Klik hier voor meer...
Donkere Modus
Datum: 26-05-2016 | Cijfer: 7.4 | Gelezen: 4710
Lengte: Lang | Leestijd: 22 minuten | Lezers Online: 1
Hi, koekoek, daar ben ik weer, Marie-Simone , me revoilà. Ik ben dat meisje van dat taleninstituut, Hollandaise à demi en voor de andere helft Frans. Ik zou niet meer schrijven, Chaleur Humaine was als eenmalige bevlieging bedoeld. Zo ben ik, de ene dag dit, de andere dag dat. Zo kwispelturig als wat. Ik heb zo al duizend hobby's gehad. Van stijldansen tot saxofoon. Van surfen tot schilderen. Aan dat laatste bewaar ik leuke herinneringen. Maar of die spannend genoeg zijn om hier te vertellen? Spannend was het indertijd wel voor mij. Ik was nog hartstikke jong, nog geen twintig en ruim twee jaar in Amsterdam. Relatief nog weinig meegemaakt. Ik was toen nog echt een giechelkutje dat alles ontzettend spannend vond.

Mijn relatie was toen allang op de klippen, ik was single maar zeker niet ongelukkig. En zeeën vrije tijd. Op een dag bedacht ik me dat ik kunstenares, schilderen of beeldhouwen, wilde worden. Lekker met een beitel in een weerloos stuk steen rammen. Maar eerst ging ik schilderen. Creatief kledderen met verf. Vooral omdat er in het aanbod van het buurthuis geen cursus beeldhouwen maar wel schilderen zat. De leraar was een coole vent, leuk en lekker bovendien. In zijn atelier nog vaak privé model gestaan. En ik welke stand ik ook stond, hij kreeg hem er altijd in. Of beter gezegd ik kreeg hem er altijd in. Het is maar hoe je het bekijkt. Poseren was altijd plezant genieten, maar op dat schilderen was ik toch snel uitgekeken en daarna ook op hem. Aan alles komt een end.

Niet aan alles, want ik heb aan die cursus twee hartsvriendinnen overgehouden. Twee zusjes. Inge die op de filmacademie zat, en Eveline, die Slavische talen deed. Net als ik hielden ze dat schilderen al snel voor gezien, maar we hielden daarna wel contact. Vooral vaak samen de stad in, shoppen en daarna stappen. We brachten wat jongens het hoofd op hol en beleefden met elkaar waanzinnig veel meidendingen. We lagen constant in een deuk als een of andere dufkop ons probeerde te versieren. En als het wel leuke gasten waren, waren we er, laat ik eerlijk zijn, niet vies van. En dan lagen we de volgende dag weer helemaal giechelkutje in een deuk om onze verhalen over hilarische vrijpartijen. Vooral Eveline maakte de gekste dingen mee. Die was een keer met een jongen meegegaan en die bleek toen bij zijn opa in het bejaardenhuis te wonen. Dat was me een verhaal! Zo gek, zo crazy, dat ik het gewoon niet kan navertellen.

In datzelfde jaar zou ik in mei rond Pinksteren een weekje naar mijn ouders in Lourdes gaan. Ik had inmiddels mijn rijbewijs gehaald en voor 1400 euro een klein lief hemelsblauw Peugeootje gekocht. Blauw is de kleur van de maagd Maria naar wie ik vernoemd ben. Kan dus niet verkeerd wezen. Ik heb er nog een flesje vers wijwater, dat mijn moeder me uit Lourdes gestuurd had, overheen gegoten. Met de zegen van Maria kon ik veilig zonder pech rijden, ik geloof daar heilig in.

Maar toch zag ik er tegenop om dat pokkenend naar Lourdes met mijn weinige ervaring in mijn eentje te rijden. Eveline had ook een rijbewijs en het leek de zusjes onwijs gaaf om mee te gaan. Ze waren nog nooit in Frankrijk geweest. Ze zagen het helemaal zitten om naar het pays de l'amour et de la passion te gaan. 's Morgens vroeg vertrokken, we kwamen tot voorbij Limoges. Het was al laat en we waren afgemat door de hele dag asfalt vreten. Vanaf Parijs stortbuien en droeve druil. Ik keek helemaal scheel van het glimmende asfalt en de voorbijflitsende witte strepen. Een kleurloze wereld in deprimerend zwart-wit. Dus eerst maar een nachtje slapen in een druilerige Ibis langs de autoroute. Kille eenpersoonskamertjes waarin werkelijk alles van vandaal- en orgasmebestendig plastic is. La romantique du plastique. Zo totaal niet geil. Zelfs na urenlang vingeren kom je er gegarandeerd niet klaar. Snelweghotels daar kun je maar beter snel wegwezen. De volgende ochtend ben je blij dat je weer in de auto zit.

