Door: Maxine
Datum: 21-12-2024 | Cijfer: 9.6 | Gelezen: 1351
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 90 minuten | Lezers Online: 10
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 90 minuten | Lezers Online: 10
Vervolg op: De Gezusters Santegoed - 51
Het wordt tijd om dit verhaal goed af te sluiten. Ik ben lang bezig geweest een passend slot aan dit verhaal te maken, en dat was niet gemakkelijk. Maar aan alle mooie dingen komt ooit een einde, zo ook aan dit verhaal. Maar nog niet in dit deel, er komt nog een deel 53. Maar maak je op voor drama, liefde, oude auto's en Rock & Roll. Alles wat dit verhaal zo mooi heeft gemaakt.
In de maanden erna is Chantal echt weer druk bezig met haar musical. Ik heb haar gevraagd, of ik eens mocht komen kijken, maar dat wilde ze niet. ‘Laat me nu maar mijn werk doen, John! Als jij er bent, dan ben ik steeds afgeleid, omdat ik dan steeds aan jou moet denken!’
Ik glimlach, als ik daar weer aan terug denk. Ik hou mezelf bezig met Chantals wagen en ook met de wagen van Dennis. Die hebben we afwisselend op de brug staan, en Dennis toont zich een harde werker. Hij is leergierig en ook best handig. En Eira houdt zich aan haar woord en helpt Dennis mee met de auto. Samen zijn ze nu bezig de softtop te verwijderen. Op zich geen heel moeilijke klus, maar het is wel zaak, dat de oude softtop zo veel mogelijk heel blijft, zodat Melissa die kan gebruiken als mal voor de nieuwe. Want daar is ze inmiddels ook bedreven in.
Dennis heeft er zich een extra baan voor genomen om de restauratie te kunnen betalen. Na nader onderzoek bleek de zescilinder toch niet zo heel goed te zijn, en hebben we daar een ander blok voor gezocht, een Ford 302 Windsor, die nog goed in orde bleek te zijn. Die hebben we wel wat opgefrist met nieuwe lagers en zuigerveren, maar verder was daar alles goed aan. Bovendien was het blok goedkoop, maar zag er gewoon erg smerig uit. Maar zoiets kun je wel overlaten aan Daan. Maar daarmee was het geld van Dennis wel even op. Dat is ook niet erg, maar het is fijn om te weten, dat je die delen alvast in orde hebt. En het seizoen is toch al bijna voorbij, dus Dennis heeft nog een hele tijd om zijn wagen op orde te krijgen. Maar omdat hij me ook helpt bij de wagen van Chantal, leert hij ook meteen, hoe hij het moet aanpakken bij zijn eigen wagen.
Op een avond, als we weer aan zijn wagen werken, de laatste onderdelen voor zijn motor zijn binnengekomen, zegt Dennis: ‘John, mag ik je wat vragen?’
‘Natuurlijk!’
‘Gisteren moest ik bij De Laat komen. Hij vroeg me, of ik geen interesse had om bij jouw afdeling te komen werken, omdat ze daar iemand nodig hadden, en ze wilden het liefst iemand intern hebben. Wist jij daarvan?’
‘Natuurlijk! Ik heb Arnold gezegd, dat ik echt iemand meer nodig heb, door de groei kunnen we het gewoon niet meer af! En ik heb hem ook gezegd, dat ik het liefste jou zou willen hebben.’
‘Waarom mij? Omdat ik nu de vriend ben van Eira?’
‘O nee, dit speelt al veel langer, Dennis. Ik had dit al vijf maanden geleden aangegeven. Maar je weet, hoe zulke dingen gaan, daar moeten anderen besluiten over nemen. Maar wat denk je zelf over die kans?’
‘Nou, ik zie er nog wel wat tegenop. Kan ik dat wel? Ik bedoel, ik ben ook maar meteen van school gaan werken, en ik heb niet meer echt verder geleerd.’
‘Het is ook niet, dat je daar zomaar kunt beginnen! Je moet eerst wat cursussen volgen, dat heb ik ook gemoeten, toen ik daar begon. Dat is wel even flink aanpoten, maar het valt ook wel best mee. En ik neem aan, dat Arnold je ook de voordelen heeft verteld?’
‘Ja, ik ga dan fors meer verdienen!’
‘Tja, een inkoper is belangrijk, en ik zie wel wat in je, als inkoper. Ik ben van mening, dat je het goed zou doen!’
‘Dat zou wel helpen met het geld voor mijn auto. Maar mag ik je nog wat vragen?’
‘Hoe komt het, dat je overal zo goed in bent!’
Ik lach. ‘Dat lijkt maar zo! Ik ben echt niet overal goed in, hoor! Er zijn een hoop dingen, die ik niet kan , en dan ook graag aan anderen over laat. Maar het punt is, dat ik me voor veel dingen interesseer. En iets, waar ik me voor interesseer, daar heb ik veel motivatie voor om dingen voor te leren. En daarom lijkt het ook, alsof ik overal goed in ben. Maar ik ben echt geen superman, of zo!’
Dennis zucht. ‘Je bent echt een idool voor me, John. Je hebt alles en mensen zijn jaloers op je leven! Dat was ik ook, maar nu zie ik, dat je er ook best veel voor doet! Hoe houd je nog af en toe tijd vrij voor je gezin?’
‘Dat leer je. Maar vroeger deed ik veel meer. Ik was vrijwilliger bij de sportvereniging en bij de fanfare. Maar nu ik mijn gezin heb, heb ik dat opgegeven. Dat wil niet zeggen, dat ik het later niet meer zal gaan doen, maar ik heb het nu al druk genoeg met mijn eigen leven. Maar zo nu en dan spring ik toch nog even bij. Dat houdt je betrokken met de mensen in het dorp.’
Dennis knikt. ‘En klopt het echt, dat je eerst met de vrouw van Daan ging, voordat je een relatie kreeg met Chantal?’
Ik lach. ‘Ook dat is waar. En zelfs gelijktijdig!’
Dennis kijkt geschokt. ‘En dat wisten ze?’
‘Ja, maar het was maar heel kort. Ik wist toen al, dat ik een keuze moest maken. Maar ik wist al heel snel, dat het Chantal zou worden.’
‘En Daan vindt het niet erg, dat je vroeger wat met Melissa hebt gehad?’
‘Nee, Daan is mijn beste vriend, en zonder mij zou hij Melissa niet eens gehad hebben! Dan had hij haar nooit ontmoet! En dat weet hij maar al te goed!’
‘Daan is wel een coole gast! En hij is echt goed met auto’s!’
Ik lach. ‘Maar lassen kan hij nog steeds niet goed. Maar alles wat mechanisch is, daar draait hij zijn hand niet om.’
‘Jij en Daan zijn echt heel erg close. Ik vind het leuk om te zien. Ik waan me soms in een film of zoiets! Ik had nooit kunnen dromen, dat ik dit ooit zou doen! Ik wilde altijd wel al een Amerikaan hebben, maar om er een te kopen en te restaureren, dat is toch wat anders!’
‘Maar je was al wel geld aan het sparen?’
‘Ja, maar ik wist nog niet precies, wat ik ermee zou doen. Ik heb nog wel wat spaargeld over, maar dat wil ik apart houden voor als ik ooit op mezelf wil gaan wonen. En daar wil ik ook niet aankomen. Maar mijn ouders hadden gehoopt, dat ik dit geld voor een eigen huisje zou gebruiken. Nou ja, ze weten ook wel, dat dit een echte droom is, die nu uitkomt. En ik denk niet, dat ik zoveel goede kansen zou krijgen. Een kant en klare wagen kopen, dat kan iedereen, maar om er één helemaal opnieuw op te knappen, dat is toch andere koek! Dan heb je toch een andere band met je wagen.’
Ik glimlach. ‘Zo was ik in het begin ook. Je hoeft je geen zorgen te maken, nu is dat even duur, maar als de wagen eenmaal klaar is, dan valt het best mee, mits je de restauratie goed doet. En het hoeft ook niet allemaal in één keer, als het begin maar goed gebeurd is.’
‘Ja, dat heeft Joey me wel uitgelegd. En moet je eens kijken, wat voor gave bak hij nu heeft!’
‘Ja, daar heeft hij al wat prijzen mee gewonnen! Dat doet hij niet slecht. Voor mij hoeft dat niet meer. Ik heb nu meer plezier om er zo mee te rijden, de kinderen zijn er echt gek op om met mijn wagen te rijden. En Chantal gaat ook maar al te graag met me mee, ook al heeft ze haar eigen wagen, waar ze overigens ook erg trots op is!’
‘Dat is ook een mooie wagen! Maar jouw Cadillac is wel heel erg gaaf! Persoonlijk vind ik dat het mooiste model!’
Ik lach, Dennis kan de hele dag wel over Amerikaanse wagens praten, zonder dat het hem gaat vervelen.
We moeten dan even stoppen met praten, omdat we wat dingen moeten vastdraaien, en dat moet nauwkeurig gebeuren. En dan hebben we de motor zo goed als klaar. Er moet nog wel een aantal delen gemonteerd worden, maar dat doen we als de motor is de auto zit. Dennis kijkt trots naar de motor. ‘Moet je zaterdag werken?’
‘Alleen ’s morgens. Hoezo?’
‘Ik neem aan, dat je de motor ook wel een keer wilt horen? Dan vraag ik Joey of hij ons komt helpen om de motor te komen monteren. Het is dan niet, dat je dan al kunt rijden, maar de eerste keer de motor horen starten, dat is wel een dingetje. Bovendien, mocht er iets niet goed zijn, dan kun je dan nog wat doen.’
Dennis knikt, en op dat moment komt Chantal de loods in.
‘Hoe gaat het hier?’
De motor is net af. Zaterdag gaan we die inbouwen.’
‘O, spannend! Ik weet nog, toen ik samen met Melissa de FIAT opknapte, en we de motor weer voor het eerst starten. Dat was zo spannend!’
‘Hebben jullie een FIAT opgeknapt?’
‘O ja, dat was erg leuk en leerzaam. Het geeft zoveel meer begrip voor wat John en Daan allemaal met hun wagens doen. En het was zo’n leuk klein wagentje. Jammer dat Melissa die verkocht heeft. Ik zou het nog wel eens willen doen, maar ik heb al zo weinig tijd!’
Ik kijk Chantal aan. ‘Je zou ook kunnen meehelpen aan jouw wagen, hoor!’
‘Dat doet ik toch al! Samen met Melissa bekommeren we ons om het interieur! Alsof dat geen werk is!’
‘Schat, het meeste werk doet Melissa, en het interieur eruit halen is het grootste werk. Maar ik begrijp je wel, hoor! En er is nog genoeg werk buiten dat. De wagen moet nog helemaal geschuurd worden. Dat is nog een hoop werk, hoor! En daar kan ik wel hulp bij gebruiken!’
‘En wie past er dan op de kinderen, als we hier aan het werk zijn?’
‘Dat wil ik dan wel doen…’
‘Dat mocht je willen, en dan mopperen als ik het verkeerd doe!’
Ik lach. ‘Natuurlijk! Dat hoort er ook bij. Net als jij moppert, als ik het niet goed heb gedaan!’
Ik trek haar tegen me aan en geef haar een zoen, en ze glimlacht. Ze geeft me nog een zoen en zegt: ‘Maak je geen zorgen, ik help heus wel mee, hoor!’
‘Daar heb ik me ook geen seconde zorgen om gemaakt, Chantal. En anders zou ik het met liefde voor je doen!’
Chantal geeft me nog een zoen, nu wat langer. Ze trekt zich niets aan, dat Dennis ons goed bezig kan zien. Dennis voelt zich er zichtbaar ongemakkelijk bij, maar het kan me niets schelen.
Eira loopt naar Dennis toe en zegt tegen hem: ‘Eigenlijk wel mooi om te zien, of niet? Ze houden zoveel van elkaar, en ik vind dat gewoon erg mooi! Dat hoop ik ook te hebben.’
Dennis begrijpt meteen de hint en trekt Eira naar hem toe.
‘Dan moesten we daar maar eens aan gaan werken, Eira!’
Dan geeft hij haar een lange en innige zoen, en hoewel Eira zich eerst lichtjes weert, is ze al snel als was voor zijn charmes en zijn zoen. Ze kussen elkaar nog steeds, als Chantal en ik opgehouden zijn. We glimlachen en vertrekken stilletjes en laten de twee achter.
Eenmaal buiten de loods zegt Chantal: ‘Deze keer zie ik het wel zitten met Eira en Dennis. Hij is precies, wat Eira nodig heeft. En hij lijkt haar ook veel beter aan te voelen. Een beetje wat jij voor mij bent, John!’
‘Ja, dat denk ik ook. Dus jij ziet wel een gelijkenis?’
Chantal knikt. ‘Dennis wil alles, wat jij ook hebt, en hij is aardig op weg! En Eira is ook al goed op weg haar naam te maken in de muziek. Niet alleen in Zwitserland is haar naam al gevallen. Maar dat mag Eira nog niet weten, ze is nog steeds niet klaar met haar opleiding, en dat zou haar alleen maar afleiden. Dus er zit wel gelijkenis in, vind je niet?’
Ik knik. ‘Alleen is Eira blond en jij bent rood. Maar ik begrijp wel, wat je bedoelt.’
‘Ga je de kinderen nog even goedenacht zeggen?’
‘Natuurlijk!’
‘Neem niet te lang tijd, John. Ik wil ook nog goedenacht gezegd worden…’
Ze laat haar hand over mijn kruis glijden en ik glimlach. Dat belooft weer wat…
Maar ja, kinderen zijn niet altijd even gemakkelijk. Ik ontkom er niet aan om bij Birgit een verhaaltje voor te lezen. Dat vindt ze heerlijk. De jongens vinden het wel best zo. Maar als ik klaar ben, loop ik naar de slaapkamer, waar Chantal al onder de dekens ligt. Een beetje teleurgesteld ben ik wel, want ik had wel zin in meer. Ik kleed me uit, maar terwijl ik me uitkleed, voel ik opeens een hand over mijn middel glijden richting mijn pik. ‘Zeg je me geen goedenacht meer?’
‘O, jawel, maar het is nog geen tijd om te gaan slapen!’
Chantal lacht. ‘Daar heb je je goed uitgeluld!’
Ik draai me om en kus haar. Ik ken haar nu bijna vijf jaar en ze is en blijft een heerlijke vrouw. Zelfs de zwangerschappen hebben maar weinig sporen op haar lichaam achtergelaten. Alleen haar borsten zijn wat voller geworden, maar zijn nog steeds stevig. En voor de verandering heeft Chantal een bodystocking aan, die ik nog niet eerder gezien heeft. Ze blijft me verbazen, want zo vaak zie ik haar ook niet winkelen. En toch weet ze altijd wel iets bijzonders voor me te regelen. Ze weet precies, waar ik op geil, en ook nu heeft ze mijn zwakke plek weer precies getroffen. Ze ziet er heerlijk uit in die zwarte bodystocking, die net genoeg verbergt, maar toch alles laat zien. En de elastische stof accentueert haar hele lichaam juist. Dus daarom had ze zich onder de dekens verstopt, om het nog even verborgen te houden!
Ze ziet mijn blik en glimlacht. Ze weet, dat ze me weer heeft kunnen verrassen en is daar zichtbaar opgetogen over. Ze weet dan ook, dat de seks weer buitengewoon goed zal zijn, want dan verwen ik haar altijd wat extra. De kinderen slapen net, dus die zullen voorlopig nog wel rustig zijn. En dat geeft ons de tijd om wat tijd voor onszelf te houden. Ik kus dan haar borsten, waar ik nu niet meteen bij kan. Maar het houdt me niet tegen om aan haar borsten te knabbelen. Ik moet wel voorzichtig doen, want ik wil het prachtige lingeriestuk ook niet kapot maken. Chantal geniet met gesloten ogen, terwijl ik haar lichaam kus. Ze stuurt me het haar handen, en als ik bij haar dijen kom, verwacht me een verrassing. Het kruis is open, en dat geeft natuurlijk nieuwe mogelijkheden. Ik snuif haar geur op, die me al zo vertrouwd is en laaf mijn dorst aan haar geil. Chantals lichaam kronkelt van genot, wat goed te horen is aan haar kreuntjes. Thuis doen we niet zo vaak aan stille seks, we zien geen reden om ons steeds in te houden. En ook nu denkt Chantal er niet aan om haar geluiden te dempen. Daarvoor geniet ze veel te hard van het genot, dat ik haar nu schenk. Ze komt dan ook heerlijk klaar, al komt ze de laatste tijd niet meer zo heftig klaar, zoals in het begin. Maar ze geniet er niet minder van, dat merk ik wel. Ik gun haar dan de tijd om even op adem te komen. Dankbaar kijkt ze me aan en geeft me een zoen. Ze duwt me dan op mijn rug. Hoewel Chantal me graag pijpt, weet ze, dat ik meer geniet van haar lekker neuken. En ik vind Chantal boven op me gewoon heerlijk. Het oogcontact, haar heerlijke lichaam dat voor me beweegt, en haar borsten, die ik dan kan grijpen. Maar meestal heb ik mijn handen op haar heupen, gewoon omdat ik dat prettig vind. Zo neukt ze mij en zichzelf naar een hoogtepunt. Heerlijk voldaan liggen we dan naast elkaar en ik geef Chantal een zoen.
‘Wat ben je ook een heerlijke vrouw, Chantal! En waar heb je dit nu weer vandaan?’
Ze glimlacht. ‘Je zegt altijd, dat ik te weinig voor mezelf koop, en misschien heb je ook wel gelijk. En daarom heb ik me dit online besteld. En volgens mij vond je het wel mooi!’
‘Heel erg mooi! Maar is het echt voor jezelf? Of doe je dat voor mij?’
‘Allebei. Ik weet, dat jij mooie lingerie wel kunt waarderen, en ik voel me er echt sexy in. En ik voel me gewoon het lekkerste in kleding en lingerie, waarvan ik weet, dat jij het leuk vind, en dat ik zelf ook leuk vind. Daarom kan ik me ook vaak er niet toe zetten om gewoon iets voor mezelf te kopen.’
Ik glimlach. Ergens heb ik het wel getroffen met een vrouw, die niet kledingkasten vol met kleding voor zichzelf heeft. En het is echt niet, dat Chantal zich slecht kleedt, Ze ziet er altijd goed uit, maar dat komt ook door haar natuurlijke uitstraling en schoonheid. Ik heb wel zin voor een nieuwe ronde, maar dat wordt helaas onderbroken door Roy, die weer eens huilt. Hij heeft de laatste tijd wel eens dromen, die niet zo heel prettig zijn. Dat maakt me wel wat zorgen, dus ik sta op en zeg: ‘Fris jij je maar op, Chantal.’
Ze knikt, want de kans is groot, dat Roy niet meer in zijn eigen bedje wil slapen.
Maar gelukkig kan ik Roy al snel kalmeren. En opeens zie ik, waarom Roy wakker geworden is. Langs het huis staat een grote boom en in combinatie met de maan en een overhangende tak lijkt het net alsof er een monster voor de raam staat. Ik kan me voorstellen, dat de kleine Roy daar angstdromen van kan krijgen. Maar gelukkig kan ik daar wel iets aan doen. Die tak maakte me toch al zorgen, en ik had me al voorgenomen die tak te snoeien, omdat die wel erg dicht tegen het huis komt. Morgen moet ik toch thuis werken, dan kan ik die tak wel even weghalen.
Ik loop dan terug naar onze slaapkamer en zie dat Chantal zich heeft omgekleed in een donkerblauwe slipdress. Die staat haar ook erg goed, vooral in combinatie met haar rode haren. Ze ziet me kijken en zegt: ‘Volgens mij had ik me nog niet hoeven omkleden!’
Ik glimlach. ‘Heb ik je al goedenacht gezegd?’
Ze lacht. ‘Nee… Jij bent ook onverzadigbaar!’
‘Alsof jij daar problemen mee hebt?’
Ze lacht. ‘Ik klaag ook niet!’
Ze wil haar nachtjurkje uittrekken, maar ik houd haar tegen.
‘Ga op je knieën zitten. Dit staat je zo sexy! Ik wil je zo lekker van achteren nemen!’
‘Hmm, je kickt echt wel op lingerie!’
Maar ze gaat wel op haar knieën zitten, terwijl ik mijn boxershort weer uittrek en mijn pik weer hard maak. Lang heeft die niet nodig, en ik laat mijn pik over haar schaamlippen schuren. Ik weet, dat ze daar helemaal gek van wordt, en dat is nu ook niet anders. Langzaam voer ik de spanning op, door mijn pik over haar schaamstreek te laten schuren en een vinger in haar kutje te duwen.
‘God, wat maak je me geil, John! Ik kom alweer bijna!’
Daar heb ik opgewacht en duw dan mijn pik in één stoot diep in haar. Dat is al genoeg om Chantal te laten komen. Haar kutje duwt mijn pik weer bijna naar buiten, maar ik duw weer terug en begin haar dan weer te neuken. Grommend stoot ik hard in haar kutje en Chantal gilt het bijna uit van genot. Ik voer het tempo nog wat op en neuk haar ongenadig hard. We gaan allebei op een nieuw hoogtepunt af en met een harde kreun spuit ik haar kutje helemaal vol, terwijl Chantal weer klaarkomt. Maar dan is het beste van ons allebei wel af. Ik ga weer naast haar liggen, en Chantal kijkt me aan.
‘Wat ben je ook een beest, mijn lekkere vent!’
Ik glimlach en we houden elkaars handen vast, terwijl we naar elkaar staren. Ik voel me nog steeds net zo verliefd, dan ik haar voor het eerst kuste. Eigenlijk heb ik het altijd geweten, vanaf het moment, dat ik haar daar zag zingen op dat podium, toen ze nog een volledig vreemde voor me was. Ze is de enige vrouw, waar ik ooit echt van zal houden.
