Hoofdmenu
De Sexverhalen
- Hetero Sexverhalen
- Groepsseks Sexverhalen
- Overspel Sexverhalen
- Tiener Sexverhalen
- Familie Sexverhalen
- Extreme Sexverhalen
- Shemale Sexverhalen
- Lesbische Sexverhalen
- Homo Sexverhalen
- Biseksueel Sexverhalen
- Romantische Sexverhalen
- Fantasy Sexverhalen
- MILF Sexverhalen
- Cuckolding Sexverhalen
- Dieren Sexverhalen
- Meer Categorieën...
Doe ook mee!
- Sexverhaal Insturen
- De SchrijfService
- De Ketting Verhalen
- Nooit Eerder Verteld... - nieuw
- Verzoekjes - nieuw
- Het Laatste Nieuws - nieuw
Onze Schrijvers
Tip van de dag
Door Ben
De zon hing laag boven de Atlantische horizon, een vurige oranje bol die de lucht kleurde als een aquarel. Het surfdorp Taghazout begon langzaam te ademen in het ritme van de avond: de geur van munt, zeezout en warme stenen vulde de lucht terwijl de eerste oproep tot het avondgebed zich mengde met het zachte geluid van brekende golven.
Sophie stond op het balkon van haar riad, haar huid nog warm van de zon, haar haren zoutig en verward van een lange dag op zee. Ze had Frankrijk achtergelaten, haar oude leven op pauze gezet, en zichzelf een paar maanden vrijheid beloofd. Geen deadlines, geen afspraken—alleen de zee, haar board en de beloften die de Marokkaanse nachten leken te fluisteren.
Ben, haar surfleraar, was anders dan de anderen. Half Marokkaans, half Spaans, met een stem die klonk als donker hout en ogen die lachten voordat zijn lippen het deden. Overdag was hij ontspannen, speels zelfs. Maar 's avonds, als hij haar aankeek over een glas zoete muntthee, was er iets in zijn blik dat haar adem vertraagde.
Die avond hadden ze afgesproken op het dak van zijn huis. Hij had haar uitgenodigd “voor thee”, maar in zijn ogen had ze iets anders gelezen. Ze had een dunne jurk aangetrokken, één die haar huid nauwelijks bedekte, haar huid nog warm en licht tintelend van de zon.
Toen hij de deur opendeed, rook ze direct de geur van jasmijn en warme aarde. Ben stond daar in een linnen overhemd, open tot aan zijn borst, zijn gebruinde huid glanzend in het schemerlicht. Hij zei niets, maar zijn ogen gleden langzaam over haar lichaam. Geen schaamte, alleen verlangen.
“Ik heb thee gezet,” zei hij uiteindelijk, maar zijn stem was hees, zacht.
“Ik lust wel iets sterker,” fluisterde ze, dichter bij hem komend, hun lichamen amper gescheiden door de warme avondlucht.
Hij glimlachte, traag. “Dan moet ik je iets anders laten proeven.”
Ze stapte naar binnen, het geluid van de zee nog in haar oren, het geluid van zijn ademhaling nu daarbovenop. En in de stilte van de Marokkaanse avond, met alleen het zachte flikkeren van kaarslicht en het geritsel van wind door palmbladeren, begon iets dat de hitte van de dag zou overtreffen…
Sophie stond op het balkon van haar riad, haar huid nog warm van de zon, haar haren zoutig en verward van een lange dag op zee. Ze had Frankrijk achtergelaten, haar oude leven op pauze gezet, en zichzelf een paar maanden vrijheid beloofd. Geen deadlines, geen afspraken—alleen de zee, haar board en de beloften die de Marokkaanse nachten leken te fluisteren.
Ben, haar surfleraar, was anders dan de anderen. Half Marokkaans, half Spaans, met een stem die klonk als donker hout en ogen die lachten voordat zijn lippen het deden. Overdag was hij ontspannen, speels zelfs. Maar 's avonds, als hij haar aankeek over een glas zoete muntthee, was er iets in zijn blik dat haar adem vertraagde.
Die avond hadden ze afgesproken op het dak van zijn huis. Hij had haar uitgenodigd “voor thee”, maar in zijn ogen had ze iets anders gelezen. Ze had een dunne jurk aangetrokken, één die haar huid nauwelijks bedekte, haar huid nog warm en licht tintelend van de zon.
Toen hij de deur opendeed, rook ze direct de geur van jasmijn en warme aarde. Ben stond daar in een linnen overhemd, open tot aan zijn borst, zijn gebruinde huid glanzend in het schemerlicht. Hij zei niets, maar zijn ogen gleden langzaam over haar lichaam. Geen schaamte, alleen verlangen.
“Ik heb thee gezet,” zei hij uiteindelijk, maar zijn stem was hees, zacht.
