Door: Yoekie
Datum: 12-03-2013 | Cijfer: 7.3 | Gelezen: 3197
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 50 minuten | Lezers Online: 1
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 50 minuten | Lezers Online: 1
Vervolg op: Ware Liefde - 14
De maanden passeren en nog steeds is er geen spoor van onze kinderen. Na een maand moesten we weer terug naar Nederland, omdat de visums verlopen waren. Mijn broer en schoonzus hebben ons geweldig opgevangen, maar niets is zoals het was.
Rose en ik praten nooit over wat er gebeurd is en ik probeer zo veel mogelijk bezig te zijn en dingen te doen, om maar niet na te hoeven denken en de verschrikkelijke leegte te voelen.
De politie in Nederland staat in contact met die in Amerika, zodat wij op de hoogte blijven. Ook een huiszoeking in Dave's huis heeft niets opgeleverd, behalve bewijs dat hij obsessief met ons was. Ze hebben stapels foto's van ons en de kinderen gevonden, plus een stappenplan om ons te volgen en te stalken. Hij is zelfs met ons mee naar Amerika gereisd om ons daar te volgen. Ik wist dat ik niet paranoïde was! Het probleem blijft alleen: Waar is hij?
Ik heb net besloten me te gaan richten op het vinden van Rose' moeder. Alles om die leegte te ontlopen.
Op Google typ ik in: Vermiste baby, 1987. Er komen een hele hoop resultaten, maar geen verhaal matched een beetje aan het verhaal van Rose' moeder.
Opnieuw typ ik in: Dode baby, 1987 kinderwagen. Ook hier komen heel wat verhalen naar voren. Over wiegendood, etc. Ik scrol door de lijst en zie allemaal site's met informatie en verhalen over wiegendood en wanneer het iemand overkomen is, etc. Ik word er gefrustreerd van. Het zal toch wel in de krant hebben gestaan, toch? Hoop ik...
Helemaal onderaan de lijst valt mijn oog op: "... beweert dat het niet haar baby is..."
Mijn hart slaat over en ik open hem. Zal dit het zijn?
Maandag zeven januari 1987.
Dode baby in kinderwagen niet van moeder.
Zaterdagmiddag kreeg de politie een melding binnen van een zestienjarige tiener, die haar baby dood gevonden heeft in de kinderwagen.
De moeder, Heather Spring, heeft op zestienjarige leeftijd een baby gekregen. Ze was met haar baby naar een speeltuin gegaan en raakte even afgeleidt door de buurkinderen die daar speelden. Toen ze terug naar haar eigen kind ging, kreeg ze de schrik van haar leven.
De moeder is naar een ziekenhuis gebracht en dokters vermoeden dat ze door het trauma niet meer weet wie haar baby is. De tiener beweert namelijk dat die baby niet de hare is.
De ouders van het meisje bevestigen echter dat het wel hun kleinkind is.
Er is nog geen verdere informatie over de doodsoorzaak en of de moeder er een rol in speelt.
Mijn maag draait een kwartslag. Wat een misselijkmakend verhaal! Rose leeft nog! De moeder had gelijk.
Ik heb zin om te schreven, revieuws te schrijven dat ze ongelijk hebben... maar wat schiet ik er mee op.
Hoe nou verder? Ik weet bijna honderd procent zeker dat dit de vrouw is naar wie ik zoek. Ik lees het bericht nog eens en zie ineens de naam staan. Heather Spring.
Ik typ de naam in Google in en vindt een paar adressen met de naam Spring.
Snel zet ik ze in Word en print het uit, want ik hoor Rose bij de voordeur. Ze is waarschijnlijk boodschappen gaan doen.
Het A-4je verdwijnt in mijn tas en ik doe net of ik gewoon wat spelletjes zat te doen.
"Hoi", zegt ze mat en ik mompel wat terug.
In de keuken pakt ze de tassen uit en ik bekijk haar. Haar hangende schouders, de wallen onder haar ogen en de doffe blik in haar ogen zijn niets nieuws meer voor mij. Ik ben ook gestopt met mopperen op haar dat ze wat beter voor zichzelf moet zorgen. Ik heb er de puf niet meer voor.
Sam is bij haar eigen ouders ingetrokken en belt minimaal één keer per dag of we al iets hebben gehoord. Ook zij is totaal de weg kwijt.
"Ik ga zo even een rondje rijden", zeg ik, maar ik weet dat het eigenlijk overbodig is. Het interesseert haar toch niet zo.
Ze mompelt wat onverstaanbaars. Ik haal mijn schouders op, pak mijn tas en autosleutels en ga weg. Even weg uit dat bekrompen, donkere huis.
Ik stel de tom-tom in op het eerste adres en rijd. Lang en ver... maar het maakt mijn hoofd leeg. De muziek tettert uit de boxen en ik zet het raam een beetje open voor wat frisse, koude, wind.
Na twee uur rijden ben ik op bestemming gekomen. Een beetje nerveus bel ik aan. Een oudere vrouw doet open.
"Hallo kind, wat kan ik voor je doen?", vraagt ze vriendelijk. Ik moet bijna huilen. Het is al best lang geleden dat iemand zo tegen me praatte.
"Hallo... ik ben opzoek naar Heather Spring. Woont ze hier toevallig?"
"Nee, het spijt me. Mijn kinderen zijn allemaal het huis uit en geen van hen heet Heather. Veel succes met verder zoeken", zegt de vrouw.
Zuchtend ga ik weer in mijn auto zitten en zoek een plaats uit dat hier een beetje in de buurt ligt.
Na een goed half uur ben ik opnieuw bij een huis en bel ik aan.
"Hallo", zegt een norse man.
"Hallo, sorry dat ik stoor. Ik ben opzoek naar Heather Spring, woont zij hier?"
"Nee. Ken ik niet", antwoordt de man. Ik kan nog geen gedag zeggen of hij heeft de deur al weer dicht. Boos geef ik een trap tegen de deur. Schoft.
De moed begint me bij het vijfde huis in de schoenen te zakken. Misschien woont ze wel in het buitenland... of erger: Leeft ze helemaal niet meer.
Het wordt al laat, dus ik besluit terug naar huis te rijden. Ik zing mee op de muziek, maar zet de radio snel uit als Julie's favoriete liedje op komt.
"Waar ben je", fluister ik en veeg een traan weg. Laat ze alsjeblieft in orde zijn. En bij elkaar. Dan hebben ze ten minste nog wat steun aan elkaar.
"Ben thuis", roep ik.
"Waar was je?", vraagt Rose verontwaardigd.
"Dat zei ik toch, ik ben een stukje gaan rijden."
"Een stukje?! Je bent de hele dag weg geweest. Ik heb al genoeg zorgen aan mijn hoofd. Ik moet me niet nog eens zorgen hoeven maken om jou", zegt ze kwaad.
Zuchtend ga ik naar boven en neem een douche. Wat is er met ons leven gebeurd? Vlagen van hoe het een paar maanden geleden was, passeren in mijn hoofd. Mijn vrolijke en lachende vrouw, met onze dochter in haar armen en Julie's hand in de mijne.
Ik laat me op mijn knieën vallen, begraaf mijn hoofd in mijn handen en begin te huilen. Mijn kindjes...
"Gaat het?", hoor ik Rose zachtjes vragen bij de deur.
Snel veeg ik mijn tranen af en ga staan.
"Ja. Ben zo klaar", mompel ik en droog me snel af. Mijn pyjama laat me wat comfortabeler voelen en ik laat me in bed vallen. Eten heb ik geen zin in.
De telefoon gaat.
"Ja?", vraag ik.
"Caithlynn, hoe gaat het?"
Het is mijn broer.
"Goed."
"En nu zo dat je het meent? Zusje ik maak me zorgen om je. Wij allemaal. Ron heeft ook al contact met ons opgenomen omdat hij zich geen raad meer weet met jullie. Misschien is het beter als wij een tijdje bij jullie intrekken. Tot alles weer een beetje beter is."
"Beter? Het wordt niet beter, John. Ze zijn weg en hoe langer ze weg zijn, hoe kleiner de kans dat we ze ooit nog levend terug zien", zeg ik mat.
"Praat niet zo. Dit is helemaal niets voor jou. We hebben onze tassen eigenlijk al gepakt, want ik wil geen tegenspraak. We zijn er zo", zegt hij.
Ik weet dat het geen zin heeft en hang zuchtend op.
Starend naar een foto van Julie en Sara samen, vallen mijn vermoeide ogen dicht.
"Hier", zegt John en maakt me de volgende mogen wakker.
Hij zit op mijn bedrand en heeft een bord met boterhammen bij zich. "Eet, of ik stop het met een trechter er in."
"Laat me met rust", mompel ik en trek mijn kussen over mijn hoofd.
"Echt waar, Caithlynn, je moet ophouden. Hier help je niemand mee. Pap en mam zouden teleurgesteld zijn als je zo zou doen."
Het helpt. De gedachte om hen teleur te stellen laat me overeind komen en ik neem een hap van het brood. Het smaakt ergens best goed.
"Ik wil dat je je gaat aankleden en wat gaat doen. Het leven gaat door, ondanks dat Julie en Sara er niet zijn. Het klinkt misschien barbaars, maar het is waar. Kijk maar eens naar buiten. Mensen doen gewoon boodschappen, gaan naar hun werk en maken ruzie met hun partner. Het leven stopt niet bij deze gebeurtenis. En bovendien hebben Julie en Sara er niets aan als ze dadelijk terugkomen en twee ouders hebben die mentaal labiel zijn, begrepen?", vraagt hij streng. Ik voel aan mijn water dat ik nu beter kan doen wat hij zegt, omdat ik anders echt een hele boze broer heb.
Zuchtend klim ik uit bed en trek de kleding die ik gister aan had weer aan. "Ik ga wel weer een eind rijden vandaag. Het maakt mijn hoofd leeg", zeg ik zachtjes.
Hij knikt goedkeurend. "Als je thuis komt staat het eten al voor je klaar. Maak je daar maar geen zorgen over. Wij zorgen wel voor Rose."
Ik kus John dankbaar op zijn wang en maak me klaar om te vertrekken. Opzoek naar Rose' moeder...
Ik begin waar ik gister geëindigd was en bel aan.
"Ik ben opzoek naar Heather Spring."
"Sorry, maar die woont hier niet."
Altijd hetzelfde verhaal... Ik heb nog maar vier adressen op mijn lijst staan en ik begin in te zien dat Heather misschien niet meer hier leeft, of onder een andere naam.
Het volgende huis is precies hetzelfde. Het huis daarna ook. Nergens is Heather bekend.
Ik vraag me af of ik mezelf de teleurstelling niet gewoon moet besparen en naar huis moet gaan. Bijna ga ik, als ik me bedenk. Wat nou als ze toch nog bij die laatste twee zit... dan zullen Rose en ik het nooit weten.
Ik geef een ruk aan het stuur en rij in de richting waar ik zijn moet.
"Hallo, meisje, zeg het eens", doet een ouder vrouwtje open.
"Goedemiddag mevrouw. Ik ben opzoek naar Heather Spring. Woont zij hier?"
"Nee, het spijt me...", zegt de vrouw en ik wil me al gaan verontschuldigen als ze verder gaat: "Ze is een paar jaar geleden uit huis gegaan en op zichzelf gaan wonen. Ken je haar ergens van?"
Mijn hart gaat sneller kloppen. Zal het dan echt...?
"Ja, nou... Een soort van... denk ik", stamel ik. Ik had dit eigenlijk helemaal niet voorbereid.
"Kom even binnen. Je bent klaarblijkelijk van slag", zegt de vrouw en opent de deur verder voor mij.
Aarzelend stap ik binnen en volg de vrouw naar de woonkamer.
"Wil je wat drinken, kind?"
"Koffie, lekker", knik ik.
Terwijl de vrouw koffie gaat zetten, kijk ik de kamer rond. Een typische stijl voor oudere mensen. Donker en knus. Het voelt vertrouwd.
"Wanneer heb je Heather voor het laatst gezien?", vraagt de vrouw als ze terug is.
"Nou... dat is het probleem. Dat is al heel lang geleden... ik kan me haar niet meer zo goed herinneren als volwassene."
"Och, ik heb nog wel een foto voor je", zegt ze en haalt een fotolijstje van een boekenkast.
