Door: Jefferson
Datum: 18-03-2025 | Cijfer: 9.4 | Gelezen: 898
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 37 minuten | Lezers Online: 1
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 37 minuten | Lezers Online: 1
Vervolg op: Niet Iedereen Is Voorbestemd - 3: Antiheld
Nachtzeis
De wind speelde zachtjes met de takken van het Elwynnerwoud, terwijl een slanke schaduw geruisloos tussen de bomen door bewoog. In het bleke maanlicht glinsterden haar felgroene ogen, half verscholen onder een brede capuchon, maar alom aanwezig in de duisternis. Ze bewoog met een haast bovennatuurlijke gratie, alsof de nacht zelf haar leidde. Op het pad naar het houthakkerskamp was het doodstil—zo stil dat men bijna de rustige stroom van het beekje onder de houten brug kon horen kabbelen. Maar de stilte was bedrieglijk. De wachters die normaal postvatten aan de overzijde lagen nu met zware stenen om hun enkels een paar meter lager, als voer voor de hongerige Murlocs die in de diepte rondzwommen.
Bij de brug hing een schemerige lantaarn, en in dat zwakke licht hing een pamflet: een "Gezocht"-poster. De mysterieuze elf bleef staan, haar lippen krulden in een vage glimlach. Op de poster stond een beloning uit voor iemand die onder de naam "De Nachtzeis" bekendstond—een moordenaar die onlangs in Goudgouw had toegeslagen en maar één getuige, een “stumper”, in leven had gelaten. Een geamuseerd gegrom ontsnapte uit haar keel toen ze het plaatje van die “stumper” zag. “Dat was hij zeker,” fluisterde ze met een zwoele ondertoon. “Maar wel met een lekkere pik…”
Ze griste de poster los van het hout, zodat ze het van dichterbij kon bekijken. Een duistere, sinistere tekening toonde een figuur met puntige oren onder een diepzwarte capuchon, het gezicht niet meer dan een onheilspellende vlek met twee dreigend gloeiende ogen. Haar ogen. Ze dus. Maar wat wisten ze nou helemaal? Slechts dat ze een bloedelf was—en dan nog zonder enige details. Geen echte naam, geen precieze beschrijving van haar gezicht. Alleen angstaanjagende geruchten over haar dodelijke vaardigheden. Ze liet haar vingers over de grove inkt glijden, een bijna tedere streling over de afdruk die men van haar gemaakt had. Geen mens die haar écht te pakken zou krijgen, dacht ze met een spottende glimlach. Zeker niet na deze nacht. Ze nam het pamflet mee, als aandenken aan de zoveelste mislukte poging om haar te vangen.
Met een soepele beweging draaide ze zich om, haar lange mantel zwiepte mee in de nachtelijke wind. In de verte klonk het holle gegrom van een Murloc die zich te goed deed aan wat er over was van de wachters. “Niemand zal me ooit vinden,” sprak ze gedempt, bijna bezwerend tegen de duisternis. Haar ogen gloeiden triomfantelijk. “En al helemaal niet pakken.”
-
Die nacht, onder de verborgen maan en tussen de glooiende heuvels, liep de bloedelf terug naar haar bescheiden kamp: een klein, haast onopvallend tentje aan de oever van een beekje. De krekels tjirpten zachtjes, een achtergrondkoor van de nacht. Ze wilde net de tent binnenstappen toen ze een sluipende schaduw opmerkte. Iemand doorzocht haar schamele bezittingen met nerveuze, haast paniekerige bewegingen. Haar hart bonkte niet eens sneller; ze kende dit spel te goed. Met een grimas trok ze haar dolken—twee dodelijke messen die aanvoelden als verlengstukken van haar handen.
Onhoorbaar sloop ze dichterbij. Nog een fractie van een tel en zijn keel zou opengesneden zijn, zonder een schreeuw. Maar toen… herkende ze hem. De “stumper” uit Goudgouw. Daniël, zoals ze had vernomen. Even gleed haar blik over hem: onverzorgd, vol frustratie, duidelijk op jacht. Op háár jacht, besefte ze met een grijns. In een flits liet ze haar dolken verdwijnen en trad uit de schaduwen.
“Wie is ze?” fluisterde hij, terwijl hij duidelijk naar sporen van haar identiteit zocht.
“Ze noemen me de Nachtzeis,” kwam haar fluisterende antwoord, veel dichterbij dan hij verwachtte. Daniël verstijfde. Toen hij zich omdraaide, stond ze opeens vóór hem, dicht genoeg om zijn ademhaling te voelen. Zijn ogen werden groot van schrik. “De meest gevreesde Schaduwdanser van de Horde,” vervolgde ze, haar stem doordrenkt met spot.
Daniël slikte, half verstijfd van angst én iets anders—een opborrelende opwinding misschien. Ze trok een wenkbrauw op en hief haar kin in een uitdagende houding. “En jij? Daniël, de stumper? De gezochte van je eigen volk? Nu je me hebt gevonden, denk je dat je de held zult zijn?” Haar glimlach werd breder, als een kat die met haar prooi speelt. De nacht kon zomaar in zijn voordeel uitpakken, of zijn doodvonnis betekenen—maar dat had hij zelf nog niet door.
-
Daniël bleef als aan de grond genageld staan. Zijn hart bonsde in zijn borstkas, niet alleen van adrenaline en angst, maar ook van een rauwe, ongekende opwinding. De bloedelf—de Nachtzeis—stond daar, zo dichtbij dat hij haar adem kon voelen. Haar puntige oren en felgroene ogen gaven haar iets ongrijpbaars, haast bovennatuurlijks. Toch kwam ze hem uiterst verleidelijk voor; haar lippen gekruld in een speelse glimlach. Ze stapte achteruit, alsof ze hem uitnodigde om haar in ogenschouw te nemen, van de top van haar sluike haren tot de laarzen die haar lenige benen omhulden.
“Je hebt me,” zei ze met pretlichtjes in haar ogen. “Dat is… indrukwekkend. Ik vond je al zo…” Ze liet haar blik even naar zijn onderlichaam glijden. “Indrukwekkend. Wat een pik heb jij.” Haar stem klonk alsof ze hem een duister compliment gaf, eentje dat hij niet had zien aankomen. Hij slikte, compleet overvallen. Nog nooit had iemand hem zo openlijk geobserveerd—en al helemaal niet een bloedelf die hij hoorde te haten.
“Sla je me niet in de boeien?” vervolgde ze, met een knipoog die hem van zijn stuk bracht. Haar toon was zó speels dat hij amper wist of ze serieus was of hem alleen maar uitdaagde.
“Wie ben jij? Wat… Wat doe je hier nog? En… Waarom liet je me leven?” hij hoorde zelf hoe bibberig zijn stem klonk, en hij vervloekte zichzelf daarvoor.
Haar blik veranderde een fractie. Ze scheen een moment weg te dromen, alsof ze zich iets herinnerde. “Dat heb je verdiend,” zei ze met een vage grijns. “Wat een nacht was dat, nietwaar?” Haar glimlach werd breder, gemener misschien. “Je eerste keer, weet je nog? En je enige, durf ik te wedden. Of… heb je sindsdien stiekem nog iemand kunnen plezieren?” Ze legde een nadruk op haar laatste woorden, duidelijk genietend van zijn ongemak. “Vertel eens, Daniël,” zei ze zacht, zijn naam uitsprekend alsof ze er zelf van genoot, “wat heb je allemaal uitgevoerd, sinds je door mij werd achtergelaten?”
Hij voelde zich opnieuw die onzekere jongen in haar aanwezigheid. Alsof hij elk moment weer de controle zou verliezen. Alsof ze hem net zo makkelijk kon breken als die nacht.
En toch… hij had haar nu in zijn kamp. Als hij haar zou grijpen, kon hij misschien eindelijk wraak nemen. Of haar uitleveren. Of… of…
Ze leek zijn gedachten te raden. “Maar nu heb je me, nietwaar? Wat ga je doen? Ga je me meteen uitleveren aan wie dan ook die een prijs op mijn hoofd heeft gezet?” Haar ogen dwaalden naar zijn onderlichaam, dat verraderlijk begon te reageren op haar woorden. “Of… geniet je eerst nog even van je buit?” Haar stem werd zachter, zwoeler. “Is dat niet de reden dat je me nog in leven laat? Gun me nog één pleziertje voordat ik sterf… of voordat ik jou laat sterven.” Er klonk een donker glimlachje in haar stem door. “Geef mijn gaatjes nog één goede beurt,” ging ze zachter verder, hem inschattend, prikkend, uitlokkend. “Ik smeek het je. Ik ben ten slotte maar een bloedelf die binnenkort geëxecuteerd wordt. Of niet?”
Daniël voelde hoe zijn hart weer sneller bonsde, zijn ademhaling versnelde. Hij háátte het dat ze zoveel macht over hem had. Maar tegelijkertijd kon hij niet verbergen dat zijn lichaam iets anders wilde dan zijn hoofd. Zij merkte het ook. Haar aandacht gleed naar de duidelijk groeiende bobbel in zijn broek. Haar ondeugende glimlach werd breder, haar stem verleidelijker.
“Ah, kijk… dat is waarom ik je heb laten leven,” zei ze bijna bewonderend. “Bewijs dat ik de juiste keuze heb gemaakt. Bewijs dat jij de man bent die me aan kan.” Haar woorden fluisterden in zijn oor, terwijl ze op haar knieën zakte. Met haar heupen nog wiegend, haar rug kaarsrecht, keek ze omhoog naar hem—de blik in haar ogen een mengeling van spot en vurige lust.
