Klik hier voor meer...
Donkere Modus
Door: DAts
Datum: 08-10-2024 | Cijfer: 9.2 | Gelezen: 2371
Lengte: Lang | Leestijd: 20 minuten | Lezers Online: 1
Het Oproer
Wat er aan voorafging

Tien jaar na de gebeurtenissen in Partnerruil komt Douwe bij Dieuwertje en brengt voor het eerst in jaren weer de nacht bij haar door. Haar relatie met Frits loopt niet zo lekker, hij is bij een reorganisatie ontslagen op zijn werk en doet nu een voettocht naar Santiago de Compostella.

De volgende dag gaat Dieuwertje mee met een muziekworkshop en ontmoet daar Hattum en Ada, die ze vaag nog kent van de tijd dat Douwe in zijn eerste folkbandje speelde. Hun zoon Eale doet aan de workshop mee. Ada is ondertussen minister van Justitie en ligt zwaar in de clinch met de Partij voor het Vrije Woord (PVW). Als ze ’s avonds bij Douwe eten, belt de premier dat er een meute met trekkers en fakkels onderweg is naar het huis van Ada. Ada wordt naar het politiebureau in Darwerd gebracht, haar gezin zal de nacht doorbrengen bij Douwe. Ada heeft aan Dieuwertje gevraagd om seks te hebben met haar Hattum, omdat die de laatste tijd nogal tekort komt en Ada noodgedwongen nu alweer verstek moet laten gaan.


---

Na het vertrek van Ada vroeg Douwe aan Hattum om mee te komen. “Even maatregelen nemen, zodat ze niet met trekkers het erf op kunnen komen.” Douwe had zelf twee trekkers, een kleine en een grote. Hij koppelde achter beide een aanhanger en hij een Hattum zetten de trekkers stijf naast elkaar op de oprit voor het hek, zodat er geen voertuig langs kon. Het hek dicht en de zitmaaier met laadbak daarachter tegen het hek aan, zodat het hek niet open kon.

De beide mannen bleven even voor het huis staan praten. Douwe vroeg hoe het met Hattum ging. “Klote, Douwe. We hebben geen leven meer. Ada wordt helemaal opgeslokt door de politiek. Smerige bende. Sinds vorige week, die aanvaring met de Partij voor het Vrije Woord, is het helemaal erg. Zwartmakerij, roddel en achterklap, ze proberen haar kapot te maken!” “En dat lukt bij jou aardig, is het niet?” Douwe keek Hattum indringend aan. “Ja, verdomme. Ada had zich voorgenomen om er vanavond helemaal voor mij te zijn. Maar ja. Weet je wat ze met tegen me zei? Misschien moest ik me vanavond maar laten verwennen door Dieuwertje. Dat verzin je toch niet? Dat je eigen vrouw je in de armen van iemand anders duwt.”

“Hattum, luister. Weet je, tien jaar geleden kreeg Lisa van Bram een ongeluk, weet je nog wel?” “Daar heb ik iets van gehoord, ja.” “Lisa vroeg mij toen, terwijl ze in het ziekenhuis lag, of Dieuwertje niet eens met Bram wilde vrijen. Bram cijferde zich helemaal weg voor haar en de kinderen en ging er zelf aan onderdoor. Dat vroeg Lisa niet omdat ze hem van zich af wilde duwen, maar uit liefde.” “Was je toen nog met Dieuwertje?” “Nee, we waren net uit elkaar, maar dat wist Lisa nog niet. Janna en Anke hebben allebei met Bram gevreeën, met alle tederheid en liefde. Hij wilde het eerst niet, maar uiteindelijk heeft het hem ontzettend goed gedaan.” Hattum keek nog wat bedenkelijk. “Neem van mij aan dat Ada dit liever zelf gedaan zou hebben, Hattum. Ze houdt echt ontzettend van je en daarom gunt ze jou dit, ze weet dat je het nodig hebt.” “Dank je, Douwe. Ik weet niet of ik het wel wil, maar ik snap Ada nu wel beter, denk ik.”

Vaag klonk het geluid van naderende trekkers. In de verte werden koplampen zichtbaar. “Er is bezoek is in aantocht, geloof ik. Even de dames waarschuwen dat ze de kinderen achter houden. En Elmert bellen.” Elmert was de eigenaar van loonbedrijf Toornstra, een paarhonderd meter verderop. Douwe had hem gebeld om hulp, nadat de premier Ada had gebeld met het bericht dat er een groep oproepkraaiers onderweg was naar haar huis. Er zouden een paar combines van Elmert voor en achter de optocht aansluiten. Als het nodig mocht zijn, zaten de oproerkraaiers ingeklemd.

