De Wegloper - 5

Dio opende z’n ogen en merkte dat hij zich niet kon bewegen. Hij keek naar z’n lichaam en zag dat hij vastgebonden was met z’n armen en benen aan een groot houten kruis. “Ik lijk Jezus wel,” dacht hij, alleen die had nog wat aan. Dio was naakt.

Ineens kwam die man in dat zwarte pak weer binnen en brabbelde wat onverstaanbare woorden. Langzaam herinnerde Dio zich iets van een kerk, een man in een zwart pak, een soort Zorro, maar verder kon hij zich niet herinneren hoe hij in deze situatie terecht was gekomen.

Er hing een weeë lucht in de ruimte waar Dio een droge keel van kreeg en hij hoestte.

Zorro liep op hem af en gaf hem een slok water, waarna hij de jongen begon te wassen. Z’n hele lichaam werd in het schuim gezet, maar bij z’n geslacht was de aandacht weer extra groot. Hij haatte dit, maar z’n engelenpikkie kwam weer snel omhoog. Nu pakte de man een mes en Dio schrok zich te pletter, zeker toen hij met het mes in de richting van z’n pik ging, die meteen slap werd. De man begon hem daar te scheren. Die paar haartjes, die Dio met zoveel moeite had gespaard, die hij zelfs had gekamd, gingen er nu weer af. Hij haatte de man die hem helemaal gladschoor en afspoelde. Hij bekeek z’n kale kruis en huilde.

Nu kwam Zorro terug met een flesje waarin spul zat dat dezelfde kleur had als konjak. Bij het uitgieten van het spul over z’n borst merkte Dio dat het stroperiger was. Zorro smeerde met z’n handen het naakte gladde lijf van de jongen helemaal in. Geen plekje werd overgeslagen en weer werd er flink werk gemaakt van z’n pik en ballen. De man bleef maar wrijven en Dio moest toegeven dat hij er wel van genoot, terwijl hij de man haatte. Nu verdween de hand van de man geheel tussen z’n benen en Dio voelde hoe Zorro z’n gaatje zocht en vond. Een van olie druipende vinger werd nu bij hem naar binnengewerkt, al snel gevolgd door een tweede en een derde.

Dio kreunde en kronkelde voor zover dat ging en hij spoot z’n zaad in een gouden bakje dat Zorro in z’n andere hand had. Z’n pik werd zorgvuldig leeggemolken en toen de laatste druppel in het bakje was gevallen, sloot de man het met een sleuteltje en zette het op een pilaar.

Lange tijd, Dio had geen idee hoelang want daglicht zag hij niet, bleef hij gevangen op deze manier en om de zoveel tijd werd hij leeggemolken om het bakje bij te vullen. Toen het bijna vol was, werd hij losgemaakt en werd op een bed gelegd met spierwitte lakens. Daar viel hij in slaap. Hij was te uitgeput om te dromen. Hij werd wakker met een heerlijk gevoel, maar toen hij zag dat Zorro hem zoog sloeg dat gevoel snel om, al dacht z’n pik daar anders over. Hij spoot z’n zaad in de mond van die engerd, die z’n lippen erbij aflikte en daarna Dio’s lippen.

De man verdween weer en Dio wilde zo snel mogelijk weg, maar kon z’n kleren niet vinden. Dan maar zonder kleren en dus ook zonder de 500 euro. Hij besloot wat kleine duuruitziende kleine spulletjes in een eveneens duuruitziend tasje te stoppen in ruil voor z’n geld en hij maakte zich uit de voeten. Naakt liep hij een bos in. Het was gelukkig mooi weer, lekker warm en godzijdank kwam hij niemand tegen.

Hij liep verder en verder totdat hij bij een meertje kwam. Hier zou hij zich eens lekker wassen en alle shit van zich afspoelen. Daarna legde hij zich in de zon en viel in slaap. Toen hij wakker werd scheen de zon nog steeds en hij zweette nu, dus nam hij weer een duik. Heerlijk vond hij het, die complete vrijheid en het naakt zijn.

Weer op de kant begon z’n maag te rommelen en dus liep hij verder op zoek naar.

Ja, wat eigenlijk? Waar moest hij naartoe?

