Klik hier voor meer...
Donkere Modus
Door: Keith
Datum: 28-05-2024 | Cijfer: 9.6 | Gelezen: 7139
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 54 minuten | Lezers Online: 1
Vervolg op: Tinnitus - 2
Toen ik mijn koptelefoon even afzette om mijn oren te krabben, hoorde ik zachtjes een muziekstuk van Händel uit de speakers. Net voldoende om het gesis uit mijn oren te bannen… Prettig! Kijkend naar de rest zag ik Mona dutten, Chantal lezen, Stephan door een van de ‘patrijspoorten’ naar Jurgen kijken, Daisy zat ook te lezen en Irene en Dorothee praatten met elkaar via hun headset. En naast me zat een meisje best wel bang te zijn. Ilse vertoonde alle sporen van hypernervositeit: Ze zat geen seconde stil, keek steeds om zich heen, met name richting het luik van de uitgang en regelmatig voelde ik haar vingers op de rug van mijn hand knijpen.

Ik zette mijn headset weer op en drukte op ‘3’. “Ilse?” Een beetje trillende stem kwam retour. “Ja?” “Jij zit op hete kolen, is het niet?” Even was het stil en toen volgde een nauwelijks hoorbaar “Ja, best wel…” Ik keek haar aan. “Daar is geen reden voor, Ilse. Net even met Jurgen gesproken en de documentatie bekeken: de druk in dit ding is twee en een half keer hoger dan buiten. Het ding is getest op twaalf keer die druk. Bij de productie, en daarna nog twee keer. Elk jaar wordt hij getest, heb ik gezien in de papieren. Door Lloyds, niet het eerste de beste keuringsinstituut.”

Even zweeg ik. “Rij jij auto?” Een knikje volgde. “In je auto ben je een stuk minder veilig dan in dit ding, meisje.” Ik schrok even. “Sorry, mag ik dat wel zeggen? Het klonk wat denigrerend.” Een lachje volgde. “Jij wel. Hier, met die koptelefoon op. Geen kans dat iemand anders het hoort.” Ik knipoogde. “Een beetje gerustgesteld?” Een knikje volgde. “Dan ga ik nu mijn boek lezen, goed?” “Even nog niet, Gijs… Wat doet die overdruk en die zuurstof met je? Word je daar high van? Ik las ooit iets over caissonziekte in combinatie met zo’n druktank…”

Ik dacht even na. “Of je er high van wordt, dat weet ik niet. Ik voel nog niks, maar om een goed antwoord op die vraag te krijgen, moet je Dorothee raadplegen. En over die caissonziekte: Dit ding is het ultieme middel TEGEN caissonziekte. Als duikers te snel omhoogkomen van grote diepte, zetten de stikstofbelletjes in je bloed uit. Dat worden grotere belletjes. In je bloedbaan, in je gewrichten, in je hersenen…

Gevolg: haarvaatjes scheuren, inwendige bloedingen, in je oogbollen wordt het bloed zichtbaar, men vergaat van de pijn… Nou ja, de rest zal ik je besparen. En om dat te voorkomen zijn deze druktanks ontwikkelt: decompressietanks. Een duiker die te snel omhoogkomt omdat bijvoorbeeld zijn zuurstof op is, komt aan de oppervlakte in de wetenschap dat hij moet kiezen: óf dood door zuurstofgebrek, of dood of zwaar invalide door caissonziekte.

Met een beetje mazzel heeft zijn moederschip een decompressietank aan boord: als de bliksem wordt de duiker in die tank gezet, het luik wordt gesloten en de druk wordt snel opgevoerd tot de druk die heerste op de diepte waar de duiker net vandaan kwam. En daarna wordt de druk héél langzaam afgebouwd, in hetzelfde tempo als de duiker héél langzaam opgestegen zou zijn.

Het stikstof wordt weer op natuurlijke wijze opgenomen in je bloed. En als je dat goed doet: geen caissonziekte, geen helse pijnen. Dát, beste Ilse, is het verhaal over decompressietanks en caissonziekte. Deze tanks hebben levens gered.”

Ze knikte nu, enigszins gerustgesteld.

“Hoe weet je dat allemaal?” Ik tikte op mijn boek. “Veel lezen en goed opletten bij Natuurkunde. Maar Ilse: vraag aan Dorothee wat het effect van 100% zuurstof op je lichaam is. Zij heeft er voor geleerd. Ik niet. Voor mij is het voldoende dat zij én Irene hier ook zitten. En, ondanks dat jouw hand heel prettig is om op de mijne te voelen: ik ga nu lezen. Als je gewoon wilt kletsen: prima, maar stop met, zoals de Belgen dat noemen, ‘panikeren’, oké? Geen reden voor.”

Zachtjes hoorde ik “Sorry. Ik praat wel even met Dorothee.”

Klik; ze schakelde de verbinding tussen ons uit en ik schakelde de verbinding ook uit en pakte Stephen King. Het was wat moeilijk om de bladzijden met één hand om te slaan; de hand van Ilse lag nog steeds op de mijne. En ik keek wel uit om dat handje daar weg te halen; het voelde best wel prettig. Wat ook prettig voelde was het feit dat Ilse na een kwartier later blijkbaar gerustgesteld was. Ze zat nu een stuk meer ontspannen in haar stoel. En een half uur later voelde ik haar tegen me aan zakken; ze was ingedommeld.

Mona, tegenover ons, keek op uit haar tijdschrift, zag het en knipoogde. ‘Klik’ hoorde ik. “Gijs… Volgens mij heb je iemand behoorlijk gerustgesteld. Goed bezig!” Ik gniffelde. “Ach, soms heb ik mijn ridderlijke buien. Gemiddeld één keer per vijf jaar of zo…” Mona glimlachte. “Jaja… Dan heeft Ilse wel enorme mazzel. En moet ik vijf jaar wachten zeker?”

“Hé Mona, ik zei ’gemiddeld’. Het kan dus best zijn dat ik morgen of overmorgen ook eens ridderlijk tegen jou doe. Oké, statistisch gezien is die kans niet groot, maar het zoú kunnen.” Ik hoorde een diepe zucht. “Nou, als dit jouw manier van troosten is… fijne vent ben je.” ‘klik’. Ze verbrak de verbinding, maar lachte wel naar me.

Mooi, die heeft een goed gevoel voor humor. Én ze lette goed op. Nou ja, dat moest wel als gymjuf. Oh, pardon: docente Lichamelijke Opvoeding. Als ik haar in het openbaar ‘gymjuf’ zou noemen, zou mijn sprintconditie wel eens op de proef gesteld kunnen worden. En ik denk dat ze me binnen 50 meter te pakken had… Verder in m’n boek!

De zachte muziek in de ruimte kon ik best wel waarderen; ik had in ieder geval nu geen last van gesis en gefluit. Heerlijk! Ik werd meegesleurd in de spanning van het boek.

