Door: Nicky96
Datum: 28-11-2020 | Cijfer: 9.2 | Gelezen: 4208
Lengte: Lang | Leestijd: 17 minuten | Lezers Online: 1
Trefwoord(en): Aftrekken, Neuken, Prins, Prinses, Sprookje,
Lengte: Lang | Leestijd: 17 minuten | Lezers Online: 1
Trefwoord(en): Aftrekken, Neuken, Prins, Prinses, Sprookje,
Sneeuwwitje En De Prins
De boze koningin heeft haar stiefdochter Sneeuwwitje opgespoord in het buitenland, waar ze bij de 7 dwergen zat ondergedoken. Vermomd als een zigeunermeisje probeert de koningin Sneeuwwitje te doden met een vergiftigde appel. Maar eerst hebben de twee meisjes nog de nodige pret samen. Als Sneeuwwitje daarna alsnog in de appel bijt, lijkt het plan van de boze koningin te lukken. Compleet in extase laat de koningin zich nog eens lekker pakken door de koetsier die haar naar huis brengt, zowel in de gedaante als zigeunermeisje, als koningin. Dat alles gaat natuurlijk gepaard met de nodige orgasmes.
Het was treurnis alom in het huisje van de dwergen. Ze hadden laat in de middag de dode Sneeuwwitje gevonden en waren in tranen uitgebarsten. Nadat ze weer bij zinnen waren gekomen, besloten ze om haar een prachtige begrafenis te geven. Nog diezelfde avond maakten ze een mooie glazen doodskist. Twee dwergen kleedden haar vervolgens in haar mooiste jurk en legden haar in de doodskist. Ze spreidden haar haren over het witte kussen en bedekten haar met verse kleurige bloemen. Daarna rouwden ze om haar. De hele nacht hielden de dwergen de wacht bij de kist. Van werken in het casino kwam even helemaal niks.
De volgende ochtend droegen ze haar naar buiten. Zes dwergen droegen de kist en de zevende liep voorop om de weg te wijzen. Ze liepen door het bos naar de plek waar ze haar wilden begraven, bovenop een heuvel waarop je uitzicht had over het hele bos. Ze waren nog maar nauwelijks halverwege toen ze vreemde geluiden voor zich op de weg hoorden. De weg maakte een flauwe bocht naar links, en eenmaal die bocht door, zagen ze wat er aan de hand was. Midden op de weg stond een gouden koets, met vier prachtige witte, briesende paarden ervoor. De deur aan de rechterkant stond wijd open. Er zat een rijk uitgedoste koetsier op de bok, met een hulpkoetsier naast hem. Deze was iets minder rijk uitgedost. Schuin achter de koets stonden twee lakeien, de ene linksachter, de ander rechts. Nu de koets stil stond hadden zij hun staanplaatsen op de treeplank achter op de koets even verlaten.
Nog opvallender was echter wat zich langs de weg afspeelde. Een knappe jonkvrouwe stond een beetje voorover gebogen met één hand tegen een boom geleund. Met haar andere hand had ze haar rokken hoog opgetild. Het lag als een samengeraapt pakketje op haar rug. Haar bleke billen lichtten fel op in het vroege zonlicht. Achter haar stond een jonge prins, met zijn koninklijke kroon nog op zijn hoofd en zijn koninklijke broek op zijn enkels. Hij neukte haar achterlangs, al was niet meteen duidelijk in welk gaatje hij zat te porren. Heftig stotend bereikte hij voor de ogen van de dwergen zijn hoogtepunt en met een diepe zucht en een paar felle stoten dumpte hij zijn kwakkie diep in de jonkvrouwe. Zijn luide gekreun maakte duidelijk dat deze actie zijn goedkeuring had. Het resultaat stemde hem blijkbaar tevreden. Ook de jonkvrouwe kwam gillend klaar en stootte een hoog kirrend geluid uit wat de dwergen nog nooit eerder gehoord hadden. Ook zij leek meer dan tevreden over het zojuist gebeurde. Met verbazing hadden de dwergen het tafereel staan bekijken. Van verbazing lieten ze bijna de kist met Sneeuwwitje van hun schouders glijden. Dat was natuurlijk niet handig voor een glazen kist, dus gelukkig konden ze hem nog net houden.