Sorry hoor, mille fois pardon, dat het nog steeds niet spannend is. Maar dit is een katholieke reis naar het zedige Lourdes. Dus je kunt niet verwachten dat we halverwege al met onze benen wijd liggen.

Allez, op weg naar Lourdes. In mijn spiegeltje zag ik dat Inge zich op de achterbank nog voor Toulouse klaarvingerde. Daar was ze na een nachtje plastic wel aan toe. Eveline noemde haar vaak Inge Vingerlinge, die bijnaam viel niet ver van de pruimenboom. Zo is dat spreekwoord toch ongeveer? Zelf hield ik mijn twee handen veiligheidshalve aan het stuur, hoewel mijn kutje door het kijken in de spiegel heftig kriebelde. Eerstegraads kutjekriebeljeuk. Ik schoof mijn spleetje stevig over de zitting maar daar werd het niet minder van. Eveline keek intussen met een hand onder haar jurkje naar de borden zodat we niet verdwaalden. Haar kutje was ook wakker geworden van het gekreun op de achterbank, waar Inge nu een zwarte dildo uit haar tas pakte die ze uitdagend begon te pijpen. Met wijd opengesperde ogen die mij in de spiegel aankeken alsof ze door een buitenmaats grote bloedworst verkracht werd. Ah, la salope, quelle actrice! En met een piepstemmetje, oh, óóóh, meneer oenkeboenk, wat heeft u een grote pik, ik ben, au au, zóó bang dat die er bij mij niet inpast. En hopla, ze schoof hem moeiteloos tussen haar opgetrokken dijen haar natte spleet in. Ze neukte zichzelf met langzame lange halen, ogen dicht en rochelend kreunende zuchten. Eveline begon ook te kreunen toen haar hand sneller en sneller ging. En ik, ik kreunde ook, voornamelijk van teleurstelling dat ik geen hand vrij had om mijn geile gleufje te verwennen. De meiden werkten zich moeiteloos naar een knetterend orgasme toe. Hun klitje kon ieder moment gelukzalig ontploffen. Dat kon ik horen, zelfs ruiken, honingzoet smeltende geuren dreven mijn neus in, en in het spiegeltje zien. Het was ze van harte gegund, maar mijn kutje wilde helemaal gek van geil verlangen ook zo graag. Maar ik stond of liever zat machteloos met twee handen aan het stuur op mijn derrière te wiebelen. Eveline toverde als een engel der barmhartigheid met haar vrije hand een vibrator uit haar handtas. Ik spreidde mijn dijen zover mogelijk en zij schoof hem langs mijn slipje half mijn glibberende gleufje in. Ik slaakte een zucht van verlichting en schokte zo goed en kwaad als het ging over het trillende ding heen. Toen Inge op die dildo klaarkwam en Eveline zich met haar hielen tegen het dashboard schrap zette om de blikseminslag van een zinderend orgasme op te vangen, was ik ook al een goed eind onderweg naar de verlossing. Vlak na Eveline kwam ik keihard met 120 per uur zeker drie vier kilometer lang klaar.

Ver na Toulouse verlieten we de autoroute om naar Conasses-sous-Villemariès te gaan. Mijn hemelsblauwe Peugeootje snorde en zoemde onder een strakblauwe zuidfranse hemel langs kronkelende weggetjes door een lieflijk heuvelend landschap. Route touristique zogezegd. Kromgebogen wijnboertjes in de berm en uitgedroogde oude besjes op een bankje zagen ons voorbijstuiven. Helemaal uitgelaten en zo geil als boter zwaaiden en toeterden we melig naar iedere broek en platte pet die we zagen.

Conasses-sous-Villemariès? We gingen toch naar Lourdes toe! Moet ik uitleggen. Daar woont Jean-Claude, een broer van mijn vader en dus mijn oom. Het was een niet al te lange omweg en ik zou daar wat ophalen voor mijn ouders. Het ligt in the middle of nowhere, au milieu de nulle part, voyage au bout du monde, op ruim twee uur rijden van Lourdes vandaan.

