Door: Maxine
Datum: 09-01-2020 | Cijfer: 9.4 | Gelezen: 10785
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 93 minuten | Lezers Online: 1
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 93 minuten | Lezers Online: 1
Vervolg op: Negen Dagen Tot Nieuwjaar - 4: 26 December
27 En 28 December
27 december.
Het is pas rond het middaguur, als we allebei wakker worden. Of ik word wakker van Sally, die kreunend uit bed stapt.
‘Oh, ik heb spierpijn!’
Hoewel ik pas net wakker ben, moet ik al meteen lachen. ‘Dat went wel, als je wat meer traint!’
Ze kijkt geschrokken om, maar moet dan glimlachen.
‘Daar ben ik al mee bezig, Jack!’
Ze gaat overeind staan en zegt dan: ‘Oei, of ik heb te veel gedronken gisteren, of ik begin ziek te worden. Mijn kop!’
Ze haast zich dan naar de badkamer, waar ik al snel onsmakelijke geluiden uit hoor komen. Zelf voel ik me kiplekker. Ik sta op en loop naar de badkamer, waar ik Sally boven de toiletpot zie hangen.
‘Oh, ik voel me nu verschrikkelijk! Ik geloof dat ik echt alles van gisteren heb overgegeven!’
‘Oei, als je nu ook maar niet ziek wordt, Sally!’
‘Ik mag toch hopen van niet! Ik moet morgen weer werken!’
‘Als je die buikgriep hebt, ga je morgen echt niet werken, Sally. Dan ga je lekker op bed liggen, en dan verwen ik je tot je weer beter bent.’
Ik help haar overeind, en zet haar dan onder een warme douche. Dat ze nu naakt is, doet me nu niet zo veel. Het doet me nu veel meer, dat ze nu kwetsbaar is en bovendien er duidelijk niet lekker aan is. Het maakt me, dat ik voor haar wil zorgen en haar wil helpen.
En Sally voelt zich echt niet goed. Als ik haar later in een oud sporthemd van me hijs, en later haar koorts opmeet, blijkt dat ze de buikgriep flink te pakken heeft. Ze heeft maar liefst 39 graden koorts. Ik doe snel wat boodschappen en haal allerlei dingen in huis, die haar kunnen helpen. Honing, thee, wat beschuit en lichte crackers, die niet zo zwaar op de maag vallen.
Ik behandel haar als een prinses, die ze ook in mijn ogen is.
En Sally laat zich maar wat graag door me vertroetelen, enkel moet ze zich wel geregeld haasten naar de badkamer voor wat onaangenamere details van haar ziekte. Maar het geeft ons wel de gelegenheid om goed met elkaar te praten. Echt goed met elkaar te praten. We hebben er nu de tijd voor, en ik heb toch tot na nieuwjaar vrij. Sally moet nog wel een paar dagen werken, maar is dan na het weekend tot na nieuwjaar vrij.
En dat doet onze nog jonge relatie met elkaar wel goed. Sally heeft nog wel wat vragen over mijn trauma, en ik vertel haar er echt alles over, wat ik erover kan vertellen. Op haar beurt vertelt ze me haar geheimen en ik de mijne. Het levert zowel gelach als hier en daar een traan op.
Als ze later die middag nog steeds last heeft van spierpijn, bied ik haar aan om haar te masseren.
Sally kijkt me verbaasd aan. ‘Kun je ook nog goed masseren?’
‘Ik ben geen pro, maar ik kan het een beetje. Ik moet het soms bij mezelf doen, als ik me verrekt heb bij het trainen.’
‘Dan doe maar! Ik wil het wel eens proberen!’
Ik sta op en loop naar de badkamer, waar ik de massageolie heb staan. Ik pak me wat oude handdoeken, die ik ook gebruik, als ik mezelf masseer, zodat het bed niet onder de olie komt.
Daar laat ik Sally op haar buik liggen en sluit wat olie op mijn handen. Dan begin ik met haar massage. Haar lichaam is duidelijk wat verkrampt, waarschijnlijk het gevolg van onze activiteiten in bed, maar ook van haar ziekte.
Ik doe mijn best om haar rugspieren en vooral haar nekspieren los te krijgen, wat op diverse kreuntjes van Sally leidt. En die zijn echt niet alleen van genot, want soms raak ik echt wel wat pijnlijke plekken. Maar als ik klaar ben, zucht ze wel even.
‘Oh, dat voelde goed! Dat mag je nog wel eens vaker doen!’
‘Dat kan. We zullen de voorkant nog maar even laten zitten. Want dan moet ik aan je borsten zitten, en dan kan ik me waarschijnlijk niet houden. En we willen niet overdrijven, nu je zo ziek bent!’
Ze draait zich om en ik zie hoe haar tepels al wat stijver worden, alleen al bij die gedachte daaraan.
Ik lach en zeg: ‘Je bent volgens mij best wel een ondeugend meisje, Sally!’
Ze glimlacht. ‘Normaal wel, Jack. Zeker met zo’n sexy man, als jij, in de buurt!’
Ik dek haar dan toe en zeg: ‘Ik zal wat bouillon voor je klaarmaken, zodat je wat te eten in je maag krijgt.’
Ik loop naar de keuken, waar ik wat eten in elkaar knutsel. Wat heldere bouillon voor Sally, en wat restanten van het kersteten voor mij. Ik smeer ook nog wat beschuitjes met suiker en wat jam voor Sally, en keer dan met een groot dienblad eten terug naar de slaapkamer.
Sally is in bed gaan zitten en ik zet het dienblad op bed neer.
‘Wat bouillon en beschuit voor jou en de rest is voor mij.’
Sally kijkt wat beteuterd. ‘Ik had eigenlijk nog best wel zin gehad in dat heerlijke rundvlees.’
‘Als je denkt, dat je het kunt verdragen, tast gerust toe! Er is nog genoeg!’
‘Misschien toch eerst de bouillon, dan kijk ik wel verder.’
Ik glimlach en ze begint dan met haar bouillon. Ze heeft duidelijk honger, want de kom is sneller leeg, als ik verwacht had.
‘Oh, ik had honger! En dat heb ik nog steeds!’
‘Het is er in ieder geval niet meteen uit gekomen, dus dat is al vooruitgang!’
Sally knikt. Net na de middag, toen ik crackers en beschuit voor haar heb gehaald, kwam dat er vrijwel meteen weer uit. Schijnbaar hebben mijn goede zorgen voor haar effect gehad. Ik schuif haar een deel van mijn eten toe, dat ze dankbaar aanneemt. Voorzichtig probeert ze een klein stukje en eet dat met smaak.
Ze wacht even voordat ze het volgende stukje vlees probeert, maar als haar maag toch niet protesteert, pakt ze nog enkele stukjes vlees. Maar ze wil het niet overdrijven, omdat haar maag ook weer niet zo fantastisch aanvoelt. Maar ze heeft nu in ieder geval weer wat in haar maag, en dat is belangrijk. Ook de beschuitjes laat ze niet liggen. Het zorgt wel voor kruimels in bed, maar het meeste ligt op het dekbed en niet eronder.
Dan laat ik haar even alleen, zodat ze kan rusten. En het geeft mij ook de gelegenheid even in alle rust alles te verwerken. Als ik een paar minuten later in de slaapkamer terugkom, slaapt ze, waarop ik de verlichting dim, zodat er alleen een heel zwak licht nog schijnt. En ik doe de lamellen dicht, zodat we de volgende morgen niet door het licht gewekt zullen worden. En ik zet nog een vers glas water bij haar neer.
Zelf ga ik dan in de kamer wat televisie kijken. Een uur later hoor ik de deur van de slaapkamer open gaan en zie daar Sally de woonkamer inlopen.
Ze ziet er een stuk beter uit, dan vanmiddag.
‘Gaat het al wat beter?’
‘Ja, nu voel ik me een heel stuk beter! Bedankt, dat je zo goed voor me gezorgd hebt!’
‘Ach, het is niets! Ik hoop, dat je het ook voor mij had gedaan!’
‘Natuurlijk! Bovendien voelde het wel prettig, dat er iemand voor me was, die voor me zorgde. En nadat ik net even heb geslapen, is dat misselijke gevoel in mijn maag ten minste verdwenen. Maar ik heb nu nog steeds wat honger!’
‘O, madam heeft honger? Wat wenst madam? Biefstuk? Een stukje zalm? Je zegt het maar!’
‘Mag het ook gewoon wat simpeler zijn? Gewoon een boterham met kaas?’
‘Dat kan ook, geen probleem. Wat thee erbij?’
‘Ja, die was erg lekker! En graag ook weer met die honing erin! Dat smaakt goed samen!’
‘Aha, madam is een zoetekauw! Ga maar lekker zitten. Trek anders maar een badjas aan, die hangt in de inloopkast!’
Ze knikt, en loopt terug de slaapkamer in, terwijl ik snel wat eten voor haar klaar maak. Maar als ik terug de woonkamer in kom, is ze nergens te bekennen. Niet in de woonkamer, niet in de slaapkamer, en ook niet in de inloopkast en badkamer. Maar niet veel later komt ze terug. Ze is even naar haar eigen woning gelopen, en heeft zich daar nog wat zuiver ondergoed en een zuiver nachthemd gehaald. En ook een paar nogal pluizige sloffen, waar ik om moet lachen.
‘Koude voeten?’
Ze knikt. Ze heeft haar nachthemd al aan, maar ook de badjas, die ze uit mijn inloopkast heeft gepakt. ‘Maar ik heb het zo ook nog koud!’
‘Waarom heb je mij dan niet gevraagd om die spullen voor je te halen?’
Ze kijkt me met een wat vreemde blik aan. ‘En jou in mijn lades met ondergoed laten snuffelen? Ben je wel helemaal goed bij je hoofd?’
‘Sorry, ik bedoelde het alleen maar goed!’
‘Dat weet ik wel, maar je gaat wat te snel. Ik heb iets meer tijd nodig om je dat vertrouwen te geven.’
‘Dat is begrijpelijk. En het gaat ook zo ontzettend snel, dat ik er haast niet over na denk! Het is alsof we al zo lang bij elkaar zijn!’
‘Dat weet ik, zo voel ik dat ook. Maar dat is me nu nog een stapje te ver.’
‘Ik heb nog een lekker fleecedeken liggen. Misschien is dat wat voor je om lekker warm te blijven?’
Ze knikt. Langs de keuken heb ik nog een kast, waar ik beddengoed en spullen bewaar, die ik niet erg vaak nodig heb. Daar heb ik ook een groot, dik fleecedeken liggen, dat ik dan om Sally wikkel. Ze houdt vrijwel meteen op met rillen, omdat nu haar lichaamswarmte beter vastgehouden wordt. Ze gebaart me, dat ik bij haar op de bank moet komen liggen, waarna ze tegen me aan komt liggen. En zo kijken we samen televisie.
Ik kijk graag naar natuurdocumentaires, en dat blijkt Sally ook wel mooi te vinden. Maar halverwege de natuurfilm valt ze al in slaap. Maar ze slaapt zo lekker en voelt zo lekker warm tegen me aan, dat ik het niet aandurf om haar te wekken. Ik kijk verder naar de film, en als die afgelopen is, kijk ik nog een film. Ik wil Sally nog niet wakker maken.
Maar als die film ook is afgelopen, vind ik het tijd om naar bed te gaan, omdat ik zelf ook slaperig begin te worden. Ik wring me tussen de bank en Sally uit, die inmiddels al in diepe slaap is. Met fleecedeken en al draag ik haar naar de slaapkamer, en leg haar daar in bed. Ik kleed mezelf dan ook uit, en ga naast haar liggen. Ik val nogal snel in slaap, maar ik krijg dan een nogal akelige droom.
Want plotseling ben ik weer tien en zie die heks weer naakt voor me. Ik ril meteen weer over mijn hele lichaam, maar er is nu wel een verschil. Destijds kon ik niets van haar geschreeuw verstaan, maar nu lukt dat beter. Ik kan er nu enkele woorden van opvangen, maar echt begrijpen doe ik het niet. Alleen de woorden liefde en vloek kan ik uit haar gekrijs opmaken. En dan schrik ik opeens wakker, helemaal bezweet. Gelukkig heb ik Sally niet wakker gemaakt met mijn droom. Ik lig dan weer een tijdje wakker, en val dan gelukkig zonder dromen weer in slaap.
28 december.
Ik ben al vroeg wakker en ik zie, dat Sally de fleecedeken al van haar heeft afgegooid, en dat ze nu lekker rustig slaapt. Voorzichtig voel ik aan haar voorhoofd, dat nu ook een stuk normaler aanvoelt. En terwijl ik dat doe, moet ik even wat rechtop komen. Meteen merkt ze instinctief, dat het iets kouder is in bed, en kruipt wat naar me toe. Dat doet me wel wat.
Ik bekijk hoe ze slaapt, en zie weer hoe mooi ze eigenlijk wel niet is. Ik bekijk haar gezicht, haar mooie bruine krullende haar. Daar voel ik even aan, het is lekker zacht. En ik voel me onvoorstelbaar gelukkig, dat ze nu hier naast me ligt.
Opeens hoor ik mijn telefoon trillen op het nachtkastje. Die heb ik ’s nachts op stil staan, maar het is nog niet laat genoeg om het geluid van de telefoon weer aan te zetten. Ik kijk verbaasd. Het is een nummer, dat ik nog niet ken. Ik glip uit bed, en loop dan de woonkamer in.
‘Hallo, met Jack?’
‘Ah, gelukkig! Je bent er. Je spreekt met Marijke!’
‘Ah, Marijke! Wat bel je vroeg!’
‘Ik weet het, maar ik heb je hulp nodig, Jack. Ik weet, we kennen elkaar nog maar heel even, maar ik heb nu dringend hulp nodig!’
‘Wat is er aan de hand?’
‘Waar is Sal eigenlijk? Ik probeer haar al sinds gisteravond te bellen!’
‘Ach, die had haar telefoon leeg, en heeft die waarschijnlijk bij haar thuis nog liggen. En ze is de hele tijd bij mij geweest.’
‘O, gelukkig. Jullie maken er geen half werk van!’
‘Nou ja, ze is een beetje ziek, Marijke. Waarschijnlijk een buikgriep, dus ik zorg nu even voor haar.’
‘O, wens haar dan maar beterschap. Maar daar bel ik niet voor.’
‘Wat is er aan de hand, Marijke, want je klinkt nogal wat angstig!’
‘Het is Gerard! Hij heeft me weer geslagen, en dat kan ik niet meer aan. En jij bent de enige, die er verder van weet. Buiten Sal dan. En ik moet hier weg. Weet jij iets, waar ik even kan blijven met Emily?’
‘Pff, daar vraag je me wat! Maar kunnen je ouders niet helpen?’
‘Die zijn nu niet thuis. Die gaan altijd met de kerst naar familie in Friesland, en die zijn dus niet thuis. En bij mijn vrienden kan ik ook niet terecht. Daarom had ik mijn hoop gevestigd op Sal, omdat die misschien nog wel een logeerkamer vrij zou hebben voor me.’
‘Ik praat misschien dan voor mijn beurt, Marijke, ik moet het Sally nog wel even vragen, maar ik denk niet, dat ze daar een probleem mee heeft. Moet ik je komen halen?’
‘Dat zou fijn zijn. Gerard is weggereden met de auto, en ik weet niet wanneer hij terugkomt. En dan wil ik eigenlijk weg zijn. Hij moet eens een keer leren!’
‘Dan pak je koffers maar, desnoods slaap je hier op de bank, we verzinnen wel iets! Ik kom er zo aan!’
Ik hoor Marijke zuchten. ‘Dank je, Jack! Bedankt, dat je me hiermee wilt helpen.’
‘Dat is toch vanzelfsprekend, Marijke! Ik vraag Sally het wel even, en dan kom ik er meteen aan!’
‘Tot zo, Jack! En ik hoop, dat Gerard dan nog niet terug is, want ik weet niet, wat hij dan zal doen!’
‘Ik moet eens zien, dat hij je nog met een vinger aanraakt, Marijke. Nee, dat gaat niet gebeuren!’
We nemen afscheid en ik loop terug de kamer in. Ik loop de inloopkast in, en trek me wat gemakkelijke kleren aan. Daardoor wordt Sally wakker.
‘Oh, gelukkig. Er is wat acute nood bij je zus Marijke!’
Sally kijkt me geschrokken aan, en slaat haar hand voor haar mond. ‘Zeg me niet, dat Gerard haar weer geslagen heeft?’
Ik knik. ‘Ja, helaas. En Marijke heeft je sinds gisteren al proberen te bellen, maar volgens mij heb je die thuis nog aan de lader liggen!’
‘O, mijn God! Dat is waar ook! En nu?’
‘Ze wil, dat ik haar daar weghaal. Ik heb haar toegezegd, dat we een oplossing vinden. Desnoods woont ze maar even bij jou. En aangezien je toch nu hier al praktisch woont, moet dat ook wel kunnen. Als jij dat ten minste goed vindt?’
‘Uh, ja, natuurlijk! Dus je gaat haar nu meteen halen?’
Ik knik weer. ‘Gerard is weggereden met de auto, en ze weet niet waarheen en hoelang hij weg blijft. Maar ze wil weg zijn, voordat hij terugkomt.’
‘Ja, dat begrijp ik heel goed! Moet ik meegaan?’
‘En je zus en je nichtje aansteken met je buikgriep? Nee, dat lijkt me beter van niet. Blijf maar hier, en als je je goed genoeg voelt, dan pak maar wat van je spullen en breng die naar hier. Ik kan het wel alleen af met Marijke. En mocht Gerard opduiken, dan wil ik ook nog wel eens een hartig woordje met dat heerschap spreken.’
‘Doe geen gekke dingen waar je spijt van krijgt, Jack!’
‘Ik zal me wel inhouden. Bovendien ga ik zeker niemand wat aandoen, waar een klein meisje bij staat. Of hij moet natuurlijk zelf losse handjes krijgen, dan zal ik wel moeten. Maar laten we hopen, dat het zover niet moet komen, en dat hij nog wegblijft.’
Sally begint zich dan ook aan te kleden.
Ik vraag haar: ‘En hoe ben jij er nu aan? Al een stuk beter?’
Ze knikt. ‘Nog niet helemaal fit, maar een stuk beter dan gisteren. Nogmaals bedankt, dat je er gisteren voor me was, en ook nu, dat je mijn zus wilt helpen!’
‘Ach, maak je daar niet druk om! Dat heeft echt geen naam!’
Ze geeft me nog een korte zoen, waarna ik naar de keuken loop, en daar nog wat boodschappentassen uit een kast haalt. Sally kijkt verbaasd en zegt: ‘Waarvoor heb je die nodig?’
‘Ik neem aan, dat Emily ook nog wel het nodige aan speelgoed zal hebben. En ik verwacht niet, dat Marijke daar meteen aan denkt. En je moet een kind niet zonder speelgoed laten, dat gaat nooit goed!’
‘Dat je daar nog aan denkt! Goed idee!’
Ik pak dan mijn autosleutel en trek een jas aan. Sally geeft me nog een laatste zoen en dan haast ik me weg. Sally heeft me het adres van haar zus gegeven en ik voer dat snel in de navigatie van mijn auto. En dan spoed ik me richting Marijke. Gelukkig woont die niet al te ver weg, en niet ver van de snelweg, dus amper drie kwartier na haar telefoontje kom ik al bij haar aan.
Marijke is duidelijk opgelucht en blij me te zien. En ik zie ook al meteen de reden waarom ze nu opeens weg wil. Gerard heeft haar hard in haar gezicht geslagen, en ze heeft nu een flink blauw oog, dat nog niet helemaal gekleurd is, maar wel flink opgezwollen.
Ze heeft haar koffers al klaarstaan, en heeft inderdaad duidelijk nog niet nagedacht over het speelgoed van Emily. Snel stoppen we wat speelgoed in de tassen, en ook nog wat extra kleding, en stoppen het in mijn wagen. Om vervolgens snel weg te rijden. En dat is net op tijd, want als we net de snelweg oprijden, ziet Marijke de wagen van Gerard in tegengestelde richting van de weg komen, waar we juist afdraaien. Ze kijkt nog om, en ziet dat Gerard hun duidelijk niet heeft opgemerkt. Opgelucht haalt ze adem.
‘Oef, dat heeft niet veel gescheeld!’
‘Wat is er nou gebeurd?’
‘Ach, Gerard had weer eens te veel gedronken, en toen begon Emily te huilen. En daar kan Gerard gewoon niet tegen. Niet als hij gedronken heeft. Dan wil hij niets aan zijn kop hebben, en moet je ook niets aan hem vragen. En dat is ook de reden, dat we problemen hebben, want hij drinkt soms nogal veel.’
‘Dus van zijn belofte is nog niet veel terecht gekomen?’
‘Een beetje. Hij heeft zijn belofte wel gehouden, dat hij zou bellen, maar er was niemand die hem meteen kon helpen. Hij kon pas na nieuwjaar terecht!’
‘Welkom in de verzorgingsstaat Nederland!’
Marijke knikt. ‘Ik denk, dat hij zich werkelijk wil laten helpen, maar als ik gisteren niet tussen hem en Emily was gesprongen, zou hij haar iets hebben aangedaan. En ik heb hem gewaarschuwd, als hij dat zou doen, dan ben ik weg. Misschien dat hij dan eindelijk eens inziet, dat het me ernst is.’
‘Hou je dan ondanks dat nog steeds van hem?’
Marijke knikt en begint te huilen. ‘Hij is zo geen slechte man, Jack. Niemand kent hem, zoals ik hem ken.
Zelfs zijn ouders niet. En jullie hebben een glimp opgevangen van hoe hij kan zijn. Dat is Gerard, als hij thuis is, en niet gedronken heeft, en geen tegenslagen heeft gehad.’
‘Maar zo kun je toch ook niet leven?’
‘Dat weet ik, daarom doe ik dit nu ook! Gerard moet zich laten helpen, en zo probeer ik hem te dwingen dat ook te doen. Het is zijn enigste kans!’
Het is me meteen duidelijk, dat ze ondanks alles nog erg veel van Gerard houdt. En dat blijkt ook, als niet veel later haar telefoon overgaat. Gerard belt haar op.
Marijke neemt op.
‘Waar ben je, Marijke? En waar is Emily?’
‘Ik ben weg, Gerard! En ik kom niet terug, voordat je je hebt laten helpen! Je bent nu een stap te ver gegaan! Ik heb je gewaarschuwd, dat ik weg zou zijn, als je Emily wat zou aandoen of je me zou slaan waar ze bij was. En gisteren ben je te ver gegaan!’
‘Waar ga je naar toe? Ik heb heel erge spijt, dat had ik nooit mogen doen!’