Daniël bleef stokstijf staan, zijn keel droog, zijn gedachten een warboel. Hij kon haar nu pakken, haar boeien, haar meevoeren en eindelijk triomferen… Maar de belofte van haar handen op zijn lijf, haar mond, was onweerstaanbaar. Alsof ze zijn twijfels direct voelde, ging ze nog iets dichter naar hem toe. Haar vingers streken zachtjes over zijn knie en trokken langs zijn dij omhoog. Hij deed zijn mond open om iets te zeggen—een bevel, een protest, wat dan ook—maar er kwam geen geluid. Alleen een onwillekeurige grom die verried hoe zijn lichaam reageerde.
“Goed zo,” fluisterde ze, op een toon die klonk als een verleidster die een leerling aanmoedigde. “Laat me zien dat je superieur bent. Ik zal niet bijten… tenzij je dat wilt.” Haar laatste woorden trilden van onuitgesproken mogelijkheden, en Daniël besefte dat, hoewel hij de dolken niet meer zag, ze net zo dodelijk was zonder ze. Ze kon hem compleet breken met enkel haar zachte, bespelende aanraking.
En ondanks alles, wilde hij dat misschien wel.
Zijn knokkels werden wit om de kraag van zijn eigen shirt, waar zijn vingers zich in spanning in vastklampten. Het was alsof hij schipperde tussen twee werelden: de wereld van de rede, en de wereld van zijn diepste, donkerste verlangens. Haar warme adem, de uitdagende glans in haar ogen… Het was alsof ze hem niet alleen haar lichaam aanbood, maar hem ook voor een keuze stelde: wraak of lust? Rechtvaardigheid of overgave?
“Bewijs me dat ik er goed aan deed je te laten leven…” fluisterde ze ten slotte, met dat licht bevelende timbre in haar stem. En in datzelfde moment boog ze voorover, terwijl ze haar lippen naar de gesp van zijn riem bracht.
Of hij werkelijk superieur was, was nog maar de vraag. Maar in haar aanwezigheid was Daniël nu nog slechts één ding: een prooi voor haar onweerstaanbare spel.
-
Daniël’s hart bonsde in zijn keel terwijl hij haar woorden liet bezinken. Elke vezel in zijn lijf schreeuwde dat dit een slechte zet was—dat hij in haar val liep. Maar de hitte in zijn onderbuik won het van de rede. Haar tong gleed tergend traag over de bobbel in zijn broek, en een onvrijwillige kreun ontsnapte hem.
“Verdomme…” fluisterde hij, half tegen zichzelf, half naar de bloedelf die op haar knieën zat. Ze likte langs de gesp van zijn broek, haar handen op haar rug gevouwen alsof ze zich zomaar wilde laten boeien. In plaats daarvan was zij het die hém gevangenhield, met niets meer dan haar hete adem en haar dwingende blik.
Een fractie van een seconde bleef hij twijfelen, maar toen maakte hij toch zijn broek los. Zijn harde erectie sprong haastig naar voren en raakte haar kaaklijn—een onmiskenbaar teken van hoe ver ze hem al had gekregen. Ze grinnikte uitdagend, en opende lichtjes haar mond. Haar capuchon verschoof terwijl hij die met één ruk naar achteren trok. Haar goudblonde lokken vielen in zachte golven over haar schouders, en haar puntige oren wipten omhoog bij zijn aanraking.
Even bleef Daniël stokstijf staan en nam haar in zich op: de felgroene ogen die hem met een hongerige gloed aankeken, de zachte lippen die nu licht vochtig opengingen, de haast onschuldige manier waarop haar tong naar buiten gleed. “Kom maar dan,” leken haar ogen te zeggen, en hij liet zich erdoor meeslepen.
Voorzichtig legde hij het topje van zijn eikel op haar tong, die glinsterde van speeksel. Ze liet zich geen moment onbetuigd: met een begeerlijke kreun zoog ze hem plots naar binnen, zo warm en nat dat hij bijna zijn evenwicht verloor. Daniël ademde schokkerig in. Hij was zich pijnlijk bewust van haar vorige spel, van hoe ze hem al die tijd had vernederd, en toch—dit gevoel overheerste alles.
Hij duwde zich langzaam naar binnen, tot hij voelde hoe zijn eikel de achterkant van haar keel raakte. Haar ogen knepen kort samen en ze kokhalsde even, maar ze hield niet in. Integendeel, ze klauwde met haar vingers ongeduldig in de lucht, een zwijgende aansporing om door te gaan.
Daniël’s adem stokte, zijn lichaam gespannen als een snaar. Er ging een siddering door hem heen. Hij wist niet of hij hier controle had of juist door haar werd gecontroleerd. Met de bloedelf wist je nooit wie het spel leidde—maar in dit moment voelde hij zich onmiskenbaar in de wolken.
Beiden hielden niet op. Elke seconde die verstreek, leek de nacht duisterder en hun hartslagen luider, tot er niets anders meer was dan het ritme van hun hijgende ademhaling en de zinderende hitte tussen hen in. En heel even, in dat allesverterende verlangen, vergat Daniël alle wraak en vernedering, en liet hij zich volledig in haar verleidelijke schaduw trekken.
-
De bloedelf genoot van zijn kloppende erectie in haar mond, haar vingers strak om de schacht gewikkeld terwijl ze zijn warmte en omvang in zich opnam. Maar ondanks de speelse twinkeling in haar felgroene ogen was haar plan nog steeds hetzelfde: hem hierna omleggen. Daniël was te dichtbij gekomen. Te dichtbij haar naam, haar lichaam, haar wezen. En dat kon ze niet laten gebeuren.
Maar eerst…
Met een plotselinge vastberadenheid sloot ze haar lippen steviger om hem heen en begon haar bewegingen te versnellen. Haar tong gleed speels en lenig langs zijn schacht terwijl ze hem keer op keer diep nam. De kloppende hitte in haar mond vulde haar volledig, en ze voelde hem beven onder haar beheersing. Hij was van haar op dit moment. Ze liet haar wangen opbollen, alsof ze elk moment zijn einde kon uitlokken, en keek met diezelfde sluwe fonkeling naar de man boven haar.
De stumper.
Hij had zich zo gemakkelijk laten verleiden. Ze vroeg zich af of hij überhaupt besefte hoezeer hij in haar greep zat. Hij legde een hand op haar hoofd, een teken dat hij dacht enige controle te hebben, maar het was een illusie. Hij leidde haar niet. Nee, het was zíj die zijn genot dirigeerde. Elke beweging was nog steeds volledig in haar macht.
Dit gaf haar alleen maar meer speelruimte. Ze voerde de druk op, nam hem dieper, voelde hoe zijn eikel tegen haar zachte gehemelte drukte. Haar keel ontspande zich terwijl hij dieper naar binnen gleed. Ze wist hoe ze dit moest doen. Ze had grotere gehad, brutalere mannen die dachten dat ze haar konden domineren. Maar dit was anders. Deze menselijke pik stelde niet teleur. Zijn omvang vulde haar perfect, genoeg om haar te laten voelen dat ze met een echte man te maken had, maar niet zodanig dat hij haar volledig zou overheersen. Dat zou niemand ooit doen.
Nog even, dacht ze. Nog even en ze zou zijn zaad inslikken als haar trofee—de prijs voor haar overwinning. Dan zou ze hem alsnog laten zien wie de echte jager was.
Maar Daniël hield het langer vol dan ze had verwacht.
Keer op keer duwde zijn heupen iets verder naar voren, niet ruw of dwingend, maar vol van dat intense, onbewuste verlangen dat haar toch prikkelde. Ze hield van die spanning. Hoe lang zou hij dit kunnen volhouden voordat hij zich moest overgeven aan haar greep? Zijn ademhaling werd zwaarder, zijn lichaam gespannener. Ze voelde hoe zijn eikel pulseerde in haar mond, de onvermijdelijke climax opbouwend. En tóch hield hij zich vast—hij wilde haar geven wat ze vroeg, maar niet zomaar.
Dat wekte haar op. Ze had hem onderschat.
Zijn lichaam rilde uiteindelijk onder haar lippen, en ze wist dat hij er was. Haar keel vulde zich plotseling met een warme, zoute explosie, dik en rijk, een stortvloed waar ze zich bijna in verslikte. Haar ogen knepen kort samen terwijl ze slikte, haar tong nog zacht bewegend om hem uit te melken. Even hapte ze naar adem, een fractie van een seconde waarin ze lucht naar binnen moest trekken. Maar ze wist het—ze had gewonnen.
Zou hij doorhebben dat dit zijn laatste moment was?
Zijn gezicht sprak van pure overgave, een kort moment van kwetsbaarheid waarin hij volledig losliet. Precies wat ze wilde. De jager was nu de prooi, en hij had geen idee.
Nog even. Nog een paar seconden, en dan zou ze hem laten zien wie de echte macht had. Wie hier écht superieur was.
-
“Weer stel je niet teleur…” lispelde ze tegen hem, haar stem als een zijdezachte fluistering die zich om zijn gedachten wond. Haar vingers bleven losjes om zijn schacht gewikkeld, speels, bijna achteloos, terwijl haar duim een cirkel trok over de gevoelige huid net onder zijn eikel. Daniël's borst ging nog steeds onregelmatig op en neer, zijn lijf natrillend van de uitbarsting die hij zojuist in haar mond had achtergelaten. Maar ze was nog niet klaar met hem. Nee… ze stelde het moment nog even uit.