Mijn ogen worden groot als ik recht in het gezicht van Rose kijk. Nee... wacht... Rose heeft een iets andere neus en wat minder sproetjes dan deze vrouw. Het kan niet missen dat dit Heather Spring moet zijn.
"Wat een mooie vrouw is ze geworden", mompel ik en hoor de vrouw wat vertellen over de jeugd van Heather, etc.
"Weet je... ze heeft heel wat meegemaakt. Ze wil waarschijnlijk niet dat ik het er over heb met iemand, maar ze heeft op haar zestiende al een kind gebaard. Helaas is onze kleindochter overleden aan de wiegendood. Heather is nooit meer hetzelfde geweest."
Ik ken het gevoel...
"Wat vreselijk", zeg ik alsof ik het verhaal voor het eerst hoor.
"Ja, maar zeg er maar niets over. Ik denk niet dat ze het zal waarderen."
"Beloofd. Heeft u misschien het adres van Heather voor mij?"
"Maar natuurlijk, ik zal het even opschrijven voor je", zegt ze en verdwijnt weer.
"Alsjeblieft", zegt ze als ze terug is en stopt een blaadje in mijn hand, samen met een koekje. "Je ziet er zo magertjes uit, meisje. Dat is niet goed. Je moet wat meer vet op je botten hebben."
Ik glimlach door haar lieve gebaar en ben oprecht dankbaar dat ik haar op z'n minst heb mogen ontmoeten. Rose heeft het niet van een vreemde...
Ik neem afscheid en stap in mijn auto.
Het is een mooie straat. Langs de weg staan grote bomen en hun bladeren vormen een dak boven de weg. Als er ten minste bladeren aan zitten.
Ik stop voor het huis die Rose' oma opgeschreven heeft en bekijk het even. Een groot wit huis, met blauwe kozijnen. Het straalt rust en liefde uit. Of maak ik dat er nu van?
Een beetje zenuwachtig stap ik uit en loop naar de voordeur. Met trillende handen bel ik aan.
Ik wacht... en wacht... en wacht... na wat een eeuwigheid lijkt te zijn, draai ik me zuchtend om. Niet thuis... en nu dan?
Ik besluit een stukje te gaan lopen. Eens kijken wat voor een omgeving het is. Bij de hoek van de straat merk ik tot mijn grote vreugde dat ik in de stad sta. Winkels!
Misschien moet ik maar eens gaan shoppen voor afleiding. Ik ga winkel in, winkel uit. Koop kleding, accessoires, etc. Als ik langs de babyzaak kom waar we voor Sara altijd kleding kochten, blijf ik staan. Een diep geworteld verdriet borrelt op en eigenlijk wil ik me er gewoon aan toe geven.. maar ik ben in het openbaar, dus snel veeg ik de opwellende tranen weg en wil weer verder lopen.
"Au", roept iemand en ik hoor een doffe dreun.
Ik val ook op de grond en voel een pijnscheut door mijn kont trekken.
"Sorry", mompel ik en krabbel overeind. Ik ben tegen iemand opgelopen.
"Geeft niet", lacht de vrouw. Ik bevries. Die lach...
Ik bekijk haar en mijn hart slaat over. Heather!
Snel geef ik haar een hand en trek haar overeind. Ze is in het echt nog mooier dan op de foto.
"Laat me trakteren op een drankje om het goed te maken", zeg ik glimlachend.
"Nou, dat sla ik niet af."
We gaan zitten bij een tentje waarvan zij zegt dat die goed is. "Waar kom je vandaan?", vraagt ze. Ik slik. Hoe ga ik dit uitleggen?
Ik zeg mijn woonplaats en zie haar verbaasd kijken. "Wat doe je dan helemaal hier?"
"Ik ben opzoek naar iemand", zeg ik. Dat is in ieder geval waar...
"Wie? Misschien kan ik je helpen."
"Ik denk niet dat je haar kent", mompel ik en begin te blozen.
"Ah, een liefde", zegt ze lachend en trekt haar wenkbrauwen speels omhoog.
"Nee, nou een soort van", stamel ik.
"Oké, niet erg. Heb je kinderen?", vraagt ze.
"Ja, twee. Jij?", het is er uit voor ik er erg in heb. Maar ja... hoe kan ik dat ook weten.
"Ik had een baby. Maar ze is overleden", zegt Heather en haar ogen staan ineens somber.
"Kijk, dit is mijn baby", zeg ik en zie ineens een opening om het haar te vertellen. Uit mijn portemonnee haal ik een foto van Sara en geef die aan haar.
Ze pakt hem aan met een glimlach en kijkt er naar.
Plots worden haar ogen groot. Haar glimlach glijdt tergend langzaam van haar gezicht. Ze kijkt mij even aan en dan weer naar de foto.
"Maar... dat kan niet", zegt ze zachtjes. "Dit is... dit is mijn baby."
"Nee, dit is je kleindochter. Sara", zeg ik voorzichtig.
Haar hand vouwt zich voor haar mond en haar ogen vullen zich met tranen. "Ik begrijp het niet", vraagt ze fluisterend.
"Laten we ergens anders heen gaan om te praten, dat lijkt me fijner", zeg ik zachtjes. Ze knikt, ik reken af en we gaan naar haar huis.
"Mijn kindje... hoe kan dit?", blijft ze fluisteren.
"Oké, ik ga je het hele verhaal vertellen. Je moet niet schrikken", zeg ik als we binnen zitten.
"Een paar maanden geleden lag de moeder van mijn vrouw plots op ziekenbed. Ze had een hartaanval gehad en vroeg ons bij zich. Omdat ze wilde dat haar dochter moest weten dat ze niet echt haar dochter is. Mijn schoonmoeder had vroeger ook een meisje gekregen, die is overleden terwijl ze aan het wandelen was met haar. Ze kwam in dezelfde speeltuin als waar jij met jouw baby was. Ze was ziek en in de war en heeft jouw baby meegenomen", zeg ik zachtjes.
Haar ogen staan groot en vragend en vol tranen. "Je bedoelt..."
"Ja. Jouw dochter is levend, gezond en moeder van jouw kleindochter", zeg ik zachtjes.
Heather begint te huilen. Grote tranen biggelen over haar wangen en ze grijpt mijn handen. "Breng me naar haar toe, alsjeblieft. Ik wist dat ik niet gek was, ik wist het. Niemand geloofde mij, en mijn meisje... o, god.. ik heb nooit naar haar gezocht", snikt ze.
"Het is niet jouw schuld. Je werd voor gek verklaard en jouw eigen ouders zeiden dat het wel jouw kleintje was die in die kinderwagen lag. Dan kan je toch niets meer inbrengen als zestienjarige?"
"Hoe weet je dit allemaal?", vraagt ze.
"Ik heb op internet gezocht naar je, nadat... Nou, gezocht dus. En ik vond een krantenartikel met jouw naam en het verhaal dat matchte aan dat van Rose' voogd.
"Heet ze Rose?"
"Ja."
"Wat een mooie naam... Ik had haar Gwenn genoemd, maar ik denk dat dat niet meer op gaat."
Wow, dit is allemaal zo verwarrend. We zitten beide met zo veel vragen...
"Hoe gaat het met haar? Is ze gelukkig?", vraagt Heather.
Ik wil ja zeggen, maar het lukt me niet. Ik kan het niet opbrengen om te liegen tegen de vrouw die net ontdekt heeft dat haar enige dochter nog leeft.
"Nee", zeg ik zachtjes en slik de brok in mijn keel weg.
Heather kijkt me met een schuin hoofd aan. "Hoezo?"
Langzaam begin ik met het vertellen van alle gebeurtenissen rond om Dave, hoe we elkaar ontmoet hebben, wat er allemaal gebeurd is en ten slotte mijn grootste nachtmerrie.
Ze zit met open mond en een trieste blik naar me te luisteren en knikt af en toe.
Met een zachte snik sluit ik af en wacht tot ze opstaat en me de deur wijst omdat het zo veel narigheid is. In plaats daarvan staat ze op en komt ze naast me zitten en slaat haar armen om me heen. Ik houd het niet meer droog en huil. Mijn baby... mijn meisjes. Waar zijn ze toch?
"Sst", sust Heather me en wiegt me zachtjes. Ze voelt gelijk als een moeder. Een die precies op mijn Rose lijkt.
Als ik wat bekomen ben geeft ze me een glas water en zegt: "Wat een verschikkelijke verhalen, meisje. Het spijt me zo dat ik er niet geweest ben voor Rose en voor jou toen het nodig was. Ik had geen idee."
Ik glimlach. "Logisch."
"Dus jullie zijn een lesbisch stel?"
"Jep."
"Nou, dat heeft ze dan niet van een vreemde", grinnikt Heather.
Ik kijk haar vragend aan.
"Lieverd, kijk rond... zie je hier ergens een foto van een man?"
Nu ze het zegt... ik zie alleen maar foto's van vrouwen. Zou ze...? Nee, echt!?
"Ben jij ook getrouwd met een vrouw?"
"Ja. En heel gelukkig met haar. Ze heet Tirza en we zijn nu zo'n vijf jaar getrouwd."
"Dat is best grappig om te horen", grinnik ik nu ook. Wow... de eerste keer in maanden.
"Hé, meid, ik snap dat jullie het heel moeilijk hebben en juist nu wil ik er kunnen zijn voor jullie. Alsjeblieft, breng me naar mijn dochter. Alsjeblieft", smeekt ze.
Hoe kan ik een moeder nou bij haar dochter weg houden? Natuurlijk neem ik haar mee!
"Pak je spullen maar", zeg ik en kijk naar na als ze vliegensvlug door het huis beweegt en hier en daar wat spullen pakt.
Na een goed halfuur is ze klaar en belt Tirza. Ze verteld haar dat ze haar dochter gevonden heeft en ik hoor een blij roepende stem aan de andere kant van de telefoon.
Als we in de auto zitten valt er een beetje een ongemakkelijke stilte. Ik weet me geen houding te geven en ik weet ook niet hoe Rose zal gaan reageren.
"Weet je... je lijkt echt heel erg op Rose", zeg ik zachtjes.
"Echt?"
"Ja. Dezelfde ogen, dezelfde lach, zelfs het geluid van jullie lach klinkt hetzelfde. Beide blond krullend haar... Ik dacht even dat ik Rose zag toen je moeder een foto van je liet zien."
Heather kijkt glimlachend voor zich uit en legt onbewust haar handen op haar buik. "Mijn kindje", fluistert ze.
"John", roep ik als we thuis zijn.
John komt de gang op gelopen en blijft staan. Zijn mond valt wijd open en kijkt met grote ogen naar Heather. "Ik zou toch zweren dat je Rose bent", zegt hij zachtjes.
Heather lacht. "Heather. De moeder van Rose."
"Wow, goed gedaan zusje!", zegt John en begint te stralen. "Dit zal Rose geweldig vinden."
"Denk je? Ik ben bang voor haar reactie", zeggen Heather en ik gelijk.
We lachen.
"Kom mee, dan kan je naar de dochter."
Ik lijd haar de kamer in en roep Rose. "Kom eens."
Rose komt de keuken uit en blijft als bevroren staan. Ook Heather staat als aan de grond genageld.
Een tijd lang kijken ze elkaar zwijgend aan, tot Heather opnieuw haar hand voor haar mond slaat en begint te trillen. "Mijn baby", mompelt ze snikkend en loopt op Rose af.
Rose blijft nog steeds heel stil staan en kijkt vragend naar Heather en dan naar mij.
"Ik heb haar gevonden. Speciaal voor jou", zeg ik zachtjes.
Heather valt haar dochter om de hals en huilt tranen met tuiten.
Ik kan niet pijlen wat Rose denkt of voelt. Ze staat daar maar, toont geen emotie noch beweging.
"Rose?", vraag ik zachtjes.
Ze maakt zich ineens los uit Heathers omhelzing en kijkt mij boos aan. O, o...
"Waarom?", vraagt ze.
"Omdat je het moeilijk hebt. Dit is je echte moeder. Ik dacht..."
"... Je moet niet zo veel denken. Altijd als je denkt gebeurd er wel weer iets wat fout gaat. Ik wil helemaal niemand ontmoeten, ik wil mijn dochters!", roept ze over de rooie. Ik geloof niet dat ik haar ooit zo boos heb gezien. De stoom komt bijna uit haar oren.
"Maar...", mompel ik.