‘Dat had je zeker niet moeten doen, en daarom moet ik ook gaan. Het spijt me, maar ik kan je niet vertellen, waar ik naar toe ga. En ik kom pas weer terug, zodra je stopt met drinken en je hebt laten helpen. En tot die tijd wil ik je niet bij me in de buurt hebben, Gerard!’
‘Maar ik hou van je!’
‘En ik hou ook van jou! Daarom moet ik dit nu doen! Anders gebeurt er niets! Alsjeblieft, Gerard! Laat je nu eens helpen! Het kan zo niet meer langer!’
‘Maar…’
‘Nee, Gerard! Ik kom niet terug. Je weet nu, wanneer ik terugkom, en daarmee zal je het moeten doen.’
Ze beëindigt het gesprek en zet dan haar telefoon uit, want ze weet, dat Gerard haar weer zal proberen te bellen. Dan begint ze te huilen. En het is maar goed, dat ik al bijna thuis ben, ik rij al door de straten van Arnhem. Ik troost haar zo goed als ik kan, maar moet ook mijn aandacht bij het verkeer houden. Als ik even later de parkeergarage inrijd, staat Sally ons al op te wachten. Marijke vliegt in de open armen van Sally, en huilt dan haar verdriet uit op haar schouders.
We nemen Marijke en Emily mee naar de woning van Sally, waar Marijke alles nog eens wat uitgebreider vertelt. Nu krijgen we al een stuk meer te horen. Ze vertelt ons, dat Gerard op zich een goede vent is, maar dat hij heel moeilijk kan omgaan met tegenslagen. Dat heeft te maken, dat hij vroeger een verwend nest is geweest, want toen loste zijn vader die tegenslagen wel voor hem op. Nu moet hij dat zelf, en dat lukt hem niet bepaald goed. Marijke had tot dan toe nog wel een en ander voor hem op kunnen lossen, maar ze kan natuurlijk niet alles voor hem oplossen.
Maar ze vertelt ons ook, dat Emily echt alles voor Gerard betekent. Hij had voor Emily al een hoop van zijn drankmisbruik opgegeven, maar het was niet genoeg. En het betekende ook, dat hij daardoor nog minder goed met zijn tegenslagen kon omgaan. Maar uit haar lichaamstaal en wat ze zegt, blijkt nog steeds, dat ze ondanks alles nog erg veel van hem houdt.
Sally zegt daarom tegen haar: ‘En waarom laat je Gerard niet verrekken? Ik zou het zelf nooit toestaan, dat iemand me zou slaan. Stel, Jack zou me zonder reden slaan, dan was ik meteen vertrokken. Hoe zeer ik ook van hem zou houden!’
Marijke kijkt haar zus aan. ‘Je hebt duidelijk nog nooit van iemand met je heel lijf en leden gehouden, Sal. Het is misschien moeilijk voor jou te begrijpen, maar Gerard betekent alles voor me! Ik zou niet zonder hem kunnen leven. Echt niet! Ik zou sterven van verdriet!’
‘Hou je echt zoveel van hem?’
Marijke knikt. ‘Meer dan van mijn eigen leven, Sal. Ik kan niet zonder hem! Dat ik dit nu moet doen, dat breekt echt mijn hart! Maar er is maar één iemand, waar ik nog meer van houd, en dat is Emily! En er is niemand op deze wereld, die mijn dochter slaat! Zelfs Gerard niet!’
Haar woorden maken wel indruk op me. Zo zwak en kwetsbaar als ze nu hier voor ons zit, zo sterk is ze, als het om haar dochter gaat. Het doet me weer denken aan mijn jeugd, toen ik mijn trauma opliep.
Hoe moeilijk het voor mijn moeder moet zijn geweest, dat ik haar niet meer wilde zien! Gelukkig is dat later wel veranderd, en is mijn band met mijn moeder ook stukken beter geworden. Maar ik begin nu wel te begrijpen, waardoor dat is gekomen. Daar sta je zo niet meteen bij stil. Het begrip moederliefde is me nu wel meteen duidelijk geworden. En nu zie ik Marijke ook opeens niet meer als een zwakke vrouw, die zich liet mishandelen door haar man. En nu ik het hele verhaal heb gehoord, kan ik haar zelfs ook wel begrijpen. Ook doordat ik nu zelf zo enorm verliefd op Sally ben.
Ik sta op en zeg: ‘Redden jullie het hier even? Ik rij even naar mijn ouders, even kijken hoe het met ze is.’
Sally knikt. ‘Hier zitten we wel veilig, Jack. Gerard weet toch niet, waar ik woon, dus voor hem is Marijke nu even van de aardbodem verdwenen.’
‘Dan ben ik even weg. Even aan mijn moeder laten zien, dat ik nog steeds veel van haar houd.’
Marijke en Sally glimlachen even, terwijl ik weer wegga.
Nauwelijks ben ik weg, of Marijke zegt tegen Sally: ‘Ik weet niet of je het zelf al beseft, maar Jack is echt puur goud! Die moet je nooit meer loslaten!’
‘Dat wist ik al, Marijke. Dat heb ik gisteren wel goed kunnen merken. Ik was er toch zo beroerd aan! En Jack heeft me echt vertroeteld en verzorgd. Dat was toch zo lief van hem! En we hebben heel erg veel met elkaar gepraat. En nu weet ik, dat we veel van dezelfde dingen houden. En er zijn ook dingen, waarvan ik nog niet wist, dat hij dat graag doet.
Zoals wandelen in het bos. Je zou het misschien hier niet meteen verwachten, maar Jack is een echte outdoor man. Hij heeft me verteld, dat hij wel eens twee weken in het wild heeft doorgebracht met alleen zijn zakmes en wat goede kleding. Hij heeft zelf zijn eten moeten zoeken, en heeft in de open lucht bij een kampvuur geslapen, met een vuur, dat hij gemaakt had. Hoe stoer is dat?’
‘En nu ben je echt helemaal verliefd op hem geraakt?’
Sally knikt. ‘Hij is zo fantastisch! En ik vraag me maar steeds af, wanneer ik een keer ontdek, dat hij ook zijn mindere punten heeft, maar dat zijn er tot nu toe maar bitter weinig. Het enige, wat me is opgevallen, is dat hij nogal fel kan zijn, als hij meent ongelijk te zijn behandeld. Maar dat zie ik niet als een heel slecht minpunt.’
‘Jack zal heus wel zijn slechte punten hebben, maar dat hebben wij ook, Sal. Maar noemt hij je nu Sally? Ik meende dat te horen…’
Sally glimlacht. ‘Dat klopt. Pap had hem verteld, dat hij me eigenlijk Sally wilde noemen, maar dat mam dat niet wilde. En pap wilde geen ruzie met mam, dus heeft hij me toch Sallandy genoemd, maar heeft dat toen afgekort tot Sal als roepnaam.’
‘En dus noemt Jack je Sally? Dat staat je eigenlijk ook beter. Ik snap niet, dat we er zelf niet zijn opgekomen!’
Ze moeten er allebei om lachen. Sally zegt dan: ‘Je kunt hier zo lang wonen als nodig is, Marijke. Ik blijf wel bij Jack slapen, dat heb ik de afgelopen dagen toch al gedaan. Nog even, en dan heb ik meer in zijn bed geslapen, dan in mijn bed hier in mijn woning!’
Marijke lacht. ‘Dank je, dat stel ik zeer op prijs! Je boft maar, Sally! Zo’n man als Jack, dat is echt een jackpot, een kans uit miljarden!’
En dat vindt Sally weer leuk. Emily komt er dan aangelopen, ze huilt en zegt tegen haar moeder: ‘Mama, wanneer gaan we weer terug naar papa?’
Sally ziet, dat Marijke even moet slikken, dus zegt ze: ‘Emily, papa is een beetje ziek. Daarvoor moet hij naar de dokter, en dat gaat wel even duren. Daarom komen jullie een tijdje in mijn huis logeren, en ga ik bij ome Jack logeren, zodat jullie hier gewoon kunnen wonen.’
‘Waar woont ome Jack dan?’
‘Hierlangs! Ome Jack is eigenlijk mijn buurman! Dus als je me wilt zien, dan kan je zo op bezoek komen!’
En daar lijkt de kleine meid genoegen mee te nemen. Ze loopt weer naar haar speelgoed, en gaat weer verder met spelen.
Marijke kijkt Sally dankbaar aan. ‘Dank je! Ik had echt geen idee, wat ik tegen haar zou moeten zeggen! Die ingeving was echt geniaal!’
‘En we hebben niet eens gelogen, Marijke. Maar ik ga nog even wat dozen hiernaast brengen, zodat ik ook wat kleren heb om aan te trekken.’
Marijke lacht. ‘Dus je woont al praktisch met Jack samen?’
‘Daar lijkt het al een beetje op. Vreemd is dat! Heb ik hier net deze woning gekocht, ga ik er toch niet in wonen!’
Dan pakt ze zich op en pakt een doos en brengt die naar mijn huis. Marijke helpt haar dragen en ziet dan de smaakvolle inrichting van mijn huis.
‘Wauw, ik snap wel, waarom je hier wilt wonen! Jack heeft een goede smaak, zeg!’
Sally knikt trots. ‘Moet je die schilderijen van hem eens zien! Als mam die zou zien, zou ze watertanden! Bovendien heb ik van de kunstenaar zelf gehoord, hoe ze gemaakt zijn, en wat hij ermee wilde doen. Die kunstenaar is één van zijn vrienden! Die vrienden van Jack zijn trouwens allemaal wel speciaal. Ik heb me prima geamuseerd met hen!’
‘Daar moet je me straks maar eens alles over vertellen, Sally! Ik geloof, dat je me nog veel meer over Jack en zijn leven kunt vertellen, ondanks dat je elkaar nog maar zo kort kent!’
‘Dat geloof ik ook. Ik heb al zoveel met hem meegemaakt! Kom, we halen de rest van die dozen nog op en dan vertel ik je alles!’
De dames gaan dan snel aan de slag, terwijl ik dan net bij mijn ouders aankom.
Mijn ouders zijn blij verrast me te zien.
‘Hey, Jack! Alweer hier?’
‘Ja, ik wilde even zien, hoe jullie eraan zijn. Maar zo te zien, zijn jullie alweer beter?’
‘Ik zou nog niet zeggen, dat ik al helemaal beter ben, Jack, maar wel zo goed als. Ik voel me nog steeds wat misselijk en mijn koorts is nog niet helemaal weg. Maar ik moet vandaag nog wel even opnieuw meten, dat heb ik nog niet gedaan.’
Mijn moeder voegt de daad bij het woord en houdt de koortsthermometer bij haar oor. Ze leest de temperatuur van het schermpje af, en zegt: ‘Gelukkig, de temperatuur is weer normaal! En nou vertel maar eens, hoe jouw kerst was, Jack? Want ik zie foto’s en hoor allerlei verhalen…’
Ik glimlach. ‘Dan schenk maar eens een flinke mok koffie in, want dat gaat nog wel even duren.’
Glimlachend staat ze op en komt even later terug met een grote mok koffie, terwijl ik al plaats heb genomen aan de keukentafel, waar ze aan zitten. Ze geeft me de mok, die ik aanneem en op tafel neerzet. Maar dan sta ik op en omhels mijn moeder.
‘O, wat een prettige verrassing! Waar heb ik dat weer aan te danken?’
‘Ik heb nog iets goed te maken uit het verleden. Ik was aan het nadenken over wat er toen gebeurd is met mevrouw Hafelmans. En hoe ik daarna op jou reageerde. Ik heb me nooit echt beseft, hoeveel pijn je dat gedaan heeft.’
Mijn moeder kijkt verrast. ‘Dat je daar nog eens over nadenkt, Jack! Maar het is waar, dat deed me toen erg veel pijn! Maar daar kon jij toch niets aan doen?’
‘Dat weet ik wel, maar dat wil niet zeggen, dat het me nu niets meer doet?’
Mijn moeder glimlacht blij, en ik kan zien, dat het haar echt wat doet.
‘En dat je daar nu aan moet denken, komt dat door je nieuwe vriendin?’
‘Ook, maar er is in de afgelopen dagen wel wat meer gebeurd. Maar het zou nooit gebeurd zijn, als ik Sally niet had leren kennen. Kom, ik zal het jullie vertellen.’
Ze gaat zitten en ik vertel dan alles, op de details van Gerard en Marijke na, want dat gaat mijn ouders niets aan. Maar mijn ouders zijn oprecht trots op me.
Mijn vader zegt: ‘Ik denk, dat we nu alleen maar nog nieuwsgieriger zijn geworden om je vriendin te ontmoeten, Jack! We hadden al een foto van haar gekregen via Leon en hij had ons al een en ander over Sally en jou verteld. Dat je al behoorlijk tot over je oren verliefd bent. Maar ik geloof, dat je al een stapje verder bent, dan dat!’
Ik glimlach. ‘Ja, en op dit moment is ze bezig wat dozen kleding naar mijn woning te verhuizen, zodat haar zus dan in haar woning kan blijven.’
‘En hoe voelt dat, om voor een ander te moeten zorgen?’
‘Ik weet het niet. Spannend, maar ook eng. Ik stap nu blind ergens in, waar ik niet van kan zeggen, waar dit eindigen zal. Maar Sally maakt het wel de moeite waard. Het maakt, dat ik ook voor haar wil zorgen en haar wil beschermen. Dat is een gevoel, dat ik eerder zo nog niet kende.’
Mijn vader glimlacht. ‘En dat zegt me, dat je op de goede weg bent. Dat is wat liefde is. Maar geloof me, die weg is lang en met vele valkuilen en stenen bezaaid. Je zal sterk moeten zijn, om daar overheen te komen, en dat zal zeker niet zonder kleerscheuren gaan. Je zal op je neus gaan, en je zal pijn voelen, zoals je dat nog nooit eerder hebt gevoeld. Maar ondanks dat alles, zal het de moeite waard zijn.
In de drieëndertig jaar, dat ik je moeder nu ken, is echt niet alles zo soepel gegaan, als we het naar jullie hebben laten blijken. Maar als je echt van elkaar houdt, doe je ook alles voor elkaar, en zet je je relatie niet bij het grofvuil, als het dan wat tegenzit. Het is niet voor niets, dat ze zeggen, als je met elkaar trouwt, dat je dat in voor- en tegenspoed doet. En dat zal jij nu ook gaan ontdekken.
Ook al heb ik Sally nog niet ontmoet, iets in me zegt, dat we haar nog jarenlang zullen zien. Want Leon zei ons al, dat je er verliefd uit zag, maar ik zie nog meer: Je houdt nu al zielsveel van haar. Als ik zie, wat je in die paar dagen met haar hebt meegemaakt, en hoe je over haar vertelt! En dat maakt me erg blij, want je bent al zo lang op zoek naar die ene, speciaal voor jou. En ik denk, dat je die nu wel gevonden hebt. En ik hoop, dat je je beseft, wat je nu in handen hebt. Doe er wat mee, en maak haar en jezelf gelukkig!’
‘Dank je, pap. En ja, ik houd van Sally. Dat besef kwam me gisteren, toen ze zo ziek was. Het is niet meer alleen de verliefdheid, die me nu aan haar bindt. En je hoeft me niet te vertellen, dat ik weet, dat ik nu goud in handen heb. Het is nu aan mij om daar meer van te maken. En dat is ook precies, waarom ik nu hier ben.
Om ook met mijn verleden in het reine te komen. Zodat ik toen ook helemaal kan afsluiten, want ik besef me nu, dat ik het nog steeds niet helemaal achter me heb gelaten. Zoals ik nu ben, dat komt nog allemaal door toen. Niet dat ik dat erg vind, maar het moet ook ooit voorbij zijn. En ik lijk door Sally nu de kracht gevonden te hebben om dat te doen. En daarom moest ik eerst hierheen, om mam te vertellen, dat het me spijt, dat ik haar toen pijn heb gedaan.’
Mijn moeder staat op en omhelst me. ‘Och, jongen! Dat was niet nodig geweest, maar ik vind het toch fijn, dat je het gedaan hebt. Je maakt ons nu echt heel erg trots op je!’
Dan kijkt ze me aan en zegt: ‘Maar je brengt haar toch wel mee met oudjaar?’
‘Natuurlijk! Dat wil ze zelf ook al. En ik ben immers al bij haar ouders geweest, dus is het wel zo fair, dat ze jullie dan ook ontmoet!’
Dan sta ik op. ‘Ik moest maar weer eens naar huis gaan. Sally zal niet weten, waar ik zo lang blijf, en misschien dat ik haar nog even moet helpen met spullen verhuizen.’
Ik geef mijn ouders allebei een knuffel, en vertrek dan weer naar huis. Maar als ik toevallig langs mijn vaste slijter rijd, waar ik mijn wijn koop, stop ik daar even. Ik koop me er een doos wijn, en rijd dan recht naar het huis van Leon en Helen.
Helen is buiten wat bladeren aan het vegen, en kijkt verbaasd als ik voor hun huis stop.
‘Ben je de weg kwijt, Jack? Zomaar op de vroege zaterdagmorgen al hier? Je hebt toch geen ruzie met Sally?’
Ik glimlach. ‘Niets van dat alles. Ik kom alleen mijn schuld betalen.’
Ze kijkt me verbaasd aan. Maar dat verandert snel, als ik de doos wijn uit mijn wagen pak.
‘Hier, die heb je al verdiend, Helen. Ik heb glansrijk verloren!’
‘Wat? Nu al? Dat gaat wel heel erg snel!’
‘Dinsdag vertel ik je er alles over, maar ik moet nu wel weg. Ik wilde je alleen maar me sportief tonen, en het verlies van onze weddenschap dragen.’
‘Kom, voor een kop koffie heb je heus nog wel tijd!’
Ik zucht. ‘Ik ben net ook al even bij pap en mam geweest. Sally zal niet weten, waar ik zo lang blijf!’
‘Niks ervan, ik wil het nu weten ook!’
Ik haal mijn schouders op, en volg haar de keuken in. Leon is er niet, die is met de tweeling naar het zwembad voor hun zwemlessen. Helen schudt me wat koffie in, die ze nog op de kan heeft.
‘Nou vertel het eens, hoe komt het, dat je nu al met Sally samenwoont?’
Ik geef haar een heel beknopte versie van wat er gebeurd is, en ik vertrouw Helen genoeg, dat ze het nooit verder zal vertellen. Hoogstens aan Leon, maar die vertrouw ik ook wel.
Helen glimlacht. ‘Dus je woont nu eigenlijk noodgedwongen samen? Maar ik had het eerste Kerstdag al gezien, dat zou hoe dan ook al snel gebeurd zijn.’
‘Dat weet ik, Helen. En ik wist toen al, dat ik die weddenschap ging verliezen. Of ten minste, dat hoopte ik toen al.’
Helen staat op en geeft me een knuffel. ‘Als er iemand op deze wereld wat geluk verdient, dan ben jij dat wel, Jack. En Sally kan je dat geluk geven, en ze is er bereid toe. Dat kon ik wel aan haar merken.’
Ik glimlach. ‘Ik hoop het. Ik kan me nu al amper een leven zonder haar voorstellen. Gek, hoe zoiets snel kan gaan!’
Helen glimlacht. ‘Ga dan maar snel terug naar huis, Jack. Ik zie aan je ogen, dat je haar nu al mist!’
Ik knik. ‘Ja, en dat zal me binnenkort al wat worden, Helen. Dan moet ik voor een week naar Brazilië voor mijn werk.’
‘Jij redt dat wel, Jack. Het zal moeilijk zijn, maar dat gaat je wel lukken. En het zal jullie allebei sterker maken, geloof me maar!’
Ik drink mijn kop koffie leeg en zeg: ‘Dank je, Helen. Maar ik moet nu echt gaan. Geniet maar lekker van de flessen wijn!’
‘Dat zal ik ook zeker doen! Maar je had toch niet meteen een hele doos moeten kopen?’
‘Jawel, maar dat heeft ook een andere reden. Ik weet, dat je die wijn erg graag drinkt. Maar je zou ze jezelf nooit kopen, omdat hij vrij duur is voor jou. En ik heb ook nog wel andere dingen, waarvoor ik je moet bedanken, dus is deze doos wijn voor jou meer dan terecht, en heb ik ook een goede reden om je die te geven.’
‘Je bent echt een schat!’
Ze geeft me nog een knuffel en daarop keer ik huiswaarts. Als ik thuiskom, vind ik Sally in de inloopkast bezig. Ze probeert de enorme hoop kleding, die ze in de dozen heeft zitten, in de inloopkast te ruimen. Maar ze heeft veel te veel en is bezig een selectie te maken, van wat ze wil houden en wat er weg kan.
Ik begroet haar met een zoen en zeg: ‘Ik dacht, dat ik een hoop kleding had, maar jij kan er anders ook wel wat van!’
Ze bloost en zegt: ‘Pff, nooit geweten, dat ik zoveel kleding heb gekocht. Maar het is een goed moment om afscheid van een en ander te nemen. Er zit nog kleding bij, die me helemaal niet meer past of die al afgedragen zijn. En dat ben ik nu aan het uitsorteren.’
‘Ben je allang bezig?’
‘Nog niet. Ik heb nog een hele tijd met Marijke gepraat. En ze heeft Gerard nog een keer opgebeld, omdat ze bang was, dat hij weer ging drinken en dan domme dingen ging doen. En dat bleek ook al zo te zijn. Gerard was nauwelijks aanspreekbaar, en daarop heeft Marijke zijn vader opgebeld. En die is nu naar Gerard toe, voordat er erger gebeurt. Marijke is nu bezig haar spullen in te ruimen, en toen ben ik maar aan die van mij begonnen. Maar het is wat veel!’
‘Dat zie ik. Maar ik kan nog wel wat plaats maken, dan hoef je niet alles weg te gooien. Ieder de helft lijkt me wel zo fair. Bovendien kan het beddengoed ook nog in de kast naast de keuken. Ik heb die alleen maar hier liggen, omdat het gemakkelijker is.’
‘O, dat zou het wel gemakkelijker maken, Jack. Sorry, dat ik zoveel bij heb!’
‘Dat geeft niet, Sally. We moeten nu leren alles samen te delen…’
Ze glimlacht en geeft me dan een zoen. ‘Ja, dat is waar. Maar ik heb het nog nooit zo graag willen doen.’
Ik lach. ‘Dat heb ik eergisteren wel gemerkt in bed!’
Speels slaat ze me op mijn borstkas. ‘Dat bedoel ik niet! Delen!’
‘O, dat! Oké, dat is ook zo! Dat heb ik nu ook.’