Na een tijdje glipt ze even uit bed om zich weer wat op te frissen, en komt dan weer terug in bed. En dan wens ik haar goedenacht.
In de tussentijd hebben Dennis en Eira genoten van hun tijd alleen in de loods. Dennis merkt op: ‘Ze hebben ons alleen gelaten!’
‘Zo zijn ze wel, maar ik ken Chantal en John inmiddels wel. Ze zijn echt een geweldig koppel! Ik heb nog nooit twee mensen gezien, die zo van elkaar houden, en amper een woord nodig hebben om elkaar te begrijpen. En daarnaast zijn het ook geweldige mensen. Wat ze gedaan hebben met Joey en ook met mij, zoiets zie je maar zelden! Zo als Chantal en John, dat wil ik later ook zijn. Niet helemaal hetzelfde, maar net zo hartelijk en liefdevol als zij, ja, dat wil ik graag. En ik hoop, dat ik ook het geluk zal kennen om iemand te treffen, die net zo veel van mij houdt, als John van Chantal.’
Dennis kijkt Eira aan. ‘Zou ik dat ook kunnen zijn, Eira?’
Eira glimlacht. ‘Je hebt in ieder geval een goed begin gemaakt!’
Dennis glimlacht. ‘Ik meen het, Eira! Ik mag je echt heel erg graag! En ik vind je ook heel erg leuk!’
‘Zoiets had ik al in de smiezen! Maar ik vind je ook echt heel erg leuk, maar ik heb wel net een vrij nare ervaring achter de rug. Ik ben zelfs verloofd geweest, en dat was een echt drama geworden, als dat door was gegaan!’
‘John heeft me erover verteld. Niet in details, maar wel dat het erg was. Maar ik ben niet je ex, Eira. Ik ben maar een heel eenvoudige jongen, die de wereld voor je zou willen veroveren, als je me je hart geeft!’
‘Dat is ook weer niet nodig, maar ik begrijp wat je me wilt zeggen. Maar je moet even geduld hebben. Heeft John je ook verteld, hoe het tussen hem en Chantal ging, toen ze elkaar net leerden kennen?’
‘Nee, wat is daarmee dan?’
‘Je weet waar Chantal oorspronkelijk vanaf komt?’
‘Nee? Komt ze van ver?’
‘Het is maar wat je ver noemt, Dennis. Ze komt van Kampen. Ik weet niet, of je bekend bent met die streek, maar daar zijn ze streng gelovig. En haar ouders waren ook streng gelovig. En toen kwam John in hun leven. Eerst met Melissa. Dat was me iets! John kreeg te horen, dat Melissa straf kreeg, omdat ze John een kus gegeven had. Totaal onzinnig, en dat is ook precies, wat John niet kan hebben. Hij kan absoluut geen onrecht zien, en hij reed gewoon naar het huis van haar ouders om hun te vertellen, dat Melissa niets fout had gedaan. Haar moeder, Jolien, was furieus, maar John heeft de gave om altijd correct te blijven. Eerst leek het op een fiasco uit te lopen, maar toen vond John een zwakke plek bij haar vader. Want die had als droom ooit een Cadillac te kopen. En toen liet hij hem in zijn wagen rijden. En toen was er opeens veel meer mogelijk.
Melissa werd ontheven van haar straf en Chantal kreeg een oogje op John. Enkele dagen later kwamen ze allemaal hier, omdat Daan een van zijn wagens aan Chantals vader wilde verkopen. Daan had toen zijn garage nog niet, maar hij handelde wel al een beetje in die wagens. Tja, de rest is geschiedenis. John viel als een blok voor Chantal, en Chantal is hier eigenlijk nooit meer weggegaan. Niet dat het allemaal zonder problemen ging, want ze was nog steeds strenggelovig. Ze wilde maagd blijven tot haar huwelijk. Lang heeft die gelofte niet stand gehouden, maar daar was uiteindelijk niemand rouwig om. Zelfs haar ouders niet. Binnen een jaar waren ze al getrouwd en nog steeds zijn ze dolverliefd op elkaar. Ik moet er zelfs soms een traan van wegpinken, als ik zie, hoeveel ze van elkaar houden. En dan ben ik soms wel een beetje jaloers.
En nu ik die nare toestand met Dylan beleefd heb, wil ik me niet zomaar aan een man geven. Chantal zei me laatst nog, dat ze meende, dat het die gelofte was, die hun liefde zo onvoorwaardelijk heeft gemaakt. Het gaat zich niet om de gelofte zelf, maar om het feit, dat je zeker bent, dat je voor elkaar bestemd bent. En daarom heb ik mezelf beloofd, dat ik mezelf pas aan een man zal geven, als ik zeker weet, dat hij de juiste man voor me is.’
Dennis glimlacht. ‘Dat begrijp ik en waardeer ik. En ik zou liegen, als ik zou zeggen, dat ik het niet erg vind, want je bent erg mooi, en ik ben ook maar een man. Maar ik denk wel, dat je de moeite waard bent om op te wachten, tot je jezelf aan mij kunt geven!’
Eira glimlacht breed. ‘Dan bewijs me, dat je de juiste man bent!’
En op dat moment horen ze de geluiden uit de slaapkamer van Chantal en John. Eira lacht. ‘O ja, ze houden zich niet bepaald in. Maar ook dat is mooi. Het helpt me eraan te herinneren, waarvoor ik wacht!’
Dennis zegt lachend: ‘En het laat mij nu even een idioot voelen, dat ik je beloofd heb om op je te wachten. Met die geluiden ga je iets anders denken… Maar ik zal mijn woord houden en op je wachten!’
En Dennis voegt dan ook de daad bij het woord. Hij geeft Eira nog een laatste zoen en zegt: ‘Tot zaterdag! Droom van me!’
Hij stapt in zijn klein autootje en kijkt dan nog eens zuchtend naar Eira. Dan start hij zijn auto en rijdt weg. Eira kijkt hem na en legt een hand op haar borst. Dennis heeft precies het juiste gedaan, al verlangt ze nu wel heel erg naar hem.
De volgende morgen zit Eira zuchtend aan de ontbijttafel. Chantal ziet het en zegt: ‘Wat zit je nu weer te zuchten? Was het leuk gisteren met Dennis? Jullie lijken best close te worden!’
Eira glimlacht. ‘Is het raar om nu alweer verliefd te zijn? Ik bedoel, na die hele toestand met Dylan?’
‘Nee, je leven gaat gewoon verder, Eira. Dus er begint een mooi vuurtje te ontstaan?’
Eira zucht weer eens diep. ‘Ik heb hem verteld, dat ik wilde wachten om mezelf aan hem te geven. En Dennis begreep dat. Maar hij was ook erg eerlijk en zei, dat hij het wel moeilijk vond. En daarop gaf hij me een kus en reed weg. En op dat moment werd ik zo ontzettend verliefd op hem!’
‘Je lijkt wel op mij, toen ik net met John ging. Ik was zo verliefd op hem, dat ik amper kon slapen, eten of iets anders doen. En die gelofte maakte het er niet eenvoudiger op. Maar het was het allemaal waard! Ik wilde hem zo graag, en dat wachten was echt moeilijk.
En toen gebeurde er iets, waardoor de vonk volledig oversprong. John heeft me toen mijn maagdelijkheid genomen en hij bleef ondanks alles een echte heer. Ik zie wel iets van John bij Dennis. Dennis is ook zo’n rustige man, die zijn tijd voor iets kan nemen. John is geen geweldige prater, maar als hij iets zegt, dan gaat het ook ergens over. Maar als we alleen zijn, dan kan hij echt over alles praten. Dan vertelt hij me zijn diepste geheimen, en ik vertel hem de mijne.’
‘Ook dat ene geheim?’
‘Stt, dat mag hij nog niet weten!’
Eira glimlacht. ‘Denk je niet, dat hij onderhand wat vermoedens begint te krijgen?’
‘John is niet dom, hoor! Natuurlijk weet hij wel, dat ik met iets bezig ben! Maar het is al zo moeilijk om iets voor hem verborgen te houden. Hij kan me lezen als een open boek! Dus gun me dit ook even!’
Eira glimlacht weer. ‘Denk je, dat Dennis echt zo’n type als John is?’
‘Niet helemaal hetzelfde, maar wel van hetzelfde kaliber. Ik weet zeker, als je zijn hart echt hebt, dat hij voor je door het vuur zou gaan!’
‘Ik hoop, dat hij het is! Maar soms is hij wel wat verlegen. Gisteren moest ik hem kussen, zelf zou hij dat niet gedaan hebben!’
‘Zoals ik al zei, hetzelfde kaliber als John. John was ook zo. Tegenwoordig is hij niet meer zo terughoudend. John is het type, dat echt maar van één vrouw kan houden, en ik denk, dat Dennis ook zo is. Daarom is hij ook wat terughoudender, dan jij misschien zou willen. Maar geef hem de kans, en open je hart voor hem, dan beloont hij je vertrouwen gegarandeerd!’
Ik kom dan binnen. ‘Hallo schatjes van me! Allemaal goed geslapen?’
Chantal lacht en Eira moet ook lachen. ‘Daar heeft iemand goede zin!’
Ik pak Chantal vast en geef haar een zoen, die er niet om liegt.
‘Waarom zou ik geen goede zin hebben? Afgelopen nacht heb ik de liefde gevierd met ’s werelds beste en liefste vrouw en vandaag belooft een mooie dag te worden! En ik heb misschien uitgevonden, waarom Roy ’s nachts zo vaak nare dromen krijgt. Het is de boom naast het huis.’
‘De boom?’
‘Vooral de tak, die richting hun kamer groeit. Als de maan daarop schijnt, lijkt het net alsof er een monster zijn hand naar hun uitsteekt. Het viel me gisteren gewoon op, dus vandaag ga ik die tak afzagen, die komt toch al te dicht bij het huis, dus daar moet ik toch iets aan doen!’
‘Pas je wel op, John? Moet je Joey of Daan niet even vragen?’
‘Ik bel Kurt wel even. Die helpt me wel.’
Na het ontbijt vertrekken Eira en Chantal naar Maastricht en ik haal de kinderen dan uit bed en was ze. Dan bel ik Kurt op, of hij me wil helpen die tak te verwijderen. Kurt heeft gelukkig tijd genoeg, en is tegenwoordig ook huisvader voor zijn zoon Fred. Die neemt hij dan mee, dan kan die spelen met mijn kinderen. En dan bekommeren wij ons om de tak. Maar dat blijkt toch lastiger te zijn, dan ik gedacht had. De tak is lang en dik, en kan ik niet zomaar zonder risico afzagen. Uiteindelijk besluit ik om even een hoogwerker te huren. Dat is zo geregeld, en het is dan even handig, dat Kurt er is, want dan kan ik zonder me zorgen te maken even weg. Heel lang blijf ik niet weg, en we gaan dan ook meteen aan de slag. Met touwen zorgen we ervoor, dat de tak niet direct valt, als we die doorzagen. En dat doen we in stukken, zodat de stukken niet zo heel zwaar zijn, en we die kunnen handelen.
Als we eenmaal het plan gemaakt hebben, gaan we aan de slag. Omdat ik wat zwaarder en sterker ben, dan Kurt, houd ik de touwen vast, en gaat Kurt in de hoogwerker om de tak door te zagen. Maar net als we beginnen, komen de kinderen eraan rennen, en willen onder de boom door rennen. Boos schreeuw ik naar ze, dat ze snel naar binnen moeten, maar Rob schrikt en raakt in paniek en blijft onder de tak stilstaan en huilt. En dan zie ik, dat de knoop, waarmee we het touw hebben vastgemaakt aan de tak, los begint te raken. Ik heb twee keuzes, niets doen, of risico nemen en Robert daar snel weghalen. Hoe dan ook, wat ik ook doe, het risico is groot, dat er iets zal gebeuren. Ik besluit voor het laatste. Gelukkig heeft Kurt het ook door en pakt het touw ook vast vanuit de hoogwerker. Ik grijp mijn kans en ren naar Robert toe. En net op dat moment raakt de knoop los. Ik zie de tak vallen en kan net Robert wegpakken, maar de tak valt wel op mij. Robert mankeert niets, maar ik crepeer van de pijn.
Kurt ziet meteen, dat het foute boel is, en maakt, dat hij op de grond komt. Hij belt meteen de ambulance en daarna ook meteen Chantal. Die reageert natuurlijk geschrokken, en maakt dat ze op huis aan komt. De brandweer is er sneller, dan de ambulance, en dat is maar goed ook. Met vereende krachten halen ze de tak weg en dat scheelt al in de pijn. Een van de brandweerlieden ziet al meteen het euvel van mijn klachten, een beenbreuk. En buiten wat schrammen en krassen mankeer ik verder gelukkig niets. Robert huilt dat het een lieve lust is. Hij weet, dat hij de oorzaak is, dat zijn vader gewond is geraakt en wil steeds naar me toe komen. En hoeveel pijn ik ook heb, ik vraag de brandweerman dan om hem om Robert bij me te laten komen. Ik verbijt mijn pijn en troost Robert.
Het mannetje brult er lustig op los, maar bedaart snel.
‘Heb je veel pijn, papa?’, vraagt hij dan.
Ik knik. ‘Ik zal even naar het ziekenhuis moeten. Ik denk, dat ik mijn been gebroken heb. En dat doet erg veel pijn!’
‘Heb ik dat gedaan?’
‘Het is niet jouw schuld. Ik had niet naar je moeten schreeuwen. Dat doe ik nooit en daar ben je gewoon van geschrokken. Daar kun jij niets aan doen!’
‘Word je wel weer beter?’
Ik knik. ‘Ja, ik word weer helemaal beter. Het zal wel even duren, maar ik word weer helemaal beter!’
Robert omhelst me, en ik stuur hem dan weer terug naar Kurt. Ik ben blij, dat hij weg is, want de pijn was me bijna teveel geworden. Maar dan komt de ambulance er al aan. Die nemen me mee, terwijl Kurt me toezegt om op de kinderen te passen. En ik twijfel er niet eens een seconde aan, dat hij hetzelfde zou doen voor mijn kinderen, als ik zojuist voor mijn zoon gedaan heb. En met een gerust hart vertrek ik dan richting het ziekenhuis. Daar blijkt al snel, dat ik mijn been op twee plaatsen gebroken heb, maar ik heb wel geluk, dat het rechte breuken zijn, die waarschijnlijk snel zullen genezen. Daarvoor is wel een operatie nodig en ik zal wel een aantal weken rust moeten houden en mijn been komt in het gips.
Intussen is Chantal ook in het ziekenhuis, die best geschrokken is. Ik moet haar zelfs wat kalmeren en vertel haar dan, wat er precies gebeurd is. Ze zucht diep en zegt: ‘Waarom heb je ze dan niet binnen gehouden?’
‘Daar waren ze ook, maar je weet zelf ook wel, dat ze zich niet bepaald aan regels houden. Het zijn kinderen, en die doen soms domme dingen. En voor mij was het geen keuze. Mijn leven of het zijne. Daar hoefde ik niet eens over na te denken, Chantal. Gelukkig was het niet mijn leven, maar wel mijn been. En dat geneest ook wel weer!’
Chantal moet door haar tranen heen glimlachen. ‘Dat jij nu zo kalm kunt zijn!’
‘Ach, het is gebeurd, Chantal. Ik kan er moeilijk over doen, maar wat heb ik daar nu aan? Het enige, wat ik nu wil, dat is snel naar huis. Want Robert zal niet de enige zijn, die flink geschrokken is!’
‘Dat kun je wel stellen! Eira is ook al onderweg, ze komt met de trein naar huis. En al onze vrienden zitten al thuis. Volgens mij zijn ze bezig die tak te verwijderen.’
Ik glimlach. Wat een geweldige vrienden heb ik toch! Zelfs als ik ze niet vraag, zijn ze er toch voor me. Uren later heb ik mijn gips en heb wat flinke pijnstillers gekregen. Thuis is het een drukte van jewelste. Het is, dat het goed weer is, en dat ze buiten kunnen zitten. Bijna al mijn vrienden zijn er, en dat doet me goed. Ik word onthaald als een held, maar ik heb eerst aandacht voor mijn kinderen. Die zijn echt flink geschrokken en ik sluit ze alle drie in mijn armen. Ik verzeker ze, dat alles weer goed komt. En dat lijkt te helpen. Gelukkig blijven mijn vrienden niet al te lang, omdat ik toch wat wil rusten. Alleen Kurt blijft nog wat langer.
‘We hebben die tak maar meteen afgezaagd. We waren opeens met zoveel man!’
‘Dank je, Kurt! Dan hoef ik me daar geen zorgen meer over te maken!’
‘Het is goed, dat je die wilde afzagen, misschien moet je er ook over nadenken om die boom om te zagen, John. Die tak was rot van binnen en ik denk dat binnen in die boom ook rot zal zitten.’
‘Voorlopig zit er zagen voor mij niet meer in, Kurt! Zou jij dat voor mij willen regelen?’
‘Dat komt goed, er hadden zich al vrijwilligers aangemeld. Alleen een klein vraagje, zou ik dat hout dan mogen hebben? Ik wil kijken, of ik er wat mee kan maken. Ik wil een kunstwerk maken van natuurlijke materialen.’
‘Je mag hem helemaal hebben, Kurt! Dan heb ik er ook geen last meer van!’
‘Alvast bedankt! Dan ga ik zorgen, dat die boom verdwijnt!’
Als dan de rust weer teruggekeerd is, ga ik in het bed liggen, dat mijn vrienden voor me geregeld hebben. Want voorlopig is traplopen niet voor me weggelegd. Alleen Robert is amper bij me weg te krijgen. Chantal legt hem bij me in bed en dan heb ik een goed gesprek met hem. En dat lijkt wel effect te hebben. Hij voelt zich nog steeds schuldig en dat lijk ik hem uit zijn kop te kunnen praten. Als de kinderen naar bed zijn, komt Chantal langs me zitten.
‘Ondanks dat het allemaal eigenlijk dom gelopen is, ben ik toch wel trots op je, John! Ik had er niet aan moeten denken, dat die tak op Robert gevallen was!’
‘Ik ook niet. Je hoort wel eens zeggen, dat je liever een deel van je been zou afstaan, dan je kind pijn te zien lijden. Geloof me, dat is helemaal waar! Ondanks mijn pijn, was ik blij, dat hem niets mankeerde!’
‘Wat gebeurde er nou precies? Ik heb nu zoveel verhalen gehoord?’
‘We waren eigenlijk heel zorgvuldig bezig. We hadden touwen vastgemaakt aan de takken, die we dan in stukken wilden zagen, en dan een voor een naar beneden wilden laten zakken. Ik had de kinderen gezegd, dat ze binnen moest blijven, maar het zijn en blijven kinderen, die zijn nieuwsgierig. En voor ik het wist, renden ze onder de boom door. En ik kon het touw niet loslaten, omdat Kurt net dat stuk gezaagd had. En toen liet de knoop los. Als ik niet geschreeuwd had, was er waarschijnlijk niets gebeurd, Robert raakte gewoon in paniek en bleef toen recht onder die tak staan. Dat was het eigenlijk.’
‘Dan verdient hij eigenlijk wel straf! Hij had naar je moeten luisteren!’
‘Laat hem maar, die luistert voorlopig wel! Die is echt flink geschrokken!’
‘En hij is niet de enige! Jij bent de enige, die er nog het meest kalm onder is!’
Ik trek Chantal naar me toe en zeg: ‘Waarom zou ik niet kalm zijn? Ik kan er toch niets meer aan veranderen, en ik was allang blij, dat Robert niets gebeurd was. En het is niet iets, waar ik de rest van mijn leven last zal blijven hebben. Het was een rechte breuk, al is mijn been wel op twee plaatsen gebroken. En ik wist, dat Kurt voor onze kinderen zou zorgen. Die vertrouw ik blindelings! Ik maakte me meer zorgen om jou, omdat ik bang was, dat je veel te hard zou rijden!’
Chantal lacht. ‘Ik heb me niet bepaald aan de snelheid gehouden, maar ik heb ook niet overdreven. Harder dan honderdzestig heb ik niet gereden!’
‘Niet overdrijven noemt mevrouw dat!’
‘Zo druk was het ook weer niet op de weg!’
Ik geef haar een zoen.
‘Je zal een aantal nachten zonder me in bed moeten liggen!’
‘Zo ver ben je niet weg, en anders kruip ik gewoon naast je in bed!’
Ze geeft me dan nog een laatste zoen en laat me alleen. Als ze naar de slaapkamer gaat, besef ik me, dat het alweer een hele tijd geleden is geweest, dat ik zonder haar in bed heb geslapen.
Maar van echt slapen is voor mij geen sprake, de pijn is toch wel flink, ondanks de pijnstillers. De volgende dag word ik onthaald door een vrolijke bende kinderen. Robert schijnt over de ergste schrik heen te zijn, maar ze komen allemaal kijken, hoe het met me gaat.
Chantal heeft me in een rolstoel gezet en blijft vandaag thuis, het was toch al haar thuisdag. Ik krijg bezoek van een fysiotherapeut, die een oud klasgenoot van me blijkt te zijn. Samen nemen we de oefeningen door, die ik moet gaan doen om mijn herstel te bevorderen.
Mijn moeder heeft van dit alles nog niets meegekregen, maar het nieuws heeft haar inmiddels ook al bereikt. Ze belt me dan ook meteen op.
‘Waarom heb je niet gebeld, John! Ik schrok me rot, toen ze me zeiden, dat je naar het ziekenhuis bent afgevoerd!’
‘Het is er gewoon niet van gekomen, mam! En toen ik weer thuis kwam, was het hier een drukte van belang en heb ik er niet meer aan gedacht. Maar goed, dat je belt, want ik moet Jolien en Joris ook nog op de hoogte brengen! Die weten ook nog van niets!’
‘Is het goed, als ik zo even kom?’
‘Natuurlijk! Ik heb alleen maar mijn been gebroken, veel meer is het ook weer niet!’