Haar plan stond vast: ze zou straks opstaan, haar dolken trekken en hem eindelijk de nek omdraaien. Hij was te dichtbij gekomen, had haar ware naam bijna te horen gekregen. En tóch… terwijl haar vingers traag over zijn natte, warme schacht gleden, voelde ze geen haast om zich los te maken. Zijn smaak zat nog in haar mond, een subtiele zoutige ondertoon vermengd met iets waar ze haar lippen van likte. Te goed. Het smaakte bijna te goed.
Ze boog zich weer voorover, haar lippen krullend in een ondeugende grijns. Nog één keer. Eén laatste keer. Haar tong gleed langs de onderkant van zijn schacht terwijl ze haar lippen om zijn eikel sloot, een langzame zuiging die hem deed zuchten. Hij was nog steeds gevoelig, zijn spieren nog strakgespannen, maar echt slap werd hij niet. Een fractie zachter, maar zeker niet kleiner.
"Ronde één," hoorde ze hem plots mompelen, zijn stem laag en ruw, alsof hij zichzelf amper geloofde.
Zijn hand gleed terug naar haar hoofd, maar dit keer was zijn grip steviger. Ze verstijfde even. Dit was… nieuw. Was hij van plan de leiding te nemen? De gedachte stuurde een plotselinge golf van sensatie door haar heen, een tinteling die zich diep in haar buik nestelde. Ze wilde lachen, hem bespotten zoals ze altijd deed. Maar haar mond was vol.
“Ik ga hier zeker van genieten…” sputterde hij, en even hapte ze naar adem, niet wetend of hij zichzelf probeerde te overtuigen, of haar.
"Welk gaatje wil je nu dan?" vroeg hij plots, zijn stem nu zelfverzekerder, bijna uitdagend.
Ze wilde reageren. Ze wilde een slimme opmerking maken, hem laten weten dat hij nog steeds haar marionet was. Maar ze kon niet. Zijn pik gleed nog steeds over haar tong, en terwijl hij zichzelf langzaam maar zeker opnieuw vulde met honger, voelde ze het gebeuren. Hij werd weer keihard.
De mysterieuze elf voelde een golf van opwinding door haar lijf razen, een golf die haar betrapt liet voelen. Dit had ze niet verwacht. Hij was een stumper geweest. Maar niet meer de stumper die hij toen was. Dit was anders. Hij nam het heft in handen. Hij stuurde haar. En dat… raakte haar op een manier die ze niet had voorzien.
Een siddering trok over haar rug, haar mond gevuld met zijn opnieuw zwellende warmte. Ze kreunde. Ongewild. Onvervalst. Een trillend geluid dat verried dat, heel even, ze niets te zeggen had.
En Daniël voelde het. Hij wist het.
En in die ene seconde had hij haar.
-
Met een onverwachte ruk duwde ze hem van zich af, haar borstkas heftig op en neer bewegend terwijl ze naar adem hapte. Daniël grijnsde, klaar om haar weer naar zich toe te trekken, maar voordat hij een vinger kon uitsteken, siste ze:
“Uitkleden.”
Haar toon was onverbiddelijk, alsof ze hem een bevel gaf. Maar haar ogen? Haar ogen straalden iets anders uit—pure, brandende opwinding.
Ze rees op van haar knieën met een elegantie die hem even stil deed vallen, en met één soepele beweging begon ze haar kleding af te werpen. Stuk voor stuk, zonder haast, zonder aarzeling. Haar mantel gleed van haar schouders, haar tuniek viel moeiteloos naar beneden, en in het vale maanlicht werd haar lichaam onthuld als een meesterwerk van soepelheid en kracht. Poedeltjenaakt stond ze daar, volledig vrij, volledig zelfverzekerd.
Daniël kon alleen maar staren. Wat een lichaam. Haar borsten waren klein maar perfect gevormd, stevig en sierlijk, haar buik strak en gespierd, haar heupen vloeiend en verleidelijk. Haar huid was glad, met een gouden gloed die het beetje maanlicht dat door de bomen viel opving als zijde. Ze had het lichaam van een roofdier, en hij voelde zich even een hert dat in haar val was gelopen.
Terwijl hij nog worstelde met zijn broek, had zij geen geduld meer. Ze duwde hem de tent in—een snelle, verrassende beweging die hem uit balans bracht. Hij struikelde achteruit en viel op haar matras, een eenvoudig maar verrassend comfortabel bed van dekens en zachte kleden. De geur van haar hing overal om hem heen—muskusachtig, vrouwelijk, intens.
Ze klom op hem, greep zijn shirt en scheurde het zonder enige moeite open, haar vingertoppen over zijn blote borstkas glijdend, bewonderend hoe zijn spieren zich onder haar aanraking aanspanden. Toen ging haar hand recht naar beneden en sloot zich om zijn nog steeds keiharde paal. Met een fluisterende kreun, alsof ze niet kon geloven hoe hij nog steeds zo groot en hard was, richtte ze haar heupen omhoog en gleed ze langzaam over hem heen.
Dit was haar moment. Dit was haar overwinning.
Of dat dacht ze toch.
Daniël voelde de hitte van haar strak om zich heen sluiten, zoveel strakker dan hij had verwacht. Ze was klein, slank, maar hij voelde hoe haar lichaam zich om hem heen spande, een perfecte omarming die hem bijna gek maakte. Ze hapte even naar adem, haar nagels krabden kort over zijn borst. Hij was groter dan ze had gedacht. Maar in plaats van zich terug te trekken, greed ze de uitdaging aan.
Haar lichaam zoog aan hem, haar warme natheid gleed soepel langs zijn lengte, steeds dieper, steeds verder. Ze moest even wennen aan zijn grootte, dat voelde hij aan haar trage bewegingen. Maar zodra haar lichaam zich had aangepast, ging ze los.
Ze begon te rijden.
Daniël's handen schoten instinctief naar haar heupen, zijn vingers grepen haar stevig vast terwijl ze zichzelf op en neer bewoog, haar ademhaling steeds zwaarder werd. Haar stevige, kleine borsten huppelden mee bij elke beweging die ze maakte, haar huid al licht glinsterend van het zweet. Ze hield haar rug recht, haar ogen strak op de zijne gericht, een duivelse grijns op haar lippen terwijl ze hem liet voelen hoe goed ze hem kon gebruiken.
Maar hij voelde meer dan alleen genot.
Was dit die wraak waar hij op had gewacht? Was dit de manier waarop hij zijn woede op haar moest koelen? Hij had nog steeds die vurige drang om haar te laten boeten. Om haar te laten voelen hoeveel macht ze over hem had gehad en hoezeer hij dat nu terug wilde nemen. Zijn paal was harder dan ooit, zijn lichaam klaar om haar net zo te bespelen als zij altijd met hem had gedaan.
Maar de controle lag nog steeds bij haar.
Of… dat dacht ze.
Het eerste teken van haar zwakte was de kreun die onverwachts uit haar keel ontsnapte—niet speels, niet geënsceneerd, maar echt. Haar lichaam gaf zich over voordat haar geest dat deed. Ze wilde hem overmeesteren, hem laten voelen dat hij haar bezit was. Maar haar eigen genot begon haar te verraden. Ze verloor zichzelf in het gevoel, in de intense dikte die haar vulde, in de warmte die steeds dieper in haar lichaam trok.
Daniël grijnsde. Zijn beurt.
Hij bewoog zijn heupen plotseling omhoog, zijn harde lengte diep in haar duwend zonder waarschuwing. Haar ogen sperden zich open, en voordat ze nog iets kon zeggen, kromde haar rug zich in extase. Haar handen vlogen naar zijn borstkas voor steun terwijl een rauwe, trillende gil uit haar mond ontsnapte.
Ze kwam.
Trillend, schokkend, gretig. Haar wangen rood, haar bovenlichaam glanzend van het zweet, haar kleine borsten wiegend op het ritme van haar intensieve orgasme. Ze had verloren. Haar lichaam had het eerder opgegeven dan haar geest.
Daniël voelde haar spieren samenknijpen om hem heen, een warme, pulserende greep die hem bijna liet gaan. Maar hij hield stand. Ze hijgde, haar hoofd even naar achteren geworpen, haar lichaam slap in de nasleep van haar orgasme. Maar hij liet haar niet gaan. Zijn handen hielden haar stevig op zijn paal, en hij bewoog haar heupen met zijn eigen grip.
Ze keek hem grijnzend aan. “Ronde twee was dit?” fluisterde hij, zijn stem een stuk zelfverzekerder dan tevoren. Ze had hem onderschat.
Haar ogen vernauwden zich speels, haar ademhaling nog steeds zwaar. “Pas maar op,” zuchtte ze. “Je weet niet waar je aan begint.”
Maar Daniël wist precies waar hij aan begon.
En deze keer zou híj de controle nemen.
-
Daniël greep haar heupen stevig vast en draaide haar om. Ze liet het gebeuren. Gewillig, verslagen, maar niet zonder verlangen. Haar borst en gezicht raakten het zachte matras, haar ademhaling diep en zwaar. Achter haar hief ze haar heupen omhoog, haar rug hol, haar strakke ronde billen uitnodigend in het zwakke licht van de tent. Ze wist wat hij van plan was. Ze wist wat hij wilde. En haar lichaam… wilde het ook.
Haar adem stokte toen ze met haar laatste kracht haar kontje nog iets hoger tilde, alsof ze hem uitdaagde, alsof ze de controle uit handen gaf, maar toch het ritme bepaalde.