Tjitske, de dertienjarige dochter van Ada en Hattum, ging met de kinderen spelletjes doen in het appartement van Janna. “Dieuwertje, moest jij niet nog wat doen?” Dieuwertje keek Douwe niet-begrijpend aan. Hij maakte het gebaar van telefoneren. Shit, helemaal vergeten! Ze had beloofd haar kinderen te bellen!

Gauw liep Dieuwertje naar het gastenverblijf en ging even met haar schoonouders bellen, waar haar kinderen dit weekend waren. Gelukkig was het nog geen bedtijd, het was nog voor half acht. “Ha, Dieuwertje, ik dacht al, die belt niet meer!” klonk haar schoonmoeder wat verwijtend. “Sorry ma, maar het is hier nogal een gekkenhuis. Ik zit bij Douwe en het gezin van minister Algra zat hier ook te eten. Er werd net gebeld dat er demonstranten onderweg zijn naar haar woning, met trekkers en wat al niet meer. Er komt nu ook een groep hier naartoe.” “O meid, dat klinkt niet best!” “Nee. Goede dag met de kinderen gehad? Mag ik ze even? Natuurlijk. Je hoort het wel van hun. En sterkte hè?”

Even later zat Dieuwertje glimlachend te luisteren naar de enthousiaste verhalen van haar kinderen, die bij Earnewâld voor het eerst in een Optimist hadden gezeild. “Ik kon zelfs tegen de wind in zeilen, mam!” vertelde Douwe vol trots. “Ik vond het eerst wel een beetje eng als hij scheef ging”, zei Anke, “maar opa heeft geoefend met omslaan en nou vind ik het niet eng meer!” “Nou, dat klinkt als een hele leuke dag!” “Ja! En vanavond mochten we vuurtje stoken van opa!” “O, gezellig.” Zo kletsten ze nog even door tot Dieuwertje met een glimlach afscheid van ze nam.

Ze had niet in de gaten gehad dat Hattum ook in het gastenverblijf was gekomen. Hij had glimlachend naar Dieuwertje gekeken terwijl ze met haar kinderen aan het praten was. Ze schrok toen ze hem zag. “Sorry, Dieuwertje, ik wil je niet laten schrikken. Ik kwam even kijken hoe we het hier vannacht kunnen indelen.” “Neem me niet kwalijk, ik had je hier niet verwacht. Ik was even helemaal bij de kinderen.” “Dat zag ik. Je houdt echt van ze, hè?” Een warme gloed verspreidde zich in haar buik. “Ja”, zei ze zachtjes, “ze zijn het liefste wat ik heb.” Hij keek haar opmerkzaam aan. “Liever nog dan je man?” Dieuwertje knikte. “Voor een man misschien moeilijk voor te stellen, maar de band met je kind is voor een moeder nog intenser dan die met je levenspartner.” “Dat kan ik me heel goed voorstellen, Dieuwertje. Als het erop aan komt, kies ik ook voor de kinderen, denk ik.”

Als vanzelf zaten Hattum en Dieuwertje heel vertrouwelijk met elkaar te praten, alsof er geen boze meute onderweg was om het gezin Algra en Ada’s vermeende minnaar Douwe de stuipen op het lijf te jagen. Hun gesprek werd ruw verstoord door loeiende claxons en

sirenes buiten. De relschoppers waren gearriveerd. Uit een megafoon klonk: “Wij willen met de hoer van Justitie spreken! Kom naar buiten! En maak het hek open!” “Commandeer je hondje en blaf zelf!” gromde Hattum. Dieuwertje lachte en legde haar hand op zijn arm.

Ineens klonk er een hoop kabaal van buiten. Geschreeuw klonk, geschraap van staal tegen staal. “Kom, kijken!” Dieuwertje en Hattum renden naar beneden en gingen door de ingang van het gastenverblijf naar buiten. Ze liepen naar een donkere hoek van het erf, onzichtbaar voor de meute buiten het hek.

