Door: Appolonia
Datum: 11-09-2024 | Cijfer: 9.2 | Gelezen: 558
Lengte: Gemiddeld | Leestijd: 8 minuten | Lezers Online: 1
Lengte: Gemiddeld | Leestijd: 8 minuten | Lezers Online: 1
Vervolg op: Melk - 35: Huwelijkscontract
Vlucht
“Zeg Honey, ik heb een bericht voor jou van Bart – de man van Emma. Ik zie het nu pas.”
“Ha?… en wat zeg hij?”
“Raar. Niet anders dan Sultan zit in quarantaine, sinds middernacht. Nog geen uur geleden verstuurd. De Sultan. Ik veronderstel dat er een probleem is dan?”
“Wat!? En van wie had Bart die instructie? Schrijft hij nog iets?”
“Niets. Waarom? Is dat een code? Wil dat zeggen dat Bart een probleem heeft?”
“Dat wil zeggen dat ze Filiep al minstens acht uur aan het ondervragen zijn. O-ow. Even rekenen. Met de wagens kunnen ze hier nog niet zijn. Met de helikopter, zou het kunnen. Ik pak de koffers. Ga jij alvast afrekenen? Ik zie je in de lobby. Haast je.”
“Zal ik Bart terugbellen voor meer informatie?”
“Nee! Zeker niet! Geef me je telefoon!”
Storm gaf aarzelend zijn telefoon aan Honey. Die haalde snel het simkaartje eruit en stak het in haar tas.
“Voorlopig niet meer gebruiken.”
De smartphone gooide ze in het toilet. Hij verdween grotendeels onder water.
“Hééé! Heb je gek?”
“Niet proberen eruit te halen. Je telefoon is volledig gecontroleerd door het C.E.C. Hij blijft positie, geluid en beelden doorsturen ook als de SIM-kaart eruit is. Sorry.
Soit. We hebben waarschijnlijk nog wat tijd voor ze het gebouw omsingelen.”
“Hoe?? Het C.E.C. heeft hier toch geen agenten, laat staan jurisdictie?”
“Ze hebben Joint Operation Protocols met alle geheime diensten van de min-of-meer-democratische wereld. Kijk eens onopvallend over het balkon? Zie je iets?”
“Ik zie niks.”
“Oef. Pak je koffers, we verdwijnen a.s.a.p., zonder uit te checken.”
“Maar… dat mag niet…”
“Storm, we zijn in een oorlogssituatie. Jouw hotelrekening is nu even iets minder belangrijk.”
“Honey! Er komen net vier, vijf politiecombi’s toe. Geen zwaailichten. Er stappen drie… vier…. tien… nog meer mannen uit. Wie zijn dat?”
“De Joint Operations. Voor ons natuurlijk.”
Op dat moment horen ze een helikopter overvliegen. Het dreunende geluid komt angstwekkend dichtbij.
“De heli. Ze landen op het dak. Laat je niet zien!”
Storm had zich al instinctief teruggetrokken.
“Heu… wat nu?”
“Beneden is afgesloten, boven zit het C.E.C. Zó snel de heli inzetten. Dat moet Alix zijn, kan niet anders.”
“Alix? Dat kan toch niet? Dat geloof ik niet!”
“Storm, wordt wakker. Het C.E.C. is gecompromitteerd. Ze komen ons oppakken. En ik heb geen idee wat er aan het gebeuren is. Wat duidelijk is: Filiep is gevat en nu komen ze mij oppakken. Jij interesseert hen niet. En sorry Storm, ik ga je misschien moeten gebruiken als levend schild. Doe je kamerjas aan en volg me.”
“Huh? Hoe bedoel je?”
Vluchten
“Waarschijnlijk denken ze dat we op de achtste verdieping zitten. Ik weet hoe de draaiboeken werken. Ze zijn nu onderweg ons. Het het duurt drie minuten voor ze ontdekken dat we niet in de door het C.E.C geboekte kamer 888 zitten. Dan zullen ze aan de receptie naar ons nieuwe kamernummer vragen. We hebben een goede vijf minuten om hier weg te geraken.”
“We geraken hier toch niet uit? Als ze de benedenverdieping bezetten geraken we er niet uit.” Storm panikeerde niet. Ook Honey ging rationeel de opties af.