Heather staat versteend te luisteren naar het geraas van haar dochter. Niet echt de eerste ontmoeting waar je als moeder op hoopt natuurlijk...
"Niets te maren. Ik word gek van je, echt waar. De hele dag ben je weg, laat niets van je horen terwijl ik je heb gevraagd dat niet te doen. Je praat nooit meer tegen me en als je praat mopper je alleen maar en dan ineens kom je thuis met een vrouw die mijn moeder moet zijn. Jezus Caithlynn, doe eens normaal", roept ze.
Ik begin te trillen en voel de armen van John beschermend om me heen. "Zo is het wel genoeg, Rose", zegt hij streng. De toon waarop hij het zegt bezorgd zelfs mij kippenvel.
Ze slaat haar ogen neer, rent naar de gang en verdwijnt stampvoetend als een klein kind naar boven.
"Sorry", mompel ik naar Heather, die haar schouders ophaalt.
Mijn Rose... mijn vrouw... waar is ze gebleven? Dit was Rose niet.
Zachtjes begin ik te snikken en voel de greep van mijn broer verstrakken om mijn lichaam. Ik laat me koesteren en huil uit in zijn armen.
"O, John... wat moet ik toch met haar? Ik ken haar niet meer", snik ik zachtjes.
"Ze is getraumatiseerd. Ik herken haar gedrag precies. Zo was ik ook toen ik Rose kwijt was", zegt Heather ineens zachtjes.
Ergens stelt het me gerust dat ten minste iemand meer weet dan ik.
"Kunnen we iets doen?", vraagt John.
"Praten. Vooral Caithlynn. Daar zal ze meer van aannemen dan van mij, ook al ben ik haar moeder. Ze kent me niet."
"Ik ga wel", zeg ik zachtjes en veeg mijn ogen aan mijn mouw af.
"Rose?", vraag ik zachtjes en klop op onze slaapkamerdeur. Hij is afgesloten.
"Ga weg", roept ze nijdig.
"Doe open."
"Nee."
"Rose, alsjeblieft..."
"Ga weg."
Langzaam word boos. "Je doet nu open of ik maak hem zelf open", zeg ik streng.
Ze geeft geen antwoord, maar doet de deur ook niet open.
"Verdomme Rose. Denk je nu echt dat jij de enige bent die verdriet heeft? Ik ben mijn dochters ook kwijt hoor. Ik ben alleen. Jij bent er niet voor mij, Julie is er niet die eens met me knuffelt, ik ben net zo eenzaam als jij. Je bent niet alleen. Ik praat niet tegen je, omdat het je niet interesseert. Die keren dat ik nog wel tegen je gepraat heb, reageerde je amper. Ik ben zo bang, Rose en ik voel me zo alleen. Ik ben niet alleen mijn kinderen kwijt, maar ook mijn vrouw. Wie ben jij en wat heb je met haar gedaan?"
Ik laat me op de grond zakken en huil. Het verbaasd me dat ik Überhaupt nog tranen heb.
Langzaam gaat de deur open en komt ze voor me op haar knieën zitten. Ze neemt mijn betraande gezicht in haar handen en laat me haar recht aankijken. Haar ogen zijn ook nat.
"Het spijt me. Ik weet mezelf gewoon geen raad meer, Caith. Alles laat me denken aan Sara. Ik voel aan mijn water dat er iets niet goed is. Ik ben zo bang en ik voelde me zo alleen, omdat jij niet met me praatte. Juist nu zouden we samen sterk moeten staan."
"Ik weet het", knik ik en omhels haar. "Het spijt me dat ik achter je rug om naar je moeder ben gaan zoeken, maar ik wilde zo graag wat gaan doen om maar niet te denken aan Sara en Julie. En daarbij hoopte ik jou een stukje van jezelf terug te geven..."
"Ik ben je dankbaar. Al leek het misschien net niet zo, ik ben er blij mee. Heb je gezien hoe veel ze op mij lijkt? Ineens vallen alle puzzelstukjes in elkaar. Waarom ik altijd anders was dan mijn moeder en vader en waarom ik me soms afvroeg of ik er wel bij hoorde. Ze is zo mooi en lief..."
"Net als jij", zeg ik zachtjes en kus haar natte wang.
Met haar duim veegt ze mijn tranen weg en helpt me overeind. "Laten we naar beneden gaan."
Rose doet de deur open en loopt op Heather af, die met John staat te praten. Zonder aankondiging omhelst ze haar moeder. Lang en stevig. Beide beginnen weer te snikken en Heather pakt haar vast waar ze maar bij kan, ik denk van ongeloof dat haar dochter nog leeft en zo groot is.
Als ze wat bekomen zijn gaan we op de bank zitten en begint Heather haar verhaal te doen.
"Ik was vijftien toen ik mijn eerste vriendje kreeg. Ik was hotel de botel op hem en dacht, heel naïef, dat hij voor altijd bij mij zou blijven en we samen oud zouden worden. Ik had voor de eerste keer seks met hem, nog zo onwetend over de mogelijke gevolgen daarvan. En inderdaad... na een maand of twee kwam ik er achter dat ik zwanger was. Ik heb het de jongen verteld, maar zodra hij het hoorde heeft hij de benen genomen en is nooit meer teruggekomen. Ik was kapot van verdriet en radeloos wat ik met een baby moest doen. Ik was zelf nog een kind. Mijn ouders waren ook furieus en hebben me een maand lang genegeerd.
Toen mijn buik begon te groeien, besefte iedereen dat er wat veranderen moest. Mijn ouders begonnen me in te lichten over het ouderschap, de bevalling, etc. Ik ging een baan zoeken om jou te kunnen onderhouden. Maar al die tijd liep ik met grote twijfels en ik schaamde me diep. Hoe kan ik nou twijfelen over zo iets moois als je eigen kindje.
Tot dat ik voor de eerste keer kleine schopjes voelde. Het leek een trilling in mijn buik, maar zodra ik het voelde, was ik verkocht. Dit kleine wezentje was van mij. Helemaal van mij. Ik wist gelijk dat ik het zou liefhebben tot de dood ons zou scheiden.
De maanden vlogen voort en eindelijk was het zo ver: jij was geboren. Vanaf het eerste moment dat ik je zag wist ik dat ik je nooit meer zou loslaten. Zo klein, zo mooi...
Thuis was alles klaargemaakt voor jouw komst en er was rust die ik nodig had om te herstellen.
Na een week of twee vonden mijn ouders dat het tijd werd om jou eens mee te nemen in de frisse lucht, dus ik pakte je goed in en reed met jou in de kinderwagen naar het park. Daar waren al wat buurtkinderen aan het spelen met hun broertjes en zusjes.
Een van de kleintjes viel en als oudste ging ik dus even helpen om het bloedneusje te stoppen. Dat is de grootste fout die ik in mijn leven heb begaan.
Toen ik terugkwam... er lag een kindje in mijn kinderwagen, lijkbleek en niet meer ademend... maar dat was mijn baby niet! Ik begon te gillen en zoeken naar jou, maar je was weg.
De politie, dokters en zelfs mijn ouders geloofden mij niet toen ik beweerde dat dat kindje niet mijn baby was. Ik was gebroken en depressief en begon te twijfelen aan mijzelf. Ik had naar je moeten zoeken, ik had niet zo snel op mogen geven", zucht Heather.
Rose is even stil. "Ik zou hetzelfde gedaan hebben. Je was pas zestien en werd niet geloofd... zelfs niet door je ouders. Ik denk dat ik ook zou gaan twijfelen aan mezelf", zegt ze zachtjes.
Ik knik. "Ik ook."
Het is duidelijk te merken aan Heather dat ze verbaasd, gelukkig en verdrietig tegelijk is. Het is ook zo veel in een keer...
Ondertussen is het ook al bijna één uur 's nachts en nu pas merk ik hoe moe ik ben.
Rose staat op en loopt naar de keuken om nog een kop thee en koffie voor ons te zetten, als Anne thuis komt. Ze had een avondje met vriendinnen.
"Je ziet er beter uit, Rose. Wat heb je met haar gedaan, schat?", vraagt ze aan John.
Op dat moment komt de echte Rose weer uit de keuken en Anne's ogen worden groot. "Maar... wat... huh?", zegt ze verbaasd en kijkt van Heather naar Rose en weer terug.
We schieten in de lach. "Schat, ik stel je voor aan Heather, Rose' echte moeder", zegt John grijnzend.
"Dank je voor het compliment", lacht ook Heather en schudt Anne's hand, die nog steeds verbaasd van de een naar de ander kijkt.
"Jezus, jullie lijken echt als twee druppels water op elkaar!"
Opnieuw klinkt er een lachsalvo. Heerlijk. Zelfs Rose moet lachen.
"Goed, ik denk dat het verstandig is als die twee eens gaan slapen", zegt John en klopt op zijn knieën om op te staan.
"Die twee zijn twee volwassen vrouwen en kunnen dat heel goed zelf beslissen", zeg ik koppig. John steekt zijn tong speels naar me uit, maar wijst wel naar de deur.
"Ik zou maar luisteren", grinnikt Anne.
Zuchtend sta ik op en help Rose aan haar hand overeind. Samen gaan we naar boven.
"Wil je nog douchen?", vraag ik. Ze knikt.
Ik besluit mee te gaan en stap bij haar onder de douche. Het is even als vanouds. Alsof de kinderen gewoon op bed liggen en wij moe zijn van een dag hard werken.
Werken... tja, dat is er ook al een tijd niet van gekomen. Gelukkig krijgt Rose ziekteverlof.
Terwijl de warme stralen over mijn lichaam glijden, gaan mijn gedachtes van hot naar her. En toch voel ik me rustiger dan voorheen. Gewoon omdat Rose tegen me aan staat. Haar armen om mijn middel, haar hoofd op mijn schouder. Mijn gedachtes maken me niet zo bang, nu zij bij me is.
"Ik voel me weer veilig", fluistert ze zachtjes tegen mijn nek.
Ik verstrak mijn greep om haar glibberige, lekkere lichaam. "Ik ook."
Ik zet de douche uit, droog mijn meisje en mezelf af en doen onze pyjama's aan. "Lekker slapen", zeg ik zachtjes als ze naast me in bed ligt.
"Ik hoop het", fluistert ze terug.
Ik leg mijn arm over haar heen en mijn hand valt achteloos op haar buik. Ze lijkt er van te schrikken. In een nanoseconde voel ik haar van mijn hand weg bewegen.
"Wat is er?", vraag ik.
"Niets."
"Ik voelde het. Deed ik je pijn?"
"Nee."
"Wat dan?"
"Caithlynn, alsjeblieft", zucht ze.
"Nee, ik wil het weten. We zouden praten... doe het dan ook."
"Ik ben moe."
"Ik ook, praten", hou ik vol.
Ineens begint ze te neuriën. Ze houdt haar buik vast en neuriet het liedje dat ze altijd voor Sara zingt. Het begint me te dagen wat er gaande is. Haar buik, Sara, het liedje, Sara's afwezigheid...
"Het is Sara, hè?"
Ze gaat door met neuriën alsof ze me niet hoort. Het maakt me angstig. Ze ziet er nu net uit als een psychisch gestoorde, die in een inrichting moet.
"Alsjeblieft, Rose, je maakt me bang", fluister ik.
Ze stopt. Haar hoofd draait zich langzaam naar mij en haar ogen boren zich diep in de mijne. In dat ene moment, die ene kleine seconde waarin ze me aankijkt, zie ik al haar pijn.
Het is als een messteek in mijn hart. Haar pijn, wanhoop, verdriet, het is donker, zo zwart en beangstigend. Het is verstikkend...
Uit mijn keel komt een snik en mijn wangen zijn nat als ik mijn hand over mijn ogen leg.
"Mijn lieve, lieve Rose", mompel ik en neem haar in mijn armen. Ze verbergt haar gezicht tegen mijn borsten en ik voel haar schouders schokken.
Zullen we ooit ophouden met huilen?
"Waarom heb ik opnieuw niet gezien hoe erg je het hebt? Ik weet en ik snap dat we beide even niet meer weten waar we het moeten zoeken en niet kunnen rusten voor ze gevonden zijn, maar... O, roosje... het spijt me zo. Ik had je moeten helpen", ratel ik.
Ze zegt niets, snikt alleen.
"Wat moeten we nou, Caith? We kunnen toch niet vrolijk door gaan met ons leven, terwijl onze kinderen misschien wel in doodsangst verkeren? Dat mag toch niet?"