Toen ik de volgende keer op mijn horloge keek, zaten we al twee en een half uur in de tank! Ilse sliep nog steeds, half tegen me aangeleund. Als ik mijn hoofd naar rechts zou draaien, zou ik zó een zoen op haar blonde haren kunnen geven. Die haren roken in ieder geval lekker, daar kon ik van genieten. Kijkend naar de anderen zag ik dat de meesten ook lagen te dommelen. Alleen Mona was nog aan het lezen. Vakliteratuur, zag ik: een boek over de anatomie van sporters. Voorzichtig rekte ik me uit om Ilse niet wakker te maken.

Helaas… Mislukt. Ze kwam overeind en keek verwonderd om zich heen, tot ze zich realiseerde waar ze was. ‘Klik’. “Heb ik tegen jou aan liggen slapen, Gijs? Sorry…” Ik keek haar aan. “Niks ‘sorry’, Ilse. Ik heb geen last van je gehad hoor. En je haren ruiken lekker.” Ook zij rekte zich even uit, voor zover dat ging in de toch wat krappe ruimte van de tank. Rechtop staan kon voor de meeste mensen niet; het ding had een binnendiameter van ongeveer 1,80 meter en Ilse was iets langer. Ze ging op de grond zitten en rekte en strekte haar bovenlichaam en armen.

Ze wiegde heen en weer en over mijn boek heen kon ik daar wel van genieten. Ondanks een vormeloos shirt was wel te zien dat je een mooi figuur had. Slank. Goed gebouwd, een paar kleine, maar volgens mij stevige borsten. En als ze haar verlegenheid wat losliet, vertoonde ze een leuke lach met kuiltjes in haar wangen. Na wat rekken zette ze haar headset op en ging weer zitten. Meteen vertrok haar gezicht.

'klik' "... Ahhh… M’n kont slaapt!” “Nu alleen nog maar je kont? Net sliep je helemaal. Er is dus progressie!” Ik keek haar plagend aan en kreeg een gespeeld boze blik terug.

“Ja, jij hebt makkelijk praten. Ik zit met duizend naalden in m’n billen!”

“Oh? Ik dacht dat dit een instituut was om je gehoor te verbeteren. Dat ze hier acupunctuur deden is nieuw voor me.”

Ik kreeg een uitgestoken tong als reactie.

‘klik’ De stem van Mona klonk. Nogal streng. “Zeg jongelui: wacht even met elkaar de ogen uitkrabben tot we buiten deze druktank zijn. Ik heb er geen zin in om morgen eerst jullie bloed uit deze tank te moeten dweilen.”

We keken haar aan en ze lachte ons uit. “Ik weet niet waar jullie conversatie over ging, maar volgens mij zat Gijs je te pesten, Ilse.” Die knikte.

“Ja. De rotzak. Maar goed, ik heb wel lekker tegen hem aangeleund kunnen slapen. Als slaapzak doet hij het prima.”

Mona knikte. “Ga ik morgen wel eens proberen, dan ruilen we wel.”

“Zeg dames…” protesteerde ik.

“We drukken je even weg, Gijs. Nu is het tijd voor ‘girls only’. ‘klik’ en mijn koptelefoon liet alleen nog maar Beethoven horen. De dames kletsten vrolijk verder en ik dook maar weer in m’n boek. Nog een minuut of 40, dan konden we er uit. Ik vond het ook wel lang genoeg geweest…

En na veertig minuten hoorden we de stem van Jurgen. “Dames en heren: ik ben nu langzaam de druk aan het verlagen. U kunt last krijgen van uw oren; drukverschil tussen middenoor en oorschelp, wat zich uit in een wat pijnlijk trommelvlies. Een paar keer slikken en gapen is daarvoor de beste remedie. Over… 13 minuten mag u naar buiten. Even geduld nog.”

Hmmm… De volgende sessie maar iets te eten meenemen. Ik zag Irene, op stoel 7, ten minste kauwen. Ik drukte knop 7 in. “Irene, Gijs hier. Mag ik je wat vragen?” “Natuurlijk, Gijs.” “Mooi. Waar zit jij op te kauwen? Dan weet ik wat ik de volgende keer mee moet nemen.”

“Een stengel selderij. Vind ik heerlijk én het is prettig om het drukverschil te nivelleren. Kauwgom hebben we hier niet.”

“Nee, het moet allemaal wel medisch verantwoord zijn, geloof ik?”

Ze lachte even. “Jij begrijpt het!”

“Ik neem de volgende sessie wel een bakje linksom gedraaide biologische kwark mee naar binnen. Of een portie bruine bonen met ui natuurlijk…”

Haar ogen keken nu waarschuwend. “Dat dacht ik niet, meneer van Dooren! Een beetje opzettelijk de atmosfeer hier zitten te verzieken? Nou ja, de volgende sessies zit ik toch niet meer hier binnen… Hebben alleen je lotgenoten er ‘plezier’ van. Ik denk dat Mona je dan wel een lesje gaat leren, als ik haar zo inschat. Daarna kunnen we je uit de tank dragen.”

Ik gromde. “Strenge zuster ben jij, hoor!” Ze lachte zachtjes. “Ja. En Dorothee is nog veel strenger. Selderiestengels, Gijs. Niks anders. Doeiii…” ‘klik’.

Langzaam maar zeker kwam iedereen weer bij de les; de meesten hadden het laatste uur liggen slapen. ‘klik’: Dorothee was te horen.

“Beste mensen, mijn complimenten voor jullie. Meestal verloopt de eerste sessie in de tank iets minder rustig dan nu. We hebben een paar weken terug een club gehad waarbij twee mensen tóch last van claustrofobie bleken te hebben; die sessie hebben we na een half uur moeten afbreken omdat ze compleet door het lint gingen. Jullie niet; keurig. Eén ding hebben we vergeten te vertellen: neem iets te eten mee. Irene zit op selderiestengels te kauwen tijden de drukverlaging, ik hou het op worteltjes maar een boterham kan ook, zolang er geen dikke laag pindakaas op zit.

Zorg voor iets te kauwen. En een goed boek. En af en toe even rekken en strekken, of van plaats wisselen… dat mag hé? Hier is geen risico op plotselinge turbulentie, je zit niet in een Boeing 747. We wachten nog even tot Jurgen het luik opent, daarna tijd voor een sanitaire stop en dan verzamelen in de bibliotheek.” ‘klik’.

Twee minuten later ging het luik open en konden we één voor één naar buiten. Héhé… Nu even écht rekken en strekken. En plassen. Beiden luchtten op en ik liep naar de ‘bieb’. Daar stond verse koffie, thee en water. Stephan schonk koffie in, de rest nam thee of water.