“Ze zijn hierboven geland. Geen idee wie erin zit. Onze heli heeft plaats voor zes personen, inclusief de piloot. Ik veronderstel dat toch een aantal naar beneden gaat om de leider van het joint protocol te briefen.
We hebben een kans. Kom Storm, op het eind van de gang begint de brandtrap. Geen tijd te verliezen. Alleen je schoenen. Hop hop,” beval Honey hem terwijl ze haar sportschoenen aandeed onder haar rood zijden niemendalletje.
“Langs de brandtrap vijftien verdiepingen tot beneden? Dat lukt nooit. Ze zullen ons zien.”
“Nee, langs de brandtrap naar het dak. Volg me, stil.”
Honey checkte of de gang veilig was, verdraaide de lens van de enige bewakingscamera, en haastte zich, haar Walther PPK/S in de aanslag, gevolgd door Storm, naar de deur die uitgaf op de brandtrap.
“Dit zal een alarm doen afgaan beneden. Dat moet dan maar.”
Het was nog ochtendfris in haar roodsatijnen pon en dito slipje. Ze klom snel tot de dakverdieping, waar ze verdekt poolshoogte nam.
“Ze hebben de heli onbewaakt achtergelaten. Stommerds. De pilote staat naast het toestel. Kom mee, ze is alleen.”
Honey sprong op het dak, op een tien meter van de heli. De pilote was compleet verrast toen zij Honey zag.
“Handen op je hoofd! Geen verdachte beweging!”
“Hoe…. Honey! Wat doe jij hier? Ze zoeken je!”
“Claire? Ben jij dat? Sorry meid, geen tijd voor koffieklets. Ik wil de heli.”
“Ik moet je aangeven. Ik ben gewapend!”
Claire trok een pistool uit de holster die rond haar bovenbeen spande.
“Je hebt geen kans Claire, sorry…”
Claire hield een hand voor haar ogen en probeerde weg te kijken. Het was te laat. Er was oogcontact.
Honey stapte sensueel heupwiegend op Claire af en zei, bijna fluisterend-zingend, “lieve mooie Claire, kom geef dat pistooltje aan mij, wil je lieve schat?”
Claire, in verliefde aanbidding, gaf het pistool trillend aan Honey.
“Graag lieve Honey… doe niets gevaarlijks hé? De sleutel zit nog op het contact. De tanks zitten nog een kwart vol.”
“Dankje lieveling! Kusje.
Storm, stap in, andere kant.”
Storm stapte links in, op de plaats van de copiloot.
Honey gaf een pistool aan Storm.
“Hou haar onder schot en als ze beweegt schiet.”
“Wat?? Nee!”
“In de lucht. Niet op haar natuurlijk. C.E.C.-agentes doen mekaar nooit kwaad. Erecode.”
“Kan jij een helikopter besturen?”
“Natuurlijk Storm. Jij niet? Hier. Zet deze headset op. Geen tijd voor een checklist. Daar gaan we.”
Honey draaide een aantal knoppen, startte de motor, en met een steeds luider en sneller geronk begon de hoofdrotor te draaien.
“Wachten tot we op toeren zijn, en dan ga ik. Geen moment te verliezen.”
De rotor was nog lang niet op volle toeren aan het draaien, toen de deur van het lifthuis open vloog en drie commando’s het platform oprenden. Ze hielden de helikopter onder schot. Dan stapte een keurige vrouw in fuchsiaroze mantelpakje met bijpassende clutch het platform op.
Storm herkende haar
“Da’s Alix!” Hij wuifde naar haar. Zij wuifde niet terug.
Alix riep iets in de richting van de helikopter, maar ze was vanzelfsprekend niet te verstaan.
Twee van de drie commando’s probeerde de deuren links en rechts te openen, maar slaagden daar niet in. De helikopter was al aan het hoveren, en draaide langzaam om zijn as.
“Ze zullen niet schieten. Trouwens, als we neerstorten, dat zou pas een diplomatieke rel geven.”
Eén kogelgat, twee, drie kogelgaten verschenen onderaan de glazen koepel aan de kant van Storm.
“Ze schieten wèl op ons! Alix is gek geworden! Bukken!” riep Storm in paniek.
Honey zag uit een ooghoek de commando’s mikken. Ze draaide de helikopter zo dat ze niet meer in het schootsveld hing.