"Het voelt zo. Ik weet het... maar ergens heeft John wel gelijk, de wereld houdt niet op met draaien nu ze weg zijn. En ik denk niet dat het hen helpt als wij depressief en onszelf kwijt zijn als ze thuis komen."
"Het voelt zo verkeerd..."
"Ik weet het", zucht ik en trek haar strakker tegen me aan. Haar ademhaling wordt rustiger en haar hand verslapt in de mijne.
"Ik hou van je", fluister ik en sluit mijn ogen.
Ik lig in bed, met gesloten ogen. Toch zie ik het zonlicht door de gordijnen heen komen. Het is als een warme deken die over mij heen valt, alsof niets of niemand mijn dag stuk kan maken. De vogels fluiten vrolijk op verschillende tonen en vormen een ware symfonie.
Naast mij hoor ik de rustige ademhaling van mijn prachtige meisje.
Haar wallen zijn bijna verdwenen en de lust is terug in haar ogen. We zijn dan ook al wel wat maanden verder, dus het was te hopen dat het beter zou gaan met ons.
"Goedemorgen", fluistert Rose slaperig en kust mijn lippen.
"Hoi", zeg ik met een lieve glimlach en strijk een wilde pluk haar uit haar gezicht.
"Vandaag onze eerste shopdag", zegt ze opgewekt.
Ik lach. Natuurlijk niet onze allereerste, maar wel sinds de verdwijning van Julie en Sara.
We kleden ons aan, eten ons ontbijt en vertrekken zonder jas naar de stad. Heerlijk, die lente! Zeventien graden en vol op zon, wat wil een mens nog meer.
We rijden twee uur lang richting een grote stad, om daar eens lekker te gaan shoppen. Hand in hand lopen we door de winkelstraten en gaan winkel in winkel uit. Onze handen vol met kleding tassen en een ijsje.
Bij de hönkemuller snellen we naar binnen. "Tijd voor wat sexy lingerie", grinnikt Rose uitdagend en loopt zoekend tussen de rekken. Het valt me op dat ze wat extra met haar heupen wiegt bij iedere stap die ze zet. Haar prachtige benen en billen zijn gehuld in een rokje met witte legging en ze lijkt nog eens extra lang door de hakken die ze draagt. Op en top vrouw, die meid van mij.
Speels geef ik een tik op haar billen en ze kijkt me ondeugend glimlachend aan. O, o... wat is die van plan?
Mijn hart slaat sneller. Zou ze echt weer seks willen? Ook dat zou dan weer de eerste keer worden... het is al bijna een half jaar geleden. Eigenlijk te gek voor woorden... maar wel logisch.
"Wat vind je van deze?", vraagt ze en houdt een setje omhoog. Ik weet zeker dat het haar fantastisch zal staan. Wat niet...
Ik knik en we gaan naar de paskamers, waar ze de cupmaat kan passen.
Ik sta te kijken hoe ze haar t-shirt uit doet en haar bh open maakt. Het gaat net allemaal wat sensueler dan normaal en toch weer niet te overduidelijk. Ze houdt me een beetje in het midden met wat ze nu eigenlijk wil. En het wind me op.
"Wat denk je? Zit hij goed?", vraagt ze en gaat met haar handen over en langs haar borsten. Verdorie, ze is me echt aan het uittesten, de trut. Maar wat zij kan, kan ik ook...
"Hmm, ik weet niet... volgens mij zit hij hier net wat te los", zeg ik en strijk met mijn handen langs de zijkanten van haar borsten. "Kijk, want hier zit een verwijding die er normaal niet hoort te zitten", zeg ik en mijn vingers strelen de bovenkanten van haar borsten. Ik hoor haar ademhaling versnellen.
Het voelt heerlijk om die prachtige bollen van haar weer vast te hebben en ze te strelen.
"Wil je dan even een kleinere maat pakken?", vraagt ze mij. Ze probeert normaal te klinken, maar haar stem verraad haar opwinding. Mooi.
Ik loop het hokje nonchalant uit en ga opzoek naar een kleinere maat. Als ik terug kom heeft ze haar bh al uit en vallen mijn ogen op haar priemende tepels. Heeft ze het koud? Nee, dat lijkt me niet.
Ik kijk haar aan en binnen een seconde zitten we op, onder, over, achter, voor en door elkaar.
Wild druk ik haar tegen de koele muur en zoen haar, diep, lang en passioneel. Ze hijgt in mijn mond: "Ik dacht dat je de hint nooit zou begrijpen."
Ik smoor haar woorden met mijn mond en zoen haar alsof mijn leven er van af hangt.
"O, Rose... wat heb ik jou gemist", fluister ik en zoen haar zoete nek.
Ze kreunt in mijn oor en sabbelt zachtjes aan mijn oorlel. "Lekker ding. Ik ben zo geil... ik wil dat je me vingert, hier in dit hokje", fluistert ze.
Ik hijg even en glijd met mijn handen over haar lichaam. Haar borsten, haar rug en billen, haar buik, haar schaamstreek.
Het voelt zo heerlijk zacht en warm. Ik geloof dat ik bijna smelt van geluk.
Even schrik ik. Ik ben weer gelukkig... voor zo ver. Mag ik dat wel?
Rose merkt mijn aarzeling. "Geen zorgen, lieverd. Ze zullen het echt niet erg vinden hoor", zegt ze warm glimlachend en streelt mijn gezicht.
Ik glimlach terug en we zoenen weer.
"Pardon", zegt ineens een stem achter ons. Verschrikt laten we elkaar los.
Ik steek mijn hoofd om de hoek van het gordijn en kijk recht in de ogen van een van de verkoopsters.
"Het spijt me, maar ik moet jullie vriendelijk verzoeken de zaak te verlaten. Het is zeer ongepast om dit soort dingen in een winkel te doen. Het stoort de andere klanten."
Ik kleur rood en trek het gordijn weer voor mijn gezicht. Rose kijkt me breed grijnzend aan, maar kleed zich zo snel als ze kan weer aan.
Alsof we peper in onze kont hebben lopen we de winkel uit en barsten in lachen uit buiten de winkel. "Oké, als dat niet gênant was, dan weet ik het ook niet meer", lach ik.
" Het is zeer ongepast om dit soort dingen in een winkel te doen", imiteert Rose de verkoopster en we lachen nog harder. Voorbijgangers kijken ons bevreemd aan.
"Laten we naar huis gaan, genoeg geshopt", zeg ik, maar Rose schudt haar hoofd.
"Nee, nee, ik wil niet dat deze dag ten einde loopt. Laten we ergens wat gaan eten en dan een hotelletje pakken."
"Klinkt prima", zeg ik zachtjes en strijk met mijn vinger langs haar perfecte lippen.
Ze hapt naar mijn vinger en zuigt er op, haar ogen staren uitdagend in die van mij. Het is wel duidelijk dat we nog lang niet klaar zijn met elkaar.
Mijn telefoon gaat en verbreekt ons intieme moment midden op straat.
"Met Caithlynn", neem ik op.
"Hoi, lieverd. Met mij."
"Ha, mam. Hoe is het?"
"Goed hoor. Ik wilde even weten of jullie wat te doen hebben vanavond", vraagt Heather.
Heather is wel is waar pas een paar maanden in ons leven, maar ze is zo warm en zo lief, het is meer dan duidelijk waar Rose al haar trekjes van heeft. Ze is niet alleen voor Rose een echte moeder, maar voor mij net zo.
"Nou, we hebben net besloten om wat te gaan eten en een hotelletje te nemen na een lange dag shoppen. Ik denk niet dat we veel gaan slapen, maar dat is tot daar aan toe", grijns ik naar Rose die wat roze kleurt.
Heather schatert haar vrolijke lach. "Nou, veel plezier dan. We wilden even weten of jullie zin hadden om mee te eten, maar genieten jullie maar lekker." Ik zie haar niet, maar kan haar brede glimlach door de telefoon heen voelen. Sinds mijn eigen moeder overleden is, heb ik nooit meer zo'n sterke band met een moederfiguur gehad als met Heather. Het maakt me gelukkig.
"Dank je, dat komt wel goed", zeg ik en hang op.
"Moest je dat nou zeggen", lacht Rose en haakt haar arm in de mijne. Vrolijk kletsend en genietend van het lange licht zijn zoeken we naar een leuk tentje en schuiven daar aan.
We bestellen een pizza en doen ons tegoed aan de heerlijke tomatensoep vooraf.
Als onze buitjes vol zitten zoeken we onze auto op en rijden naar het dichtsbijzijnde hotel dat er goed uit ziet. We bestellen een kamer en maken dat we naar boven komen.
Als de liftdeuren dicht gaan, hoeven we elkaar maar één keer aan te kijken om te weten wat we willen. Als hongerige leeuwen storten we op elkaar. Haar handen zijn overal, net als de mijne. Het is een wirwar van monden, handen, tongen, gekreun en gehijg.
De deuren van de lift gaan open en snel laten we elkaar los. Er staat een man te wachten die ons vrolijk toeknikt. Glimlachend knikken we terug, maar ik besef me dat we er iet wat verwilderd uit moeten zien.
Giechelend lopen we naar onze kamer, ondertussen elkaars billen strelend.
We openen de deur, bewonderen de kamer, maar hebben eigenlijk meer oog voor elkaar.
Rose neemt me teder in haar armen en streelt met haar vingers over mijn gezicht. "Vrij met me", fluistert ze sensueel.
Haar ogen stralen als sterren en haar wangen zijn rood van opwinding. Ze is prachtig.
"Graag", fluister ik terug en we verliezen onszelf in een rustige, passievolle kus. Langzaam trek ik haar shirt over haar hoofd en gooi het over een stoel. Haar bh en broek volgen al snel.
Ik duw haar zachtjes achterover, boven op de koele lakens van het hotelbed. Ik kom boven haar hangen en geniet van haar strelende handen door mijn haar en over mijn lichaam.
"Je bent zo mooi", fluistert ze zachtjes en kijkt me verliefd aan.
Ik glimlach en begin haar nek te zoenen. Langzaam ga ik naar het kuiltje in haar nek, naar haar sleutelbeen en omlaag naar haar borsten. Haar tepels staan recht overeind en nodigen me uit er aan te sabbelen.
Toch zoen ik haar borsten eerst. In steeds kleiner wordende rondjes naar haar tepel toe.
Als ik die dan uiteindelijk in mijn mond neem, kreunt ze wellustig en kromt haar rug naar mijn mond toe. Ik beantwoord het door te bijten, wat een nog grotere kreun oplevert.
Haar benen klemmen zich om mijn middel en dwingen me in feite om langzaam naar beneden te zakken en me te goed te doen aan haar heerlijke nectar.
"Lik me, alsjeblieft", zucht ze en kneed haar eigen borsten.
Ik geef gewillig toe en ga met mijn tong langs haar klitje. Ze komt met haar heupen van het bed en geeft mij de perfecte gelegenheid om met mijn armen haar te omklemmen, zodat ze geen kant op kan. Mijn tong glibbert en glijd tussen haar lippen door en verwennen haar optimaal.
Ze kreunt er op los en gooit er een paar geile woorden uit die niet voor herhaling vatbaar zijn.
"O, Caithlynn... lekker ding van me, ga alsjeblieft door. Niet stoppen", kreunt ze.
Plagend haal ik mijn tong van haar af en luister naar haar heerlijke gesputter.
"Pestkop", zegt ze en bestraf haar door over haar klitje te blazen.
"O, Caith, please!", smeekt ze me. Ik zet in een keer weer de aanval in en lik, zuig en bijt haar.
Het is te veel prikkel voor haar en ze explodeert uit elkaar. Ze schreeuwt het uit, verkrampt schokkend en trillend en laat zich achterover vallen.
Lachend kom ik naast haar liggen, nog in mijn kleren, en sla de lakens over haar prachtige naakte lichaam.
Slaperig kijkt ze me aan, in haar ogen liefde en dankbaarheid. Ik weet dat er deze avond niet veel van mijn genot terecht komt, maar het maakt me niets uit. Zolang zij gelukkig is, kan de rest me gestolen worden.
Ze geeuwt en draait zich om. "Ik wil nog steeds een kindje met je", fluistert ze.
Ik ben even stil. "Nu?"
Ze reageert niet meer.