Conasses-sous-Villemariès betekent zoveel als Truttengat-bij-Mariahoeve. Dat Villemariès is nauwelijks een dorp te noemen, doodsaai en half uitgestorven. Het staat alleen in de kleinste lettertjes op de meest gedetailleerde kaarten van Michelin vermeld. Conasses is zelfs op geen kaart te vinden. Het gehucht ligt een paar kilometer verderop aan de andere kant van een heuvelrug. Meer dan pakweg twintig huisjes en wat armetierige boerenbedoeninkjes is het niet. De huisjes worden voor meer dan de helft niet permanent bewoond, maar verhuurd aan toeristen. Ze liggen her en der tegen de helling aan langs een kronkelend weggetje dat zo smal is dat auto's elkaar er via de berm moeten passeren. Winkels zijn er niet, maar mijn oom drijft er een piepklein café, een bar-tabac met terras en uitzicht over de vallei. Très pittoresque et très charmant. Hij moet het voornamelijk hebben van vakantiegangers op de campings in de omgeving. En van mensen die de route touristique, de oude bedevaartsroute naar Lourdes, volgen die langs Conasses loopt. Bovenop de heuvel staat nog een vervallen klooster. Vroeger ooit een pleisterplek voor doodzieke paters en andere kreupelaars op weg naar Lourdes.

Achter zijn café ligt zijn tweede bron van inkomsten: een pruimenboomgaard van enkele hectaren. Er staan ook rijen door de zon geblakerde olijfbomen. De pruimenbomen zijn net als de wijnboertjes die we onderweg zagen van ouderdom kromgetrokken. Er groeien relatief kleine pruimen aan, van een heel ouderwetse soort reine claude. Mijn oom noemt ze liefkozend ''les putains de Jean-Claude'', de geilteefjes van Jean-Claude. Als ze rijp zijn barsten ze net als kleine geile kutjes open en verdampt een deel van het sap. Waardoor het suikergehalte groter wordt. Ze zijn ongeschikt om te drogen of als fruit te verkopen. Mijn oom maakt van een deel ''confiture de prunes nature'', zonder toegevoegde suiker. Waanzinnig lekker. Hartstikke eco en ambachtelijk. Het grootste deel verstookt hij tot een eau-de-vie de prunes van 46 procent. Nog waanzinniger lekkerder dan cognac. Van de olijven wordt olie geperst. Toeristen betalen grif geld voor de potjes confiture en de flessen eau-de-vie en olijfolie. Souvenir typiquement du pays.

Vanwege die confiture en eau-de-vie reed ik dus langs mijn oom. Ik zou voor mijn ouders een aantal dozen meenemen, want zij verkopen die in hun bed and breakfast in Lourdes. Voornamelijk aan oude nonnetjes en patertjes die er een weekje slapen. Die lusten wel een slokje. Mijn Peugeootje snorde en bromde dus gezellig heuveltje op heuveltje af naar Conasses. Tot er op de laatste venusheuvel naar Villemariès rook onder de motorkap vandaan kwam en het motortje met schokken en stoten alsof hij klaarkwam tot stilstand kwam. Hemeltjelief, o moeder Maria, hij stond duidelijk in brand. Holy Mary nog aan toe. We sprongen eruit voor de boel zou ontploffen. Gestrand in niemandslandsland. En als je ze nodig hebt, geen handige man te bekennen. Steunpunt Lyon van de ANWB gebeld. Die zouden een dépannage uit Agen sturen. Kon effe een uurtje duren.

We lagen in de berm te wachten, geil als boter, maar er kwam niemand voorbij. Geintje, we waren niet geil, vooral geschrokken. Het brandje had zich gelukkig vanzelf geblust, want er kwam na vijf minuten geen rook meer onder de motorkap vandaan. Binnen een half uur kwam de dépannage aanhobbelen. Vriendelijke vent. Ah bonjour les filles. Wat is er aan de hand? Ja, hij is in de fik gevlogen, verder weet ik het ook niet. Hij rukt de motorkap open, schroeft wat los en kijkt bedenkelijk. Ik moet ook komen kijken. Hij staat achter me en wijst op iets, le radiateur, er zit geen water meer in. Ergens zit een een scheur in een slang, ik buig ver voorover om het te kunnen zien. Hij buigt zich ook over me heen om het nog beter aan te wijzen. Niet alleen met zijn vinger, want ik voel ook zijn pik door mijn dunne jurkje heen tegen mijn billen schuren en naar mijn geil lekkende kutje wijzen. Ik heb een geile scheur, maar ik ben geen gescheurde slang. Hier heb ik op dit moment zo ontzettend geen zin in, dus ik spring opzij. Hij legt uit dat de motor bij gebrek aan waterkoeling heetgelopen is. En nu staat hij vast, geen beweging meer in te krijgen. Hij stond dus niet in de hens, de rook was stoom geweest, maar rijden kan niet meer. Zwaar kut dus, ik had dat flesje wijwater in de radiateur moeten gooien, dan was het vast niet gebeurd. Hij neemt hem op zijn dépannage-truck mee naar Agen. Vanavond bellen of het nog te repareren is. Maar hij ziet het somber in.