Voor het hek was het een grote chaos. De machines van het loonbedrijf waren van weerskanten de relschoppers bij elkaar aan het vegen met hun shovels. De trekkers werden achteloos op een hoop geveegd. Demonstranten die langs de wagens probeerden te ontsnappen werden door mannen die daar stonden opgevangen en hardhandig in de boeien geslagen. Half Darwerd leek uitgelopen om het gespuis van buiten een lesje te leren. Hoe ze er lucht van hadden gekregen wist niemand, maar er stond ook al een filmploeg te filmen.

Nadat de meute was afgevoerd, zetten Douwe en Hattum de zitmaaier en de trekkers weer terug in de schuur. Rick en Nynke moesten nog wel thuis kunnen komen. De trekkers hadden best wel wat schade. Moest Douwe morgen maar gaan regelen met de verzekering. En aangifte doen tegen die demonstranten aansprakelijk stellen.

Een anderhalf uur later zaten de volwassenen in de woonkeuken naar een speciale uitzending op de tv te kijken, die geheel gewijd was aan de bizarre gebeurtenissen in Friesland die avond. Ze zagen hoe eerst een meute bij het huis van Ada en Hattum had gestaan. De apparatuur van de aanwezige televisiejournalisten was al gauw kapot gemaakt, de journalisten waren de sloot in gemept. Er was een bak stront voor de deur leeg gekieperd en de voordeur was met brandende lappen in brand gestoken, maar het vuur doofde gelukkig vanzelf. De voortuin van de minister was volledig vernield door trekkers, die alles plat hadden gereden.

Toen bleek dat er bij de minister niemand thuis was, had de groep relschoppers zich in tweeën gesplitst. De ene groep ging naar Douwe Atsma, want ze hadden inmiddels bericht gekregen dat het gezin van de minister zich daar ophield. De andere groep ging naar Darwerd, toen ze te horen kregen dat de minister naar het politiebureau zou gaan.

Op de beelden was te zien hoe de groep voor Douwes huis was begonnen de trekkers van Douwe van zijn oprit te slepen, toen de loonwerkers in actie kwamen. Douwe grinnikte: “slimme zet van Elmert, om de boel te laten filmen. Nu kunnen ze zien dat zij begonnen zijn om eerst mijn trekkers weg te halen.”

De verslaggever interviewde Elmert, die zelf ook aanwezig zijn. “Kunt u mij vertellen wat er hier gebeurt?” “Tsja, er kwam hier een hele groep lui van buiten om herrie te schoppen. Toen ze met hun tengels aan de machines van mijn buurman kwamen, hebben we ingegrepen. We hebben de politie gebeld, maar die lieten weten geen manschappen beschikbaar te hebben. We hebben dit zootje ongeregeld dus zelf maar aangehouden en dragen ze zou gauw mogelijk over aan de politie.”

Er volgde een shot van X, waar de politicus die door minister Algra uitgedaagd was zelf tussen de oproerkraaiers ‘verslag deed’. “Ik sta hier tussen mensen van het volk, die het zat zijn dat de elite hun normen en waarden aan hun laars lapt. Meneer, kunt u mij vertellen waarom u hier aan het demonstreren bent?” Een man met een sjaal voor zijn gezicht zei met onvervalst zuidelijke tongval: “De mensen hier pikken het niet langer dat die teef er maar op los hoereert in Den Haag en haar gezin verwaarloost. Die elite denkt maar dat ze alles kunnen maken!” Het Kamerlid sloot af met: “U hoort het, ook hier op het Friese platteland pikken de mensen het gedrag van de minister niet meer, die daarmee de gerechtvaardigde volkswoede over zich heeft afgeroepen!”.

Ook in Darwerd ging het er heftig aan toe. Een trekker reed de pui van het politiebureau er finaal uit. Zichtbaar bange politieagenten met getrokken wapen werden zichtbaar.

Net als bij Douwe, schoot ook hier de lokale bevolking gelukkig te hulp. Toeterende vrachtwagens blokkeerden de terugweg voor de trekkers, zwaar materiaal veegde de trekkers omver en de toegesnelde Darwerters boeiden alle oproerkraaiers. Net als bij Douwe zijn woning verkondigde ook hier een lokale vertegenwoordiger, in dit geval voorzitter van Dorpsbelangen Fardou, dat de bevolking het hier niet pikte als mensen van buiten rotzooi kwamen trappen. Ook Fardou was nou niet bepaald van de linkse gemeente, ze was een overtuigd CDA-er van de oude CHU-stempel.