“Goed mensen, ga even lekker zitten.” Dorothee nam het woord. “Zitten? Ik heb net drie en een half uur gezeten. Ik blijf even staan hoor.” Daisy keek om zich heen en we knikten. Dorothee haalde haar schouders op. “Oké. Luister, het is nu half vijf. Om half zes staat het diner hier klaar. De eerste avond willen we er een gezellige avond van maken, dus: ga zo dadelijk lekker naar je kamer, poedel je even in het bad en trek daarna iets leuks aan, iets waar je je goed in voelt. Vanavond maken we beter kennis met elkaar. Half zes weer hier, en we zouden graag zien dat jullie netjes gekleed zijn.” Ze lachte, maar ik kon zien dat ze het meende. Hmmm… Dat nette pak ten minste niet voor niets meegenomen. Mooi.

Eenmaal op mijn kamer trok in m’n kleren uit en m’n badjas aan. De linnen stof van mijn broek was wat vochtig van zweet, net als mijn T-shirt en onderbroek. Meteen maar even wassen in de wasbak, dan was het spulletje morgen wellicht droog. Even was ik druk bezig, tot ik een klopje op de deur hoorde. Shit… Daar sta je dan in je badjas, Gijs! Nou ja… Even goed dichtknopen maar. Daarna opende ik de deur naar de gang en keek tegen Mona aan.

“Sorry! Ik had niet verwacht dat je al uitgekleed was! Ik kom zo wel terug.”

“Mona, ik wil zo in bad gaan, dus zeg wat je te zeggen hebt…”

Ze bloosde licht. “Mag ik even binnenkomen?”

Ze keek links en rechts de gang in en glipte snel naar binnen. “Tja, en zo komen de praatjes in de wereld…”, merkte ik op.

Ik sloot de deur en keek haar aan.

“Gijs, mijn complimenten hoe je Ilse hebt gerustgesteld. Ik weet niet of je het gemerkt hebt, maar dat meisje zat tegen een paniekaanval aan. Ik herkende alle symptomen. En na jouw gesprekje én het gesprek met Dorothee was ze helemaal gerustgesteld. Knap.”

Ik boog even. “Dank je wel. En dank je wel voor je humor in die tank. Hielp ook wel. En mag ik vragen wat jullie besproken hebben als ‘girls only’?”

Ze knipoogde. “Ja, dat mag je best vragen. Maar je krijgt geen antwoord. ‘Girls only’ houdt in dat de dames hun mond houden over het besprokene. Ook achteraf en al helemaal tegen mannen.’

Ik zuchtte. “Da’s gemeen. Ik denk dat ik morgen de kanalen 2 en 3 maar open hou. Kan ik jullie lekker afluisteren, want volgens mij mogen jullie elkaar wel.”

Mona knikte. “Ilse is best een leuke meid, ondanks haar verlegenheid. Maar Gijs: als jij kanaal 2 en 3 openhoudt: de lampjes van stoel nummer 1 branden dan bij ons, dus weten we dat je meeluistert.”

Ik zuchtte nogmaals. “Verdorie, jij bent veel te slim.” “Moet wel, als gymlerares. Anders word je gepiepeld door die pubers waar je bij staat. Nou, ik ga me ook even opfrissen, anders gaat de dokter over de rooie.

Ze draaide zich om naar de deur en zei schalks: “Die badjas staat je best goed, Gijs. Maar zonder zou beter staan.”

Bliksemsnel deed ze de deur open, stapte de gang in en trok de deur achter zich dicht.

Ik stond perplex. Guust Flater, een stripfiguur waar ik vroeger gék op was, zou in zo’n geval gezegd hebben: “Nou moe…” Ik schudde mijn hoofd. Zo maar een ondeugend compliment gescoord… En dat van een best wel knappe vrouw, die volgens mij niet om aandacht verlegen zou zitten. Enfin…

Ik duwde de stop in het bad en draaide de kraan open. Die stroomde hárd! Na vijf minuten ging ik in het bad zitten en genoot van het warme water om me heen. Nou, toch maar even écht wassen: ik stond op, pakte het washandje en begon me in te zepen. Uiteraard had men hier PH-neutrale shampoo. Geen overdreven veel schuim, wel een lekker luchtje. Na het inzepen liet ik me weer zakken en ontspande.

Mijn gedachten vlogen alle kanten uit, maar met name richting de dames. Ilse… Voor haar was ik even haar redder-in-nood geweest. Ik voelde nog die zachte hand van haar op de mijne. En de keren dat ik haar aankeek werd ik gebiologeerd door haar mooie ogen onder die eindeloos lange, blonde wimpers.

En ze had een mooie figuurtje. Ze was lang voor een meisje, had strakke billen, een smal middeltje en bescheiden borsten. Tenminste… Wat ik zo ingeschat had. Haar wat ruim zittende kleding verborg wellicht wat. En ze had ook wel humor, als ze eenmaal loskwam. Maar dat duurde bij haar een tijd… En waarom? Wellicht tirannieke ouders die haar kleinhielden of tot op het bot beschermden? Een verpeste relatie? Wie weet hoorde ik het een dezer weken. En ze was niet dom. 3e jaar rechten, dat is niet iets was je even met twee vingers in de neus doet.

En Mona… Bijna het tegenovergestelde. Een mooie, zelfverzekerde vrouw. Kon zó op een poster staan voor het Frysk Buro voor Toerisme, met haar blonde haar en sportieve figuur. Toch scheelden zij en Ilse slechts 2 jaar. Kun je nagaan wat de omgeving met iemand kan doen…

Weer grinnikte ik als ik aan de pubers dacht die les kregen van ‘Juf Kingma’. Als zij in T-shirt en korte broek lesgaf, zouden ’s avonds en ’s nachts aardig wat ladingen pubersperma worden verschoten… Arme knulletjes. Hé Gijs, als je niet oppast vliegt jouw zaad een dezer dagen ook rond, met Mona in gedachten! En die dame was net wel héél ondeugend uit de hoek gekomen… Ik haalde m’n schouders op. We gaan het zien. Ik ben hier voor m’n oren, niet voor een oppervlakkige scharrel.

Bovendien: zo’n knappe vrouw had vast wel een aantal kerels om zich heen die stuk voor stuk knapper en interessant waren dan Gijs van Dooren… Fysiek was ik waarschijnlijk niet zo interessant voor het andere geslacht. Nét aan 1,80 meter, bruin, kort en meestal warrig haar, een stevig figuur, wat ik in bedwang en op gewicht hield met twee keer twee uur sportschool… Anders zou ik met mijn zittende baan snel een buikje krijgen…

Ik riep mezelf tot de orde. Hé Gijs, je ligt te dromen. Er uit, over twintig minuten moet je in gala aan tafel verschijnen! Snel spoelde ik me af, afdrogen, ondergoed aan, scheren, aftershave op en m’n nette pak aan. Donkerblauw, wit overhemd er onder en een rode stropdas. Schoenen aan… Een kritische blik in de spiegel liet zien dat ik er redelijk beschaafd bij liep. Nog even m’n haren kammen en Gijs van Dooren was er klaar voor. En ik was benieuwd hoe de andere ‘gasten’ aan het diner zouden verschijnen…

Even speelde ik met de gedachte om bij Mona aan te kloppen om samen de bibliotheek annex eetzaal binnen te lopen, maar dat plan liet ik maar varen. Geen zin om de eerste avond al meteen het mikpunt van roddels te zijn.

