Klik hier voor meer...
Donkere Modus
Door: Zazie
Datum: 14-10-2024 | Cijfer: 9.8 | Gelezen: 3508
Lengte: Lang | Leestijd: 21 minuten | Lezers Online: 1
In Het Diepe
.

Hoewel we maar een paar uur aan het meer lagen heb ik die beleefd als een eindeloos lange tijd. We zaten in onze eigen cocon, zoals een rups, we ontwikkelden ons tot … ehm ja, tot wat. We waren alleen maar met elkaar bezig, dan weer dronken we elkaar met onze ogen in, genietend van al het moois op het lichaam van de ander, dan weer plonsden we met een ‘wie er het eerste doorheen is’ het koude water in, om af te koelen. Onder de oppervlakte kón het, daar hadden we iedere keer weer de gelegenheid om aan elkaar te zitten, elkaar achterna te duiken, aan de ander te gaan hangen, te bevoelen wat boven water nog niet mogelijk was.


De terugweg naar de stad is een hele andere beleving dan de heenweg. Het is dezelfde weg en toch is alles anders, de wereld lijkt te zijn veranderd. Ook hetzelfde is dat Zoë weer bij me achter op de scooter zit en dat ze zich aan me vastklemt alsof ze bang is er vanaf te vallen, haar armen strak om mijn buik, haar blote dijbenen tegen mijn in korte broek gestoken benen geklemd, haar hoofd rustend tegen mijn rug. Maar het gevoel dat ze zich tegen me aan drukkend oproept is niet te vergelijken met eerder. Geen idee wanneer je een meisje je vriendinnetje noemt maar zo voelt het al wel, ieder vezeltje in mijn lichaam roept me toe dat ze bij míj hoort.

Op een voetstuk?

Als we bij mij thuiskomen is de hele familie inmiddels al gearriveerd, zelfs papa is er sinds weken weer eens bij. Ze zitten met zijn allen op het terras aan wat frisdrank, mam haalt voor ons ook meteen wat te drinken. Papa geeft Zoë een hand en zegt ‘aangenaam jongedame, ik hoorde al het een en ander over je’. Lekker dus, ze praten blijkbaar over ons, het bloed schiet Zoë naar haar hoofd. Gelukkig babbelen M&M er overheen, vooral Mereltje is weer zo vervuld van zichzelf dat wij al haar verhalen moeten aanhoren. Maarten is juist verdacht stil, een beetje broeierig zit hij Zoë en mij te bekijken.

Later, als ze naar huis is en ik op mijn kamer zit loopt hij binnen en vraagt hij ‘en Joon, hebben jullie het gedaan?’ Huh? Mijn kleine broertje heeft het nú al over seks? Bizar, op welke planeet leefde ik eigenlijk toen ik zestien was? Ik voel een snel opkomende boosheid maar die zakt eigenlijk ook meteen weer weg, want ik snap hem wel, blijkbaar is het voor iedereen duidelijk dat er iets gaande is behalve voor Zoë en mij. Hoewel, wij weten het natuurlijk ook wel maar blijven nog wat hangen. Wat denk ik vooral komt door mijn eigen bleue gedrag.

Ik haal mijn schouders op en zeg, een beetje gegeneerd: ‘…neuh, zo zijn wij niet’. Maarten kijkt me eerst ongelovig aan en zegt dan met een grijnslach: ‘Wát, zo zijn wij niet, ben je gek of zo? Iederéen is zo! Ze is een harstikke lekker chicky hoor.’ Ik kijk hem aan, waar wás ik eigenlijk toen die jongen groot werd?

‘Waar leer jij dat allemaal?’ vraag ik dan. ‘Hey Joon, kom-op zeg, denk je dat ik achterlijk ben? Kom op zondag maar eens naar de hockeyclub, dan zie je vanzelf wel waar ik het leer.’ Ik moet er niet aan denken, al dat zuipen en gebral, maar ik krijg nu wel een donkerbruin vermoeden: ‘heb jij het al gedaan dan?’ Maarten knikt: ‘yep, al vier keer, éen keer met Carolien en drie keer met Tirza, die is echt voor alles in.’ Ineens zie ik mijn broer, die altijd als een schoothondje achter me aanhuppelde met totaal andere ogen. Hij is een mooie vent aan het worden, met zijn sportieve lijf, donkere krullen en bruine ogen, ik snap wel dat meisjes op hem vallen.