Nu merkte ook de jonge prins de vreemde stoet op. Met al zijn waardigheid trok hij de rokken van de jonkvrouwe naar beneden en zijn eigen broek omhoog en kwam hij op de dwergen af.
“Wel, wel”, sprak hij, alsof er niets gebeurd was. “Wat hebben we hier? Wie is deze schone, nochtans veel te vroeg overleden jongedame?”
Droevig vertelden de dwergen het hele verhaal, hoewel ze alle neukpartijen voor het gemak maar even weglieten. De prins keek door het glas naar het nog immer wonderbaarlijk mooie gezicht van Sneeuwwitje.
“Dit moet het mooiste meisje van het hele land geweest zijn”, verzuchtte hij. “Zet haar eens neer, zodat ik haar beter kan bekijken.”
De dwergen gehoorzaamden en zetten de kist voorzichtig op de grond. De prins opende het deksel en streelde haar gezicht. Geschrokken trok hij zijn hand terug.
“Ze is nog warm!” riep hij, en legde zijn oor op haar borst om te luisteren naar haar hartslag.
“En af en toe klopt haar hart nog!” riep hij weer.
Hij keek achterom naar de koetsiers en de lakeien en riep: “Snel, laat mijn heelmeester komen!”
Het verzoek werd doorgegeven aan iemand in de koets en direct stapte een waardige heer uit met een knijpbrilletje op zijn neus en een leren heelmeesterstas in zijn linkerhand. Hij boog zich over de prinses en onderzocht haar nauwkeurig. Ja, ze leefde inderdaad nog, maar was blijkbaar in een soort van coma geraakt. Haar hart klopte slechts af en toe, en haar ademhaling was nauwelijks waarneembaar. Pas toen hij de mond van Sneeuwwitje opende voor een nadere inspectie, merkte hij op dat er een groot stuk appel in haar keel zat. Met een speciale tang slaagde hij erin het stuk appel te verwijderen. Alleen een verstikking kon de comateuze toestand echter niet verklaren. Hij onderzocht het stukje appel en liet er een groene vloeistof op druppelen. De kleur sloeg meteen om in dieprood.
“Ze is vergiftigd”, zei hij. “Maar omdat het stukje appel in haar keel is blijven steken, heeft ze maar een kleine hoeveelheid van het gif binnengekregen. Dat heeft haar ademhaling en hartslag sterk vertraagd, maar haar niet gedood. Sterker nog, omdat ze in deze toestand ook maar heel weinig levenslucht nodig heeft, is ze niet alsnog gestikt in de appel. Eigenlijk was dat een geluk bij een ongeluk.”
Uit zijn tas haalde hij een flesje met geconcentreerd extract van vingerhoedskruid en meidoorn. Voorzichtig liet hij een druppeltje op de tong van Sneeuwwitje vallen. Hij luisterde naar haar hartslag die iets sterker werd. Nog twee keer liet hij een druppeltje op haar tong vallen, steeds luisterend naar haar hart dat krachtiger ging slaan. Ook haar ademhaling, die eerst nauwelijks zichtbaar was, nam in frequentie toe. Er kwam zelfs weer wat kleur op haar lippen. Haar huid was even wit als altijd, dus daar was niks aan te zien.
“Prachtig”, zei hij. “Ze is gered! Ze kan elk moment weer bij kennis komen.”
Hij stond op en de prins knielde weer naast de glazen kist. Sneeuwwitje begon hoorbaar te zuchten en toen sloeg ze haar ogen weer open. Ze keek de prins recht in zijn ogen.
“Wat is er gebeurd?”, vroeg Sneeuwwitje, nog een beetje zwakjes.
“Je was vergiftigd”, zei de prins. “Iemand heeft geprobeerd je te doden met een vergiftigde appel.”
Hij vertelde in het kort het verhaal dat hij zojuist van de dwergen had gehoord.
“Maar ik heb je gered, mooie prinses!”, sloot hij zijn verhaal af.