Ik bel mijn oom om ons te halen. Even na twaalven zitten we al in het zonnetje op zijn terras. Met een glaasje ijskoude witte wijn, knapperige baguette, tomatensalade uit de moestuin, eendenborst met een overheerlijke wijnsaus en ingemaakte champignons. Kaas en koffie met een glaasje eau-de-vie de prunes toe. Wij eten als godinnen in Frankrijk zo lekker. Mijn oom kan fantastisch koken. Behalve het eten valt hijzelf ook bij Inge in de smaak, ik zie haar verlekkerd naar hem kijken. Jean-Claude is de jongste broer van mijn vader, een nakomertje, nog maar 28 en best een knappe vent. Ik noem hem nooit oom, maar gewoon Jean-Claude. Ook bij Inge is het Jankloot voor en na. Ik denk dat ze als ze de kans krijgt zo met hem zou neuken.

Het is geen straf om hier gestrand te zijn, al maak ik me wel zorgen of mijn Peugeootje nog wil tuffen. Achter in de middag belt de garagist: motor muurvast, niet te repareren. Voor 500 euro kan hij er een ruilmotor van een sloper inzetten. Wat is wijsheid? Ik heb er geen verstand van, maar Jean-Claude zegt dat het niet duur is en dat de man te vertrouwen is. Hij kent hem. Vooruit dan maar, overmorgen klaar. We zitten dus voor twee nachten vast bij Jean-Claude.

Twee nachten. Maar waar moeten we slapen? Inge wil wel bij Jean-Claude in bed. Dat is hem wat te kort door de bocht, maar een logeerkamer heeft hij niet. Zoals gezegd, het is een piepklein café. De begane grond wordt in beslag genomen door de bar-tabac, een grote woonkeuken, douche en toiletten, een rommelhok met voorraden en vaten bier, een gangetje met wat kasten. Een slaapkamer is er niet. Hij slaapt op een matras op zolder die verder vol oude rommel en allerhande spullen ligt. Dus geen plek voor nog drie meiden. Maar tussen de spullen ligt ook een ruime tent met luchtbedden. Van vrienden uit Parijs die als ze een weekje komen tussen de pruimenbomen wordt opgezet. Daarin kunnen we makkelijk met zijn drieën slapen.

In het zonnetje worstelen we een uurtje met de tent, de haringen in de weerbarstige grond en de stokken. Echt handig zijn we geen van drieën. Een slap lulletje krijgen we stukken sneller overend dan een tent. We krijgen het er warm van en trekken onze jurkjes uit. Niemand die ons ziet, geen kip te bekennen. Als de tent eindelijk staat komt Jean-Claude langs of hij nog moet helpen en wat of we vanavond willen eten. De tietjes van Inge en Eveline kunnen hem wel bekoren. Des jolies pommes, lekkere appeltjes, naar de mijne kijkt hij niet. Ach ja, familie, daar kijk je toch anders naar. Faut profiter du soleil. Je moet het ervan nemen zalang het zonnetje schijnt. Maar of we op het terras of in het café maar wel een topje aantrekken. De boomgaard is privé, maar aan de weg is openbare ruimte. Place publique en schending van de goede zeden. Het Franse platteland is nog altijd net zo bekrompen als dat het mooi is. Inge krijgt nog een knipoog en dan vertrekt hij weer naar zijn potten en pannen.