Dus liep ik alleen de gang door, de ‘bieb’ in.

Chantal was er al; die stond boeken te bekijken. Zag er niet veel anders uit dan vanochtend: verzorgd en netjes. Een lichtblauw jurkje, een beetje opgemaakt, een parelketting om haar hals en pumps aan het voeten. Waarschijnlijk om iets langer te lijken; ze was met stip de kleinste van het gezelschap. Ik liep naar haar toe.

“En… heb je al iets interessants gevonden om al die uren in de tank door te komen? Ze reageerde niet, dus hoorde me blijkbaar niet. Ik tikte op haar schouder. Nu keek ze om. Vragend. Ik herhaalde mijn vraag iets luider.

Ze haalde haar schouders op. “Nog niet. Tot nu toe alleen romans tegen gekomen. Type ‘Jos van Manen-Pieters’. Niks voor mij.” Ik trok mijn wenkbrauwen op en ze verklaarde: “Een romanschrijfster uit de jaren ’70 en ’80. Mijn moeder was gek op haar boeken, maar als je er één gelezen had, wist je hoe de rest zou lopen. Sterke man, vrouw in een wat zwakkere positie, na een heleboel omzwervingen en tegenwerkingen door omstandigheden krijgen ze elkaar en ze leefden nog lang en gelukkig. Een soort Bouquetreeks-heavy, maar zonder de seks-scenes.”

Ik wees haar op een ander deel van de boekenmuur. “Heb je daar als eens gekeken? Reisverhalen, thrillers… Is dat dan niets voor jou?” Ze humde. “Ik zal eens kijken.”

“Er staat hier ook échte literatuur, Chantal. Maar dan moet je dáár kijken.” Nu was het mijn beurt om te schrikken: Mona stond vlak achter ons. Ik keek om en moest even slikken. Onze ‘gymjuf’ was getransformeerd in een bloedmooie, blonde vamp. Haar gezicht héél licht en subtiel opgemaakt, haar korte blonde haar versierd met een goudkleurige haarband. Een lange, rode jurk die haar lichaam alle recht aan deed. Toen ze even later naar een ander deel van de boekenkast liep, gleed de split in haar jurk open en zag ik een mooi, lang been. Wauw…

Ik moest onwillekeurig terugdenken aan mijn overpeinzingen in het bad over de puberjongetjes. Als die hun docente L.O. zó zagen… Ik kon een grinnik niet bedwingen en Chantal keek me vragend aan. “Sorry. Binnenpretje.” Ze trok een wenkbrauw op. “Jaja…”

Daisy was ook binnengekomen; zoals ik verwacht had was zij het toonbeeld van modebewust kleden. Een grijs jasje, felrode blouse er onder, grijze rok tot iets boven de knieën, lichtbruine nylons of panty en mooie pumps. Haar haren had ze nu netjes opgestoken.

Meteen achter haar aan kwam Stephan. Oei, die viel nogal uit de toon: weliswaar geen spijkerbroek, maar een zwarte broek met nogal wat kreukels, sneakers er onder aan, geen sokken en een kaal overhemd met de mouwen opgerold. Ik hield mijn mond maar; als er commentaar kwam zou hij dat niet van mij horen. En de dames zwegen ook, hoewel ik de mond van Daisy even zag vertrekken.

In de hal hoorde ik naaldhakken aankomen en Dorothee én Irene kwamen samen binnen. “Zóóó… Dat is een wat ander gezelschap dan vanmiddag in de tank… Wat zien jullie er netjes uit! Haar blik bleef kort op Stephan hangen, toen keek ze verder rond. “We missen Ilse nog. Iemand enig idee waar…” Mona liep de gang al in richting de slaapkamers. “Ik ga wel kijken.” Even later kwam ze terug.

“Vijf minuten, dan is Ilse ook gereed. Haar excuses.” “Dan wachten we nog even,” zei Dorothee. “Gijs, kun jij even met Irene meegaan?” Ze wees richting hal. Irene liep voor me uit. Ook geen straf om naar haar te kijken: Een kort rokje, mooie benen, een witte blouse die een beetje doorscheen en een rose BHtje nét verborg. Spannend! Haar koperkleurige haar contrasteerde mooi bij die blouse.

In de hal draaide ze zich bij haar balie naar me toe. “Gijs, kun jij Stephan aanspreken op zijn kleding? Dit is géén gezicht. Met dit kleding aan kom je niet eens de Kentucky Fried Chicken binnen…” Ik keek blijkbaar wat moeilijk, want ze vervolgde: “Als de ene man de ander hierop aanspreekt, geeft dat minder fuzz dan wanneer…”

Verder kwam ze niet; uit de bieb kwam een boze mannenstem. Stephan, dat kon niet anders. “Daar heb je je fuzz, Irene.” Ze knikte en we liepen terug. Daisy en Stephan stonden boos tegenover elkaar en we hoorden Daisy nog nét zeggen: “… als er wordt gevraagd om je een beetje netjes aan te kleden voor het diner, en iemand komt ongewassen in een gekreukte broek en overhemd met opgerolde mouwen en op sneakers binnen… Sorry, maar daar zeg ik iets van. Dit is uiterst onbeschoft tegenover onze

gastvrouwen.” Hij gromde: “Bemoei je met je eigen zaken, mevrouw Vlotter, maar hang hier niet de modepolitie uit. Ben ik niet van gediend.”

Dorothee greep in. “Stephan: ík ben er niet van gediend als iemand zich onbeschoft gedraagt. Je kunt kiezen: óf je gaat je nu omkleden en douchen, óf ik wil je vanavond niet meer zien. We hebben hier een paar simpele huisregels, daar heb je je aan te houden. Eén daarvan is: je verzorgt je goed. Wat zal het zijn?”

Hij gromde: “Ik blijf wel op m’n kamer, hoor. Geen zin om een avond opgedirkt toneel te zitten spelen. Doei!” Hij verdween richting kamers. Daisy draaide zich om naar Dorothee. “Sorry, maar ik moest hier iets van zeggen. Dit was gewoon provocerend. En smerig, want hij had zich inderdaad niet gedoucht volgens mij.” Dorothee knikte. “Irene had al aan Gijs gevraagd of hij er subtiel iets van kon zeggen tegen Stephan. Maar je was ons voor.”

