heen. Mijn vraag aan jou: Wees voorzichtig met haar, oké?”

Ik zuchtte demonstratief. “Het is ook altijd wat. De ene vrouw vraagt aan mij ‘Wees lief voor Mona’ en de andere vrouw vraagt vervolgens ‘Wees voorzichtig met Ilse’. Nog meer op je lever, mevrouw Kingma?”

Ze keek me recht aan. “Dat was geen geintje, Gijs. Dit meen ik bloedserieus.”

Ik keek terug. “Wat denk je zelf, Mona? We hebben nét een half uurtje geleden tegen elkaar gezegd dat we verliefd zijn op elkaar. En een béétje mensenkennis heb ik wel, hoor. Ik zal de bulldozer nog een tijdje in de garage laten. Als ik iets niét wil is het Ilse kwetsen of op een of andere manier pijn doen. Geloof je me?” Ze knikte. “Ja. Maar ik wilde even zeker weten dat het voor jou geen avontuurtje is…”

Ze gniffelde plotseling en vervolgde: “Om de tijd in de tank wat aangenamer te maken.” “Trut. Er uit. Straks komt Ilse binnen, ziet mij zitten in m’n badjas en jou nog steeds in die mooie jurk waarbij ik opmerk dat de split in die jurk nu wel onbehoorlijk is opengevallen. En dan haalt die lieve meid zich allerlei dingen in haar mooie blonde hoofd. En dat willen we beiden niet.”

Ze stond op, zodat haar benen weer zedig bedekt werden. En serieus zei ze: “Dank je wel.” en verdween.

Oké, Ilse had een nogal stevige chaperonne. En dat was goed. Niet alleen voor mij, maar als iemand anders haar deze weken onheus zou bejegenen, zou die persoon nogal hard tegen Mona aanketsen. En wellicht ook tegen ‘de bulldozer’. Want deze groep zou met een rotgang de fases van groepsvorming gaan doorlopen, dat wist ik zeker. Alle ingrediënten waren aanwezig: isolatie, grenzen verleggen, van elkaar afhankelijk zijn… We zaten nu nog in de oriëntatiefase, over een dag of zo begon de machtsstrijd. Dan zou duidelijk worden wie de haantjes de voorsten waren en wie zich op de achtergrond zou houden. En wie weet, kwamen we ook nog aan de fase van samenwerking toe.

Op de HAN, tijdens de introductieweek doorliepen we die fasen ook en dat was soms best heftig. Dáár had ik ook mijn bijnaam gekregen. Eén van de ouderejaars had een voorkeur voor Rugby en men had een Rugbytournooi georganiseerd. Vier teams, bestaand uit alle 1e jaars, moesten het tegen elkaar opnemen. Regels? Waren er niet. Zorg maar dat je de bal in het doel van de tegenstander krijgt. Rennen was ik niet zo’n ster in, maar mijn spiermassa zorgde wel dat ik doorliep, hoeveel mensen er ook aan m’n benen hingen. Zodoende won ‘mijn’ team met glans.

En tijdens het afsluitingsfeest van de introductieweek moest ik dat nog een keer bewijzen door met een blad vol met glazen bier van achter uit de zaal richting het presidium van de studentenvereniging te moeten lopen, tussen een aantal ouderejaars door. Er waren wat lui die daarna met een blauwe plek in een hoekje hun zonden gingen overdenken… En iedereen van het Presidium had een glas bier. En daar ging het om. Nou ja, hier hoefden we niet met een blad vol bier te balanceren, maar tijdens de sport zou het er wel eens pittig aan toe kunnen gaan, als Mona haar zin kreeg… Ik gniffelde bij voorbaat. Kom Gijs, je staat wéér te dromen; het is ondertussen over twaalven; om half zeven loopt die wekker af. In bed kwamen de wimpers van Ilse me voor ogen. En het gevoel van lippen op de mijne…

Bzzz… Bzzz… Bzzz…Bzzz... Pas bij de vierde poging raakte ik de wekker op het juiste knopje en hield het ding z’n kop. Met moeite kwam ik overeind; het waterbed lag wel bijzonder comfortabel en de verleiding was groot om nog even te blijven liggen. Op de rand van het bed zittend overdacht ik nog even de gebeurtenissen van gisteravond. Was het écht zo dat Ilse en ik hadden gezoend? Ja dus. En hoe moesten we nu verder? Zou de rest er aanstoot aan nemen? Gaan plagen? Nee, dat zouden ze niet doen.