Ze glimlacht. ‘Maar dat andere is ook wel waar! Ik ben nu zwaar verslaafd aan je lichaam! ‘
Ze geeft me nog een zoen, die wat intiemer is. Ik krijg al meteen de neiging om meer te doen, maar ik kan me nog beheersen. En ik merk, dat het ook het geval is bij Sally. Ze moet moeite doen om onze kus te verbreken.
‘God, dat wordt nog wat met jou, Jack! Ik kan me niet rustig houden, als je zo dicht bij me bent. En ik moet nog zoveel doen!’
‘Dan zal ik je maar even met rust laten. Ik zal even wat ruimte voor je maken, en dan laat ik je wel weer even alleen.’
Ze knikt, en heeft echt even een momentje nodig om weer tot bezinning te komen. Maar ze herpakt zich en gaat dan weer aan het werk. Ik schuif mijn kleding wat in op de schappen waar ze op liggen. En wat van mijn kleding, die hangt, hang ik wat korter op elkaar, zodat Sally ook de ruimte krijgt om wat spullen van haar op te hangen.
Dan zeg ik: ‘Ik ga nog vlug even wat boodschappen doen, Sally. Wat wil je vanavond eten?’
‘Ik zou wel iets met vis willen eten, Jack. Dat is gemakkelijk verteerbaar en ik voel, dat mijn maag nog niet helemaal honderd procent is. Dus iets, wat gemakkelijk verteerbaar is.’
‘Hmm, wat dacht je van goed gevulde vissoep met wat stokbrood erbij? En dan haal ik voor morgen nog wat zalm, en daar maak ik dan een lekkere pasta van.’
‘Hmm, dat klinkt heerlijk! Doe maar!’
Ik ga naar de supermarkt in de buurt en dan nog even naar de visboer om wat verse vis te halen. Als ik terugkom, kan ik Sally weer niet vinden. Maar ik denk me er niets bij, en dat blijkt ook zo te zijn. Ze is weer even bij haar zus geweest.
‘Hallo, harde werker! Schiet het al een beetje op?’
Ze knikt. Ik heb net wat kleren naar mijn zus gebracht. We hebben ongeveer dezelfde maat, en ik heb haar gezegd, dat ze maar moest pakken wat ze leuk vond en dat de rest maar weggegooid moest worden.’
‘Dat is een goed idee, Sally. Het is zonde om al die kleding zomaar weg te gooien, als je die toch niet meer gebruikt.’
‘Ja, en wie weet hoelang ze hier nog moet blijven. Gerard is nu echt zijn verstand aan het verliezen, want hij belt nu iedereen op, of iemand weet, waar Marijke is.’
‘Is zijn vader er nog niet geweest?’
‘Jawel, maar Gerard stuurde hem weg, en wilde ook niet luisteren. Wat moet je dan?’
‘Is het erg, als we wat later eten, Sally? Ik moet nog even wat doen.’
Sally kijkt verbaasd. ‘Waar ga je naar toe?’
‘Even niet vragen, Sally. Als ik terug ben, zal ik het je wel vertellen.’
Sally knikt, en ik pak meteen mijn jas. Ik loop naar buiten en bel dan meteen bij Marijke aan. Die doet verbaasd open.
‘Marijke, kun je me even het adres van Gerards vader geven?’
‘Waar heb je dat voor nodig?’
‘Ik moet hem dringend even man tot man spreken, ten minste als je wilt, dat het goed komt met Gerard zelf. Ik ben bang, dat hij zijn verstand aan het verliezen is, en dat wil ik voorkomen.’
‘Doe geen gekke dingen, Jack. Dat is ook niet nodig!’
‘Daarom moet ik ook dringend zijn vader spreken. En als het kan ook zijn telefoonnummer.’
Marijke knikt en haalt vlug een papiertje uit de keuken, waar ze het adres opkrabbelt, en ook het telefoonnummer van haar schoonvader. Ik gris het uit haar handen en zeg: ‘Bedankt, je zal er geen spijt van krijgen!’
Dan haast ik me weg. Onderweg bel ik met de vader van Gerard, die nogal verrast is, dat een wildvreemde man zich met zijn zoon bemoeit. Maar als ik hem uitleg, dat ik zo goed als een schoonbroer van Gerard ben, is de man al snel bereid om te luisteren.
Ik ben van plan om Gerard te confronteren, waarom Marijke precies bij hem weg is gegaan, en dat hij op deze manier zijn problemen niet oplost. En daar wil de man graag aan meewerken. Niet veel later kom ik bij de man aan, en leg dan nog eens uit, wat er aan de hand is.
De man vraagt me nog wel, waar Marijke nu is, maar ik leg hem uit, dat ze nu veilig is, en dat het beter is, dat zo weinig mogelijk mensen hoeven te weten, waar ze nu is. Ik vertel de man, dat Marijke nu best wel bang van Gerard is geworden, en dat ze daarom ook weg wilde. Dat is niet helemaal de waarheid, maar veraf zit ik er ook niet vanaf.
We rijden dan allebei naar het huis van Gerard, die slechts enkele kilometers verderop woont. Gelukkig heeft de vader van Gerard de sleutel van het huis, waardoor we zonder problemen kunnen binnenkomen.
Eenmaal binnen schrik ik me rot. Het is er, op zijn zachtst gezegd, een puinhoop. Er is van alles kapot gegooid, en dat ligt nog allemaal over de grond. We vinden Gerard laveloos op de bank, omgeven van vele flessen drank. Hij reageert niet eens, als we binnenkomen. Zijn vader, die hier vanmorgen nog was, kijkt geschokt. Zo ernstig heeft hij zijn zoon nog nooit gezien.
We proberen Gerard wakker te maken, maar hij reageert nauwelijks. Ik verspil dan geen tijd en bel meteen naar het alarmnummer, en leg de situatie uit. Binnen een half uur is er een ambulance en een dokter ter plaatse, die Gerard snel inladen en meenemen naar het ziekenhuis. De dokter, die is gekomen, zegt: ‘Het is maar goed, dat jullie hem zijn komen zoeken, want anders zou hij het waarschijnlijk niet hebben overleefd!
En zelfs dat is nu maar de vraag. Hij heeft veel te veel alcohol gedronken, en als ik die flessen hier zo zie, dat balanceert hij nu op het randje van de dood.’
Zijn vader knikt geschokt. De goede man is helemaal bleek van de schrik. En nu dringt eindelijk de ernst van de toestand van Gerard tot hem door. Ik zeg dan tegen de dokter: ‘Ik begrijp wel de reden, waarom Gerard zo dronken is. Zijn vrouw is bij hem weggelopen, omdat hij haar geslagen heeft. En dat had ook te maken met drank. Is het mogelijk om hem te helpen? Want hij heeft dringend hulp nodig!’
‘Het is heel aardig, dat u dat voor hem wilt doen, maar er is niets wat we kunnen doen. Hij moet het zelf willen, en op dit moment is hij niet aanspreekbaar. U zou kunnen proberen om op hem in te praten, en proberen dat hij hulp accepteert. Pas dan kunnen we passende actie ondernemen.’
Ik knik begrijpend en vraag dan: ‘Naar welk ziekenhuis is hij nu naar toe?’
‘Naar het Jeroen Bosch ziekenhuis in Den Bosch. Als u hem wilt bezoeken, moet u maar even bij de receptie vragen waar hij ligt.’
Ik knik en daarop gaat de arts weg. Ik sla mijn arm om de vader van Gerard heen, die nu verslagen voor zich heen aan het staren is. Daardoor ontwaakt hij uit zijn trance.
‘Pff, als jij er niet op gestaan had, dan zou Gerard nu dood zijn! Mijn God, wat ik heb ik er een puinhoop van gemaakt! Ik heb die jongen veel te lang zijn zin gegeven en verwend. Alles heeft hij van mij gekregen, tot zelfs mijn bedrijf eraan onderdoor ging. Ik had nog de hoop, dat Marijke hem in de hand kon houden, en ze heeft werkelijk haar best gedaan, maar zelfs dat heeft hem niet kunnen helpen. En ik mag erg blij zijn, dat u zijn kreet om hulp wel heeft kunnen horen, en dat we er nu nog misschien op tijd bij zijn om hem te redden.’
‘Ik heb zelf ooit een flink trauma opgelopen, mijnheer van Hulst. Als je dan bepaalde dingen hoort, over iemand die gekke dingen doet, dan herken je daarin wel een schreeuw om hulp. Maar ik voel me ook wel een beetje verantwoordelijk, omdat ik Marijke hier heb weggehaald. Niet omdat ik het wilde, maar omdat ze hulp nodig had. Maar wie had kunnen vermoeden, dat Gerard zoiets zou doen! Daar ben ik ook erg van geschrokken!’
De man kijkt me aan. ‘Je hebt gedaan, wat je moest doen, mijnheer Schut. Ik neem je niets kwalijk. Wat Gerard gedaan heeft, dat is niet goed te praten. Je hoort geen vrouw te slaan, je hoort gewoon niemand te slaan! Ik verafschuw zijn gedrag, dat is gewoon onvergefelijk. Maar hij is wel mijn zoon. En ik ben dankbaar, dat er misschien nog iets te redden is. Als kost het mijn laatste geld, dat heb ik er wel voor over!’
‘Zal ik dan maar even naar huis brengen? Want ik denk, dat u daarna wel naar het ziekenhuis zal willen gaan. En ik moet Marijke op de hoogte brengen.’
De man knikt. In de auto heerst een bedrukte stemming, en als ik de man bij hem thuis aflever, bedankt de man zich nog even kort, waarna ik koers zet richting huis. Ik zie, dat de energiemeter van mijn wagen flink gekelderd is, en daardoor moet ik even stoppen bij een laadstation. Na een kwartier kan ik weer verder, dan zit er genoeg in om weer thuis te kunnen komen. En eenmaal thuis zet ik de wagen aan de lader, zodat ik er weer snel mee weg kan.
Ik loop dan naar boven, en bel dan weer bij Marijke aan. Die doet open en zegt: ‘Ben je alweer terug?’
‘Mag ik even binnenkomen? Ik heb wat nieuws en dat is helaas niet het beste nieuws.’
Marijke reageert meteen geschrokken. Ze knikt haastig en laat me binnen. Daar vertel ik haar, hoe we Gerard hebben gevonden. Marijke schrikt zichtbaar en begint te huilen.
‘Ik had nooit weg moeten gaan! Ik wist, dat dit ging gebeuren!’
‘En dan alles bij het oude laten, Marijke? Dat was toch ook geen oplossing geweest! Nee, je hebt het juiste gedaan, en we hebben geluk gehad, dat we er nog op tijd bij gekomen zijn. Misschien dringt het nu tot hem door, dat hij dringend hulp nodig heeft. Ja, het is erg, wat er gebeurd is, heel erg! Maar er is wel hoop! Hij leeft nog, hoewel kantje boord! En als hij dit overleeft, dan zal hij alle hulp en steun nodig hebben, die hij maar kan vinden.
Als je echt van hem houdt, Marijke, dan sta je hem bij, en steun je hem, op welke manier dan ook. Dat kan dus ook betekenen, dat je hier nog een hele tijd moet wonen. Gerard moet straks iets hebben, waar hij naar uit kan kijken, een soort beloning. Houd hem voor, dat je terugkomt, als hij weer helemaal beter is. Dat zou hem kunnen stimuleren. En dat gaat hij heel hard nodig hebben.
En ik weet goed, hoe Gerard zich gevoeld moet hebben. Toen ik klein was, heb ik een flink trauma opgelopen, waar ik nu soms ook nog wel eens last van heb. Het heeft jaren geduurd, voordat ik over het ergste heen ben gekomen, maar wat me destijds flink heeft geholpen, was de belofte van mijn ouders, dat zodra ik achttien zou worden, ik op mezelf zou mogen gaan wonen.
En dat heeft er toen voor gezorgd, dat het opeens stukken beter ging met de verwerking van mijn trauma. Ik kon toen weer zonder problemen mijn moeder vasthouden, zonder dat het angstzweet me uitbrak. Gelukkig heb ik nu zo goed als helemaal over mijn trauma heen, er zijn nog steeds wel wat kleine wonden, die waarschijnlijk nooit meer helemaal weg zullen gaan, maar daar heb ik nauwelijks nog last van. Ik droom er alleen nog over, meer niet.’
‘Dat wist ik niet! Dan moet het wel heel erg zijn geweest, wat je toen hebt meegemaakt!’
‘Voor wat ik op die leeftijd heb meegemaakt, was dat behoorlijk heftig. Als me dat nu zou gebeuren, dan zou ik er wellicht om lachen. Maar dat vertel ik je nog wel een keer, nu gaat het om Gerard.’
Marijke knikt. ‘Ik ben blij, dat je hem nog op tijd gevonden hebt, Jack! Maar waarom wilde je nu eigenlijk zijn vader spreken?’
‘Omdat mijn vader me destijds echt doorheen gesleept heeft. Het is toch de man, die je als kind het meest vertrouwt. En dat is nog steeds zo, ten minste in mijn geval. Dus ik hoopte eigenlijk, dat we Gerard nog konden spreken, en hem overtuigen hulp te gaan zoeken. Nu is dat wel mislukt, maar ook niet helemaal.
Want nu beseft zijn vader, dat hij er medeoorzaak aan is, dat Gerard nu in het ziekenhuis ligt, met zijn leven bijna in puin. En dat zal de man de kracht geven om zijn zoon te helpen en hem richting te geven.’
‘Ja, maar waarom moest je zo snel weg?’
‘Het was om wat Sally tegen me zei, dat ze vond, dat Gerard zijn verstand aan het verliezen was, door iedereen op te bellen. En dat herkende ik. Dat heb ik namelijk ook gedaan. Iedereen, die ik kende, heb ik toen opgebeld, maar ik kon geen stom woord uitbrengen. Het is, dat mijn vader erbij uit kwam, en we daarover zijn gaan praten. En dat is het moment geweest, dat ik de hulp kreeg, die ik toen nodig had. Dus ik hoorde Gerards schreeuw om hulp!’
Marijke omhelst me. ‘En ik ben blij, dat je dat gehoord hebt. En ga nou maar snel naar Sally toe, want die maakt zich ook erg ongerust!’
‘Is ze al hier geweest?’
‘Al meer dan drie keer. Ze maakt zich flinke zorgen om je.’
Ik knik en neem dan haastig afscheid.
Als ik thuis de deur open doe, hoor ik Sally op me af rennen. Huilend omhelst ze me.
‘Ik heb me toch zoveel zorgen om je gemaakt! En Marijke zei me, dat je naar de vader van Gerard bent gereden! Waarom heb je me dat niet gezegd?’
‘Er was geen tijd te verliezen, Sally. Toen je me zei, dat Gerard zijn verstand aan het verliezen was, besefte ik me, dat het ook zo was. Dat was een schreeuw om hulp! En dat is maar goed ook, dat ik zo snel gegaan ben. We hebben Gerard bijna in coma gevonden. Hij ligt nu in het ziekenhuis in Den Bosch.’
‘Mijn God! Wat is er dan gebeurd?’
‘Hij heeft vier flessen jonge klare achterover geslagen, dat is wat er gebeurd is! Hij mag van geluk spreken, dat hij nog leefde, toen we hem vonden. En hij is nog niet uit de gevarenzone, maar is nu in der allerbeste handen, die hij zich maar kan wensen. Zijn vader gaat hem nu begeleiden, en ik hoop dat hij op Gerard gaat inpraten, zodat Gerard zichzelf laat helpen. En als dat lukt, dan heb ik er wel hoop voor. En anders, dan heeft het geen zin meer.
Ik ben net bij Marijke geweest, maar dat durfde ik haar niet te vertellen. En het is maar goed, dat ze niet gezien heeft, hoe Gerard erbij lag. Hun huis ziet eruit alsof er oorlog gewoed heeft! Alles is kapot gegooid en ligt over de vloer. Je kunt het je amper voorstellen. Hij moet waanzinnig zijn geweest, anders krijg je zoiets niet voor elkaar!’
‘Mijn lieve hemel! En nu?’
‘Voorlopig kunnen we maar weinig doen. Eerst moet Gerard die alcoholvergiftiging zien te overleven, en dan zal zijn vader hem moeten overtuigen. En Marijke zal er ook nog wel een rol in hebben. Zelf kunnen niet meer doen, dan we nu al doen. Het enige, wat ik Marijke wel op haar hart gedrukt heb, is dat ze niet te snel moet toegeven. Omdat anders Gerard weer snel in oude gewoontes zou kunnen terugkeren!’
Sally knikt begrijpend. ‘Gerard moet je naderhand wel heel erg dankbaar zijn! Want als alles goedkomt, dan heb je niet alleen zijn leven gered, maar ook nog zijn huwelijk.’
Ik glimlach. ‘Daar was het me niet om te doen, maar dan mag hij me inderdaad heel erg dankbaar zijn. Maar het zal nog wel even duren, voordat het zover is, Sally.’
Sally knikt. Dan staat ze op en geeft me een zoen. ‘Je bent echt geweldig, Jack! Je kent mijn familie nauwelijks, maar nu al doe je je best om ze te helpen. Dat is echt bijzonder, en daarom houd ik ook van je, Jack! Al vanaf het begin had ik al het vermoeden, dat je bijzonder zou zijn. Maar na de afgelopen dagen merk ik steeds meer en meer, hoe bijzonder je echt bent. Moedig en sterk. Hulpbereid, waar en wanneer dan ook!
En je bent niet bang om voor iemand anders op te komen! Dat zijn hele bijzondere eigenschappen van je, waar ik ook heel erg blij mee ben. Het maakt me enorm trots, dat ik je vriendin mag zijn.’
‘Maar naast een sterke man staat ook een sterke vrouw, vergeet dat niet, Sally. Je haalt gewoon het beste in me naar boven! Dat zou ik normaal echt nooit gedaan hebben. Maar ik zie hoe belangrijk je familie voor je is, dus is dat voor mij ook belangrijk! En als ik dan zie, dat er iets fout gaat, dan moet ik iets doen. Dus voor alles, wat ik nu gedaan heb, ben jij net zo verantwoordelijk.’
Sally glimlacht. ‘Maar dat maakt je niet minder geweldig, Jack! Ik ben nu oprecht trots op je, en ik denk, dat dit wel een beloning heeft verdiend. Waarom ga je me niet die beloofde vissoep maken, dan ga ik eens kijken, of ik je een mooie beloning kan geven.’
Ik glimlach en geef haar nog een zoen, voordat ik in de keuken aan de slag ga. Ik snijd de groenten, die in de soep moeten en snijd ook de vis, die er nog in moet. Dan zet ik alvast het stokbrood in de oven, en dek de keukentafel op. Dan moet ik even op de soep letten, want die mag niet te veel koken. Ik pak dan uit mijn koelkast een fles wijn, die goed smaakt bij vis, een lekkere frisse rosé. En ik haal daar ook een paar passende glazen bij tevoorschijn. En als ik daar allemaal mee klaar ben, dan is het stokbrood klaar en ook de soep is dan klaar. Ik pak een paar grote soepmokken, en schud voor ons allebei een grote mok soep in. Dan roep ik Sally, omdat de soep dan koud dreigt te worden, en dat zou echt zonde zijn. Ze komt dan al snel.
En dan begrijp ik ook meteen, wat ze bedoelt met haar beloning. Ze heeft zich omgekleed en opgemaakt. Ze ziet er werkelijk om op te vreten uit! Mijn ogen vallen bijna uit mijn oogkassen. Ze heeft een schitterende blauwe jurk aan, die tot over haar knieën reikt. Een paar witte panty’s maken het compleet, net als haar brede, eveneens witte, ceintuur. Tot zover nog allemaal erg braaf. Maar boven haar ceintuur is een diep decolleté te zien, die tot ver onder haar borsten reikt. En het is maar al te duidelijk, dat Sally geen bh draagt, en dat haar borsten op de een of andere manier door haar jurkje onder het stof worden gehouden. Tel daar bij op, dat ze haar lippen vuurrood heeft gemaakt, haar wimpers mooi diep zwart heeft gemaakt, en enkel haar wenkbrauwen geaccentueerd heeft. Verder lijkt haar gezicht wat bleker, maar dat zal ook wel door de make-up komen. Ik ben normaal niet zo van de make-up, maar dit kan me echt wel bekoren. Het is niet overdreven, en het benadrukt haar natuurlijke schoonheid alleen maar.
‘Wauw! Dus daar had je zo lang voor nodig? Met resultaat, mag ik wel zeggen!’
Ik fluit eens door mijn tanden, wat Sally duidelijk genoegen doet. Ze wil gaan zitten, als dan plotseling de deurbel gaat. Ze zucht. ‘Kunnen we Marijke geen sleutel geven? Ze loopt hier nu wel een beetje de deur plat!’
Ik glimlach. ‘En ons dan in de slaapkamer laten betrappen? Ik dacht het niet! Ik ga wel even kijken, wat er aan de hand is.’
Ik loop naar de deur en inderdaad staat Marijke voor de deur.
‘Uhm, waar is hier nog een supermarkt open? Door alle toestanden heb ik helemaal vergeten boodschappen te doen!’
Ik lach. ‘Dat kan gebeuren, Marijke. En je weet natuurlijk ook nog niet waar alle winkels zijn. Weet je wat? Ik heb net een lekkere vissoep gemaakt, en ik heb toch genoeg. Ik geef je de ketel wel, en die mag je lekker met Emily oppeuzelen. Bovendien zal je straks wel naar Gerard toe willen, of niet?’
Ze knikt. ‘Nou, dan pak je straks mijn auto en rij je naar Den Bosch. Maar denk eraan, wel terugkomen. Je weet, wat ik je gezegd heb!’
‘Ja, dat weet ik. Niet meteen toegeven. Je bent echt geweldig, Jack! Echt, hartelijk bedankt!’
Ik glimlach en zeg: ‘Wacht, dan pak ik de ketel even.’
Marijke knikt en ik loop naar de keuken. Daar schep ik nog twee mokken vol, die houd ik voor ons twee, en de rest geef ik dan aan Marijke, daar heeft ze nog meer dan genoeg aan. Ik trek ook nog een afbakstokbrood uit de diepvries en overhandig dat aan Marijke.
‘O, je bent een engel! Dank je wel!’
Ik glimlach en ze geeft me een zoen op mijn wang. Dan draait ze zich om en gaat weer door haar eigen deur naar binnen.
Ik ga weer naar de keuken en zeg: ‘Dat is ook weer opgelost. Kunnen wij ten minste ongestoord eten. Ze zal alleen straks wel de sleutel van mijn auto komen lenen, want ze wil nog naar Gerard toe, en dat begrijp ik best.’
Sally kijkt me trots en verliefd aan. ‘Je bent veel te goed voor deze wereld!’