Ondanks alles moest ik lachen. “Ikke subtiel? Dat zou dan de eerste keer zijn. Op de HAN stond ik bij mijn studiegenoten bekend als ‘de bulldozer’…” De rest moest lachen en daarmee was de kou uit de lucht.

Door alle commotie was het me nog niet opgevallen dat Ilse ook binnen was. Een beweging in de hoek trok mijn aandacht. Daar stond ze: in een ‘simple black dress’ die haar prachtig stond. Een dunne, goudkleurige ketting om haar nek, haar lippen wat roder dan vanmiddag en verdomme… voordat ik het doorhad stond ik wéér naar die prachtige lange wimpers te kijken, nu omlijst door lichtblauwe oogschaduw.

Mona zag het blijkbaar, tikte op mijn schouder en zei in mijn oor: “Vreet je onze aankomend juriste niet op, Gijs? Je staat als een verliefde puber te staren, gast.” Ik schoot in de lach en ze keek me verwonderd aan. Hikkend bracht ik uit: “Daar…hahaha… zal jij wel… ervaring mee hebben, denk ik?”

Ze kreeg een nadenkende trek op haar gezicht en zei droog: “Nu je het zegt…” Toen keek ze me aan en zei in mijn oor: “Je bent een klootzak, Gijs van Dooren!” Irene keek naar ons. “Kunnen jullie ons even vertellen waarom jullie zo moeten lachen? Dan doen we even mee.”

Mona zat er niet mee. “Ik zei tegen Gijs dat hij stond te staren als verliefde puber. En toen zei de rotzak dat ik daar waarschijnlijk wel ervaring mee zou hebben…” De rest schoot gelukkig ook in de lach. En nog veel gelukkiger: Mona had niet verteld naar wié ik stond te staren. “Oké, dit was goed om even de sfeer weer op peil te brengen, mensen. Ga lekker zitten, praat gezellig met elkaar. Dat kan hier prima, mits we niet teveel lawaai maken met bestek en glazen.”

We gingen zitten, Irene links naast me, Mona rechts en recht tegenover me Ilse. Dorothee tikte tegen een glas. “Voor diegenen die er behoefte aan hebben wil ik voorafgaand aan elke gezamenlijke maaltijd een moment stilte in acht nemen.” Dat bracht de piep in mijn oor meteen terug; stilte was hier écht stil. “Dank jullie wel; eet smakelijk en maak het gezellig met elkaar.” Ik keek Irene aan. “Zo. Ik begrijp dat er nu een biefstukje meer is?” Ze keek afkeurend. “Ben jij zo’n veelvraat?” Ik schudde mijn hoofd. “Nee hoor. Maar ik ben van de exacte vakken. Eén man minder staat gelijk aan een biefstukje meer.” Ze wees op de lege plek. “Dorothee heeft al aan Jurgen gevraagd of hij niet mee wil eten. Hij is zich nu aan het omkleden in gepaste kleding.”

Ilse zei gevat: “Dan hoop ik voor hem dat die kleding na het diner nog steeds past.” Mona keek veelbelovend. “En anders zorgt ondergetekende wel even dat het weer gaat passen…” Ik keek gespeeld bang. “Ja, en dat geldt ook voor jou, Gijs!”

“Ja juf Mona. Ik zal braaf mijn bordje leegeten, juf Mona.”

Irene lachte. “Hahaha… Juf Mona… Moeten jouw leerlingen je zo aanspreken, Mona?” Die schudde het hoofd. “Als een van hen dat zou wagen, volgen er meteen een paar rondjes hardlopen door de zaal. Door de hele klas! Of, als de jongelui buiten les hebben, om het veld. Nee, die kijken wel link uit.

Het is ‘Mevrouw Kingma’ en als ze dat even vergeten zijn, help ik ze wel even herinneren. En anders hun klasgenootjes wel.” Ze keek even heel gemeen en we moesten weer lachen.

Ik kon het niet laten. “Sjongejonge… Strenge gymjuf ben jij hoor.” Irene en Ilse proestten het uit en Mona keek me nogal hooghartig aan. “Solliciteer jij nou naar een armklem? ‘Gymjuf’… Hoe haal je het in je hoofd? Ik ben een CIOS-opgeleide docente Lichamelijke Opvoeding. Steun en toeverlaat van veel collega’s op de twee scholen waar ik les geef; als de jongelui terugkomen van een les L.O. zijn ze de uren daarna meestal behoorlijk rustig.”

Haar ogen flikkerden ondeugend en ze vervolgde: “Zeer zeker de jongens.”

We schoten in de lach en Irene hikte: “Ik heb er beeld bij, Mona… Denken ze met een mooie blonde vrouw te maken te hebben die ze wellicht kunnen versieren, blijkt dat die mooie blonde vrouw een bijzonder strenge sportbitch te zijn die je in een uur de tong op de schoenen laat hangen… Alleen op een andere manier dan ze wellicht in gedachten hadden. Arme knullen.”

Mona grijnsde nu voluit.

“Jij begrijpt het in ieder geval, Irene. Nu die software-knul naast me nog.” Pestend zei ik: “Ik ga m’n stinkende best doen, mevrouw Kingma… Zeker in de tank.” Ik kreeg een por. “Rotjong…”

Na het hoofdgerecht vroeg Dorothee ons om van plaats te wisselen. “Het is wel zo prettig als je van iedereen weet hoe hij of zij in elkaar zit, mensen. En voor ons is het ook fijn en leerzaam. Dus…” We stonden op en het was even een stoelendans. Ik kwam tussen Irene en Jurgen terecht, met Chantal tegenover me.

En al snel waren Jurgen en ik in een diepgaand technisch gesprek verwikkeld, Irene en Chantal praatten over het interieur van hun huizen. Ook Irene woonde, als ze niet op het instituut was, in een verbouwd boerderijtje; die twee hadden dus een boel gemeen. De tijd vlóóg voorbij en voor we het wisten was het negen uur.

Dorothee tikte tegen haar glas. “Beste mensen… Als iedereen is uitgegeten stel ik voor dat we even een ommetje in de tuin maken. Dan wordt de tafel opgeruimd. Daarna drinken we samen nog wat, en om tien uur worden jullie verzocht om naar jullie kamers te gaan. Morgen om half acht staat het ontbijt klaar; we verwachten jullie daar. Het schema voor morgen is simpel: eerst gehooronderzoek, daarna sporten en ’s middags gaan we weer de tank in. De dagschema’s liggen straks op jullie kamers. Kom, we gaan even naar buiten.”

In de tuin was het aangenaam; de avond viel, het werd schemerig. Het woei een beetje; nét genoeg geluid om de ‘fantoomgeluiden’ uit m’n oren te houden. De tuin was een afwisseling van bloemenperken, grasveldjes en stukken loofbos. Smalle paadjes slingerden er tussendoor. Het geheel omringd door een hoge haag met daarin, op sommige plekken vaag zichtbaar, een hoog hek. En aan de binnenkant van het hek een breed gravelpad.