Ik hang op en zeg: ‘Mam komt zo. Zet maar vast koffie! En ik bel nu Joris en Jolien op, dus hou je maar vast voor nog meer telefoontjes!’
Ik bel dan Jolien op.
‘Hey, John! Waar danken we dit nu weer aan, dat je midden op de dag ons belt?’
‘Danken… Nee, ik bel niet om ergens voor te danken, behalve dat het niet erger is. En niet schrikken, zo erg is het ook niet! Ik heb gisteren een ongeluk gehad en heb nu een gebroken been.’
‘O god! Hoe is dat gebeurd?’
Ik leg het Jolien uit en die slaakt dan een zucht van verlichting. ‘Dat had ook veel naarder kunnen aflopen, John!’
‘Dat weet ik, maar wat had ik dan moeten doen?’
‘Je had niets anders kunnen doen. Ik zou hetzelfde gedaan hebben!’
‘Ja, precies. Daarom kan ik er wel boos om zijn, maar het verandert niets.’
‘Ik denk, dat we overmorgen even op ziekenbezoek komen, John!’
‘Dat is goed. Dan is Chantal ook thuis.’
‘Je gelooft toch zelf niet, dat ze nu nog gaat werken!’
‘O jawel, hoor! Daar ga ik straks nog met haar over praten. Ze is zo hard bezig met haar musical, en die vertraging kan ze niet gebruiken. Daar vinden we wel een oplossing voor! En het is niet meer zo, dat je maanden niets meer mag doen! Ik moet nu alweer oefeningen doen, de fysio is net al geweest.’
‘Dat is snel!’
‘Ja, een beetje geluk mag nu ook wel! Hij had toevallig even wat tijd. En dat was mijn geluk. Nou ja, ik had dit geluk liever niet gehad, en dat ik geen been gebroken had!”
Er stopt dan een auto voor de deur. Ik kijk verbaasd en roep Chantal. ‘Chantal, kun je even kijken, wie dat is?’
Ik zeg tegen Jolien: ‘Sorry, Jolien! We krijgen bezoek van iemand, die we niet kennen. Dus ik ga even ophangen. Ik bel je later wel terug!’
‘Dat is goed, John! Alvast beterschap!’
Chantal komt dan terug met een man in uniform, die ik van de brandweer herken. Het blijkt de commandant van de brandweer te zijn.
‘Ah, mijnheer Vliegers! Ik zie, dat u al in het gips zit! Ik mag hopen, dat het niet ernstig is?’
‘Een rechte breuk, ik heb geluk gehad.’
‘Dat heeft u zeker. We kregen zojuist bezoek van een vriend van u, Kurt Janszen. Hij vertelde me, dat de tak, die u probeerde weg te halen, nogal rot was, en dat waarschijnlijk de boom ook rot kon zijn. En omdat veiligheid voor ons hoog in het vaandel staat, kom ik u aanbieden om de boom voor u weg te halen. Ik zou dit graag in de vorm van een oefening willen doen, want ook dit werk behoort tot onze taken. Dan bent u van uw boom af en wij hebben goed kunnen oefenen.’
‘En zijn daar kosten aan verbonden?’
‘Nee, hooguit wat koffie voor mijn collega’s!’
‘Nou, dat lijkt me een goede deal! Maar kunt u dan ook zorgen voor goede afzetting? Het is juist door het gebrek aan afzetting, dat dit ongeluk heeft kunnen plaatsvinden.’
‘U wilt voorkomen, dat uw kinderen wat gebeurt. Dat kan ik helemaal begrijpen! We hebben nog wel wat hekken. Maar misschien kunnen we nog meer doen. Het spijt me, als ik meteen even gebruik maak van de gelegenheid, maar ik zie, dat u een grote binnenplaats heeft en ook een loods. Dat zou een goede gelegenheid zijn om mensen te tonen, wat we zo allemaal doen. Dat doen we ook al op de kazerne, maar daarmee bereiken we niet alle burgers. En met de nieuwe woonwijk in aantocht, vinden we het belangrijk, dat mensen weten, wat we allemaal doen. Dus als we hier dan ook een demonstratie mogen geven, dan zouden we daar erg blij mee zijn!’
‘Nou, ik ben jullie nogal wat schuldig, maar ik moet dit natuurlijk wel even overleggen.’
Chantal zegt meteen: ‘Wat is er te overleggen, John? Ik ben helemaal voor! Dit zou voor ons een mooie manier zijn om dankjewel te zeggen!’
Ik knik. ‘Dat ben ik met Chantal eens. Ik heb opeens veel meer respect voor jullie werk gekregen!’
‘Dat horen we graag! En ik zal eerlijk zijn, we hopen met die demonstratie ook nieuwe vrijwilligers te werven. Misschien later iets voor u?’
‘Hmm, ik weet het niet. Op zich staat het me niet tegen, maar ik heb het al zo druk met mijn gezin, mijn leven en mijn hobby’s. Maar aan uw verzoek werk ik wel graag mee!’
Chantal duwt me met mijn rolstoel over het terrein, terwijl ik met de man wat dingen doorspreek. Intussen is mijn moeder er ook al, en ze bemoeit zich er ook meteen mee. Ze vindt het jammer, dat de boom weg moet, maar begrijpt, dat het noodzakelijk is.
Op mijn werk zijn ze natuurlijk minder blij met mijn nieuws over mijn gebroken been, maar ze tonen begrip. En daarbij kan ik nog steeds werk doen vanuit mijn stoel. En dat is maar goed ook, want er ligt nog een hoop werk. ’s Avonds komt Dennis weer op bezoek. Hij komt deze keer niet voor Eira, maar voor mij.
‘Ze hadden me gezegd, dat als ik inkoper wilde worden, dat ik de sollicitatie bij jou moest doen.’
Ik glimlach. ‘Dus je wilt het wel gaan doen?’
Dennis knikt.
‘Goed, dan gaan we een echt sollicitatiegesprek voeren. Ik wil gewoon duidelijk zijn, wat ik van je verwacht, en ik wil ook weten, wat jouw verwachtingen zijn.’
We voeren dan een interessant gesprek, maar ik laat Dennis in het ongewisse over de uitkomst van het gesprek. De volgende dag bel ik met de HR-manager, Arnold.
‘Hallo Arnold! Gisteren had ik Dennis op bezoek voor een sollicitatie.’
‘Ah, hij heeft er dus meteen werk van gemaakt? Die jongen is goed bezig!’
‘Hij wist de weg al naar hier vinden, Arnold. Hij en Eira zijn vrienden. Maar dat is niet de reden, waarom ik hem bij mijn team wilde hebben.’
‘Ik had al zoiets gehoord. Maar vertel.’
Ik leg de man uit, waarover we gesproken hebben, en dat ik nog steeds wil, dat Dennis bij de inkoop komt.
‘Dan ga ik ervoor zorgen, dat hij zo snel mogelijk begint. En eigenlijk zou ik wel willen, dat jij hem inwerkt.’
‘Maar ik kan voorlopig nog niet naar kantoor komen!’
‘Dan moet het maar van bij jou thuis uit, John. Ik hoop niet, dat je daar een probleem mee hebt?’
‘Nee, helemaal niet! Misschien is dat zelfs goed. Dan kan hij me aanvullen, waar ik nu bepaalde werkzaamheden wat moeilijker kan doen.’
‘Zo had ik dat ook al bedacht. En je hebt altijd goede invloed op mensen, en dan kun je Dennis zo vormen, zodat hij beter in je team past.’
‘Goed, ik ga akkoord, maar ik wil hem niet hier de hele week hebben. Niet omdat ik hem niet mag, maar omdat hij ook binding moet krijgen met de rest van het team.’
We komen al snel tot een overeenkomst en Arnold staat me toe, dat ik Dennis zelf het goede nieuws breng. Ik bel hem zelf op.
‘Hallo, met Dennis Geraerts.’
‘Goedemorgen, met John Vliegers!’
‘John! Jou had ik niet verwacht!’
‘En waarom niet? Heb je het dan zo druk?’
‘Nee, eigenlijk niet. Hoezo?’
‘Dan pak je nu je spullen en kom je naar Echt toe. Ga nog wel eerst even langs bij Arnold de Laat om je nieuwe contract te tekenen, en dan kom je zo snel mogelijk hierheen. De komende weken ben je op maandag, dinsdag en vrijdag in Echt, waar ik je zal opleiden tot inkoper, en dat is buiten de cursussen, die je nog zult moeten gaan volgen. Woensdag en donderdag ben je op het werk, vooral om je nieuwe collega’s te leren kennen. Welkom bij het team inkoop, Dennis!’
‘Wat? Echt? Ik ben aangenomen?’
‘Ja, je bent aangenomen. En dat gaat per direct in.’
‘Cool! Ik ga meteen mijn spullen pakken en kom zo snel mogelijk naar je toe!’
‘Vergeet niet eerst je contract te tekenen bij Arnold.’
‘Maak je maar geen zorgen. Wauw! Ik ben echt blij!’
Ik glimlach, ik kan het enthousiasme aan zijn stem horen.
‘Dan zie ik je zo meteen wel!’
Ik hang op en Chantal ziet me glimlachen, als ze binnenkomt.
‘Wat ben jij aan het glimlachen?’
‘Ik heb net Dennis aangenomen als nieuwe inkoper. Het gesprek, dat ik gisteren met hem had, was voldoende. Hij heeft de motivatie en het niveau om inkoper te worden. Maar dat wist ik eigenlijk al, anders had ik hem niet gevraagd. En de komende weken is hij maandag, dinsdag en vrijdag hier.’
‘Dat zijn de dagen, dat jij normaal hier bent!’
Ik glimlach. ‘Dat heb ik zo afgesproken met de HR-manager. Hij wil graag, dat Dennis zo snel mogelijk ingewerkt wordt, en daarbij kan hij me hier nu ook heel erg goed ondersteunen met de dingen, die ik zelf nu even niet kan. En dan kan jij toch gewoon gaan werken, en hoef jij je geen zorgen te maken om mij.’
Chantal glimlacht. ‘Zelfs nu denk je nog aan mij!’
‘Ik weet toch, hoe belangrijk die musical voor je is, Chantal! En wat belangrijk voor jou is, dat is belangrijk voor mij. En toevallig is de timing nu goed. Het is nu misschien wel wat sneller gegaan, dan de planning op het werk was, maar dat is dan maar zo.’
‘Wilden ze die beslissing dan later nemen?’
‘Ja, ze zitten met die uitbreiding. Maar ik heb ze gezegd, dat we nu ook al onderbezet zijn, en dat we echt iemand nodig hebben. Het is nog niet zo, dat Dennis al meteen gesprekken gaat voeren met de leveranciers, maar dat weet hij al. Hij kan voorlopig het werk op zich nemen, dat wij er anders erbij moeten doen. Later, als hij klaar is met zijn cursussen, dan is dat wat anders. Maar tegen die tijd zou de uitbreiding ook een feit moeten zijn, en dan hebben we hem ook hard nodig. Dan komen er weer nieuwe leveranciers bij. Dat geeft Dennis de kans om goed vertrouwd te raken met de materie en bereid hem goed voor op de toekomst!’
‘En het feit, dat je nu met een gebroken been thuis zit, heeft ze overgehaald om de zaken wat te bespoedigen?’
‘Dat zal het laatste zetje gegeven hebben om het sneller te doen. Eigenlijk wilden ze nog twee weken wachten, maar ik ben blij, dat ze het nu al gedaan hebben.’
‘Waarom twee weken wachten?’
‘Dan hopen ze bericht te krijgen van de banken en overheden. Dan kan de bouw beginnen en moeten ze ook beginnen met het werven van nieuw personeel. Dat ben ik dus nu allemaal voor.’
‘Dus je hebt iedereen te slim af geweest?’
Ik lach. ‘Op mijn been na, dat had nooit mogen gebeuren!’
Een uur later komt de kleine auto van Dennis het erf op gereden. Hij parkeert zijn wagen en komt binnen met een grote Limburgse vlaai.
‘Dat was ook weer niet nodig geweest, Dennis!’
‘Jawel, want dit moet ik vieren! En hij is nog warm, net bij de bakker gehaald!’
Ondanks dat het niet hoefde, laten we ons die lekkernij niet ontgaan. Maar daarna zet ik Dennis meteen aan het werk. Ik leg hem uit, hoe hij bepaalde dingen moet doen, wat hij lekker snel oppikt. Eigenlijk op hetzelfde tempo, als hij dingen oppikt, als we aan de wagens aan het werken zijn. Er zitten wel een goed stel hersenen verborgen onder die hersenpan. En terwijl hij werkt, doe ik mijn oefeningen.
Samen met Dennis lukt het me dan toch om al mijn werkzaamheden uit te voeren. Alleen een afspraak met een leverancier moet ik op een creatieve manier oplossen. De man wilde op de zaak voorbijkomen, maar daar kan ik voorlopig niet komen met mijn been. Dus heb ik met de man bij me thuis afgesproken. Dat zou ik niet met iedere vertegenwoordiger doen, maar ik ken deze man al uit de oldtimerscene. Hij is net zo’n grote liefhebber van oldtimers, dan ik dat ben.
Vrijdag komt de man dan. Ik kom hem tegemoet met mijn rolstoel, mijn vrienden hebben een kleine helling gemaakt, waar ik op en af met mijn rolstoel kan, zodat ik ook over het erf kan rijden en op het terras kan komen. Het is mooi weer, dus daar gaan we dan ook zitten. Dennis is door Chantal intussen wat bekend gemaakt in de keuken, want hij moet ons voorzien van koffie. En daarbij wil ik ook, dat Dennis deze man leert kennen. Hij zal wel vaker met hem contact moeten opnemen, als er iets niet klopt met de bestellingen.
‘Hey John! Zo zien we elkaar een keer bij je thuis!’
‘Victor! Maar denk maar niet, dat ik hier een gewoonte van ga maken. Het is dat ik je ken, anders had ik geweigerd.’
‘Dat begrijp ik helemaal. Wat is er gebeurd?’
‘Ik probeerde een tak van die boom daar te verwijderen, en toen rende een van mijn kinderen onder de boom door, toen een stuk van die tak dreigde te vallen. Tja, dan denk je niet na, dan doe je. Liever dat leven van jou, dan dat van hem.’
‘Met als gevolg een gebroken been, ik begrijp het. Dat is anders een flinke boom!’
‘Ja, en hij gaat ook helemaal om. De brandweer gaat die omzagen. De binnenkant is rot en ze maken er dan een oefening van. Had ik dat eerder geweten, dan had ik nu geen gebroken been!’
‘Hoe krijg je de brandweer zo gek om dat voor je te doen?’
‘Het was een idee van hunzelf. Dan zeg je geen nee. En in ruil mogen ze hier een demonstratie geven om nieuwe leden te werven. Iedereen blij.’
‘Niets voor jou, John?’
‘Nee, geen tijd. En ik werk ook niet in de buurt. Dat gaat niet werken!’
We nemen dan de details door, die hij met me wil bespreken en na een goed half uur zijn we er wel aan uit.
‘Zo, en nu wil ik nog eens je wagen bekijken!’
Ik glimlach en laat me dan door Dennis naar de loods rijden. De wagen van Dennis staat op de brug en Victor kijkt nieuwsgierig. ‘Een Mustang cabrio? Wauw, niet slecht! Van wie is die?’
Dennis glimlacht. ‘Dat is de mijne.’
‘Dus jij bent ook oldtimerfanaat?’
Victor kijkt me aan en zegt: ‘Dus je kiest je collega’s op voorkeuren voor oldtimers?’
Ik lach. ‘Nee, dat is toeval. Maar ik had een slechtere keuze kunnen maken. Helaas kon ik hem niet warm maken voor een Cadillac, maar je kunt niet alles hebben!’
Dennis lacht. ‘Ik ben al blij, dat ik dit kan betalen, man! Maar John is wel degene geweest, die me echt heeft aangestoken met dit virus!’
‘Dan is hij goed bezig! Wat voor motor ligt erin?’
‘Eigenlijk een zescilinder, maar ik ga er een 302 Windsor in leggen. Niet heel erg krachtig, maar ook geen echte benzineslurper. Maar wel een achtcilinder, en Daan gaat me helpen de motor goed af te stellen.’
‘En ik zie niet veel laswerk. Frame niet los gehad?’
‘Nee, dat zou te duur worden. Misschien later. John zei me, dat de carrosserie er nog goed genoeg uitziet, dus een volledige restauratie hoeft nog niet. En bovendien zou ik dat ook niet kunnen betalen. Ik wil nu eerst plezier van de wagen hebben.’
‘Dat is ook belangrijk. Dat zal wel een vrouwmagneet worden!’
Ik lach. ‘Dan heeft hij een probleem met Eira, denk ik. Die zal niet blij zijn, als Dennis met vreemde vrouwen in die wagen zal zitten!’
Dennis lacht. ‘Die kans is nogal groot.’
‘Eira? Jouw pleegdochter? Je houd het wel in de familie, John!’
‘En ook dat is toeval. Die twee hebben elkaar gevonden, daar heb ik niets mee van doen. Maar hoe staat het met jouw wagen?’
‘Die mag weer op de brug. De roestduivel heeft toegeslagen. Maar ik heb geen tijd om er iets aan te doen.’
‘Laat Daan er eens naar kijken, Victor. Hij heeft tegenwoordig een hele goede lasser in dienst, die maakt van iedere wagen weer een roestvrije wagen, zonder dat je er iets van ziet. En opgeleid door mij!’
‘Ow? Wie is dat dan?’
‘Joey. Die met die Zwarte Plymouth Vailliant. Je hebt die wagen toch gezien in het eerste jaar en je weet hoe die er nu uitziet!’
‘Ja, die is echt mooi geworden. Ik ben normaal niet zo’n fan van Plymouths, maar die vind ik wel mooi.’
‘En zeker als je bekijkt, dat hij er dagelijks in rijdt!’
‘Echt? Gebruikt hij die wagen dagelijks?’
‘O ja, en op dat hele ding vind je geen enkel krasje. Joey heeft zich snel bekwaamd in het lassen en spuiten van wagens. Daar heeft Daan een hele goede kracht aan. Sterker nog, zonder Joey was zijn zaak nooit zo goed geworden!’
‘Dat is misschien een goed idee, en Daan is goed met het mechanische gedeelte, dan kan hij de wagen misschien eens helemaal onder handen nemen. Dat is onderhand wel nodig, en ik wil hem eigenlijk nog lang niet kwijt!’
‘Rij er straks even langs, dan weet je meteen of hij tijd heeft.’
We bekijken dan de wagen van Chantal, die nu ook wat anders uitziet.
‘En dat is de wagen van Chantal, of niet? Die ben je weer aan het opknappen?’
‘Dat is de bedoeling. Een heel klein beetje laswerk, maar hij moet opnieuw gespoten worden, en de motor, versnellingsbak en de assen worden gereviseerd. En het interieur wordt weer opgeknapt. Dat heeft allemaal geleden van dagelijks gebruik. Gelukkig is dat nu niet meer aan de orde, Chantal heeft nu een andere wagen voor dagelijks gebruik: Een Cadillac BLS en ik heb een Cadillac BLS wagon V6.’
‘Dat doe je niet slecht! Bevalt je goed?’
‘O, het rijdt heel erg goed, maar de V6 is wel wat schadelijk. Hij rijdt echt heerlijk, maar Daan wist misschien nog een CTS staan. Hetzelfde vermogen, maar stukken zuiniger.’
‘Hmm, als je je wagen weg wilt doen, dan zeg dat even! Ik zoek nog zoiets voor mijn vrouw. Misschien krijg ik haar dan eindelijk aan een Amerikaan! En dit kon ze wel een leuk vinden!’
‘Maak maar foto’s, Victor!’
Een half uur later is de wagen al zo goed als verkocht. Als Victor weg is, moet Dennis hard lachen.
‘Niet te geloven, hoe gemakkelijk je hem inpakte!’
‘Dan had hij maar niet zo overduidelijk moeten zijn. Een lesje voor jou als inkoper, nooit al je kaarten op tafel leggen. En nu zal ik maar Daan gaan bellen, dat hij me de CTS kan regelen… Chantal zal wel weer even zeuren, maar ze zal ook geen nee zeggen tegen ongeveer honderd euro in de maand minder aan brandstof!’
Als Chantal die avond thuis komt, heeft Daan net mijn nieuwe auto gebracht.
‘John? Wat is hier aan de hand?’
‘Ik heb mijn Cadillac ingeruild voor een andere.’
‘Ja, dat zie ik! En dat bespreek je dan niet met mij?’
‘Normaal zou ik dat ook gedaan hebben, maar ik kreeg een paar uur geleden een telefoontje, dat hij mijn Cadillac wilde kopen voor zijn vrouw, en tja, dan moet ik weer een andere hebben. En deze wist Daan goedkoop te staan. En die kost behoorlijk minder aan brandstof.’
Chantal schudt haar hoofd. ‘Mannen en auto’s!’
Ik trek haar naar me toe en zeg: ‘En zeg eerlijk, je vind die oude wagen van mij ook lelijk!’
Ze moet lachen. ‘Je kent me veel te goed. Sorry, ik vind het inderdaad niets. Hij rijdt wel lekker, maar dat doet de mijne ook! Wat is dit voor een type?’
‘Een Cadillac CTS. Ook een viercilinder, maar wel honderd pk meer dan de jouwe. En een stuk jonger en ook zuiniger.’
Chantal grijnst. ‘Jij mag er toch nog niet in rijden, dus ik kan wel een testritje maken?’
‘Ga je gang!’
Ze stapt in en rijdt met de wagen weg. Daan komt lachend naast me staan.
‘Daar kom je goed mee weg, John! Dat hoef ik niet te flikken met Melissa!’
Ik lach. ‘Daarvoor moet je Chantal goed kennen. Weet je nog zo’n ding te staan?’