Nou, Stephan wellicht, maar die zou dan vrij snel tegen Mona en mij aanklappen. En het lag er ook aan hoe Ilse in de wedstrijd stond. Als zij onze uiterst prille relatie niet kenbaar wilde maken, zou ik dat moeten accepteren, hoewel elke cel in m’n lichaam schreeuwde om het wereldkundig te maken… Ik kwam overeind. Douchen, Gijs. Niet teveel denken, laat dat maar aan een paard over, die hebben een groter hoofd. Ik liep de douche in, kleedde me uit en draaide de kraan open. Als Mona nu wéér binnenkwam, kon ze een spons met koud water naar haar hoofd krijgen.

Gelukkig kon ik ongestoord onder de harde straal blijven staan; geen onverwacht vrouwelijk bezoek. Afdrogen, ondergoed aan, scheren en aankleden. ‘Gewone kleren’, want vanmiddag pas gingen de de tank in en voor die tijd zouden we ook nog gaan sporten. Dus: nette spijkerbroek, T-shirt, overhemd. Dat linnen spul zat wel lekker, maar ik had gemerkt dat het in de tank nogal zweterig was. Mijn eerste set linnen kleding was nu bijna droog… Waar laat ik dat? Ik keek naar buiten. Op het terras, voor de kamer, stonden twee simpele tuinstoelen. Oké, daar gaat het spulletje overheen. Ik opende de deur en legde de broek en het shirt over de stoel. Het was windstil, dus wegwaaien zou het niet…

“Goeiemorgen Gijs!” De stem van Chantal, links naast de afscheiding tussen de veranda’s. “Morgen Chantal. Goed geslapen?” “Prima! Een heerlijk bed; m’n hoofd raakte het kussen en ik was vertrokken.” “Ja, hier nog zo eentje. Gelukkig geen last van m’n oren gehad; ik heb de hele nacht doorgeslapen.”

Ik keek even om het hoekje van de afscheiding; ze zat in de tuinstoel in de zon. “Zo, jij zit hier lekker te genieten…” Er kwam een instemmend brommetje retour. “Ja. Doe ik thuis ook. Als het kan voor het ontbijt even wat zonnestralen absorberen en genieten van de rust naast mijn huis. Heerlijk. Daarna naar het werk en dan zit je weer acht uur in een nogal duf kantoor. Ik ben een buitenmens geworden in de tijd dat ik weer op mezelf woon. Héérlijk.”

“Ik begin het te begrijpen. Dit is inderdaad best lekker.”

Ze keek me aan. “En hoe is het met jouw oren? Ik heb héél voorzichtig de indruk dat er wat minder lawaai in mijn hoofd zit.” Ik schudde mijn hoofd. “Ik weet het niet. Ik heb er momenteel weinig last van, maar dat komt ook omdat men hier steeds zorgt voor een zwak achtergrondgeluid door die klassieke muziek. Dat drukt de ruis weg, zeg maar.”

“Hmmm… Zou kunnen. Ik hoop het in feite niet. Maar goed, straks eerst de gehoortest. Ik hoop dat ze een verschil kunnen laten zien op die digitale grafieken.” Ze strekte zich uit in de zon. “Nu eerst nog even wat vitamine D absorberen, Gijs.” "En ik ga eens kijken of er in de bibliotheek al wat mensen zijn. Tot zo.” Ik liep mijn kamer weer in.

Nou, ook een gesprekje met Chantal gehad; die was dus niet zo afstandelijk als ik eerst gedacht had. Mooi… Nu maar eens kijken of Stephan ondertussen wat bedaard was. Ik liep richting ‘de bieb’ en trof daar Daisy en Mona aan, druk in gesprek over mode.

