Door: G. Tonner
Datum: 02-01-2018 | Cijfer: 8.2 | Gelezen: 8078
Lengte: Gemiddeld | Leestijd: 5 minuten | Lezers Online: 1
Trefwoord(en): Werk,
Lengte: Gemiddeld | Leestijd: 5 minuten | Lezers Online: 1
Trefwoord(en): Werk,
‘Samengevat: uw vader is overleden aan een acute hartstilstand. Zo maar tijdens de sanitaire verzorging, zo ineens dat hij er niet onder geleden heeft. De vredige trek op zijn gezicht getuigt daarvan... De betreffende verpleegster heeft nu dienst. Als u haar nog even wilt spreken over hoe zij hem tijdens zijn laatste momenten gezien heeft, kan dat. Zij zoekt u hier op.’
Dokter Vonk schudde hun de hand en liet ze in de spreekkamer achter.
Ze was jonger dan ze beiden gedacht hadden. Midtwintig. Een leuke, vlotte verschijning, al was ze kennelijk wat zenuwachtig, te zien aan de rode vlekken in haar hals.
‘Hallo? U bent mevrouw en meneer Endstra? Ik ben Vera Silkema. Gecondoleerd met het overlijden van uw vader... Het was een bijzondere situatie, waarover ik u graag informatie wil geven.’
Meneer, een gevorderde vijftiger, nam het woord: ‘Zuster Vera! Mijn vader heeft uw naam regelmatig genoemd. Hij was op u gesteld...’
‘Nou, dat was wederzijds. Hij was diep verdrietig dat hij in het verpleeghuis moest verblijven. Nou ja, dat weet u. Zijn lichamelijke toestand maakte dat noodzakelijk, maar hij was geestelijk zo helder, alles kwam zo heftig bij hem binnen. Hij wilde niet meer leven... Niettemin was hij naar de verpleging altijd vriendelijk en hoffelijk.’
‘Ja, we waren in contact met de levenseindekliniek, maar dat is een hele procedure. Eigenlijk is het een zegen voor mijn vader dat hij zo snel en eh... nou ja... zo vredig gestorven is.’
Vera vertelde wat de dokter ook al verteld had, met wat meer details dan wel. Vader was tegen tienen in de avond de laatste patiënt van haar dienst. Z’n luier was nat, die moest uiteraard verwisseld voor de nacht. Normaal wordt er dan even gedoucht, maar hij zag daar zo tegenop, dat ze hem alleen van onderen had gewassen. Daar was hij zo blij over als een kind. Ze zag het aan zijn gezicht. En toen de schone luier zat, wilde ze hem onder stoppen. Toen zag ze opeens dat hij ‘vertrokken’ was. Ze had om bijstand gevraagd, en samen hadden ze besloten om zijn niet-reanimatiewens in te willigen. Nou ja, zo is het gegaan...
Mevrouw nam het woord: ‘Neem me niet kwalijk, maar ik heb het gevoel dat er toch iets is wat u níet vertelt...’
Vera werd helemaal rood. En zweeg.
‘Zuster, u kunt mijn man en mij vertrouwen. Wat het ook is, de familie zal u steunen. Ik voel dat het u zal opluchten... U slaat een fase over. U maakt mij niets wijs.’
Vera rechtte haar rug: ‘U verzekert mij dat wat ik ga zeggen tussen ons blijft? Als de leiding dit komt te weten, raak ik mijn baan kwijt... En ik verzeker u: ik ben uw vader terwille geweest.’
Mevrouw drukte de zuster liefdevol tegen zich aan. ‘Vertrouw ons!’
‘Toen ik uw vader waste, kreeg hij een erectie - niet te zuinig! Dat maak ik hier niet vaak mee, en uw vader was er ook wat verlegen onder. Om het ongemak te breken zei ik ik tegen hem: Nou, uw lijf laat u tegenwoordig flink in de steek, maar uw piemel doet het nog helemaal....
Hij antwoordde onbeschroomd: Jazeker, alleen jammer dat ik niet meer de kracht heb om nog te rukken.’
Ze zweeg even en ging toen verder: ‘Ik bedacht me niet en omvatte zijn stijve. Zal ik het voor u doen? Hij zei niets maar zuchtte betekenisvol, dus ging ik door. Oh, zuster, wat lekker... zuchtte hij. Ik merkte na een tijdje dat hij ging komen, en ik bedacht dat een zaadlozing troep zou opleveren, dus nam ik hem in mijn mond. Uw vader reageerde euforisch en spoot voor zijn omstandigheden een verbazingwekkende hoeveelheid. Ik slikte het door en maakte zijn piemel schoon.
Zuster, u hebt me tot in de sterren gepijpt... fluisterde hij, letterlijk met die woorden! En hij keek zo bevredigd, nu zeggen we ‘vredig’... Ik deed hem de luier aan, nou ja, de rest weet u. Ik voel me wel schuldig dat ik hem kennelijk te veel opgewonden heb, maar tegelijkertijd was het ook zo mooi! Ik heb besloten erover te zwijgen. Ik ben dolgelukkig dat ik de ingeving had hem te pijpen en het zaad in te slikken, dus dat kon me ook niet verraden. Nu weet u het - mijn lot ligt in uw handen.’ Ze snoof zenuwachtig.