De dwergen en de heelmeester keken elkaar eens aan, maar het was waarschijnlijk beter om nu even niks te zeggen. En, eerlijk is eerlijk, als de prins haar niet van dichtbij had willen bekijken, had de heelmeester nooit ingegrepen. Sneeuwwitje dacht intussen hard na. Uiteraard was ze deze prins dankbaar dat ze haar leven had gered. Maar misschien was dit wel het moment waar ze al bijna een jaar naar uitzag. Hij kon haar wellicht helpen met haar claim op de troon, en ervoor zorgen dat ze veilig was. Het kon immers niet anders dan dat dit zigeunermeisje in opdracht van haar stiefmoeder had gehandeld. Nee, zolang haar stiefmoeder koningin was, zou ze nooit veilig zijn. Dat deze aanslag mislukt was, was eigenlijk gewoon geluk.
“Oh, mijn redder”, sprak ze. “Laat me je dan belonen. Zeg me wat je wilt en ik zorg ervoor dat het van jou is.”
Waarschijnlijk wilde hij wel met haar trouwen. Ze was immers een mooie prinses, en de troonopvolger van het buurland. Dat moest een prins aanspreken. En dan had ze een heel koninkrijk achter zich om ook haar eigen troon terug te winnen! Sneeuwwitje zag zich al met haar prins op de troon zitten, hun beider koninkrijken verenigd. Even moest de prins nadenken, maar niet te lang. Er was maar één ding wat hij van deze mooie prinses wilde.
“Laat me je neuken”, zei hij. “Nu meteen, hier langs de weg, terwijl al die dwergen toekijken en zich afrukken.”
Geschrokken keek Sneeuwwitje de prins aan. Dat had ze niet verwacht! Waar was dat huwelijksaanzoek? Waar was die hulp tegen haar stiefmoeder? Was deze prins wel goed bij zijn hoofd? Wanhopig keek ze rond. De dwergen waren even geschokt. De heelmeester haalde mismoedig zijn schouders op alsof hij het allemaal wel verwacht had. Maar ja, ze had het beloofd en ze maakte aanstalten om uit de kist te klimmen.
“Nee”, zei de prins. “Ik wil je neuken terwijl je in deze kist ligt. Dat lijkt me wel geil.”
Sneeuwwitje was nu blij dat hij haar niet ten huwelijk gevraagd had. Deze prins was gewoon gestoord! Maar zonder er verder bij na te denken, trok ze haar jurk omhoog, tot haar koninklijke heiligdom zichtbaar werd. De dwergen hadden niet de moeite genomen om haar een slipje aan te trekken. De prins trok zijn broek weer naar beneden, en hoewel hij net al langs de weg had staan neuken, had hij alweer een stijve. Hij klom in de kist en propte zijn lul zonder pardon in haar kutje. Ze was nog droog en het ging een beetje stroef, maar dat duurde niet lang. Gelukkig kon Sneeuwwitje altijd makkelijk nat worden, ook al was de eigenaar van deze pik nog zo gestoord. Al gauw moest ze toegeven dat deze prins, hoe onsympathiek ze hem inmiddels vond, er wel wat van kon. Hij was hard en groot en elke keer als hij in haar stootte, streelde zijn forse apparaat haar vaginawand over de hele lengte tot aan haar baarmoedermond. Haar hele onderlichaam werd warm van de tintelingen die ze voelde. Ze kreunde zachtjes en toen ze haar tepels aanraakte, merkte ze dat deze inmiddels ook keihard waren. Ook hier leidde haar aanraking tot een warme tinteling die uitstraalde over haar indrukwekkende borsten. Nee, met de techniek van de prins was niks mis. Elke keer als hij diep in haar stootte, nam hij ook de moeite om met zijn schaambeen even over haar clitoris te schuren. Sneeuwwitje werd helemaal gek van genot. De prins hield haar lange tijd net tegen een orgasme aan, maar hielp haar niet over de drempel. Eigenlijk was dit ook veel lekkerder zo, dacht Sneeuwwitje, die helemaal versuft was van zoveel stimulering van haar koninklijke genotsorganen.
Ze kreeg ook niks meer mee van wat er zich om haar heen afspeelde. De dwergen, die wel in de gaten hadden wat voor een hemels genot Sneeuwwitje onderging, vergaten helemaal hoe geschokt ze waren geweest van het verzoek van de prins. Ze vergaten hoe gênant deze hele vertoning eigenlijk was, en gingen mee met het gekreun en gekronkel van Sneeuwwitje onder de machtige stoten van deze prins. De één na de ander bereikte een hoogtepunt en spoot zich helemaal leeg tegen de zijkant van de glazen kist. Daarna vielen ze op hun knieën en staarden onwillekeurig naar het indrukwekkende schouwspel dat zich voor hen afspeelde.