‘Ja, hoezo? Zelfde bouwjaar. Kost ook ongeveer hetzelfde.’
‘Dan heb ik een nieuwe koper nodig voor haar oude. Ik ken Chantal goed genoeg, dat ze straks dezelfde wil.’
‘Je bent gek! Maar ik regel het wel voor je, hoor! Maar die heb ik niet morgen hier!’
‘Geen probleem, Daan. Ik kan voorlopig toch nog niet rijden. Wat voor kleur is die?’
‘Een rode.’
‘Regel het maar!’
Vijf minuten later is Chantal al weer terug.
‘Oei, dat rijdt wel heel erg lekker!’
Ze kijkt me aan en zegt: ‘Weet je wat, John? Koop jij maar een andere, dan houd ik de deze!’
‘Dat dacht ik al. En Daan wist een rode te staan, en ik denk, dat jij die mooier zal vinden.’
Chantal lacht. ‘Hoe wist je het?’
‘Omdat ik je heel goed ken, Chantal! Daan gaat het voor ons regelen.’
Daan schudt lachend zijn hoofd. Dan zegt hij: ‘Wacht, ik moet even Melissa bellen. Ze wil ook een andere auto, en waarom niet die?’
Chantal lacht. ‘Ik weet zeker, dat ze die wel zou willen. Laatst reed ze met me mee en ze vond het echt lekker rijden!’
We gaan dan op het terras zitten, als even later Melissa eraan komt rijden in haar klein autootje. Ze kijkt meewarig naar ons en schudt haar hoofd. ‘Jullie zijn echt gestoord! Jullie hebben amper die auto’s gekocht, of jullie kopen alweer andere!’
‘Alsof jij die wagen van mij niet wil hebben!’
‘Willen jullie dat echt doen?’
Chantal knikt. ‘Ik heb het er net met John over gehad. Die wagen is wel fijn, maar ik zal misschien ook vaker verder weg moeten. En dat is wat meer luxe niet slecht. Niet dat de BLS niet luxe genoeg is, maar de CTS is toch wel een slag anders. Om maar niet te spreken van meer vermogen!’
‘Jullie hebben echt geld te veel!’
Ik lach. ‘Dat valt wel mee, maar dit hadden we meteen moeten doen. Ik heb eigenlijk geen stationwagen meer nodig, en we wisten eigenlijk ook al, dat Chantal misschien wel meer kilometers moest gaan rijden. Daarom ben ik ook begonnen aan de restauratie van de Dodge. Die was daar helemaal niet voor geschikt. De BLS was al beter, maar op het moment, dat ik naar die wagens aan het kijken was, waren er geen CTS beschikbaar. Dat maken we nu dan weer goed. De nieuwe wagen voor Chantal moet nog van Amerika komen en moet dan nog eens nagekeken worden, in de tussentijd kan ze met mijn wagen rijden. Ik kan voorlopig toch nog niet rijden.’
En zo is de deal al snel rond. Dennis vraagt dan: ‘Gaat dat vaker zo hier?’
Chantal lacht. ‘Vaker dan me lief is. Maar John heeft wel gelijk, dit hadden we meteen moeten doen. En als ik het zo hoor, kost het ons eigenlijk alleen maar de meerprijs. En dat valt ook weer best mee.’
Dennis zegt lachend: ‘Ik zou willen, dat ik dat geld had!’
Ik glimlach. ‘Dat komt nog wel, Dennis. Als je straks je diploma inkoper hebt, ga je ook meer verdienen. En bovendien werken we allebei, en daar kunnen we meer dan goed van rondkomen.'
Chantal knikt. ‘Ik verdien wel niet zoveel als John, maar omdat John ook nog inkomsten heeft van de loods en zijn land, is er genoeg geld voorde hypotheek niet zo heel hoog. En na de vaste lasten blijft er nog genoeg over voor onze hobby’s. En ik weet, dat John wel een en ander gespaard heeft, dus dit kunnen we ons wel veroorloven. Al had ik eigenlijk dit jaar nog een zwembad willen kopen… Nou ja, dan wordt dat volgend jaar. Misschien ook beter, dan zijn de kinderen iets groter.’
‘Die amuseren zich ook in zo’n klein opblaasbadje. Ik vind ze nog steeds te klein voor zo’n groot zwembad.’
Daar is Chantal het niet helemaal mee eens, maar ik weet wel waarom ze een zwembad wil, om er zelf in te liggen. Maar in de zomer zijn we vaak weg met de auto’s en een zwembad heeft toch verzorging nodig. En zolang onze kinderen nog klein zijn, wil ik daar nog niet helemaal aan. Maar daar zullen we nog wel over praten, daar maak ik me geen zorgen over.
Een week of vier verder kan ik weer wat lopen, maar ik kan zelf nog niet rijden. Dennis komt me ophalen en brengt me naar mijn werk. Daar kan ik wel met krukken lopen, al kom ik niet veel van mijn kantoor af. Maar het brengt me wel weer onder mijn collega’s en ik kan ook weer afspraken maken met leveranciers. Maar dat is niet het belangrijkste voor mij, want nu kan ik weer gewoon in mijn eigen bed langs Chantal slapen. Want dat hadden we allebei wel heel erg gemist. De eerste avonden heeft Chantal nog bij mij in bed gelegen, maar dat bed was gewoon te klein om comfortabel te liggen. Seks zit er nog niet in, maar dat vind ik niet eens erg.
Intussen is Chantal ook heel erg gevorderd met haar musical. Ze vertelt me dagelijks over de vorderingen en ze wil dan ook, dat ik naar de generale repetitie kom kijken. En daar ben ik dan ook erg nieuwsgierig naar. En tussen Eira en Dennis begint echt wat moois op te bloeien. Dennis toont zich echt een heer naar Eira toe, en dat lijkt ze ook echt te waarderen. En dat hebben Hilde en Sean ook te horen gekregen, en nu willen ze graag Dennis een keer ontmoeten, omdat ze niet nog eens een toestand als met Dylan willen meemaken. Ze hebben mij en Chantal daar al over gebeld, en ze zijn wel blij met onze meningen over Dennis. Maar ze willen het gewoon met eigen ogen zien en hem spreken. En over Dennis maak ik me niet zo heel veel zorgen, die jongen is gewoon een goede jongen. Alleen weten Eira en Dennis hier nog niets van. Als ik die avond thuiskom, en Eira met Dennis in de loods bezig is, bespreek ik dit met Chantal.
‘Sean belde me vanmiddag nog op, Chantal. Ze komen naar de première. Wat doen we, laten we ze slapen in de caravan? Lijkt me op zich een beter idee, dan in de logeerkamer. Daar hebben ze meer ruimte en het valt niet zo op. Het moet toch een verrassing blijven, dat wilden ze graag!’
‘Als ze daarmee geen problemen hebben, lijkt me dat inderdaad een goed idee. Ik ben alleen benieuwd hoe Eira daarop reageert. Ze is niet meer dat meisje, dat destijds uit Noorwegen vertrok!’
‘Ik denk, dat Eira gewoon een beetje bang is om naar haar ouders toe te gaan, omdat het de vorige keer zo’n fiasco was. Dat dacht Sean trouwens ook al.’
‘Die kans is wel groot, inderdaad. Maar Dennis is geen Dylan, in de verte niet eens!’
Opeens krijg ik een idee. Ik heb het telefoonnummer van Dennis zijn ouders, want hij woont nog steeds thuis. Ik pak mijn telefoon en bel ze gewoon op.
‘Hallo, Martin Geraerts.’
‘Ah, mijnheer Geraerts! U spreekt met John Vliegers.’
‘Ah, waar Dennis tegenwoordig zo vaak is. Er is toch niets gebeurd, mag ik hopen?’
‘O nee, niet met Dennis, maakt u zich geen zorgen. Die is lekker bezig aan zijn droomwagen.’
‘Ja, dat is me wat! We waren er in eerste instantie niet zo blij mee, maar ik heb hem de laatste jaren niet zo vrolijk en opgewekt gezien!’
‘Dat kan meerdere redenen hebben.’
‘Ja, hij maakt zich zijn droom werkelijkheid en hij werkt er ook echt hard voor. En natuurlijk helpt het ook, dat hij nu een betere functie heeft gekregen.’
‘Ja, ik had ook specifiek om hem gevraagd, toen de vacature eenmaal vrijgegeven was. En hij doet het echt niet slecht.’
‘O ja, u bent ook de baas van Dennis!’
‘De chef, niet de baas. Ik ben hoofd inkoop en Dennis valt onder mijn verantwoordelijkheid. Maar daar bel ik niet over. Heeft Dennis het toevallig ook over andere zaken gepraat?’
‘U bedoelt zijn vriendin?’
‘Ja, Eira. Ik wist niet, hoever u op de hoogte was. Ik weet niet, of u het wist, maar Eira is mijn pleegdochter.’
‘Ja, dat heeft Dennis ons verteld. Ze woont bij u, maar komt oorspronkelijk uit Noorwegen?’
‘Ja, precies zo. Maar ik weet niet, hoever u op de hoogte bent van haar leven?’
‘Niet zo heel erg veel. Is er iets, dat we moeten weten?’
‘Niet zo zeer, behalve dan dat ze echt een hele nare tijd achter de rug heeft. Ze was verloofd en dat is niet heel erg goed gegaan. En de ouders van Eira zijn wel blij, dat ze nu weer iemand anders heeft gevonden, maar maken zich wat zorgen over Eira. En dat doen wij ook wel. Kijk, ik ken Dennis van het werk en van de tijd, dat hij hier is, maar ik heb zo eigenlijk geen idee, hoe hij normaal is.’
‘Wat kan ik zeggen? Dennis is een heel gewone jongen, niet echt opvallend, altijd vriendelijk en staat altijd voor iedereen klaar. En hij is gek van oude auto’s. Maar dat wist u al.’
‘Nou, dat wilden we eigenlijk weten. Zou u interesse hebben om een keer op bezoek te komen?’
‘Ja, dat lijkt me eigenlijk wel leuk. Dan kunnen we eens zijn wagen bekijken en eens met jullie kennis maken. Dan weten we ook weer, met wie Dennis omgaat.’
‘Zullen we komende vrijdag afspreken? Dan zijn er toevallig meer leden van de club aanwezig, waar Dennis nu ook bij is, dat zijn allemaal autoliefhebbers. Ik zou alleen dansschoenen meenemen, want de band gaat oefenen.’
‘De band?’
‘Enkele leden van de club zitten in een band, en die oefenen vaak op vrijdag in de loods. En dan worden nog wel eens spontaan gedanst worden. Zelf kan ik even niet dansen, vanwege mijn blessures, maar als ik weer de kans krijg, zal ik dat zeker weer gaan doen!’
‘O, en wat spelen ze?’
‘Hoofdzakelijk jaren vijftig, zestig en zeventig Rock & Roll, Boogiewoogie, swing en dat soort muziek.’
‘Zo, dat is nog een mooie muziek! Ik moet het even overleggen, maar ga er maar vanuit, dat we komen!’
Ik neem dan afscheid en hang op.
Ik kijk grijnzend Chantal aan. 'Die komen dus kijken en mee swingen! Jammer dat ik niet mee kan doen!’
‘We zouden kunnen zingen, dat vindt Gerard helemaal niet erg!’
‘Ik zal Gerard eens bellen, dat we wat langer oefenen. Eens kijken of Dennis ook wat kan van dansen...’
O, dat wordt dus de ontgroening?’
‘Zo zou je het kunnen zeggen. Vertellen we Eira erover?’
‘Ja, dat zou ik wel doen, anders kon ze wel eens boos worden.’
‘En dat willen we niet. Kom, we gaan eens kijken naar de tortelduifjes! Ik moet toch weer wat bewegen met mijn pootje! Maar eerst bel ik even met Gerard.’
Chantal glimlacht en ik bel Gerard op, die wel te porren is voor een wat uitgebreidere repetitie. Daar lopen Chantal en ik met mijn krukken richting de loods. Maar als we daar aankomen, zijn Dennis en Eira met heel andere dingen bezig, dan aan de wagen te werken. We betrappen ze, als ze hevig met elkaar aan het zoenen zijn.
We kuchen. ‘Ahum! Dus dit verstaan jullie onder hobbyen?’
Geschrokken laten ze elkaar los, maar zien ons lachen. Dan moeten ze zelf ook hard lachen.
‘We hoorden jullie niet aankomen...’
‘Dan is het maar goed, dat jullie ouders niet nu hier staan. Maar ga gerust verder, en trek je niets van ons aan!’
Eira zegt dan gevat: ‘Geen zorgen, dat doen we zo ook wel!’
We moeten lachen. ‘O ja, voordat ik het vergeet, komende vrijdag houdt de band een uitgebreide repetitie en het zal dan wel drukker worden. En Dennis, ik heb je ouders ook even uitgenodigd. Het leek me leuk om ze te leren kennen, en ik bedacht me ook, dat ze wel wilden weten, waar hun zoon de hele tijd uithangt.’
Eira kijkt niet heel erg blij, maar Dennis schijnt het niet erg te vinden. Hij heeft al eens de band horen spelen en een bijeenkomst van de club meegemaakt. Die zijn altijd best gezellig en dat motiveert hem nog meer om zijn wagen op te knappen. En dat wil hij best aan zijn ouders laten zien.
‘O, dus ze willen wel eens zien, waar ik aan werk?’
‘Ja, maar ook de mensen, waar je mee omgaat. Ik denk, dat je meer begrip kunt kweken bij je ouders, door te laten zien, wat het eigenlijk inhoudt. Nu zijn wij geen representatief voorbeeld, maar wel een heel gezellig club met extra's, die je bij geen andere club krijgt. Niet dat jij nog de goedkeuring van je ouders nodig hebt, maar omdat je nog thuis woont is het wel handig, als ze er meer begrip voor hebben.’
‘Ja, misschien is het wel goed. Ze wisten wel, dat ik zo'n wagen wilde hebben, maar ze begrijpen niet goed waarom. En hier in de loods zou je jezelf soms in een museum wanen met al die mooie wagens!’
‘En die van jou komt er ook wel zo mooi uit te zien. Heb je die as alweer gemonteerd?’
‘Ja, helemaal klaar! Eira had hem in de primer gezet, en die is nu aan het drogen.’
‘Aha, dus daarom dachten jullie, er is toch niemand, dus we kunnen wel wat anders gaan doen?’
Dennis lacht. ‘Zoiets.’
Eira kleurt wat rood en Chantal zegt lachend: ‘Schaam je je nu, Eira?’
‘Een beetje. Ik had jullie helemaal niet verwacht!’
‘Ook al ben je volwassen, Eira, we hebben nog steeds de zorg over jou. Dus dan willen we ook weten, waar je bent en wat je aan het doen bent. En ik denk, dat we je genoeg privacy geven om met Dennis alleen te kunnen zijn!’
Eira glimlacht. ‘Dat is ook wel zo. Ik voel me hier vrijer, dan ik thuis zou kunnen zijn. En Dennis is zo ontzettend lief voor me!’
‘Ja, dat zagen we! Maar komen jullie nog even wat drinken, of hebben jullie het nog druk met andere zaken?’
Eira lacht. ‘Wat koffie zou niet slecht zijn. Die andere zaken kunnen nog wel even wachten!’
Enkele uren later gaat Dennis weer naar huis toe, en Eira kijkt hem zuchtend na. Chantal gaat naast hem staan. ‘Je hebt het goed van hem te pakken, Eira!’
Eira knikt. ‘Ik hoop alleen, dat hij niet zoals Dylan is.’
‘Dat denk ik niet. En het is ook niet eerlijk om Dennis met Dylan te vergelijken. Die lijken in de verste verte niet op elkaar! En ik deel de mening van John, Dennis past veel beter bij jou, dan Dylan.’
‘Zegt John dat dan?’
‘O ja, en hij had ook al een voorgevoel, toen jij met Dylan naar je ouders ging. Dat had hij eigenlijk al, toen je hier met hem de eerste keer kwam. Maar ja, wat kon hij zeggen? Hij zal de laatste zijn, die je zal verbieden met een jongen om te gaan. Zo is John niet. En dat is ook goed zo. Maar we hebben wel een beter gevoel over Dennis, en dat is heus niet alleen zo, omdat John hem iets beter kent via zijn werk. Ik ken Dennis eigenlijk helemaal niet, maar ik vind hem een geweldige vent, en ik begrijp heel goed, dat je verliefd op hem bent geworden. Hij is ook een beetje type John. En zulke mannen zijn moeilijk te vinden, Eira. Maar als je er één hebt gevonden, dan houdt hem maar goed vast!’
Eira glimlacht. ‘Dat ben ik ook van plan! Ja, hij is inderdaad een beetje een type John! En Dennis is ook best knap en goed gebouwd! En hij is echt heel erg lief voor me. Hij heeft me gevraagd, of ik met hem op dansles wil gaan.’
‘Wat heb je gezegd?’
‘Dat ik er even over na moest denken. En daar had hij wel begrip voor.’
‘Waarom moet je er over nadenken?’
‘Het gaat allemaal zo snel! En ik wil niet weer dezelfde fout maken, als bij Dylan! En bij Leon ging het ook zal zo snel! En dat is uiteindelijk niets geworden!’
‘Het maakt niet uit, of het snel gaat, Eira! Het gaat zich erom, dat jij je er goed bij voelt. En ik zie, dat Dennis wel heel erg veel rekening met je houdt. Hij weet, waarom je soms wat terughoudend bent, maar dat moet je niet als excuus blijven gebruiken! Wie zegt je, of hij wel zolang wil wachten?’
‘Wat moet ik dan doen?’
‘Samen leren dansen, dat is toch niet zo heel erg, of wel? Natuurlijk, je hebt wat meer lichaamscontact en het is wat intiemer, maar je leert elkaar wel beter kennen. En het is heel leuk om te doen, dat weet je zelf ook wel. Ik denk, dat Dennis je daarom gevraagd heeft. Hij vindt je gewoon heel erg leuk, dat zie ik aan alles. En hij wil je gewoon beter leren kennen. Ik denk niet, dat hij het zal misbruiken om dingen te gaan doen, die jij niet wilt.’
‘Dat is het probleem niet, Chantal! Ik wil eigenlijk meer! En dat beangstigt me!’
Chantal lacht. ‘Ook die gevoelens ken ik goed, Eira! Of ben je vergeten, hoe John en ik elkaar hebben leren kennen? Dat ging ook heel snel, en ik heb er nooit spijt van gehad. Maar hoe snel we ook gingen, John was altijd degene, die een beetje de rem erop zette. Hij nam zich de tijd om me goed te leren kennen, en dat zie ik ook bij Dennis. Ik denk, dat hij echt serieus met je is, en zich daarom ook inhoudt. En dat jij misschien al meer wilt, dan je wilt toegeven, dat vertelt mij, dat je hem echt heel erg leuk vindt. En dat is toch geen schande? Dat is alleen maar fijn!’
Eira knikt. Er rolt een traan over haar wang, ze heeft het hier echt moeilijk mee. Daarom vindt ze het ook fijn, dat ze hier even over kan praten met Chantal. Chantal trekt Eira troostend tegen haar aan en wrijft haar over haar rug. En dat doet Eira echt goed.
‘Je bent zoveel meer dan een pleegmoeder voor me, Chantal! Je bent ook een van mijn beste vriendinnen! Met jou kan ik echt over alles praten! Thuis zou ik dat met mam nooit gekund hebben!’
‘Maar je band met je moeder is wel beter geworden, sinds je hier bent. Soms is het beter om even thuis weg te zijn. Dat was voor mij ook zo. Ik heb nu een betere band met mijn moeder, dan voorheen. En dat is wel fijn.’
Eira pinkt haar traan weg en pakt dan haar telefoon. Dan stopt ze hem weer weg.
‘Dennis is nog aan het rijden’, verklaart ze haar actie. ‘Ga je hem vertellen, dat je met hem wilt gaan dansen?’
Eira knikt. ‘Je hebt gelijk, Dennis is niet zoals Dylan. En ik wil Dennis ook beter leren kennen. Ook al zit ik soms nog een beetje in tweestrijd.’
‘Omdat je ergens toch nog niet helemaal afscheid hebt genomen van Dylan?’
Eira knikt.
‘Misschien is het een idee om dat een keer te doen?’
Eira kijkt geschokt. ‘Je meent, om naar hem toe te gaan?’
Chantal knikt. ‘Ik zou dat wel doen. Het is beter om hem dit beter in zijn gezicht te zeggen, dan kan hij het misschien ook afsluiten. Het zou niet eerlijk zijn, dat jij verder gaat, maar hij dat niet kan. En ik weet, dat je daar heel erg tegenop kijkt, maar het is wel iets, wat je moet doen. En als je wilt, dat John en ik meegaan, dan gaan we dat regelen.’
Dat moet Eira even laten bezinken. Maar na een tijdje zegt ze: ‘Als jullie meegaan, dan durf ik het wel. Maar ik ben echt bang van hem geworden, moet ik hem dat ook zeggen?’
‘Ja, dat zou ik wel doen. Het kan hem helpen verder te gaan. En als hij het kan afsluiten, dan hoef je in de toekomst niet meer bang te zijn, dat hij hier ooit weer voor je deur staat!’
Eira knikt en Chantal roept dan: ‘John? Kun je even komen?’
Ik kom dan naar het tweetal toe, die ik bewust even alleen gelaten heb.
‘Eira wil Dylan laten weten, dat het echt voorbij is. En hem dat in zijn gezicht vertellen, maar ze wil, dat we met haar meegaan.’
‘Weet je het zeker, Eira?’
Eira haalt diep adem en zegt dan: ‘Ja, Chantal heeft gelijk, dit moet ik afsluiten, voor mij, maar ook voor Dylan. Want pas dan kan ik verder met Dennis.’
‘Goed, dan gaan we dat voor je regelen.’