Bizar dat hij nu al met meiden en seks in de weer is en ik er eigenlijk nooit zo mee bezig was. Maarten ziet mijn nadenkende reactie en zegt: ‘waarom deden jullie het eigenlijk nog niet? Die meid kijkt je echt met zaad-vragende ogen aan hoor.’ ‘Ga jij je mond eens spoelen’ brom ik, maar hij heeft al met al wel een teer punt geraakt. Waarom zetten Zoë en ik tot nu toe niet de volgende stap? Al zeker een maand heb ik een crush-op-afstand op haar zonder dat ik iets durfde, inmiddels draaien we dankzij meneer van den Berg al de hele week om elkaar heen en vanmiddag was het overduidelijk dat we allebei gek zijn op elkaar. Dus waarom gaan we niet verder?

Ik weet het niet en brom tegen Maarten ‘ander onderwerp graag, broertje.’ Dat broertje grijnst breed en zegt terwijl hij afnokt: ‘je moet gewoon effe doorpakken, Joon, meiden zijn net zo gek op seks als wij.’ En daarmee laat hij me achter, met een vraag die ik mezelf ook al stelde: zet ik haar niet te hoog op een voetstuk? We hadden vandaag alle kans om seks te hebben, waarom komt het er niet van? Ik heb er eigenlijk niet zo goed een idee van, het enige wat ik wél weet is dat ik dit niet kapot wil maken, want ik voel echt iets voor haar. Ze heeft de laatste tijd veel meegemaakt en ik wil niet dat ze hier ook mee moet dealen als het mis gaat tussen ons.

Verliefd?

Is dit nou verliefd zijn? Dat je in een draaikolk terecht van gevoelens voor iemand komt, en die je al rondtollend maar onafwendbaar naar het middelpunt trekt? Ineens realiseer ik me dat we het daar in ons essay nog helemaal niet over hebben gehad, over verliefdheid, terwijl dat er toch wel echt bij hoort, als een opstapje naar liefde. Ik googel op het woord ‘verliefd’ en ik kom op een website terecht die er helemaal over gaat. Ze schrijven dat ‘…als je liefde oprecht een kans wilt geven, je je moet overgeven. Want controle werkt verstikkend en smoort elke hartstocht. Maar wat houdt overgave eigenlijk in? Moeten je jezelf weggeven en totaal versmelten met de ander? Of zijn er toch grenzen?’

Ze hebben het ook over ‘Ananda’, in het oude India werd zo de liefde genoemd, wat ‘gelukzaligheidbewustzijn’ betekent. Zo zeg, die oude Indiërs waren blijkbaar behoorlijk mee met liefde en seks. En dan lees ik iets wat wel op Zoë en mij slaat. Want volgens de site is verliefdheid een complex geheel, en heel vreemd: ‘… hoe angstiger of nerveuzer iemand is tijdens een eerste ontmoeting met een mogelijke partner, hoe meer hij of zij zich tot diegene voelt aangetrokken.’ Nou, dan snap ik het wel hoe het zit tussen ons, heel veel nerveuzer dan wij bij elkaar kan je niet zijn. We lijken wel twee magneten die steeds meer naar elkaar toe worden getrokken

Via de mail schrijven we allebei nog allerlei aanvullingen op het essay en als het vrijdag is en de tussenresultaten worden besproken zijn we al best behoorlijk tevreden. Mijnheer van den Berg is dat ook, als alle koppels aan de beurt zijn geweest steekt hij beide duimen op: ‘goed bezig jongelui, ik ben trots op jullie’ Als ik zo ongeveer als laatste de klas uitloop houdt hij me tegen en zegt dan, zachtjes: ‘het gaat beter met Zoë hè?’ Ik knik, klopt, ze lijkt wel een ander meisje te zijn geworden. ‘Goed gedaan Jonas’ zegt hij en laat me dan gaan.