“Goedemorgen dames! Goed geslapen?” Ze knikten en Mona zei: “Ah! Een vent. We hebben je nodig, Gijs!” Ik trok een wenkbrauw op. “Waar moet er een spijker ingeslagen worden, dames?” Daisy lachte. “Dan kan ik zelf prima, Gijs. Niet zo denigrerend. Nee, we hebben je nodig om een oordeel te krijgen over kleding. Ik maakte Mona een compliment over haar outfit van gisteravond… Hoe vond jij die?” Ik dacht even na. Mona in haar lange jurk-met-split…

“Toen Mona binnen kwam schrijden dacht ik eerst: ‘Is dat niet een beetje over the top’? Maar die jurk staat je fantastisch, Mona.” Ze gniffelde. “En die split in die jurk droeg daar zeker aan bij, Gijs?” Ik voelde dat ik een kleur kreeg, maar besloot eerlijk te antwoorden. “Ik zal niet ontkennen dat je hele mooie benen hebt. En het is fijn voor de heren der schepping als ze daar even naar mogen kijken.”

Daisy lachte. “Zo, da’s ten minste een compliment waar je mee vooruit kan, Mona! Maar zie je nou wel? Je mag jezelf best wat meer laten zien. Je hebt een schitterend figuur en een prachtige, trotse houding. Die moet je niet verbergen in slobberige flanel-broeken en sportbeha’s. Ja, dat is voor jou beroepskleding, maar trek, als je niet aan het werk bent, wat meer vrouwelijke kleding aan. Ik wil je daar best mee helpen. Kom anders eens naar mijn zaak in Holten; daar heb ik de meest uitgebreide collectie.”

“Kijk uit, Mona! Ze wil gewoon je klandizie!” De zachte stem van Ilse klonk achter me en ik draaide me om. “Goeiemorgen allemaal! Als jullie net zo geslapen hebben als ik, zijn jullie goed uitgerust.” Ik bekeek haar kort. Een strakke spijkerbroek, leuk bloesje en haar blonde haren in een nonchalante staart hoog op haar achterhoofd.

“Jij ziet er leuk uit, Ilse. Complimenten!” Daisy lachte haar toe en Ilse lachte terug. “Dank je wel. Als de eigenaresse van vier modewinkels dat tegen me zegt…”

Ik hield me wat op de achtergrond; Wist niet of Ilse onze uiterst prille relatie meteen aan de grote klok wilde hangen. En zij maakte ook geen aanstalten om me om de nek te vliegen, dus ik liet het bij een knipoogje. Stephan kwam even daarna binnen , gevolgd door Chantal. Stephan ging rechtstreeks richting boekenkast en begon er in te snuffelen. Ilse en Mona voegden zich bij hem.

Daisy klampte mij aan. “Gijs, jij wist het één en ander over die tank, hoorde ik Mona… Vertel eens?” Ik haalde m’n schouders op. “Het ding is uiterst solide, Daisy. Twee jaar oud, gemaakt door een hele degelijke Duitse firma, elk jaar gekeu…”

Verder kwam ik niet. “KLOOTZAK! Blijf met je poten van me af!” We draaiden ons om en zagen nog net dat Mona uithaalde naar Stephan en hem exact in zijn kruis raakte. Die klapte dubbel op de grond en kon alleen nog maar kreunen en z’n handen tussen z’n benen persen. Ilse stond er woedend naast.

“Kan een van jullie Dorothee of Irene halen?” Chantal was al onderweg. “Gijs, sjouw dit figuur even naar buiten”, zei Mona. “Zo dadelijk gaat hij over z’n nek en ik heb geen zin om zijn troep op te ruimen.” Ik knikte en liep naar Stephan. “Opstaan jij.” “Laat me met rust!” piepte hij. “Niks ervan. Overeind jij en naar buiten, anders help ik je een handje.” “Flikker op…” Ik haalde mijn schouders op. “Dan maar zó…” Ik trok hem aan zijn schouders half overeind, armen onder zijn oksels door en sleurde hem zo het terras op. Niet helemaal volgens het EHBO-boekje, de Handgreep van Rautek vertoonde nog een paar stappen, maar dat boeide nu even niet. Ik zette hem in een stoel. “Zo. Zitten blijven hier en niet meer naar binnen.”

Dorothee kwam naar buiten stormen, op de voet gevolgd door Irene. “Was is hier aan de hand?” Stephan wees naar Mona. “Dat kreng schopte me! En het enige wat ik deed was even over haar broek aaien…” Mona hoonde: “Ja, over mijn broek. Inderdaad. Over mijn billen en toen meteen tussen m’n benen.” “En ik heb het gezien”, vulde Ilse aan.