Daniël, nog steeds met zijn broek om zijn enkels en zijn shirt gescheurd over zijn borstkas, knielde achter haar. Zijn handen gleden langs haar rug, haar huid licht glanzend van het zweet en de hitte van hun samenzijn. Zijn vingers dwaalden naar beneden, verkenden haar rondingen, voelden hoe haar huid tintelde onder zijn aanraking. Ze hapte naar adem toen hij haar precies daar vond—een plek die tot dan toe nog ongeclaimd was door hem, maar die zich nu gretig en kneedbaar voor hem opende.
Een zachte, langgerekte kreun ontsnapte haar lippen toen hij langzaam naar binnen gleed. Voorzichtig, maar diep. Ze voelde hoe hij haar vulde, hoe haar lichaam zich om hem heen spande, hoe hij haar volledig in bezit nam. Daniël verbeet een kreun terwijl hij haar heupen stevig vastgreep, haar warmte, haar strakheid, haar hele wezen voelde. Dit was anders. Intenser. Ze gaf zich aan hem over op een manier die ze waarschijnlijk met niemand anders had gedaan. Niet op deze manier.
En zij voelde het ook.
Haar lichaam trilde, haar ademhaling was zwaar en haperend, haar vingers grepen de dekens onder haar vast alsof ze zich ergens aan moest vastklampen. Ze werd volledig overspoeld. Daniël bewoog met langzame, diepe halen, liet haar lichaam zich volledig aanpassen, liet haar voelen dat dit hun moment was—niet zomaar een daad, maar een samensmelting.
Ze zakte langzaam met haar borst plat op het matras, haar lichaam volledig ontspannend in zijn greep. Hij volgde haar beweging en kwam over haar heen, zijn borstkas tegen haar rug, zijn ademhaling zwaar in haar oor. Zijn hand gleed onder haar buik, trok haar iets omhoog, hield haar dicht tegen zich aan. Zijn aanraking had iets teder, iets beschermends.
Daniël keek naar haar. Ze zag er zo anders uit nu. Haar gebruikelijke speelse spot was verdwenen. Haar gezicht ontspande zich volledig. Haar ogen gesloten, haar lippen iets geopend. Kwetsbaar. Af en toe keek ze om, haar felgroene ogen dof van extase, haar pupillen verwijd door de golven van genot die door haar lijf trokken.
En toen gebeurde het.
“Daniël…” fluisterde ze, haar stem amper hoorbaar, alsof het haar ontsnapte zonder dat ze het wilde.
Zijn hart stond even stil. De manier waarop ze zijn naam uitsprak, klonk alsof ze iets anders bedoelde. Iets diepers. Iets… wat hij niet had verwacht.
Hij wilde iets zeggen, haar naam noemen, haar werkelijk bij zich trekken. Maar hij kende haar echte naam niet. Alleen de naam die ze haar hadden gegeven.
Net op dat moment, net toen hij zijn lippen opende om iets te zeggen, om haar nog dichter tegen zich aan te houden, keek ze hem aan.
“Elynn…” kreunde ze, haar stem zo zacht, zo breekbaar, alsof ze het tegen zichzelf zei.
Zijn ogen werden groot. Dit was geen spel meer.
Haar naam… ze had hem haar naam gegeven.
Het besef schoot door zijn lijf als een elektrische schok. De Nachtzeis, de beruchte moordenares, de vrouw die hem had vernederd, had met niemand haar naam gedeeld. Maar nu had ze hem zelf gegeven, zonder dat hij erom vroeg. Dit betekende iets.
Hij bleef haar aankijken, vol verwondering, vol intensiteit, vol iets wat hij nog niet helemaal kon begrijpen. Maar het was Elynn die als eerste brak. Haar lichaam trilde. Haar adem stokte. Een schokgolf van genot trok door haar heen, haar spieren spanden zich om hem heen terwijl haar rug zich holde, haar borstkas diep op en neer ging.
Daniël voelde het. Haar warmte, haar pulserende lijf, de ongecontroleerde kreunen die uit haar mond ontsnapten terwijl ze tot haar hoogtepunt werd gedreven. En terwijl zij zich overgaf, trok zijn hele lichaam zich samen, zijn hartslag donderend in zijn borstkas, zijn laatste diepe stoten hun ritme samenbrengend tot een explosie van pure extase.
“Elynn…” kreunde hij uiteindelijk, haar naam voor de eerste keer uitsprekend, en het voelde bijna liefdevol.
Zijn lichaam stortte zich over het hare, zijn hart bonsde in hetzelfde ritme als het hare, en voor het eerst, in al die verwarring, in al die woede en opwinding, in al die machtsstrijd… voelde hij dat ze hem had toegelaten tot iets wat niemand anders ooit had bereikt.
En Elynn wist dat ook.
Wat dat betekende?
Daar zouden ze later pas over nadenken.
-
Zuchtend en dromerig lagen ze daar, hun lichamen nog warm en plakkerig van hun samensmelting, hun ademhaling langzaam terugkerend naar een kalm ritme. Geen woorden werden gesproken. Alles was gezegd zonder geluid. Daniël’s hand lag losjes op Elynn’s taille, haar vingertoppen tekenden vage patronen op zijn borst. Leeg. Voldaan. Even bestond er niets anders dan dit moment.
Elynn draaide haar hoofd en keek hem aan. Niet met de spot die hij gewend was, niet met de uitdaging in haar blik, maar met iets anders. Iets zachters. Iets wat niet paste bij de Nachtzeis.
Ze duwde zichzelf langzaam omhoog en wenkte hem, een subtiele uitnodiging. Daniël volgde zonder te vragen, alsof zijn lichaam vanzelf wist wat hij moest doen. Samen stapten ze uit de tent, hun naakte huid gekoeld door de nachtbries. De beek, die zacht kabbelde in het maanlicht, glinsterde als zilver. Elynn stapte er moeiteloos in en waste zichzelf met een elegantie die haar bijna onwerkelijk maakte. Daniël keek toe, zijn blik over haar perfecte vormen glijdend, hoe haar goudblonde lokken nat over haar rug plakten, hoe haar slanke handen over haar lichaam gleden, zonder haast, zonder schaamte.
Toen draaide ze zich naar hem toe. Hun blikken ontmoetten elkaar.
Zonder woorden liep hij het water in en waste zichzelf naast haar. Hun ogen bleven verbonden, liefdevol bijna, maar hun monden zwegen. Want hoe kon je uitspreken wat net was gebeurd? Hoe kon je verklaren wat dit betekende?
Langzaam kwam het besef terug.
Daniël had haar gezocht. Maar niet voor dit. Of wel?
Elynn had hem willen doden. Maar nu had ze hem haar naam gegeven.
Had ze gefaald? Moest ze het alsnog doen?
Ze keken elkaar nog steeds aan, beiden verward, beiden gevangen in iets wat buiten hun controle lag. Elynn haalde diep adem, greep toen zijn hand en trok hem zonder te aarzelen mee terug naar de tent.
Geen woorden. Alleen instinct.
Binnen blies ze het laatste licht van de olielamp uit, en samen kropen ze onder de dekens, hun lichamen automatisch tegen elkaar aan. De warmte tussen hen verdween niet, zelfs niet toen hun ademhaling rustiger werd. Daniël kon de slaap niet vatten, zijn hoofd nog gevuld met te veel gedachten, te veel vragen. Maar uiteindelijk dommelde hij weg, zijn hand nog altijd rustend op de vrouw die hij had moeten haten.
Hier had de Nachtzeis op gewacht.
De schaduwen bewogen subtiel in het tentdoek, en ergens in de nacht begon Elynn te glimlachen.
Daniël ontwaakte met een plotselinge ruk. Zijn spieren protesteerden toen hij zich wilde bewegen, maar zijn armen bleven op hun plek. Vastgebonden. Zijn polsen strak gebonden boven zijn hoofd aan een van de dikke takken die als tentstok fungeerden.
Paniek.
Zijn ogen schoten door de tent. Leeg. Hij was alleen.
Buiten hoorde hij zacht geschuifel. Zijn ademhaling versnelde. Dit was fout. Hij opende zijn mond en fluisterde schor: “Elynn…?”
Een seconde was er niets. Toen verscheen ze in de opening van de tent, haar lange haar losjes om haar gezicht vallend, haar slanke gestalte elegant in het vale ochtendlicht. En ze grijnsde.
Niet de Elynn die hij die nacht had vastgehouden. Niet de vrouw die haar naam had gefluisterd in extase.
De Nachtzeis.
Ze had haar rol weer aangenomen.
Ze leunde met haar schouder tegen het tentdoek en keek hem geamuseerd aan, haar ogen speels, haar glimlach gevaarlijk. “Dat had ik je niet moeten zeggen,” fluisterde ze, haar stem nu weer doordrenkt met spot.
Daniël slikte. Ze was weer de oude. De moordenaar. De sluwe verleidster die nooit echt de controle had opgegeven.
“Maar je leeft nog,” vervolgde ze achteloos, alsof het de normaalste zaak van de wereld was. “Dus wees blij.”
Daniël trok even aan de touwen om zijn polsen, zijn spieren spanden zich, maar hij zat muurvast. Elynn’s grijns werd breder terwijl ze haar blik over hem liet dwalen, alsof ze een meesterwerk had gecreëerd. Haar werk. Haar prooi.
Ze draaide zich langzaam om, alsof ze alle tijd van de wereld had. “Dat kan zodadelijk niet iedereen meer zeggen…” fluisterde ze, haar stem zo gevaarlijk als een mes aan de keel.
Ze verdween uit het tentdoek.