Eira komt naar me toe en geeft me een knuffel. Het is duidelijk, dat ze zich nog steeds geborgen en veilig bij me voelt, en dat doet me wel wat. Ik bel die avond nog met de vader van Dylan en vertel wat Eira wil. En hij is het met me eens, dat dit goed is voor allebei. En hij zegt toe, een datum te gaan regelen voor Eira.
In de maanden erna is Chantal echt weer druk bezig met haar musical. Ik heb haar gevraagd, of ik eens mocht komen kijken, maar dat wilde ze niet. ‘Laat me nu maar mijn werk doen, John! Als jij er bent, dan ben ik steeds afgeleid, omdat ik dan steeds aan jou moet denken!’
Ik glimlach, als ik daar weer aan terug denk. Ik hou mezelf bezig met Chantals wagen en ook met de wagen van Dennis. Die hebben we afwisselend op de brug staan, en Dennis toont zich een harde werker. Hij is leergierig en ook best handig. En Eira houdt zich aan haar woord en helpt Dennis mee met de auto. Samen zijn ze nu bezig de softtop te verwijderen. Op zich geen heel moeilijke klus, maar het is wel zaak, dat de oude softtop zo veel mogelijk heel blijft, zodat Melissa die kan gebruiken als mal voor de nieuwe. Want daar is ze inmiddels ook bedreven in.
Dennis heeft er zich een extra baan voor genomen om de restauratie te kunnen betalen. Na nader onderzoek bleek de zescilinder toch niet zo heel goed te zijn, en hebben we daar een ander blok voor gezocht, een Ford 302 Windsor, die nog goed in orde bleek te zijn. Die hebben we wel wat opgefrist met nieuwe lagers en zuigerveren, maar verder was daar alles goed aan. Bovendien was het blok goedkoop, maar zag er gewoon erg smerig uit. Maar zoiets kun je wel overlaten aan Daan. Maar daarmee was het geld van Dennis wel even op. Dat is ook niet erg, maar het is fijn om te weten, dat je die delen alvast in orde hebt. En het seizoen is toch al bijna voorbij, dus Dennis heeft nog een hele tijd om zijn wagen op orde te krijgen. Maar omdat hij me ook helpt bij de wagen van Chantal, leert hij ook meteen, hoe hij het moet aanpakken bij zijn eigen wagen.
Op een avond, als we weer aan zijn wagen werken, de laatste onderdelen voor zijn motor zijn binnengekomen, zegt Dennis: ‘John, mag ik je wat vragen?’
‘Natuurlijk!’
‘Gisteren moest ik bij De Laat komen. Hij vroeg me, of ik geen interesse had om bij jouw afdeling te komen werken, omdat ze daar iemand nodig hadden, en ze wilden het liefst iemand intern hebben. Wist jij daarvan?’
‘Natuurlijk! Ik heb Arnold gezegd, dat ik echt iemand meer nodig heb, door de groei kunnen we het gewoon niet meer af! En ik heb hem ook gezegd, dat ik het liefste jou zou willen hebben.’
‘Waarom mij? Omdat ik nu de vriend ben van Eira?’
‘O nee, dit speelt al veel langer, Dennis. Ik had dit al vijf maanden geleden aangegeven. Maar je weet, hoe zulke dingen gaan, daar moeten anderen besluiten over nemen. Maar wat denk je zelf over die kans?’
‘Nou, ik zie er nog wel wat tegenop. Kan ik dat wel? Ik bedoel, ik ben ook maar meteen van school gaan werken, en ik heb niet meer echt verder geleerd.’
‘Het is ook niet, dat je daar zomaar kunt beginnen! Je moet eerst wat cursussen volgen, dat heb ik ook gemoeten, toen ik daar begon. Dat is wel even flink aanpoten, maar het valt ook wel best mee. En ik neem aan, dat Arnold je ook de voordelen heeft verteld?’
‘Ja, ik ga dan fors meer verdienen!’
‘Tja, een inkoper is belangrijk, en ik zie wel wat in je, als inkoper. Ik ben van mening, dat je het goed zou doen!’
‘Dat zou wel helpen met het geld voor mijn auto. Maar mag ik je nog wat vragen?’
‘Hoe komt het, dat je overal zo goed in bent!’
Ik lach. ‘Dat lijkt maar zo! Ik ben echt niet overal goed in, hoor! Er zijn een hoop dingen, die ik niet kan , en dan ook graag aan anderen over laat. Maar het punt is, dat ik me voor veel dingen interesseer. En iets, waar ik me voor interesseer, daar heb ik veel motivatie voor om dingen voor te leren. En daarom lijkt het ook, alsof ik overal goed in ben. Maar ik ben echt geen superman, of zo!’
Dennis zucht. ‘Je bent echt een idool voor me, John. Je hebt alles en mensen zijn jaloers op je leven! Dat was ik ook, maar nu zie ik, dat je er ook best veel voor doet! Hoe houd je nog af en toe tijd vrij voor je gezin?’
‘Dat leer je. Maar vroeger deed ik veel meer. Ik was vrijwilliger bij de sportvereniging en bij de fanfare. Maar nu ik mijn gezin heb, heb ik dat opgegeven. Dat wil niet zeggen, dat ik het later niet meer zal gaan doen, maar ik heb het nu al druk genoeg met mijn eigen leven. Maar zo nu en dan spring ik toch nog even bij. Dat houdt je betrokken met de mensen in het dorp.’
Dennis knikt. ‘En klopt het echt, dat je eerst met de vrouw van Daan ging, voordat je een relatie kreeg met Chantal?’
Ik lach. ‘Ook dat is waar. En zelfs gelijktijdig!’
Dennis kijkt geschokt. ‘En dat wisten ze?’
‘Ja, maar het was maar heel kort. Ik wist toen al, dat ik een keuze moest maken. Maar ik wist al heel snel, dat het Chantal zou worden.’
‘En Daan vindt het niet erg, dat je vroeger wat met Melissa hebt gehad?’
‘Nee, Daan is mijn beste vriend, en zonder mij zou hij Melissa niet eens gehad hebben! Dan had hij haar nooit ontmoet! En dat weet hij maar al te goed!’
‘Daan is wel een coole gast! En hij is echt goed met auto’s!’
Ik lach. ‘Maar lassen kan hij nog steeds niet goed. Maar alles wat mechanisch is, daar draait hij zijn hand niet om.’
‘Jij en Daan zijn echt heel erg close. Ik vind het leuk om te zien. Ik waan me soms in een film of zoiets! Ik had nooit kunnen dromen, dat ik dit ooit zou doen! Ik wilde altijd wel al een Amerikaan hebben, maar om er een te kopen en te restaureren, dat is toch wat anders!’
‘Maar je was al wel geld aan het sparen?’
‘Ja, maar ik wist nog niet precies, wat ik ermee zou doen. Ik heb nog wel wat spaargeld over, maar dat wil ik apart houden voor als ik ooit op mezelf wil gaan wonen. En daar wil ik ook niet aankomen. Maar mijn ouders hadden gehoopt, dat ik dit geld voor een eigen huisje zou gebruiken. Nou ja, ze weten ook wel, dat dit een echte droom is, die nu uitkomt. En ik denk niet, dat ik zoveel goede kansen zou krijgen. Een kant en klare wagen kopen, dat kan iedereen, maar om er één helemaal opnieuw op te knappen, dat is toch andere koek! Dan heb je toch een andere band met je wagen.’
Ik glimlach. ‘Zo was ik in het begin ook. Je hoeft je geen zorgen te maken, nu is dat even duur, maar als de wagen eenmaal klaar is, dan valt het best mee, mits je de restauratie goed doet. En het hoeft ook niet allemaal in één keer, als het begin maar goed gebeurd is.’
‘Ja, dat heeft Joey me wel uitgelegd. En moet je eens kijken, wat voor gave bak hij nu heeft!’
‘Ja, daar heeft hij al wat prijzen mee gewonnen! Dat doet hij niet slecht. Voor mij hoeft dat niet meer. Ik heb nu meer plezier om er zo mee te rijden, de kinderen zijn er echt gek op om met mijn wagen te rijden. En Chantal gaat ook maar al te graag met me mee, ook al heeft ze haar eigen wagen, waar ze overigens ook erg trots op is!’
‘Dat is ook een mooie wagen! Maar jouw Cadillac is wel heel erg gaaf! Persoonlijk vind ik dat het mooiste model!’
Ik lach, Dennis kan de hele dag wel over Amerikaanse wagens praten, zonder dat het hem gaat vervelen.
We moeten dan even stoppen met praten, omdat we wat dingen moeten vastdraaien, en dat moet nauwkeurig gebeuren. En dan hebben we de motor zo goed als klaar. Er moet nog wel een aantal delen gemonteerd worden, maar dat doen we als de motor is de auto zit. Dennis kijkt trots naar de motor. ‘Moet je zaterdag werken?’
‘Alleen ’s morgens. Hoezo?’
‘Ik neem aan, dat je de motor ook wel een keer wilt horen? Dan vraag ik Joey of hij ons komt helpen om de motor te komen monteren. Het is dan niet, dat je dan al kunt rijden, maar de eerste keer de motor horen starten, dat is wel een dingetje. Bovendien, mocht er iets niet goed zijn, dan kun je dan nog wat doen.’
Dennis knikt, en op dat moment komt Chantal de loods in.
‘Hoe gaat het hier?’
De motor is net af. Zaterdag gaan we die inbouwen.’
‘O, spannend! Ik weet nog, toen ik samen met Melissa de FIAT opknapte, en we de motor weer voor het eerst starten. Dat was zo spannend!’
‘Hebben jullie een FIAT opgeknapt?’
‘O ja, dat was erg leuk en leerzaam. Het geeft zoveel meer begrip voor wat John en Daan allemaal met hun wagens doen. En het was zo’n leuk klein wagentje. Jammer dat Melissa die verkocht heeft. Ik zou het nog wel eens willen doen, maar ik heb al zo weinig tijd!’
Ik kijk Chantal aan. ‘Je zou ook kunnen meehelpen aan jouw wagen, hoor!’
‘Dat doet ik toch al! Samen met Melissa bekommeren we ons om het interieur! Alsof dat geen werk is!’
‘Schat, het meeste werk doet Melissa, en het interieur eruit halen is het grootste werk. Maar ik begrijp je wel, hoor! En er is nog genoeg werk buiten dat. De wagen moet nog helemaal geschuurd worden. Dat is nog een hoop werk, hoor! En daar kan ik wel hulp bij gebruiken!’
‘En wie past er dan op de kinderen, als we hier aan het werk zijn?’
‘Dat wil ik dan wel doen…’
‘Dat mocht je willen, en dan mopperen als ik het verkeerd doe!’
Ik lach. ‘Natuurlijk! Dat hoort er ook bij. Net als jij moppert, als ik het niet goed heb gedaan!’
Ik trek haar tegen me aan en geef haar een zoen, en ze glimlacht. Ze geeft me nog een zoen en zegt: ‘Maak je geen zorgen, ik help heus wel mee, hoor!’
‘Daar heb ik me ook geen seconde zorgen om gemaakt, Chantal. En anders zou ik het met liefde voor je doen!’
Chantal geeft me nog een zoen, nu wat langer. Ze trekt zich niets aan, dat Dennis ons goed bezig kan zien. Dennis voelt zich er zichtbaar ongemakkelijk bij, maar het kan me niets schelen.
Eira loopt naar Dennis toe en zegt tegen hem: ‘Eigenlijk wel mooi om te zien, of niet? Ze houden zoveel van elkaar, en ik vind dat gewoon erg mooi! Dat hoop ik ook te hebben.’
Dennis begrijpt meteen de hint en trekt Eira naar hem toe.
‘Dan moesten we daar maar eens aan gaan werken, Eira!’
Dan geeft hij haar een lange en innige zoen, en hoewel Eira zich eerst lichtjes weert, is ze al snel als was voor zijn charmes en zijn zoen. Ze kussen elkaar nog steeds, als Chantal en ik opgehouden zijn. We glimlachen en vertrekken stilletjes en laten de twee achter.
Eenmaal buiten de loods zegt Chantal: ‘Deze keer zie ik het wel zitten met Eira en Dennis. Hij is precies, wat Eira nodig heeft. En hij lijkt haar ook veel beter aan te voelen. Een beetje wat jij voor mij bent, John!’
‘Ja, dat denk ik ook. Dus jij ziet wel een gelijkenis?’
Chantal knikt. ‘Dennis wil alles, wat jij ook hebt, en hij is aardig op weg! En Eira is ook al goed op weg haar naam te maken in de muziek. Niet alleen in Zwitserland is haar naam al gevallen. Maar dat mag Eira nog niet weten, ze is nog steeds niet klaar met haar opleiding, en dat zou haar alleen maar afleiden. Dus er zit wel gelijkenis in, vind je niet?’
Ik knik. ‘Alleen is Eira blond en jij bent rood. Maar ik begrijp wel, wat je bedoelt.’
‘Ga je de kinderen nog even goedenacht zeggen?’
‘Natuurlijk!’
‘Neem niet te lang tijd, John. Ik wil ook nog goedenacht gezegd worden…’
Ze laat haar hand over mijn kruis glijden en ik glimlach. Dat belooft weer wat…
Maar ja, kinderen zijn niet altijd even gemakkelijk. Ik ontkom er niet aan om bij Birgit een verhaaltje voor te lezen. Dat vindt ze heerlijk. De jongens vinden het wel best zo. Maar als ik klaar ben, loop ik naar de slaapkamer, waar Chantal al onder de dekens ligt. Een beetje teleurgesteld ben ik wel, want ik had wel zin in meer. Ik kleed me uit, maar terwijl ik me uitkleed, voel ik opeens een hand over mijn middel glijden richting mijn pik. ‘Zeg je me geen goedenacht meer?’
‘O, jawel, maar het is nog geen tijd om te gaan slapen!’
Chantal lacht. ‘Daar heb je je goed uitgeluld!’
Ik draai me om en kus haar. Ik ken haar nu bijna vijf jaar en ze is en blijft een heerlijke vrouw. Zelfs de zwangerschappen hebben maar weinig sporen op haar lichaam achtergelaten. Alleen haar borsten zijn wat voller geworden, maar zijn nog steeds stevig. En voor de verandering heeft Chantal een bodystocking aan, die ik nog niet eerder gezien heeft. Ze blijft me verbazen, want zo vaak zie ik haar ook niet winkelen. En toch weet ze altijd wel iets bijzonders voor me te regelen. Ze weet precies, waar ik op geil, en ook nu heeft ze mijn zwakke plek weer precies getroffen. Ze ziet er heerlijk uit in die zwarte bodystocking, die net genoeg verbergt, maar toch alles laat zien. En de elastische stof accentueert haar hele lichaam juist. Dus daarom had ze zich onder de dekens verstopt, om het nog even verborgen te houden!
Ze ziet mijn blik en glimlacht. Ze weet, dat ze me weer heeft kunnen verrassen en is daar zichtbaar opgetogen over. Ze weet dan ook, dat de seks weer buitengewoon goed zal zijn, want dan verwen ik haar altijd wat extra. De kinderen slapen net, dus die zullen voorlopig nog wel rustig zijn. En dat geeft ons de tijd om wat tijd voor onszelf te houden. Ik kus dan haar borsten, waar ik nu niet meteen bij kan. Maar het houdt me niet tegen om aan haar borsten te knabbelen. Ik moet wel voorzichtig doen, want ik wil het prachtige lingeriestuk ook niet kapot maken. Chantal geniet met gesloten ogen, terwijl ik haar lichaam kus. Ze stuurt me het haar handen, en als ik bij haar dijen kom, verwacht me een verrassing. Het kruis is open, en dat geeft natuurlijk nieuwe mogelijkheden. Ik snuif haar geur op, die me al zo vertrouwd is en laaf mijn dorst aan haar geil. Chantals lichaam kronkelt van genot, wat goed te horen is aan haar kreuntjes. Thuis doen we niet zo vaak aan stille seks, we zien geen reden om ons steeds in te houden. En ook nu denkt Chantal er niet aan om haar geluiden te dempen. Daarvoor geniet ze veel te hard van het genot, dat ik haar nu schenk. Ze komt dan ook heerlijk klaar, al komt ze de laatste tijd niet meer zo heftig klaar, zoals in het begin. Maar ze geniet er niet minder van, dat merk ik wel. Ik gun haar dan de tijd om even op adem te komen. Dankbaar kijkt ze me aan en geeft me een zoen. Ze duwt me dan op mijn rug. Hoewel Chantal me graag pijpt, weet ze, dat ik meer geniet van haar lekker neuken. En ik vind Chantal boven op me gewoon heerlijk. Het oogcontact, haar heerlijke lichaam dat voor me beweegt, en haar borsten, die ik dan kan grijpen. Maar meestal heb ik mijn handen op haar heupen, gewoon omdat ik dat prettig vind. Zo neukt ze mij en zichzelf naar een hoogtepunt. Heerlijk voldaan liggen we dan naast elkaar en ik geef Chantal een zoen.
‘Wat ben je ook een heerlijke vrouw, Chantal! En waar heb je dit nu weer vandaan?’
Ze glimlacht. ‘Je zegt altijd, dat ik te weinig voor mezelf koop, en misschien heb je ook wel gelijk. En daarom heb ik me dit online besteld. En volgens mij vond je het wel mooi!’
‘Heel erg mooi! Maar is het echt voor jezelf? Of doe je dat voor mij?’
‘Allebei. Ik weet, dat jij mooie lingerie wel kunt waarderen, en ik voel me er echt sexy in. En ik voel me gewoon het lekkerste in kleding en lingerie, waarvan ik weet, dat jij het leuk vind, en dat ik zelf ook leuk vind. Daarom kan ik me ook vaak er niet toe zetten om gewoon iets voor mezelf te kopen.’
Ik glimlach. Ergens heb ik het wel getroffen met een vrouw, die niet kledingkasten vol met kleding voor zichzelf heeft. En het is echt niet, dat Chantal zich slecht kleedt, Ze ziet er altijd goed uit, maar dat komt ook door haar natuurlijke uitstraling en schoonheid. Ik heb wel zin voor een nieuwe ronde, maar dat wordt helaas onderbroken door Roy, die weer eens huilt. Hij heeft de laatste tijd wel eens dromen, die niet zo heel prettig zijn. Dat maakt me wel wat zorgen, dus ik sta op en zeg: ‘Fris jij je maar op, Chantal.’
Ze knikt, want de kans is groot, dat Roy niet meer in zijn eigen bedje wil slapen.
Maar gelukkig kan ik Roy al snel kalmeren. En opeens zie ik, waarom Roy wakker geworden is. Langs het huis staat een grote boom en in combinatie met de maan en een overhangende tak lijkt het net alsof er een monster voor de raam staat. Ik kan me voorstellen, dat de kleine Roy daar angstdromen van kan krijgen. Maar gelukkig kan ik daar wel iets aan doen. Die tak maakte me toch al zorgen, en ik had me al voorgenomen die tak te snoeien, omdat die wel erg dicht tegen het huis komt. Morgen moet ik toch thuis werken, dan kan ik die tak wel even weghalen.
Ik loop dan terug naar onze slaapkamer en zie dat Chantal zich heeft omgekleed in een donkerblauwe slipdress. Die staat haar ook erg goed, vooral in combinatie met haar rode haren. Ze ziet me kijken en zegt: ‘Volgens mij had ik me nog niet hoeven omkleden!’
Ik glimlach. ‘Heb ik je al goedenacht gezegd?’
Ze lacht. ‘Nee… Jij bent ook onverzadigbaar!’
‘Alsof jij daar problemen mee hebt?’
Ze lacht. ‘Ik klaag ook niet!’
Ze wil haar nachtjurkje uittrekken, maar ik houd haar tegen.
‘Ga op je knieën zitten. Dit staat je zo sexy! Ik wil je zo lekker van achteren nemen!’
‘Hmm, je kickt echt wel op lingerie!’
Maar ze gaat wel op haar knieën zitten, terwijl ik mijn boxershort weer uittrek en mijn pik weer hard maak. Lang heeft die niet nodig, en ik laat mijn pik over haar schaamlippen schuren. Ik weet, dat ze daar helemaal gek van wordt, en dat is nu ook niet anders. Langzaam voer ik de spanning op, door mijn pik over haar schaamstreek te laten schuren en een vinger in haar kutje te duwen.
‘God, wat maak je me geil, John! Ik kom alweer bijna!’
Daar heb ik opgewacht en duw dan mijn pik in één stoot diep in haar. Dat is al genoeg om Chantal te laten komen. Haar kutje duwt mijn pik weer bijna naar buiten, maar ik duw weer terug en begin haar dan weer te neuken. Grommend stoot ik hard in haar kutje en Chantal gilt het bijna uit van genot. Ik voer het tempo nog wat op en neuk haar ongenadig hard. We gaan allebei op een nieuw hoogtepunt af en met een harde kreun spuit ik haar kutje helemaal vol, terwijl Chantal weer klaarkomt. Maar dan is het beste van ons allebei wel af. Ik ga weer naast haar liggen, en Chantal kijkt me aan.
‘Wat ben je ook een beest, mijn lekkere vent!’
Ik glimlach en we houden elkaars handen vast, terwijl we naar elkaar staren. Ik voel me nog steeds net zo verliefd, dan ik haar voor het eerst kuste. Eigenlijk heb ik het altijd geweten, vanaf het moment, dat ik haar daar zag zingen op dat podium, toen ze nog een volledig vreemde voor me was. Ze is de enige vrouw, waar ik ooit echt van zal houden.
Na een tijdje glipt ze even uit bed om zich weer wat op te frissen, en komt dan weer terug in bed. En dan wens ik haar goedenacht.
In de tussentijd hebben Dennis en Eira genoten van hun tijd alleen in de loods. Dennis merkt op: ‘Ze hebben ons alleen gelaten!’