‘Ach, ik had eigenlijk te veel gemaakt. En ik heb nog twee mokken staan, voor als je niet genoeg hebt. Anders zijn die mokken voor morgen.’
‘Nou, dan zal ik eens kijken, of je ook lekker kunt koken!’
‘Oordeel zelf maar. Ik vind dit altijd heel erg lekker, maar ik maak altijd veel te veel.’
Sally proeft van de soep.
‘Hmm, niet slecht! En die heb je echt zelf gemaakt?’
‘Ik koop zelden iets in blik of glas. En het komt ook niet uit een envelop.’
‘Een envelop? Je bedoelt gedroogde soep?’
‘Ja, dat is toch net enveloppensoep?’
Sally moet daar wel om lachen. We eten verder, en het is al snel duidelijk, dat de tweede mok er ook aangaat. En samen met het stokbrood is het een goede en gezonde maaltijd.
Als toetje heb ik een paar kleine schaaltjes ijs meegenomen. Dat is mijn zwakke punt. Ik ben absoluut verzot op roomijs. Sally kijkt verrast, als ik de schaaltjes op tafel zet.
‘Ijs in de winter?’
Ik lach. ‘O, als je ze niet lust, dan eet ik ze zelf wel op!’
‘En dat droom jij! En zeker chocolade ijs! Die eet ik lekker zelf op!’
Ze schraapt het ijs uit het schaaltje, en geniet er langzaam van. Alsof ze ieder stukje van het ijs wil proeven. Ik moet glimlachen, als ik haar zo zie genieten van het ijs.
Zelf geniet ik er ook wel van, maar ik heb het veel sneller op. En daardoor kan ik toekijken, hoe Sally van haar chocolade ijs geniet. Dat doet ze echt op een sensuele manier, en vooral met veel smaak. Het is bijna pure porno, zoals ze ervan geniet. En dat laat me echt niet onberoerd. En ik weet heel zeker, dat ze het extra overdrijft. Want ze kijkt me nu behoorlijk uitdagend aan, terwijl ze haar vinger aflikt. En daarmee weet ze me echt wel op te winden.
Maar voordat ze me helemaal gek maakt, trek ik mijn trukendoos open. Ik knoop gewoon drie knoopjes van mijn blouse los, waardoor mijn borstkas zichtbaar wordt, en een stukje van mijn borsthaar ook goed zichtbaar is.
Dan kreunt Sally. ‘Daar kan ik niet tegenop! Het zou verboden moeten worden, dat mannen zo sexy kunnen zijn!’
Ik lach. ‘Hetzelfde zou gezegd moeten worden voor chocolade ijs etende vrouwen!’
Sally lacht. ‘Touché!’
Ik sta op en loop naar haar toe, en ze kijkt me verwachtingsvol toe. En net als ik haar wil kussen, gaat de deurbel weer. Sally gooit haar hoofd naar achteren en kreunt. ‘Had je de deur niet open kunnen laten, Jack? Nu worden we alweer gestoord!’
Ik glimlach. Ik pak alvast mijn autosleutel mee en loop richting de deur. En daar staat zoals verwacht, Marijke weer voor de deur.
‘O, ik kwam voor de autosleutel. En een klein vraagje… Zouden jullie even op Emily kunnen passen? Anders wordt het veel te laat voor haar.’
Ik knik, niet omdat ik veel zin heb, maar omdat het niet anders kan. En dat beseft Marijke ook wel.
‘Sorry, ik kon anders zo snel niets verzinnen.’
‘Het is al goed. Breng Emily maar.’
Marijke knikt haastig en snelt weg. Ik laat de deur op en loop naar de keuken.
Ik kijk Sally aan en zeg: ‘Als je een romantische avond gepland had, dan is die zojuist in het water gevallen. Marijke vroeg me net om op Emily te passen, en dat kon ik haar niet weigeren.’
Sally kreunt. Dan staat ze op. ‘Natuurlijk kunnen we dat niet weigeren. Alleen jammer, want ik had echt iets speciaals en iets heel heets voor je in de planning staan!’
‘Dat zal dan even moeten wachten, Sally. Maar ze zal toch wel vroeg gaan slapen, dan hebben we misschien nog wel even tijd voor dat hete en speciale wat je voor me in gedachten had!’
Omdat ik de deur open gelaten heb, is Marijke zelf met Emily binnen gekomen.
Wat onzeker zegt ze: ‘Hoi! Ik heb zojuist ook nog even met Frank, de vader van Gerard gebeld. Het kon nog wel eens erg laat zijn, voordat ik terugkom. Is het een probleem als Emily vannacht hier slaapt? En ook als ik morgen je wagen nog even leen?’
Ik glimlach. Ze kijkt er zo ongelukkig bij, dat ik het haar onmogelijk kan weigeren.
‘Geen probleem. Ik leg haar wel op het logeerbed als ze naar bed moet.’
‘Dank je, ik weet anders niet wat te doen!’
De radeloosheid is in haar ogen te lezen. Ze kust haar kleine meid dan en zegt: ‘Goed luisteren naar ome Jack en tante Sally. Mama moet nu naar het ziekenhuis, want papa is heel erg ziek.’
‘Mag ik ook mee, mama?’
‘Nee, dat gaat veel te lang duren. Misschien later, als papa weer wat beter is. Maar dat kan nog wel een tijdje duren!’
Emily knikt en omhelst haar moeder.
Ze kijkt me aan, en ook Sally, die achter me is komen staan.
‘Zorg goed voor haar. En bedankt, voor alles wat jullie voor me doen, ik ben jullie heel wat schuldig!’
Sally geeft een knuffel aan haar zus en zegt: ‘Dat is toch al lang goed, Marijke! We zijn toch familie?’
Marijke geeft me ook een knuffel en zegt dan: ‘Uh, en hoe kom ik straks hier de parkeergarage uit?’
Ik glimlach en geef haar dan de sleutel van de auto, en ook een kleine sleutelhanger, die voor de toegang van de parkeergarage dient.
‘Voorzichtig met gasgeven, die wagen trekt heel snel op! En hij moet nu meer dan genoeg volgeladen zijn om half Nederland rond te rijden. En het is een automaat, ook even rekening mee houden.’
Marijke glimlacht. ‘Ik weet hoe ik automaat moet rijden, Jack. Gerard heeft ook een automaat!’
‘Dit is toch iets anders, dit is een electrische wagen, maar dat merk je zo wel. Maar maak alsjeblieft geen brokken met mijn wagen!’
‘Echt weer iets voor een man, er moet iets gebeuren met hun heilige koe!’
Ik lach. ‘Nee, dat kan me niet interesseren! Het is, dat er eigenlijk niemand anders in de wagen mag rijden van de verzekering.’
Marijke lacht. ‘O, op die manier. Dan zal ik maar heel voorzichtig doen!’
Ze geeft Emily nog een laatste knuffel en haast zich dan snel weg. We blijven achter met de kleine Emily. Maar ja, wat doe je met een drie jarig kind, dat plotseling aan je zorg is toevertrouwd. Gelukkig weet ik wel raad met kleine kinderen. Mijn neefjes en nichtjes komen hier ook wel eens op bezoek, dus ik heb wat speelgoed in een kast staan. Het zijn wat spelletjes, waar ik Emily heel goed bezig kan houden. Sally doet ook mee, en voor Emily is dit logeerpartijtje een feestje geworden. Gelukkig begint ze al vrij snel moe te worden. Ik leg haar in het logeerbed neer, en lees wat voor uit een voorleesboek, waarop ze al snel in slaap valt.
Stil trek ik me terug en loop op mijn tenen naar de woonkamer, waar Sally glimlachend op de bank zit.
‘Je bent echt heel goed met kinderen! Ik snap af en toe niet, hoe je het geduld op kunt brengen en hoe je haar aandacht vastgrijpt.’
Ik ga naast haar zitten. ‘Kinderen zijn gemakkelijk. Ze raken gemakkelijk geboeid als je ze iets interessants laat zien, en daarna wijzen ze vanzelf de weg. En soms moet je je innerlijke kind, diep in je, gebruiken om je een beetje in hun gedachten te verplaatsen. En dan gaat het als vanzelf.’
‘Je innerlijke kind? Bestaat zoiets?’
‘Volgens mijn broer wel. En daar zit wel iets van waarheid in. Als je oud wordt, dan verlies je je kijk op hoe je was als een kind. Het ontdekken van de wereld, en dat de hele wereld je speelveld is. En je kunt van alles een spel maken, zeker als iets verboden is. En dat probeer je je voor te stellen. Probeer het maar eens. Stel je voor, dat je nog erg klein bent, en nog moet opkijken tegen al die grote mensen. En dan zie je dat een stuk speelgoed, dat je tergt, je uitdaagt. Ook al is het je pop, waar je al honderden keren mee hebt gespeeld, je ziet weer een nieuwe uitdaging. En je laat je fantasie lopen, en verzint een nieuw avontuur.’
Sally glimlacht. ‘Als je het zo zegt, en het je dan voorstelt, dan voel je je inderdaad weer helemaal jong!’
‘Ik zei het toch, dat het niet zo moeilijk was om je innerlijke kind te vinden? Maar niet tegen Leon vertellen! Hij zou me eindeloos ermee plagen!’
Sally kijkt me dan opeens serieus aan. ‘Je bent echt geweldig, nee, fantastisch, weet je dat? Hoe kan een man, zoals jij, nog nooit eerder door een vrouw geclaimd? Je bent knap, sexy, leuk, grappig, gespierd, je geeft veel om je naasten, en je helpt waar je maar kan! Je bent bijna te goed om waar te zijn! En dan kan ik het amper geloven, dat je hier naast me zit.’
‘Geloof het maar, en je droomt niet. Ik zit naast je, en dit is gewoon, wie ik ben. Ik geloof gewoon, dat ik op je moest wachten. Ik heb mijn deel aan vrouwen wel gezien. Pff, in alle soorten en maten, en ook heel wat leeftijden. Maar het punt was, dat geen enkele vrouw mijn aandacht langer als een, twee dagen kon houden. Ik kon gewoon niet verliefd worden.
En ik heb het echt geprobeerd, zelfs veertien dagen met een vrouw doorgebracht, terwijl ik al wist, dat ze niets voor me was. Maar liefde kun je niet dwingen en ze heeft me toen de deur gewezen. En dat was ook goed zo, het was nooit iets geworden.
En dan duik jij op, je woont gewoon naast me! Ik had je wel gezien, en natuurlijk vond ik je een hele mooie vrouw. Maar je bent wel mijn buurvrouw en bovendien had ik het erg druk, dus ik had amper tijd om je eens aan te spreken. En ja, toen kwam mijn moeder, en wat er toen gebeurd is, dat weten we allebei.’
‘Maar wat is er zo anders aan mij, dan al die andere vrouwen, Jack? Ik probeer het te begrijpen!’
‘Je moet me geloven, ik weet het gewoon niet! Natuurlijk werd ik aangetrokken door je schoonheid, dat zal ik niet ontkennen. Maar dat hebben andere vrouwen ook, en op hun ben ik niet verliefd geworden. Iets in me, zei me, dat jij het was, op wie ik moest wachten.
Nog nooit heeft het zo goed gevoeld om hier nu met jou hier op de bank te zitten en op je nichtje te passen. En ik geloof dat het ook niet uitmaakt, wat we samen doen, het zal altijd goed aanvoelen. Dat geloof ik heilig!’
Sally glimlacht. Maar dan kijkt ze serieus. ‘Jack, ik moet je iets opbiechten. Iets dan niemand anders weet.’
‘Wat wil je opbiechten?’
‘De reden, waarom ik hier ben komen wonen. Dat was helemaal niet, omdat ik het op en neer gereis moe was. Dat was maar een smoes om thuis weg te komen. De werkelijke reden is, dat ik eigenlijk op de vlucht was. Op de vlucht om me te binden.’
Ik kijk verbaasd. ‘Hoe bedoel je?’
‘Voordat ik hierheen verhuisde, had ik een vriend. Niemand wist, dat ik een vriend had, zelfs mijn beste vriendin niet. En het begon best serieus te worden tussen mij en hem.’
‘Wat is zijn naam, Sally?’
‘Jeroen. Jeroen Goederei. Ik mocht hem heel graag, en we hadden ook wel goede seks, al ben ik nooit bij hem klaargekomen met neuken. Maar het was wel oké. Maar Jeroen was nogal bezitterig. Hoewel ik sterke gevoelens voor hem had, was het alsof ik stikte, als hij bij me was. Het was alsof hij mijn leven bepaalde. En dat was te veel voor me. Dus heb ik met hem gebroken, maar hij wilde niet opgeven. Toen heb ik thuis maar verteld, dat ik het op en neer gereis moe was, en hebben mijn ouders me geholpen deze flat te kopen.’
Ik glimlach. ‘Dus je hebt gelogen tegen je ouders? En tegen mij?’
Sally bloost. ‘Kun je me vergeven?’
Ik glimlach. ‘Natuurlijk! Maar je ouders zijn niet zo dom, als je denkt. Ze wisten ervan, dat heeft je moeder tegen me verteld.’
Sally kijkt verbaasd. ‘Wat, ze wisten ervan?’
‘Natuurlijk! Denk je niet, dat het opvalt als er opeens midden overdag, als jij aan het werk bent, er de hele tijd een man langs komt fietsen? Hij heeft je moeder zelfs een keer aangesproken, en gevraagd waar je was. En dat je zo vaak ’s avonds en zelfs ’s nachts weg was. Wat denk je zelf?’
‘En wanneer heeft mijn moeder je dat verteld?’
‘Ergens later op de avond. Toen ik haar verteld heb, waarom ik met je mee ben gegaan. Daar moest ze wel om lachen, ze vond dat typisch iets voor jou. Maar je moeder is een intelligente vrouw, en ook je vader is een stuk slimmer, dan je denkt. Els zei me, dat ze blij was, dat ik met jou hierheen was gekomen, omdat ze toch in ons beiden zag, dat we diepe gevoelens voor elkaar hebben. En ik denk, dat ze daar volledig gelijk mee heeft.’
‘Ik beken me schuldig, Jack! Ik heb diepe gevoelens voor je. Misschien niet vanaf de eerste seconde, maar je had mijn aandacht al meteen. En dat maakt, dat ik me nu bevoorrecht voel. Ik ben nu de vrouw, die naast je zit. De vrouw, waarop alle andere vrouwen nu jaloers zijn, omdat wij verliefd op elkaar zijn.’
‘Niet vanaf de eerste seconde?’
‘Niet helemaal. Ik vond je natuurlijk wel knap, maar hield nog een beetje reserve.’
‘Daar heb ik anders weinig van gemerkt…’
‘Het is anders moeilijk om jouw lichaam en je charmes te weerstaan, Jack. Als je in de Griekse oudheid had geleerd, zou Adonis een minderwaardigheidscomplex hebben gekregen!’
Ik lach. ‘Mijn God, wat een fantasie heb je toch!’
Ze haalt haar schouders op. ‘Lach maar! Voor mij ben je mijn persoonlijke Adonis!’
‘Dan ben jij mijn persoonlijke Aphrodite.’
Sally giechelt. ‘Past wel bij elkaar, Adonis en Aphrodite!’
Ze geeft me een zoen, en kijkt me dan recht in mijn ogen aan. Haar ogen fonkelen, maar ik lees er veel meer in, dan alleen lust. Ik lees er hoop, liefde, angst, breekbaarheid en kracht uit. Precies wat onze relatie nu op dit moment is. De hoop voor de toekomst, de angst voor het onzekere, de breekbaarheid voor het onbekende, en de kracht en de liefde voor wat er nu tussen ons bloeit. En dat is ook precies, wat ik op dat moment voor haar voel.
Teder kus ik haar dan, waarbij ik haar in mijn armen achterover druk. Gewillig laat ze zich neervlijen en door me kussen. En tegelijkertijd besef ik mezelf, wat voor een bofkont ben, dat ik zo’n mooie en leuke vrouw heb ontmoet. En hoewel er niets geilers is, dan met haar seks te hebben, voel ik daar nu even helemaal niets voor. Ik wil haar nu alleen maar vasthouden en kussen. Lekker verliefd zijn.
En Sally lijkt mijn gemoedstoestand te begrijpen. En zo zitten we een hele tijd, totdat ik me bekeken voel. Met tegenzin verbreek ik onze zoen, en kijk rond. Om dan recht in de ogen van Emily te kijken.
Ik schrik wel een beetje.
‘O, Emily! Wat is er aan de hand, meisje?’
Sally schrikt ook, ze had haar helemaal niet gezien.
Ze bloost flink en daar moet Emily hard om lachen. En Emily reageert precies zoals je het van een kind van haar leeftijd kan verwachten. ‘Kan ome Jack lekker kussen, tante Sal?’
Sally lacht. ‘Ja, dat kan hij uitstekend. Daarom houd ik ook zo veel van hem! Maar wat doe je uit bed?’
Emily kijkt wat naar beneden. ‘Ik kan niet goed slapen. Is mama nog niet terug?’
Sally staat op en neemt Emily op haar schoot.
‘Nee, mama is nog naar het ziekenhuis. En dat kan nog wel even duren. Zal ome Jack je nog eens voorlezen?’
‘Nee, ik wil dat jij me voorleest!’
Ik glimlach. ‘Ik heb alleen dat ene voorleesboek. Maar ik weet wel, dat er bij het speelgoed, dat we hebben meegenomen, er nog een paar andere boekjes moeten liggen.’
‘Wil jij die even pakken?’
‘Waarom ga jij niet even? Ik voel me nog niet zo comfortabel om in de spullen van je zus te gaan zoeken. Bovendien heb ik geen sleutel van jouw huis.’
Sally knikt en zet Emily op mijn schoot. Ik kietel haar lichtjes, waardoor het meisje het meteen uitgiert van lachen. Ze probeert me terug te kietelen, maar ik ben er zeer goed tegen bestand. Dan vraagt ze me: ‘Vind je tante Sal lief?’
‘Ja, ik vind haar heel erg lief!’
‘En gaan jullie dan ook trouwen?’
Ik lach. ‘Dat weet ik nog niet, Emily. Misschien later. Daar moeten grote mensen heel goed over nadenken. Trouwen is iets heel belangrijks.’
Het kleine meisje knikt. Dan zegt ze: ‘Is papa echt ziek?’
Die vraag had ik niet zien aankomen. ‘Waarom vraag je dat?’
‘Omdat papa en mama ruzie hadden.’
Ik sta even met mijn mond vol tanden. Zo jong als ze is, zo weet ze al behoorlijke intelligente vragen te stellen.
‘Maar sommige papa’s en mama’s hebben dat soms wel. Maar jouw papa en mama houden nog heel erg veel van elkaar. Alleen is papa een beetje ziek in zijn hoofd. En daar gaan de dokters nu wat aan doen.’
‘Word papa dan weer beter?’
‘Dat weet ik niet. Ik hoop het wel. En dan kun jij weer samen met papa spelen.’
‘Doe jij dan zolang met mij spelen, als papa ziek is?’
Ik glimlach. ‘Dat is goed. Maar ik kan niet altijd met je spelen, en bovendien moet ik binnenkort een hele week weg.’
‘Moet je dan heel ver weg?’
‘Ja, heel ver weg! Bijna aan de andere kant van de wereld!’
Het zegt haar natuurlijk niet zo heel veel, maar daar is ze wel van onder de indruk. Voor haar is de wereld nog zo ontzettend groot, maar ook heel klein.
Maar ik zie dat ze aan het vechten is tegen de slaap, en ik leg haar dan tegen mijn schouder aan. Het arme wicht valt dan vrijwel meteen in slaap. En amper een paar tellen komt Sally weer terug met een paar voorleesboekjes. Ze ziet dan, dat Emily al slaapt, en ze komt dan voorzichtig langs me zitten.
‘Oh, wat schattig!’
Ik glimlach. Voorzichtig pak ik Emily op, die al in een diepe slaap is. Ik leg haar terug op het logeerbed en stop haar knuffel dicht tegen haar aan. En sluip dan de logeerkamer uit.
Ik zeg dan: ‘Wat een kwebbel is Emily toch! Ze is niet eens vier jaar en stelt al vragen, waar je oren van klapperen. Marijke zal heus wel haar best doen om haar problemen met Gerard voor Emily verborgen te houden, maar Emily weet heus wel, dat er iets niet goed is. En ik moest even mijn volle verstand gebruiken om het Emily duidelijk te maken, dat het wel weer goed komt. Of ten minste, dat hoop ik voor haar.’
‘Wat heb je haar verteld?’
‘Dat Gerard een beetje ziek is in zijn hoofd. En ik heb haar gerust gesteld, omdat ze schijnbaar bang was, dat ze uit elkaar gingen. Ze zei, dat Marijke en Gerard ruzie hebben gehad, en ze leek onrustig. Ik denk, dat ze op de opvang ook wel op een of andere manier met gescheiden ouders te maken heeft gehad.’
Sally glimlacht. ‘Ze is best intelligent voor haar leeftijd. Maar ze is een schat van een kind!’
‘Dat is absoluut waar! En ik sta ervan te kijken, dat ze het zo goed oppakt. Het is anders nogal wat! Van de een op de andere dag wordt ze opgepakt, in een vreemde auto gezet, en naar een nieuw huis gebracht, waar
ze nog helemaal niets kent. Maar ik heb haar nog niet horen huilen of jammeren. Wat een flink kind is ze toch!’
Sally glimlacht weer. ‘Vanmiddag had ze het even moeilijk, en toen heeft Marijke haar wel weer kalm gekregen. Maar je hebt gelijk, Emily is een sterk en dapper kind. Marijke kan oprecht trots op haar zijn!’
Dan lacht ze: ‘En het was zo ontzettend schattig, toen ik hier binnen kwam en Emily daar tegen je aan lag te slapen!’
‘Ze sliep pas echt een paar momenten. Maar ze was echt moe, en vocht al tegen haar slaap. Het enige wat ik nog maar hoefde te doen, was haar gerust stellen en haar even tegen me aan laten leunen. En toen sliep ze al meteen vast. Ik durf zelfs te wedden, dat ze nu tot morgenvroeg doorslaapt.’
Sally knikt. ‘Nu zit ik hier met die voorleesboekjes.’
‘Laat maar liggen. Ik heb wel het vermoeden, dat we Emily nog vaker als logee krijgen.’
‘Dat kon best wel eens.’
Sally begint dan te gapen. Ik lach en zeg: ‘Wil je ook lekker tegen mijn schouder aanliggen en gaan slapen?’
‘Klinkt aanlokkelijk, maar dan doe ik dat toch liever in bed! De afgelopen nachten hebben niet zo gek veel geslapen!’
We besluiten dan maar allebei te gaan slapen. En amper hebben onze hoofden het kussen geraakt, of we zijn al vertrokken in een diepe slaap.