Ik sta op, trek mijn kleding uit en ga weer naast haar liggen. "Ik ook", fluister ik terug en val ook in slaap.
Rose en ik praten nooit over wat er gebeurd is en ik probeer zo veel mogelijk bezig te zijn en dingen te doen, om maar niet na te hoeven denken en de verschrikkelijke leegte te voelen.
De politie in Nederland staat in contact met die in Amerika, zodat wij op de hoogte blijven. Ook een huiszoeking in Dave's huis heeft niets opgeleverd, behalve bewijs dat hij obsessief met ons was. Ze hebben stapels foto's van ons en de kinderen gevonden, plus een stappenplan om ons te volgen en te stalken. Hij is zelfs met ons mee naar Amerika gereisd om ons daar te volgen. Ik wist dat ik niet paranoïde was! Het probleem blijft alleen: Waar is hij?
Ik heb net besloten me te gaan richten op het vinden van Rose' moeder. Alles om die leegte te ontlopen.
Op Google typ ik in: Vermiste baby, 1987. Er komen een hele hoop resultaten, maar geen verhaal matched een beetje aan het verhaal van Rose' moeder.
Opnieuw typ ik in: Dode baby, 1987 kinderwagen. Ook hier komen heel wat verhalen naar voren. Over wiegendood, etc. Ik scrol door de lijst en zie allemaal site's met informatie en verhalen over wiegendood en wanneer het iemand overkomen is, etc. Ik word er gefrustreerd van. Het zal toch wel in de krant hebben gestaan, toch? Hoop ik...
Helemaal onderaan de lijst valt mijn oog op: "... beweert dat het niet haar baby is..."
Mijn hart slaat over en ik open hem. Zal dit het zijn?
Maandag zeven januari 1987.
Dode baby in kinderwagen niet van moeder.
Zaterdagmiddag kreeg de politie een melding binnen van een zestienjarige tiener, die haar baby dood gevonden heeft in de kinderwagen.
De moeder, Heather Spring, heeft op zestienjarige leeftijd een baby gekregen. Ze was met haar baby naar een speeltuin gegaan en raakte even afgeleidt door de buurkinderen die daar speelden. Toen ze terug naar haar eigen kind ging, kreeg ze de schrik van haar leven.
De moeder is naar een ziekenhuis gebracht en dokters vermoeden dat ze door het trauma niet meer weet wie haar baby is. De tiener beweert namelijk dat die baby niet de hare is.
De ouders van het meisje bevestigen echter dat het wel hun kleinkind is.
Er is nog geen verdere informatie over de doodsoorzaak en of de moeder er een rol in speelt.
Mijn maag draait een kwartslag. Wat een misselijkmakend verhaal! Rose leeft nog! De moeder had gelijk.
Ik heb zin om te schreven, revieuws te schrijven dat ze ongelijk hebben... maar wat schiet ik er mee op.
Hoe nou verder? Ik weet bijna honderd procent zeker dat dit de vrouw is naar wie ik zoek. Ik lees het bericht nog eens en zie ineens de naam staan. Heather Spring.
Ik typ de naam in Google in en vindt een paar adressen met de naam Spring.
Snel zet ik ze in Word en print het uit, want ik hoor Rose bij de voordeur. Ze is waarschijnlijk boodschappen gaan doen.
Het A-4je verdwijnt in mijn tas en ik doe net of ik gewoon wat spelletjes zat te doen.
"Hoi", zegt ze mat en ik mompel wat terug.
In de keuken pakt ze de tassen uit en ik bekijk haar. Haar hangende schouders, de wallen onder haar ogen en de doffe blik in haar ogen zijn niets nieuws meer voor mij. Ik ben ook gestopt met mopperen op haar dat ze wat beter voor zichzelf moet zorgen. Ik heb er de puf niet meer voor.
Sam is bij haar eigen ouders ingetrokken en belt minimaal één keer per dag of we al iets hebben gehoord. Ook zij is totaal de weg kwijt.
"Ik ga zo even een rondje rijden", zeg ik, maar ik weet dat het eigenlijk overbodig is. Het interesseert haar toch niet zo.
Ze mompelt wat onverstaanbaars. Ik haal mijn schouders op, pak mijn tas en autosleutels en ga weg. Even weg uit dat bekrompen, donkere huis.
Ik stel de tom-tom in op het eerste adres en rijd. Lang en ver... maar het maakt mijn hoofd leeg. De muziek tettert uit de boxen en ik zet het raam een beetje open voor wat frisse, koude, wind.
Na twee uur rijden ben ik op bestemming gekomen. Een beetje nerveus bel ik aan. Een oudere vrouw doet open.
"Hallo kind, wat kan ik voor je doen?", vraagt ze vriendelijk. Ik moet bijna huilen. Het is al best lang geleden dat iemand zo tegen me praatte.
"Hallo... ik ben opzoek naar Heather Spring. Woont ze hier toevallig?"
"Nee, het spijt me. Mijn kinderen zijn allemaal het huis uit en geen van hen heet Heather. Veel succes met verder zoeken", zegt de vrouw.
Zuchtend ga ik weer in mijn auto zitten en zoek een plaats uit dat hier een beetje in de buurt ligt.
Na een goed half uur ben ik opnieuw bij een huis en bel ik aan.
"Hallo", zegt een norse man.
"Hallo, sorry dat ik stoor. Ik ben opzoek naar Heather Spring, woont zij hier?"
"Nee. Ken ik niet", antwoordt de man. Ik kan nog geen gedag zeggen of hij heeft de deur al weer dicht. Boos geef ik een trap tegen de deur. Schoft.
De moed begint me bij het vijfde huis in de schoenen te zakken. Misschien woont ze wel in het buitenland... of erger: Leeft ze helemaal niet meer.
Het wordt al laat, dus ik besluit terug naar huis te rijden. Ik zing mee op de muziek, maar zet de radio snel uit als Julie's favoriete liedje op komt.
"Waar ben je", fluister ik en veeg een traan weg. Laat ze alsjeblieft in orde zijn. En bij elkaar. Dan hebben ze ten minste nog wat steun aan elkaar.
"Ben thuis", roep ik.
"Waar was je?", vraagt Rose verontwaardigd.
"Dat zei ik toch, ik ben een stukje gaan rijden."
"Een stukje?! Je bent de hele dag weg geweest. Ik heb al genoeg zorgen aan mijn hoofd. Ik moet me niet nog eens zorgen hoeven maken om jou", zegt ze kwaad.
Zuchtend ga ik naar boven en neem een douche. Wat is er met ons leven gebeurd? Vlagen van hoe het een paar maanden geleden was, passeren in mijn hoofd. Mijn vrolijke en lachende vrouw, met onze dochter in haar armen en Julie's hand in de mijne.
Ik laat me op mijn knieën vallen, begraaf mijn hoofd in mijn handen en begin te huilen. Mijn kindjes...
"Gaat het?", hoor ik Rose zachtjes vragen bij de deur.
Snel veeg ik mijn tranen af en ga staan.
"Ja. Ben zo klaar", mompel ik en droog me snel af. Mijn pyjama laat me wat comfortabeler voelen en ik laat me in bed vallen. Eten heb ik geen zin in.
De telefoon gaat.
"Ja?", vraag ik.
"Caithlynn, hoe gaat het?"
Het is mijn broer.
"Goed."
"En nu zo dat je het meent? Zusje ik maak me zorgen om je. Wij allemaal. Ron heeft ook al contact met ons opgenomen omdat hij zich geen raad meer weet met jullie. Misschien is het beter als wij een tijdje bij jullie intrekken. Tot alles weer een beetje beter is."
"Beter? Het wordt niet beter, John. Ze zijn weg en hoe langer ze weg zijn, hoe kleiner de kans dat we ze ooit nog levend terug zien", zeg ik mat.
"Praat niet zo. Dit is helemaal niets voor jou. We hebben onze tassen eigenlijk al gepakt, want ik wil geen tegenspraak. We zijn er zo", zegt hij.
Ik weet dat het geen zin heeft en hang zuchtend op.
Starend naar een foto van Julie en Sara samen, vallen mijn vermoeide ogen dicht.
"Hier", zegt John en maakt me de volgende mogen wakker.
Hij zit op mijn bedrand en heeft een bord met boterhammen bij zich. "Eet, of ik stop het met een trechter er in."
"Laat me met rust", mompel ik en trek mijn kussen over mijn hoofd.
"Echt waar, Caithlynn, je moet ophouden. Hier help je niemand mee. Pap en mam zouden teleurgesteld zijn als je zo zou doen."
Het helpt. De gedachte om hen teleur te stellen laat me overeind komen en ik neem een hap van het brood. Het smaakt ergens best goed.
"Ik wil dat je je gaat aankleden en wat gaat doen. Het leven gaat door, ondanks dat Julie en Sara er niet zijn. Het klinkt misschien barbaars, maar het is waar. Kijk maar eens naar buiten. Mensen doen gewoon boodschappen, gaan naar hun werk en maken ruzie met hun partner. Het leven stopt niet bij deze gebeurtenis. En bovendien hebben Julie en Sara er niets aan als ze dadelijk terugkomen en twee ouders hebben die mentaal labiel zijn, begrepen?", vraagt hij streng. Ik voel aan mijn water dat ik nu beter kan doen wat hij zegt, omdat ik anders echt een hele boze broer heb.
Zuchtend klim ik uit bed en trek de kleding die ik gister aan had weer aan. "Ik ga wel weer een eind rijden vandaag. Het maakt mijn hoofd leeg", zeg ik zachtjes.
Hij knikt goedkeurend. "Als je thuis komt staat het eten al voor je klaar. Maak je daar maar geen zorgen over. Wij zorgen wel voor Rose."
Ik kus John dankbaar op zijn wang en maak me klaar om te vertrekken. Opzoek naar Rose' moeder...
Ik begin waar ik gister geëindigd was en bel aan.
"Ik ben opzoek naar Heather Spring."
"Sorry, maar die woont hier niet."
Altijd hetzelfde verhaal... Ik heb nog maar vier adressen op mijn lijst staan en ik begin in te zien dat Heather misschien niet meer hier leeft, of onder een andere naam.
Het volgende huis is precies hetzelfde. Het huis daarna ook. Nergens is Heather bekend.
Ik vraag me af of ik mezelf de teleurstelling niet gewoon moet besparen en naar huis moet gaan. Bijna ga ik, als ik me bedenk. Wat nou als ze toch nog bij die laatste twee zit... dan zullen Rose en ik het nooit weten.
Ik geef een ruk aan het stuur en rij in de richting waar ik zijn moet.
"Hallo, meisje, zeg het eens", doet een ouder vrouwtje open.
"Goedemiddag mevrouw. Ik ben opzoek naar Heather Spring. Woont zij hier?"
"Nee, het spijt me...", zegt de vrouw en ik wil me al gaan verontschuldigen als ze verder gaat: "Ze is een paar jaar geleden uit huis gegaan en op zichzelf gaan wonen. Ken je haar ergens van?"
Mijn hart gaat sneller kloppen. Zal het dan echt...?
"Ja, nou... Een soort van... denk ik", stamel ik. Ik had dit eigenlijk helemaal niet voorbereid.
"Kom even binnen. Je bent klaarblijkelijk van slag", zegt de vrouw en opent de deur verder voor mij.
Aarzelend stap ik binnen en volg de vrouw naar de woonkamer.
"Wil je wat drinken, kind?"
"Koffie, lekker", knik ik.
Terwijl de vrouw koffie gaat zetten, kijk ik de kamer rond. Een typische stijl voor oudere mensen. Donker en knus. Het voelt vertrouwd.
"Wanneer heb je Heather voor het laatst gezien?", vraagt de vrouw als ze terug is.
"Nou... dat is het probleem. Dat is al heel lang geleden... ik kan me haar niet meer zo goed herinneren als volwassene."
"Och, ik heb nog wel een foto voor je", zegt ze en haalt een fotolijstje van een boekenkast.
Mijn ogen worden groot als ik recht in het gezicht van Rose kijk. Nee... wacht... Rose heeft een iets andere neus en wat minder sproetjes dan deze vrouw. Het kan niet missen dat dit Heather Spring moet zijn.
"Wat een mooie vrouw is ze geworden", mompel ik en hoor de vrouw wat vertellen over de jeugd van Heather, etc.