De helikopter steeg langzaam op. Alix beval haar commando’s te stoppen met schieten.
De helikopter koos het luchtruim.
“Ha?… en wat zeg hij?”
“Raar. Niet anders dan Sultan zit in quarantaine, sinds middernacht. Nog geen uur geleden verstuurd. De Sultan. Ik veronderstel dat er een probleem is dan?”
“Wat!? En van wie had Bart die instructie? Schrijft hij nog iets?”
“Niets. Waarom? Is dat een code? Wil dat zeggen dat Bart een probleem heeft?”
“Dat wil zeggen dat ze Filiep al minstens acht uur aan het ondervragen zijn. O-ow. Even rekenen. Met de wagens kunnen ze hier nog niet zijn. Met de helikopter, zou het kunnen. Ik pak de koffers. Ga jij alvast afrekenen? Ik zie je in de lobby. Haast je.”
“Zal ik Bart terugbellen voor meer informatie?”
“Nee! Zeker niet! Geef me je telefoon!”
Storm gaf aarzelend zijn telefoon aan Honey. Die haalde snel het simkaartje eruit en stak het in haar tas.
“Voorlopig niet meer gebruiken.”
De smartphone gooide ze in het toilet. Hij verdween grotendeels onder water.
“Hééé! Heb je gek?”
“Niet proberen eruit te halen. Je telefoon is volledig gecontroleerd door het C.E.C. Hij blijft positie, geluid en beelden doorsturen ook als de SIM-kaart eruit is. Sorry.
Soit. We hebben waarschijnlijk nog wat tijd voor ze het gebouw omsingelen.”
“Hoe?? Het C.E.C. heeft hier toch geen agenten, laat staan jurisdictie?”
“Ze hebben Joint Operation Protocols met alle geheime diensten van de min-of-meer-democratische wereld. Kijk eens onopvallend over het balkon? Zie je iets?”
“Ik zie niks.”
“Oef. Pak je koffers, we verdwijnen a.s.a.p., zonder uit te checken.”
“Maar… dat mag niet…”
“Storm, we zijn in een oorlogssituatie. Jouw hotelrekening is nu even iets minder belangrijk.”
“Honey! Er komen net vier, vijf politiecombi’s toe. Geen zwaailichten. Er stappen drie… vier…. tien… nog meer mannen uit. Wie zijn dat?”
“De Joint Operations. Voor ons natuurlijk.”
Op dat moment horen ze een helikopter overvliegen. Het dreunende geluid komt angstwekkend dichtbij.
“De heli. Ze landen op het dak. Laat je niet zien!”
Storm had zich al instinctief teruggetrokken.
“Heu… wat nu?”
“Beneden is afgesloten, boven zit het C.E.C. Zó snel de heli inzetten. Dat moet Alix zijn, kan niet anders.”
“Alix? Dat kan toch niet? Dat geloof ik niet!”
“Storm, wordt wakker. Het C.E.C. is gecompromitteerd. Ze komen ons oppakken. En ik heb geen idee wat er aan het gebeuren is. Wat duidelijk is: Filiep is gevat en nu komen ze mij oppakken. Jij interesseert hen niet. En sorry Storm, ik ga je misschien moeten gebruiken als levend schild. Doe je kamerjas aan en volg me.”
“Huh? Hoe bedoel je?”
Vluchten
“Waarschijnlijk denken ze dat we op de achtste verdieping zitten. Ik weet hoe de draaiboeken werken. Ze zijn nu onderweg ons. Het het duurt drie minuten voor ze ontdekken dat we niet in de door het C.E.C geboekte kamer 888 zitten. Dan zullen ze aan de receptie naar ons nieuwe kamernummer vragen. We hebben een goede vijf minuten om hier weg te geraken.”
“We geraken hier toch niet uit? Als ze de benedenverdieping bezetten geraken we er niet uit.” Storm panikeerde niet. Ook Honey ging rationeel de opties af.
“Ze zijn hierboven geland. Geen idee wie erin zit. Onze heli heeft plaats voor zes personen, inclusief de piloot. Ik veronderstel dat toch een aantal naar beneden gaat om de leider van het joint protocol te briefen.
We hebben een kans. Kom Storm, op het eind van de gang begint de brandtrap. Geen tijd te verliezen. Alleen je schoenen. Hop hop,” beval Honey hem terwijl ze haar sportschoenen aandeed onder haar rood zijden niemendalletje.