We liggen voor de tent op onze luchtbedden te zonnen. Loom, lui en een beetje... Inge zegt dat ze geil wordt van het brandende zonnetje op haar gleuf. Eveline giechelt dat ze niet de enige is. We zijn zoals zo vaak weer helemaal giechelkutje en behoorlijk geil. Eveline glijdt al met een hand haar slipje in als Inge zich nog geil giechelend afvraagt of Jean-Claude een grote heeft. Boven het muurtje aan de rand van de boomgaard zie ik plotseling drie glurende jongenskoppies opduiken. Pubers, hooguit vijftien, zestien jaar. Eveline ziet ze ook, springt op en roept dat ze moeten komen. Dat we oh là là met Franse pikken neuken willen. De jongens verstaan haar natuurlijk niet. En als ze met haar blote tieten op hen afrent, stuiven ze geschrokken weg. In de richting van het klooster dat hoog en somber boven ons op de heuvel staat. Wij liggen dubbel van de slappe lach. De middag vliegt voorbij met zonnen, met vrienden appen en water drinken. Het is bloedheet in de brandende zon. Om zeven uur gaan we douchen bij Jean-Claude en drinken daarna een aperitief in het café. En als het handjevol klanten, Oostenrijkse dames van middelbare leeftijd op doortocht naar Lourdes, vertrokken zijn, gaan we in de keuken eten. Cassoulet à la Jean-Claude, witte bonen met vers lamsvlees. Heftig lekker. Vooraf krijgen we ingemaakte asperges in roomsaus. Geiler eten bestaat er niet. Eveline en ik eten ze met mes en vork, maar Inge zuigt het lichtpaarse kopje traag tussen haar lippen naar binnen. De roomsaus druipt uit haar mondhoeken biggelend over haar kin terwijl ze met wijd opengesperde ogen, met een blik van oh là là wat gebeurt me nu, met Jean-Claude zit te flirten. Die weet niet hoe hij kijken moet. Heeft waarschijnlijk nog nooit een demonstratie van hoe pijp ik een asperge gezien. Ik ook niet, al kan de boodschap ons niet ontgaan. Timide is Inge zeker niet.

Daarna koffie met kleine glaasjes op het terras, we kletsen wat. Jean-Claude kan wel lachen om het verhaal van die jongetjes die betrapt wegstoven. Het waren jongens van het internaat. Het deels gerestaureerde klooster herbergt tegenwoordig een privé-internaat voor probleemkinderen. De meesten waren niet goed bij hun hoofd tot lichtelijk debiel. Opvoedkundige probleemgevallen die door rijke ouders in een uithoek van de provincie opgeborgen werden. Er zat ook een doofstomme weesjongen, die hadden ze er maar bijgedouwd om er vanaf te zijn, ook al had hij een normaal verstand. In de wijde omtrek was er namelijk geen normale school voor doofstommen. Tegen elven zijn we bekaf, rozig door de zon en de glaasjes eau-de-vie. We lopen in het licht van de volle maan en ontelbare flonkerende sterren naar de tent. Hoe romantisch wil je het hebben? Wat een contrast met afgelopen nacht, met de kille plastic impotentie van dat dodelijk druilerige hotel. Nu werden we overspoeld door een klassiek zwoele zuidfranse meinacht, qua temperatuur zelfs aan de benauwde en drukkende kant. We kropen daarom naakt onder onze dunne dekentjes.

Ik viel vrijwel meteen in slaap. Wel eerst met mijn hand rusteloos en zo stilletjes mogelijk woelend tussen mijn benen, maar te afgemat van de hele reis om nog maar iets te doen wat ik normaal thuis voor het slapen gaan altijd doe. Ik droomde wild over asfaltstrepen die onder mijn auto doorschoten, terwijl ik in het spiegeltje zag hoe diezelfde strepen als dikke witte pikken een voor een tussen de dijen van Inge haar kut in schoten met het slurpend sissende geluid van autobanden op een nat wegdek. Ik voelde vanuit mijn voet op het gaspedaal een verschroeiende hitte naar mijn doorweekte gleufje trekken en zag in paniek de vlammen onder de motorkap uit omhoog schieten. Ik probeerde uit alle macht te remmen met een hand aan het stuur en de andere stijf om de schakelpik met een wanstaltig grote paarse eikel geklemd. Kansloos, de auto begon stotend en hortend te schokken en vloog kaarsrecht op de vangrail af. Ik zette mijn voeten wijdbeens schrap tegen het dashboard om de klap op te vangen. Op dat moment schrok ik half wakker en besefte ik me dat ik mezelf in mijn slaap was gaan vingeren. Ik lag benen wijd met mijn billen dwars door het luchtbed heen tegen de harde grond te bonken.
Geef dit verhaal een cijfer:  
5   6   7   8   9   10  
Klik hier voor meer...
Klik hier voor meer...