Dat schouwspel bereikte al snel ook zijn hoogtepunt, letterlijk en figuurlijk. Sneeuwwitje, die al lange tijd wanhopig kreunend en kronkelend op het randje van een orgasme had gezeten, explodeerde. Niet letterlijk, natuurlijk, maar ze viel weg in een diepe, donkere put, die al snel verlicht werd door bliksemschichten die langs de wanden van de put naar beneden kwamen. Haar luide gekreun echode van alle kanten in haar oren en vermengde zich met de donderslagen van de bliksem. Haar hele lichaam gloeide en golven van genot vloeiden vanuit haar natte en verkrampte liefdestunnel in alle richtingen door haar lichaam. Haar trillende en schokkende lichaam was wat ook de prins tot een orgasme bracht. Ondanks dat hij zojuist nog een jonkvrouwe had bevredigd, was hij opnieuw hoogst productief. Met kracht spoot hij twee of drie stralen van zijn zaad diep weg in Sneeuwwitje. Door het geschok en gekronkel van haar lichaam, gleed hij echter uit haar. Zijn paal zwaaide alle kanten op en zijn romige zaad spoot hij in evenzovele richtingen. Het was onwaarschijnlijk hoeveel het was! De dwergen hadden met open mond toegekeken. Sneeuwwitje, die weer langzaam helder kon denken, was geschokt van de hoeveelheid van het plakkerige spul waarmee ze bedekt werd. Deze prins mocht dan niet goed bij zijn hoofd zijn, hij had haar tot ongeëvenaarde hoogtes geneukt.
Nauwelijks was de prins klaargekomen of hij stond alweer op.
“Tot ziens, mooie prinses”, zei hij. “Deze kennismaking was mij een waar genoegen.”
Hij trok zijn broek op en klom weer in de koets.
“Het spijt mij”, zei de heelmeester. “Als heelmeester van lichaam en geest begeleid ik de prins overal, in opdracht van de koning. In naam van de koning verontschuldig ik mij voor het gedrag van zijn zoon, maar hij kan het ook niet helpen.”
Verdere uitleg gaf hij niet. Hij draaide zich eveneens om en verdween in de koets. Nog voordat Sneeuwwitje van haar verbazing was bekomen, ging de zweep over de paarden en onder dekking van een grote stofwolk verdween de koets, en daarmee de prins, weer uit haar leven. Niet dat ze dat erg vond trouwens. Want hoewel ze nog nooit zo lekker klaargeneukt was, had ze verder niks aan deze prins en wilde ze ook zeker niet met hem trouwen. Nu niet en nooit niet. En mocht het toch nog ooit tussen haar benen gaan kriebelen, kon ze altijd nog eens op bezoek gaan. Eigenlijk was ze wel een beetje klaar met prinsen in het algemeen. Ze moest nog maar eens goed nadenken over wie er in de toekomst naast haar mee zou regeren als ze koningin was.
De zeven dwergen zaten nog steeds op hun knieën om haar heen. Sneeuwwitje scheurde een lange reep van één van haar onderrokken en veegde daarmee zo goed en kwaad als het ging het sperma van de prins een beetje van haar lichaam en haar jurk. Als ze weer thuis waren, kon ze wel douchen en kon de jurk in de was. Of misschien moest hij maar verbrand worden, dat was wellicht beter. Ze klom voorzichtig uit de kist en sloot de dwergen weer in haar armen.
“Oh jongens”, riep ze. “Ik ben zo blij dat ik nog leef en dat we weer samen zijn. Laten we deze gênante affaire maar snel vergeten en weer naar huis gaan.”
De dwergen schoven de vieze glazen kist langs de weg onder de struiken en liepen samen met Sneeuwwitje weer mee terug naar hun huisje.
“Dit moet een streek van mijn stiefmoeder zijn geweest”, zei Sneeuwwitje boos, nadat ze enige tijd had nagedacht. “Zolang zij leeft, ben ik mijn leven niet zeker. Ik het begin van een plannetje in mijn hoofd, maar heb jullie hulp nodig. Willen jullie mij helpen?”