Het is pas rond het middaguur, als we allebei wakker worden. Of ik word wakker van Sally, die kreunend uit bed stapt.
‘Oh, ik heb spierpijn!’
Hoewel ik pas net wakker ben, moet ik al meteen lachen. ‘Dat went wel, als je wat meer traint!’
Ze kijkt geschrokken om, maar moet dan glimlachen.
‘Daar ben ik al mee bezig, Jack!’
Ze gaat overeind staan en zegt dan: ‘Oei, of ik heb te veel gedronken gisteren, of ik begin ziek te worden. Mijn kop!’
Ze haast zich dan naar de badkamer, waar ik al snel onsmakelijke geluiden uit hoor komen. Zelf voel ik me kiplekker. Ik sta op en loop naar de badkamer, waar ik Sally boven de toiletpot zie hangen.
‘Oh, ik voel me nu verschrikkelijk! Ik geloof dat ik echt alles van gisteren heb overgegeven!’
‘Oei, als je nu ook maar niet ziek wordt, Sally!’
‘Ik mag toch hopen van niet! Ik moet morgen weer werken!’
‘Als je die buikgriep hebt, ga je morgen echt niet werken, Sally. Dan ga je lekker op bed liggen, en dan verwen ik je tot je weer beter bent.’
Ik help haar overeind, en zet haar dan onder een warme douche. Dat ze nu naakt is, doet me nu niet zo veel. Het doet me nu veel meer, dat ze nu kwetsbaar is en bovendien er duidelijk niet lekker aan is. Het maakt me, dat ik voor haar wil zorgen en haar wil helpen.
En Sally voelt zich echt niet goed. Als ik haar later in een oud sporthemd van me hijs, en later haar koorts opmeet, blijkt dat ze de buikgriep flink te pakken heeft. Ze heeft maar liefst 39 graden koorts. Ik doe snel wat boodschappen en haal allerlei dingen in huis, die haar kunnen helpen. Honing, thee, wat beschuit en lichte crackers, die niet zo zwaar op de maag vallen.
Ik behandel haar als een prinses, die ze ook in mijn ogen is.
En Sally laat zich maar wat graag door me vertroetelen, enkel moet ze zich wel geregeld haasten naar de badkamer voor wat onaangenamere details van haar ziekte. Maar het geeft ons wel de gelegenheid om goed met elkaar te praten. Echt goed met elkaar te praten. We hebben er nu de tijd voor, en ik heb toch tot na nieuwjaar vrij. Sally moet nog wel een paar dagen werken, maar is dan na het weekend tot na nieuwjaar vrij.
En dat doet onze nog jonge relatie met elkaar wel goed. Sally heeft nog wel wat vragen over mijn trauma, en ik vertel haar er echt alles over, wat ik erover kan vertellen. Op haar beurt vertelt ze me haar geheimen en ik de mijne. Het levert zowel gelach als hier en daar een traan op.
Als ze later die middag nog steeds last heeft van spierpijn, bied ik haar aan om haar te masseren.
Sally kijkt me verbaasd aan. ‘Kun je ook nog goed masseren?’
‘Ik ben geen pro, maar ik kan het een beetje. Ik moet het soms bij mezelf doen, als ik me verrekt heb bij het trainen.’
‘Dan doe maar! Ik wil het wel eens proberen!’
Ik sta op en loop naar de badkamer, waar ik de massageolie heb staan. Ik pak me wat oude handdoeken, die ik ook gebruik, als ik mezelf masseer, zodat het bed niet onder de olie komt.
Daar laat ik Sally op haar buik liggen en sluit wat olie op mijn handen. Dan begin ik met haar massage. Haar lichaam is duidelijk wat verkrampt, waarschijnlijk het gevolg van onze activiteiten in bed, maar ook van haar ziekte.
Ik doe mijn best om haar rugspieren en vooral haar nekspieren los te krijgen, wat op diverse kreuntjes van Sally leidt. En die zijn echt niet alleen van genot, want soms raak ik echt wel wat pijnlijke plekken. Maar als ik klaar ben, zucht ze wel even.
‘Oh, dat voelde goed! Dat mag je nog wel eens vaker doen!’
‘Dat kan. We zullen de voorkant nog maar even laten zitten. Want dan moet ik aan je borsten zitten, en dan kan ik me waarschijnlijk niet houden. En we willen niet overdrijven, nu je zo ziek bent!’
Ze draait zich om en ik zie hoe haar tepels al wat stijver worden, alleen al bij die gedachte daaraan.
Ik lach en zeg: ‘Je bent volgens mij best wel een ondeugend meisje, Sally!’
Ze glimlacht. ‘Normaal wel, Jack. Zeker met zo’n sexy man, als jij, in de buurt!’
Ik dek haar dan toe en zeg: ‘Ik zal wat bouillon voor je klaarmaken, zodat je wat te eten in je maag krijgt.’
Ik loop naar de keuken, waar ik wat eten in elkaar knutsel. Wat heldere bouillon voor Sally, en wat restanten van het kersteten voor mij. Ik smeer ook nog wat beschuitjes met suiker en wat jam voor Sally, en keer dan met een groot dienblad eten terug naar de slaapkamer.
Sally is in bed gaan zitten en ik zet het dienblad op bed neer.
‘Wat bouillon en beschuit voor jou en de rest is voor mij.’
Sally kijkt wat beteuterd. ‘Ik had eigenlijk nog best wel zin gehad in dat heerlijke rundvlees.’
‘Als je denkt, dat je het kunt verdragen, tast gerust toe! Er is nog genoeg!’
‘Misschien toch eerst de bouillon, dan kijk ik wel verder.’
Ik glimlach en ze begint dan met haar bouillon. Ze heeft duidelijk honger, want de kom is sneller leeg, als ik verwacht had.
‘Oh, ik had honger! En dat heb ik nog steeds!’
‘Het is er in ieder geval niet meteen uit gekomen, dus dat is al vooruitgang!’
Sally knikt. Net na de middag, toen ik crackers en beschuit voor haar heb gehaald, kwam dat er vrijwel meteen weer uit. Schijnbaar hebben mijn goede zorgen voor haar effect gehad. Ik schuif haar een deel van mijn eten toe, dat ze dankbaar aanneemt. Voorzichtig probeert ze een klein stukje en eet dat met smaak.
Ze wacht even voordat ze het volgende stukje vlees probeert, maar als haar maag toch niet protesteert, pakt ze nog enkele stukjes vlees. Maar ze wil het niet overdrijven, omdat haar maag ook weer niet zo fantastisch aanvoelt. Maar ze heeft nu in ieder geval weer wat in haar maag, en dat is belangrijk. Ook de beschuitjes laat ze niet liggen. Het zorgt wel voor kruimels in bed, maar het meeste ligt op het dekbed en niet eronder.
Dan laat ik haar even alleen, zodat ze kan rusten. En het geeft mij ook de gelegenheid even in alle rust alles te verwerken. Als ik een paar minuten later in de slaapkamer terugkom, slaapt ze, waarop ik de verlichting dim, zodat er alleen een heel zwak licht nog schijnt. En ik doe de lamellen dicht, zodat we de volgende morgen niet door het licht gewekt zullen worden. En ik zet nog een vers glas water bij haar neer.
Zelf ga ik dan in de kamer wat televisie kijken. Een uur later hoor ik de deur van de slaapkamer open gaan en zie daar Sally de woonkamer inlopen.
Ze ziet er een stuk beter uit, dan vanmiddag.
‘Gaat het al wat beter?’
‘Ja, nu voel ik me een heel stuk beter! Bedankt, dat je zo goed voor me gezorgd hebt!’
‘Ach, het is niets! Ik hoop, dat je het ook voor mij had gedaan!’
‘Natuurlijk! Bovendien voelde het wel prettig, dat er iemand voor me was, die voor me zorgde. En nadat ik net even heb geslapen, is dat misselijke gevoel in mijn maag ten minste verdwenen. Maar ik heb nu nog steeds wat honger!’
‘O, madam heeft honger? Wat wenst madam? Biefstuk? Een stukje zalm? Je zegt het maar!’
‘Mag het ook gewoon wat simpeler zijn? Gewoon een boterham met kaas?’
‘Dat kan ook, geen probleem. Wat thee erbij?’
‘Ja, die was erg lekker! En graag ook weer met die honing erin! Dat smaakt goed samen!’
‘Aha, madam is een zoetekauw! Ga maar lekker zitten. Trek anders maar een badjas aan, die hangt in de inloopkast!’
Ze knikt, en loopt terug de slaapkamer in, terwijl ik snel wat eten voor haar klaar maak. Maar als ik terug de woonkamer in kom, is ze nergens te bekennen. Niet in de woonkamer, niet in de slaapkamer, en ook niet in de inloopkast en badkamer. Maar niet veel later komt ze terug. Ze is even naar haar eigen woning gelopen, en heeft zich daar nog wat zuiver ondergoed en een zuiver nachthemd gehaald. En ook een paar nogal pluizige sloffen, waar ik om moet lachen.
‘Koude voeten?’
Ze knikt. Ze heeft haar nachthemd al aan, maar ook de badjas, die ze uit mijn inloopkast heeft gepakt. ‘Maar ik heb het zo ook nog koud!’
‘Waarom heb je mij dan niet gevraagd om die spullen voor je te halen?’
Ze kijkt me met een wat vreemde blik aan. ‘En jou in mijn lades met ondergoed laten snuffelen? Ben je wel helemaal goed bij je hoofd?’
‘Sorry, ik bedoelde het alleen maar goed!’
‘Dat weet ik wel, maar je gaat wat te snel. Ik heb iets meer tijd nodig om je dat vertrouwen te geven.’
‘Dat is begrijpelijk. En het gaat ook zo ontzettend snel, dat ik er haast niet over na denk! Het is alsof we al zo lang bij elkaar zijn!’
‘Dat weet ik, zo voel ik dat ook. Maar dat is me nu nog een stapje te ver.’
‘Ik heb nog een lekker fleecedeken liggen. Misschien is dat wat voor je om lekker warm te blijven?’
Ze knikt. Langs de keuken heb ik nog een kast, waar ik beddengoed en spullen bewaar, die ik niet erg vaak nodig heb. Daar heb ik ook een groot, dik fleecedeken liggen, dat ik dan om Sally wikkel. Ze houdt vrijwel meteen op met rillen, omdat nu haar lichaamswarmte beter vastgehouden wordt. Ze gebaart me, dat ik bij haar op de bank moet komen liggen, waarna ze tegen me aan komt liggen. En zo kijken we samen televisie.
Ik kijk graag naar natuurdocumentaires, en dat blijkt Sally ook wel mooi te vinden. Maar halverwege de natuurfilm valt ze al in slaap. Maar ze slaapt zo lekker en voelt zo lekker warm tegen me aan, dat ik het niet aandurf om haar te wekken. Ik kijk verder naar de film, en als die afgelopen is, kijk ik nog een film. Ik wil Sally nog niet wakker maken.
Maar als die film ook is afgelopen, vind ik het tijd om naar bed te gaan, omdat ik zelf ook slaperig begin te worden. Ik wring me tussen de bank en Sally uit, die inmiddels al in diepe slaap is. Met fleecedeken en al draag ik haar naar de slaapkamer, en leg haar daar in bed. Ik kleed mezelf dan ook uit, en ga naast haar liggen. Ik val nogal snel in slaap, maar ik krijg dan een nogal akelige droom.
Want plotseling ben ik weer tien en zie die heks weer naakt voor me. Ik ril meteen weer over mijn hele lichaam, maar er is nu wel een verschil. Destijds kon ik niets van haar geschreeuw verstaan, maar nu lukt dat beter. Ik kan er nu enkele woorden van opvangen, maar echt begrijpen doe ik het niet. Alleen de woorden liefde en vloek kan ik uit haar gekrijs opmaken. En dan schrik ik opeens wakker, helemaal bezweet. Gelukkig heb ik Sally niet wakker gemaakt met mijn droom. Ik lig dan weer een tijdje wakker, en val dan gelukkig zonder dromen weer in slaap.
28 december.
Ik ben al vroeg wakker en ik zie, dat Sally de fleecedeken al van haar heeft afgegooid, en dat ze nu lekker rustig slaapt. Voorzichtig voel ik aan haar voorhoofd, dat nu ook een stuk normaler aanvoelt. En terwijl ik dat doe, moet ik even wat rechtop komen. Meteen merkt ze instinctief, dat het iets kouder is in bed, en kruipt wat naar me toe. Dat doet me wel wat.
Ik bekijk hoe ze slaapt, en zie weer hoe mooi ze eigenlijk wel niet is. Ik bekijk haar gezicht, haar mooie bruine krullende haar. Daar voel ik even aan, het is lekker zacht. En ik voel me onvoorstelbaar gelukkig, dat ze nu hier naast me ligt.
Opeens hoor ik mijn telefoon trillen op het nachtkastje. Die heb ik ’s nachts op stil staan, maar het is nog niet laat genoeg om het geluid van de telefoon weer aan te zetten. Ik kijk verbaasd. Het is een nummer, dat ik nog niet ken. Ik glip uit bed, en loop dan de woonkamer in.
‘Hallo, met Jack?’
‘Ah, gelukkig! Je bent er. Je spreekt met Marijke!’
‘Ah, Marijke! Wat bel je vroeg!’
‘Ik weet het, maar ik heb je hulp nodig, Jack. Ik weet, we kennen elkaar nog maar heel even, maar ik heb nu dringend hulp nodig!’
‘Wat is er aan de hand?’
‘Waar is Sal eigenlijk? Ik probeer haar al sinds gisteravond te bellen!’
‘Ach, die had haar telefoon leeg, en heeft die waarschijnlijk bij haar thuis nog liggen. En ze is de hele tijd bij mij geweest.’
‘O, gelukkig. Jullie maken er geen half werk van!’
‘Nou ja, ze is een beetje ziek, Marijke. Waarschijnlijk een buikgriep, dus ik zorg nu even voor haar.’
‘O, wens haar dan maar beterschap. Maar daar bel ik niet voor.’
‘Wat is er aan de hand, Marijke, want je klinkt nogal wat angstig!’
‘Het is Gerard! Hij heeft me weer geslagen, en dat kan ik niet meer aan. En jij bent de enige, die er verder van weet. Buiten Sal dan. En ik moet hier weg. Weet jij iets, waar ik even kan blijven met Emily?’
‘Pff, daar vraag je me wat! Maar kunnen je ouders niet helpen?’
‘Die zijn nu niet thuis. Die gaan altijd met de kerst naar familie in Friesland, en die zijn dus niet thuis. En bij mijn vrienden kan ik ook niet terecht. Daarom had ik mijn hoop gevestigd op Sal, omdat die misschien nog wel een logeerkamer vrij zou hebben voor me.’
‘Ik praat misschien dan voor mijn beurt, Marijke, ik moet het Sally nog wel even vragen, maar ik denk niet, dat ze daar een probleem mee heeft. Moet ik je komen halen?’
‘Dat zou fijn zijn. Gerard is weggereden met de auto, en ik weet niet wanneer hij terugkomt. En dan wil ik eigenlijk weg zijn. Hij moet eens een keer leren!’
‘Dan pak je koffers maar, desnoods slaap je hier op de bank, we verzinnen wel iets! Ik kom er zo aan!’
Ik hoor Marijke zuchten. ‘Dank je, Jack! Bedankt, dat je me hiermee wilt helpen.’
‘Dat is toch vanzelfsprekend, Marijke! Ik vraag Sally het wel even, en dan kom ik er meteen aan!’
‘Tot zo, Jack! En ik hoop, dat Gerard dan nog niet terug is, want ik weet niet, wat hij dan zal doen!’
‘Ik moet eens zien, dat hij je nog met een vinger aanraakt, Marijke. Nee, dat gaat niet gebeuren!’
We nemen afscheid en ik loop terug de kamer in. Ik loop de inloopkast in, en trek me wat gemakkelijke kleren aan. Daardoor wordt Sally wakker.
‘Oh, gelukkig. Er is wat acute nood bij je zus Marijke!’
Sally kijkt me geschrokken aan, en slaat haar hand voor haar mond. ‘Zeg me niet, dat Gerard haar weer geslagen heeft?’
Ik knik. ‘Ja, helaas. En Marijke heeft je sinds gisteren al proberen te bellen, maar volgens mij heb je die thuis nog aan de lader liggen!’
‘O, mijn God! Dat is waar ook! En nu?’
‘Ze wil, dat ik haar daar weghaal. Ik heb haar toegezegd, dat we een oplossing vinden. Desnoods woont ze maar even bij jou. En aangezien je toch nu hier al praktisch woont, moet dat ook wel kunnen. Als jij dat ten minste goed vindt?’
‘Uh, ja, natuurlijk! Dus je gaat haar nu meteen halen?’
Ik knik weer. ‘Gerard is weggereden met de auto, en ze weet niet waarheen en hoelang hij weg blijft. Maar ze wil weg zijn, voordat hij terugkomt.’
‘Ja, dat begrijp ik heel goed! Moet ik meegaan?’
‘En je zus en je nichtje aansteken met je buikgriep? Nee, dat lijkt me beter van niet. Blijf maar hier, en als je je goed genoeg voelt, dan pak maar wat van je spullen en breng die naar hier. Ik kan het wel alleen af met Marijke. En mocht Gerard opduiken, dan wil ik ook nog wel eens een hartig woordje met dat heerschap spreken.’
‘Doe geen gekke dingen waar je spijt van krijgt, Jack!’
‘Ik zal me wel inhouden. Bovendien ga ik zeker niemand wat aandoen, waar een klein meisje bij staat. Of hij moet natuurlijk zelf losse handjes krijgen, dan zal ik wel moeten. Maar laten we hopen, dat het zover niet moet komen, en dat hij nog wegblijft.’
Sally begint zich dan ook aan te kleden.
Ik vraag haar: ‘En hoe ben jij er nu aan? Al een stuk beter?’
Ze knikt. ‘Nog niet helemaal fit, maar een stuk beter dan gisteren. Nogmaals bedankt, dat je er gisteren voor me was, en ook nu, dat je mijn zus wilt helpen!’
‘Ach, maak je daar niet druk om! Dat heeft echt geen naam!’
Ze geeft me nog een korte zoen, waarna ik naar de keuken loop, en daar nog wat boodschappentassen uit een kast haalt. Sally kijkt verbaasd en zegt: ‘Waarvoor heb je die nodig?’
‘Ik neem aan, dat Emily ook nog wel het nodige aan speelgoed zal hebben. En ik verwacht niet, dat Marijke daar meteen aan denkt. En je moet een kind niet zonder speelgoed laten, dat gaat nooit goed!’
‘Dat je daar nog aan denkt! Goed idee!’
Ik pak dan mijn autosleutel en trek een jas aan. Sally geeft me nog een laatste zoen en dan haast ik me weg. Sally heeft me het adres van haar zus gegeven en ik voer dat snel in de navigatie van mijn auto. En dan spoed ik me richting Marijke. Gelukkig woont die niet al te ver weg, en niet ver van de snelweg, dus amper drie kwartier na haar telefoontje kom ik al bij haar aan.
Marijke is duidelijk opgelucht en blij me te zien. En ik zie ook al meteen de reden waarom ze nu opeens weg wil. Gerard heeft haar hard in haar gezicht geslagen, en ze heeft nu een flink blauw oog, dat nog niet helemaal gekleurd is, maar wel flink opgezwollen.
Ze heeft haar koffers al klaarstaan, en heeft inderdaad duidelijk nog niet nagedacht over het speelgoed van Emily. Snel stoppen we wat speelgoed in de tassen, en ook nog wat extra kleding, en stoppen het in mijn wagen. Om vervolgens snel weg te rijden. En dat is net op tijd, want als we net de snelweg oprijden, ziet Marijke de wagen van Gerard in tegengestelde richting van de weg komen, waar we juist afdraaien. Ze kijkt nog om, en ziet dat Gerard hun duidelijk niet heeft opgemerkt. Opgelucht haalt ze adem.
‘Oef, dat heeft niet veel gescheeld!’
‘Wat is er nou gebeurd?’
‘Ach, Gerard had weer eens te veel gedronken, en toen begon Emily te huilen. En daar kan Gerard gewoon niet tegen. Niet als hij gedronken heeft. Dan wil hij niets aan zijn kop hebben, en moet je ook niets aan hem vragen. En dat is ook de reden, dat we problemen hebben, want hij drinkt soms nogal veel.’
‘Dus van zijn belofte is nog niet veel terecht gekomen?’
‘Een beetje. Hij heeft zijn belofte wel gehouden, dat hij zou bellen, maar er was niemand die hem meteen kon helpen. Hij kon pas na nieuwjaar terecht!’
‘Welkom in de verzorgingsstaat Nederland!’
Marijke knikt. ‘Ik denk, dat hij zich werkelijk wil laten helpen, maar als ik gisteren niet tussen hem en Emily was gesprongen, zou hij haar iets hebben aangedaan. En ik heb hem gewaarschuwd, als hij dat zou doen, dan ben ik weg. Misschien dat hij dan eindelijk eens inziet, dat het me ernst is.’
‘Hou je dan ondanks dat nog steeds van hem?’
Marijke knikt en begint te huilen. ‘Hij is zo geen slechte man, Jack. Niemand kent hem, zoals ik hem ken.
Zelfs zijn ouders niet. En jullie hebben een glimp opgevangen van hoe hij kan zijn. Dat is Gerard, als hij thuis is, en niet gedronken heeft, en geen tegenslagen heeft gehad.’
‘Maar zo kun je toch ook niet leven?’
‘Dat weet ik, daarom doe ik dit nu ook! Gerard moet zich laten helpen, en zo probeer ik hem te dwingen dat ook te doen. Het is zijn enigste kans!’
Het is me meteen duidelijk, dat ze ondanks alles nog erg veel van Gerard houdt. En dat blijkt ook, als niet veel later haar telefoon overgaat. Gerard belt haar op.
Marijke neemt op.
‘Waar ben je, Marijke? En waar is Emily?’
‘Ik ben weg, Gerard! En ik kom niet terug, voordat je je hebt laten helpen! Je bent nu een stap te ver gegaan! Ik heb je gewaarschuwd, dat ik weg zou zijn, als je Emily wat zou aandoen of je me zou slaan waar ze bij was. En gisteren ben je te ver gegaan!’
‘Waar ga je naar toe? Ik heb heel erge spijt, dat had ik nooit mogen doen!’
‘Dat had je zeker niet moeten doen, en daarom moet ik ook gaan. Het spijt me, maar ik kan je niet vertellen, waar ik naar toe ga. En ik kom pas weer terug, zodra je stopt met drinken en je hebt laten helpen. En tot die tijd wil ik je niet bij me in de buurt hebben, Gerard!’