Irene draaide zich om naar Mona. “Hier kun je ze opjagen, Mona. Eén rondje gravelpad is 500 meter.” Mona begon gemeen te grijnzen. “Ik zie mogelijkheden voor een aantal coopertests… Dames en heren: morgen niet te zwaar ontbijten!”

Links en rechts werden wat kreunen geuit, maar Ilse gniffelde en dat zag ik. “Jij kijkt mij te triomfantelijk, mevrouw de Wind… Wat heb jij voor azen in je mouw?” Ze bleef gniffelen terwijl ze me aankeek. “Ik ben lid van de atletiekvereniging van de universiteit, Gijs. Specialisme: duurloop.” Ik liet mijn hoofd hangen. “Dus… als ik jou…” Ze onderbrak me. “…wil kloppen met lopen? Dan moet je aardig doorlopen, Gijs. We zien het morgen wel.” Ik bromde wat, liet me wat afzakken en sprak Dorothee aan.

“Ik ben gewend om ’s avonds nog een ommetje te lopen voor ik tussen de lakens duik, Dorothee. Kan dat hier ook, zonder dat ik een alarm laat overgaan of zo?”

Ze knikte. “Tot middernacht is prima, Gijs. Daarna wordt ons alarmsysteem op scherp gezet.” Ze zette een moederlijke toon op. “Dus: voor twaalf uur binnen zijn, jongen.” Ik knikte braaf. “Ja, Ma.” En ze grinnikte. “Volgens mij heb jij wel humor.” “Leven zonder humor is doodsaai Dorothee. Zeker in mijn vakgebied. Collega’s van mij zijn zó verdiept in bits en bytes dat alle intermenselijke communicatie hen vreemd is. Ik probeer, ondanks dat ik ook best wel goed ben in m’n vak, altijd contact te maken en te houden met mensen in mijn omgeving. Daarom schrok ik er enorm van dat ik Tinnitus kreeg. Doofheid is best wel een hoge drempel als je graag menselijk contact wil maken.”

Ze knikte. “Klopt. Vandaar dat we ons uiterste best doen om mensen in ieder geval een wat beter gehoor te geven, Gijs.”

Ik knikte, nu zonder spot. “We stellen dat enorm op prijs, Dorothee.” Een zacht “Dank je wel” kwam retour. Even later gingen we weer naar binnen. De eettafel was opgeruimd en er stonden nu diverse kannen met vruchtensap op de bar. Dorothee wees er op.

“Ga nog even gezellig met elkaar kletsen, mensen. En Gijs maakte me net nog op iets attent: Als iemand er behoefte aan heeft om ’s avonds nog wat te lopen: dat kan. In de tuin, tot middernacht. Daarna gaat ons alarmsysteem aan en als je dan nog loopt, sta je als een konijn in het licht van een aantal LED-lampen. En is ons manusje-van-alles tevens beveiliger Karel in een wat minder goed humeur. Om twaalf uur graag iedereen in zijn of haar kamer.

Of, als je nét in een goed gesprek bent, in de kamer van iemand anders, maar daar heb ik het al over gehad. Iets met volwassen mensen en zo. Hoe dan ook: Irene en ik trekken ons terug; het was voor ons ook wel een pittig dagje. Wil de laatste het licht hier uitdoen? Dank jullie wel en welterusten.”

Samen liepen ze de gang in. Achter me hoorde ik zachtjes de stem van Mona. “Die twee zijn meer van elkaar dan collega’s.” Ik draaide me om. “Zitten wij daarmee, Mona?” Ze schudde haar hoofd. “Nee hoor. Het zijn beide knappe vrouwen. En als zij gelukkig zijn met elkaar… Prima toch?” Ik knikte. “Zullen we nog even naar buiten gaan, Gijs?” Het is nu nog een beetje licht en ik heb ook wel behoefte om nog even wat langer frisse lucht te snuiven na die uren in de tank.”

Ik grinnikte. “En ik had niet eens bruine bonen gegeten…” Ze keek boos. “Naar buiten jij! En geniet er maar van dat je nu rustig kan wandelen; morgen ga ik je afknijpen. Met je bruine bonen in die tank… Ben jij gek.”

We wandelden de tuin door en ze haakte haar arm door de mijne. “Mag dat?” “Is Sinterklaas katholiek?” was mijn antwoord. “Als een knappe vrouw zoals jij haar arm door de mijne haakt, zie ik dat als een groot compliment, Mona.”

Ze giebelde. “Dat zal best… Zeker na dat… ahum… ‘compliment’ wat ik je gaf toen je in badjas voor me stond. Je kaak viel nog nét niet op de grond, Gijs. Ik heb op mijn kamer staan gieren van de lach.”

Ik begon te grommen. “Wat ben jij slecht mens, mevrouw Kingma. Doe je dat met die pubertjes ook? Ze zó voor joker zetten?” Ze keek me lachend aan. “Als ze daartoe aanleiding geven… Zeker weten! Wil je weten hoe?" Ik knikte.

"Dit voorjaar had ik lesgegeven aan een bepaalde, nogal beruchte klas. Examenjaar, dus die hadden een attitude van ‘Wie doet ons wat?’ Enfin, na de les, het was het laatste uur, zit ik in de docenten-kleedkamer van de sporthal en had juist m’n shirt uitgetrokken, komt één van die puberknapen binnen. De macho van de klas, Gerrit.

Niks kloppen en wachten op antwoord; nee, gewoon de deur open, binnen komen, deur sluiten en met een uiterst onschuldig gezicht een vraag stellen over de sportles van volgende week. En ik zat daar in m’n sportbeha. Ik heb hem rustig zijn vraag laten afmaken, hem netjes antwoord gegeven en toen gevraagd:

‘Vertel nu eens de échte reden van jou verblijf hier, Gerrit. Een weddenschapje zeker, met je maten? Dat jij het wel aandurft om gewoon bij mevrouw Kingma naar binnen te walsen in haar kleedkamer?’

Hij schutterde wat en ik zei: ‘En wat dacht je met mevrouw Kingma te kunnen doen, zo alleen in deze kleedkamer?’

Hij kreeg een kop als boei en zei: ‘Ehhh… Dat weet ik niet, mevrouw Kingma.’

Enfin, twee seconden later had vriendje Gerrit een arm hoog op z’n rug en smeet ik de deur van de kleedkamer open, waar zijn maten natuurlijk allemaal achter stonden. Gerrit naar buiten gegooid en tegen de jongelui gezegd: ‘Gerritje hier weet nog niet wat hij met een knappe dame zou kunnen doen in haar kleedkamer. Kunnen jullie hem even voorlichten, of meenemen naar meneer Moonen van Biologie? Dank jullie wel.’ En de deur weer dichtgedaan.