Dorothee knikte. “Dan is het meteen over en uit voor u, meneer Kooiman. Ga naar uw kamer, pak uw spullen en binnen tien minuten bent u van ons terrein af. Tenzij… Mona, wil jij aangifte doen?” Die schudde het hoofd. “Nee. Ik denk dat meneer Kooiman genoeg aandenken aan mevrouw Kingma heeft overgehouden. Tussen zijn benen. Ik wens geen minuut meer aandacht aan hem te wijden.” Dorothee knikte weer. “Gijs, kun jij meneer Kooiman even naar zijn kamer helpen? Ik kom er zo dadelijk nog wel even bij.”

Ik keek hem aan. “Je hebt haar gehoord. Opstaan en naar je kamer. Dan pak je je spullen in en wacht op dokter Peeters. En als je niet zelf kunt lopen draag ik je wel even, maar de brandweergreep is voor jou nogal pijnlijk nu, denk ik.” Kreunend kwam hij overeind en keek Mona woedend aan. “Jou krijg ik nog wel. Ik denk dat je binnen drie dagen werkloos bent. Wegens mishandeling.”

Mona wilde wat zeggen, maar ik kapte haar af. “Elke kuub lucht die je aan hem besteed is zinloos, Mona. Niet reageren. Kooiman, wat zal het zijn? Loop je zelf of moet ik je dragen?” Hij strompelde voor me uit naar zijn kamer. “Laat me alleen!” “Niks ervan. Wij wachten samen op de dokter en jij gaat je spullen inpakken. En anders help ik je ook daar wel even mee. Maar of alles dan netjes opgevouwen in je koffer zit… Ik waag het te betwijfelen. Nou ja, dan past het wel bij je outfit van gisteren, zullen we maar zeggen.” Kreunend harkte hij z’n spullen bij elkaar.

Hij was halverwege toen Dorothee binnenkwam, op de voet gevolgd door Irene en Jurgen. Jurgen deed de deur dicht en Dorothee stak van wal. “Meneer Kooiman: u gaat ons verlaten. Ik wens dit soort taferelen niet op mijn terrein. Onze gasten moeten veilig zijn. Ik heb het verhaal gehoord van mevrouw Kingma en mevrouw de Wind; dat zat geen millimeter ruimte tussen. U krijgt op uw huisadres nog een rekening van ons en die gaat u betalen. Er zijn dingen voor u ingekocht. Blijft u in gebreke, dan komen daar nog incassokosten bij. En u heeft verdraaid veel geluk dat mevrouw Kingma geen aangifte wil doen, want anders had u een strafblad gehad. Nu heeft u alleen maar pijn tussen uw benen; met een weekje zal dat wel over zijn. Ze had geen schoenen met spitse neuzen aan. Alle spullen gepakt? Mooi. Jurgen, begeleid jij meneer even naar zijn auto en zorg je dat hij het terrein verlaat? Dank je wel.”

“Ik loop wel even met Jurgen mee, dokter.” Ze knikte kort, draaide zich om en samen met Irene liep ze de kamer uit. Jurgen wees. “Naar de parkeerplaats, meneer.” Hij kreunde nog een keer. “En m’n koffer?” “Die draag je zelf, meneer Kooiman. Ik doe het niet voor je.” In de gang liep Jurgen niet richting bibliotheek, maar de andere kant uit. Hij opende een deur, daarna nog eentje en toen stonden we op de parkeerplaats. Stephan stapte wat moeizaam in zijn auto en reed richting poort. Die ging open en achter zijn auto meteen weer dicht. “Zo. Die zijn we in ieder geval kwijt. Dank je wel, Gijs. En nu eten.” Ik knikte. “Ja, ben ik wel aan toe. Hard werken op de vroege ochtend, hoor.”

Ín de bibliotheek stond het gezelschap nog op ons te wachten. “Is hij weg?” vroeg Mona en ik knikte. “Mooi. De smeerlap. Eerst over m’n billen strelen en toen bliksemsnel even tussen m’n benen…” Ik slikte een ondeugende opmerking in; Mona was daar duidelijk niet voor in de stemming; ze keek grimmig. Irene klopte op de tafel. “Mensen… En speciaal Mona: sorry voor dit incident. Had niet mogen gebeuren. Wij hebben meneer Kooiman duidelijk verkeerd ingeschat; onze excuses daarvoor. Ik stel voor dat we nu eerst gaan ontbijten. Daarna de gehoortest. En vervolgens mag u al uw frustraties er uit lopen onder leiding van Mona.”