“Elynn!” riep hij haar na, zijn stem wanhopiger dan hij wilde toegeven.
Maar het enige wat hij hoorde, was haar stem die afzwakte terwijl ze zich in de schaduwen mengde:
“Stil… anders horen de wolven je nog…”
Daniël bleef achter. Naakt. Machteloos. Overgeleverd aan het bloedmooie, gevaarlijke elvenmeisje dat hem had gevangen in haar web.
Misschien was dat nog niet eens zo erg…
-
Bij de brug hing een schemerige lantaarn, en in dat zwakke licht hing een pamflet: een "Gezocht"-poster. De mysterieuze elf bleef staan, haar lippen krulden in een vage glimlach. Op de poster stond een beloning uit voor iemand die onder de naam "De Nachtzeis" bekendstond—een moordenaar die onlangs in Goudgouw had toegeslagen en maar één getuige, een “stumper”, in leven had gelaten. Een geamuseerd gegrom ontsnapte uit haar keel toen ze het plaatje van die “stumper” zag. “Dat was hij zeker,” fluisterde ze met een zwoele ondertoon. “Maar wel met een lekkere pik…”
Ze griste de poster los van het hout, zodat ze het van dichterbij kon bekijken. Een duistere, sinistere tekening toonde een figuur met puntige oren onder een diepzwarte capuchon, het gezicht niet meer dan een onheilspellende vlek met twee dreigend gloeiende ogen. Haar ogen. Ze dus. Maar wat wisten ze nou helemaal? Slechts dat ze een bloedelf was—en dan nog zonder enige details. Geen echte naam, geen precieze beschrijving van haar gezicht. Alleen angstaanjagende geruchten over haar dodelijke vaardigheden. Ze liet haar vingers over de grove inkt glijden, een bijna tedere streling over de afdruk die men van haar gemaakt had. Geen mens die haar écht te pakken zou krijgen, dacht ze met een spottende glimlach. Zeker niet na deze nacht. Ze nam het pamflet mee, als aandenken aan de zoveelste mislukte poging om haar te vangen.
Met een soepele beweging draaide ze zich om, haar lange mantel zwiepte mee in de nachtelijke wind. In de verte klonk het holle gegrom van een Murloc die zich te goed deed aan wat er over was van de wachters. “Niemand zal me ooit vinden,” sprak ze gedempt, bijna bezwerend tegen de duisternis. Haar ogen gloeiden triomfantelijk. “En al helemaal niet pakken.”
-
Die nacht, onder de verborgen maan en tussen de glooiende heuvels, liep de bloedelf terug naar haar bescheiden kamp: een klein, haast onopvallend tentje aan de oever van een beekje. De krekels tjirpten zachtjes, een achtergrondkoor van de nacht. Ze wilde net de tent binnenstappen toen ze een sluipende schaduw opmerkte. Iemand doorzocht haar schamele bezittingen met nerveuze, haast paniekerige bewegingen. Haar hart bonkte niet eens sneller; ze kende dit spel te goed. Met een grimas trok ze haar dolken—twee dodelijke messen die aanvoelden als verlengstukken van haar handen.
Onhoorbaar sloop ze dichterbij. Nog een fractie van een tel en zijn keel zou opengesneden zijn, zonder een schreeuw. Maar toen… herkende ze hem. De “stumper” uit Goudgouw. Daniël, zoals ze had vernomen. Even gleed haar blik over hem: onverzorgd, vol frustratie, duidelijk op jacht. Op háár jacht, besefte ze met een grijns. In een flits liet ze haar dolken verdwijnen en trad uit de schaduwen.
“Wie is ze?” fluisterde hij, terwijl hij duidelijk naar sporen van haar identiteit zocht.
“Ze noemen me de Nachtzeis,” kwam haar fluisterende antwoord, veel dichterbij dan hij verwachtte. Daniël verstijfde. Toen hij zich omdraaide, stond ze opeens vóór hem, dicht genoeg om zijn ademhaling te voelen. Zijn ogen werden groot van schrik. “De meest gevreesde Schaduwdanser van de Horde,” vervolgde ze, haar stem doordrenkt met spot.
Daniël slikte, half verstijfd van angst én iets anders—een opborrelende opwinding misschien. Ze trok een wenkbrauw op en hief haar kin in een uitdagende houding. “En jij? Daniël, de stumper? De gezochte van je eigen volk? Nu je me hebt gevonden, denk je dat je de held zult zijn?” Haar glimlach werd breder, als een kat die met haar prooi speelt. De nacht kon zomaar in zijn voordeel uitpakken, of zijn doodvonnis betekenen—maar dat had hij zelf nog niet door.
-
Daniël bleef als aan de grond genageld staan. Zijn hart bonsde in zijn borstkas, niet alleen van adrenaline en angst, maar ook van een rauwe, ongekende opwinding. De bloedelf—de Nachtzeis—stond daar, zo dichtbij dat hij haar adem kon voelen. Haar puntige oren en felgroene ogen gaven haar iets ongrijpbaars, haast bovennatuurlijks. Toch kwam ze hem uiterst verleidelijk voor; haar lippen gekruld in een speelse glimlach. Ze stapte achteruit, alsof ze hem uitnodigde om haar in ogenschouw te nemen, van de top van haar sluike haren tot de laarzen die haar lenige benen omhulden.
“Je hebt me,” zei ze met pretlichtjes in haar ogen. “Dat is… indrukwekkend. Ik vond je al zo…” Ze liet haar blik even naar zijn onderlichaam glijden. “Indrukwekkend. Wat een pik heb jij.” Haar stem klonk alsof ze hem een duister compliment gaf, eentje dat hij niet had zien aankomen. Hij slikte, compleet overvallen. Nog nooit had iemand hem zo openlijk geobserveerd—en al helemaal niet een bloedelf die hij hoorde te haten.
“Sla je me niet in de boeien?” vervolgde ze, met een knipoog die hem van zijn stuk bracht. Haar toon was zó speels dat hij amper wist of ze serieus was of hem alleen maar uitdaagde.
“Wie ben jij? Wat… Wat doe je hier nog? En… Waarom liet je me leven?” hij hoorde zelf hoe bibberig zijn stem klonk, en hij vervloekte zichzelf daarvoor.
Haar blik veranderde een fractie. Ze scheen een moment weg te dromen, alsof ze zich iets herinnerde. “Dat heb je verdiend,” zei ze met een vage grijns. “Wat een nacht was dat, nietwaar?” Haar glimlach werd breder, gemener misschien. “Je eerste keer, weet je nog? En je enige, durf ik te wedden. Of… heb je sindsdien stiekem nog iemand kunnen plezieren?” Ze legde een nadruk op haar laatste woorden, duidelijk genietend van zijn ongemak. “Vertel eens, Daniël,” zei ze zacht, zijn naam uitsprekend alsof ze er zelf van genoot, “wat heb je allemaal uitgevoerd, sinds je door mij werd achtergelaten?”
Hij voelde zich opnieuw die onzekere jongen in haar aanwezigheid. Alsof hij elk moment weer de controle zou verliezen. Alsof ze hem net zo makkelijk kon breken als die nacht.
En toch… hij had haar nu in zijn kamp. Als hij haar zou grijpen, kon hij misschien eindelijk wraak nemen. Of haar uitleveren. Of… of…
Ze leek zijn gedachten te raden. “Maar nu heb je me, nietwaar? Wat ga je doen? Ga je me meteen uitleveren aan wie dan ook die een prijs op mijn hoofd heeft gezet?” Haar ogen dwaalden naar zijn onderlichaam, dat verraderlijk begon te reageren op haar woorden. “Of… geniet je eerst nog even van je buit?” Haar stem werd zachter, zwoeler. “Is dat niet de reden dat je me nog in leven laat? Gun me nog één pleziertje voordat ik sterf… of voordat ik jou laat sterven.” Er klonk een donker glimlachje in haar stem door. “Geef mijn gaatjes nog één goede beurt,” ging ze zachter verder, hem inschattend, prikkend, uitlokkend. “Ik smeek het je. Ik ben ten slotte maar een bloedelf die binnenkort geëxecuteerd wordt. Of niet?”
Daniël voelde hoe zijn hart weer sneller bonsde, zijn ademhaling versnelde. Hij háátte het dat ze zoveel macht over hem had. Maar tegelijkertijd kon hij niet verbergen dat zijn lichaam iets anders wilde dan zijn hoofd. Zij merkte het ook. Haar aandacht gleed naar de duidelijk groeiende bobbel in zijn broek. Haar ondeugende glimlach werd breder, haar stem verleidelijker.
“Ah, kijk… dat is waarom ik je heb laten leven,” zei ze bijna bewonderend. “Bewijs dat ik de juiste keuze heb gemaakt. Bewijs dat jij de man bent die me aan kan.” Haar woorden fluisterden in zijn oor, terwijl ze op haar knieën zakte. Met haar heupen nog wiegend, haar rug kaarsrecht, keek ze omhoog naar hem—de blik in haar ogen een mengeling van spot en vurige lust.
Daniël bleef stokstijf staan, zijn keel droog, zijn gedachten een warboel. Hij kon haar nu pakken, haar boeien, haar meevoeren en eindelijk triomferen… Maar de belofte van haar handen op zijn lijf, haar mond, was onweerstaanbaar. Alsof ze zijn twijfels direct voelde, ging ze nog iets dichter naar hem toe. Haar vingers streken zachtjes over zijn knie en trokken langs zijn dij omhoog. Hij deed zijn mond open om iets te zeggen—een bevel, een protest, wat dan ook—maar er kwam geen geluid. Alleen een onwillekeurige grom die verried hoe zijn lichaam reageerde.