‘Maar ik hou van je!’
‘En ik hou ook van jou! Daarom moet ik dit nu doen! Anders gebeurt er niets! Alsjeblieft, Gerard! Laat je nu eens helpen! Het kan zo niet meer langer!’
‘Maar…’
‘Nee, Gerard! Ik kom niet terug. Je weet nu, wanneer ik terugkom, en daarmee zal je het moeten doen.’
Ze beëindigt het gesprek en zet dan haar telefoon uit, want ze weet, dat Gerard haar weer zal proberen te bellen. Dan begint ze te huilen. En het is maar goed, dat ik al bijna thuis ben, ik rij al door de straten van Arnhem. Ik troost haar zo goed als ik kan, maar moet ook mijn aandacht bij het verkeer houden. Als ik even later de parkeergarage inrijd, staat Sally ons al op te wachten. Marijke vliegt in de open armen van Sally, en huilt dan haar verdriet uit op haar schouders.
We nemen Marijke en Emily mee naar de woning van Sally, waar Marijke alles nog eens wat uitgebreider vertelt. Nu krijgen we al een stuk meer te horen. Ze vertelt ons, dat Gerard op zich een goede vent is, maar dat hij heel moeilijk kan omgaan met tegenslagen. Dat heeft te maken, dat hij vroeger een verwend nest is geweest, want toen loste zijn vader die tegenslagen wel voor hem op. Nu moet hij dat zelf, en dat lukt hem niet bepaald goed. Marijke had tot dan toe nog wel een en ander voor hem op kunnen lossen, maar ze kan natuurlijk niet alles voor hem oplossen.
Maar ze vertelt ons ook, dat Emily echt alles voor Gerard betekent. Hij had voor Emily al een hoop van zijn drankmisbruik opgegeven, maar het was niet genoeg. En het betekende ook, dat hij daardoor nog minder goed met zijn tegenslagen kon omgaan. Maar uit haar lichaamstaal en wat ze zegt, blijkt nog steeds, dat ze ondanks alles nog erg veel van hem houdt.
Sally zegt daarom tegen haar: ‘En waarom laat je Gerard niet verrekken? Ik zou het zelf nooit toestaan, dat iemand me zou slaan. Stel, Jack zou me zonder reden slaan, dan was ik meteen vertrokken. Hoe zeer ik ook van hem zou houden!’
Marijke kijkt haar zus aan. ‘Je hebt duidelijk nog nooit van iemand met je heel lijf en leden gehouden, Sal. Het is misschien moeilijk voor jou te begrijpen, maar Gerard betekent alles voor me! Ik zou niet zonder hem kunnen leven. Echt niet! Ik zou sterven van verdriet!’
‘Hou je echt zoveel van hem?’
Marijke knikt. ‘Meer dan van mijn eigen leven, Sal. Ik kan niet zonder hem! Dat ik dit nu moet doen, dat breekt echt mijn hart! Maar er is maar één iemand, waar ik nog meer van houd, en dat is Emily! En er is niemand op deze wereld, die mijn dochter slaat! Zelfs Gerard niet!’
Haar woorden maken wel indruk op me. Zo zwak en kwetsbaar als ze nu hier voor ons zit, zo sterk is ze, als het om haar dochter gaat. Het doet me weer denken aan mijn jeugd, toen ik mijn trauma opliep.
Hoe moeilijk het voor mijn moeder moet zijn geweest, dat ik haar niet meer wilde zien! Gelukkig is dat later wel veranderd, en is mijn band met mijn moeder ook stukken beter geworden. Maar ik begin nu wel te begrijpen, waardoor dat is gekomen. Daar sta je zo niet meteen bij stil. Het begrip moederliefde is me nu wel meteen duidelijk geworden. En nu zie ik Marijke ook opeens niet meer als een zwakke vrouw, die zich liet mishandelen door haar man. En nu ik het hele verhaal heb gehoord, kan ik haar zelfs ook wel begrijpen. Ook doordat ik nu zelf zo enorm verliefd op Sally ben.
Ik sta op en zeg: ‘Redden jullie het hier even? Ik rij even naar mijn ouders, even kijken hoe het met ze is.’
Sally knikt. ‘Hier zitten we wel veilig, Jack. Gerard weet toch niet, waar ik woon, dus voor hem is Marijke nu even van de aardbodem verdwenen.’
‘Dan ben ik even weg. Even aan mijn moeder laten zien, dat ik nog steeds veel van haar houd.’
Marijke en Sally glimlachen even, terwijl ik weer wegga.
Nauwelijks ben ik weg, of Marijke zegt tegen Sally: ‘Ik weet niet of je het zelf al beseft, maar Jack is echt puur goud! Die moet je nooit meer loslaten!’
‘Dat wist ik al, Marijke. Dat heb ik gisteren wel goed kunnen merken. Ik was er toch zo beroerd aan! En Jack heeft me echt vertroeteld en verzorgd. Dat was toch zo lief van hem! En we hebben heel erg veel met elkaar gepraat. En nu weet ik, dat we veel van dezelfde dingen houden. En er zijn ook dingen, waarvan ik nog niet wist, dat hij dat graag doet.
Zoals wandelen in het bos. Je zou het misschien hier niet meteen verwachten, maar Jack is een echte outdoor man. Hij heeft me verteld, dat hij wel eens twee weken in het wild heeft doorgebracht met alleen zijn zakmes en wat goede kleding. Hij heeft zelf zijn eten moeten zoeken, en heeft in de open lucht bij een kampvuur geslapen, met een vuur, dat hij gemaakt had. Hoe stoer is dat?’
‘En nu ben je echt helemaal verliefd op hem geraakt?’
Sally knikt. ‘Hij is zo fantastisch! En ik vraag me maar steeds af, wanneer ik een keer ontdek, dat hij ook zijn mindere punten heeft, maar dat zijn er tot nu toe maar bitter weinig. Het enige, wat me is opgevallen, is dat hij nogal fel kan zijn, als hij meent ongelijk te zijn behandeld. Maar dat zie ik niet als een heel slecht minpunt.’
‘Jack zal heus wel zijn slechte punten hebben, maar dat hebben wij ook, Sal. Maar noemt hij je nu Sally? Ik meende dat te horen…’
Sally glimlacht. ‘Dat klopt. Pap had hem verteld, dat hij me eigenlijk Sally wilde noemen, maar dat mam dat niet wilde. En pap wilde geen ruzie met mam, dus heeft hij me toch Sallandy genoemd, maar heeft dat toen afgekort tot Sal als roepnaam.’
‘En dus noemt Jack je Sally? Dat staat je eigenlijk ook beter. Ik snap niet, dat we er zelf niet zijn opgekomen!’
Ze moeten er allebei om lachen. Sally zegt dan: ‘Je kunt hier zo lang wonen als nodig is, Marijke. Ik blijf wel bij Jack slapen, dat heb ik de afgelopen dagen toch al gedaan. Nog even, en dan heb ik meer in zijn bed geslapen, dan in mijn bed hier in mijn woning!’
Marijke lacht. ‘Dank je, dat stel ik zeer op prijs! Je boft maar, Sally! Zo’n man als Jack, dat is echt een jackpot, een kans uit miljarden!’
En dat vindt Sally weer leuk. Emily komt er dan aangelopen, ze huilt en zegt tegen haar moeder: ‘Mama, wanneer gaan we weer terug naar papa?’
Sally ziet, dat Marijke even moet slikken, dus zegt ze: ‘Emily, papa is een beetje ziek. Daarvoor moet hij naar de dokter, en dat gaat wel even duren. Daarom komen jullie een tijdje in mijn huis logeren, en ga ik bij ome Jack logeren, zodat jullie hier gewoon kunnen wonen.’
‘Waar woont ome Jack dan?’
‘Hierlangs! Ome Jack is eigenlijk mijn buurman! Dus als je me wilt zien, dan kan je zo op bezoek komen!’
En daar lijkt de kleine meid genoegen mee te nemen. Ze loopt weer naar haar speelgoed, en gaat weer verder met spelen.
Marijke kijkt Sally dankbaar aan. ‘Dank je! Ik had echt geen idee, wat ik tegen haar zou moeten zeggen! Die ingeving was echt geniaal!’
‘En we hebben niet eens gelogen, Marijke. Maar ik ga nog even wat dozen hiernaast brengen, zodat ik ook wat kleren heb om aan te trekken.’
Marijke lacht. ‘Dus je woont al praktisch met Jack samen?’
‘Daar lijkt het al een beetje op. Vreemd is dat! Heb ik hier net deze woning gekocht, ga ik er toch niet in wonen!’
Dan pakt ze zich op en pakt een doos en brengt die naar mijn huis. Marijke helpt haar dragen en ziet dan de smaakvolle inrichting van mijn huis.
‘Wauw, ik snap wel, waarom je hier wilt wonen! Jack heeft een goede smaak, zeg!’
Sally knikt trots. ‘Moet je die schilderijen van hem eens zien! Als mam die zou zien, zou ze watertanden! Bovendien heb ik van de kunstenaar zelf gehoord, hoe ze gemaakt zijn, en wat hij ermee wilde doen. Die kunstenaar is één van zijn vrienden! Die vrienden van Jack zijn trouwens allemaal wel speciaal. Ik heb me prima geamuseerd met hen!’
‘Daar moet je me straks maar eens alles over vertellen, Sally! Ik geloof, dat je me nog veel meer over Jack en zijn leven kunt vertellen, ondanks dat je elkaar nog maar zo kort kent!’
‘Dat geloof ik ook. Ik heb al zoveel met hem meegemaakt! Kom, we halen de rest van die dozen nog op en dan vertel ik je alles!’
De dames gaan dan snel aan de slag, terwijl ik dan net bij mijn ouders aankom.
Mijn ouders zijn blij verrast me te zien.
‘Hey, Jack! Alweer hier?’
‘Ja, ik wilde even zien, hoe jullie eraan zijn. Maar zo te zien, zijn jullie alweer beter?’
‘Ik zou nog niet zeggen, dat ik al helemaal beter ben, Jack, maar wel zo goed als. Ik voel me nog steeds wat misselijk en mijn koorts is nog niet helemaal weg. Maar ik moet vandaag nog wel even opnieuw meten, dat heb ik nog niet gedaan.’
Mijn moeder voegt de daad bij het woord en houdt de koortsthermometer bij haar oor. Ze leest de temperatuur van het schermpje af, en zegt: ‘Gelukkig, de temperatuur is weer normaal! En nou vertel maar eens, hoe jouw kerst was, Jack? Want ik zie foto’s en hoor allerlei verhalen…’
Ik glimlach. ‘Dan schenk maar eens een flinke mok koffie in, want dat gaat nog wel even duren.’
Glimlachend staat ze op en komt even later terug met een grote mok koffie, terwijl ik al plaats heb genomen aan de keukentafel, waar ze aan zitten. Ze geeft me de mok, die ik aanneem en op tafel neerzet. Maar dan sta ik op en omhels mijn moeder.
‘O, wat een prettige verrassing! Waar heb ik dat weer aan te danken?’
‘Ik heb nog iets goed te maken uit het verleden. Ik was aan het nadenken over wat er toen gebeurd is met mevrouw Hafelmans. En hoe ik daarna op jou reageerde. Ik heb me nooit echt beseft, hoeveel pijn je dat gedaan heeft.’
Mijn moeder kijkt verrast. ‘Dat je daar nog eens over nadenkt, Jack! Maar het is waar, dat deed me toen erg veel pijn! Maar daar kon jij toch niets aan doen?’
‘Dat weet ik wel, maar dat wil niet zeggen, dat het me nu niets meer doet?’
Mijn moeder glimlacht blij, en ik kan zien, dat het haar echt wat doet.
‘En dat je daar nu aan moet denken, komt dat door je nieuwe vriendin?’
‘Ook, maar er is in de afgelopen dagen wel wat meer gebeurd. Maar het zou nooit gebeurd zijn, als ik Sally niet had leren kennen. Kom, ik zal het jullie vertellen.’
Ze gaat zitten en ik vertel dan alles, op de details van Gerard en Marijke na, want dat gaat mijn ouders niets aan. Maar mijn ouders zijn oprecht trots op me.
Mijn vader zegt: ‘Ik denk, dat we nu alleen maar nog nieuwsgieriger zijn geworden om je vriendin te ontmoeten, Jack! We hadden al een foto van haar gekregen via Leon en hij had ons al een en ander over Sally en jou verteld. Dat je al behoorlijk tot over je oren verliefd bent. Maar ik geloof, dat je al een stapje verder bent, dan dat!’
Ik glimlach. ‘Ja, en op dit moment is ze bezig wat dozen kleding naar mijn woning te verhuizen, zodat haar zus dan in haar woning kan blijven.’
‘En hoe voelt dat, om voor een ander te moeten zorgen?’
‘Ik weet het niet. Spannend, maar ook eng. Ik stap nu blind ergens in, waar ik niet van kan zeggen, waar dit eindigen zal. Maar Sally maakt het wel de moeite waard. Het maakt, dat ik ook voor haar wil zorgen en haar wil beschermen. Dat is een gevoel, dat ik eerder zo nog niet kende.’
Mijn vader glimlacht. ‘En dat zegt me, dat je op de goede weg bent. Dat is wat liefde is. Maar geloof me, die weg is lang en met vele valkuilen en stenen bezaaid. Je zal sterk moeten zijn, om daar overheen te komen, en dat zal zeker niet zonder kleerscheuren gaan. Je zal op je neus gaan, en je zal pijn voelen, zoals je dat nog nooit eerder hebt gevoeld. Maar ondanks dat alles, zal het de moeite waard zijn.
In de drieëndertig jaar, dat ik je moeder nu ken, is echt niet alles zo soepel gegaan, als we het naar jullie hebben laten blijken. Maar als je echt van elkaar houdt, doe je ook alles voor elkaar, en zet je je relatie niet bij het grofvuil, als het dan wat tegenzit. Het is niet voor niets, dat ze zeggen, als je met elkaar trouwt, dat je dat in voor- en tegenspoed doet. En dat zal jij nu ook gaan ontdekken.
Ook al heb ik Sally nog niet ontmoet, iets in me zegt, dat we haar nog jarenlang zullen zien. Want Leon zei ons al, dat je er verliefd uit zag, maar ik zie nog meer: Je houdt nu al zielsveel van haar. Als ik zie, wat je in die paar dagen met haar hebt meegemaakt, en hoe je over haar vertelt! En dat maakt me erg blij, want je bent al zo lang op zoek naar die ene, speciaal voor jou. En ik denk, dat je die nu wel gevonden hebt. En ik hoop, dat je je beseft, wat je nu in handen hebt. Doe er wat mee, en maak haar en jezelf gelukkig!’
‘Dank je, pap. En ja, ik houd van Sally. Dat besef kwam me gisteren, toen ze zo ziek was. Het is niet meer alleen de verliefdheid, die me nu aan haar bindt. En je hoeft me niet te vertellen, dat ik weet, dat ik nu goud in handen heb. Het is nu aan mij om daar meer van te maken. En dat is ook precies, waarom ik nu hier ben.
Om ook met mijn verleden in het reine te komen. Zodat ik toen ook helemaal kan afsluiten, want ik besef me nu, dat ik het nog steeds niet helemaal achter me heb gelaten. Zoals ik nu ben, dat komt nog allemaal door toen. Niet dat ik dat erg vind, maar het moet ook ooit voorbij zijn. En ik lijk door Sally nu de kracht gevonden te hebben om dat te doen. En daarom moest ik eerst hierheen, om mam te vertellen, dat het me spijt, dat ik haar toen pijn heb gedaan.’
Mijn moeder staat op en omhelst me. ‘Och, jongen! Dat was niet nodig geweest, maar ik vind het toch fijn, dat je het gedaan hebt. Je maakt ons nu echt heel erg trots op je!’
Dan kijkt ze me aan en zegt: ‘Maar je brengt haar toch wel mee met oudjaar?’
‘Natuurlijk! Dat wil ze zelf ook al. En ik ben immers al bij haar ouders geweest, dus is het wel zo fair, dat ze jullie dan ook ontmoet!’
Dan sta ik op. ‘Ik moest maar weer eens naar huis gaan. Sally zal niet weten, waar ik zo lang blijf, en misschien dat ik haar nog even moet helpen met spullen verhuizen.’
Ik geef mijn ouders allebei een knuffel, en vertrek dan weer naar huis. Maar als ik toevallig langs mijn vaste slijter rijd, waar ik mijn wijn koop, stop ik daar even. Ik koop me er een doos wijn, en rijd dan recht naar het huis van Leon en Helen.
Helen is buiten wat bladeren aan het vegen, en kijkt verbaasd als ik voor hun huis stop.
‘Ben je de weg kwijt, Jack? Zomaar op de vroege zaterdagmorgen al hier? Je hebt toch geen ruzie met Sally?’
Ik glimlach. ‘Niets van dat alles. Ik kom alleen mijn schuld betalen.’
Ze kijkt me verbaasd aan. Maar dat verandert snel, als ik de doos wijn uit mijn wagen pak.
‘Hier, die heb je al verdiend, Helen. Ik heb glansrijk verloren!’
‘Wat? Nu al? Dat gaat wel heel erg snel!’
‘Dinsdag vertel ik je er alles over, maar ik moet nu wel weg. Ik wilde je alleen maar me sportief tonen, en het verlies van onze weddenschap dragen.’
‘Kom, voor een kop koffie heb je heus nog wel tijd!’
Ik zucht. ‘Ik ben net ook al even bij pap en mam geweest. Sally zal niet weten, waar ik zo lang blijf!’
‘Niks ervan, ik wil het nu weten ook!’
Ik haal mijn schouders op, en volg haar de keuken in. Leon is er niet, die is met de tweeling naar het zwembad voor hun zwemlessen. Helen schudt me wat koffie in, die ze nog op de kan heeft.
‘Nou vertel het eens, hoe komt het, dat je nu al met Sally samenwoont?’
Ik geef haar een heel beknopte versie van wat er gebeurd is, en ik vertrouw Helen genoeg, dat ze het nooit verder zal vertellen. Hoogstens aan Leon, maar die vertrouw ik ook wel.
Helen glimlacht. ‘Dus je woont nu eigenlijk noodgedwongen samen? Maar ik had het eerste Kerstdag al gezien, dat zou hoe dan ook al snel gebeurd zijn.’
‘Dat weet ik, Helen. En ik wist toen al, dat ik die weddenschap ging verliezen. Of ten minste, dat hoopte ik toen al.’
Helen staat op en geeft me een knuffel. ‘Als er iemand op deze wereld wat geluk verdient, dan ben jij dat wel, Jack. En Sally kan je dat geluk geven, en ze is er bereid toe. Dat kon ik wel aan haar merken.’
Ik glimlach. ‘Ik hoop het. Ik kan me nu al amper een leven zonder haar voorstellen. Gek, hoe zoiets snel kan gaan!’
Helen glimlacht. ‘Ga dan maar snel terug naar huis, Jack. Ik zie aan je ogen, dat je haar nu al mist!’
Ik knik. ‘Ja, en dat zal me binnenkort al wat worden, Helen. Dan moet ik voor een week naar Brazilië voor mijn werk.’
‘Jij redt dat wel, Jack. Het zal moeilijk zijn, maar dat gaat je wel lukken. En het zal jullie allebei sterker maken, geloof me maar!’
Ik drink mijn kop koffie leeg en zeg: ‘Dank je, Helen. Maar ik moet nu echt gaan. Geniet maar lekker van de flessen wijn!’
‘Dat zal ik ook zeker doen! Maar je had toch niet meteen een hele doos moeten kopen?’
‘Jawel, maar dat heeft ook een andere reden. Ik weet, dat je die wijn erg graag drinkt. Maar je zou ze jezelf nooit kopen, omdat hij vrij duur is voor jou. En ik heb ook nog wel andere dingen, waarvoor ik je moet bedanken, dus is deze doos wijn voor jou meer dan terecht, en heb ik ook een goede reden om je die te geven.’
‘Je bent echt een schat!’
Ze geeft me nog een knuffel en daarop keer ik huiswaarts. Als ik thuiskom, vind ik Sally in de inloopkast bezig. Ze probeert de enorme hoop kleding, die ze in de dozen heeft zitten, in de inloopkast te ruimen. Maar ze heeft veel te veel en is bezig een selectie te maken, van wat ze wil houden en wat er weg kan.
Ik begroet haar met een zoen en zeg: ‘Ik dacht, dat ik een hoop kleding had, maar jij kan er anders ook wel wat van!’
Ze bloost en zegt: ‘Pff, nooit geweten, dat ik zoveel kleding heb gekocht. Maar het is een goed moment om afscheid van een en ander te nemen. Er zit nog kleding bij, die me helemaal niet meer past of die al afgedragen zijn. En dat ben ik nu aan het uitsorteren.’
‘Ben je allang bezig?’
‘Nog niet. Ik heb nog een hele tijd met Marijke gepraat. En ze heeft Gerard nog een keer opgebeld, omdat ze bang was, dat hij weer ging drinken en dan domme dingen ging doen. En dat bleek ook al zo te zijn. Gerard was nauwelijks aanspreekbaar, en daarop heeft Marijke zijn vader opgebeld. En die is nu naar Gerard toe, voordat er erger gebeurt. Marijke is nu bezig haar spullen in te ruimen, en toen ben ik maar aan die van mij begonnen. Maar het is wat veel!’
‘Dat zie ik. Maar ik kan nog wel wat plaats maken, dan hoef je niet alles weg te gooien. Ieder de helft lijkt me wel zo fair. Bovendien kan het beddengoed ook nog in de kast naast de keuken. Ik heb die alleen maar hier liggen, omdat het gemakkelijker is.’
‘O, dat zou het wel gemakkelijker maken, Jack. Sorry, dat ik zoveel bij heb!’
‘Dat geeft niet, Sally. We moeten nu leren alles samen te delen…’
Ze glimlacht en geeft me dan een zoen. ‘Ja, dat is waar. Maar ik heb het nog nooit zo graag willen doen.’
Ik lach. ‘Dat heb ik eergisteren wel gemerkt in bed!’
Speels slaat ze me op mijn borstkas. ‘Dat bedoel ik niet! Delen!’
‘O, dat! Oké, dat is ook zo! Dat heb ik nu ook.’
Ze glimlacht. ‘Maar dat andere is ook wel waar! Ik ben nu zwaar verslaafd aan je lichaam! ‘
Ze geeft me nog een zoen, die wat intiemer is. Ik krijg al meteen de neiging om meer te doen, maar ik kan me nog beheersen. En ik merk, dat het ook het geval is bij Sally. Ze moet moeite doen om onze kus te verbreken.