"Weet je... ze heeft heel wat meegemaakt. Ze wil waarschijnlijk niet dat ik het er over heb met iemand, maar ze heeft op haar zestiende al een kind gebaard. Helaas is onze kleindochter overleden aan de wiegendood. Heather is nooit meer hetzelfde geweest."
Ik ken het gevoel...
"Wat vreselijk", zeg ik alsof ik het verhaal voor het eerst hoor.
"Ja, maar zeg er maar niets over. Ik denk niet dat ze het zal waarderen."
"Beloofd. Heeft u misschien het adres van Heather voor mij?"
"Maar natuurlijk, ik zal het even opschrijven voor je", zegt ze en verdwijnt weer.
"Alsjeblieft", zegt ze als ze terug is en stopt een blaadje in mijn hand, samen met een koekje. "Je ziet er zo magertjes uit, meisje. Dat is niet goed. Je moet wat meer vet op je botten hebben."
Ik glimlach door haar lieve gebaar en ben oprecht dankbaar dat ik haar op z'n minst heb mogen ontmoeten. Rose heeft het niet van een vreemde...
Ik neem afscheid en stap in mijn auto.
Het is een mooie straat. Langs de weg staan grote bomen en hun bladeren vormen een dak boven de weg. Als er ten minste bladeren aan zitten.
Ik stop voor het huis die Rose' oma opgeschreven heeft en bekijk het even. Een groot wit huis, met blauwe kozijnen. Het straalt rust en liefde uit. Of maak ik dat er nu van?
Een beetje zenuwachtig stap ik uit en loop naar de voordeur. Met trillende handen bel ik aan.
Ik wacht... en wacht... en wacht... na wat een eeuwigheid lijkt te zijn, draai ik me zuchtend om. Niet thuis... en nu dan?
Ik besluit een stukje te gaan lopen. Eens kijken wat voor een omgeving het is. Bij de hoek van de straat merk ik tot mijn grote vreugde dat ik in de stad sta. Winkels!
Misschien moet ik maar eens gaan shoppen voor afleiding. Ik ga winkel in, winkel uit. Koop kleding, accessoires, etc. Als ik langs de babyzaak kom waar we voor Sara altijd kleding kochten, blijf ik staan. Een diep geworteld verdriet borrelt op en eigenlijk wil ik me er gewoon aan toe geven.. maar ik ben in het openbaar, dus snel veeg ik de opwellende tranen weg en wil weer verder lopen.
"Au", roept iemand en ik hoor een doffe dreun.
Ik val ook op de grond en voel een pijnscheut door mijn kont trekken.
"Sorry", mompel ik en krabbel overeind. Ik ben tegen iemand opgelopen.
"Geeft niet", lacht de vrouw. Ik bevries. Die lach...
Ik bekijk haar en mijn hart slaat over. Heather!
Snel geef ik haar een hand en trek haar overeind. Ze is in het echt nog mooier dan op de foto.
"Laat me trakteren op een drankje om het goed te maken", zeg ik glimlachend.
"Nou, dat sla ik niet af."
We gaan zitten bij een tentje waarvan zij zegt dat die goed is. "Waar kom je vandaan?", vraagt ze. Ik slik. Hoe ga ik dit uitleggen?
Ik zeg mijn woonplaats en zie haar verbaasd kijken. "Wat doe je dan helemaal hier?"
"Ik ben opzoek naar iemand", zeg ik. Dat is in ieder geval waar...
"Wie? Misschien kan ik je helpen."
"Ik denk niet dat je haar kent", mompel ik en begin te blozen.
"Ah, een liefde", zegt ze lachend en trekt haar wenkbrauwen speels omhoog.
"Nee, nou een soort van", stamel ik.
"Oké, niet erg. Heb je kinderen?", vraagt ze.
"Ja, twee. Jij?", het is er uit voor ik er erg in heb. Maar ja... hoe kan ik dat ook weten.
"Ik had een baby. Maar ze is overleden", zegt Heather en haar ogen staan ineens somber.
"Kijk, dit is mijn baby", zeg ik en zie ineens een opening om het haar te vertellen. Uit mijn portemonnee haal ik een foto van Sara en geef die aan haar.
Ze pakt hem aan met een glimlach en kijkt er naar.
Plots worden haar ogen groot. Haar glimlach glijdt tergend langzaam van haar gezicht. Ze kijkt mij even aan en dan weer naar de foto.
"Maar... dat kan niet", zegt ze zachtjes. "Dit is... dit is mijn baby."
"Nee, dit is je kleindochter. Sara", zeg ik voorzichtig.
Haar hand vouwt zich voor haar mond en haar ogen vullen zich met tranen. "Ik begrijp het niet", vraagt ze fluisterend.
"Laten we ergens anders heen gaan om te praten, dat lijkt me fijner", zeg ik zachtjes. Ze knikt, ik reken af en we gaan naar haar huis.
"Mijn kindje... hoe kan dit?", blijft ze fluisteren.
"Oké, ik ga je het hele verhaal vertellen. Je moet niet schrikken", zeg ik als we binnen zitten.
"Een paar maanden geleden lag de moeder van mijn vrouw plots op ziekenbed. Ze had een hartaanval gehad en vroeg ons bij zich. Omdat ze wilde dat haar dochter moest weten dat ze niet echt haar dochter is. Mijn schoonmoeder had vroeger ook een meisje gekregen, die is overleden terwijl ze aan het wandelen was met haar. Ze kwam in dezelfde speeltuin als waar jij met jouw baby was. Ze was ziek en in de war en heeft jouw baby meegenomen", zeg ik zachtjes.
Haar ogen staan groot en vragend en vol tranen. "Je bedoelt..."
"Ja. Jouw dochter is levend, gezond en moeder van jouw kleindochter", zeg ik zachtjes.
Heather begint te huilen. Grote tranen biggelen over haar wangen en ze grijpt mijn handen. "Breng me naar haar toe, alsjeblieft. Ik wist dat ik niet gek was, ik wist het. Niemand geloofde mij, en mijn meisje... o, god.. ik heb nooit naar haar gezocht", snikt ze.
"Het is niet jouw schuld. Je werd voor gek verklaard en jouw eigen ouders zeiden dat het wel jouw kleintje was die in die kinderwagen lag. Dan kan je toch niets meer inbrengen als zestienjarige?"
"Hoe weet je dit allemaal?", vraagt ze.
"Ik heb op internet gezocht naar je, nadat... Nou, gezocht dus. En ik vond een krantenartikel met jouw naam en het verhaal dat matchte aan dat van Rose' voogd.
"Heet ze Rose?"
"Ja."
"Wat een mooie naam... Ik had haar Gwenn genoemd, maar ik denk dat dat niet meer op gaat."
Wow, dit is allemaal zo verwarrend. We zitten beide met zo veel vragen...
"Hoe gaat het met haar? Is ze gelukkig?", vraagt Heather.
Ik wil ja zeggen, maar het lukt me niet. Ik kan het niet opbrengen om te liegen tegen de vrouw die net ontdekt heeft dat haar enige dochter nog leeft.
"Nee", zeg ik zachtjes en slik de brok in mijn keel weg.
Heather kijkt me met een schuin hoofd aan. "Hoezo?"
Langzaam begin ik met het vertellen van alle gebeurtenissen rond om Dave, hoe we elkaar ontmoet hebben, wat er allemaal gebeurd is en ten slotte mijn grootste nachtmerrie.
Ze zit met open mond en een trieste blik naar me te luisteren en knikt af en toe.
Met een zachte snik sluit ik af en wacht tot ze opstaat en me de deur wijst omdat het zo veel narigheid is. In plaats daarvan staat ze op en komt ze naast me zitten en slaat haar armen om me heen. Ik houd het niet meer droog en huil. Mijn baby... mijn meisjes. Waar zijn ze toch?
"Sst", sust Heather me en wiegt me zachtjes. Ze voelt gelijk als een moeder. Een die precies op mijn Rose lijkt.
Als ik wat bekomen ben geeft ze me een glas water en zegt: "Wat een verschikkelijke verhalen, meisje. Het spijt me zo dat ik er niet geweest ben voor Rose en voor jou toen het nodig was. Ik had geen idee."
Ik glimlach. "Logisch."
"Dus jullie zijn een lesbisch stel?"
"Jep."
"Nou, dat heeft ze dan niet van een vreemde", grinnikt Heather.
Ik kijk haar vragend aan.
"Lieverd, kijk rond... zie je hier ergens een foto van een man?"
Nu ze het zegt... ik zie alleen maar foto's van vrouwen. Zou ze...? Nee, echt!?
"Ben jij ook getrouwd met een vrouw?"
"Ja. En heel gelukkig met haar. Ze heet Tirza en we zijn nu zo'n vijf jaar getrouwd."
"Dat is best grappig om te horen", grinnik ik nu ook. Wow... de eerste keer in maanden.
"Hé, meid, ik snap dat jullie het heel moeilijk hebben en juist nu wil ik er kunnen zijn voor jullie. Alsjeblieft, breng me naar mijn dochter. Alsjeblieft", smeekt ze.
Hoe kan ik een moeder nou bij haar dochter weg houden? Natuurlijk neem ik haar mee!
"Pak je spullen maar", zeg ik en kijk naar na als ze vliegensvlug door het huis beweegt en hier en daar wat spullen pakt.
Na een goed halfuur is ze klaar en belt Tirza. Ze verteld haar dat ze haar dochter gevonden heeft en ik hoor een blij roepende stem aan de andere kant van de telefoon.
Als we in de auto zitten valt er een beetje een ongemakkelijke stilte. Ik weet me geen houding te geven en ik weet ook niet hoe Rose zal gaan reageren.
"Weet je... je lijkt echt heel erg op Rose", zeg ik zachtjes.
"Echt?"
"Ja. Dezelfde ogen, dezelfde lach, zelfs het geluid van jullie lach klinkt hetzelfde. Beide blond krullend haar... Ik dacht even dat ik Rose zag toen je moeder een foto van je liet zien."
Heather kijkt glimlachend voor zich uit en legt onbewust haar handen op haar buik. "Mijn kindje", fluistert ze.
"John", roep ik als we thuis zijn.
John komt de gang op gelopen en blijft staan. Zijn mond valt wijd open en kijkt met grote ogen naar Heather. "Ik zou toch zweren dat je Rose bent", zegt hij zachtjes.
Heather lacht. "Heather. De moeder van Rose."
"Wow, goed gedaan zusje!", zegt John en begint te stralen. "Dit zal Rose geweldig vinden."
"Denk je? Ik ben bang voor haar reactie", zeggen Heather en ik gelijk.
We lachen.
"Kom mee, dan kan je naar de dochter."
Ik lijd haar de kamer in en roep Rose. "Kom eens."
Rose komt de keuken uit en blijft als bevroren staan. Ook Heather staat als aan de grond genageld.
Een tijd lang kijken ze elkaar zwijgend aan, tot Heather opnieuw haar hand voor haar mond slaat en begint te trillen. "Mijn baby", mompelt ze snikkend en loopt op Rose af.
Rose blijft nog steeds heel stil staan en kijkt vragend naar Heather en dan naar mij.
"Ik heb haar gevonden. Speciaal voor jou", zeg ik zachtjes.
Heather valt haar dochter om de hals en huilt tranen met tuiten.
Ik kan niet pijlen wat Rose denkt of voelt. Ze staat daar maar, toont geen emotie noch beweging.
"Rose?", vraag ik zachtjes.
Ze maakt zich ineens los uit Heathers omhelzing en kijkt mij boos aan. O, o...
"Waarom?", vraagt ze.
"Omdat je het moeilijk hebt. Dit is je echte moeder. Ik dacht..."
"... Je moet niet zo veel denken. Altijd als je denkt gebeurd er wel weer iets wat fout gaat. Ik wil helemaal niemand ontmoeten, ik wil mijn dochters!", roept ze over de rooie. Ik geloof niet dat ik haar ooit zo boos heb gezien. De stoom komt bijna uit haar oren.
"Maar...", mompel ik.
Heather staat versteend te luisteren naar het geraas van haar dochter. Niet echt de eerste ontmoeting waar je als moeder op hoopt natuurlijk...
"Niets te maren. Ik word gek van je, echt waar. De hele dag ben je weg, laat niets van je horen terwijl ik je heb gevraagd dat niet te doen. Je praat nooit meer tegen me en als je praat mopper je alleen maar en dan ineens kom je thuis met een vrouw die mijn moeder moet zijn. Jezus Caithlynn, doe eens normaal", roept ze.