“Goed zo,” fluisterde ze, op een toon die klonk als een verleidster die een leerling aanmoedigde. “Laat me zien dat je superieur bent. Ik zal niet bijten… tenzij je dat wilt.” Haar laatste woorden trilden van onuitgesproken mogelijkheden, en Daniël besefte dat, hoewel hij de dolken niet meer zag, ze net zo dodelijk was zonder ze. Ze kon hem compleet breken met enkel haar zachte, bespelende aanraking.
En ondanks alles, wilde hij dat misschien wel.
Zijn knokkels werden wit om de kraag van zijn eigen shirt, waar zijn vingers zich in spanning in vastklampten. Het was alsof hij schipperde tussen twee werelden: de wereld van de rede, en de wereld van zijn diepste, donkerste verlangens. Haar warme adem, de uitdagende glans in haar ogen… Het was alsof ze hem niet alleen haar lichaam aanbood, maar hem ook voor een keuze stelde: wraak of lust? Rechtvaardigheid of overgave?
“Bewijs me dat ik er goed aan deed je te laten leven…” fluisterde ze ten slotte, met dat licht bevelende timbre in haar stem. En in datzelfde moment boog ze voorover, terwijl ze haar lippen naar de gesp van zijn riem bracht.
Of hij werkelijk superieur was, was nog maar de vraag. Maar in haar aanwezigheid was Daniël nu nog slechts één ding: een prooi voor haar onweerstaanbare spel.
-
Daniël’s hart bonsde in zijn keel terwijl hij haar woorden liet bezinken. Elke vezel in zijn lijf schreeuwde dat dit een slechte zet was—dat hij in haar val liep. Maar de hitte in zijn onderbuik won het van de rede. Haar tong gleed tergend traag over de bobbel in zijn broek, en een onvrijwillige kreun ontsnapte hem.
“Verdomme…” fluisterde hij, half tegen zichzelf, half naar de bloedelf die op haar knieën zat. Ze likte langs de gesp van zijn broek, haar handen op haar rug gevouwen alsof ze zich zomaar wilde laten boeien. In plaats daarvan was zij het die hém gevangenhield, met niets meer dan haar hete adem en haar dwingende blik.
Een fractie van een seconde bleef hij twijfelen, maar toen maakte hij toch zijn broek los. Zijn harde erectie sprong haastig naar voren en raakte haar kaaklijn—een onmiskenbaar teken van hoe ver ze hem al had gekregen. Ze grinnikte uitdagend, en opende lichtjes haar mond. Haar capuchon verschoof terwijl hij die met één ruk naar achteren trok. Haar goudblonde lokken vielen in zachte golven over haar schouders, en haar puntige oren wipten omhoog bij zijn aanraking.
Even bleef Daniël stokstijf staan en nam haar in zich op: de felgroene ogen die hem met een hongerige gloed aankeken, de zachte lippen die nu licht vochtig opengingen, de haast onschuldige manier waarop haar tong naar buiten gleed. “Kom maar dan,” leken haar ogen te zeggen, en hij liet zich erdoor meeslepen.
Voorzichtig legde hij het topje van zijn eikel op haar tong, die glinsterde van speeksel. Ze liet zich geen moment onbetuigd: met een begeerlijke kreun zoog ze hem plots naar binnen, zo warm en nat dat hij bijna zijn evenwicht verloor. Daniël ademde schokkerig in. Hij was zich pijnlijk bewust van haar vorige spel, van hoe ze hem al die tijd had vernederd, en toch—dit gevoel overheerste alles.
Hij duwde zich langzaam naar binnen, tot hij voelde hoe zijn eikel de achterkant van haar keel raakte. Haar ogen knepen kort samen en ze kokhalsde even, maar ze hield niet in. Integendeel, ze klauwde met haar vingers ongeduldig in de lucht, een zwijgende aansporing om door te gaan.
Daniël’s adem stokte, zijn lichaam gespannen als een snaar. Er ging een siddering door hem heen. Hij wist niet of hij hier controle had of juist door haar werd gecontroleerd. Met de bloedelf wist je nooit wie het spel leidde—maar in dit moment voelde hij zich onmiskenbaar in de wolken.
Beiden hielden niet op. Elke seconde die verstreek, leek de nacht duisterder en hun hartslagen luider, tot er niets anders meer was dan het ritme van hun hijgende ademhaling en de zinderende hitte tussen hen in. En heel even, in dat allesverterende verlangen, vergat Daniël alle wraak en vernedering, en liet hij zich volledig in haar verleidelijke schaduw trekken.
-
De bloedelf genoot van zijn kloppende erectie in haar mond, haar vingers strak om de schacht gewikkeld terwijl ze zijn warmte en omvang in zich opnam. Maar ondanks de speelse twinkeling in haar felgroene ogen was haar plan nog steeds hetzelfde: hem hierna omleggen. Daniël was te dichtbij gekomen. Te dichtbij haar naam, haar lichaam, haar wezen. En dat kon ze niet laten gebeuren.
Maar eerst…
Met een plotselinge vastberadenheid sloot ze haar lippen steviger om hem heen en begon haar bewegingen te versnellen. Haar tong gleed speels en lenig langs zijn schacht terwijl ze hem keer op keer diep nam. De kloppende hitte in haar mond vulde haar volledig, en ze voelde hem beven onder haar beheersing. Hij was van haar op dit moment. Ze liet haar wangen opbollen, alsof ze elk moment zijn einde kon uitlokken, en keek met diezelfde sluwe fonkeling naar de man boven haar.
De stumper.
Hij had zich zo gemakkelijk laten verleiden. Ze vroeg zich af of hij überhaupt besefte hoezeer hij in haar greep zat. Hij legde een hand op haar hoofd, een teken dat hij dacht enige controle te hebben, maar het was een illusie. Hij leidde haar niet. Nee, het was zíj die zijn genot dirigeerde. Elke beweging was nog steeds volledig in haar macht.
Dit gaf haar alleen maar meer speelruimte. Ze voerde de druk op, nam hem dieper, voelde hoe zijn eikel tegen haar zachte gehemelte drukte. Haar keel ontspande zich terwijl hij dieper naar binnen gleed. Ze wist hoe ze dit moest doen. Ze had grotere gehad, brutalere mannen die dachten dat ze haar konden domineren. Maar dit was anders. Deze menselijke pik stelde niet teleur. Zijn omvang vulde haar perfect, genoeg om haar te laten voelen dat ze met een echte man te maken had, maar niet zodanig dat hij haar volledig zou overheersen. Dat zou niemand ooit doen.
Nog even, dacht ze. Nog even en ze zou zijn zaad inslikken als haar trofee—de prijs voor haar overwinning. Dan zou ze hem alsnog laten zien wie de echte jager was.
Maar Daniël hield het langer vol dan ze had verwacht.
Keer op keer duwde zijn heupen iets verder naar voren, niet ruw of dwingend, maar vol van dat intense, onbewuste verlangen dat haar toch prikkelde. Ze hield van die spanning. Hoe lang zou hij dit kunnen volhouden voordat hij zich moest overgeven aan haar greep? Zijn ademhaling werd zwaarder, zijn lichaam gespannener. Ze voelde hoe zijn eikel pulseerde in haar mond, de onvermijdelijke climax opbouwend. En tóch hield hij zich vast—hij wilde haar geven wat ze vroeg, maar niet zomaar.
Dat wekte haar op. Ze had hem onderschat.
Zijn lichaam rilde uiteindelijk onder haar lippen, en ze wist dat hij er was. Haar keel vulde zich plotseling met een warme, zoute explosie, dik en rijk, een stortvloed waar ze zich bijna in verslikte. Haar ogen knepen kort samen terwijl ze slikte, haar tong nog zacht bewegend om hem uit te melken. Even hapte ze naar adem, een fractie van een seconde waarin ze lucht naar binnen moest trekken. Maar ze wist het—ze had gewonnen.
Zou hij doorhebben dat dit zijn laatste moment was?
Zijn gezicht sprak van pure overgave, een kort moment van kwetsbaarheid waarin hij volledig losliet. Precies wat ze wilde. De jager was nu de prooi, en hij had geen idee.
Nog even. Nog een paar seconden, en dan zou ze hem laten zien wie de echte macht had. Wie hier écht superieur was.
-
“Weer stel je niet teleur…” lispelde ze tegen hem, haar stem als een zijdezachte fluistering die zich om zijn gedachten wond. Haar vingers bleven losjes om zijn schacht gewikkeld, speels, bijna achteloos, terwijl haar duim een cirkel trok over de gevoelige huid net onder zijn eikel. Daniël's borst ging nog steeds onregelmatig op en neer, zijn lijf natrillend van de uitbarsting die hij zojuist in haar mond had achtergelaten. Maar ze was nog niet klaar met hem. Nee… ze stelde het moment nog even uit.
Haar plan stond vast: ze zou straks opstaan, haar dolken trekken en hem eindelijk de nek omdraaien. Hij was te dichtbij gekomen, had haar ware naam bijna te horen gekregen. En tóch… terwijl haar vingers traag over zijn natte, warme schacht gleden, voelde ze geen haast om zich los te maken. Zijn smaak zat nog in haar mond, een subtiele zoutige ondertoon vermengd met iets waar ze haar lippen van likte. Te goed. Het smaakte bijna te goed.
