Door: Loua98
Datum: 04-06-2025 | Cijfer: 8.6 | Gelezen: 1255
Lengte: Kort | Leestijd: 4 minuten | Lezers Online: 1
Trefwoord(en): Dominantie, Kort,
Lengte: Kort | Leestijd: 4 minuten | Lezers Online: 1
Trefwoord(en): Dominantie, Kort,
Vervolg op: Je Bent Van Mij - 5: Jij Speelt Nu Ook
Misschien Wil Ik Elke Nacht
Hoofdstuk 6: Misschien wil ik elke nacht.
Je zit in zijn bed. Zijn adem nog in je hals. Zijn hand op je buik.
De woorden hangen nog tussen jullie in.
“Ik wil je langer dan één weekend. Ik wil elke nacht.”
Je zegt niks.
Maar je blijft liggen.
Niet alleen met je lichaam - ook met je hart.
De volgende ochtend ga je naar huis. Je kust hem zacht. Laat je vingers iets langer over zijn huid glijden.
Je draait je nog één keer om bij de deur. Je glimlacht.
En je zegt:
“Als je écht elke nacht wil… laat me dan voelen wat dat inhoudt.”
Drie dagen later ontvang je een bericht.
“Zaterdag. Eén bed. Eén grens minder. Laat mij jou overtuigen.”
Je antwoordt kort.
“Ik kom. Maar je moet me verdienen.”
Zaterdagavond
Je stapt zijn slaapkamer binnen.
Hij staat daar. Donker overhemd. Mouwen opgestroopt.
Zijn blik zacht… maar onontkoombaar.
Hij stapt naar je toe. Kust je - langzaam, stevig.
Zijn handen op je rug. Zijn stem in je oor.
“Jij wil weten wat ‘elke nacht’ betekent? Goed. Dan ga ik je het laten voelen. Niet om je te overhalen. Maar omdat jij het waard bent.”
Hij kleedt je langzaam uit. Niet als een man die haast heeft - maar als iemand die weet dat hij je krijgt, omdat jij kiest om te blijven.
Zijn vingers volgen je huid alsof hij een route uitstippelt die alleen hij mag bewandelen. Hij trekt je trui uit, duwt zachtjes de band van je broek naar beneden. Hij bestudeert je alsof je een geheim bent dat hij wil uitpluizen - met aandacht, bewondering, begeerte.
Hij laat je zitten op het bed. Neemt je polsen. Bindt ze zacht met zijde.
Je voelt hoe de stof zich om je huid sluit - niet als een beperking, maar als een belofte.
Je kijkt hem aan. Jij hebt dit toegegeven. Vrijwillig. Vol vertrouwen.
Hij streelt je. Kust je. Overal.
Zijn mond op je hals, zijn handen over je borst, je buik, je dijen. Hij raakt je met devotie én honger.
Je lichaam trilt onder zijn aanrakingen - niet van kou, maar van anticipatie. Alsof elke plek die hij aanraakt wakker wordt. Alsof hij precies weet waar jouw grenzen begonnen… en nu oplossen onder zijn vingers.
Dan beweegt hij zich in je.
Diep. Langzaam. Stil.
Alsof hij een tempel betreedt. Alsof je heilig bent.
“Elke nacht,” fluistert hij. “Elke ochtend. Jouw lijf onder de mijne. Jouw adem tegen mijn huid. Jouw kreunen in mijn oor.”
Zijn bewegingen zijn ritmisch. Gelijkmatig. Intens zonder gehaast te zijn.
Je voelt hem diep - niet alleen in je lichaam, maar in iets dat je altijd verborgen hebt gehouden.
Je komt, met je handen gebonden, je hoofd in het kussen, je benen wijd voor hem.
Maar hij laat je niet los.
Hij bevrijdt je. Draait je om.
En dan pakt hij je harder.
Tegen de muur.
Op de grond.
Op de stoel.
Je stem breekt, je rug buigt, je vingers krullen zich om niets.
Je weet niet of het kreunen is of bidden, wat er uit je mond komt.
Elke keer komt er meer uit je los. Elke keer fluistert hij:
“Kijk me aan.”
“Zeg me dat je dit wil.”
“Zeg me dat ik het mág zijn.”
Uiteindelijk… zeg jij het.
Zacht. In het donker. In zijn oor.
“Ik wil je.”
“Niet voor één nacht. Niet voor af en toe.”
“Maar alleen… als je me blijft nemen zoals nu.”
Hij kust je alsof je net iets heiligs hebt toegegeven.
Hij trekt je tegen zich aan.
Zijn hand rust op je hart.
Zijn adem kalm.
Je voelt de nacht in je wegzakken, zijn geur in je haar, je huid nog warm van zijn liefde.