“Nou, dat wordt een pittig sportlesje, vrees ik. Als Mona haar frustraties ook kwijt moet…” Chantal lachte zachtjes en we namen het over. Mona liep naar Chantal toe. “Ik ben altijd aardig voor de kleintjes in mijn klassen, Chantal.” Ze omarmde Chantal even en vervolgde: “… Behalve als ze zich als bitch gaan gedragen. Onthoud dat héél goed.”

Chantal lachte. “Kijk maar uit jij. Anders zet ik de inventaris van jouw kamer óók buiten. Liefst op een dag dat het giet van de regen. Heb ik wat ervaring mee.” Beide dames giebelden nu. Dorothee klapte in haar handen. “Kom dames… En heren! Aan tafel.” Ik zat nu tegenover Irene. “Irene…” Ze keek me aan. “Begrijp ik het goed dat er nu ook een gekookt eitje over is?” Ik wees op de lege plaats aan tafel. Irene zuchtte. “Gijs, je bent een vreetzak!”

Na het ontbijt gingen we om de beurt met Irene en Dorothee mee naar een onderzoekskamer waar een gehoortest werd uitgevoerd. De dames gingen eerst, ik was de laatste. En stuk voor stuk kwamen de dames vrolijk terug: de grafieken lieten een stijging zien van hun resultaten! Als laatste mocht ik in het hokje plaatsnemen. De koptelefoon ging op en ik hoorde Dorothee zeggen: “Nu niet weer boos worden Gijs; ik start de test nú.” Even later hoorde ik weer piepjes en brommetjes en na tien minuten de tekst: “Zo, kom er maar uit, we zijn gereed.” Naast Dorothee gezeten liet ze me de uitdraai zien. Ook bij mij lag de curve van vandaag iets boven die van de eerste test. Oké, niet veel en bij de hogere tonen was het verschil minimaal, maar er was progressie te zien.

“Dat komt niet alleen door de tank, maar ook de stilte hier. De trilhaartjes krijgen veel minder impulsen en ondanks hetgeen wat algemeen werd aangenomen kunnen ze zich, onder de juiste omstandigheden, héél langzaam herstellen. Tenminste… Dat is wat wij zien. Bij elke groep is het gepiep en gesuis afgenomen en het gehoor verbeterd.” Dorothee glimlachte even. En Irene vulde aan: “Maar ja… Het moet natuurlijk wél wetenschappelijk onderbouwd worden. En daar hebben we data voor nodig. Véél data. Jullie data dus.” Dorothee knikte. “Kom, we gaan naar de anderen.”

Ze schakelden de apparatuur uit en we liepen richting de bibliotheek. “Goed, dames en de ene overgebleven heer… Ga niet meteen uit jullie dak, maar Irene en ik zien wat vooruitgang. Oké, het is niet veel, maar bij jullie allemaal is het gehoor een fractie verbeterd. Gemiddeld zo’n 3 á 4 procent en dat is niet verkeerd voor een verblijf van nét 24 uur hier en slechts één sessie in de tank. Het gemiddeld geluidniveau ligt hier rond de 40 decibel, wat bijna doodstil is. Dat geeft rust aan je trilhaartjes. En de rustige muziek die je op de achtergrond hoort, draagt daar ook aan bij, evenals de zuurstof in onze hyperbare kamer.”

Dorothee glimlachte. “We hopen dat jullie over 13 dagen enigszins verlost zijn van de piep in je oren en dat je weer normaal kunt functioneren. Maar nu gaan jullie je omkleden; Om tien uur weer hier verzamelen en sportkleding. Ik heb met Mona afgesproken dat zij de sport voor haar rekening neemt. Mona?”

Die stond op. “Ja. En we gaan naar buiten, een stuk lopen. Geen moorddadig tempo, maar jullie zijn straks wel behoorlijk bezweet. Leg dus alvast je douche-spullen klaar. Húp, omkleden: korte broek, T-shirt, hardloopschoenen en om tien uur hier verzamelen.” Braaf liepen we gang in naar onze kamers. Ik kleedde me snel om en ging even rekken en strekken. Hardlopen… hoe verzin je het? Fitness was meer mijn ding. Niet als een idioot zware gewichten omhoog drukken, maar wel met gewichten spelen. Maximaal 15 kilo, maar met een hoge frequentie oefeningen doen. Uiteindelijk verplaatste je dan meer dan genoeg kilo’s, maar zonder het risico dat je pezen of spieren kapot maakte. En moe werd je toch wel… Nou ja, nu maar weer eens lopen. In ieder geval in aangenaam gezelschap, dat scheelde.