Ik tref Zoë in de aula en ze vraagt me mee naar buiten te gaan. Daar, zittend op een muurtje terwijl we onze boterhammen eten, vertelt ze me dat haar moeder hun huis in Groningen nog aanhoudt tot ze zeker weet wat ze wil. Pas over een tijd, als het verdriet om haar vader wat is gezakt, wil ze besluiten over terugkeer naar daar of definitief verhuizen naar Brabant, tot die tijd blijven ze wonen bij opa en oma. Morgen gaat Zoë een paar dagen naar Groningen toe, om het huis te checken en om enkele vriendinnen te zien. Zondag komt ze weer terug. Of ik zin heb om mee te gaan? Whow, ehm, ja, dat lijkt me wel wat, maar meteen schiet mijn hart me hoog in mijn keel. Een hele nacht samen in dat huis, alleen!

Als Zoë ziet dat ik twijfel vraagt ze: ‘ben je al wel eens in Groningen geweest? Het is echt een leuke stad hoor!’ ‘Nee, nog nooit’ antwoord ik. ‘Bizar eigenlijk, doordat pap voor KLM werkt hebben we goedkoop vliegen en zagen we al de halve wereld, maar hier ben ik nog nooit verder dan Zwolle geweest.’ ‘Mooi,’ reageert Zoë, ‘je moet dus meegaan, kan ik je alle mooie plekjes laten zien!’ Ik geef toe, ik zie wel wat ervan komt, we spreken voor morgen om negen af op het station en met een snel en voor iedereen afgeschermd zoentje gaan we uit elkaar.

Treinen

Ik kom amper ooit in de trein en het is een leuke ervaring. We gaan over Utrecht, van daaruit hebben we een rechtstreeks verbinding en kunnen we dus lekker lang blijven zitten. De trein naar Groningen heeft twee verdiepingen en we lopen naar boven. Hoewel het tot mijn verbazing op zaterdagmorgen al knetterdruk is vinden we een vrije bank, tegenover een ouder echtpaar en daar zitten we naast elkaar te genieten van het landschap. We praten niet veel, af en toe wijst Zoë iets aan en verder hebben we genoeg aan het naast elkaar zitten.

Het is nog steeds warm, Zoë heeft weer haar witte jurkje aan en ik draag mijn korte broek met daarop een losse bloes. Onze blote benen raken elkaar regelmatig, in het begin trek ik me steeds weer terug maar na een tijdje laat ik het maar zo. Op een gegeven moment kijkt Zoë me aan en vraagt ze me wat er is. Is er iets? Nou ja, er is eigenlijk heel veel. Mijn broer die het over haar ‘zaadvragende’ ogen had, de aankomende nacht alleen met haar in huis, dát is er.

Ik roep mezelf tot de orde, ik zit van binnen weer veel te veel te zeuren en vanwege de mensen tegenover ons fluister ik zo zachtjes mogelijk: ‘Maarten vind je leuk, hij zei dat ik iets met je moet beginnen.’ Zoë grinnikt en vraagt dan, ook zachtjes: ‘en jij? Vind jij me ook leuk?’ Als antwoord geef ik haar een kusje en knik. ‘En jij?’ Zoë geeft een kusje terug en reageert: ‘waarom denk je dat ik je heb meegevraagd?’ Nou, dat is duidelijk en direct schiet mijn hart weer in mijn keel.
Opnieuw geef ik Zoë een kusje, maar als we zien dat de man tegenover ons een beetje chagrijnig zit toe te kijken stoppen we daarmee. We schuiven nog ietsje dichter naar elkaar en zo, met onze lichamen in close contact, treinen we door, genietend van het landschap en van elkaar. Amersfoort, Zwolle, Meppel, Hoogeveen, Assen en dan zijn we er, Groningen!