De dwergen keken elkaar eens aan. Ja, het werd tijd voor actie. En die actie was een revolutie om Sneeuwwitje op de troon te krijgen, in plaats van de boze koningin. Ze wilden Sneeuwwitje wel helpen om haar plan verder uit te werken. Ongetwijfeld hadden ze daarbij nog meer mensen met speciale vaardigheden nodig! Door hun werk in het casino kenden ze wel wat mensen die ze mogelijk konden gebruiken. Er moest een einde komen aan de heerschappij van de boze koningin!
Het was treurnis alom in het huisje van de dwergen. Ze hadden laat in de middag de dode Sneeuwwitje gevonden en waren in tranen uitgebarsten. Nadat ze weer bij zinnen waren gekomen, besloten ze om haar een prachtige begrafenis te geven. Nog diezelfde avond maakten ze een mooie glazen doodskist. Twee dwergen kleedden haar vervolgens in haar mooiste jurk en legden haar in de doodskist. Ze spreidden haar haren over het witte kussen en bedekten haar met verse kleurige bloemen. Daarna rouwden ze om haar. De hele nacht hielden de dwergen de wacht bij de kist. Van werken in het casino kwam even helemaal niks.
De volgende ochtend droegen ze haar naar buiten. Zes dwergen droegen de kist en de zevende liep voorop om de weg te wijzen. Ze liepen door het bos naar de plek waar ze haar wilden begraven, bovenop een heuvel waarop je uitzicht had over het hele bos. Ze waren nog maar nauwelijks halverwege toen ze vreemde geluiden voor zich op de weg hoorden. De weg maakte een flauwe bocht naar links, en eenmaal die bocht door, zagen ze wat er aan de hand was. Midden op de weg stond een gouden koets, met vier prachtige witte, briesende paarden ervoor. De deur aan de rechterkant stond wijd open. Er zat een rijk uitgedoste koetsier op de bok, met een hulpkoetsier naast hem. Deze was iets minder rijk uitgedost. Schuin achter de koets stonden twee lakeien, de ene linksachter, de ander rechts. Nu de koets stil stond hadden zij hun staanplaatsen op de treeplank achter op de koets even verlaten.
Nog opvallender was echter wat zich langs de weg afspeelde. Een knappe jonkvrouwe stond een beetje voorover gebogen met één hand tegen een boom geleund. Met haar andere hand had ze haar rokken hoog opgetild. Het lag als een samengeraapt pakketje op haar rug. Haar bleke billen lichtten fel op in het vroege zonlicht. Achter haar stond een jonge prins, met zijn koninklijke kroon nog op zijn hoofd en zijn koninklijke broek op zijn enkels. Hij neukte haar achterlangs, al was niet meteen duidelijk in welk gaatje hij zat te porren. Heftig stotend bereikte hij voor de ogen van de dwergen zijn hoogtepunt en met een diepe zucht en een paar felle stoten dumpte hij zijn kwakkie diep in de jonkvrouwe. Zijn luide gekreun maakte duidelijk dat deze actie zijn goedkeuring had. Het resultaat stemde hem blijkbaar tevreden. Ook de jonkvrouwe kwam gillend klaar en stootte een hoog kirrend geluid uit wat de dwergen nog nooit eerder gehoord hadden. Ook zij leek meer dan tevreden over het zojuist gebeurde. Met verbazing hadden de dwergen het tafereel staan bekijken. Van verbazing lieten ze bijna de kist met Sneeuwwitje van hun schouders glijden. Dat was natuurlijk niet handig voor een glazen kist, dus gelukkig konden ze hem nog net houden.
Nu merkte ook de jonge prins de vreemde stoet op. Met al zijn waardigheid trok hij de rokken van de jonkvrouwe naar beneden en zijn eigen broek omhoog en kwam hij op de dwergen af.
“Wel, wel”, sprak hij, alsof er niets gebeurd was. “Wat hebben we hier? Wie is deze schone, nochtans veel te vroeg overleden jongedame?”
Droevig vertelden de dwergen het hele verhaal, hoewel ze alle neukpartijen voor het gemak maar even weglieten. De prins keek door het glas naar het nog immer wonderbaarlijk mooie gezicht van Sneeuwwitje.