In de studio was inmiddels de partijleider van de PVW aangeschoven. Zoals gewoonlijk probeerde hij alles om te draaien. Er was sprake van ‘onrechtmatige inperking van het recht op demonstratie’ (een week eerder had de man opgeroepen om klimaatactivisten van de weg te schieten), ‘schandalig falen van de politie om de vreedzame demonstranten te beschermen tegen linkse raddraaiers’ (een maand daarvoor had de man geroepen dat er meer politie uit de landelijke gebieden ingezet moest worden in de grote steden). Douwe schaterde: “Daar kan ik Elmert mooi mee pesten, dat hij weggezet wordt als linkse raddraaier!” Elmert was een overtuigd conservatieve liberaal…

De partijleider deed het filmpje van zijn fractielid op X af als ‘fake nieuws’, op X geplaatst om zijn club in diskrediet te brengen. Inmiddels was ook de premier aangeschoven, die net uit een crisisberaad kwam. “Beste Sjef, er is hier maar één ding nepnieuws: dat het hier zou gaan om gerechtvaardigde volkswoede’ vanuit de lokale bevolking. Alle deelnemende trekkers zijn van één loonbedrijf in Brabant en vanuit daar getransporteerd naar Friesland. We hebben nog niet alle deelnemende demonstranten geïdentificeerd, maar tot dusver blijken alle wel geïdentificeerde deelnemers werknemers te zijn van datzelfde loonbedrijf in Brabant. En laat jouw geliefde Kamerlid nou toevallig directeur van datzelfde loonbedrijf zijn geweest tot hij in de Kamer kwam. Kortom, Sjef, je lult uit je nek.”

Sjef werd razend. Tierend ging hij te keer, dat hij er door de nepmedia in was geluisd. Hij had hier niet mee ingestemd, dat de premier hem hier de waarheid kwam vertellen. De gespreksleider zei droog: “O, dat is interessant. De waarheid mag alleen worden verteld als u er mee instemt?” Woedend beende de partijleider uit beeld.

Anke zette resoluut het beeld uit. “Nou, het is wel duidelijk dat wij vanavond in Nederland wereldnieuws waren. Ik heb nu wel genoeg gehoord, de rest wordt toch allemaal hinein interpretieren en geneuzel over ‘hoe kan dit nou gebeuren’ en ‘weet u al hoe u dit in de toekomst gaat voorkomen?’ en dergelijk zinloze schermvulling. Iemand nog wat drinken?”

“Heb jij nog wat van Ada gehoord, Hattum?” vroeg Dieuwertje. Die zei somber: “Ja, die is per helikopter vanuit Leeuwarden naar Den Haag gebracht voor crisisoverleg.” “Rot voor je.” Dieuwertje legde een troostende hand op zijn arm. “Zullen wij even kijken hoe we de boel gaan indelen in het gastenverblijf?” Hij keek haar met donkere ogen aan en knikte. “Goed idee. De man met de hamer zal zo wel komen, ben ik bang.”

Het gastenverblijf kende drie slaapkamers, dus ze moesten even kijken wie het beste samen op één kamer konden slapen. Een beetje aarzelend zei Hattum: “Ik zou het fijn vinden als jij bij mij wil slapen. Heb ik een volwassene om tegenaan te kletsen als het vannacht allemaal een beetje in mijn hoofd blijft spoken.” Dieuwertje glimlachte lief naar hem. “Dat snap ik. Als ik je kan helpen, met alle plezier. Is het niet met tegenaan kletsen, dan wel met tegenaan liggen.” Ze deed een stap naar voren en gaf hem voorzichtig een kus. “Misschien moet je ook even met je kinderen praten. Voor hen is het ook nogal heftig geweest. Vooral voor Eale, want die heeft alles meegekregen. Als ik dan vannacht ook nog onverwacht bij jou lig is het misschien wat erg veel in één keer. “Slim van je, jij bent goed.” Hattum trok haar wat steviger tegen zich aan en voelde een scheut van verlangen door zijn lijf gaan. Een beetje beschaamd deed hij een stap achteruit. “Sorry”, mompelde hij. “Sorry? Voor die erectie? Hm, ik weet niet of ik dat zo erg vind”, glimlachte Dieuwertje lief. “Kom, jij gaat even met je kinderen praten.”