Zoë’s thuis in Groningen staat in een leuke oude buurt, de Oosterpoort, dicht tegen het centrum aan. We kunnen er naartoe lopen en daar aangekomen laat Zoë me als eerste haar kamer zien. Een echte meisjeskamer, allemaal friemeltjes en frutsels, posters, zo heel anders dan die van mij. Zelf kijkt ze nu ze alles terugziet blijkbaar ook met andere ogen, want als ze me ziet rondkijken giechelt ze een beetje zenuwachtig: ‘nogal girly hè?’ Ik haal mijn schouders op, ik weet het niet, ik bedenk me nu dat mijn kamer er ook nogal kinderachtig uitziet, misschien wordt het tijd eens een hoop spul van vroeger op te ruimen. ‘Ik vind hem wel leuk’ brom ik maar.

Tweepersoonsbed

Dan, als ik haar smalle bed zie: ‘waar slaap ik vannacht?’ Zoë krijgt blosjes, twijfelt kort en antwoordt dan: ‘kom maar mee’. We lopen naar een kamer met een breed tweepersoonsbed: ‘jij slaapt hier en ik daar,’ waarbij ze op de plek naast de mijne wijst. Ze kijkt me aan, heel onzeker ineens, en ik realiseer me dat dit voor haar allemaal net zo nieuw en eng is als voor mij. Ik kus haar en zeg: ‘…ehm, prima, gezellig.’ Niet te geloven zeg, heb ik niks meer te melden dan ‘…ehm, prima, gezellig’? Ik sla mijn arm om Zoë heen, kijk haar aan en fluister: ‘heel graag, lieve Zoë.’ We weten nu allebei wat er vannacht gaat gebeuren! Haar ogen beginnen te stralen en blij beantwoordt ze mijn kus, vol op mijn lippen.

Ik open de mijne en ga met mijn tong op zoek naar de hare. We zaten we waren er blijkbaar allebei al aan toe want we vallen op elkaar aan alsof we uitgehongerd zijn. Ze kust zo lekker, onze tongen draaien om elkaar heen en onderzoeken gretig elkaars mond, die inmiddels nog maar weinig geheimen voor elkaar hebben. Zoë maakt zich, een tikje buiten adem als eerste los, kijkt me aan en zegt dan: ‘kom Joon, we moeten gaan, mijn vriendinnen wachten op ons in de stad.’ Oh ja, die moet ik leren kennen. Ondertussen, terwijl ik haar aankijk en ja knik, vraag ik me af of het nou klopt wat Maarten zei, dat haar ogen om zaad vragen. Maar het enige wat ik zie is dat Zoë me lief aankijkt, nou ja, het zal wel en dan gaan we.

Ik had geen idee dat Groningen zo’n leuke stad is. Nadat we Zoë’s vriendinnen Jacky en Anneke hebben ontmoet laten de meiden me alle leuke plekjes zien en op de een of andere manier doet het me allemaal heel erg aan den Bosch denken. Net als thuis overal cafés en restaurantjes, veel drukbezette terrasjes met vrolijke mensen, mooie oude straatjes, grachten, pleinen, ik vind het een leuke stad! Later die middag eten we in een Italiaan met zijn vieren pizza’s en is het supergezellig. Ik moest even aan die drie meiden bij elkaar wennen, in het begin was het veel gegiechel maar inmiddels kletsen we er vrolijk op los.

Zoë’s vriendinnen hengelen duidelijk naar hoe het zit tussen ons, maar omdat we dat zelf ook amper weten blijven we daar heel onduidelijk over. En natuurlijk willen ze alles van haar weten over hoe ze het in Den Bosch vindt en wanneer ze weer terugkomt. Ik ben blij om te horen dat ze even heeft moet wennen maar het nu ontzettend naar haar zin heeft. En als ze vertelt dat haar moeder nog niet weet of ze wel terugkomen hoop ik natuurlijk dat ze besluiten in den Bosch te blijven.

Tijdens het etentje kijken Zoë en ik elkaar af en toe aan, we voelen allebei dat de spanning stijgt, het gaat er straks echt van komen. Ik ben er dubbel over, aan de ene kant zou ik willen dat we al in bed lagen, maar tegelijk vind ik het superspannend. Daarom schiet mijn hart voor de zoveelste keer in mijn keel als haar vriendinnen voorstellen om er daarna nog een gezellig avondje in de kroeg van te maken en Zoë antwoordt dat ze moe is van de reis, dat ze liever naar huis wil, waarbij ze me vragend aankijkt. Ik knik, natuurlijk knik ik want ik ben ook heel ‘moe’, ik kan moeilijk nee zeggen…

Het begin is er!

