Klik hier voor meer...
Donkere Modus
Door: Keith
Datum: 27-10-2024 | Cijfer: 9.7 | Gelezen: 4544
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 52 minuten | Lezers Online: 1
Vervolg op: Mini - 321
Donderdag. Weer een dag die als een sneltrein voorbij ging; ’s morgens was ik, samen met André en Miranda verdiept in tekeningen voor die boorinstallaties op de Noordzee, ’s middags zat ik de tekeningen voor Nijmegen uit te pluizen; mijn originele tekeningen vergelijken met de shit van Duyvestein. Elk deel van de installatie wat afweek kreeg een rode cirkel. En uiteindelijk stonden er nogal wat cirkels op de tekeningen… Verdorie!

Ondanks de hulp van Rogier met zijn kennis van het ziekenhuis zou er behoorlijk wat moeten gebeuren, meer dan ik gedacht had. En dat joeg de prijs nogal omhoog. Was ik niet gewend. ’s Avond belde ik voor de zekerheid Zelda nog even: die zou om half zeven klaar staan. Mét sportspullen. Mooi zo.

En in de kerk had ik de bugel behoorlijk nodig om me een beetje te kunnen ontspannen en Greet merkte dat. “Je speelt opgefokt, Kees”, zei ze na twee stukken doorgenomen te hebben. Ik knikte. “Heb je gelijk in. Dat komt doordat…” En voor ik het wist spuide ik m’n gal over het bedrijf uit Amsterdam.

Een kwartier later merkte Greet droogjes op: “En ik maar denken dat jij een redelijk bezadigd leven leidde op je kantoortje in Gorinchem.” Ik wees richting hal. “Ja, dat denken die drie daar in die hal ook wel eens. De praktijk is echter anders.” Greet boog zich voorover. “Kijk je uit dat jij niet teveel hooi op je vork neemt? Je oefent nu keurig elke dag minimaal een uur en dat is prima. En ik ben uiterst tevreden over je resultaten. Maar ren jezelf niet voorbij, Kees. Je vergelijkt je met mijn spel en dat is fout. Ik ben beroepsmusicus, speel minimaal 2 uur per dag bugel en 3 uur orgel. Nog even los van de repetities bij de fanfare of uitvoeringen en concerten. Jij ‘doet het er even bij’. Als amateur. Een zeer verdienstelijk amateur weliswaar, maar toch. Kijk uit. Als het je teveel wordt, geef een seintje en dan mag je het wat rustiger aan doen.”

Ik knikte. “Dank je wel voor dit enorme compliment Greet. Maar blazen is voor mij ook een uitlaatklep. Net als schieten. Gewoon maximaal geconcentreerd zijn op datgene waar je mee bezig bent en even nergens anders aan denken. Ondanks dat ik vanavond ‘opgefokt speelde’ geeft het me rust. En energie om de volgende dag weer fris en fruitig verder te gaan.” Ze humde en zweeg daarna even. En toen ging ze, aarzelend, verder.

“Kees… als je het niks vindt mag je het zeggen, maar: Anita is niet alleen hoofdverpleegkundige. Ze werkt op de afdeling psychiatrie van het ziekenhuis en heeft nogal wat verstand van de verschijnselen van overspannenheid en burn-out klachten. Ga eens met haar kletsen. Je bént, voor zover ik met mijn simpele verstand kan beoordelen, niet overspannen, je hebt geen burn-out, want dat had ik onmiddellijk gehoord, maar als je niet oppast hol je jezelf uit. Dan pleeg je roofbouw op je lichaam.

Ik adviseer je, als docente, maar ook als goeie vriendin, om eens met mijn liefje te praten. Alleen of met Joline erbij, dat moeten jullie zelf bepalen. Maar jouw leven, jullie leven, zit rámvol. En er zijn het afgelopen jaar nogal wat ingrijpende dingen gebeurd in jullie leven en nee, daar bedoel ik niet jullie bruiloft mee. Maar wel de confrontaties met ondertussen drie? verschillende misdadigers.”

“Maak er maar vier van, Greet.”

“Oké. En die hebben jullie stuk voor stuk achter tralies gekregen, wat prima is, maar daardoor, én je militaire verleden, sta jij redelijk op scherp. En dat kun je een tijdje volhouden, maar op een gegeven moment is het op. Dan zegt je lichaam ergens: ‘bekijk het maar. Jij zorgt niet goed voor mij, dan ga ik je nu in de steek laten.’ Geestelijke spanning uit zich vaak in lichamelijke klachten, Kees. En dat moet je voor zijn, anders ben je te laat.”

Ze keek me aan en zei zachtjes: “Ik heb dit nog nooit zó rechtuit tegen een vent gezegd, maar: ik ben enorm op je gesteld, Kees. En ik wil je niet de vernieling in zien gaan.” Die kwam aan. “Potdomme Greet…” Ze knikte. “En nu ga jij even lekker achterover leunen, je laat die bugel even met rust en je gaat luisteren.”