“Dit moet het mooiste meisje van het hele land geweest zijn”, verzuchtte hij. “Zet haar eens neer, zodat ik haar beter kan bekijken.”
De dwergen gehoorzaamden en zetten de kist voorzichtig op de grond. De prins opende het deksel en streelde haar gezicht. Geschrokken trok hij zijn hand terug.
“Ze is nog warm!” riep hij, en legde zijn oor op haar borst om te luisteren naar haar hartslag.
“En af en toe klopt haar hart nog!” riep hij weer.
Hij keek achterom naar de koetsiers en de lakeien en riep: “Snel, laat mijn heelmeester komen!”
Het verzoek werd doorgegeven aan iemand in de koets en direct stapte een waardige heer uit met een knijpbrilletje op zijn neus en een leren heelmeesterstas in zijn linkerhand. Hij boog zich over de prinses en onderzocht haar nauwkeurig. Ja, ze leefde inderdaad nog, maar was blijkbaar in een soort van coma geraakt. Haar hart klopte slechts af en toe, en haar ademhaling was nauwelijks waarneembaar. Pas toen hij de mond van Sneeuwwitje opende voor een nadere inspectie, merkte hij op dat er een groot stuk appel in haar keel zat. Met een speciale tang slaagde hij erin het stuk appel te verwijderen. Alleen een verstikking kon de comateuze toestand echter niet verklaren. Hij onderzocht het stukje appel en liet er een groene vloeistof op druppelen. De kleur sloeg meteen om in dieprood.
“Ze is vergiftigd”, zei hij. “Maar omdat het stukje appel in haar keel is blijven steken, heeft ze maar een kleine hoeveelheid van het gif binnengekregen. Dat heeft haar ademhaling en hartslag sterk vertraagd, maar haar niet gedood. Sterker nog, omdat ze in deze toestand ook maar heel weinig levenslucht nodig heeft, is ze niet alsnog gestikt in de appel. Eigenlijk was dat een geluk bij een ongeluk.”
Uit zijn tas haalde hij een flesje met geconcentreerd extract van vingerhoedskruid en meidoorn. Voorzichtig liet hij een druppeltje op de tong van Sneeuwwitje vallen. Hij luisterde naar haar hartslag die iets sterker werd. Nog twee keer liet hij een druppeltje op haar tong vallen, steeds luisterend naar haar hart dat krachtiger ging slaan. Ook haar ademhaling, die eerst nauwelijks zichtbaar was, nam in frequentie toe. Er kwam zelfs weer wat kleur op haar lippen. Haar huid was even wit als altijd, dus daar was niks aan te zien.
“Prachtig”, zei hij. “Ze is gered! Ze kan elk moment weer bij kennis komen.”
Hij stond op en de prins knielde weer naast de glazen kist. Sneeuwwitje begon hoorbaar te zuchten en toen sloeg ze haar ogen weer open. Ze keek de prins recht in zijn ogen.
“Wat is er gebeurd?”, vroeg Sneeuwwitje, nog een beetje zwakjes.
“Je was vergiftigd”, zei de prins. “Iemand heeft geprobeerd je te doden met een vergiftigde appel.”
Hij vertelde in het kort het verhaal dat hij zojuist van de dwergen had gehoord.
“Maar ik heb je gered, mooie prinses!”, sloot hij zijn verhaal af.
De dwergen en de heelmeester keken elkaar eens aan, maar het was waarschijnlijk beter om nu even niks te zeggen. En, eerlijk is eerlijk, als de prins haar niet van dichtbij had willen bekijken, had de heelmeester nooit ingegrepen. Sneeuwwitje dacht intussen hard na. Uiteraard was ze deze prins dankbaar dat ze haar leven had gered. Maar misschien was dit wel het moment waar ze al bijna een jaar naar uitzag. Hij kon haar wellicht helpen met haar claim op de troon, en ervoor zorgen dat ze veilig was. Het kon immers niet anders dan dat dit zigeunermeisje in opdracht van haar stiefmoeder had gehandeld. Nee, zolang haar stiefmoeder koningin was, zou ze nooit veilig zijn. Dat deze aanslag mislukt was, was eigenlijk gewoon geluk.
“Oh, mijn redder”, sprak ze. “Laat me je dan belonen. Zeg me wat je wilt en ik zorg ervoor dat het van jou is.”