Ik begin te trillen en voel de armen van John beschermend om me heen. "Zo is het wel genoeg, Rose", zegt hij streng. De toon waarop hij het zegt bezorgd zelfs mij kippenvel.
Ze slaat haar ogen neer, rent naar de gang en verdwijnt stampvoetend als een klein kind naar boven.
"Sorry", mompel ik naar Heather, die haar schouders ophaalt.
Mijn Rose... mijn vrouw... waar is ze gebleven? Dit was Rose niet.
Zachtjes begin ik te snikken en voel de greep van mijn broer verstrakken om mijn lichaam. Ik laat me koesteren en huil uit in zijn armen.
"O, John... wat moet ik toch met haar? Ik ken haar niet meer", snik ik zachtjes.
"Ze is getraumatiseerd. Ik herken haar gedrag precies. Zo was ik ook toen ik Rose kwijt was", zegt Heather ineens zachtjes.
Ergens stelt het me gerust dat ten minste iemand meer weet dan ik.
"Kunnen we iets doen?", vraagt John.
"Praten. Vooral Caithlynn. Daar zal ze meer van aannemen dan van mij, ook al ben ik haar moeder. Ze kent me niet."
"Ik ga wel", zeg ik zachtjes en veeg mijn ogen aan mijn mouw af.
"Rose?", vraag ik zachtjes en klop op onze slaapkamerdeur. Hij is afgesloten.
"Ga weg", roept ze nijdig.
"Doe open."
"Nee."
"Rose, alsjeblieft..."
"Ga weg."
Langzaam word boos. "Je doet nu open of ik maak hem zelf open", zeg ik streng.
Ze geeft geen antwoord, maar doet de deur ook niet open.
"Verdomme Rose. Denk je nu echt dat jij de enige bent die verdriet heeft? Ik ben mijn dochters ook kwijt hoor. Ik ben alleen. Jij bent er niet voor mij, Julie is er niet die eens met me knuffelt, ik ben net zo eenzaam als jij. Je bent niet alleen. Ik praat niet tegen je, omdat het je niet interesseert. Die keren dat ik nog wel tegen je gepraat heb, reageerde je amper. Ik ben zo bang, Rose en ik voel me zo alleen. Ik ben niet alleen mijn kinderen kwijt, maar ook mijn vrouw. Wie ben jij en wat heb je met haar gedaan?"
Ik laat me op de grond zakken en huil. Het verbaasd me dat ik Überhaupt nog tranen heb.
Langzaam gaat de deur open en komt ze voor me op haar knieën zitten. Ze neemt mijn betraande gezicht in haar handen en laat me haar recht aankijken. Haar ogen zijn ook nat.
"Het spijt me. Ik weet mezelf gewoon geen raad meer, Caith. Alles laat me denken aan Sara. Ik voel aan mijn water dat er iets niet goed is. Ik ben zo bang en ik voelde me zo alleen, omdat jij niet met me praatte. Juist nu zouden we samen sterk moeten staan."
"Ik weet het", knik ik en omhels haar. "Het spijt me dat ik achter je rug om naar je moeder ben gaan zoeken, maar ik wilde zo graag wat gaan doen om maar niet te denken aan Sara en Julie. En daarbij hoopte ik jou een stukje van jezelf terug te geven..."
"Ik ben je dankbaar. Al leek het misschien net niet zo, ik ben er blij mee. Heb je gezien hoe veel ze op mij lijkt? Ineens vallen alle puzzelstukjes in elkaar. Waarom ik altijd anders was dan mijn moeder en vader en waarom ik me soms afvroeg of ik er wel bij hoorde. Ze is zo mooi en lief..."
"Net als jij", zeg ik zachtjes en kus haar natte wang.
Met haar duim veegt ze mijn tranen weg en helpt me overeind. "Laten we naar beneden gaan."
Rose doet de deur open en loopt op Heather af, die met John staat te praten. Zonder aankondiging omhelst ze haar moeder. Lang en stevig. Beide beginnen weer te snikken en Heather pakt haar vast waar ze maar bij kan, ik denk van ongeloof dat haar dochter nog leeft en zo groot is.
Als ze wat bekomen zijn gaan we op de bank zitten en begint Heather haar verhaal te doen.
"Ik was vijftien toen ik mijn eerste vriendje kreeg. Ik was hotel de botel op hem en dacht, heel naïef, dat hij voor altijd bij mij zou blijven en we samen oud zouden worden. Ik had voor de eerste keer seks met hem, nog zo onwetend over de mogelijke gevolgen daarvan. En inderdaad... na een maand of twee kwam ik er achter dat ik zwanger was. Ik heb het de jongen verteld, maar zodra hij het hoorde heeft hij de benen genomen en is nooit meer teruggekomen. Ik was kapot van verdriet en radeloos wat ik met een baby moest doen. Ik was zelf nog een kind. Mijn ouders waren ook furieus en hebben me een maand lang genegeerd.
Toen mijn buik begon te groeien, besefte iedereen dat er wat veranderen moest. Mijn ouders begonnen me in te lichten over het ouderschap, de bevalling, etc. Ik ging een baan zoeken om jou te kunnen onderhouden. Maar al die tijd liep ik met grote twijfels en ik schaamde me diep. Hoe kan ik nou twijfelen over zo iets moois als je eigen kindje.
Tot dat ik voor de eerste keer kleine schopjes voelde. Het leek een trilling in mijn buik, maar zodra ik het voelde, was ik verkocht. Dit kleine wezentje was van mij. Helemaal van mij. Ik wist gelijk dat ik het zou liefhebben tot de dood ons zou scheiden.
De maanden vlogen voort en eindelijk was het zo ver: jij was geboren. Vanaf het eerste moment dat ik je zag wist ik dat ik je nooit meer zou loslaten. Zo klein, zo mooi...
Thuis was alles klaargemaakt voor jouw komst en er was rust die ik nodig had om te herstellen.
Na een week of twee vonden mijn ouders dat het tijd werd om jou eens mee te nemen in de frisse lucht, dus ik pakte je goed in en reed met jou in de kinderwagen naar het park. Daar waren al wat buurtkinderen aan het spelen met hun broertjes en zusjes.
Een van de kleintjes viel en als oudste ging ik dus even helpen om het bloedneusje te stoppen. Dat is de grootste fout die ik in mijn leven heb begaan.
Toen ik terugkwam... er lag een kindje in mijn kinderwagen, lijkbleek en niet meer ademend... maar dat was mijn baby niet! Ik begon te gillen en zoeken naar jou, maar je was weg.
De politie, dokters en zelfs mijn ouders geloofden mij niet toen ik beweerde dat dat kindje niet mijn baby was. Ik was gebroken en depressief en begon te twijfelen aan mijzelf. Ik had naar je moeten zoeken, ik had niet zo snel op mogen geven", zucht Heather.
Rose is even stil. "Ik zou hetzelfde gedaan hebben. Je was pas zestien en werd niet geloofd... zelfs niet door je ouders. Ik denk dat ik ook zou gaan twijfelen aan mezelf", zegt ze zachtjes.
Ik knik. "Ik ook."
Het is duidelijk te merken aan Heather dat ze verbaasd, gelukkig en verdrietig tegelijk is. Het is ook zo veel in een keer...
Ondertussen is het ook al bijna één uur 's nachts en nu pas merk ik hoe moe ik ben.
Rose staat op en loopt naar de keuken om nog een kop thee en koffie voor ons te zetten, als Anne thuis komt. Ze had een avondje met vriendinnen.
"Je ziet er beter uit, Rose. Wat heb je met haar gedaan, schat?", vraagt ze aan John.
Op dat moment komt de echte Rose weer uit de keuken en Anne's ogen worden groot. "Maar... wat... huh?", zegt ze verbaasd en kijkt van Heather naar Rose en weer terug.
We schieten in de lach. "Schat, ik stel je voor aan Heather, Rose' echte moeder", zegt John grijnzend.
"Dank je voor het compliment", lacht ook Heather en schudt Anne's hand, die nog steeds verbaasd van de een naar de ander kijkt.
"Jezus, jullie lijken echt als twee druppels water op elkaar!"
Opnieuw klinkt er een lachsalvo. Heerlijk. Zelfs Rose moet lachen.
"Goed, ik denk dat het verstandig is als die twee eens gaan slapen", zegt John en klopt op zijn knieën om op te staan.
"Die twee zijn twee volwassen vrouwen en kunnen dat heel goed zelf beslissen", zeg ik koppig. John steekt zijn tong speels naar me uit, maar wijst wel naar de deur.
"Ik zou maar luisteren", grinnikt Anne.
Zuchtend sta ik op en help Rose aan haar hand overeind. Samen gaan we naar boven.
"Wil je nog douchen?", vraag ik. Ze knikt.
Ik besluit mee te gaan en stap bij haar onder de douche. Het is even als vanouds. Alsof de kinderen gewoon op bed liggen en wij moe zijn van een dag hard werken.
Werken... tja, dat is er ook al een tijd niet van gekomen. Gelukkig krijgt Rose ziekteverlof.
Terwijl de warme stralen over mijn lichaam glijden, gaan mijn gedachtes van hot naar her. En toch voel ik me rustiger dan voorheen. Gewoon omdat Rose tegen me aan staat. Haar armen om mijn middel, haar hoofd op mijn schouder. Mijn gedachtes maken me niet zo bang, nu zij bij me is.
"Ik voel me weer veilig", fluistert ze zachtjes tegen mijn nek.
Ik verstrak mijn greep om haar glibberige, lekkere lichaam. "Ik ook."
Ik zet de douche uit, droog mijn meisje en mezelf af en doen onze pyjama's aan. "Lekker slapen", zeg ik zachtjes als ze naast me in bed ligt.
"Ik hoop het", fluistert ze terug.
Ik leg mijn arm over haar heen en mijn hand valt achteloos op haar buik. Ze lijkt er van te schrikken. In een nanoseconde voel ik haar van mijn hand weg bewegen.
"Wat is er?", vraag ik.
"Niets."
"Ik voelde het. Deed ik je pijn?"
"Nee."
"Wat dan?"
"Caithlynn, alsjeblieft", zucht ze.
"Nee, ik wil het weten. We zouden praten... doe het dan ook."
"Ik ben moe."
"Ik ook, praten", hou ik vol.
Ineens begint ze te neuriën. Ze houdt haar buik vast en neuriet het liedje dat ze altijd voor Sara zingt. Het begint me te dagen wat er gaande is. Haar buik, Sara, het liedje, Sara's afwezigheid...
"Het is Sara, hè?"
Ze gaat door met neuriën alsof ze me niet hoort. Het maakt me angstig. Ze ziet er nu net uit als een psychisch gestoorde, die in een inrichting moet.
"Alsjeblieft, Rose, je maakt me bang", fluister ik.
Ze stopt. Haar hoofd draait zich langzaam naar mij en haar ogen boren zich diep in de mijne. In dat ene moment, die ene kleine seconde waarin ze me aankijkt, zie ik al haar pijn.
Het is als een messteek in mijn hart. Haar pijn, wanhoop, verdriet, het is donker, zo zwart en beangstigend. Het is verstikkend...
Uit mijn keel komt een snik en mijn wangen zijn nat als ik mijn hand over mijn ogen leg.
"Mijn lieve, lieve Rose", mompel ik en neem haar in mijn armen. Ze verbergt haar gezicht tegen mijn borsten en ik voel haar schouders schokken.
Zullen we ooit ophouden met huilen?
"Waarom heb ik opnieuw niet gezien hoe erg je het hebt? Ik weet en ik snap dat we beide even niet meer weten waar we het moeten zoeken en niet kunnen rusten voor ze gevonden zijn, maar... O, roosje... het spijt me zo. Ik had je moeten helpen", ratel ik.
Ze zegt niets, snikt alleen.
"Wat moeten we nou, Caith? We kunnen toch niet vrolijk door gaan met ons leven, terwijl onze kinderen misschien wel in doodsangst verkeren? Dat mag toch niet?"
"Het voelt zo. Ik weet het... maar ergens heeft John wel gelijk, de wereld houdt niet op met draaien nu ze weg zijn. En ik denk niet dat het hen helpt als wij depressief en onszelf kwijt zijn als ze thuis komen."
"Het voelt zo verkeerd..."