De Endstra’s keken elkaar met een mengeling van ongeloof en geamuseerdheid aan.
Meneer stond op, sloeg z’n armen om Vera heen... ‘Tjezus meid, ongelofelijk! Pa is in het harnas gestorven. Niet door euthanasie, maar door euforie. Je bent een absolute kanjer!’
Dokter Vonk schudde hun de hand en liet ze in de spreekkamer achter.
Ze was jonger dan ze beiden gedacht hadden. Midtwintig. Een leuke, vlotte verschijning, al was ze kennelijk wat zenuwachtig, te zien aan de rode vlekken in haar hals.
‘Hallo? U bent mevrouw en meneer Endstra? Ik ben Vera Silkema. Gecondoleerd met het overlijden van uw vader... Het was een bijzondere situatie, waarover ik u graag informatie wil geven.’
Meneer, een gevorderde vijftiger, nam het woord: ‘Zuster Vera! Mijn vader heeft uw naam regelmatig genoemd. Hij was op u gesteld...’
‘Nou, dat was wederzijds. Hij was diep verdrietig dat hij in het verpleeghuis moest verblijven. Nou ja, dat weet u. Zijn lichamelijke toestand maakte dat noodzakelijk, maar hij was geestelijk zo helder, alles kwam zo heftig bij hem binnen. Hij wilde niet meer leven... Niettemin was hij naar de verpleging altijd vriendelijk en hoffelijk.’
‘Ja, we waren in contact met de levenseindekliniek, maar dat is een hele procedure. Eigenlijk is het een zegen voor mijn vader dat hij zo snel en eh... nou ja... zo vredig gestorven is.’
Vera vertelde wat de dokter ook al verteld had, met wat meer details dan wel. Vader was tegen tienen in de avond de laatste patiënt van haar dienst. Z’n luier was nat, die moest uiteraard verwisseld voor de nacht. Normaal wordt er dan even gedoucht, maar hij zag daar zo tegenop, dat ze hem alleen van onderen had gewassen. Daar was hij zo blij over als een kind. Ze zag het aan zijn gezicht. En toen de schone luier zat, wilde ze hem onder stoppen. Toen zag ze opeens dat hij ‘vertrokken’ was. Ze had om bijstand gevraagd, en samen hadden ze besloten om zijn niet-reanimatiewens in te willigen. Nou ja, zo is het gegaan...
Mevrouw nam het woord: ‘Neem me niet kwalijk, maar ik heb het gevoel dat er toch iets is wat u níet vertelt...’
Vera werd helemaal rood. En zweeg.
‘Zuster, u kunt mijn man en mij vertrouwen. Wat het ook is, de familie zal u steunen. Ik voel dat het u zal opluchten... U slaat een fase over. U maakt mij niets wijs.’
Vera rechtte haar rug: ‘U verzekert mij dat wat ik ga zeggen tussen ons blijft? Als de leiding dit komt te weten, raak ik mijn baan kwijt... En ik verzeker u: ik ben uw vader terwille geweest.’
Mevrouw drukte de zuster liefdevol tegen zich aan. ‘Vertrouw ons!’
‘Toen ik uw vader waste, kreeg hij een erectie - niet te zuinig! Dat maak ik hier niet vaak mee, en uw vader was er ook wat verlegen onder. Om het ongemak te breken zei ik ik tegen hem: Nou, uw lijf laat u tegenwoordig flink in de steek, maar uw piemel doet het nog helemaal....
Hij antwoordde onbeschroomd: Jazeker, alleen jammer dat ik niet meer de kracht heb om nog te rukken.’
Ze zweeg even en ging toen verder: ‘Ik bedacht me niet en omvatte zijn stijve. Zal ik het voor u doen? Hij zei niets maar zuchtte betekenisvol, dus ging ik door. Oh, zuster, wat lekker... zuchtte hij. Ik merkte na een tijdje dat hij ging komen, en ik bedacht dat een zaadlozing troep zou opleveren, dus nam ik hem in mijn mond. Uw vader reageerde euforisch en spoot voor zijn omstandigheden een verbazingwekkende hoeveelheid. Ik slikte het door en maakte zijn piemel schoon.
Zuster, u hebt me tot in de sterren gepijpt... fluisterde hij, letterlijk met die woorden! En hij keek zo bevredigd, nu zeggen we ‘vredig’... Ik deed hem de luier aan, nou ja, de rest weet u. Ik voel me wel schuldig dat ik hem kennelijk te veel opgewonden heb, maar tegelijkertijd was het ook zo mooi! Ik heb besloten erover te zwijgen. Ik ben dolgelukkig dat ik de ingeving had hem te pijpen en het zaad in te slikken, dus dat kon me ook niet verraden. Nu weet u het - mijn lot ligt in uw handen.’ Ze snoof zenuwachtig.
De Endstra’s keken elkaar met een mengeling van ongeloof en geamuseerdheid aan.
Meneer stond op, sloeg z’n armen om Vera heen... ‘Tjezus meid, ongelofelijk! Pa is in het harnas gestorven. Niet door euthanasie, maar door euforie. Je bent een absolute kanjer!’
Trefwoord(en): Werk,
Suggestie?
Geef dit verhaal een cijfer:
5
6
7
8
9
10