“Ik lust wel iets sterker,” fluisterde ze, dichter bij hem komend, hun lichamen amper gescheiden door de warme avondlucht.
Hij glimlachte, traag. “Dan moet ik je iets anders laten proeven.”
Ze stapte naar binnen, het geluid van de zee nog in haar oren, het geluid van zijn ademhaling nu daarbovenop. En in de stilte van de Marokkaanse avond, met alleen het zachte flikkeren van kaarslicht en het geritsel van wind door palmbladeren, begon iets dat de hitte van de dag zou overtreffen…

👍+1
Een verhaal in de derde persoon geschreven, door Ben en over Ben (en Sophie natuurlijk).
Toch is die laatste Ben interessant genoeg om er mee verder te gaan. :-)
Maar ik ga dat wel in de eerste persoon doen.
Ondanks de hitte van de dag, voelde het huis van Ben koel aan. Maar toch... een aangenaam gevoel van intense warmte rolde door mijn heen toen ik voor het eerst zijn woning binnenstapte.
Onze eerste privé ontmoetingen in de avond hadden steeds plaatsgevonden in publieke gelegenheden.
Up-scale toeristische plekken met zorgvuldige aankleding die een 'juiste' balans tussen Marokkaanse 'authenticiteit' en westerse 'luxe.
Maar als je mij zou vragen wat ik mij herinner van die drie, vier avonden... eigenlijk alleen zijn diep bruine ogen, nog bruiner en nog spannender dan zijn als uit donker eikenhout gehouwen torso.
Het lijf dat ik de afgelopen week of twee amper NIET kon bewonderen. Zelfs op de dagen dat we, vanwege de wat stevige wind en de ruigere zee, wetsuits aan moesten bij het surfen. Waar iedereen de sluiting tot aan de nek dicht deed, stond het suit van Ben consequent half open.
Misschien om het verschil tussen de leerlingen en de meester te benadrukken, misschien was hij gewoon ijdel, misschien omdat het een oud pak was dat dichtgemaakt gewoon te strak zat?
Ik klaagde in elk geval niet. Het openstaande pak accentueerde zijn physique nog meer.
Net zoals nu het losjes openvallende linnen overhemd opnieuw mijn aandacht naar zijn lijf trok.
Zo anders dan in Frankrijk, waar in de grote stad waar ik normaal verbleef alles rondom 'intentie' en 'intellect' en dergelijke draaide.
Als vanzelf stapte ik dichterbij en langs hem heen toen hij aangaf dat hij al thee gezet had. Het was alsof ik een oase van jasmijn, zoete vijgen en warme vruchtbare aarde binnen trad.
"... proeven," was het enige woord dat tot mij doordrong van het antwoord op de reactie die ergens uit mijn onderbewuste opborrelde. De aanval op mijn zintuigen was even te sterk geweest. Maar proeven wilde ik zeker. Deze avond, de thee, of wat hij mij dan ook maar wilde aanbieden.
Ben voelde mijn korte verwarring feilloos aan en, met de suggestie dat we vanaf het dakterras de zon nog net in zee zouden kunnen zijn zakken, dirigeerde mij (of liet ik mij dirigeren?) de lemen treden op naar het terras.
Dat er alleen een tweepersoons loungebank stond met een lage tafel was geen probleem.
Terwijl we genoten van de langzaam in het water zakkende zon en de gekoelde lokale Vin Gris samen met zaalouk en msemen, was het niet meer dan vanzelfsprekend dat, nadat we na een paar keer verzitten bij het pakken van de tafel uiteindelijk dicht tegen elkaar aanzaten, Ben zo nu en dan zijn vingers door mijn haren liet glijden.
Het was het eeuwenoude spel waarvan we beiden wisten dat we het speelden en hoe we het speelden...
De geur van zijn eau de toilette die als een licht bedwelmende wasem bij iedere kleine beweging vanaf zijn borstkas mijn neus bereikte, voelde geruststellend en vertrouwd. Net zoals de verhalen over zijn leven, zijn Marokkaanse vader, zijn Spaanse moeder en een jongere zus die in Casablanca als advocate haar leven en carrière probeert op de bouwen, dat op eenzelfde manier als de mijne waren.
Alleen dan wel met een Franse vader, een Nederlandse moeder, een dramatische vechtscheiding waarna ik op mijn 16de naar papa vluchtte om daar via het atelier van papa de kunst/reclame-wereld in rolde.
"Ondertussen zijn we wel wat jaren verder," grinnikte ik en verzuchtte toen: "En over een maand of drie, vier mag ik weer terug de ratrace in..."
Zijn hand stopte met het strelen door mijn haren, omvatte mijn achterhoofd en draaide mijn gezicht rustig naar zich toe.
"Er zijn altijd andere mogelijkheden..." klonk zijn diepe stem zacht, terwijl hij mijn hoofd verder naar het zijne ophief en onze lippen elkaar in een eerste voorzichtige maar oh zo hongerige kus vonden.