Tijdens de paar lessen die ik daarna nog aan die klas gaf, waren ze bijzonder mak. En toen ik Gerrit tijdens die les een keer met ‘Gerritje’ aansprak, kreeg hij wéér een kop als een bakboordsboei…” Ik keek haar aan. “En dat deed je terwijl je nog in je BH stond? Dapper…”

Ze haalde haar schouders op. “Die sportbeha’s zijn niet zo sexy, hoor. Gewoon stetchstof met wat versteviging hier en daar. Geen kant, geen doorzichtig nylon… Hardloopsters hebben die dingen tijdens wedstrijden ook aan, terwijl honderdduizend mensen kijken en de TV ernstig inzoomt.” Ik begon te lachen en ze keek me vragend aan. “Wat hinnik jij?”

“Even recht-voor-z’n-raap, Mona: toen jij vanavond zo netjes gekleed voor het diner verscheen sloeg mijn fantasie een beetje op hol En bedacht ik dat, als jouw puber-leerlingen je zo gezien zouden hebben, er wel behoorlijk wat ladingen puber-zaad verschoten zouden zijn… Met mevrouw Kingma in de hoofdrol van de fantasie van de knulletjes.” Ze keek me nadenkend aan. “Foei, meneer van Dooren.”

Toen giechelde ze. “Maar je zou wel eens gelijk kunnen hebben. Ik zal tijdens de tien-minuten gesprek wel eens aan hun moeders vragen of zij de dag na een sportles significant méér onderbroeken moeten wassen.” “Bluf, Mona.” Ze knikte. “Ja. Maar wel leuk om eens te overdenken. Ik zou wel benieuwd zijn naar de reacties van de vaders.” “Ach Mona, wie weet moeten die na zo’n tien-minuten-gesprek…”

Verder kwam ik niet. “Smeerlap!”

Achter ons hoorden we de stem van Ilse: “Loopt hij je te pesten, Mona? Dan laat je hem morgen toch even flink zweten?” “Jij hebt goeie ideeën, Ilse. Maar kom erbij… In je uppie lopen is niet zo gezellig, toch?” Ze zei zachtjes: “Ik wilde jullie niet storen. Zag jullie gearmd lopen en gezellig kletsen.” Mona greep haar arm. “Kom, inhaken jij. Dit gravelpad is breed genoeg. Of wil je liever bij Gijs inhaken? Mag ook hoor. Tenminste… Gijs?”

“Ik zal een knappe vrouw nooit een arm weigeren, Ilse.” Ik zag haar twijfelen, maar toen schoof ze bij mij aan. “En nog bedankt voor vanmiddag, Gijs. In die tank. Ik was even in paniek, toen dat luik dicht was.” Ik bromde: “Ja, praat me er niet van. Ik heb nog steeds blauwe plakken op mijn hand.”

Mona lachte. “Dan is het minste wat je moet doen er een kusje op geven, Ilse.”

Ik keek Ilse aan. “Er ‘moet’ niks, Ilse.” Die lachte zachtjes en keek om beurten naar Mona en naar mij. “Jullie zijn lief. Bij jullie voel ik me helemaal op m’n gemak. Bij Chantal en Daisy wat minder; die hebben totaal andere interesses.” Mona fronste. “En Stephan?”

Ilse schudde haar hoofd. “Leek eerst wel een aardige vent, maar zoals hij voor het diner tekeer ging… En hij stónk. Nee, er moet aardig wat gebeuren voordat ik met hem net zo loop als met jullie.” “We zijn vereerd, Ilse”, zei Mona. “Volgens mij ben jij best wel zuinig met vertrouwen geven. Of niet?” Het was een minuut lang stil, toen kwam een nauwelijks hoorbaar: “Ja, misschien wel…” Ik keek opzij. In het snel afnemende licht keek ze me recht aan, en keek niet weg, wat ze eerder wel deed. En wéér smolt ik voor die grijs-blauwe ogen onder die lange, blonde wimpers.

Mona liet me los. “Ik ga naar m’n kamer. Morgen weer vroeg dag en zo. Maken jullie het ook niet te laat, jongelui?” Ilse giechelde. “Nee, juf Mona…” Die schoot in de lach. “Welterusten, schat.” En midden op het pad gaf ze Ilse een zoen. Op haar mond. En mij drie seconden later ook. “Tot morgen!” En met snelle passen liep Mona richting het huis.

“Wil je ook gaan slapen?” vroeg ik. Een blond hoofd schudde ‘nee’. “Nog niet. Ik wilde nog even frisse lucht en goed gezelschap. En nog even gezellig kletsen. Met jou en Mona kan dat, heb ik gemerkt.” We liepen rustig wat door, zwijgend. En ja, het gesis kwam weer in m’n oren, maar nu even niet storend. Ik genoot van onze ingehaakte armen. Na een paar minuten stond Ilse plotseling stil en wees.

Een eekhoorn zat op een meter of tien afstand tegen een boom aan en hield ons goed in de gaten, de rode pluimstaart geheven. Op een gegeven moment vond hij het welletjes en klom bliksemsnel verder de boom in. “Mooi…” hoorde ik naast me, gevolgd door: “Wat een rust hier… Zo’n enorm contrast met mijn studentenkamertje…” Even was het stil, toen begon ze te vertellen.

“Samen met drie huisgenoten bewonen wij een flat in Groningen. Om ons heen wonen ‘gewone’ gezinnen, maar een aantal flats zijn omgebouwd tot studentenhuisvesting. Mijn huisgenoten zijn ondertussen dikke vriendinnen van me geworden en ik woon er heerlijk. We beschermen elkaar. Gaan we stappen, dan doen we dat samen. Lid van een studentenvereniging zijn we niet; we trekken ons eigen plan wel. En dáár, in ons huis, kan ik mezelf zijn. Lekker lachen met de meiden, lol maken, soms samen grienen als er eentje in de put zit. We hebben geen geheimen voor elkaar. Heerlijk.”

Ik kneep even in haar arm. “En op de universiteit? Je studeert Rechten. Dan kun je niet als een grijze muis op de achtergrond blijven… Hoe doe je dat?” Even was het stil. “Gijs, tijdens hoorcolleges ben ik meestal wél gesloten en stil. In de pauzes ben ik altijd buiten, samen met één huisgenoot die ook jaargenoot is.

Maar als ik een presentatie moet geven of de verdediging moet voeren voor een denkbeeldig cliënt, dan kom ik helemaal los. Een studiegenoot zei onlangs tegen me: ‘Ilse, als jij een verdediging moet voeren, ben je net Julia Roberts in die film Erin Brockovich.’ Ken je die film?”