Waarschijnlijk wilde hij wel met haar trouwen. Ze was immers een mooie prinses, en de troonopvolger van het buurland. Dat moest een prins aanspreken. En dan had ze een heel koninkrijk achter zich om ook haar eigen troon terug te winnen! Sneeuwwitje zag zich al met haar prins op de troon zitten, hun beider koninkrijken verenigd. Even moest de prins nadenken, maar niet te lang. Er was maar één ding wat hij van deze mooie prinses wilde.
“Laat me je neuken”, zei hij. “Nu meteen, hier langs de weg, terwijl al die dwergen toekijken en zich afrukken.”
Geschrokken keek Sneeuwwitje de prins aan. Dat had ze niet verwacht! Waar was dat huwelijksaanzoek? Waar was die hulp tegen haar stiefmoeder? Was deze prins wel goed bij zijn hoofd? Wanhopig keek ze rond. De dwergen waren even geschokt. De heelmeester haalde mismoedig zijn schouders op alsof hij het allemaal wel verwacht had. Maar ja, ze had het beloofd en ze maakte aanstalten om uit de kist te klimmen.
“Nee”, zei de prins. “Ik wil je neuken terwijl je in deze kist ligt. Dat lijkt me wel geil.”
Sneeuwwitje was nu blij dat hij haar niet ten huwelijk gevraagd had. Deze prins was gewoon gestoord! Maar zonder er verder bij na te denken, trok ze haar jurk omhoog, tot haar koninklijke heiligdom zichtbaar werd. De dwergen hadden niet de moeite genomen om haar een slipje aan te trekken. De prins trok zijn broek weer naar beneden, en hoewel hij net al langs de weg had staan neuken, had hij alweer een stijve. Hij klom in de kist en propte zijn lul zonder pardon in haar kutje. Ze was nog droog en het ging een beetje stroef, maar dat duurde niet lang. Gelukkig kon Sneeuwwitje altijd makkelijk nat worden, ook al was de eigenaar van deze pik nog zo gestoord. Al gauw moest ze toegeven dat deze prins, hoe onsympathiek ze hem inmiddels vond, er wel wat van kon. Hij was hard en groot en elke keer als hij in haar stootte, streelde zijn forse apparaat haar vaginawand over de hele lengte tot aan haar baarmoedermond. Haar hele onderlichaam werd warm van de tintelingen die ze voelde. Ze kreunde zachtjes en toen ze haar tepels aanraakte, merkte ze dat deze inmiddels ook keihard waren. Ook hier leidde haar aanraking tot een warme tinteling die uitstraalde over haar indrukwekkende borsten. Nee, met de techniek van de prins was niks mis. Elke keer als hij diep in haar stootte, nam hij ook de moeite om met zijn schaambeen even over haar clitoris te schuren. Sneeuwwitje werd helemaal gek van genot. De prins hield haar lange tijd net tegen een orgasme aan, maar hielp haar niet over de drempel. Eigenlijk was dit ook veel lekkerder zo, dacht Sneeuwwitje, die helemaal versuft was van zoveel stimulering van haar koninklijke genotsorganen.
Ze kreeg ook niks meer mee van wat er zich om haar heen afspeelde. De dwergen, die wel in de gaten hadden wat voor een hemels genot Sneeuwwitje onderging, vergaten helemaal hoe geschokt ze waren geweest van het verzoek van de prins. Ze vergaten hoe gênant deze hele vertoning eigenlijk was, en gingen mee met het gekreun en gekronkel van Sneeuwwitje onder de machtige stoten van deze prins. De één na de ander bereikte een hoogtepunt en spoot zich helemaal leeg tegen de zijkant van de glazen kist. Daarna vielen ze op hun knieën en staarden onwillekeurig naar het indrukwekkende schouwspel dat zich voor hen afspeelde.