"Ik weet het", zucht ik en trek haar strakker tegen me aan. Haar ademhaling wordt rustiger en haar hand verslapt in de mijne.
"Ik hou van je", fluister ik en sluit mijn ogen.
Ik lig in bed, met gesloten ogen. Toch zie ik het zonlicht door de gordijnen heen komen. Het is als een warme deken die over mij heen valt, alsof niets of niemand mijn dag stuk kan maken. De vogels fluiten vrolijk op verschillende tonen en vormen een ware symfonie.
Naast mij hoor ik de rustige ademhaling van mijn prachtige meisje.
Haar wallen zijn bijna verdwenen en de lust is terug in haar ogen. We zijn dan ook al wel wat maanden verder, dus het was te hopen dat het beter zou gaan met ons.
"Goedemorgen", fluistert Rose slaperig en kust mijn lippen.
"Hoi", zeg ik met een lieve glimlach en strijk een wilde pluk haar uit haar gezicht.
"Vandaag onze eerste shopdag", zegt ze opgewekt.
Ik lach. Natuurlijk niet onze allereerste, maar wel sinds de verdwijning van Julie en Sara.
We kleden ons aan, eten ons ontbijt en vertrekken zonder jas naar de stad. Heerlijk, die lente! Zeventien graden en vol op zon, wat wil een mens nog meer.
We rijden twee uur lang richting een grote stad, om daar eens lekker te gaan shoppen. Hand in hand lopen we door de winkelstraten en gaan winkel in winkel uit. Onze handen vol met kleding tassen en een ijsje.
Bij de hönkemuller snellen we naar binnen. "Tijd voor wat sexy lingerie", grinnikt Rose uitdagend en loopt zoekend tussen de rekken. Het valt me op dat ze wat extra met haar heupen wiegt bij iedere stap die ze zet. Haar prachtige benen en billen zijn gehuld in een rokje met witte legging en ze lijkt nog eens extra lang door de hakken die ze draagt. Op en top vrouw, die meid van mij.
Speels geef ik een tik op haar billen en ze kijkt me ondeugend glimlachend aan. O, o... wat is die van plan?
Mijn hart slaat sneller. Zou ze echt weer seks willen? Ook dat zou dan weer de eerste keer worden... het is al bijna een half jaar geleden. Eigenlijk te gek voor woorden... maar wel logisch.
"Wat vind je van deze?", vraagt ze en houdt een setje omhoog. Ik weet zeker dat het haar fantastisch zal staan. Wat niet...
Ik knik en we gaan naar de paskamers, waar ze de cupmaat kan passen.
Ik sta te kijken hoe ze haar t-shirt uit doet en haar bh open maakt. Het gaat net allemaal wat sensueler dan normaal en toch weer niet te overduidelijk. Ze houdt me een beetje in het midden met wat ze nu eigenlijk wil. En het wind me op.
"Wat denk je? Zit hij goed?", vraagt ze en gaat met haar handen over en langs haar borsten. Verdorie, ze is me echt aan het uittesten, de trut. Maar wat zij kan, kan ik ook...
"Hmm, ik weet niet... volgens mij zit hij hier net wat te los", zeg ik en strijk met mijn handen langs de zijkanten van haar borsten. "Kijk, want hier zit een verwijding die er normaal niet hoort te zitten", zeg ik en mijn vingers strelen de bovenkanten van haar borsten. Ik hoor haar ademhaling versnellen.
Het voelt heerlijk om die prachtige bollen van haar weer vast te hebben en ze te strelen.
"Wil je dan even een kleinere maat pakken?", vraagt ze mij. Ze probeert normaal te klinken, maar haar stem verraad haar opwinding. Mooi.
Ik loop het hokje nonchalant uit en ga opzoek naar een kleinere maat. Als ik terug kom heeft ze haar bh al uit en vallen mijn ogen op haar priemende tepels. Heeft ze het koud? Nee, dat lijkt me niet.
Ik kijk haar aan en binnen een seconde zitten we op, onder, over, achter, voor en door elkaar.
Wild druk ik haar tegen de koele muur en zoen haar, diep, lang en passioneel. Ze hijgt in mijn mond: "Ik dacht dat je de hint nooit zou begrijpen."
Ik smoor haar woorden met mijn mond en zoen haar alsof mijn leven er van af hangt.
"O, Rose... wat heb ik jou gemist", fluister ik en zoen haar zoete nek.
Ze kreunt in mijn oor en sabbelt zachtjes aan mijn oorlel. "Lekker ding. Ik ben zo geil... ik wil dat je me vingert, hier in dit hokje", fluistert ze.
Ik hijg even en glijd met mijn handen over haar lichaam. Haar borsten, haar rug en billen, haar buik, haar schaamstreek.
Het voelt zo heerlijk zacht en warm. Ik geloof dat ik bijna smelt van geluk.
Even schrik ik. Ik ben weer gelukkig... voor zo ver. Mag ik dat wel?
Rose merkt mijn aarzeling. "Geen zorgen, lieverd. Ze zullen het echt niet erg vinden hoor", zegt ze warm glimlachend en streelt mijn gezicht.
Ik glimlach terug en we zoenen weer.
"Pardon", zegt ineens een stem achter ons. Verschrikt laten we elkaar los.
Ik steek mijn hoofd om de hoek van het gordijn en kijk recht in de ogen van een van de verkoopsters.
"Het spijt me, maar ik moet jullie vriendelijk verzoeken de zaak te verlaten. Het is zeer ongepast om dit soort dingen in een winkel te doen. Het stoort de andere klanten."
Ik kleur rood en trek het gordijn weer voor mijn gezicht. Rose kijkt me breed grijnzend aan, maar kleed zich zo snel als ze kan weer aan.
Alsof we peper in onze kont hebben lopen we de winkel uit en barsten in lachen uit buiten de winkel. "Oké, als dat niet gênant was, dan weet ik het ook niet meer", lach ik.
" Het is zeer ongepast om dit soort dingen in een winkel te doen", imiteert Rose de verkoopster en we lachen nog harder. Voorbijgangers kijken ons bevreemd aan.
"Laten we naar huis gaan, genoeg geshopt", zeg ik, maar Rose schudt haar hoofd.
"Nee, nee, ik wil niet dat deze dag ten einde loopt. Laten we ergens wat gaan eten en dan een hotelletje pakken."
"Klinkt prima", zeg ik zachtjes en strijk met mijn vinger langs haar perfecte lippen.
Ze hapt naar mijn vinger en zuigt er op, haar ogen staren uitdagend in die van mij. Het is wel duidelijk dat we nog lang niet klaar zijn met elkaar.
Mijn telefoon gaat en verbreekt ons intieme moment midden op straat.
"Met Caithlynn", neem ik op.
"Hoi, lieverd. Met mij."
"Ha, mam. Hoe is het?"
"Goed hoor. Ik wilde even weten of jullie wat te doen hebben vanavond", vraagt Heather.
Heather is wel is waar pas een paar maanden in ons leven, maar ze is zo warm en zo lief, het is meer dan duidelijk waar Rose al haar trekjes van heeft. Ze is niet alleen voor Rose een echte moeder, maar voor mij net zo.
"Nou, we hebben net besloten om wat te gaan eten en een hotelletje te nemen na een lange dag shoppen. Ik denk niet dat we veel gaan slapen, maar dat is tot daar aan toe", grijns ik naar Rose die wat roze kleurt.
Heather schatert haar vrolijke lach. "Nou, veel plezier dan. We wilden even weten of jullie zin hadden om mee te eten, maar genieten jullie maar lekker." Ik zie haar niet, maar kan haar brede glimlach door de telefoon heen voelen. Sinds mijn eigen moeder overleden is, heb ik nooit meer zo'n sterke band met een moederfiguur gehad als met Heather. Het maakt me gelukkig.
"Dank je, dat komt wel goed", zeg ik en hang op.
"Moest je dat nou zeggen", lacht Rose en haakt haar arm in de mijne. Vrolijk kletsend en genietend van het lange licht zijn zoeken we naar een leuk tentje en schuiven daar aan.
We bestellen een pizza en doen ons tegoed aan de heerlijke tomatensoep vooraf.
Als onze buitjes vol zitten zoeken we onze auto op en rijden naar het dichtsbijzijnde hotel dat er goed uit ziet. We bestellen een kamer en maken dat we naar boven komen.
Als de liftdeuren dicht gaan, hoeven we elkaar maar één keer aan te kijken om te weten wat we willen. Als hongerige leeuwen storten we op elkaar. Haar handen zijn overal, net als de mijne. Het is een wirwar van monden, handen, tongen, gekreun en gehijg.
De deuren van de lift gaan open en snel laten we elkaar los. Er staat een man te wachten die ons vrolijk toeknikt. Glimlachend knikken we terug, maar ik besef me dat we er iet wat verwilderd uit moeten zien.
Giechelend lopen we naar onze kamer, ondertussen elkaars billen strelend.
We openen de deur, bewonderen de kamer, maar hebben eigenlijk meer oog voor elkaar.
Rose neemt me teder in haar armen en streelt met haar vingers over mijn gezicht. "Vrij met me", fluistert ze sensueel.
Haar ogen stralen als sterren en haar wangen zijn rood van opwinding. Ze is prachtig.
"Graag", fluister ik terug en we verliezen onszelf in een rustige, passievolle kus. Langzaam trek ik haar shirt over haar hoofd en gooi het over een stoel. Haar bh en broek volgen al snel.
Ik duw haar zachtjes achterover, boven op de koele lakens van het hotelbed. Ik kom boven haar hangen en geniet van haar strelende handen door mijn haar en over mijn lichaam.
"Je bent zo mooi", fluistert ze zachtjes en kijkt me verliefd aan.
Ik glimlach en begin haar nek te zoenen. Langzaam ga ik naar het kuiltje in haar nek, naar haar sleutelbeen en omlaag naar haar borsten. Haar tepels staan recht overeind en nodigen me uit er aan te sabbelen.
Toch zoen ik haar borsten eerst. In steeds kleiner wordende rondjes naar haar tepel toe.
Als ik die dan uiteindelijk in mijn mond neem, kreunt ze wellustig en kromt haar rug naar mijn mond toe. Ik beantwoord het door te bijten, wat een nog grotere kreun oplevert.
Haar benen klemmen zich om mijn middel en dwingen me in feite om langzaam naar beneden te zakken en me te goed te doen aan haar heerlijke nectar.
"Lik me, alsjeblieft", zucht ze en kneed haar eigen borsten.
Ik geef gewillig toe en ga met mijn tong langs haar klitje. Ze komt met haar heupen van het bed en geeft mij de perfecte gelegenheid om met mijn armen haar te omklemmen, zodat ze geen kant op kan. Mijn tong glibbert en glijd tussen haar lippen door en verwennen haar optimaal.
Ze kreunt er op los en gooit er een paar geile woorden uit die niet voor herhaling vatbaar zijn.
"O, Caithlynn... lekker ding van me, ga alsjeblieft door. Niet stoppen", kreunt ze.
Plagend haal ik mijn tong van haar af en luister naar haar heerlijke gesputter.
"Pestkop", zegt ze en bestraf haar door over haar klitje te blazen.
"O, Caith, please!", smeekt ze me. Ik zet in een keer weer de aanval in en lik, zuig en bijt haar.
Het is te veel prikkel voor haar en ze explodeert uit elkaar. Ze schreeuwt het uit, verkrampt schokkend en trillend en laat zich achterover vallen.
Lachend kom ik naast haar liggen, nog in mijn kleren, en sla de lakens over haar prachtige naakte lichaam.
Slaperig kijkt ze me aan, in haar ogen liefde en dankbaarheid. Ik weet dat er deze avond niet veel van mijn genot terecht komt, maar het maakt me niets uit. Zolang zij gelukkig is, kan de rest me gestolen worden.
Ze geeuwt en draait zich om. "Ik wil nog steeds een kindje met je", fluistert ze.
Ik ben even stil. "Nu?"
Ze reageert niet meer.
Ik sta op, trek mijn kleding uit en ga weer naast haar liggen. "Ik ook", fluister ik terug en val ook in slaap.
Lees verder: Ware Liefde - 16
Er zijn nog geen trefwoorden voor dit verhaal. Welke trefwoorden passen volgens jou bij dit verhaal?
Geef dit verhaal een cijfer:
5
6
7
8
9
10