Toch is die laatste Ben interessant genoeg om er mee verder te gaan. :-)
Maar ik ga dat wel in de eerste persoon doen.
Ondanks de hitte van de dag, voelde het huis van Ben koel aan. Maar toch... een aangenaam gevoel van intense warmte rolde door mijn heen toen ik voor het eerst zijn woning binnenstapte.
Onze eerste privé ontmoetingen in de avond hadden steeds plaatsgevonden in publieke gelegenheden.
Up-scale toeristische plekken met zorgvuldige aankleding die een 'juiste' balans tussen Marokkaanse 'authenticiteit' en westerse 'luxe.
Maar als je mij zou vragen wat ik mij herinner van die drie, vier avonden... eigenlijk alleen zijn diep bruine ogen, nog bruiner en nog spannender dan zijn als uit donker eikenhout gehouwen torso.
Het lijf dat ik de afgelopen week of twee amper NIET kon bewonderen. Zelfs op de dagen dat we, vanwege de wat stevige wind en de ruigere zee, wetsuits aan moesten bij het surfen. Waar iedereen de sluiting tot aan de nek dicht deed, stond het suit van Ben consequent half open.
Misschien om het verschil tussen de leerlingen en de meester te benadrukken, misschien was hij gewoon ijdel, misschien omdat het een oud pak was dat dichtgemaakt gewoon te strak zat?
Ik klaagde in elk geval niet. Het openstaande pak accentueerde zijn physique nog meer.
Net zoals nu het losjes openvallende linnen overhemd opnieuw mijn aandacht naar zijn lijf trok.
Zo anders dan in Frankrijk, waar in de grote stad waar ik normaal verbleef alles rondom 'intentie' en 'intellect' en dergelijke draaide.
Als vanzelf stapte ik dichterbij en langs hem heen toen hij aangaf dat hij al thee gezet had. Het was alsof ik een oase van jasmijn, zoete vijgen en warme vruchtbare aarde binnen trad.
"... proeven," was het enige woord dat tot mij doordrong van het antwoord op de reactie die ergens uit mijn onderbewuste opborrelde. De aanval op mijn zintuigen was even te sterk geweest. Maar proeven wilde ik zeker. Deze avond, de thee, of wat hij mij dan ook maar wilde aanbieden.
Ben voelde mijn korte verwarring feilloos aan en, met de suggestie dat we vanaf het dakterras de zon nog net in zee zouden kunnen zijn zakken, dirigeerde mij (of liet ik mij dirigeren?) de lemen treden op naar het terras.
Dat er alleen een tweepersoons loungebank stond met een lage tafel was geen probleem.
Terwijl we genoten van de langzaam in het water zakkende zon en de gekoelde lokale Vin Gris samen met zaalouk en msemen, was het niet meer dan vanzelfsprekend dat, nadat we na een paar keer verzitten bij het pakken van de tafel uiteindelijk dicht tegen elkaar aanzaten, Ben zo nu en dan zijn vingers door mijn haren liet glijden.
Het was het eeuwenoude spel waarvan we beiden wisten dat we het speelden en hoe we het speelden...
De geur van zijn eau de toilette die als een licht bedwelmende wasem bij iedere kleine beweging vanaf zijn borstkas mijn neus bereikte, voelde geruststellend en vertrouwd. Net zoals de verhalen over zijn leven, zijn Marokkaanse vader, zijn Spaanse moeder en een jongere zus die in Casablanca als advocate haar leven en carrière probeert op de bouwen, dat op eenzelfde manier als de mijne waren.
Alleen dan wel met een Franse vader, een Nederlandse moeder, een dramatische vechtscheiding waarna ik op mijn 16de naar papa vluchtte om daar via het atelier van papa de kunst/reclame-wereld in rolde.
"Ondertussen zijn we wel wat jaren verder," grinnikte ik en verzuchtte toen: "En over een maand of drie, vier mag ik weer terug de ratrace in..."
Zijn hand stopte met het strelen door mijn haren, omvatte mijn achterhoofd en draaide mijn gezicht rustig naar zich toe.
"Er zijn altijd andere mogelijkheden..." klonk zijn diepe stem zacht, terwijl hij mijn hoofd verder naar het zijne ophief en onze lippen elkaar in een eerste voorzichtige maar oh zo hongerige kus vonden.

👍0
Haar lippen smaakten naar zee en zon, met dat vleugje munt van de thee die nog halfvol naast ons stond te dampen. Het was een zachte kus, alsof we beiden bang waren om iets kapot te maken, iets heiligs te verstoren. Maar onder die voorzichtigheid schuilde een spanning die zich al dagen had opgebouwd — golven die zich hadden opgestuwd, teruggetrokken, en nu eindelijk, onvermijdelijk, over het rif braken.