Door de bomen heen meende hij een hut te zien. Hij liep er op af. Beschaamd over z’n naaktheid klopte hij aan. Tot z’n grote verbazing werd er opengedaan door een eveneens naakte jongen. Eenmaal binnen zag hij nog eens vijf naakte jongens in de leeftijd van 14 tot 17, die allemaal bezig waren met koken, opruimen en schoonmaken. Er werd niet gesproken, maar Dio zag ze wel naar elkaar gebaren.

Ineens hoorde hij zware voetstappen en de jongens sprongen meteen in het gelid.

De deur ging open en daar kwam de grootste man binnen die Dio ooit had gezien. Hij had lang blond haar, droeg een dierenvel om z’n schouders, had leren lappen om z’n voeten en was verder helemaal naakt. Z’n hele lichaam was zwaar behaard en z’n pik was zo dik als een blikje cola en minstens twee keer zo lang.

Hij bekeek de jongens, wierp een korte blik op Dio en gebaarde naar de jongens. Dit was zeker genoeg want hierop stapte de man op Dio af en tilde hem met één arm op en zette hem op de tafel. Als een slager die z’n vlees keurt, werd Dio van top tot teen bekeken en betast. Een gebaar van de man bracht de jongens in beweging en snel werd Dio meegenomen naar een andere ruimte waar een grote kuil in de vloer zat met water. Hij werd in de kuil geholpen en gewassen, terwijl de andere jongens dicht tegen hem aanstonden. In de kuil werd nu wel gesproken, zij het heel zacht. Hij hoorde dingen die hij niet verstond, maar ook even een Engels woord en zelfs Nederlands? Hij vroeg waar hij was en één knul fluisterde hem het antwoord in z’n oor.

Dio vroeg waarom ze niet in het openbaar spraken en dezelfde jongen zei dat sinds alle jongens andere talen spraken, hun meester ze verboden had te spreken en ze had verplicht om gebarentaal te gebruiken. Daarnaast waren ze zijn slaven, moesten hem in alles gehoorzamen en zich door hem laten gebruiken. En zo moest ook Dio eraan geloven. Hij werd zorgvuldig geprepareerd door de andere jongens, door hem met zalf in te smeren en met steeds grotere dildo’s op te rekken. Dio was na de herder wel wat gewend en had daardoor geen enkele moeite met zelfs de grootste dildo.

De paal van de reus was echter een ander verhaal. Stijf gepijpt en gelikt door de andere slaven bleek de paal het formaat van cola-blikjes ver te ontstijgen. De staaf was zo lang als Dio’s onderarm en zeker twee keer zo dik. Dio onderging de beurt echter dapper en in de weken die volgden, ging hij z’n dagelijkse beurt steeds meer waarderen. Hij zag er zelfs naar uit. Verder kreeg Dio goed te eten, moest wel klusjes doen, maar hij had zijn thuis gevonden.

Hier kon hij zijn wie hij was, doen waar hij zin in had en hoewel hij nooit gedacht had homosexuele dingen lekker te vinden, had hij zich volledig overgegeven aan z’n meester. Met de andere jongens rommelde hij ook wel, maar hij liet zich nooit door hen neuken. Die knullen, hoewel ze best flinke pikken hadden, konden hem niet bevredigen. Alleen een boom van een paal kon dat, Dio moest dagelijks volledig gevuld worden, alleen dan voelde hij zich – vreemd genoeg – een man.

Maar denk er aan:

Ergens tussen hier en ‘Speen’, zit een zwaar christelijke familie te bidden om de terugkomst van hun zoon, huilt een bejaard echtpaar om het verlies van hun jonge speeltje, liggen meerdere vrachtwagenchauffeurs te wippen met hun vrouw denkend aan en klaar te komen op de gedachte aan een heerlijke jonge knul, missen 20 honden hun teefje en hangt er in een achterkamer van een verlaten kerkje een portret van een naakte jongen aan een kruis met daarnaast een bakje sperma. De jongen is afgebeeld met een stijve pik, waaraan een sliert zaad hangt. Iedere dag na het avondgebed bidt de plaatselijke dorpsgek, verkleed als koster, voor het portret, drinkt een beetje sperma en rukt zich af.