‘God, dat wordt nog wat met jou, Jack! Ik kan me niet rustig houden, als je zo dicht bij me bent. En ik moet nog zoveel doen!’
‘Dan zal ik je maar even met rust laten. Ik zal even wat ruimte voor je maken, en dan laat ik je wel weer even alleen.’
Ze knikt, en heeft echt even een momentje nodig om weer tot bezinning te komen. Maar ze herpakt zich en gaat dan weer aan het werk. Ik schuif mijn kleding wat in op de schappen waar ze op liggen. En wat van mijn kleding, die hangt, hang ik wat korter op elkaar, zodat Sally ook de ruimte krijgt om wat spullen van haar op te hangen.
Dan zeg ik: ‘Ik ga nog vlug even wat boodschappen doen, Sally. Wat wil je vanavond eten?’
‘Ik zou wel iets met vis willen eten, Jack. Dat is gemakkelijk verteerbaar en ik voel, dat mijn maag nog niet helemaal honderd procent is. Dus iets, wat gemakkelijk verteerbaar is.’
‘Hmm, wat dacht je van goed gevulde vissoep met wat stokbrood erbij? En dan haal ik voor morgen nog wat zalm, en daar maak ik dan een lekkere pasta van.’
‘Hmm, dat klinkt heerlijk! Doe maar!’
Ik ga naar de supermarkt in de buurt en dan nog even naar de visboer om wat verse vis te halen. Als ik terugkom, kan ik Sally weer niet vinden. Maar ik denk me er niets bij, en dat blijkt ook zo te zijn. Ze is weer even bij haar zus geweest.
‘Hallo, harde werker! Schiet het al een beetje op?’
Ze knikt. Ik heb net wat kleren naar mijn zus gebracht. We hebben ongeveer dezelfde maat, en ik heb haar gezegd, dat ze maar moest pakken wat ze leuk vond en dat de rest maar weggegooid moest worden.’
‘Dat is een goed idee, Sally. Het is zonde om al die kleding zomaar weg te gooien, als je die toch niet meer gebruikt.’
‘Ja, en wie weet hoelang ze hier nog moet blijven. Gerard is nu echt zijn verstand aan het verliezen, want hij belt nu iedereen op, of iemand weet, waar Marijke is.’
‘Is zijn vader er nog niet geweest?’
‘Jawel, maar Gerard stuurde hem weg, en wilde ook niet luisteren. Wat moet je dan?’
‘Is het erg, als we wat later eten, Sally? Ik moet nog even wat doen.’
Sally kijkt verbaasd. ‘Waar ga je naar toe?’
‘Even niet vragen, Sally. Als ik terug ben, zal ik het je wel vertellen.’
Sally knikt, en ik pak meteen mijn jas. Ik loop naar buiten en bel dan meteen bij Marijke aan. Die doet verbaasd open.
‘Marijke, kun je me even het adres van Gerards vader geven?’
‘Waar heb je dat voor nodig?’
‘Ik moet hem dringend even man tot man spreken, ten minste als je wilt, dat het goed komt met Gerard zelf. Ik ben bang, dat hij zijn verstand aan het verliezen is, en dat wil ik voorkomen.’
‘Doe geen gekke dingen, Jack. Dat is ook niet nodig!’
‘Daarom moet ik ook dringend zijn vader spreken. En als het kan ook zijn telefoonnummer.’
Marijke knikt en haalt vlug een papiertje uit de keuken, waar ze het adres opkrabbelt, en ook het telefoonnummer van haar schoonvader. Ik gris het uit haar handen en zeg: ‘Bedankt, je zal er geen spijt van krijgen!’
Dan haast ik me weg. Onderweg bel ik met de vader van Gerard, die nogal verrast is, dat een wildvreemde man zich met zijn zoon bemoeit. Maar als ik hem uitleg, dat ik zo goed als een schoonbroer van Gerard ben, is de man al snel bereid om te luisteren.
Ik ben van plan om Gerard te confronteren, waarom Marijke precies bij hem weg is gegaan, en dat hij op deze manier zijn problemen niet oplost. En daar wil de man graag aan meewerken. Niet veel later kom ik bij de man aan, en leg dan nog eens uit, wat er aan de hand is.
De man vraagt me nog wel, waar Marijke nu is, maar ik leg hem uit, dat ze nu veilig is, en dat het beter is, dat zo weinig mogelijk mensen hoeven te weten, waar ze nu is. Ik vertel de man, dat Marijke nu best wel bang van Gerard is geworden, en dat ze daarom ook weg wilde. Dat is niet helemaal de waarheid, maar veraf zit ik er ook niet vanaf.
We rijden dan allebei naar het huis van Gerard, die slechts enkele kilometers verderop woont. Gelukkig heeft de vader van Gerard de sleutel van het huis, waardoor we zonder problemen kunnen binnenkomen.
Eenmaal binnen schrik ik me rot. Het is er, op zijn zachtst gezegd, een puinhoop. Er is van alles kapot gegooid, en dat ligt nog allemaal over de grond. We vinden Gerard laveloos op de bank, omgeven van vele flessen drank. Hij reageert niet eens, als we binnenkomen. Zijn vader, die hier vanmorgen nog was, kijkt geschokt. Zo ernstig heeft hij zijn zoon nog nooit gezien.
We proberen Gerard wakker te maken, maar hij reageert nauwelijks. Ik verspil dan geen tijd en bel meteen naar het alarmnummer, en leg de situatie uit. Binnen een half uur is er een ambulance en een dokter ter plaatse, die Gerard snel inladen en meenemen naar het ziekenhuis. De dokter, die is gekomen, zegt: ‘Het is maar goed, dat jullie hem zijn komen zoeken, want anders zou hij het waarschijnlijk niet hebben overleefd!
En zelfs dat is nu maar de vraag. Hij heeft veel te veel alcohol gedronken, en als ik die flessen hier zo zie, dat balanceert hij nu op het randje van de dood.’
Zijn vader knikt geschokt. De goede man is helemaal bleek van de schrik. En nu dringt eindelijk de ernst van de toestand van Gerard tot hem door. Ik zeg dan tegen de dokter: ‘Ik begrijp wel de reden, waarom Gerard zo dronken is. Zijn vrouw is bij hem weggelopen, omdat hij haar geslagen heeft. En dat had ook te maken met drank. Is het mogelijk om hem te helpen? Want hij heeft dringend hulp nodig!’
‘Het is heel aardig, dat u dat voor hem wilt doen, maar er is niets wat we kunnen doen. Hij moet het zelf willen, en op dit moment is hij niet aanspreekbaar. U zou kunnen proberen om op hem in te praten, en proberen dat hij hulp accepteert. Pas dan kunnen we passende actie ondernemen.’
Ik knik begrijpend en vraag dan: ‘Naar welk ziekenhuis is hij nu naar toe?’
‘Naar het Jeroen Bosch ziekenhuis in Den Bosch. Als u hem wilt bezoeken, moet u maar even bij de receptie vragen waar hij ligt.’
Ik knik en daarop gaat de arts weg. Ik sla mijn arm om de vader van Gerard heen, die nu verslagen voor zich heen aan het staren is. Daardoor ontwaakt hij uit zijn trance.
‘Pff, als jij er niet op gestaan had, dan zou Gerard nu dood zijn! Mijn God, wat ik heb ik er een puinhoop van gemaakt! Ik heb die jongen veel te lang zijn zin gegeven en verwend. Alles heeft hij van mij gekregen, tot zelfs mijn bedrijf eraan onderdoor ging. Ik had nog de hoop, dat Marijke hem in de hand kon houden, en ze heeft werkelijk haar best gedaan, maar zelfs dat heeft hem niet kunnen helpen. En ik mag erg blij zijn, dat u zijn kreet om hulp wel heeft kunnen horen, en dat we er nu nog misschien op tijd bij zijn om hem te redden.’
‘Ik heb zelf ooit een flink trauma opgelopen, mijnheer van Hulst. Als je dan bepaalde dingen hoort, over iemand die gekke dingen doet, dan herken je daarin wel een schreeuw om hulp. Maar ik voel me ook wel een beetje verantwoordelijk, omdat ik Marijke hier heb weggehaald. Niet omdat ik het wilde, maar omdat ze hulp nodig had. Maar wie had kunnen vermoeden, dat Gerard zoiets zou doen! Daar ben ik ook erg van geschrokken!’
De man kijkt me aan. ‘Je hebt gedaan, wat je moest doen, mijnheer Schut. Ik neem je niets kwalijk. Wat Gerard gedaan heeft, dat is niet goed te praten. Je hoort geen vrouw te slaan, je hoort gewoon niemand te slaan! Ik verafschuw zijn gedrag, dat is gewoon onvergefelijk. Maar hij is wel mijn zoon. En ik ben dankbaar, dat er misschien nog iets te redden is. Als kost het mijn laatste geld, dat heb ik er wel voor over!’
‘Zal ik dan maar even naar huis brengen? Want ik denk, dat u daarna wel naar het ziekenhuis zal willen gaan. En ik moet Marijke op de hoogte brengen.’
De man knikt. In de auto heerst een bedrukte stemming, en als ik de man bij hem thuis aflever, bedankt de man zich nog even kort, waarna ik koers zet richting huis. Ik zie, dat de energiemeter van mijn wagen flink gekelderd is, en daardoor moet ik even stoppen bij een laadstation. Na een kwartier kan ik weer verder, dan zit er genoeg in om weer thuis te kunnen komen. En eenmaal thuis zet ik de wagen aan de lader, zodat ik er weer snel mee weg kan.
Ik loop dan naar boven, en bel dan weer bij Marijke aan. Die doet open en zegt: ‘Ben je alweer terug?’
‘Mag ik even binnenkomen? Ik heb wat nieuws en dat is helaas niet het beste nieuws.’
Marijke reageert meteen geschrokken. Ze knikt haastig en laat me binnen. Daar vertel ik haar, hoe we Gerard hebben gevonden. Marijke schrikt zichtbaar en begint te huilen.
‘Ik had nooit weg moeten gaan! Ik wist, dat dit ging gebeuren!’
‘En dan alles bij het oude laten, Marijke? Dat was toch ook geen oplossing geweest! Nee, je hebt het juiste gedaan, en we hebben geluk gehad, dat we er nog op tijd bij gekomen zijn. Misschien dringt het nu tot hem door, dat hij dringend hulp nodig heeft. Ja, het is erg, wat er gebeurd is, heel erg! Maar er is wel hoop! Hij leeft nog, hoewel kantje boord! En als hij dit overleeft, dan zal hij alle hulp en steun nodig hebben, die hij maar kan vinden.
Als je echt van hem houdt, Marijke, dan sta je hem bij, en steun je hem, op welke manier dan ook. Dat kan dus ook betekenen, dat je hier nog een hele tijd moet wonen. Gerard moet straks iets hebben, waar hij naar uit kan kijken, een soort beloning. Houd hem voor, dat je terugkomt, als hij weer helemaal beter is. Dat zou hem kunnen stimuleren. En dat gaat hij heel hard nodig hebben.
En ik weet goed, hoe Gerard zich gevoeld moet hebben. Toen ik klein was, heb ik een flink trauma opgelopen, waar ik nu soms ook nog wel eens last van heb. Het heeft jaren geduurd, voordat ik over het ergste heen ben gekomen, maar wat me destijds flink heeft geholpen, was de belofte van mijn ouders, dat zodra ik achttien zou worden, ik op mezelf zou mogen gaan wonen.
En dat heeft er toen voor gezorgd, dat het opeens stukken beter ging met de verwerking van mijn trauma. Ik kon toen weer zonder problemen mijn moeder vasthouden, zonder dat het angstzweet me uitbrak. Gelukkig heb ik nu zo goed als helemaal over mijn trauma heen, er zijn nog steeds wel wat kleine wonden, die waarschijnlijk nooit meer helemaal weg zullen gaan, maar daar heb ik nauwelijks nog last van. Ik droom er alleen nog over, meer niet.’
‘Dat wist ik niet! Dan moet het wel heel erg zijn geweest, wat je toen hebt meegemaakt!’
‘Voor wat ik op die leeftijd heb meegemaakt, was dat behoorlijk heftig. Als me dat nu zou gebeuren, dan zou ik er wellicht om lachen. Maar dat vertel ik je nog wel een keer, nu gaat het om Gerard.’
Marijke knikt. ‘Ik ben blij, dat je hem nog op tijd gevonden hebt, Jack! Maar waarom wilde je nu eigenlijk zijn vader spreken?’
‘Omdat mijn vader me destijds echt doorheen gesleept heeft. Het is toch de man, die je als kind het meest vertrouwt. En dat is nog steeds zo, ten minste in mijn geval. Dus ik hoopte eigenlijk, dat we Gerard nog konden spreken, en hem overtuigen hulp te gaan zoeken. Nu is dat wel mislukt, maar ook niet helemaal.
Want nu beseft zijn vader, dat hij er medeoorzaak aan is, dat Gerard nu in het ziekenhuis ligt, met zijn leven bijna in puin. En dat zal de man de kracht geven om zijn zoon te helpen en hem richting te geven.’
‘Ja, maar waarom moest je zo snel weg?’
‘Het was om wat Sally tegen me zei, dat ze vond, dat Gerard zijn verstand aan het verliezen was, door iedereen op te bellen. En dat herkende ik. Dat heb ik namelijk ook gedaan. Iedereen, die ik kende, heb ik toen opgebeld, maar ik kon geen stom woord uitbrengen. Het is, dat mijn vader erbij uit kwam, en we daarover zijn gaan praten. En dat is het moment geweest, dat ik de hulp kreeg, die ik toen nodig had. Dus ik hoorde Gerards schreeuw om hulp!’
Marijke omhelst me. ‘En ik ben blij, dat je dat gehoord hebt. En ga nou maar snel naar Sally toe, want die maakt zich ook erg ongerust!’
‘Is ze al hier geweest?’
‘Al meer dan drie keer. Ze maakt zich flinke zorgen om je.’
Ik knik en neem dan haastig afscheid.
Als ik thuis de deur open doe, hoor ik Sally op me af rennen. Huilend omhelst ze me.
‘Ik heb me toch zoveel zorgen om je gemaakt! En Marijke zei me, dat je naar de vader van Gerard bent gereden! Waarom heb je me dat niet gezegd?’
‘Er was geen tijd te verliezen, Sally. Toen je me zei, dat Gerard zijn verstand aan het verliezen was, besefte ik me, dat het ook zo was. Dat was een schreeuw om hulp! En dat is maar goed ook, dat ik zo snel gegaan ben. We hebben Gerard bijna in coma gevonden. Hij ligt nu in het ziekenhuis in Den Bosch.’
‘Mijn God! Wat is er dan gebeurd?’
‘Hij heeft vier flessen jonge klare achterover geslagen, dat is wat er gebeurd is! Hij mag van geluk spreken, dat hij nog leefde, toen we hem vonden. En hij is nog niet uit de gevarenzone, maar is nu in der allerbeste handen, die hij zich maar kan wensen. Zijn vader gaat hem nu begeleiden, en ik hoop dat hij op Gerard gaat inpraten, zodat Gerard zichzelf laat helpen. En als dat lukt, dan heb ik er wel hoop voor. En anders, dan heeft het geen zin meer.
Ik ben net bij Marijke geweest, maar dat durfde ik haar niet te vertellen. En het is maar goed, dat ze niet gezien heeft, hoe Gerard erbij lag. Hun huis ziet eruit alsof er oorlog gewoed heeft! Alles is kapot gegooid en ligt over de vloer. Je kunt het je amper voorstellen. Hij moet waanzinnig zijn geweest, anders krijg je zoiets niet voor elkaar!’
‘Mijn lieve hemel! En nu?’
‘Voorlopig kunnen we maar weinig doen. Eerst moet Gerard die alcoholvergiftiging zien te overleven, en dan zal zijn vader hem moeten overtuigen. En Marijke zal er ook nog wel een rol in hebben. Zelf kunnen niet meer doen, dan we nu al doen. Het enige, wat ik Marijke wel op haar hart gedrukt heb, is dat ze niet te snel moet toegeven. Omdat anders Gerard weer snel in oude gewoontes zou kunnen terugkeren!’
Sally knikt begrijpend. ‘Gerard moet je naderhand wel heel erg dankbaar zijn! Want als alles goedkomt, dan heb je niet alleen zijn leven gered, maar ook nog zijn huwelijk.’
Ik glimlach. ‘Daar was het me niet om te doen, maar dan mag hij me inderdaad heel erg dankbaar zijn. Maar het zal nog wel even duren, voordat het zover is, Sally.’
Sally knikt. Dan staat ze op en geeft me een zoen. ‘Je bent echt geweldig, Jack! Je kent mijn familie nauwelijks, maar nu al doe je je best om ze te helpen. Dat is echt bijzonder, en daarom houd ik ook van je, Jack! Al vanaf het begin had ik al het vermoeden, dat je bijzonder zou zijn. Maar na de afgelopen dagen merk ik steeds meer en meer, hoe bijzonder je echt bent. Moedig en sterk. Hulpbereid, waar en wanneer dan ook!
En je bent niet bang om voor iemand anders op te komen! Dat zijn hele bijzondere eigenschappen van je, waar ik ook heel erg blij mee ben. Het maakt me enorm trots, dat ik je vriendin mag zijn.’
‘Maar naast een sterke man staat ook een sterke vrouw, vergeet dat niet, Sally. Je haalt gewoon het beste in me naar boven! Dat zou ik normaal echt nooit gedaan hebben. Maar ik zie hoe belangrijk je familie voor je is, dus is dat voor mij ook belangrijk! En als ik dan zie, dat er iets fout gaat, dan moet ik iets doen. Dus voor alles, wat ik nu gedaan heb, ben jij net zo verantwoordelijk.’
Sally glimlacht. ‘Maar dat maakt je niet minder geweldig, Jack! Ik ben nu oprecht trots op je, en ik denk, dat dit wel een beloning heeft verdiend. Waarom ga je me niet die beloofde vissoep maken, dan ga ik eens kijken, of ik je een mooie beloning kan geven.’
Ik glimlach en geef haar nog een zoen, voordat ik in de keuken aan de slag ga. Ik snijd de groenten, die in de soep moeten en snijd ook de vis, die er nog in moet. Dan zet ik alvast het stokbrood in de oven, en dek de keukentafel op. Dan moet ik even op de soep letten, want die mag niet te veel koken. Ik pak dan uit mijn koelkast een fles wijn, die goed smaakt bij vis, een lekkere frisse rosé. En ik haal daar ook een paar passende glazen bij tevoorschijn. En als ik daar allemaal mee klaar ben, dan is het stokbrood klaar en ook de soep is dan klaar. Ik pak een paar grote soepmokken, en schud voor ons allebei een grote mok soep in. Dan roep ik Sally, omdat de soep dan koud dreigt te worden, en dat zou echt zonde zijn. Ze komt dan al snel.
En dan begrijp ik ook meteen, wat ze bedoelt met haar beloning. Ze heeft zich omgekleed en opgemaakt. Ze ziet er werkelijk om op te vreten uit! Mijn ogen vallen bijna uit mijn oogkassen. Ze heeft een schitterende blauwe jurk aan, die tot over haar knieën reikt. Een paar witte panty’s maken het compleet, net als haar brede, eveneens witte, ceintuur. Tot zover nog allemaal erg braaf. Maar boven haar ceintuur is een diep decolleté te zien, die tot ver onder haar borsten reikt. En het is maar al te duidelijk, dat Sally geen bh draagt, en dat haar borsten op de een of andere manier door haar jurkje onder het stof worden gehouden. Tel daar bij op, dat ze haar lippen vuurrood heeft gemaakt, haar wimpers mooi diep zwart heeft gemaakt, en enkel haar wenkbrauwen geaccentueerd heeft. Verder lijkt haar gezicht wat bleker, maar dat zal ook wel door de make-up komen. Ik ben normaal niet zo van de make-up, maar dit kan me echt wel bekoren. Het is niet overdreven, en het benadrukt haar natuurlijke schoonheid alleen maar.
‘Wauw! Dus daar had je zo lang voor nodig? Met resultaat, mag ik wel zeggen!’
Ik fluit eens door mijn tanden, wat Sally duidelijk genoegen doet. Ze wil gaan zitten, als dan plotseling de deurbel gaat. Ze zucht. ‘Kunnen we Marijke geen sleutel geven? Ze loopt hier nu wel een beetje de deur plat!’
Ik glimlach. ‘En ons dan in de slaapkamer laten betrappen? Ik dacht het niet! Ik ga wel even kijken, wat er aan de hand is.’
Ik loop naar de deur en inderdaad staat Marijke voor de deur.
‘Uhm, waar is hier nog een supermarkt open? Door alle toestanden heb ik helemaal vergeten boodschappen te doen!’
Ik lach. ‘Dat kan gebeuren, Marijke. En je weet natuurlijk ook nog niet waar alle winkels zijn. Weet je wat? Ik heb net een lekkere vissoep gemaakt, en ik heb toch genoeg. Ik geef je de ketel wel, en die mag je lekker met Emily oppeuzelen. Bovendien zal je straks wel naar Gerard toe willen, of niet?’
Ze knikt. ‘Nou, dan pak je straks mijn auto en rij je naar Den Bosch. Maar denk eraan, wel terugkomen. Je weet, wat ik je gezegd heb!’
‘Ja, dat weet ik. Niet meteen toegeven. Je bent echt geweldig, Jack! Echt, hartelijk bedankt!’
Ik glimlach en zeg: ‘Wacht, dan pak ik de ketel even.’
Marijke knikt en ik loop naar de keuken. Daar schep ik nog twee mokken vol, die houd ik voor ons twee, en de rest geef ik dan aan Marijke, daar heeft ze nog meer dan genoeg aan. Ik trek ook nog een afbakstokbrood uit de diepvries en overhandig dat aan Marijke.
‘O, je bent een engel! Dank je wel!’
Ik glimlach en ze geeft me een zoen op mijn wang. Dan draait ze zich om en gaat weer door haar eigen deur naar binnen.
Ik ga weer naar de keuken en zeg: ‘Dat is ook weer opgelost. Kunnen wij ten minste ongestoord eten. Ze zal alleen straks wel de sleutel van mijn auto komen lenen, want ze wil nog naar Gerard toe, en dat begrijp ik best.’
Sally kijkt me trots en verliefd aan. ‘Je bent veel te goed voor deze wereld!’
‘Ach, ik had eigenlijk te veel gemaakt. En ik heb nog twee mokken staan, voor als je niet genoeg hebt. Anders zijn die mokken voor morgen.’
‘Nou, dan zal ik eens kijken, of je ook lekker kunt koken!’
‘Oordeel zelf maar. Ik vind dit altijd heel erg lekker, maar ik maak altijd veel te veel.’