Teruggekomen in de ‘bieb’ was iedereen er weer, zelfs Irene en Dorothee in sportkleren. Dorothee knikte naar Mona. “Ga je gang, beste gymjuf.” Ze lachte en Mona keek haar somber aan. “Daar ga je spijt van krijgen, Thee. Of moet ik zeggen Theemuts?” Een lachbui volgde.

“Mooi. Ik wil van jullie een indicatie van jullie conditie. Hoeveel hebben jullie ooit gelopen op een coopertest en hoe lang is dat geleden?” De resultaten varieerden van 2400 meter, een jaar terug bij Chantal tot 2950 meter voor Ilse, twee weken geleden. Bij mij was mijn hoogste score 2750 meter, zes maanden terug. “Mooi”, zei Mona. “Dan hoeven we het niet rustig aan te doen. Ik heb gehoord dat één rondje gravelpad 600 meter is, dus je kunt je score zelf bijhouden. En ik wil dat iedereen minimaal 4 rondjes loopt. Liefst binnen de twaalf minuten. Haal je dat niet, dan loop je in ieder geval door tot die 2400 meter gehaald is. Zonder te stoppen.” Ze grijnsde even gemeen. “Aan zuurstofgebrek zal het niet liggen. Naar buiten!”

Op het terras liet ze ons even wat spieroefeningen doen, en na vijf minuten liep ze naar de poort. "Na elf minuten geef ik een lang fluitsignaal, na 12 twaalf minuten vijf keer een kort. En na de vijfde keer is het tijd, dan stop je.” Met een stopwatch in de hand was ze inderdaad de ‘strenge gymjuf’. “Klaar? Lópen jullie!”

Ik startte rustig. Ik moest altijd even op temperatuur komen. Meestal had ik na zo’n 500 meter wel m’n tempo bepaald. Na twee minuut en veertig seconden liep ik de poort weer voorbij. Oké, in dit tempo zou ik de 2400 meter makkelijk halen. Maar ja, de laatste twee minuten zakte het tempo bij mij, dat wist ik. Dus nu wat reserves inbouwen, Gijs! In het twee rondje haalde ik Daisy in. Die was snel gestart, maar kon het tempo niet volhouden. “In mijn slipstream blijven, Daisy!” hijgde ik. “Ik speel wel haas.” “Ik… hoop dat… ik je …bij kan houden… Gijs…” Ik matigde mijn tempo iets en toen bleef ik haar achter me horen. Mooi, dat tempo kon ze bijbenen. Na nog een rondje haalden we Chantal in. Die liep op zich prima, had alleen last van haar korte benen. Haar pas-tempo lag een stuk hoger dan het mijne.

“Prima, Chantal… Wil je aanhaken?” “Ik ga het …proberen, Gijs…” Ook zij bleef vlak achter me; haar snelle pasjes waren goed te horen. En na drie en een half rondje kon ik Irene en Dorothee op hun schouders tikken. “Dag dames… Ook hier? Wat gezellig.” Ook zij haakten aan; mijn tempo was nét iets hoger dan het hunne. Mona en Ilse waren nergens te zien en ik had mijn energie te hard nodig om achterom te kijken. Alle aandacht ging nu naar het tempo en mijn ademhaling. Op exact 11 minuten liep ik de poort voor de vierde keer voorbij.

Mooi, doel bereikt, nu nog wat bonuspunten scoren bij Mona. “Dames, ik ga versnellen. Nog één minuutje, de laatste twintig seconden gaan we sprinten!” Ik maakte mijn passen iets langer en hoorde na een paar seconden dat er dames afhaakten. Alleen de snelle pasjes van Chantal hoorde ik nog. En twintig seconden voor tijd perste ik er een sprint uit; Chantal bleef niet bij. Eén fluitsignaal, twee, drie, vier… vijf!