Ze boog zich weer voorover, haar lippen krullend in een ondeugende grijns. Nog één keer. Eén laatste keer. Haar tong gleed langs de onderkant van zijn schacht terwijl ze haar lippen om zijn eikel sloot, een langzame zuiging die hem deed zuchten. Hij was nog steeds gevoelig, zijn spieren nog strakgespannen, maar echt slap werd hij niet. Een fractie zachter, maar zeker niet kleiner.
"Ronde één," hoorde ze hem plots mompelen, zijn stem laag en ruw, alsof hij zichzelf amper geloofde.
Zijn hand gleed terug naar haar hoofd, maar dit keer was zijn grip steviger. Ze verstijfde even. Dit was… nieuw. Was hij van plan de leiding te nemen? De gedachte stuurde een plotselinge golf van sensatie door haar heen, een tinteling die zich diep in haar buik nestelde. Ze wilde lachen, hem bespotten zoals ze altijd deed. Maar haar mond was vol.
“Ik ga hier zeker van genieten…” sputterde hij, en even hapte ze naar adem, niet wetend of hij zichzelf probeerde te overtuigen, of haar.
"Welk gaatje wil je nu dan?" vroeg hij plots, zijn stem nu zelfverzekerder, bijna uitdagend.
Ze wilde reageren. Ze wilde een slimme opmerking maken, hem laten weten dat hij nog steeds haar marionet was. Maar ze kon niet. Zijn pik gleed nog steeds over haar tong, en terwijl hij zichzelf langzaam maar zeker opnieuw vulde met honger, voelde ze het gebeuren. Hij werd weer keihard.
De mysterieuze elf voelde een golf van opwinding door haar lijf razen, een golf die haar betrapt liet voelen. Dit had ze niet verwacht. Hij was een stumper geweest. Maar niet meer de stumper die hij toen was. Dit was anders. Hij nam het heft in handen. Hij stuurde haar. En dat… raakte haar op een manier die ze niet had voorzien.
Een siddering trok over haar rug, haar mond gevuld met zijn opnieuw zwellende warmte. Ze kreunde. Ongewild. Onvervalst. Een trillend geluid dat verried dat, heel even, ze niets te zeggen had.
En Daniël voelde het. Hij wist het.
En in die ene seconde had hij haar.
-
Met een onverwachte ruk duwde ze hem van zich af, haar borstkas heftig op en neer bewegend terwijl ze naar adem hapte. Daniël grijnsde, klaar om haar weer naar zich toe te trekken, maar voordat hij een vinger kon uitsteken, siste ze:
“Uitkleden.”
Haar toon was onverbiddelijk, alsof ze hem een bevel gaf. Maar haar ogen? Haar ogen straalden iets anders uit—pure, brandende opwinding.
Ze rees op van haar knieën met een elegantie die hem even stil deed vallen, en met één soepele beweging begon ze haar kleding af te werpen. Stuk voor stuk, zonder haast, zonder aarzeling. Haar mantel gleed van haar schouders, haar tuniek viel moeiteloos naar beneden, en in het vale maanlicht werd haar lichaam onthuld als een meesterwerk van soepelheid en kracht. Poedeltjenaakt stond ze daar, volledig vrij, volledig zelfverzekerd.
Daniël kon alleen maar staren. Wat een lichaam. Haar borsten waren klein maar perfect gevormd, stevig en sierlijk, haar buik strak en gespierd, haar heupen vloeiend en verleidelijk. Haar huid was glad, met een gouden gloed die het beetje maanlicht dat door de bomen viel opving als zijde. Ze had het lichaam van een roofdier, en hij voelde zich even een hert dat in haar val was gelopen.
Terwijl hij nog worstelde met zijn broek, had zij geen geduld meer. Ze duwde hem de tent in—een snelle, verrassende beweging die hem uit balans bracht. Hij struikelde achteruit en viel op haar matras, een eenvoudig maar verrassend comfortabel bed van dekens en zachte kleden. De geur van haar hing overal om hem heen—muskusachtig, vrouwelijk, intens.
Ze klom op hem, greep zijn shirt en scheurde het zonder enige moeite open, haar vingertoppen over zijn blote borstkas glijdend, bewonderend hoe zijn spieren zich onder haar aanraking aanspanden. Toen ging haar hand recht naar beneden en sloot zich om zijn nog steeds keiharde paal. Met een fluisterende kreun, alsof ze niet kon geloven hoe hij nog steeds zo groot en hard was, richtte ze haar heupen omhoog en gleed ze langzaam over hem heen.
Dit was haar moment. Dit was haar overwinning.
Of dat dacht ze toch.
Daniël voelde de hitte van haar strak om zich heen sluiten, zoveel strakker dan hij had verwacht. Ze was klein, slank, maar hij voelde hoe haar lichaam zich om hem heen spande, een perfecte omarming die hem bijna gek maakte. Ze hapte even naar adem, haar nagels krabden kort over zijn borst. Hij was groter dan ze had gedacht. Maar in plaats van zich terug te trekken, greed ze de uitdaging aan.
Haar lichaam zoog aan hem, haar warme natheid gleed soepel langs zijn lengte, steeds dieper, steeds verder. Ze moest even wennen aan zijn grootte, dat voelde hij aan haar trage bewegingen. Maar zodra haar lichaam zich had aangepast, ging ze los.
Ze begon te rijden.
Daniël's handen schoten instinctief naar haar heupen, zijn vingers grepen haar stevig vast terwijl ze zichzelf op en neer bewoog, haar ademhaling steeds zwaarder werd. Haar stevige, kleine borsten huppelden mee bij elke beweging die ze maakte, haar huid al licht glinsterend van het zweet. Ze hield haar rug recht, haar ogen strak op de zijne gericht, een duivelse grijns op haar lippen terwijl ze hem liet voelen hoe goed ze hem kon gebruiken.
Maar hij voelde meer dan alleen genot.
Was dit die wraak waar hij op had gewacht? Was dit de manier waarop hij zijn woede op haar moest koelen? Hij had nog steeds die vurige drang om haar te laten boeten. Om haar te laten voelen hoeveel macht ze over hem had gehad en hoezeer hij dat nu terug wilde nemen. Zijn paal was harder dan ooit, zijn lichaam klaar om haar net zo te bespelen als zij altijd met hem had gedaan.
Maar de controle lag nog steeds bij haar.
Of… dat dacht ze.
Het eerste teken van haar zwakte was de kreun die onverwachts uit haar keel ontsnapte—niet speels, niet geënsceneerd, maar echt. Haar lichaam gaf zich over voordat haar geest dat deed. Ze wilde hem overmeesteren, hem laten voelen dat hij haar bezit was. Maar haar eigen genot begon haar te verraden. Ze verloor zichzelf in het gevoel, in de intense dikte die haar vulde, in de warmte die steeds dieper in haar lichaam trok.
Daniël grijnsde. Zijn beurt.
Hij bewoog zijn heupen plotseling omhoog, zijn harde lengte diep in haar duwend zonder waarschuwing. Haar ogen sperden zich open, en voordat ze nog iets kon zeggen, kromde haar rug zich in extase. Haar handen vlogen naar zijn borstkas voor steun terwijl een rauwe, trillende gil uit haar mond ontsnapte.
Ze kwam.
Trillend, schokkend, gretig. Haar wangen rood, haar bovenlichaam glanzend van het zweet, haar kleine borsten wiegend op het ritme van haar intensieve orgasme. Ze had verloren. Haar lichaam had het eerder opgegeven dan haar geest.
Daniël voelde haar spieren samenknijpen om hem heen, een warme, pulserende greep die hem bijna liet gaan. Maar hij hield stand. Ze hijgde, haar hoofd even naar achteren geworpen, haar lichaam slap in de nasleep van haar orgasme. Maar hij liet haar niet gaan. Zijn handen hielden haar stevig op zijn paal, en hij bewoog haar heupen met zijn eigen grip.
Ze keek hem grijnzend aan. “Ronde twee was dit?” fluisterde hij, zijn stem een stuk zelfverzekerder dan tevoren. Ze had hem onderschat.
Haar ogen vernauwden zich speels, haar ademhaling nog steeds zwaar. “Pas maar op,” zuchtte ze. “Je weet niet waar je aan begint.”
Maar Daniël wist precies waar hij aan begon.
En deze keer zou híj de controle nemen.
-
Daniël greep haar heupen stevig vast en draaide haar om. Ze liet het gebeuren. Gewillig, verslagen, maar niet zonder verlangen. Haar borst en gezicht raakten het zachte matras, haar ademhaling diep en zwaar. Achter haar hief ze haar heupen omhoog, haar rug hol, haar strakke ronde billen uitnodigend in het zwakke licht van de tent. Ze wist wat hij van plan was. Ze wist wat hij wilde. En haar lichaam… wilde het ook.
Haar adem stokte toen ze met haar laatste kracht haar kontje nog iets hoger tilde, alsof ze hem uitdaagde, alsof ze de controle uit handen gaf, maar toch het ritme bepaalde.
Daniël, nog steeds met zijn broek om zijn enkels en zijn shirt gescheurd over zijn borstkas, knielde achter haar. Zijn handen gleden langs haar rug, haar huid licht glanzend van het zweet en de hitte van hun samenzijn. Zijn vingers dwaalden naar beneden, verkenden haar rondingen, voelden hoe haar huid tintelde onder zijn aanraking. Ze hapte naar adem toen hij haar precies daar vond—een plek die tot dan toe nog ongeclaimd was door hem, maar die zich nu gretig en kneedbaar voor hem opende.