Sally proeft van de soep.
‘Hmm, niet slecht! En die heb je echt zelf gemaakt?’
‘Ik koop zelden iets in blik of glas. En het komt ook niet uit een envelop.’
‘Een envelop? Je bedoelt gedroogde soep?’
‘Ja, dat is toch net enveloppensoep?’
Sally moet daar wel om lachen. We eten verder, en het is al snel duidelijk, dat de tweede mok er ook aangaat. En samen met het stokbrood is het een goede en gezonde maaltijd.
Als toetje heb ik een paar kleine schaaltjes ijs meegenomen. Dat is mijn zwakke punt. Ik ben absoluut verzot op roomijs. Sally kijkt verrast, als ik de schaaltjes op tafel zet.
‘Ijs in de winter?’
Ik lach. ‘O, als je ze niet lust, dan eet ik ze zelf wel op!’
‘En dat droom jij! En zeker chocolade ijs! Die eet ik lekker zelf op!’
Ze schraapt het ijs uit het schaaltje, en geniet er langzaam van. Alsof ze ieder stukje van het ijs wil proeven. Ik moet glimlachen, als ik haar zo zie genieten van het ijs.
Zelf geniet ik er ook wel van, maar ik heb het veel sneller op. En daardoor kan ik toekijken, hoe Sally van haar chocolade ijs geniet. Dat doet ze echt op een sensuele manier, en vooral met veel smaak. Het is bijna pure porno, zoals ze ervan geniet. En dat laat me echt niet onberoerd. En ik weet heel zeker, dat ze het extra overdrijft. Want ze kijkt me nu behoorlijk uitdagend aan, terwijl ze haar vinger aflikt. En daarmee weet ze me echt wel op te winden.
Maar voordat ze me helemaal gek maakt, trek ik mijn trukendoos open. Ik knoop gewoon drie knoopjes van mijn blouse los, waardoor mijn borstkas zichtbaar wordt, en een stukje van mijn borsthaar ook goed zichtbaar is.
Dan kreunt Sally. ‘Daar kan ik niet tegenop! Het zou verboden moeten worden, dat mannen zo sexy kunnen zijn!’
Ik lach. ‘Hetzelfde zou gezegd moeten worden voor chocolade ijs etende vrouwen!’
Sally lacht. ‘Touché!’
Ik sta op en loop naar haar toe, en ze kijkt me verwachtingsvol toe. En net als ik haar wil kussen, gaat de deurbel weer. Sally gooit haar hoofd naar achteren en kreunt. ‘Had je de deur niet open kunnen laten, Jack? Nu worden we alweer gestoord!’
Ik glimlach. Ik pak alvast mijn autosleutel mee en loop richting de deur. En daar staat zoals verwacht, Marijke weer voor de deur.
‘O, ik kwam voor de autosleutel. En een klein vraagje… Zouden jullie even op Emily kunnen passen? Anders wordt het veel te laat voor haar.’
Ik knik, niet omdat ik veel zin heb, maar omdat het niet anders kan. En dat beseft Marijke ook wel.
‘Sorry, ik kon anders zo snel niets verzinnen.’
‘Het is al goed. Breng Emily maar.’
Marijke knikt haastig en snelt weg. Ik laat de deur op en loop naar de keuken.
Ik kijk Sally aan en zeg: ‘Als je een romantische avond gepland had, dan is die zojuist in het water gevallen. Marijke vroeg me net om op Emily te passen, en dat kon ik haar niet weigeren.’
Sally kreunt. Dan staat ze op. ‘Natuurlijk kunnen we dat niet weigeren. Alleen jammer, want ik had echt iets speciaals en iets heel heets voor je in de planning staan!’
‘Dat zal dan even moeten wachten, Sally. Maar ze zal toch wel vroeg gaan slapen, dan hebben we misschien nog wel even tijd voor dat hete en speciale wat je voor me in gedachten had!’
Omdat ik de deur open gelaten heb, is Marijke zelf met Emily binnen gekomen.
Wat onzeker zegt ze: ‘Hoi! Ik heb zojuist ook nog even met Frank, de vader van Gerard gebeld. Het kon nog wel eens erg laat zijn, voordat ik terugkom. Is het een probleem als Emily vannacht hier slaapt? En ook als ik morgen je wagen nog even leen?’
Ik glimlach. Ze kijkt er zo ongelukkig bij, dat ik het haar onmogelijk kan weigeren.
‘Geen probleem. Ik leg haar wel op het logeerbed als ze naar bed moet.’
‘Dank je, ik weet anders niet wat te doen!’
De radeloosheid is in haar ogen te lezen. Ze kust haar kleine meid dan en zegt: ‘Goed luisteren naar ome Jack en tante Sally. Mama moet nu naar het ziekenhuis, want papa is heel erg ziek.’
‘Mag ik ook mee, mama?’
‘Nee, dat gaat veel te lang duren. Misschien later, als papa weer wat beter is. Maar dat kan nog wel een tijdje duren!’
Emily knikt en omhelst haar moeder.
Ze kijkt me aan, en ook Sally, die achter me is komen staan.
‘Zorg goed voor haar. En bedankt, voor alles wat jullie voor me doen, ik ben jullie heel wat schuldig!’
Sally geeft een knuffel aan haar zus en zegt: ‘Dat is toch al lang goed, Marijke! We zijn toch familie?’
Marijke geeft me ook een knuffel en zegt dan: ‘Uh, en hoe kom ik straks hier de parkeergarage uit?’
Ik glimlach en geef haar dan de sleutel van de auto, en ook een kleine sleutelhanger, die voor de toegang van de parkeergarage dient.
‘Voorzichtig met gasgeven, die wagen trekt heel snel op! En hij moet nu meer dan genoeg volgeladen zijn om half Nederland rond te rijden. En het is een automaat, ook even rekening mee houden.’
Marijke glimlacht. ‘Ik weet hoe ik automaat moet rijden, Jack. Gerard heeft ook een automaat!’
‘Dit is toch iets anders, dit is een electrische wagen, maar dat merk je zo wel. Maar maak alsjeblieft geen brokken met mijn wagen!’
‘Echt weer iets voor een man, er moet iets gebeuren met hun heilige koe!’
Ik lach. ‘Nee, dat kan me niet interesseren! Het is, dat er eigenlijk niemand anders in de wagen mag rijden van de verzekering.’
Marijke lacht. ‘O, op die manier. Dan zal ik maar heel voorzichtig doen!’
Ze geeft Emily nog een laatste knuffel en haast zich dan snel weg. We blijven achter met de kleine Emily. Maar ja, wat doe je met een drie jarig kind, dat plotseling aan je zorg is toevertrouwd. Gelukkig weet ik wel raad met kleine kinderen. Mijn neefjes en nichtjes komen hier ook wel eens op bezoek, dus ik heb wat speelgoed in een kast staan. Het zijn wat spelletjes, waar ik Emily heel goed bezig kan houden. Sally doet ook mee, en voor Emily is dit logeerpartijtje een feestje geworden. Gelukkig begint ze al vrij snel moe te worden. Ik leg haar in het logeerbed neer, en lees wat voor uit een voorleesboek, waarop ze al snel in slaap valt.
Stil trek ik me terug en loop op mijn tenen naar de woonkamer, waar Sally glimlachend op de bank zit.
‘Je bent echt heel goed met kinderen! Ik snap af en toe niet, hoe je het geduld op kunt brengen en hoe je haar aandacht vastgrijpt.’
Ik ga naast haar zitten. ‘Kinderen zijn gemakkelijk. Ze raken gemakkelijk geboeid als je ze iets interessants laat zien, en daarna wijzen ze vanzelf de weg. En soms moet je je innerlijke kind, diep in je, gebruiken om je een beetje in hun gedachten te verplaatsen. En dan gaat het als vanzelf.’
‘Je innerlijke kind? Bestaat zoiets?’
‘Volgens mijn broer wel. En daar zit wel iets van waarheid in. Als je oud wordt, dan verlies je je kijk op hoe je was als een kind. Het ontdekken van de wereld, en dat de hele wereld je speelveld is. En je kunt van alles een spel maken, zeker als iets verboden is. En dat probeer je je voor te stellen. Probeer het maar eens. Stel je voor, dat je nog erg klein bent, en nog moet opkijken tegen al die grote mensen. En dan zie je dat een stuk speelgoed, dat je tergt, je uitdaagt. Ook al is het je pop, waar je al honderden keren mee hebt gespeeld, je ziet weer een nieuwe uitdaging. En je laat je fantasie lopen, en verzint een nieuw avontuur.’
Sally glimlacht. ‘Als je het zo zegt, en het je dan voorstelt, dan voel je je inderdaad weer helemaal jong!’
‘Ik zei het toch, dat het niet zo moeilijk was om je innerlijke kind te vinden? Maar niet tegen Leon vertellen! Hij zou me eindeloos ermee plagen!’
Sally kijkt me dan opeens serieus aan. ‘Je bent echt geweldig, nee, fantastisch, weet je dat? Hoe kan een man, zoals jij, nog nooit eerder door een vrouw geclaimd? Je bent knap, sexy, leuk, grappig, gespierd, je geeft veel om je naasten, en je helpt waar je maar kan! Je bent bijna te goed om waar te zijn! En dan kan ik het amper geloven, dat je hier naast me zit.’
‘Geloof het maar, en je droomt niet. Ik zit naast je, en dit is gewoon, wie ik ben. Ik geloof gewoon, dat ik op je moest wachten. Ik heb mijn deel aan vrouwen wel gezien. Pff, in alle soorten en maten, en ook heel wat leeftijden. Maar het punt was, dat geen enkele vrouw mijn aandacht langer als een, twee dagen kon houden. Ik kon gewoon niet verliefd worden.
En ik heb het echt geprobeerd, zelfs veertien dagen met een vrouw doorgebracht, terwijl ik al wist, dat ze niets voor me was. Maar liefde kun je niet dwingen en ze heeft me toen de deur gewezen. En dat was ook goed zo, het was nooit iets geworden.
En dan duik jij op, je woont gewoon naast me! Ik had je wel gezien, en natuurlijk vond ik je een hele mooie vrouw. Maar je bent wel mijn buurvrouw en bovendien had ik het erg druk, dus ik had amper tijd om je eens aan te spreken. En ja, toen kwam mijn moeder, en wat er toen gebeurd is, dat weten we allebei.’
‘Maar wat is er zo anders aan mij, dan al die andere vrouwen, Jack? Ik probeer het te begrijpen!’
‘Je moet me geloven, ik weet het gewoon niet! Natuurlijk werd ik aangetrokken door je schoonheid, dat zal ik niet ontkennen. Maar dat hebben andere vrouwen ook, en op hun ben ik niet verliefd geworden. Iets in me, zei me, dat jij het was, op wie ik moest wachten.
Nog nooit heeft het zo goed gevoeld om hier nu met jou hier op de bank te zitten en op je nichtje te passen. En ik geloof dat het ook niet uitmaakt, wat we samen doen, het zal altijd goed aanvoelen. Dat geloof ik heilig!’
Sally glimlacht. Maar dan kijkt ze serieus. ‘Jack, ik moet je iets opbiechten. Iets dan niemand anders weet.’
‘Wat wil je opbiechten?’
‘De reden, waarom ik hier ben komen wonen. Dat was helemaal niet, omdat ik het op en neer gereis moe was. Dat was maar een smoes om thuis weg te komen. De werkelijke reden is, dat ik eigenlijk op de vlucht was. Op de vlucht om me te binden.’
Ik kijk verbaasd. ‘Hoe bedoel je?’
‘Voordat ik hierheen verhuisde, had ik een vriend. Niemand wist, dat ik een vriend had, zelfs mijn beste vriendin niet. En het begon best serieus te worden tussen mij en hem.’
‘Wat is zijn naam, Sally?’
‘Jeroen. Jeroen Goederei. Ik mocht hem heel graag, en we hadden ook wel goede seks, al ben ik nooit bij hem klaargekomen met neuken. Maar het was wel oké. Maar Jeroen was nogal bezitterig. Hoewel ik sterke gevoelens voor hem had, was het alsof ik stikte, als hij bij me was. Het was alsof hij mijn leven bepaalde. En dat was te veel voor me. Dus heb ik met hem gebroken, maar hij wilde niet opgeven. Toen heb ik thuis maar verteld, dat ik het op en neer gereis moe was, en hebben mijn ouders me geholpen deze flat te kopen.’
Ik glimlach. ‘Dus je hebt gelogen tegen je ouders? En tegen mij?’
Sally bloost. ‘Kun je me vergeven?’
Ik glimlach. ‘Natuurlijk! Maar je ouders zijn niet zo dom, als je denkt. Ze wisten ervan, dat heeft je moeder tegen me verteld.’
Sally kijkt verbaasd. ‘Wat, ze wisten ervan?’
‘Natuurlijk! Denk je niet, dat het opvalt als er opeens midden overdag, als jij aan het werk bent, er de hele tijd een man langs komt fietsen? Hij heeft je moeder zelfs een keer aangesproken, en gevraagd waar je was. En dat je zo vaak ’s avonds en zelfs ’s nachts weg was. Wat denk je zelf?’
‘En wanneer heeft mijn moeder je dat verteld?’
‘Ergens later op de avond. Toen ik haar verteld heb, waarom ik met je mee ben gegaan. Daar moest ze wel om lachen, ze vond dat typisch iets voor jou. Maar je moeder is een intelligente vrouw, en ook je vader is een stuk slimmer, dan je denkt. Els zei me, dat ze blij was, dat ik met jou hierheen was gekomen, omdat ze toch in ons beiden zag, dat we diepe gevoelens voor elkaar hebben. En ik denk, dat ze daar volledig gelijk mee heeft.’
‘Ik beken me schuldig, Jack! Ik heb diepe gevoelens voor je. Misschien niet vanaf de eerste seconde, maar je had mijn aandacht al meteen. En dat maakt, dat ik me nu bevoorrecht voel. Ik ben nu de vrouw, die naast je zit. De vrouw, waarop alle andere vrouwen nu jaloers zijn, omdat wij verliefd op elkaar zijn.’
‘Niet vanaf de eerste seconde?’
‘Niet helemaal. Ik vond je natuurlijk wel knap, maar hield nog een beetje reserve.’
‘Daar heb ik anders weinig van gemerkt…’
‘Het is anders moeilijk om jouw lichaam en je charmes te weerstaan, Jack. Als je in de Griekse oudheid had geleerd, zou Adonis een minderwaardigheidscomplex hebben gekregen!’
Ik lach. ‘Mijn God, wat een fantasie heb je toch!’
Ze haalt haar schouders op. ‘Lach maar! Voor mij ben je mijn persoonlijke Adonis!’
‘Dan ben jij mijn persoonlijke Aphrodite.’
Sally giechelt. ‘Past wel bij elkaar, Adonis en Aphrodite!’
Ze geeft me een zoen, en kijkt me dan recht in mijn ogen aan. Haar ogen fonkelen, maar ik lees er veel meer in, dan alleen lust. Ik lees er hoop, liefde, angst, breekbaarheid en kracht uit. Precies wat onze relatie nu op dit moment is. De hoop voor de toekomst, de angst voor het onzekere, de breekbaarheid voor het onbekende, en de kracht en de liefde voor wat er nu tussen ons bloeit. En dat is ook precies, wat ik op dat moment voor haar voel.
Teder kus ik haar dan, waarbij ik haar in mijn armen achterover druk. Gewillig laat ze zich neervlijen en door me kussen. En tegelijkertijd besef ik mezelf, wat voor een bofkont ben, dat ik zo’n mooie en leuke vrouw heb ontmoet. En hoewel er niets geilers is, dan met haar seks te hebben, voel ik daar nu even helemaal niets voor. Ik wil haar nu alleen maar vasthouden en kussen. Lekker verliefd zijn.
En Sally lijkt mijn gemoedstoestand te begrijpen. En zo zitten we een hele tijd, totdat ik me bekeken voel. Met tegenzin verbreek ik onze zoen, en kijk rond. Om dan recht in de ogen van Emily te kijken.
Ik schrik wel een beetje.
‘O, Emily! Wat is er aan de hand, meisje?’
Sally schrikt ook, ze had haar helemaal niet gezien.
Ze bloost flink en daar moet Emily hard om lachen. En Emily reageert precies zoals je het van een kind van haar leeftijd kan verwachten. ‘Kan ome Jack lekker kussen, tante Sal?’
Sally lacht. ‘Ja, dat kan hij uitstekend. Daarom houd ik ook zo veel van hem! Maar wat doe je uit bed?’
Emily kijkt wat naar beneden. ‘Ik kan niet goed slapen. Is mama nog niet terug?’
Sally staat op en neemt Emily op haar schoot.
‘Nee, mama is nog naar het ziekenhuis. En dat kan nog wel even duren. Zal ome Jack je nog eens voorlezen?’
‘Nee, ik wil dat jij me voorleest!’
Ik glimlach. ‘Ik heb alleen dat ene voorleesboek. Maar ik weet wel, dat er bij het speelgoed, dat we hebben meegenomen, er nog een paar andere boekjes moeten liggen.’
‘Wil jij die even pakken?’
‘Waarom ga jij niet even? Ik voel me nog niet zo comfortabel om in de spullen van je zus te gaan zoeken. Bovendien heb ik geen sleutel van jouw huis.’
Sally knikt en zet Emily op mijn schoot. Ik kietel haar lichtjes, waardoor het meisje het meteen uitgiert van lachen. Ze probeert me terug te kietelen, maar ik ben er zeer goed tegen bestand. Dan vraagt ze me: ‘Vind je tante Sal lief?’
‘Ja, ik vind haar heel erg lief!’
‘En gaan jullie dan ook trouwen?’
Ik lach. ‘Dat weet ik nog niet, Emily. Misschien later. Daar moeten grote mensen heel goed over nadenken. Trouwen is iets heel belangrijks.’
Het kleine meisje knikt. Dan zegt ze: ‘Is papa echt ziek?’
Die vraag had ik niet zien aankomen. ‘Waarom vraag je dat?’
‘Omdat papa en mama ruzie hadden.’
Ik sta even met mijn mond vol tanden. Zo jong als ze is, zo weet ze al behoorlijke intelligente vragen te stellen.
‘Maar sommige papa’s en mama’s hebben dat soms wel. Maar jouw papa en mama houden nog heel erg veel van elkaar. Alleen is papa een beetje ziek in zijn hoofd. En daar gaan de dokters nu wat aan doen.’
‘Word papa dan weer beter?’
‘Dat weet ik niet. Ik hoop het wel. En dan kun jij weer samen met papa spelen.’
‘Doe jij dan zolang met mij spelen, als papa ziek is?’
Ik glimlach. ‘Dat is goed. Maar ik kan niet altijd met je spelen, en bovendien moet ik binnenkort een hele week weg.’
‘Moet je dan heel ver weg?’
‘Ja, heel ver weg! Bijna aan de andere kant van de wereld!’
Het zegt haar natuurlijk niet zo heel veel, maar daar is ze wel van onder de indruk. Voor haar is de wereld nog zo ontzettend groot, maar ook heel klein.
Maar ik zie dat ze aan het vechten is tegen de slaap, en ik leg haar dan tegen mijn schouder aan. Het arme wicht valt dan vrijwel meteen in slaap. En amper een paar tellen komt Sally weer terug met een paar voorleesboekjes. Ze ziet dan, dat Emily al slaapt, en ze komt dan voorzichtig langs me zitten.
‘Oh, wat schattig!’
Ik glimlach. Voorzichtig pak ik Emily op, die al in een diepe slaap is. Ik leg haar terug op het logeerbed en stop haar knuffel dicht tegen haar aan. En sluip dan de logeerkamer uit.
Ik zeg dan: ‘Wat een kwebbel is Emily toch! Ze is niet eens vier jaar en stelt al vragen, waar je oren van klapperen. Marijke zal heus wel haar best doen om haar problemen met Gerard voor Emily verborgen te houden, maar Emily weet heus wel, dat er iets niet goed is. En ik moest even mijn volle verstand gebruiken om het Emily duidelijk te maken, dat het wel weer goed komt. Of ten minste, dat hoop ik voor haar.’
‘Wat heb je haar verteld?’
‘Dat Gerard een beetje ziek is in zijn hoofd. En ik heb haar gerust gesteld, omdat ze schijnbaar bang was, dat ze uit elkaar gingen. Ze zei, dat Marijke en Gerard ruzie hebben gehad, en ze leek onrustig. Ik denk, dat ze op de opvang ook wel op een of andere manier met gescheiden ouders te maken heeft gehad.’
Sally glimlacht. ‘Ze is best intelligent voor haar leeftijd. Maar ze is een schat van een kind!’
‘Dat is absoluut waar! En ik sta ervan te kijken, dat ze het zo goed oppakt. Het is anders nogal wat! Van de een op de andere dag wordt ze opgepakt, in een vreemde auto gezet, en naar een nieuw huis gebracht, waar
ze nog helemaal niets kent. Maar ik heb haar nog niet horen huilen of jammeren. Wat een flink kind is ze toch!’
Sally glimlacht weer. ‘Vanmiddag had ze het even moeilijk, en toen heeft Marijke haar wel weer kalm gekregen. Maar je hebt gelijk, Emily is een sterk en dapper kind. Marijke kan oprecht trots op haar zijn!’
Dan lacht ze: ‘En het was zo ontzettend schattig, toen ik hier binnen kwam en Emily daar tegen je aan lag te slapen!’
‘Ze sliep pas echt een paar momenten. Maar ze was echt moe, en vocht al tegen haar slaap. Het enige wat ik nog maar hoefde te doen, was haar gerust stellen en haar even tegen me aan laten leunen. En toen sliep ze al meteen vast. Ik durf zelfs te wedden, dat ze nu tot morgenvroeg doorslaapt.’
Sally knikt. ‘Nu zit ik hier met die voorleesboekjes.’
‘Laat maar liggen. Ik heb wel het vermoeden, dat we Emily nog vaker als logee krijgen.’
‘Dat kon best wel eens.’
Sally begint dan te gapen. Ik lach en zeg: ‘Wil je ook lekker tegen mijn schouder aanliggen en gaan slapen?’
‘Klinkt aanlokkelijk, maar dan doe ik dat toch liever in bed! De afgelopen nachten hebben niet zo gek veel geslapen!’
We besluiten dan maar allebei te gaan slapen. En amper hebben onze hoofden het kussen geraakt, of we zijn al vertrokken in een diepe slaap.
Lees verder: Negen Dagen Tot Nieuwjaar - 6: 29 En 30 December
Er zijn nog geen trefwoorden voor dit verhaal. Welke trefwoorden passen volgens jou bij dit verhaal?
Geef dit verhaal een cijfer:
5
6
7
8
9
10