Ik liet mijn hand in haar nek rusten, mijn duim tegen haar kaaklijn, voelde hoe haar hart klopte onder haar huid. Ze had iets van vuur en rust tegelijk. Een mix die ik lang niet meer had gevoeld bij iemand.
Misschien nooit eerder.
Ze trok zich een paar centimeter terug, haar ogen op de mijne. “Je zei dat er altijd andere mogelijkheden zijn…”
Ik knikte langzaam, liet mijn hand op haar bovenbeen rusten, warm en ontspannen. “Dat zeg ik omdat ik het meen. Maar ik zeg het ook omdat ik weet hoe moeilijk het is om het echt te geloven.”
Ze glimlachte – klein, schuin, bijna verdrietig – en liet haar hoofd tegen mijn schouder zakken. Even waren we stil. Geen woorden, alleen de wind die door de daktuin streek, de laatste zon die de zee beroerde als gesmolten koper, en de stad beneden ons die zich voorbereidde op de nacht.
“Ik ben moe van mijn eigen leven,” zei ze zacht, zonder mij aan te kijken. “Of misschien… moe van de versie van mezelf die ik daar moet zijn.”
Ik herkende het. God, ik herkende het maar al te goed.
Ik had ook ooit zo’n leven gehad — vol verwachtingen van anderen, normen die mij niet pasten. Spanje, Madrid, de universitaire route die mijn moeder voor me uitgestippeld had. En de stilte van mijn vader, die nooit iets verbood, maar altijd afwezig was op het moment dat ik het nodig had. Pas toen ik terugkeerde naar Marokko, naar de oceaan, naar de eenvoud van het water en het zand, voelde ik mezelf langzaam terugkeren.
“Misschien ben je precies op tijd weg gegaan,” zei ik. “Sommige mensen blijven hun hele leven in een rol waar ze niet in passen. Jij niet.”
Ze keek op, haar ogen iets donkerder nu, iets vochtiger misschien. “En wat als ik niet meer weet wie ik ben zonder die rol?”
Ik glimlachte. “Dan heb je geluk. Want hier, in Taghazout, hoef je niemand te zijn. Alleen maar aanwezig.”
Haar hand zocht de mijne, vingers verstrengeld. Warm. Stil. Echt.
En ik wist, op dat moment, dat dit méér was dan een flirt. Meer dan een zomer. Misschien niet iets voor altijd, misschien niet iets dat terug in Parijs of Amsterdam zou overleven. Maar wel iets echts. Iets wat ertoe deed.
Ik hief haar kin nog een keer op, deze keer zonder twijfel. En toen ik haar opnieuw kuste, was er geen rem meer. Alleen vuur, huid, adem. De geur van jasmijn en warme stenen. En een nacht die nog moest beginnen, maar zich al diep in ons beide

👍+1
"... Alleen maar aanwezig."
Als dat eens zo zou kunnen zijn! Geen pressie, geen verwachting.
Slecht de utopie van het moment. Één oneindig moment!
Ik voel mijn hoofd opnieuw opgericht worden. Ik merk niet eens of het een hand onder mijn kin, of op mijn achterhoofd is.
Het maakt ook niet uit, want opnieuw proef ik zijn lippen op de mijne. Zijn geur in mij neus. Zijn lijf dat dwars door de dunne laagjes kleding heerlijk tegen mij aandrukt.
Ik hap naar adem, overweldigd door de sensaties. Niet dat ik onervaren ben, maar dit... dit is anders. Meer... dieper... als een oerkracht.
Ben neemt mijn opengaande mond aan als de uitnodiging die het misschien ook wel is. Zijn tong vindt de mijne.
Onze lippen smeren, dansen, happen naar en met elkaar. En mijn tong geeft en neemt zeker net zo enthousiast en hongerig als de zijne.
Alle overpeinzingen van zojuist verdwijnen als mijn lust de overhand krijgt. Onze verstrengelde handen laat ik gaan. Ik wil meer van Ben voelen en na twee strelingen over zijn ruw linnen overhemd glijden mijn handen er als vanzelf onder.
Een kreun ontsnapt mijn mond als ik de huid van zijn rug onder mijn vinger voel. Soepel, met de gespierdheid van een surfinstructeur.
Een tweede kreun als Ben onze zoen verbreekt. Een die begon als van teleurstelling, maar dan omslaat in een van genot als zijn lippen mijn rechter tepel bewerken. Tijdens onze tongzoen heeft hij kans gezien ongemerkt het bovenstuk van mijn jurk los te knopen en naar beneden weten te werken!
Ik krom mijn rug om hem meer en beter toegang te geven tot mijn borsten die hij nu beiden zachtjes masseert.
Hij gromt als ik zachtjes met mijn nagels over zijn rug krab.