Een zachte, langgerekte kreun ontsnapte haar lippen toen hij langzaam naar binnen gleed. Voorzichtig, maar diep. Ze voelde hoe hij haar vulde, hoe haar lichaam zich om hem heen spande, hoe hij haar volledig in bezit nam. Daniël verbeet een kreun terwijl hij haar heupen stevig vastgreep, haar warmte, haar strakheid, haar hele wezen voelde. Dit was anders. Intenser. Ze gaf zich aan hem over op een manier die ze waarschijnlijk met niemand anders had gedaan. Niet op deze manier.
En zij voelde het ook.
Haar lichaam trilde, haar ademhaling was zwaar en haperend, haar vingers grepen de dekens onder haar vast alsof ze zich ergens aan moest vastklampen. Ze werd volledig overspoeld. Daniël bewoog met langzame, diepe halen, liet haar lichaam zich volledig aanpassen, liet haar voelen dat dit hun moment was—niet zomaar een daad, maar een samensmelting.
Ze zakte langzaam met haar borst plat op het matras, haar lichaam volledig ontspannend in zijn greep. Hij volgde haar beweging en kwam over haar heen, zijn borstkas tegen haar rug, zijn ademhaling zwaar in haar oor. Zijn hand gleed onder haar buik, trok haar iets omhoog, hield haar dicht tegen zich aan. Zijn aanraking had iets teder, iets beschermends.
Daniël keek naar haar. Ze zag er zo anders uit nu. Haar gebruikelijke speelse spot was verdwenen. Haar gezicht ontspande zich volledig. Haar ogen gesloten, haar lippen iets geopend. Kwetsbaar. Af en toe keek ze om, haar felgroene ogen dof van extase, haar pupillen verwijd door de golven van genot die door haar lijf trokken.
En toen gebeurde het.
“Daniël…” fluisterde ze, haar stem amper hoorbaar, alsof het haar ontsnapte zonder dat ze het wilde.
Zijn hart stond even stil. De manier waarop ze zijn naam uitsprak, klonk alsof ze iets anders bedoelde. Iets diepers. Iets… wat hij niet had verwacht.
Hij wilde iets zeggen, haar naam noemen, haar werkelijk bij zich trekken. Maar hij kende haar echte naam niet. Alleen de naam die ze haar hadden gegeven.
Net op dat moment, net toen hij zijn lippen opende om iets te zeggen, om haar nog dichter tegen zich aan te houden, keek ze hem aan.
“Elynn…” kreunde ze, haar stem zo zacht, zo breekbaar, alsof ze het tegen zichzelf zei.
Zijn ogen werden groot. Dit was geen spel meer.
Haar naam… ze had hem haar naam gegeven.
Het besef schoot door zijn lijf als een elektrische schok. De Nachtzeis, de beruchte moordenares, de vrouw die hem had vernederd, had met niemand haar naam gedeeld. Maar nu had ze hem zelf gegeven, zonder dat hij erom vroeg. Dit betekende iets.
Hij bleef haar aankijken, vol verwondering, vol intensiteit, vol iets wat hij nog niet helemaal kon begrijpen. Maar het was Elynn die als eerste brak. Haar lichaam trilde. Haar adem stokte. Een schokgolf van genot trok door haar heen, haar spieren spanden zich om hem heen terwijl haar rug zich holde, haar borstkas diep op en neer ging.
Daniël voelde het. Haar warmte, haar pulserende lijf, de ongecontroleerde kreunen die uit haar mond ontsnapten terwijl ze tot haar hoogtepunt werd gedreven. En terwijl zij zich overgaf, trok zijn hele lichaam zich samen, zijn hartslag donderend in zijn borstkas, zijn laatste diepe stoten hun ritme samenbrengend tot een explosie van pure extase.
“Elynn…” kreunde hij uiteindelijk, haar naam voor de eerste keer uitsprekend, en het voelde bijna liefdevol.
Zijn lichaam stortte zich over het hare, zijn hart bonsde in hetzelfde ritme als het hare, en voor het eerst, in al die verwarring, in al die woede en opwinding, in al die machtsstrijd… voelde hij dat ze hem had toegelaten tot iets wat niemand anders ooit had bereikt.
En Elynn wist dat ook.
Wat dat betekende?
Daar zouden ze later pas over nadenken.
-
Zuchtend en dromerig lagen ze daar, hun lichamen nog warm en plakkerig van hun samensmelting, hun ademhaling langzaam terugkerend naar een kalm ritme. Geen woorden werden gesproken. Alles was gezegd zonder geluid. Daniël’s hand lag losjes op Elynn’s taille, haar vingertoppen tekenden vage patronen op zijn borst. Leeg. Voldaan. Even bestond er niets anders dan dit moment.
Elynn draaide haar hoofd en keek hem aan. Niet met de spot die hij gewend was, niet met de uitdaging in haar blik, maar met iets anders. Iets zachters. Iets wat niet paste bij de Nachtzeis.
Ze duwde zichzelf langzaam omhoog en wenkte hem, een subtiele uitnodiging. Daniël volgde zonder te vragen, alsof zijn lichaam vanzelf wist wat hij moest doen. Samen stapten ze uit de tent, hun naakte huid gekoeld door de nachtbries. De beek, die zacht kabbelde in het maanlicht, glinsterde als zilver. Elynn stapte er moeiteloos in en waste zichzelf met een elegantie die haar bijna onwerkelijk maakte. Daniël keek toe, zijn blik over haar perfecte vormen glijdend, hoe haar goudblonde lokken nat over haar rug plakten, hoe haar slanke handen over haar lichaam gleden, zonder haast, zonder schaamte.
Toen draaide ze zich naar hem toe. Hun blikken ontmoetten elkaar.
Zonder woorden liep hij het water in en waste zichzelf naast haar. Hun ogen bleven verbonden, liefdevol bijna, maar hun monden zwegen. Want hoe kon je uitspreken wat net was gebeurd? Hoe kon je verklaren wat dit betekende?
Langzaam kwam het besef terug.
Daniël had haar gezocht. Maar niet voor dit. Of wel?
Elynn had hem willen doden. Maar nu had ze hem haar naam gegeven.
Had ze gefaald? Moest ze het alsnog doen?
Ze keken elkaar nog steeds aan, beiden verward, beiden gevangen in iets wat buiten hun controle lag. Elynn haalde diep adem, greep toen zijn hand en trok hem zonder te aarzelen mee terug naar de tent.
Geen woorden. Alleen instinct.
Binnen blies ze het laatste licht van de olielamp uit, en samen kropen ze onder de dekens, hun lichamen automatisch tegen elkaar aan. De warmte tussen hen verdween niet, zelfs niet toen hun ademhaling rustiger werd. Daniël kon de slaap niet vatten, zijn hoofd nog gevuld met te veel gedachten, te veel vragen. Maar uiteindelijk dommelde hij weg, zijn hand nog altijd rustend op de vrouw die hij had moeten haten.
Hier had de Nachtzeis op gewacht.
De schaduwen bewogen subtiel in het tentdoek, en ergens in de nacht begon Elynn te glimlachen.
Daniël ontwaakte met een plotselinge ruk. Zijn spieren protesteerden toen hij zich wilde bewegen, maar zijn armen bleven op hun plek. Vastgebonden. Zijn polsen strak gebonden boven zijn hoofd aan een van de dikke takken die als tentstok fungeerden.
Paniek.
Zijn ogen schoten door de tent. Leeg. Hij was alleen.
Buiten hoorde hij zacht geschuifel. Zijn ademhaling versnelde. Dit was fout. Hij opende zijn mond en fluisterde schor: “Elynn…?”
Een seconde was er niets. Toen verscheen ze in de opening van de tent, haar lange haar losjes om haar gezicht vallend, haar slanke gestalte elegant in het vale ochtendlicht. En ze grijnsde.
Niet de Elynn die hij die nacht had vastgehouden. Niet de vrouw die haar naam had gefluisterd in extase.
De Nachtzeis.
Ze had haar rol weer aangenomen.
Ze leunde met haar schouder tegen het tentdoek en keek hem geamuseerd aan, haar ogen speels, haar glimlach gevaarlijk. “Dat had ik je niet moeten zeggen,” fluisterde ze, haar stem nu weer doordrenkt met spot.
Daniël slikte. Ze was weer de oude. De moordenaar. De sluwe verleidster die nooit echt de controle had opgegeven.
“Maar je leeft nog,” vervolgde ze achteloos, alsof het de normaalste zaak van de wereld was. “Dus wees blij.”
Daniël trok even aan de touwen om zijn polsen, zijn spieren spanden zich, maar hij zat muurvast. Elynn’s grijns werd breder terwijl ze haar blik over hem liet dwalen, alsof ze een meesterwerk had gecreëerd. Haar werk. Haar prooi.
Ze draaide zich langzaam om, alsof ze alle tijd van de wereld had. “Dat kan zodadelijk niet iedereen meer zeggen…” fluisterde ze, haar stem zo gevaarlijk als een mes aan de keel.
Ze verdween uit het tentdoek.
“Elynn!” riep hij haar na, zijn stem wanhopiger dan hij wilde toegeven.
Maar het enige wat hij hoorde, was haar stem die afzwakte terwijl ze zich in de schaduwen mengde:
“Stil… anders horen de wolven je nog…”
Daniël bleef achter. Naakt. Machteloos. Overgeleverd aan het bloedmooie, gevaarlijke elvenmeisje dat hem had gevangen in haar web.
Misschien was dat nog niet eens zo erg…
-
Er zijn nog geen trefwoorden voor dit verhaal. Welke trefwoorden passen volgens jou bij dit verhaal?
Geef dit verhaal een cijfer:
5
6
7
8
9
10