Dat schouwspel bereikte al snel ook zijn hoogtepunt, letterlijk en figuurlijk. Sneeuwwitje, die al lange tijd wanhopig kreunend en kronkelend op het randje van een orgasme had gezeten, explodeerde. Niet letterlijk, natuurlijk, maar ze viel weg in een diepe, donkere put, die al snel verlicht werd door bliksemschichten die langs de wanden van de put naar beneden kwamen. Haar luide gekreun echode van alle kanten in haar oren en vermengde zich met de donderslagen van de bliksem. Haar hele lichaam gloeide en golven van genot vloeiden vanuit haar natte en verkrampte liefdestunnel in alle richtingen door haar lichaam. Haar trillende en schokkende lichaam was wat ook de prins tot een orgasme bracht. Ondanks dat hij zojuist nog een jonkvrouwe had bevredigd, was hij opnieuw hoogst productief. Met kracht spoot hij twee of drie stralen van zijn zaad diep weg in Sneeuwwitje. Door het geschok en gekronkel van haar lichaam, gleed hij echter uit haar. Zijn paal zwaaide alle kanten op en zijn romige zaad spoot hij in evenzovele richtingen. Het was onwaarschijnlijk hoeveel het was! De dwergen hadden met open mond toegekeken. Sneeuwwitje, die weer langzaam helder kon denken, was geschokt van de hoeveelheid van het plakkerige spul waarmee ze bedekt werd. Deze prins mocht dan niet goed bij zijn hoofd zijn, hij had haar tot ongeëvenaarde hoogtes geneukt.
Nauwelijks was de prins klaargekomen of hij stond alweer op.
“Tot ziens, mooie prinses”, zei hij. “Deze kennismaking was mij een waar genoegen.”
Hij trok zijn broek op en klom weer in de koets.
“Het spijt mij”, zei de heelmeester. “Als heelmeester van lichaam en geest begeleid ik de prins overal, in opdracht van de koning. In naam van de koning verontschuldig ik mij voor het gedrag van zijn zoon, maar hij kan het ook niet helpen.”
Verdere uitleg gaf hij niet. Hij draaide zich eveneens om en verdween in de koets. Nog voordat Sneeuwwitje van haar verbazing was bekomen, ging de zweep over de paarden en onder dekking van een grote stofwolk verdween de koets, en daarmee de prins, weer uit haar leven. Niet dat ze dat erg vond trouwens. Want hoewel ze nog nooit zo lekker klaargeneukt was, had ze verder niks aan deze prins en wilde ze ook zeker niet met hem trouwen. Nu niet en nooit niet. En mocht het toch nog ooit tussen haar benen gaan kriebelen, kon ze altijd nog eens op bezoek gaan. Eigenlijk was ze wel een beetje klaar met prinsen in het algemeen. Ze moest nog maar eens goed nadenken over wie er in de toekomst naast haar mee zou regeren als ze koningin was.
De zeven dwergen zaten nog steeds op hun knieën om haar heen. Sneeuwwitje scheurde een lange reep van één van haar onderrokken en veegde daarmee zo goed en kwaad als het ging het sperma van de prins een beetje van haar lichaam en haar jurk. Als ze weer thuis waren, kon ze wel douchen en kon de jurk in de was. Of misschien moest hij maar verbrand worden, dat was wellicht beter. Ze klom voorzichtig uit de kist en sloot de dwergen weer in haar armen.
“Oh jongens”, riep ze. “Ik ben zo blij dat ik nog leef en dat we weer samen zijn. Laten we deze gênante affaire maar snel vergeten en weer naar huis gaan.”
De dwergen schoven de vieze glazen kist langs de weg onder de struiken en liepen samen met Sneeuwwitje weer mee terug naar hun huisje.
“Dit moet een streek van mijn stiefmoeder zijn geweest”, zei Sneeuwwitje boos, nadat ze enige tijd had nagedacht. “Zolang zij leeft, ben ik mijn leven niet zeker. Ik het begin van een plannetje in mijn hoofd, maar heb jullie hulp nodig. Willen jullie mij helpen?”
De dwergen keken elkaar eens aan. Ja, het werd tijd voor actie. En die actie was een revolutie om Sneeuwwitje op de troon te krijgen, in plaats van de boze koningin. Ze wilden Sneeuwwitje wel helpen om haar plan verder uit te werken. Ongetwijfeld hadden ze daarbij nog meer mensen met speciale vaardigheden nodig! Door hun werk in het casino kenden ze wel wat mensen die ze mogelijk konden gebruiken. Er moest een einde komen aan de heerschappij van de boze koningin!
Lees verder: Sneeuwwitje - 8: Het Einde Van De Boze Koningin
Geef dit verhaal een cijfer:
5
6
7
8
9
10