Het bed ruikt naar jullie samen. Naar verlangen, naar waarheid, naar iets wat eindelijk uitgesproken is.
En dan zegt hij:
“Dan geef ik je alles. Elke nacht. Tot jij niet meer weet waar jij ophoudt… en ik begin.”
Je zit in zijn bed. Zijn adem nog in je hals. Zijn hand op je buik.
De woorden hangen nog tussen jullie in.
“Ik wil je langer dan één weekend. Ik wil elke nacht.”
Je zegt niks.
Maar je blijft liggen.
Niet alleen met je lichaam - ook met je hart.
De volgende ochtend ga je naar huis. Je kust hem zacht. Laat je vingers iets langer over zijn huid glijden.
Je draait je nog één keer om bij de deur. Je glimlacht.
En je zegt:
“Als je écht elke nacht wil… laat me dan voelen wat dat inhoudt.”
Drie dagen later ontvang je een bericht.
“Zaterdag. Eén bed. Eén grens minder. Laat mij jou overtuigen.”
Je antwoordt kort.
“Ik kom. Maar je moet me verdienen.”
Zaterdagavond
Je stapt zijn slaapkamer binnen.
Hij staat daar. Donker overhemd. Mouwen opgestroopt.
Zijn blik zacht… maar onontkoombaar.
Hij stapt naar je toe. Kust je - langzaam, stevig.
Zijn handen op je rug. Zijn stem in je oor.
“Jij wil weten wat ‘elke nacht’ betekent? Goed. Dan ga ik je het laten voelen. Niet om je te overhalen. Maar omdat jij het waard bent.”
Hij kleedt je langzaam uit. Niet als een man die haast heeft - maar als iemand die weet dat hij je krijgt, omdat jij kiest om te blijven.
Zijn vingers volgen je huid alsof hij een route uitstippelt die alleen hij mag bewandelen. Hij trekt je trui uit, duwt zachtjes de band van je broek naar beneden. Hij bestudeert je alsof je een geheim bent dat hij wil uitpluizen - met aandacht, bewondering, begeerte.
Hij laat je zitten op het bed. Neemt je polsen. Bindt ze zacht met zijde.
Je voelt hoe de stof zich om je huid sluit - niet als een beperking, maar als een belofte.
Je kijkt hem aan. Jij hebt dit toegegeven. Vrijwillig. Vol vertrouwen.
Hij streelt je. Kust je. Overal.
Zijn mond op je hals, zijn handen over je borst, je buik, je dijen. Hij raakt je met devotie én honger.
Je lichaam trilt onder zijn aanrakingen - niet van kou, maar van anticipatie. Alsof elke plek die hij aanraakt wakker wordt. Alsof hij precies weet waar jouw grenzen begonnen… en nu oplossen onder zijn vingers.
Dan beweegt hij zich in je.
Diep. Langzaam. Stil.
Alsof hij een tempel betreedt. Alsof je heilig bent.
“Elke nacht,” fluistert hij. “Elke ochtend. Jouw lijf onder de mijne. Jouw adem tegen mijn huid. Jouw kreunen in mijn oor.”
Zijn bewegingen zijn ritmisch. Gelijkmatig. Intens zonder gehaast te zijn.
Je voelt hem diep - niet alleen in je lichaam, maar in iets dat je altijd verborgen hebt gehouden.
Je komt, met je handen gebonden, je hoofd in het kussen, je benen wijd voor hem.
Maar hij laat je niet los.
Hij bevrijdt je. Draait je om.
En dan pakt hij je harder.
Tegen de muur.
Op de grond.
Op de stoel.
Je stem breekt, je rug buigt, je vingers krullen zich om niets.
Je weet niet of het kreunen is of bidden, wat er uit je mond komt.
Elke keer komt er meer uit je los. Elke keer fluistert hij:
“Kijk me aan.”
“Zeg me dat je dit wil.”
“Zeg me dat ik het mág zijn.”
Uiteindelijk… zeg jij het.
Zacht. In het donker. In zijn oor.
“Ik wil je.”
“Niet voor één nacht. Niet voor af en toe.”
“Maar alleen… als je me blijft nemen zoals nu.”
Hij kust je alsof je net iets heiligs hebt toegegeven.
Hij trekt je tegen zich aan.
Zijn hand rust op je hart.
Zijn adem kalm.
Je voelt de nacht in je wegzakken, zijn geur in je haar, je huid nog warm van zijn liefde.
Het bed ruikt naar jullie samen. Naar verlangen, naar waarheid, naar iets wat eindelijk uitgesproken is.
En dan zegt hij:
“Dan geef ik je alles. Elke nacht. Tot jij niet meer weet waar jij ophoudt… en ik begin.”
Geef dit verhaal een cijfer:
5
6
7
8
9
10