En ik stopte en klapte dubbel, handen op de knieën en druipend van het zweet. Ik was iets voorbij de helft van het rondje, dus ruim 2700 meter. Niet verkeerd voor een vent van 27 die niet elke dag aan het hardlopen was! Ik keek om. Chantal zat in de berm, zo’n 50 meter bij me vandaan, Irene en Dorothee stonden nét zichtbaar in de laatste bocht. Daisy was niet zichtbaar, maar ik wist zeker dat ook zij de 2400 meter gehaald had; toen ik de poort voorbij rende was ze nog erbij geweest. Mooi...

Uit de tegenovergestelde richting kwamen Ilse en Mona. Rustig dribbelend. “Zo Gijs… Netjes! Had ik niet van je gedacht. Jij hebt niet zo’n looplichaam!” Mona knikte waarderend. “Als er twee knappe dames voor me lopen, doe ik mijn uiterste best om bij te blijven, mevrouw Kingma.” Ze stak haar tong uit. Ilse liep op een andere manier zien dat ze mijn prestatie wel waardeerde: ze gaf me een vluchtig zoentje en liep toen door richting Chantal. Die kwam even later naar mij toe.

“Gijs? Zag ik Ilse…” Ik knikte. “Ja, dat zag jij goed. Gisteravond een paar goeie gesprekken gehad en uiteindelijk hebben we elkaar verteld dat we beiden verliefd op elkaar zijn.” Ze legde even een hand op mijn arm. “Mooi. Geniet ervan.” Verder liet ze het onderwerp rusten en dat vond ik prima. Rustig liepen we terug naar de bibliotheek. Voor de deuren stond een tafeltje met wat flessen vruchtensap.

Maar Mona was streng. “Eén glas maximaal mensen. En niet in één keer achterover gieten; daar ga je last van krijgen. Kalm aan, slokje voor slokje.” Even was ze stil en dronk zelf ook wat. “En nu jullie prestaties: Zoals men in Groningen zegt: ‘Het kon minder’! Iedereen heeft in ieder geval 2500 meter gehaald, da’s honderd meter meer dan het minimum wat ik voor vandaag tot doel had gesteld. De maximumscore is voor Ilse: 3100 meter. Een applausje graag!” We klapten even en toen vervolgde Mona: “Ze liep mij op een gegeven moment voorbij en ik had het gevoel alsof ik stil stond. Is me nog nooit overkomen, verdorie.”

“Ik was toen nét een beetje opgewarmd, Mona…” Ilse giechelde en Mona keek haar droevig aan. “Trutje.” We lachten haar uit en Dorothee nam de leiding weer over.

“Mona, dank je wel. Mensen het is nu… bijna elf uur. Ga lekker even rekken en strekken. Even je lichaam laten herstellen. Daarna lekker in bad. Niet onder de douche; in bad. Helemaal ontspannen. En om twaalf uur graag weer aan tafel. Meteen daarna gaan we de tank in, dus linnen en/of katoenen kleding. En denk aan iets te eten voor tijdens de decompressie!” Tot zo!”

“Dorothee… Mag ik even iets zeggen?” Ilse deed een stap naar voren. “Chantal en Mona weten het ondertussen al, maar… Jullie zullen Gijs en ik deze dagen wel eens zien zoenen. We zijn nogal verliefd op elkaar geworden sinds gisteren.”

Ze bloosde. “En jij dacht dat wij dat niet in de gaten hadden, Ilse?” Daisy lachte. “Met jouw handje op zijn hand in de tank… Gefeliciteerd, beiden.” Stuk voor stuk gaven ze ons een knuffel, zoen of een hand, Irene als laatste.

Die keek me aan en zei: “Wees lief voor haar, Gijs. Een schat van een meid, maar bijzonder kwetsbaar.” Ik knikte kort. “Wees maar niet bang.” Toen tikte Dorothee op de tafel. “In bad jullie! Gijs en Ilse: Er ook een kamer met tweepersoons bad, hoor…”

Ik draaide me naar haar om. “Nee, dank je wel, dokter. Wellicht heb je het zelf nodig.” Dorothee en Irene, naast haar, bloosden beiden en ik grijnsde. “Ook wij zijn niet helemaal op ons achterhoofd gevallen, lieve medische dames…”

Snel verdwenen ze in de gang en Ilse giechelde: “Zo. Die hebben óók iets om over na te denken, geloof ik.”
Lees verder in: Tinnitus - 5
Geef dit verhaal een cijfer:  
5   6   7   8   9   10  
Klik hier voor meer...