Ik knikte. “Roberts tegen een grote multinational. Die alle telefoonnummers en bijzonderheden van de slachtoffers uit haar hoofd weet. Die haar baas stijfvloekt als hij zegt dat het bedrag op haar salarisstrook wat anders dan anders is… Totdat ze het bedrag ziet en met haar mond vol tanden staat. Ja, die film ken ik. Niet in het minst vanwege de hoofdrolspeelster overigens.”

“Nou, zó zou ik willen worden. Maar mijn uiterlijk zit me in de weg. Ik ben nog steeds het porseleinen poppetje van mijn moeder. Ja, het ziet er mooi uit, maar ach wat is ze breekbaar…

Mijn moeder had me het liefst thuisgehouden. Gelukkig heeft mijn vader doorgezet dat ik naar Groningen kon. Dat heeft een enorme ruzie opgeleverd; mijn moeder neemt het hem nog steeds kwalijk dat ik de deur uit ben, maar ik vindt het heerlijk. M’n eigen leven leiden, zelf fouten maken…” Ze giebelde en ik keek vragend.

“Aan het begin van de maand iets teveel geld uitgeven, zodat je aan het eind van de maand op spul wat bijna over de datum is moet overleven… Is ons één keer overkomen. Gelukkig heeft Janet, één van de huisgenoten, een broer die in Assen in dienst zit. Ze belde op, legde het probleem uit en de volgende avond stond hij met een collega voor de deur en laadde militaire rantsoenen uit. ‘Waren nog over van een oefening.’ We hebben die dozen geteld: 76 dagrantsoenen. En van één zo'n dagrantsoen kan ik twee dagen eten. Dat is nu onze noodvoorraad. En Janet heeft nu verkering met de collega van haar broer. Komt regelmatig bij ons en dan is het lachen. En ’s avonds in haar kamer nogal luidruchtig…”

Ik grinnikte. “Ik begrijp absoluut niet waar je op doelt, maar het zal wel.” Het was weer even stil, toen besloot ik de koe bij de horens te vatten. “En bij jou op de kamer, Ilse? Is het daar wel eens luidruchtig?” Het was ondertussen donker, dus ik kon niet zien of ze bloosde of niet. Maar het antwoord kwam. “Nee. Daar is het nog nooit ‘luidruchtig’ geweest." Even stilte en toen volgde: "Zoveel geluid maakt m’n vibrator nou ook weer niet, Gijs.”

Ik verslikte me en kreeg een hoestbui. “Jij bent een fraaie… En ik maar denken dat ik naast een bijzonder net opgevoed en preuts meisje liep…” “Ja, dat denken ze in Groningen ook allemaal. Lekker laten denken.” Ze keek op haar horloge. “Ik ga toch maar richting mijn kamer, Gijs. Lekker slapen.” “Oké Ilse, dan doe ik dat ook maar. Dat lekkere waterbed eens proberen.”

Vlak voor de tuindeur naar de bibliotheek trok ze aan mijn arm. “Gijs… Ben je lief voor Mona?” Ik wist even niets te zeggen, toen antwoordde ik “Ilse, ik weet niet wat voor gedachten er nu in je mooie hoofd zitten, maar… Mona en ik kunnen prima met elkaar opschieten, maar ik ga niet ‘lief’ voor haar zijn. De enige waar ik ‘lief’ voor zou willen zijn, staat voor me. Welterusten Ilse.”

Ik draaide me bruusk om en rende bijna naar binnen, de bibliotheek door, gang in, naar m’n kamer. En op m’n kamer sloeg ik me voor m’n kop.

Gijs... Enorm stomme oen dat je daar bent… Er staat een prachtige meid voor je, je vertelt haar dat je gek op haar bent en je rent weg. Je had haar in je armen moeten nemen en haar moeten kussen, gék…

Ik deed een raam open; de lucht in de kamer benauwde me. Ik keek uit het raam naar de deuren van de bibliotheek; die waren dicht. Had Ilse dus netjes gesloten. Een tijdje stond ik bij het raam, de koele lucht inademend. Tot ik een klopje op mijn deur hoorde. Het zal toch niet… Nou ja, gelukkig had ik geen badjas aan.

Toen ik de deur open deed stond ik tegenover Mona. “Mag ik binnenkomen?” Ik knikte. Ze sloot de deur zorgvuldig achter zich en leunend tegen de deur keek ze me strak aan.

“Wat heb jij met Ilse gedaan? Ze klopte bij mij op de deur en ligt nu snikkend op mijn bed…”

Ik haalde diep adem.

“Mona, we waren nog een stuk gaan wandelen. Goede gesprekken gehad. Maar bij het afscheid, voor de bieb, zei ze heel zachtjes: ‘Ben je lief voor Mona?’ Ik heb haar toen kortaf gezegd dat de enige voor wie ik ‘lief’ zou willen zijn, pal voor me stond.

En daarna ben ik naar binnen gevlucht. Waarschijnlijk bang voor mezelf.”

Ze ontspande, dat was goed te zien. “Oeps… Dat is een wat ander verhaal dan ik dacht, Gijs. Ik was me er al op aan het voorbereiden om je een enorm pak op je sodemieter te geven omdat je dat meisje had gekwetst… Mijn excuses.”

Ik haalde mijn schouders op. “Ilse dacht waarschijnlijk dat jij en ik wel een potje zouden gaan stoeien. Verkeerde inschatting. De enige met wie ik dat zou willen doen is zij. Punt.”

Nu begon ze te glimlachen. “Vanmiddag in de tank dus toch goed gezien. Haar hand op die van jou en jij moest wel erg veel moeite doen om de bladzijden van je boek om te slaan, want je wilde dat handje blijven voelen, toch?”

Ik bromde. “Jij bent zeker pedagoog? Ja, dat dacht ik al. Eén tree verder en je bent psycholoog en dat is weer één tree verwijderd van relatietherapeut. Nee dank u wel.”

Ze grinnikte nu weer op de manier die ik van haar kende. “Je kan soms ook zo lekker subtiel uit de hoek komen, meneer van Dooren. Ik ga weer terug naar mijn kamer, een zekere rechtenstudente op het paard zetten. Misschien is het verstandig als je nog even wacht met je badjas aan te doen, wie weet komt mevrouw nog even aankloppen.”

Ik grijnsde gemeen. “Moet ik dan in m’n nakende niksie op haar wachten? Da’s nogal confronterend, Mona.”

Ze zuchtte. “Stomme softwareknurft… Wacht maar even met uitkleden. Dát bedoel ik, eikel.”

“Ohhh… Zeg dat dan meteen, lieve gymjuf.”

Ze maakte een dreigende beweging, en glipte toen de deur uit...
Lees verder: Tinnitus - 4
Geef dit verhaal een cijfer:  
5   6   7   8   9   10  
Klik hier voor meer...
Klik hier voor meer...