“Langs de brandtrap vijftien verdiepingen tot beneden? Dat lukt nooit. Ze zullen ons zien.”
“Nee, langs de brandtrap naar het dak. Volg me, stil.”
Honey checkte of de gang veilig was, verdraaide de lens van de enige bewakingscamera, en haastte zich, haar Walther PPK/S in de aanslag, gevolgd door Storm, naar de deur die uitgaf op de brandtrap.
“Dit zal een alarm doen afgaan beneden. Dat moet dan maar.”
Het was nog ochtendfris in haar roodsatijnen pon en dito slipje. Ze klom snel tot de dakverdieping, waar ze verdekt poolshoogte nam.
“Ze hebben de heli onbewaakt achtergelaten. Stommerds. De pilote staat naast het toestel. Kom mee, ze is alleen.”
Honey sprong op het dak, op een tien meter van de heli. De pilote was compleet verrast toen zij Honey zag.
“Handen op je hoofd! Geen verdachte beweging!”
“Hoe…. Honey! Wat doe jij hier? Ze zoeken je!”
“Claire? Ben jij dat? Sorry meid, geen tijd voor koffieklets. Ik wil de heli.”
“Ik moet je aangeven. Ik ben gewapend!”
Claire trok een pistool uit de holster die rond haar bovenbeen spande.
“Je hebt geen kans Claire, sorry…”
Claire hield een hand voor haar ogen en probeerde weg te kijken. Het was te laat. Er was oogcontact.
Honey stapte sensueel heupwiegend op Claire af en zei, bijna fluisterend-zingend, “lieve mooie Claire, kom geef dat pistooltje aan mij, wil je lieve schat?”
Claire, in verliefde aanbidding, gaf het pistool trillend aan Honey.
“Graag lieve Honey… doe niets gevaarlijks hé? De sleutel zit nog op het contact. De tanks zitten nog een kwart vol.”
“Dankje lieveling! Kusje.
Storm, stap in, andere kant.”
Storm stapte links in, op de plaats van de copiloot.
Honey gaf een pistool aan Storm.
“Hou haar onder schot en als ze beweegt schiet.”
“Wat?? Nee!”
“In de lucht. Niet op haar natuurlijk. C.E.C.-agentes doen mekaar nooit kwaad. Erecode.”
“Kan jij een helikopter besturen?”
“Natuurlijk Storm. Jij niet? Hier. Zet deze headset op. Geen tijd voor een checklist. Daar gaan we.”
Honey draaide een aantal knoppen, startte de motor, en met een steeds luider en sneller geronk begon de hoofdrotor te draaien.
“Wachten tot we op toeren zijn, en dan ga ik. Geen moment te verliezen.”
De rotor was nog lang niet op volle toeren aan het draaien, toen de deur van het lifthuis open vloog en drie commando’s het platform oprenden. Ze hielden de helikopter onder schot. Dan stapte een keurige vrouw in fuchsiaroze mantelpakje met bijpassende clutch het platform op.
Storm herkende haar
“Da’s Alix!” Hij wuifde naar haar. Zij wuifde niet terug.
Alix riep iets in de richting van de helikopter, maar ze was vanzelfsprekend niet te verstaan.
Twee van de drie commando’s probeerde de deuren links en rechts te openen, maar slaagden daar niet in. De helikopter was al aan het hoveren, en draaide langzaam om zijn as.
“Ze zullen niet schieten. Trouwens, als we neerstorten, dat zou pas een diplomatieke rel geven.”
Eén kogelgat, twee, drie kogelgaten verschenen onderaan de glazen koepel aan de kant van Storm.
“Ze schieten wèl op ons! Alix is gek geworden! Bukken!” riep Storm in paniek.
Honey zag uit een ooghoek de commando’s mikken. Ze draaide de helikopter zo dat ze niet meer in het schootsveld hing.
De helikopter steeg langzaam op. Alix beval haar commando’s te stoppen met schieten.
De helikopter koos het luchtruim.
Lees verder: Melk - 37: Vlucht
Er zijn nog geen trefwoorden voor dit verhaal. Welke trefwoorden passen volgens jou bij dit verhaal?
Geef dit verhaal een cijfer:
5
6
7
8
9
10