Terwijl we teruglopen blijft het eerst een hele tijd stil tussen ons. Ik heb Zoë’s hand vastgenomen en voel dat de hare net als die van mij een beetje klam is. Het is nog behoorlijk warm, maar daar komt het niet alleen door, we vinden het allebei spannend. Op een gegeven moment móet ik het weten! ‘… Zoë, wil je alleen maar naast me slapen of, ehm… wil je meer?’ Ze giechelt kort, kijkt me aan en vraagt dan: ‘wat wil jij?’ Nou Joon, kom-op, dapper zijn, tot nu toe haalt zij steeds de kooltjes uit het vuur: ‘…ik wil wel meer. Ik kan bijna nergens anders meer aan denken…’ Het hoge woord is eruit! Zoë’s antwoord is dat ze mijn hand loslaat en haar arm om mijn middel slaat. Ik doe dat ook bij haar en zo lopen we door, als een verliefd setje. We voeren ons tempo op, we krijgen haast!

Eenmaal bij haar thuis verdwijnt Zoë als eerste in de badkamer, en weet ik niks anders te doen dan op het bed te gaan liggen achten op mijn beurt, een beetje scrollend door mijn mobieltje, maar waarbij er niet veel tot me doordringt. Na een minuut of tien komt Zoë de kamer binnen, in een roze slipje en een wit hemdje. Ze ziet er zo lief uit, haar haren los, me gespannen aankijkend. En hoewel ik haar al enkele keren naakt zag ziet dit er veel opwindender uit, het stukje blote buik, haar lange benen, haar tepels die stijf door de stof prikken, zo sexy….

Als ze naast me gaat liggen kijkt ze me met haar mooie bruine ogen aan, bijna als een Bambi-hertje dat een beetje bangig maar toch ook vol vertrouwen de wereld inkijkt. Ik geef haar een kusje en zeg, met een stem die een beetje schor is: ‘ehm, ik moet me ook even opfrissen. Ben zo terug.’ Natúurlijk wil ik zo terug zijn maar juist dit keer doe ik er langer over dan normaal. Ik heb er helemaal mijn hoofd niet bij maar dan is het zover en loop ik in alleen mijn boxer terug. Zoë bekijkt me bij binnenkomst, net zoals ik haar bekeek toen ze terugkwam. Om de spanning een beetje te breken ga ik in een bodybuildershouding staan, span mijn spierballen en vraag ‘…en, bevalt het?’ Een giecheltje is het antwoord en dan duik ik bijna letterlijk op haar.

Gretig kussen we elkaar en niet veel later ga ik op verkenning uit. Vanaf haar platte, een beetje tegen mijn hand trillende buik ga ik onder haar hemdje naar boven tot ik bij haar borsten ben. Op dat moment pakt Zoë haar hemdje bij de zoom vast en trekt ze het in éen beweging over haar hoofd, waarna het naast het bed belandt. Ik zag haar borsten natuurlijk al vaker, maar daar ga ik nooit genoeg van krijgen, het blijven echt kleine wondertjes, zo perfect en mooi en rond als ze zijn. In het Engelenmeer heb ik ze onder water al wel eens aangeraakt, maar nu kan ik ze voor het eerst echt vol in mijn hand nemen.


Het is iconisch, dat gevoel, dat warme zachte en toch stevige, haar stijve tepels die tegen mijn handpalm prikken. Ik kijk Zoë aan en fluister hoe mooi ze is. En dan gaat het snel. Zoë komt omhoog, trekt haar broekje uit en gebaart mij dat ook te doen. En zo, op onze knieën buigen we ons naar elkaar toe, er helemaal klaar voor om elkaar te zoenen en nog veel meer…


X. Zazie
.
Geef dit verhaal een cijfer:  
5   6   7   8   9   10  
Klik hier voor meer...
Klik hier voor meer...