Terwijl Hattum zijn kinderen apart nam, hadden Douwe, Anke, Janna en Dieuwertje gelegenheid om even met elkaar te praten. “Wat ga jij doen, Dieuwertje? Je mag ook bij mij slapen, als je wilt”, zei Janna. “Of ik ga bij Janna liggen, dan kun je ook bij Douwe”, stelde Anke voor. “Lief van je, Anke, maar ik denk dat Douwe wel weer even bij zijn eigen vrouw wil liggen. Of slapen jullie niet meer samen?” Anke lachte. “Minder vaak dan me lief is, met zo’n bezige man.” Ze knuffelde hem even. Hij kuste haar. “Je bent nog altijd mijn anker, schat. Zonder jou drijf ik doelloos op deze aardkloot rond.” “Slijmbal. Heb je nog niet genoeg kinderen om te weten waar je thuishaven is?” Hij grinnikte. “O ja, die heb ik ook nog.”

Anke en Janna gaven hem allebei een stomp. “Droplul”, zei Janna. “Drop? Ik meende gister toch iets anders te proeven”, zei Dieuwertje droog. De anderen keken even stomverbaasd en barstten toen simultaan in lachen uit. “Ja, meer een eiwit shake zeker?” zei Anke hikkend. Dieuwertje kreeg een beetje een rood hoofd en lachte toen ook mee. “Ik slaap in het gastenverblijf. Met Hattum verzin ik wel een kamerindeling. Hij overlegt nu even met de kinderen.” “Hou je er rekening mee dat je dan wel eens in één bed kan belanden met Hattum?” “Of met Eale”, gniffelde Douwe.” “Ga je mond spoelen, Douwe! Bah, perverse man!” zei Anke verontwaardigd. “Alhoewel”, giechelde ze ineens meisjesachtig, die jonge knullen kunnen eindeloos doorgaan, zeggen ze.” Douwe kaatste: “Nou ja, oversekste troela! Hou je er rekening mee dat die jonge knulletjes misschien wel heel vaak kunnen, maar het per keer niet meer dan tien seconden volhouden?” “Ervaring mee, Douwe?” grijnsde Janna gemeen.

Dieuwertje glimlachte een beetje dromerig voor zich heen. “Hattum vroeg me of ik bij hem wilde slapen. Om tegen een volwassene aan te kunnen kletsen, als het hem vannacht allemaal in zijn hoofd blijft spoken, zoals hij zei.” “En als hij niet tegen je aan kletst, kan hij altijd tegen je aan ketsen”, giebelde Janna. “Sorry, Dieuwertje, ik geloof dat ik deze dames even ernstig tot de orde moet roepen. Ze zijn nog een beetje over hun toeren van vanavond, geloof ik”, zei Douwe verontschuldigend. “Ik denk dat ze gewoon even een lekkere beurt nodig hebben, Douwe, je verwaarloost ze nogal.” Dieuwertje had pretlichtjes in haar ogen. “Met jou kunnen we praten”, lachte Anke. "Vrouwen." Douwe rolde met zijn ogen. "Denken maar aan één ding."

Ondertussen kwam Hattum terug. “Tjitske wil graag met haar broer op een kamer liggen. Dan kunnen zij ook bij elkaar terecht, als ze vannacht niet kunnen slapen. Ik heb ze verteld dat jij bij mij slaapt, Dieuwertje.” “Vinden ze dat oké?” “Eale zei: ‘Ik hoop dat zij jou goed kan laten slapen, pap.’ Tjitske giechelde daar achteraan: ‘desnoods put ze je eerst even uit’. En dat is dan je eigen onschuldige dochtertje!” "Tsja, zal wel aan de opvoeding liggen", plaagde Anke.

“Kom, slaapkamergenoot, genoeg gekletst. Ik ga die opdracht van jouw zoon eens uitvoeren, zorgen dat jij goed slaapt.” “Vergeet de opdracht van zijn dochter niet, Dieuwertje!” spotte Janna. “Kreng”!” riep Dieuwertje over haar schouder terug. Douwe gaf Anke en Janna allebei een arm. “Lieve dames, willen jullie mij na deze heftige dag naar de echtelijke sponde begeleiden?” Giebelend gingen ze naar boven.

wordt vervolgd
Geef dit verhaal een cijfer:  
5   6   7   8   9   10  
Klik hier voor meer...
Klik hier voor meer...