‘Zo zijn ze wel, maar ik ken Chantal en John inmiddels wel. Ze zijn echt een geweldig koppel! Ik heb nog nooit twee mensen gezien, die zo van elkaar houden, en amper een woord nodig hebben om elkaar te begrijpen. En daarnaast zijn het ook geweldige mensen. Wat ze gedaan hebben met Joey en ook met mij, zoiets zie je maar zelden! Zo als Chantal en John, dat wil ik later ook zijn. Niet helemaal hetzelfde, maar net zo hartelijk en liefdevol als zij, ja, dat wil ik graag. En ik hoop, dat ik ook het geluk zal kennen om iemand te treffen, die net zo veel van mij houdt, als John van Chantal.’
Dennis kijkt Eira aan. ‘Zou ik dat ook kunnen zijn, Eira?’
Eira glimlacht. ‘Je hebt in ieder geval een goed begin gemaakt!’
Dennis glimlacht. ‘Ik meen het, Eira! Ik mag je echt heel erg graag! En ik vind je ook heel erg leuk!’
‘Zoiets had ik al in de smiezen! Maar ik vind je ook echt heel erg leuk, maar ik heb wel net een vrij nare ervaring achter de rug. Ik ben zelfs verloofd geweest, en dat was een echt drama geworden, als dat door was gegaan!’
‘John heeft me erover verteld. Niet in details, maar wel dat het erg was. Maar ik ben niet je ex, Eira. Ik ben maar een heel eenvoudige jongen, die de wereld voor je zou willen veroveren, als je me je hart geeft!’
‘Dat is ook weer niet nodig, maar ik begrijp wat je me wilt zeggen. Maar je moet even geduld hebben. Heeft John je ook verteld, hoe het tussen hem en Chantal ging, toen ze elkaar net leerden kennen?’
‘Nee, wat is daarmee dan?’
‘Je weet waar Chantal oorspronkelijk vanaf komt?’
‘Nee? Komt ze van ver?’
‘Het is maar wat je ver noemt, Dennis. Ze komt van Kampen. Ik weet niet, of je bekend bent met die streek, maar daar zijn ze streng gelovig. En haar ouders waren ook streng gelovig. En toen kwam John in hun leven. Eerst met Melissa. Dat was me iets! John kreeg te horen, dat Melissa straf kreeg, omdat ze John een kus gegeven had. Totaal onzinnig, en dat is ook precies, wat John niet kan hebben. Hij kan absoluut geen onrecht zien, en hij reed gewoon naar het huis van haar ouders om hun te vertellen, dat Melissa niets fout had gedaan. Haar moeder, Jolien, was furieus, maar John heeft de gave om altijd correct te blijven. Eerst leek het op een fiasco uit te lopen, maar toen vond John een zwakke plek bij haar vader. Want die had als droom ooit een Cadillac te kopen. En toen liet hij hem in zijn wagen rijden. En toen was er opeens veel meer mogelijk.
Melissa werd ontheven van haar straf en Chantal kreeg een oogje op John. Enkele dagen later kwamen ze allemaal hier, omdat Daan een van zijn wagens aan Chantals vader wilde verkopen. Daan had toen zijn garage nog niet, maar hij handelde wel al een beetje in die wagens. Tja, de rest is geschiedenis. John viel als een blok voor Chantal, en Chantal is hier eigenlijk nooit meer weggegaan. Niet dat het allemaal zonder problemen ging, want ze was nog steeds strenggelovig. Ze wilde maagd blijven tot haar huwelijk. Lang heeft die gelofte niet stand gehouden, maar daar was uiteindelijk niemand rouwig om. Zelfs haar ouders niet. Binnen een jaar waren ze al getrouwd en nog steeds zijn ze dolverliefd op elkaar. Ik moet er zelfs soms een traan van wegpinken, als ik zie, hoeveel ze van elkaar houden. En dan ben ik soms wel een beetje jaloers.
En nu ik die nare toestand met Dylan beleefd heb, wil ik me niet zomaar aan een man geven. Chantal zei me laatst nog, dat ze meende, dat het die gelofte was, die hun liefde zo onvoorwaardelijk heeft gemaakt. Het gaat zich niet om de gelofte zelf, maar om het feit, dat je zeker bent, dat je voor elkaar bestemd bent. En daarom heb ik mezelf beloofd, dat ik mezelf pas aan een man zal geven, als ik zeker weet, dat hij de juiste man voor me is.’
Dennis glimlacht. ‘Dat begrijp ik en waardeer ik. En ik zou liegen, als ik zou zeggen, dat ik het niet erg vind, want je bent erg mooi, en ik ben ook maar een man. Maar ik denk wel, dat je de moeite waard bent om op te wachten, tot je jezelf aan mij kunt geven!’
Eira glimlacht breed. ‘Dan bewijs me, dat je de juiste man bent!’
En op dat moment horen ze de geluiden uit de slaapkamer van Chantal en John. Eira lacht. ‘O ja, ze houden zich niet bepaald in. Maar ook dat is mooi. Het helpt me eraan te herinneren, waarvoor ik wacht!’
Dennis zegt lachend: ‘En het laat mij nu even een idioot voelen, dat ik je beloofd heb om op je te wachten. Met die geluiden ga je iets anders denken… Maar ik zal mijn woord houden en op je wachten!’
En Dennis voegt dan ook de daad bij het woord. Hij geeft Eira nog een laatste zoen en zegt: ‘Tot zaterdag! Droom van me!’
Hij stapt in zijn klein autootje en kijkt dan nog eens zuchtend naar Eira. Dan start hij zijn auto en rijdt weg. Eira kijkt hem na en legt een hand op haar borst. Dennis heeft precies het juiste gedaan, al verlangt ze nu wel heel erg naar hem.
De volgende morgen zit Eira zuchtend aan de ontbijttafel. Chantal ziet het en zegt: ‘Wat zit je nu weer te zuchten? Was het leuk gisteren met Dennis? Jullie lijken best close te worden!’
Eira glimlacht. ‘Is het raar om nu alweer verliefd te zijn? Ik bedoel, na die hele toestand met Dylan?’
‘Nee, je leven gaat gewoon verder, Eira. Dus er begint een mooi vuurtje te ontstaan?’
Eira zucht weer eens diep. ‘Ik heb hem verteld, dat ik wilde wachten om mezelf aan hem te geven. En Dennis begreep dat. Maar hij was ook erg eerlijk en zei, dat hij het wel moeilijk vond. En daarop gaf hij me een kus en reed weg. En op dat moment werd ik zo ontzettend verliefd op hem!’
‘Je lijkt wel op mij, toen ik net met John ging. Ik was zo verliefd op hem, dat ik amper kon slapen, eten of iets anders doen. En die gelofte maakte het er niet eenvoudiger op. Maar het was het allemaal waard! Ik wilde hem zo graag, en dat wachten was echt moeilijk.
En toen gebeurde er iets, waardoor de vonk volledig oversprong. John heeft me toen mijn maagdelijkheid genomen en hij bleef ondanks alles een echte heer. Ik zie wel iets van John bij Dennis. Dennis is ook zo’n rustige man, die zijn tijd voor iets kan nemen. John is geen geweldige prater, maar als hij iets zegt, dan gaat het ook ergens over. Maar als we alleen zijn, dan kan hij echt over alles praten. Dan vertelt hij me zijn diepste geheimen, en ik vertel hem de mijne.’
‘Ook dat ene geheim?’
‘Stt, dat mag hij nog niet weten!’
Eira glimlacht. ‘Denk je niet, dat hij onderhand wat vermoedens begint te krijgen?’
‘John is niet dom, hoor! Natuurlijk weet hij wel, dat ik met iets bezig ben! Maar het is al zo moeilijk om iets voor hem verborgen te houden. Hij kan me lezen als een open boek! Dus gun me dit ook even!’
Eira glimlacht weer. ‘Denk je, dat Dennis echt zo’n type als John is?’
‘Niet helemaal hetzelfde, maar wel van hetzelfde kaliber. Ik weet zeker, als je zijn hart echt hebt, dat hij voor je door het vuur zou gaan!’
‘Ik hoop, dat hij het is! Maar soms is hij wel wat verlegen. Gisteren moest ik hem kussen, zelf zou hij dat niet gedaan hebben!’
‘Zoals ik al zei, hetzelfde kaliber als John. John was ook zo. Tegenwoordig is hij niet meer zo terughoudend. John is het type, dat echt maar van één vrouw kan houden, en ik denk, dat Dennis ook zo is. Daarom is hij ook wat terughoudender, dan jij misschien zou willen. Maar geef hem de kans, en open je hart voor hem, dan beloont hij je vertrouwen gegarandeerd!’
Ik kom dan binnen. ‘Hallo schatjes van me! Allemaal goed geslapen?’
Chantal lacht en Eira moet ook lachen. ‘Daar heeft iemand goede zin!’
Ik pak Chantal vast en geef haar een zoen, die er niet om liegt.
‘Waarom zou ik geen goede zin hebben? Afgelopen nacht heb ik de liefde gevierd met ’s werelds beste en liefste vrouw en vandaag belooft een mooie dag te worden! En ik heb misschien uitgevonden, waarom Roy ’s nachts zo vaak nare dromen krijgt. Het is de boom naast het huis.’
‘De boom?’
‘Vooral de tak, die richting hun kamer groeit. Als de maan daarop schijnt, lijkt het net alsof er een monster zijn hand naar hun uitsteekt. Het viel me gisteren gewoon op, dus vandaag ga ik die tak afzagen, die komt toch al te dicht bij het huis, dus daar moet ik toch iets aan doen!’
‘Pas je wel op, John? Moet je Joey of Daan niet even vragen?’
‘Ik bel Kurt wel even. Die helpt me wel.’
Na het ontbijt vertrekken Eira en Chantal naar Maastricht en ik haal de kinderen dan uit bed en was ze. Dan bel ik Kurt op, of hij me wil helpen die tak te verwijderen. Kurt heeft gelukkig tijd genoeg, en is tegenwoordig ook huisvader voor zijn zoon Fred. Die neemt hij dan mee, dan kan die spelen met mijn kinderen. En dan bekommeren wij ons om de tak. Maar dat blijkt toch lastiger te zijn, dan ik gedacht had. De tak is lang en dik, en kan ik niet zomaar zonder risico afzagen. Uiteindelijk besluit ik om even een hoogwerker te huren. Dat is zo geregeld, en het is dan even handig, dat Kurt er is, want dan kan ik zonder me zorgen te maken even weg. Heel lang blijf ik niet weg, en we gaan dan ook meteen aan de slag. Met touwen zorgen we ervoor, dat de tak niet direct valt, als we die doorzagen. En dat doen we in stukken, zodat de stukken niet zo heel zwaar zijn, en we die kunnen handelen.
Als we eenmaal het plan gemaakt hebben, gaan we aan de slag. Omdat ik wat zwaarder en sterker ben, dan Kurt, houd ik de touwen vast, en gaat Kurt in de hoogwerker om de tak door te zagen. Maar net als we beginnen, komen de kinderen eraan rennen, en willen onder de boom door rennen. Boos schreeuw ik naar ze, dat ze snel naar binnen moeten, maar Rob schrikt en raakt in paniek en blijft onder de tak stilstaan en huilt. En dan zie ik, dat de knoop, waarmee we het touw hebben vastgemaakt aan de tak, los begint te raken. Ik heb twee keuzes, niets doen, of risico nemen en Robert daar snel weghalen. Hoe dan ook, wat ik ook doe, het risico is groot, dat er iets zal gebeuren. Ik besluit voor het laatste. Gelukkig heeft Kurt het ook door en pakt het touw ook vast vanuit de hoogwerker. Ik grijp mijn kans en ren naar Robert toe. En net op dat moment raakt de knoop los. Ik zie de tak vallen en kan net Robert wegpakken, maar de tak valt wel op mij. Robert mankeert niets, maar ik crepeer van de pijn.
Kurt ziet meteen, dat het foute boel is, en maakt, dat hij op de grond komt. Hij belt meteen de ambulance en daarna ook meteen Chantal. Die reageert natuurlijk geschrokken, en maakt dat ze op huis aan komt. De brandweer is er sneller, dan de ambulance, en dat is maar goed ook. Met vereende krachten halen ze de tak weg en dat scheelt al in de pijn. Een van de brandweerlieden ziet al meteen het euvel van mijn klachten, een beenbreuk. En buiten wat schrammen en krassen mankeer ik verder gelukkig niets. Robert huilt dat het een lieve lust is. Hij weet, dat hij de oorzaak is, dat zijn vader gewond is geraakt en wil steeds naar me toe komen. En hoeveel pijn ik ook heb, ik vraag de brandweerman dan om hem om Robert bij me te laten komen. Ik verbijt mijn pijn en troost Robert.
Het mannetje brult er lustig op los, maar bedaart snel.
‘Heb je veel pijn, papa?’, vraagt hij dan.
Ik knik. ‘Ik zal even naar het ziekenhuis moeten. Ik denk, dat ik mijn been gebroken heb. En dat doet erg veel pijn!’
‘Heb ik dat gedaan?’
‘Het is niet jouw schuld. Ik had niet naar je moeten schreeuwen. Dat doe ik nooit en daar ben je gewoon van geschrokken. Daar kun jij niets aan doen!’
‘Word je wel weer beter?’
Ik knik. ‘Ja, ik word weer helemaal beter. Het zal wel even duren, maar ik word weer helemaal beter!’
Robert omhelst me, en ik stuur hem dan weer terug naar Kurt. Ik ben blij, dat hij weg is, want de pijn was me bijna teveel geworden. Maar dan komt de ambulance er al aan. Die nemen me mee, terwijl Kurt me toezegt om op de kinderen te passen. En ik twijfel er niet eens een seconde aan, dat hij hetzelfde zou doen voor mijn kinderen, als ik zojuist voor mijn zoon gedaan heb. En met een gerust hart vertrek ik dan richting het ziekenhuis. Daar blijkt al snel, dat ik mijn been op twee plaatsen gebroken heb, maar ik heb wel geluk, dat het rechte breuken zijn, die waarschijnlijk snel zullen genezen. Daarvoor is wel een operatie nodig en ik zal wel een aantal weken rust moeten houden en mijn been komt in het gips.
Intussen is Chantal ook in het ziekenhuis, die best geschrokken is. Ik moet haar zelfs wat kalmeren en vertel haar dan, wat er precies gebeurd is. Ze zucht diep en zegt: ‘Waarom heb je ze dan niet binnen gehouden?’
‘Daar waren ze ook, maar je weet zelf ook wel, dat ze zich niet bepaald aan regels houden. Het zijn kinderen, en die doen soms domme dingen. En voor mij was het geen keuze. Mijn leven of het zijne. Daar hoefde ik niet eens over na te denken, Chantal. Gelukkig was het niet mijn leven, maar wel mijn been. En dat geneest ook wel weer!’
Chantal moet door haar tranen heen glimlachen. ‘Dat jij nu zo kalm kunt zijn!’
‘Ach, het is gebeurd, Chantal. Ik kan er moeilijk over doen, maar wat heb ik daar nu aan? Het enige, wat ik nu wil, dat is snel naar huis. Want Robert zal niet de enige zijn, die flink geschrokken is!’
‘Dat kun je wel stellen! Eira is ook al onderweg, ze komt met de trein naar huis. En al onze vrienden zitten al thuis. Volgens mij zijn ze bezig die tak te verwijderen.’
Ik glimlach. Wat een geweldige vrienden heb ik toch! Zelfs als ik ze niet vraag, zijn ze er toch voor me. Uren later heb ik mijn gips en heb wat flinke pijnstillers gekregen. Thuis is het een drukte van jewelste. Het is, dat het goed weer is, en dat ze buiten kunnen zitten. Bijna al mijn vrienden zijn er, en dat doet me goed. Ik word onthaald als een held, maar ik heb eerst aandacht voor mijn kinderen. Die zijn echt flink geschrokken en ik sluit ze alle drie in mijn armen. Ik verzeker ze, dat alles weer goed komt. En dat lijkt te helpen. Gelukkig blijven mijn vrienden niet al te lang, omdat ik toch wat wil rusten. Alleen Kurt blijft nog wat langer.
‘We hebben die tak maar meteen afgezaagd. We waren opeens met zoveel man!’
‘Dank je, Kurt! Dan hoef ik me daar geen zorgen meer over te maken!’
‘Het is goed, dat je die wilde afzagen, misschien moet je er ook over nadenken om die boom om te zagen, John. Die tak was rot van binnen en ik denk dat binnen in die boom ook rot zal zitten.’
‘Voorlopig zit er zagen voor mij niet meer in, Kurt! Zou jij dat voor mij willen regelen?’
‘Dat komt goed, er hadden zich al vrijwilligers aangemeld. Alleen een klein vraagje, zou ik dat hout dan mogen hebben? Ik wil kijken, of ik er wat mee kan maken. Ik wil een kunstwerk maken van natuurlijke materialen.’
‘Je mag hem helemaal hebben, Kurt! Dan heb ik er ook geen last meer van!’
‘Alvast bedankt! Dan ga ik zorgen, dat die boom verdwijnt!’
Als dan de rust weer teruggekeerd is, ga ik in het bed liggen, dat mijn vrienden voor me geregeld hebben. Want voorlopig is traplopen niet voor me weggelegd. Alleen Robert is amper bij me weg te krijgen. Chantal legt hem bij me in bed en dan heb ik een goed gesprek met hem. En dat lijkt wel effect te hebben. Hij voelt zich nog steeds schuldig en dat lijk ik hem uit zijn kop te kunnen praten. Als de kinderen naar bed zijn, komt Chantal langs me zitten.
‘Ondanks dat het allemaal eigenlijk dom gelopen is, ben ik toch wel trots op je, John! Ik had er niet aan moeten denken, dat die tak op Robert gevallen was!’
‘Ik ook niet. Je hoort wel eens zeggen, dat je liever een deel van je been zou afstaan, dan je kind pijn te zien lijden. Geloof me, dat is helemaal waar! Ondanks mijn pijn, was ik blij, dat hem niets mankeerde!’
‘Wat gebeurde er nou precies? Ik heb nu zoveel verhalen gehoord?’
‘We waren eigenlijk heel zorgvuldig bezig. We hadden touwen vastgemaakt aan de takken, die we dan in stukken wilden zagen, en dan een voor een naar beneden wilden laten zakken. Ik had de kinderen gezegd, dat ze binnen moest blijven, maar het zijn en blijven kinderen, die zijn nieuwsgierig. En voor ik het wist, renden ze onder de boom door. En ik kon het touw niet loslaten, omdat Kurt net dat stuk gezaagd had. En toen liet de knoop los. Als ik niet geschreeuwd had, was er waarschijnlijk niets gebeurd, Robert raakte gewoon in paniek en bleef toen recht onder die tak staan. Dat was het eigenlijk.’
‘Dan verdient hij eigenlijk wel straf! Hij had naar je moeten luisteren!’
‘Laat hem maar, die luistert voorlopig wel! Die is echt flink geschrokken!’
‘En hij is niet de enige! Jij bent de enige, die er nog het meest kalm onder is!’
Ik trek Chantal naar me toe en zeg: ‘Waarom zou ik niet kalm zijn? Ik kan er toch niets meer aan veranderen, en ik was allang blij, dat Robert niets gebeurd was. En het is niet iets, waar ik de rest van mijn leven last zal blijven hebben. Het was een rechte breuk, al is mijn been wel op twee plaatsen gebroken. En ik wist, dat Kurt voor onze kinderen zou zorgen. Die vertrouw ik blindelings! Ik maakte me meer zorgen om jou, omdat ik bang was, dat je veel te hard zou rijden!’
Chantal lacht. ‘Ik heb me niet bepaald aan de snelheid gehouden, maar ik heb ook niet overdreven. Harder dan honderdzestig heb ik niet gereden!’
‘Niet overdrijven noemt mevrouw dat!’
‘Zo druk was het ook weer niet op de weg!’
Ik geef haar een zoen.
‘Je zal een aantal nachten zonder me in bed moeten liggen!’
‘Zo ver ben je niet weg, en anders kruip ik gewoon naast je in bed!’
Ze geeft me dan nog een laatste zoen en laat me alleen. Als ze naar de slaapkamer gaat, besef ik me, dat het alweer een hele tijd geleden is geweest, dat ik zonder haar in bed heb geslapen.
Maar van echt slapen is voor mij geen sprake, de pijn is toch wel flink, ondanks de pijnstillers. De volgende dag word ik onthaald door een vrolijke bende kinderen. Robert schijnt over de ergste schrik heen te zijn, maar ze komen allemaal kijken, hoe het met me gaat.
Chantal heeft me in een rolstoel gezet en blijft vandaag thuis, het was toch al haar thuisdag. Ik krijg bezoek van een fysiotherapeut, die een oud klasgenoot van me blijkt te zijn. Samen nemen we de oefeningen door, die ik moet gaan doen om mijn herstel te bevorderen.
Mijn moeder heeft van dit alles nog niets meegekregen, maar het nieuws heeft haar inmiddels ook al bereikt. Ze belt me dan ook meteen op.
‘Waarom heb je niet gebeld, John! Ik schrok me rot, toen ze me zeiden, dat je naar het ziekenhuis bent afgevoerd!’
‘Het is er gewoon niet van gekomen, mam! En toen ik weer thuis kwam, was het hier een drukte van belang en heb ik er niet meer aan gedacht. Maar goed, dat je belt, want ik moet Jolien en Joris ook nog op de hoogte brengen! Die weten ook nog van niets!’
‘Is het goed, als ik zo even kom?’
‘Natuurlijk! Ik heb alleen maar mijn been gebroken, veel meer is het ook weer niet!’
Ik hang op en zeg: ‘Mam komt zo. Zet maar vast koffie! En ik bel nu Joris en Jolien op, dus hou je maar vast voor nog meer telefoontjes!’
Ik bel dan Jolien op.
‘Hey, John! Waar danken we dit nu weer aan, dat je midden op de dag ons belt?’