Dit mag eeuwig zo duren, maar toch wil ik tegelijkertijd meer, veel meer!
Als dat eens zo zou kunnen zijn! Geen pressie, geen verwachting.
Slecht de utopie van het moment. Één oneindig moment!
Ik voel mijn hoofd opnieuw opgericht worden. Ik merk niet eens of het een hand onder mijn kin, of op mijn achterhoofd is.
Het maakt ook niet uit, want opnieuw proef ik zijn lippen op de mijne. Zijn geur in mij neus. Zijn lijf dat dwars door de dunne laagjes kleding heerlijk tegen mij aandrukt.
Ik hap naar adem, overweldigd door de sensaties. Niet dat ik onervaren ben, maar dit... dit is anders. Meer... dieper... als een oerkracht.
Ben neemt mijn opengaande mond aan als de uitnodiging die het misschien ook wel is. Zijn tong vindt de mijne.
Onze lippen smeren, dansen, happen naar en met elkaar. En mijn tong geeft en neemt zeker net zo enthousiast en hongerig als de zijne.
Alle overpeinzingen van zojuist verdwijnen als mijn lust de overhand krijgt. Onze verstrengelde handen laat ik gaan. Ik wil meer van Ben voelen en na twee strelingen over zijn ruw linnen overhemd glijden mijn handen er als vanzelf onder.
Een kreun ontsnapt mijn mond als ik de huid van zijn rug onder mijn vinger voel. Soepel, met de gespierdheid van een surfinstructeur.
Een tweede kreun als Ben onze zoen verbreekt. Een die begon als van teleurstelling, maar dan omslaat in een van genot als zijn lippen mijn rechter tepel bewerken. Tijdens onze tongzoen heeft hij kans gezien ongemerkt het bovenstuk van mijn jurk los te knopen en naar beneden weten te werken!
Ik krom mijn rug om hem meer en beter toegang te geven tot mijn borsten die hij nu beiden zachtjes masseert.
Hij gromt als ik zachtjes met mijn nagels over zijn rug krab.
Dit mag eeuwig zo duren, maar toch wil ik tegelijkertijd meer, veel meer!

👍0
Haar kreun sneed door me heen, warm en urgent, als een golf die je onverwacht meesleurt. Mijn lippen gleden nog even over haar borst, proefden het zout van haar huid, voordat ik omhoog keek. Haar ogen waren half gesloten, maar er zat iets in — geen twijfel, geen terughoudendheid, alleen honger.
Ik voelde mijn eigen adem zwaarder worden. De linnen stof tussen ons in begon als een barrière te voelen. Mijn handen vonden haar heupen, gleden langs de lijnen van haar jurk omlaag, tot ik de zachte stof in mijn vuisten voelde. Eén ruk, en het viel verder open, als water dat een kier vindt.
Boven ons trok de avond zich langzaam dieper over het dorp, alsof de wereld kleiner werd, intiemer, alleen nog ons tweeën in dit moment. Ik hoorde de zee, traag en zwaar, en ergens ver beneden klonk het gelach van een groep jongens die over de boulevard liep. Maar het was alsof alles buiten ons vervaagde.
Ik trok haar dichter tegen me aan, voelde haar handen onder mijn overhemd, de krassende nagels die mijn rug in kaart brachten. Het was geen teder strelen, maar een claim, een bevestiging dat ze hier was, met mij, nu.
“Sophie…” fluisterde ik, meer uit adem dan uit woorden.
Ze antwoordde niet, maar haar mond vond de holte van mijn hals, haar tanden licht tegen mijn huid. Mijn spieren spanden zich aan, niet van terughoudendheid, maar van de intensiteit waarmee ze me raakte.
Ik liet mijn handen weer omhoog glijden, duwde zacht maar beslist tegen haar schouderbladen zodat ze achterover zakte in de kussens. Het kaarslicht ving de contouren van haar lichaam, en ik wist dat dit het moment was waar de afgelopen weken ons naartoe hadden gebracht. Geen spel meer. Geen afwachten. Alleen wij, de nacht, en alles wat we elkaar nog niet hadden gezegd maar nu in aanraking konden vertalen.
Ik boog me over haar heen, mijn knieën aan weerszijden van haar heupen, en liet mijn vingers over haar buik glijden — langzaam, alsof ik elk stukje van haar wilde leren kennen. Haar ademhaling was onregelmatig nu, korte trekjes die me vertelden dat ze aan het wachten was, misschien zelfs op het breken van een nieuwe golf.
Ik boog mijn hoofd en volgde met mijn mond de lijn die mijn handen hadden getrokken, proefde haar huid, voelde haar spierspanning onder mijn lippen. Ze rook nog steeds naar zee, maar nu vermengd met iets warmers, intiemers, iets dat alleen van haar was.