‘Danken… Nee, ik bel niet om ergens voor te danken, behalve dat het niet erger is. En niet schrikken, zo erg is het ook niet! Ik heb gisteren een ongeluk gehad en heb nu een gebroken been.’
‘O god! Hoe is dat gebeurd?’
Ik leg het Jolien uit en die slaakt dan een zucht van verlichting. ‘Dat had ook veel naarder kunnen aflopen, John!’
‘Dat weet ik, maar wat had ik dan moeten doen?’
‘Je had niets anders kunnen doen. Ik zou hetzelfde gedaan hebben!’
‘Ja, precies. Daarom kan ik er wel boos om zijn, maar het verandert niets.’
‘Ik denk, dat we overmorgen even op ziekenbezoek komen, John!’
‘Dat is goed. Dan is Chantal ook thuis.’
‘Je gelooft toch zelf niet, dat ze nu nog gaat werken!’
‘O jawel, hoor! Daar ga ik straks nog met haar over praten. Ze is zo hard bezig met haar musical, en die vertraging kan ze niet gebruiken. Daar vinden we wel een oplossing voor! En het is niet meer zo, dat je maanden niets meer mag doen! Ik moet nu alweer oefeningen doen, de fysio is net al geweest.’
‘Dat is snel!’
‘Ja, een beetje geluk mag nu ook wel! Hij had toevallig even wat tijd. En dat was mijn geluk. Nou ja, ik had dit geluk liever niet gehad, en dat ik geen been gebroken had!”
Er stopt dan een auto voor de deur. Ik kijk verbaasd en roep Chantal. ‘Chantal, kun je even kijken, wie dat is?’
Ik zeg tegen Jolien: ‘Sorry, Jolien! We krijgen bezoek van iemand, die we niet kennen. Dus ik ga even ophangen. Ik bel je later wel terug!’
‘Dat is goed, John! Alvast beterschap!’
Chantal komt dan terug met een man in uniform, die ik van de brandweer herken. Het blijkt de commandant van de brandweer te zijn.
‘Ah, mijnheer Vliegers! Ik zie, dat u al in het gips zit! Ik mag hopen, dat het niet ernstig is?’
‘Een rechte breuk, ik heb geluk gehad.’
‘Dat heeft u zeker. We kregen zojuist bezoek van een vriend van u, Kurt Janszen. Hij vertelde me, dat de tak, die u probeerde weg te halen, nogal rot was, en dat waarschijnlijk de boom ook rot kon zijn. En omdat veiligheid voor ons hoog in het vaandel staat, kom ik u aanbieden om de boom voor u weg te halen. Ik zou dit graag in de vorm van een oefening willen doen, want ook dit werk behoort tot onze taken. Dan bent u van uw boom af en wij hebben goed kunnen oefenen.’
‘En zijn daar kosten aan verbonden?’
‘Nee, hooguit wat koffie voor mijn collega’s!’
‘Nou, dat lijkt me een goede deal! Maar kunt u dan ook zorgen voor goede afzetting? Het is juist door het gebrek aan afzetting, dat dit ongeluk heeft kunnen plaatsvinden.’
‘U wilt voorkomen, dat uw kinderen wat gebeurt. Dat kan ik helemaal begrijpen! We hebben nog wel wat hekken. Maar misschien kunnen we nog meer doen. Het spijt me, als ik meteen even gebruik maak van de gelegenheid, maar ik zie, dat u een grote binnenplaats heeft en ook een loods. Dat zou een goede gelegenheid zijn om mensen te tonen, wat we zo allemaal doen. Dat doen we ook al op de kazerne, maar daarmee bereiken we niet alle burgers. En met de nieuwe woonwijk in aantocht, vinden we het belangrijk, dat mensen weten, wat we allemaal doen. Dus als we hier dan ook een demonstratie mogen geven, dan zouden we daar erg blij mee zijn!’
‘Nou, ik ben jullie nogal wat schuldig, maar ik moet dit natuurlijk wel even overleggen.’
Chantal zegt meteen: ‘Wat is er te overleggen, John? Ik ben helemaal voor! Dit zou voor ons een mooie manier zijn om dankjewel te zeggen!’
Ik knik. ‘Dat ben ik met Chantal eens. Ik heb opeens veel meer respect voor jullie werk gekregen!’
‘Dat horen we graag! En ik zal eerlijk zijn, we hopen met die demonstratie ook nieuwe vrijwilligers te werven. Misschien later iets voor u?’
‘Hmm, ik weet het niet. Op zich staat het me niet tegen, maar ik heb het al zo druk met mijn gezin, mijn leven en mijn hobby’s. Maar aan uw verzoek werk ik wel graag mee!’
Chantal duwt me met mijn rolstoel over het terrein, terwijl ik met de man wat dingen doorspreek. Intussen is mijn moeder er ook al, en ze bemoeit zich er ook meteen mee. Ze vindt het jammer, dat de boom weg moet, maar begrijpt, dat het noodzakelijk is.
Op mijn werk zijn ze natuurlijk minder blij met mijn nieuws over mijn gebroken been, maar ze tonen begrip. En daarbij kan ik nog steeds werk doen vanuit mijn stoel. En dat is maar goed ook, want er ligt nog een hoop werk. ’s Avonds komt Dennis weer op bezoek. Hij komt deze keer niet voor Eira, maar voor mij.
‘Ze hadden me gezegd, dat als ik inkoper wilde worden, dat ik de sollicitatie bij jou moest doen.’
Ik glimlach. ‘Dus je wilt het wel gaan doen?’
Dennis knikt.
‘Goed, dan gaan we een echt sollicitatiegesprek voeren. Ik wil gewoon duidelijk zijn, wat ik van je verwacht, en ik wil ook weten, wat jouw verwachtingen zijn.’
We voeren dan een interessant gesprek, maar ik laat Dennis in het ongewisse over de uitkomst van het gesprek. De volgende dag bel ik met de HR-manager, Arnold.
‘Hallo Arnold! Gisteren had ik Dennis op bezoek voor een sollicitatie.’
‘Ah, hij heeft er dus meteen werk van gemaakt? Die jongen is goed bezig!’
‘Hij wist de weg al naar hier vinden, Arnold. Hij en Eira zijn vrienden. Maar dat is niet de reden, waarom ik hem bij mijn team wilde hebben.’
‘Ik had al zoiets gehoord. Maar vertel.’
Ik leg de man uit, waarover we gesproken hebben, en dat ik nog steeds wil, dat Dennis bij de inkoop komt.
‘Dan ga ik ervoor zorgen, dat hij zo snel mogelijk begint. En eigenlijk zou ik wel willen, dat jij hem inwerkt.’
‘Maar ik kan voorlopig nog niet naar kantoor komen!’
‘Dan moet het maar van bij jou thuis uit, John. Ik hoop niet, dat je daar een probleem mee hebt?’
‘Nee, helemaal niet! Misschien is dat zelfs goed. Dan kan hij me aanvullen, waar ik nu bepaalde werkzaamheden wat moeilijker kan doen.’
‘Zo had ik dat ook al bedacht. En je hebt altijd goede invloed op mensen, en dan kun je Dennis zo vormen, zodat hij beter in je team past.’
‘Goed, ik ga akkoord, maar ik wil hem niet hier de hele week hebben. Niet omdat ik hem niet mag, maar omdat hij ook binding moet krijgen met de rest van het team.’
We komen al snel tot een overeenkomst en Arnold staat me toe, dat ik Dennis zelf het goede nieuws breng. Ik bel hem zelf op.
‘Hallo, met Dennis Geraerts.’
‘Goedemorgen, met John Vliegers!’
‘John! Jou had ik niet verwacht!’
‘En waarom niet? Heb je het dan zo druk?’
‘Nee, eigenlijk niet. Hoezo?’
‘Dan pak je nu je spullen en kom je naar Echt toe. Ga nog wel eerst even langs bij Arnold de Laat om je nieuwe contract te tekenen, en dan kom je zo snel mogelijk hierheen. De komende weken ben je op maandag, dinsdag en vrijdag in Echt, waar ik je zal opleiden tot inkoper, en dat is buiten de cursussen, die je nog zult moeten gaan volgen. Woensdag en donderdag ben je op het werk, vooral om je nieuwe collega’s te leren kennen. Welkom bij het team inkoop, Dennis!’
‘Wat? Echt? Ik ben aangenomen?’
‘Ja, je bent aangenomen. En dat gaat per direct in.’
‘Cool! Ik ga meteen mijn spullen pakken en kom zo snel mogelijk naar je toe!’
‘Vergeet niet eerst je contract te tekenen bij Arnold.’
‘Maak je maar geen zorgen. Wauw! Ik ben echt blij!’
Ik glimlach, ik kan het enthousiasme aan zijn stem horen.
‘Dan zie ik je zo meteen wel!’
Ik hang op en Chantal ziet me glimlachen, als ze binnenkomt.
‘Wat ben jij aan het glimlachen?’
‘Ik heb net Dennis aangenomen als nieuwe inkoper. Het gesprek, dat ik gisteren met hem had, was voldoende. Hij heeft de motivatie en het niveau om inkoper te worden. Maar dat wist ik eigenlijk al, anders had ik hem niet gevraagd. En de komende weken is hij maandag, dinsdag en vrijdag hier.’
‘Dat zijn de dagen, dat jij normaal hier bent!’
Ik glimlach. ‘Dat heb ik zo afgesproken met de HR-manager. Hij wil graag, dat Dennis zo snel mogelijk ingewerkt wordt, en daarbij kan hij me hier nu ook heel erg goed ondersteunen met de dingen, die ik zelf nu even niet kan. En dan kan jij toch gewoon gaan werken, en hoef jij je geen zorgen te maken om mij.’
Chantal glimlacht. ‘Zelfs nu denk je nog aan mij!’
‘Ik weet toch, hoe belangrijk die musical voor je is, Chantal! En wat belangrijk voor jou is, dat is belangrijk voor mij. En toevallig is de timing nu goed. Het is nu misschien wel wat sneller gegaan, dan de planning op het werk was, maar dat is dan maar zo.’
‘Wilden ze die beslissing dan later nemen?’
‘Ja, ze zitten met die uitbreiding. Maar ik heb ze gezegd, dat we nu ook al onderbezet zijn, en dat we echt iemand nodig hebben. Het is nog niet zo, dat Dennis al meteen gesprekken gaat voeren met de leveranciers, maar dat weet hij al. Hij kan voorlopig het werk op zich nemen, dat wij er anders erbij moeten doen. Later, als hij klaar is met zijn cursussen, dan is dat wat anders. Maar tegen die tijd zou de uitbreiding ook een feit moeten zijn, en dan hebben we hem ook hard nodig. Dan komen er weer nieuwe leveranciers bij. Dat geeft Dennis de kans om goed vertrouwd te raken met de materie en bereid hem goed voor op de toekomst!’
‘En het feit, dat je nu met een gebroken been thuis zit, heeft ze overgehaald om de zaken wat te bespoedigen?’
‘Dat zal het laatste zetje gegeven hebben om het sneller te doen. Eigenlijk wilden ze nog twee weken wachten, maar ik ben blij, dat ze het nu al gedaan hebben.’
‘Waarom twee weken wachten?’
‘Dan hopen ze bericht te krijgen van de banken en overheden. Dan kan de bouw beginnen en moeten ze ook beginnen met het werven van nieuw personeel. Dat ben ik dus nu allemaal voor.’
‘Dus je hebt iedereen te slim af geweest?’
Ik lach. ‘Op mijn been na, dat had nooit mogen gebeuren!’
Een uur later komt de kleine auto van Dennis het erf op gereden. Hij parkeert zijn wagen en komt binnen met een grote Limburgse vlaai.
‘Dat was ook weer niet nodig geweest, Dennis!’
‘Jawel, want dit moet ik vieren! En hij is nog warm, net bij de bakker gehaald!’
Ondanks dat het niet hoefde, laten we ons die lekkernij niet ontgaan. Maar daarna zet ik Dennis meteen aan het werk. Ik leg hem uit, hoe hij bepaalde dingen moet doen, wat hij lekker snel oppikt. Eigenlijk op hetzelfde tempo, als hij dingen oppikt, als we aan de wagens aan het werken zijn. Er zitten wel een goed stel hersenen verborgen onder die hersenpan. En terwijl hij werkt, doe ik mijn oefeningen.
Samen met Dennis lukt het me dan toch om al mijn werkzaamheden uit te voeren. Alleen een afspraak met een leverancier moet ik op een creatieve manier oplossen. De man wilde op de zaak voorbijkomen, maar daar kan ik voorlopig niet komen met mijn been. Dus heb ik met de man bij me thuis afgesproken. Dat zou ik niet met iedere vertegenwoordiger doen, maar ik ken deze man al uit de oldtimerscene. Hij is net zo’n grote liefhebber van oldtimers, dan ik dat ben.
Vrijdag komt de man dan. Ik kom hem tegemoet met mijn rolstoel, mijn vrienden hebben een kleine helling gemaakt, waar ik op en af met mijn rolstoel kan, zodat ik ook over het erf kan rijden en op het terras kan komen. Het is mooi weer, dus daar gaan we dan ook zitten. Dennis is door Chantal intussen wat bekend gemaakt in de keuken, want hij moet ons voorzien van koffie. En daarbij wil ik ook, dat Dennis deze man leert kennen. Hij zal wel vaker met hem contact moeten opnemen, als er iets niet klopt met de bestellingen.
‘Hey John! Zo zien we elkaar een keer bij je thuis!’
‘Victor! Maar denk maar niet, dat ik hier een gewoonte van ga maken. Het is dat ik je ken, anders had ik geweigerd.’
‘Dat begrijp ik helemaal. Wat is er gebeurd?’
‘Ik probeerde een tak van die boom daar te verwijderen, en toen rende een van mijn kinderen onder de boom door, toen een stuk van die tak dreigde te vallen. Tja, dan denk je niet na, dan doe je. Liever dat leven van jou, dan dat van hem.’
‘Met als gevolg een gebroken been, ik begrijp het. Dat is anders een flinke boom!’
‘Ja, en hij gaat ook helemaal om. De brandweer gaat die omzagen. De binnenkant is rot en ze maken er dan een oefening van. Had ik dat eerder geweten, dan had ik nu geen gebroken been!’
‘Hoe krijg je de brandweer zo gek om dat voor je te doen?’
‘Het was een idee van hunzelf. Dan zeg je geen nee. En in ruil mogen ze hier een demonstratie geven om nieuwe leden te werven. Iedereen blij.’
‘Niets voor jou, John?’
‘Nee, geen tijd. En ik werk ook niet in de buurt. Dat gaat niet werken!’
We nemen dan de details door, die hij met me wil bespreken en na een goed half uur zijn we er wel aan uit.
‘Zo, en nu wil ik nog eens je wagen bekijken!’
Ik glimlach en laat me dan door Dennis naar de loods rijden. De wagen van Dennis staat op de brug en Victor kijkt nieuwsgierig. ‘Een Mustang cabrio? Wauw, niet slecht! Van wie is die?’
Dennis glimlacht. ‘Dat is de mijne.’
‘Dus jij bent ook oldtimerfanaat?’
Victor kijkt me aan en zegt: ‘Dus je kiest je collega’s op voorkeuren voor oldtimers?’
Ik lach. ‘Nee, dat is toeval. Maar ik had een slechtere keuze kunnen maken. Helaas kon ik hem niet warm maken voor een Cadillac, maar je kunt niet alles hebben!’
Dennis lacht. ‘Ik ben al blij, dat ik dit kan betalen, man! Maar John is wel degene geweest, die me echt heeft aangestoken met dit virus!’
‘Dan is hij goed bezig! Wat voor motor ligt erin?’
‘Eigenlijk een zescilinder, maar ik ga er een 302 Windsor in leggen. Niet heel erg krachtig, maar ook geen echte benzineslurper. Maar wel een achtcilinder, en Daan gaat me helpen de motor goed af te stellen.’
‘En ik zie niet veel laswerk. Frame niet los gehad?’
‘Nee, dat zou te duur worden. Misschien later. John zei me, dat de carrosserie er nog goed genoeg uitziet, dus een volledige restauratie hoeft nog niet. En bovendien zou ik dat ook niet kunnen betalen. Ik wil nu eerst plezier van de wagen hebben.’
‘Dat is ook belangrijk. Dat zal wel een vrouwmagneet worden!’
Ik lach. ‘Dan heeft hij een probleem met Eira, denk ik. Die zal niet blij zijn, als Dennis met vreemde vrouwen in die wagen zal zitten!’
Dennis lacht. ‘Die kans is nogal groot.’
‘Eira? Jouw pleegdochter? Je houd het wel in de familie, John!’
‘En ook dat is toeval. Die twee hebben elkaar gevonden, daar heb ik niets mee van doen. Maar hoe staat het met jouw wagen?’
‘Die mag weer op de brug. De roestduivel heeft toegeslagen. Maar ik heb geen tijd om er iets aan te doen.’
‘Laat Daan er eens naar kijken, Victor. Hij heeft tegenwoordig een hele goede lasser in dienst, die maakt van iedere wagen weer een roestvrije wagen, zonder dat je er iets van ziet. En opgeleid door mij!’
‘Ow? Wie is dat dan?’
‘Joey. Die met die Zwarte Plymouth Vailliant. Je hebt die wagen toch gezien in het eerste jaar en je weet hoe die er nu uitziet!’
‘Ja, die is echt mooi geworden. Ik ben normaal niet zo’n fan van Plymouths, maar die vind ik wel mooi.’
‘En zeker als je bekijkt, dat hij er dagelijks in rijdt!’
‘Echt? Gebruikt hij die wagen dagelijks?’
‘O ja, en op dat hele ding vind je geen enkel krasje. Joey heeft zich snel bekwaamd in het lassen en spuiten van wagens. Daar heeft Daan een hele goede kracht aan. Sterker nog, zonder Joey was zijn zaak nooit zo goed geworden!’
‘Dat is misschien een goed idee, en Daan is goed met het mechanische gedeelte, dan kan hij de wagen misschien eens helemaal onder handen nemen. Dat is onderhand wel nodig, en ik wil hem eigenlijk nog lang niet kwijt!’
‘Rij er straks even langs, dan weet je meteen of hij tijd heeft.’
We bekijken dan de wagen van Chantal, die nu ook wat anders uitziet.
‘En dat is de wagen van Chantal, of niet? Die ben je weer aan het opknappen?’
‘Dat is de bedoeling. Een heel klein beetje laswerk, maar hij moet opnieuw gespoten worden, en de motor, versnellingsbak en de assen worden gereviseerd. En het interieur wordt weer opgeknapt. Dat heeft allemaal geleden van dagelijks gebruik. Gelukkig is dat nu niet meer aan de orde, Chantal heeft nu een andere wagen voor dagelijks gebruik: Een Cadillac BLS en ik heb een Cadillac BLS wagon V6.’
‘Dat doe je niet slecht! Bevalt je goed?’
‘O, het rijdt heel erg goed, maar de V6 is wel wat schadelijk. Hij rijdt echt heerlijk, maar Daan wist misschien nog een CTS staan. Hetzelfde vermogen, maar stukken zuiniger.’
‘Hmm, als je je wagen weg wilt doen, dan zeg dat even! Ik zoek nog zoiets voor mijn vrouw. Misschien krijg ik haar dan eindelijk aan een Amerikaan! En dit kon ze wel een leuk vinden!’
‘Maak maar foto’s, Victor!’
Een half uur later is de wagen al zo goed als verkocht. Als Victor weg is, moet Dennis hard lachen.
‘Niet te geloven, hoe gemakkelijk je hem inpakte!’
‘Dan had hij maar niet zo overduidelijk moeten zijn. Een lesje voor jou als inkoper, nooit al je kaarten op tafel leggen. En nu zal ik maar Daan gaan bellen, dat hij me de CTS kan regelen… Chantal zal wel weer even zeuren, maar ze zal ook geen nee zeggen tegen ongeveer honderd euro in de maand minder aan brandstof!’
Als Chantal die avond thuis komt, heeft Daan net mijn nieuwe auto gebracht.
‘John? Wat is hier aan de hand?’
‘Ik heb mijn Cadillac ingeruild voor een andere.’
‘Ja, dat zie ik! En dat bespreek je dan niet met mij?’
‘Normaal zou ik dat ook gedaan hebben, maar ik kreeg een paar uur geleden een telefoontje, dat hij mijn Cadillac wilde kopen voor zijn vrouw, en tja, dan moet ik weer een andere hebben. En deze wist Daan goedkoop te staan. En die kost behoorlijk minder aan brandstof.’
Chantal schudt haar hoofd. ‘Mannen en auto’s!’
Ik trek haar naar me toe en zeg: ‘En zeg eerlijk, je vind die oude wagen van mij ook lelijk!’
Ze moet lachen. ‘Je kent me veel te goed. Sorry, ik vind het inderdaad niets. Hij rijdt wel lekker, maar dat doet de mijne ook! Wat is dit voor een type?’
‘Een Cadillac CTS. Ook een viercilinder, maar wel honderd pk meer dan de jouwe. En een stuk jonger en ook zuiniger.’
Chantal grijnst. ‘Jij mag er toch nog niet in rijden, dus ik kan wel een testritje maken?’
‘Ga je gang!’
Ze stapt in en rijdt met de wagen weg. Daan komt lachend naast me staan.
‘Daar kom je goed mee weg, John! Dat hoef ik niet te flikken met Melissa!’
Ik lach. ‘Daarvoor moet je Chantal goed kennen. Weet je nog zo’n ding te staan?’
‘Ja, hoezo? Zelfde bouwjaar. Kost ook ongeveer hetzelfde.’
‘Dan heb ik een nieuwe koper nodig voor haar oude. Ik ken Chantal goed genoeg, dat ze straks dezelfde wil.’
‘Je bent gek! Maar ik regel het wel voor je, hoor! Maar die heb ik niet morgen hier!’
‘Geen probleem, Daan. Ik kan voorlopig toch nog niet rijden. Wat voor kleur is die?’
‘Een rode.’
‘Regel het maar!’
Vijf minuten later is Chantal al weer terug.
‘Oei, dat rijdt wel heel erg lekker!’
Ze kijkt me aan en zegt: ‘Weet je wat, John? Koop jij maar een andere, dan houd ik de deze!’
‘Dat dacht ik al. En Daan wist een rode te staan, en ik denk, dat jij die mooier zal vinden.’
Chantal lacht. ‘Hoe wist je het?’
‘Omdat ik je heel goed ken, Chantal! Daan gaat het voor ons regelen.’
Daan schudt lachend zijn hoofd. Dan zegt hij: ‘Wacht, ik moet even Melissa bellen. Ze wil ook een andere auto, en waarom niet die?’
Chantal lacht. ‘Ik weet zeker, dat ze die wel zou willen. Laatst reed ze met me mee en ze vond het echt lekker rijden!’
We gaan dan op het terras zitten, als even later Melissa eraan komt rijden in haar klein autootje. Ze kijkt meewarig naar ons en schudt haar hoofd. ‘Jullie zijn echt gestoord! Jullie hebben amper die auto’s gekocht, of jullie kopen alweer andere!’
‘Alsof jij die wagen van mij niet wil hebben!’
‘Willen jullie dat echt doen?’
Chantal knikt. ‘Ik heb het er net met John over gehad. Die wagen is wel fijn, maar ik zal misschien ook vaker verder weg moeten. En dat is wat meer luxe niet slecht. Niet dat de BLS niet luxe genoeg is, maar de CTS is toch wel een slag anders. Om maar niet te spreken van meer vermogen!’
‘Jullie hebben echt geld te veel!’
Ik lach. ‘Dat valt wel mee, maar dit hadden we meteen moeten doen. Ik heb eigenlijk geen stationwagen meer nodig, en we wisten eigenlijk ook al, dat Chantal misschien wel meer kilometers moest gaan rijden. Daarom ben ik ook begonnen aan de restauratie van de Dodge. Die was daar helemaal niet voor geschikt. De BLS was al beter, maar op het moment, dat ik naar die wagens aan het kijken was, waren er geen CTS beschikbaar. Dat maken we nu dan weer goed. De nieuwe wagen voor Chantal moet nog van Amerika komen en moet dan nog eens nagekeken worden, in de tussentijd kan ze met mijn wagen rijden. Ik kan voorlopig toch nog niet rijden.’
En zo is de deal al snel rond. Dennis vraagt dan: ‘Gaat dat vaker zo hier?’
Chantal lacht. ‘Vaker dan me lief is. Maar John heeft wel gelijk, dit hadden we meteen moeten doen. En als ik het zo hoor, kost het ons eigenlijk alleen maar de meerprijs. En dat valt ook weer best mee.’
Dennis zegt lachend: ‘Ik zou willen, dat ik dat geld had!’
Ik glimlach. ‘Dat komt nog wel, Dennis. Als je straks je diploma inkoper hebt, ga je ook meer verdienen. En bovendien werken we allebei, en daar kunnen we meer dan goed van rondkomen.'
Chantal knikt. ‘Ik verdien wel niet zoveel als John, maar omdat John ook nog inkomsten heeft van de loods en zijn land, is er genoeg geld voorde hypotheek niet zo heel hoog. En na de vaste lasten blijft er nog genoeg over voor onze hobby’s. En ik weet, dat John wel een en ander gespaard heeft, dus dit kunnen we ons wel veroorloven. Al had ik eigenlijk dit jaar nog een zwembad willen kopen… Nou ja, dan wordt dat volgend jaar. Misschien ook beter, dan zijn de kinderen iets groter.’
‘Die amuseren zich ook in zo’n klein opblaasbadje. Ik vind ze nog steeds te klein voor zo’n groot zwembad.’
Daar is Chantal het niet helemaal mee eens, maar ik weet wel waarom ze een zwembad wil, om er zelf in te liggen. Maar in de zomer zijn we vaak weg met de auto’s en een zwembad heeft toch verzorging nodig. En zolang onze kinderen nog klein zijn, wil ik daar nog niet helemaal aan. Maar daar zullen we nog wel over praten, daar maak ik me geen zorgen over.
Een week of vier verder kan ik weer wat lopen, maar ik kan zelf nog niet rijden. Dennis komt me ophalen en brengt me naar mijn werk. Daar kan ik wel met krukken lopen, al kom ik niet veel van mijn kantoor af. Maar het brengt me wel weer onder mijn collega’s en ik kan ook weer afspraken maken met leveranciers. Maar dat is niet het belangrijkste voor mij, want nu kan ik weer gewoon in mijn eigen bed langs Chantal slapen. Want dat hadden we allebei wel heel erg gemist. De eerste avonden heeft Chantal nog bij mij in bed gelegen, maar dat bed was gewoon te klein om comfortabel te liggen. Seks zit er nog niet in, maar dat vind ik niet eens erg.
Intussen is Chantal ook heel erg gevorderd met haar musical. Ze vertelt me dagelijks over de vorderingen en ze wil dan ook, dat ik naar de generale repetitie kom kijken. En daar ben ik dan ook erg nieuwsgierig naar. En tussen Eira en Dennis begint echt wat moois op te bloeien. Dennis toont zich echt een heer naar Eira toe, en dat lijkt ze ook echt te waarderen. En dat hebben Hilde en Sean ook te horen gekregen, en nu willen ze graag Dennis een keer ontmoeten, omdat ze niet nog eens een toestand als met Dylan willen meemaken. Ze hebben mij en Chantal daar al over gebeld, en ze zijn wel blij met onze meningen over Dennis. Maar ze willen het gewoon met eigen ogen zien en hem spreken. En over Dennis maak ik me niet zo heel veel zorgen, die jongen is gewoon een goede jongen. Alleen weten Eira en Dennis hier nog niets van. Als ik die avond thuiskom, en Eira met Dennis in de loods bezig is, bespreek ik dit met Chantal.
‘Sean belde me vanmiddag nog op, Chantal. Ze komen naar de première. Wat doen we, laten we ze slapen in de caravan? Lijkt me op zich een beter idee, dan in de logeerkamer. Daar hebben ze meer ruimte en het valt niet zo op. Het moet toch een verrassing blijven, dat wilden ze graag!’
‘Als ze daarmee geen problemen hebben, lijkt me dat inderdaad een goed idee. Ik ben alleen benieuwd hoe Eira daarop reageert. Ze is niet meer dat meisje, dat destijds uit Noorwegen vertrok!’
‘Ik denk, dat Eira gewoon een beetje bang is om naar haar ouders toe te gaan, omdat het de vorige keer zo’n fiasco was. Dat dacht Sean trouwens ook al.’
‘Die kans is wel groot, inderdaad. Maar Dennis is geen Dylan, in de verte niet eens!’
Opeens krijg ik een idee. Ik heb het telefoonnummer van Dennis zijn ouders, want hij woont nog steeds thuis. Ik pak mijn telefoon en bel ze gewoon op.
‘Hallo, Martin Geraerts.’
‘Ah, mijnheer Geraerts! U spreekt met John Vliegers.’
‘Ah, waar Dennis tegenwoordig zo vaak is. Er is toch niets gebeurd, mag ik hopen?’
‘O nee, niet met Dennis, maakt u zich geen zorgen. Die is lekker bezig aan zijn droomwagen.’
‘Ja, dat is me wat! We waren er in eerste instantie niet zo blij mee, maar ik heb hem de laatste jaren niet zo vrolijk en opgewekt gezien!’
‘Dat kan meerdere redenen hebben.’
‘Ja, hij maakt zich zijn droom werkelijkheid en hij werkt er ook echt hard voor. En natuurlijk helpt het ook, dat hij nu een betere functie heeft gekregen.’
‘Ja, ik had ook specifiek om hem gevraagd, toen de vacature eenmaal vrijgegeven was. En hij doet het echt niet slecht.’
‘O ja, u bent ook de baas van Dennis!’
‘De chef, niet de baas. Ik ben hoofd inkoop en Dennis valt onder mijn verantwoordelijkheid. Maar daar bel ik niet over. Heeft Dennis het toevallig ook over andere zaken gepraat?’
‘U bedoelt zijn vriendin?’
‘Ja, Eira. Ik wist niet, hoever u op de hoogte was. Ik weet niet, of u het wist, maar Eira is mijn pleegdochter.’
‘Ja, dat heeft Dennis ons verteld. Ze woont bij u, maar komt oorspronkelijk uit Noorwegen?’
‘Ja, precies zo. Maar ik weet niet, hoever u op de hoogte bent van haar leven?’
‘Niet zo heel erg veel. Is er iets, dat we moeten weten?’
‘Niet zo zeer, behalve dan dat ze echt een hele nare tijd achter de rug heeft. Ze was verloofd en dat is niet heel erg goed gegaan. En de ouders van Eira zijn wel blij, dat ze nu weer iemand anders heeft gevonden, maar maken zich wat zorgen over Eira. En dat doen wij ook wel. Kijk, ik ken Dennis van het werk en van de tijd, dat hij hier is, maar ik heb zo eigenlijk geen idee, hoe hij normaal is.’
‘Wat kan ik zeggen? Dennis is een heel gewone jongen, niet echt opvallend, altijd vriendelijk en staat altijd voor iedereen klaar. En hij is gek van oude auto’s. Maar dat wist u al.’
‘Nou, dat wilden we eigenlijk weten. Zou u interesse hebben om een keer op bezoek te komen?’
‘Ja, dat lijkt me eigenlijk wel leuk. Dan kunnen we eens zijn wagen bekijken en eens met jullie kennis maken. Dan weten we ook weer, met wie Dennis omgaat.’
‘Zullen we komende vrijdag afspreken? Dan zijn er toevallig meer leden van de club aanwezig, waar Dennis nu ook bij is, dat zijn allemaal autoliefhebbers. Ik zou alleen dansschoenen meenemen, want de band gaat oefenen.’
‘De band?’
‘Enkele leden van de club zitten in een band, en die oefenen vaak op vrijdag in de loods. En dan worden nog wel eens spontaan gedanst worden. Zelf kan ik even niet dansen, vanwege mijn blessures, maar als ik weer de kans krijg, zal ik dat zeker weer gaan doen!’
‘O, en wat spelen ze?’
‘Hoofdzakelijk jaren vijftig, zestig en zeventig Rock & Roll, Boogiewoogie, swing en dat soort muziek.’
‘Zo, dat is nog een mooie muziek! Ik moet het even overleggen, maar ga er maar vanuit, dat we komen!’
Ik neem dan afscheid en hang op.
Ik kijk grijnzend Chantal aan. 'Die komen dus kijken en mee swingen! Jammer dat ik niet mee kan doen!’
‘We zouden kunnen zingen, dat vindt Gerard helemaal niet erg!’
‘Ik zal Gerard eens bellen, dat we wat langer oefenen. Eens kijken of Dennis ook wat kan van dansen...’
O, dat wordt dus de ontgroening?’
‘Zo zou je het kunnen zeggen. Vertellen we Eira erover?’
‘Ja, dat zou ik wel doen, anders kon ze wel eens boos worden.’
‘En dat willen we niet. Kom, we gaan eens kijken naar de tortelduifjes! Ik moet toch weer wat bewegen met mijn pootje! Maar eerst bel ik even met Gerard.’
Chantal glimlacht en ik bel Gerard op, die wel te porren is voor een wat uitgebreidere repetitie. Daar lopen Chantal en ik met mijn krukken richting de loods. Maar als we daar aankomen, zijn Dennis en Eira met heel andere dingen bezig, dan aan de wagen te werken. We betrappen ze, als ze hevig met elkaar aan het zoenen zijn.
We kuchen. ‘Ahum! Dus dit verstaan jullie onder hobbyen?’
Geschrokken laten ze elkaar los, maar zien ons lachen. Dan moeten ze zelf ook hard lachen.
‘We hoorden jullie niet aankomen...’
‘Dan is het maar goed, dat jullie ouders niet nu hier staan. Maar ga gerust verder, en trek je niets van ons aan!’
Eira zegt dan gevat: ‘Geen zorgen, dat doen we zo ook wel!’
We moeten lachen. ‘O ja, voordat ik het vergeet, komende vrijdag houdt de band een uitgebreide repetitie en het zal dan wel drukker worden. En Dennis, ik heb je ouders ook even uitgenodigd. Het leek me leuk om ze te leren kennen, en ik bedacht me ook, dat ze wel wilden weten, waar hun zoon de hele tijd uithangt.’
Eira kijkt niet heel erg blij, maar Dennis schijnt het niet erg te vinden. Hij heeft al eens de band horen spelen en een bijeenkomst van de club meegemaakt. Die zijn altijd best gezellig en dat motiveert hem nog meer om zijn wagen op te knappen. En dat wil hij best aan zijn ouders laten zien.
‘O, dus ze willen wel eens zien, waar ik aan werk?’
‘Ja, maar ook de mensen, waar je mee omgaat. Ik denk, dat je meer begrip kunt kweken bij je ouders, door te laten zien, wat het eigenlijk inhoudt. Nu zijn wij geen representatief voorbeeld, maar wel een heel gezellig club met extra's, die je bij geen andere club krijgt. Niet dat jij nog de goedkeuring van je ouders nodig hebt, maar omdat je nog thuis woont is het wel handig, als ze er meer begrip voor hebben.’
‘Ja, misschien is het wel goed. Ze wisten wel, dat ik zo'n wagen wilde hebben, maar ze begrijpen niet goed waarom. En hier in de loods zou je jezelf soms in een museum wanen met al die mooie wagens!’
‘En die van jou komt er ook wel zo mooi uit te zien. Heb je die as alweer gemonteerd?’
‘Ja, helemaal klaar! Eira had hem in de primer gezet, en die is nu aan het drogen.’
‘Aha, dus daarom dachten jullie, er is toch niemand, dus we kunnen wel wat anders gaan doen?’
Dennis lacht. ‘Zoiets.’
Eira kleurt wat rood en Chantal zegt lachend: ‘Schaam je je nu, Eira?’
‘Een beetje. Ik had jullie helemaal niet verwacht!’
‘Ook al ben je volwassen, Eira, we hebben nog steeds de zorg over jou. Dus dan willen we ook weten, waar je bent en wat je aan het doen bent. En ik denk, dat we je genoeg privacy geven om met Dennis alleen te kunnen zijn!’
Eira glimlacht. ‘Dat is ook wel zo. Ik voel me hier vrijer, dan ik thuis zou kunnen zijn. En Dennis is zo ontzettend lief voor me!’
‘Ja, dat zagen we! Maar komen jullie nog even wat drinken, of hebben jullie het nog druk met andere zaken?’
Eira lacht. ‘Wat koffie zou niet slecht zijn. Die andere zaken kunnen nog wel even wachten!’
Enkele uren later gaat Dennis weer naar huis toe, en Eira kijkt hem zuchtend na. Chantal gaat naast hem staan. ‘Je hebt het goed van hem te pakken, Eira!’
Eira knikt. ‘Ik hoop alleen, dat hij niet zoals Dylan is.’
‘Dat denk ik niet. En het is ook niet eerlijk om Dennis met Dylan te vergelijken. Die lijken in de verste verte niet op elkaar! En ik deel de mening van John, Dennis past veel beter bij jou, dan Dylan.’
‘Zegt John dat dan?’
‘O ja, en hij had ook al een voorgevoel, toen jij met Dylan naar je ouders ging. Dat had hij eigenlijk al, toen je hier met hem de eerste keer kwam. Maar ja, wat kon hij zeggen? Hij zal de laatste zijn, die je zal verbieden met een jongen om te gaan. Zo is John niet. En dat is ook goed zo. Maar we hebben wel een beter gevoel over Dennis, en dat is heus niet alleen zo, omdat John hem iets beter kent via zijn werk. Ik ken Dennis eigenlijk helemaal niet, maar ik vind hem een geweldige vent, en ik begrijp heel goed, dat je verliefd op hem bent geworden. Hij is ook een beetje type John. En zulke mannen zijn moeilijk te vinden, Eira. Maar als je er één hebt gevonden, dan houdt hem maar goed vast!’
Eira glimlacht. ‘Dat ben ik ook van plan! Ja, hij is inderdaad een beetje een type John! En Dennis is ook best knap en goed gebouwd! En hij is echt heel erg lief voor me. Hij heeft me gevraagd, of ik met hem op dansles wil gaan.’
‘Wat heb je gezegd?’
‘Dat ik er even over na moest denken. En daar had hij wel begrip voor.’
‘Waarom moet je er over nadenken?’
‘Het gaat allemaal zo snel! En ik wil niet weer dezelfde fout maken, als bij Dylan! En bij Leon ging het ook zal zo snel! En dat is uiteindelijk niets geworden!’
‘Het maakt niet uit, of het snel gaat, Eira! Het gaat zich erom, dat jij je er goed bij voelt. En ik zie, dat Dennis wel heel erg veel rekening met je houdt. Hij weet, waarom je soms wat terughoudend bent, maar dat moet je niet als excuus blijven gebruiken! Wie zegt je, of hij wel zolang wil wachten?’
‘Wat moet ik dan doen?’
‘Samen leren dansen, dat is toch niet zo heel erg, of wel? Natuurlijk, je hebt wat meer lichaamscontact en het is wat intiemer, maar je leert elkaar wel beter kennen. En het is heel leuk om te doen, dat weet je zelf ook wel. Ik denk, dat Dennis je daarom gevraagd heeft. Hij vindt je gewoon heel erg leuk, dat zie ik aan alles. En hij wil je gewoon beter leren kennen. Ik denk niet, dat hij het zal misbruiken om dingen te gaan doen, die jij niet wilt.’
‘Dat is het probleem niet, Chantal! Ik wil eigenlijk meer! En dat beangstigt me!’
Chantal lacht. ‘Ook die gevoelens ken ik goed, Eira! Of ben je vergeten, hoe John en ik elkaar hebben leren kennen? Dat ging ook heel snel, en ik heb er nooit spijt van gehad. Maar hoe snel we ook gingen, John was altijd degene, die een beetje de rem erop zette. Hij nam zich de tijd om me goed te leren kennen, en dat zie ik ook bij Dennis. Ik denk, dat hij echt serieus met je is, en zich daarom ook inhoudt. En dat jij misschien al meer wilt, dan je wilt toegeven, dat vertelt mij, dat je hem echt heel erg leuk vindt. En dat is toch geen schande? Dat is alleen maar fijn!’
Eira knikt. Er rolt een traan over haar wang, ze heeft het hier echt moeilijk mee. Daarom vindt ze het ook fijn, dat ze hier even over kan praten met Chantal. Chantal trekt Eira troostend tegen haar aan en wrijft haar over haar rug. En dat doet Eira echt goed.
‘Je bent zoveel meer dan een pleegmoeder voor me, Chantal! Je bent ook een van mijn beste vriendinnen! Met jou kan ik echt over alles praten! Thuis zou ik dat met mam nooit gekund hebben!’
‘Maar je band met je moeder is wel beter geworden, sinds je hier bent. Soms is het beter om even thuis weg te zijn. Dat was voor mij ook zo. Ik heb nu een betere band met mijn moeder, dan voorheen. En dat is wel fijn.’
Eira pinkt haar traan weg en pakt dan haar telefoon. Dan stopt ze hem weer weg.
‘Dennis is nog aan het rijden’, verklaart ze haar actie. ‘Ga je hem vertellen, dat je met hem wilt gaan dansen?’
Eira knikt. ‘Je hebt gelijk, Dennis is niet zoals Dylan. En ik wil Dennis ook beter leren kennen. Ook al zit ik soms nog een beetje in tweestrijd.’
‘Omdat je ergens toch nog niet helemaal afscheid hebt genomen van Dylan?’
Eira knikt.
‘Misschien is het een idee om dat een keer te doen?’
Eira kijkt geschokt. ‘Je meent, om naar hem toe te gaan?’
Chantal knikt. ‘Ik zou dat wel doen. Het is beter om hem dit beter in zijn gezicht te zeggen, dan kan hij het misschien ook afsluiten. Het zou niet eerlijk zijn, dat jij verder gaat, maar hij dat niet kan. En ik weet, dat je daar heel erg tegenop kijkt, maar het is wel iets, wat je moet doen. En als je wilt, dat John en ik meegaan, dan gaan we dat regelen.’
Dat moet Eira even laten bezinken. Maar na een tijdje zegt ze: ‘Als jullie meegaan, dan durf ik het wel. Maar ik ben echt bang van hem geworden, moet ik hem dat ook zeggen?’
‘Ja, dat zou ik wel doen. Het kan hem helpen verder te gaan. En als hij het kan afsluiten, dan hoef je in de toekomst niet meer bang te zijn, dat hij hier ooit weer voor je deur staat!’
Eira knikt en Chantal roept dan: ‘John? Kun je even komen?’
Ik kom dan naar het tweetal toe, die ik bewust even alleen gelaten heb.
‘Eira wil Dylan laten weten, dat het echt voorbij is. En hem dat in zijn gezicht vertellen, maar ze wil, dat we met haar meegaan.’
‘Weet je het zeker, Eira?’
Eira haalt diep adem en zegt dan: ‘Ja, Chantal heeft gelijk, dit moet ik afsluiten, voor mij, maar ook voor Dylan. Want pas dan kan ik verder met Dennis.’
‘Goed, dan gaan we dat voor je regelen.’
Eira komt naar me toe en geeft me een knuffel. Het is duidelijk, dat ze zich nog steeds geborgen en veilig bij me voelt, en dat doet me wel wat. Ik bel die avond nog met de vader van Dylan en vertel wat Eira wil. En hij is het met me eens, dat dit goed is voor allebei. En hij zegt toe, een datum te gaan regelen voor Eira.
Er zijn nog geen trefwoorden voor dit verhaal. Welke trefwoorden passen volgens jou bij dit verhaal?
Geef dit verhaal een cijfer:
5
6
7
8
9
10