Haar handen vonden mijn haar, eerst zacht, dan steviger, alsof ze me wilde sturen, dichter bij waar haar honger het grootst was. Ik liet me leiden, maar nam ook mijn tijd — genot uitstellen was een spel dat ik kende, en waarvan ik wist dat het de uiteindelijke overgave alleen maar intenser zou maken.
Toen ik eindelijk hoger kwam, tot mijn gezicht weer vlak boven het hare hing, ving ik haar blik. Haar ogen waren donker, bijna vloeibaar, en ik wist dat dit het punt was waar geen van ons nog terug zou willen.
Ik kuste haar opnieuw, dieper nu, mijn hand glijdend langs haar dij, tot ik de warmte voelde die door stof en tijd heen naar me toe trok. Haar heupen bewoog ze licht omhoog, als een antwoord, als een uitnodiging.
De wind trok aan het kaarslicht, schaduwen bewogen over haar gezicht. En terwijl de oceaan beneden bleef ademen, liet ik mezelf eindelijk volledig door haar meenemen.

👍+1
“Ben…” mompelde ik, mijn stem hees en verloren in de hitte van het moment.
Zijn gewicht op me voelde als een anker, zwaar en geruststellend. Ik beet zacht in zijn schouder, proefde het zout van zijn zweet vermengd met de geur van sandelhout die altijd om hem heen hing. Mijn hart klopte loom maar diep, als de golven beneden die keer op keer op het strand neerstreken, en ik wist dat ik hem wilde, meer dan ik had durven toegeven in de weken dat we elkaar hadden geplaagd.
Ik trok hem dichterbij, mijn nagels licht over zijn rug krassend, een spoor achterlatend dat hem deed huiveren. Zijn mond vond mijn borst, warm en dwingend, en ik boog mijn rug om hem tegemoet te komen, mijn adem stokte in mijn keel. Het dakterras leek kleiner te worden, de kaarsen flakkerden als sterren die op het punt stonden te exploderen, en ik voelde hoe mijn lichaam reageerde op elke aanraking, elke kus.
Mijn handen gleden naar beneden, grepen zijn heupen vast, trokken hem tegen me aan. Ik wilde hem voelen, echt voelen, zonder barrières, zonder aarzeling. Zijn ogen ontmoetten de mijne even, donker en vol belofte, en ik glimlachte, een beetje uitdagend, een beetje smekend. “Ne me fais pas attendre,” fluisterde ik in het Frans, wetend dat hij het zou begrijpen, dat het onze talen mengde zoals onze lichamen.
Hij reageerde met een grom, diep vanuit zijn borst, en ik lachte zacht, triomfantelijk, terwijl ik mijn benen om hem heen sloeg. De stof tussen ons was nu een hinder, en met een snelle beweging hielp ik hem om die weg te nemen, mijn huid tintelend van anticipatie. De oceaan verdween uit ons bestaan, hierboven was nu alleen ons ritme, ons samenspel van zuchten en bewegingen.
Ik draaide ons om, nam de leiding, mijn haar vallend als een gordijn om zijn gezicht. Nu was ik degene die hem plaagde, mijn lippen licht over zijn borst strijkend, lager, tot hij mijn naam kreunde. Mijn Nederlandse roots maakten me direct, mijn Franse bloed gepassioneerd, en ik liet beide stromen in deze dans. Hij was van mij nu, en ik van hem, in deze nacht die ons had samengebracht.
Zijn handen grepen mijn heupen, leidden me, en ik liet me zakken, langzaam, genietend van elke sensatie. Een golf van plezier overspoelde me, en ik beet op mijn lip om niet te schreeuwen, niet te vroeg. We bewogen samen, als eb en vloed, perfect in sync, en ik voelde hoe de spanning opbouwde, als een storm die naderde.
Ik leunde voorover, kuste hem hongerig, mijn tong dansend met de zijne, terwijl onze lichamen sneller werden, dringender. De schaduwen op de muur dansten mee, grillig en wild, en ik wist dat dit het was – de culminatie van al die gestolen blikken, die toevallige aanrakingen, net even iets langer dan noodzakelijk tijdens de surflessen. “Ben, oui, comme ça,” hijgde ik, mengend wat er in me opkwam, mijn gedachten een wirwar van talen en gevoelens.
Uiteindelijk brak de golf, overspoelend ons beiden, en ik klampte me aan hem vast, mijn nagels in zijn rug, terwijl golven van extase door me heen trokken. Hij volgde kort daarna, zijn lichaam trillend onder het mijne, en we bleven zo liggen, hijgend, bezweet, in de stilte die volgde op de storm.
Langzaam ontspanden we, zijn armen om me heen, mijn hoofd op zijn borst. De kaarsen brandden lager nu, de wind fluisterde door het raam, en ik glimlachte in mezelf. Dit was slechts het begin, wist ik, van iets diepers, iets dat de zee en de nacht zou overleven.
Zijn gewicht op me voelde als een anker, zwaar en geruststellend. Ik beet zacht in zijn schouder, proefde het zout van zijn zweet vermengd met de geur van sandelhout die altijd om hem heen hing. Mijn hart klopte loom maar diep, als de golven beneden die keer op keer op het strand neerstreken, en ik wist dat ik hem wilde, meer dan ik had durven toegeven in de weken dat we elkaar hadden geplaagd.
Ik trok hem dichterbij, mijn nagels licht over zijn rug krassend, een spoor achterlatend dat hem deed huiveren. Zijn mond vond mijn borst, warm en dwingend, en ik boog mijn rug om hem tegemoet te komen, mijn adem stokte in mijn keel. Het dakterras leek kleiner te worden, de kaarsen flakkerden als sterren die op het punt stonden te exploderen, en ik voelde hoe mijn lichaam reageerde op elke aanraking, elke kus.
Mijn handen gleden naar beneden, grepen zijn heupen vast, trokken hem tegen me aan. Ik wilde hem voelen, echt voelen, zonder barrières, zonder aarzeling. Zijn ogen ontmoetten de mijne even, donker en vol belofte, en ik glimlachte, een beetje uitdagend, een beetje smekend. “Ne me fais pas attendre,” fluisterde ik in het Frans, wetend dat hij het zou begrijpen, dat het onze talen mengde zoals onze lichamen.
Hij reageerde met een grom, diep vanuit zijn borst, en ik lachte zacht, triomfantelijk, terwijl ik mijn benen om hem heen sloeg. De stof tussen ons was nu een hinder, en met een snelle beweging hielp ik hem om die weg te nemen, mijn huid tintelend van anticipatie. De oceaan verdween uit ons bestaan, hierboven was nu alleen ons ritme, ons samenspel van zuchten en bewegingen.
Ik draaide ons om, nam de leiding, mijn haar vallend als een gordijn om zijn gezicht. Nu was ik degene die hem plaagde, mijn lippen licht over zijn borst strijkend, lager, tot hij mijn naam kreunde. Mijn Nederlandse roots maakten me direct, mijn Franse bloed gepassioneerd, en ik liet beide stromen in deze dans. Hij was van mij nu, en ik van hem, in deze nacht die ons had samengebracht.
Zijn handen grepen mijn heupen, leidden me, en ik liet me zakken, langzaam, genietend van elke sensatie. Een golf van plezier overspoelde me, en ik beet op mijn lip om niet te schreeuwen, niet te vroeg. We bewogen samen, als eb en vloed, perfect in sync, en ik voelde hoe de spanning opbouwde, als een storm die naderde.
Ik leunde voorover, kuste hem hongerig, mijn tong dansend met de zijne, terwijl onze lichamen sneller werden, dringender. De schaduwen op de muur dansten mee, grillig en wild, en ik wist dat dit het was – de culminatie van al die gestolen blikken, die toevallige aanrakingen, net even iets langer dan noodzakelijk tijdens de surflessen. “Ben, oui, comme ça,” hijgde ik, mengend wat er in me opkwam, mijn gedachten een wirwar van talen en gevoelens.
Uiteindelijk brak de golf, overspoelend ons beiden, en ik klampte me aan hem vast, mijn nagels in zijn rug, terwijl golven van extase door me heen trokken. Hij volgde kort daarna, zijn lichaam trillend onder het mijne, en we bleven zo liggen, hijgend, bezweet, in de stilte die volgde op de storm.
Langzaam ontspanden we, zijn armen om me heen, mijn hoofd op zijn borst. De kaarsen brandden lager nu, de wind fluisterde door het raam, en ik glimlachte in mezelf. Dit was slechts het begin, wist ik, van iets diepers, iets dat de zee en de nacht zou overleven.

👍0
*Oh Sophie wat schrijf je heerlijk. Ik geniet hier echt van. De spanning en het spelen met metaforen. Heerlijke spannend
De stilte na de storm had zijn eigen muziek. Haar ademhaling op mijn borst, het langzame dalen van haar hartslag dat ik kon voelen tegen mijn huid. Alsof we beiden nog steeds wiegden op de nasleep van die golf die ons meegesleurd had.
Ik sloot mijn ogen even, liet mijn hand zachtjes over haar rug glijden. Warm, vochtig, levend. Ze hoorde hier, dacht ik. Niet alleen in mijn armen, maar ook in dit land, bij deze zee. Alsof de oceaan haar had geroepen, net zoals hij dat ooit bij mij had gedaan.
“Ça va?” fluisterde ik, mijn lippen tegen haar haar.
Ze lachte zacht, een beetje schor, en knikte zonder op te kijken. Het was geen groot woord, geen lange zin, maar ik voelde het in mijn borstkas resoneren alsof ze alles in dat ene antwoord had gestopt.
Buiten hoorde ik het verre geblaf van honden, het roepen van een visser die zijn laatste netten binnenhaalde. Taghazout leefde zijn gewone leven, onbewust van wat zich hier, op dit dakterras, had voltrokken. Wij waren een klein universum, afgezonderd van alles, en ik wist dat ik dit wilde vasthouden.
Toch kroop er ook een gedachte binnen, scherp en onvermijdelijk: zij had een terugweg. Een klok die al tikte, maanden vooruit, maar toch voelbaar. En ik… ik wist dat ik dit niet wilde laten eindigen als zomaar een zomer in de herinneringen van een vrouw die ooit besloot te ontsnappen.
Ik tilde haar kin een beetje op zodat ze me aankeek. Haar ogen waren zwaar van warmte, maar er lag ook een vraag in, een kwetsbaarheid die ik herkende. “Blijf nog even,” zei ik. Niet als een bevel, niet als een verzoek, maar als een belofte.
Mijn vingers streelden langs haar kaak. “Misschien is ‘even’ precies wat we nodig hebben. Geen verleden, geen toekomst. Alleen dit.”
Ze knikte langzaam, en ik wist dat we allebei begrepen dat dit geen klein avontuur was. Dit was een verhaal dat zich niet liet vastleggen door tijd of afspraken.
Ik sloot mijn ogen weer, haar hoofd terug op mijn borst, en luisterde hoe de nacht dieper werd
De stilte na de storm had zijn eigen muziek. Haar ademhaling op mijn borst, het langzame dalen van haar hartslag dat ik kon voelen tegen mijn huid. Alsof we beiden nog steeds wiegden op de nasleep van die golf die ons meegesleurd had.
Ik sloot mijn ogen even, liet mijn hand zachtjes over haar rug glijden. Warm, vochtig, levend. Ze hoorde hier, dacht ik. Niet alleen in mijn armen, maar ook in dit land, bij deze zee. Alsof de oceaan haar had geroepen, net zoals hij dat ooit bij mij had gedaan.
“Ça va?” fluisterde ik, mijn lippen tegen haar haar.
Ze lachte zacht, een beetje schor, en knikte zonder op te kijken. Het was geen groot woord, geen lange zin, maar ik voelde het in mijn borstkas resoneren alsof ze alles in dat ene antwoord had gestopt.
Buiten hoorde ik het verre geblaf van honden, het roepen van een visser die zijn laatste netten binnenhaalde. Taghazout leefde zijn gewone leven, onbewust van wat zich hier, op dit dakterras, had voltrokken. Wij waren een klein universum, afgezonderd van alles, en ik wist dat ik dit wilde vasthouden.
Toch kroop er ook een gedachte binnen, scherp en onvermijdelijk: zij had een terugweg. Een klok die al tikte, maanden vooruit, maar toch voelbaar. En ik… ik wist dat ik dit niet wilde laten eindigen als zomaar een zomer in de herinneringen van een vrouw die ooit besloot te ontsnappen.
Ik tilde haar kin een beetje op zodat ze me aankeek. Haar ogen waren zwaar van warmte, maar er lag ook een vraag in, een kwetsbaarheid die ik herkende. “Blijf nog even,” zei ik. Niet als een bevel, niet als een verzoek, maar als een belofte.
Mijn vingers streelden langs haar kaak. “Misschien is ‘even’ precies wat we nodig hebben. Geen verleden, geen toekomst. Alleen dit.”
Ze knikte langzaam, en ik wist dat we allebei begrepen dat dit geen klein avontuur was. Dit was een verhaal dat zich niet liet vastleggen door tijd of afspraken.
Ik sloot mijn ogen weer, haar hoofd terug op mijn borst, en luisterde hoe de nacht dieper werd

👍0
Ik moet eerlijk zeggen, dat ik bij de vorige schakel wel een beetje hulp had van een vriendje van ChatGPT 😏 Ik voelde me een beetje inspiratieloos en wilde je niet je lang laten wachten.
Maar, as 'luck' has it, ik heb zojuist een stapel werk gekregen die mij de komende tijd (ook buiten werktijd) in beslag gaat nemen.
Ik trek mij dan ook bij deze terug en hoop voor je dat een volgende Sophie het over neemt.
Maar, as 'luck' has it, ik heb zojuist een stapel werk gekregen die mij de komende tijd (ook buiten werktijd) in beslag gaat nemen.
Ik trek mij dan ook bij deze terug en hoop voor je dat een volgende Sophie het over neemt.
Doe je ook mee met dit ketting verhaal?
Algemene Voorwaarden -
Contact -
FAQ -
Mobiel -
Desktop
Bezoekers Online: 699 / Copyright 2000 - 2025 Opwindend.Net
Bezoekers Online: 699 / Copyright 2000 - 2025 Opwindend.Net