Ze klom op de orgelbank en even later klonk de Cantate ‘Schafen sollen sicher weiden’ van Bach door de kerk. Zachtjes, gevoelig, op houten pijpen: de holfluit 8 en de fluit 4. Het pedaal op de Dulciaan 8, een metalen register. Greet speelde het heel rustig, zonder overdreven trillers en ik genoot ervan. Vijf minuten later klonk het slotakkoord en ze bleef even stil op de orgel bank zitten, haar handen naast zich. “Dank je wel, Greet. Voor de muziek, de manier waarop je het speelde, maar ook voor je bekentenis.” Ondanks alles moest ik zachtjes lachen en vervolgde: “die je nog nooit zó rechtstreeks tegen een vent hebt geuit.” Ze keek om en glimlachte.

“Kom, dan spelen we het nog een keer. En jij op de bugel.” Ze trok een paar registers meer uit en zette in. Ik speelde het ‘couplet’. Zachtjes en ingetogen en ik genoot ervan. Samen musiceren met een beregoeie organiste en een mooi mens… Veel te snel was het stuk voorbij en zette Greet het orgel uit. “Kom, we gaan naar beneden. Nog een bak thee en dan naar huis.”

In de hal kletste Greet nog kort even met de zussen over de hulphond die wellicht zou komen. Joline maakte af en toe een opmerking er tussendoor, maar hield zich een beetje op de achtergrond. Ik had haar zien kijken toen Greet en ik de hal binnenliepen; ze had mijn gezicht weer eens ‘gescand’. Om kwart voor tien stond Greet op. “Ik ga naar huis mensen. Morgen weer op tijd op. Tot volgende week!” Met een zwaai was ze verdwenen. We namen afscheid van Gerrit, de beheerder en reden ook naar huis.

En thuisgekomen maakte ik de bugel schoon, en zei toen: “Ik heb het een beetje gehad, dames. Gaan we naar bed? Morgen weer een drukke middag voor jullie… In de Ikea.” De zussen lachten. “Als jij nou eens een vrije middag opneemt, mag je mee, Kees.” Ik trok een smerig gezicht. “Dan nog liever Mariëtte in de sneeuw, dames. Welterusten!”

Joline en ik liepen de slaapkamer in, ze deed de deur achter ons dicht en leunde er tegenaan. “Er is iets, schatje. Vertel…” Ik ging op bed zitten. “Kom eens naast me, Jolien… Ja, er is iets. Greet waarschuwde me dat ik misschien te veel hooi op m’n vork neem. En bood aan dat ik eens met Anita moest gaan praten, die is gespecialiseerd in mensen die overwerkt zijn of nog het nog net niet zijn. Ze herkende wat verschijnselen bij mij. Kortom: Greet zei dat ik het wat rustiger aan moet gaan doen.”

Ze knikte. “Ben ik het mee eens. We hebben een pittig jaar achter ons. Qua werk, qua acties tegen klootzakken die ons in de weg stonden, de zussen met al hun ellende, we zijn ondertussen ook nog even getrouwd met alle toestanden van dien, Bosnië… En niet te vergeten de weken dat jij als directeur van DT moest optreden. Die hebben er bij jou héél hard ingehakt, schat. Gelukkig konden we daarna genieten van een weekje Harz. En in die week zag ik je langzaam maar zeker ontspannen.

Maar toen we terugkwamen begon, met de komst van Rogier, dat gedonder in Nijmegen… En dat heb jij je ook stevig aangetrokken, omdat je die vent van de zuid-as wilde afstraffen… En daarnaast doe je ook iets in de muziek: elke keer als je wordt gevraagd om te spelen merk ik dat je gespannen bent. Omdat je hoge eisen aan jezelf stelt. En daarnaast ben je ook nog chef kok, fitnessbeul enfin, noem al je andere bijbaantjes maar op, tot en met de leermeester van Jolientje.” Ik schoot in de lach. “Ja, vooral dat laatste hakt er in…”

Ze legde haar hoofd op mijn schouder. “Wij gaan samen naar Anita toe, schat. Als het even kan zondag, na de kerk. De zussen gaan dan maar even online in de Ikea-catalogus kijken of zo.” Ik legde een arm om haar schouders. “Jij bent ook een prima zielenknijper, Joline. Wellicht nog beter dan Anita.” Droogjes zei ze: “Ik kan waarschijnlijk meer uit je knijpen dan zij, schat.” Ze keek me ondeugend aan, onder haar lange wimpers en ik schoot in de lach. “Ja, vast. Maar, en dat moet je ook weten: ik heb een dijk van een compliment van Greet gekregen. Nou ja, twee in feite.

Ten eerste zei ze dat ik me niet moest vergelijken met haar als het om musiceren gaat; zij is beroeps, ik ben amateur. Maar volgens haar speel ik uitstekend. En het tweede compliment was, en die kwam behoorlijk binnen, dat ze bijzonder op me gesteld was en dat dit de eerste keer was dat ze dat zó tegen een vent zei. En daarna moest ik van haar even achterover in m’n stoel hangen en genieten van ‘Schafe sollen sicher weiden’ van Bach. Eerst speelde zij het alleen, daarna hebben we het samen gespeeld. Heerlijk. Toen gingen we naar beneden, naar jullie.”

Haar arm klemde zich wat steviger om me heen. “Ik zag dat je geëmotioneerd was. Maar dat ben je vaker als je gespeeld hebt. Maar ik zag het ook aan Greet. En die was wel héél snel weg. Dus ik vermoedde al dat er op die orgelgalerij iets voorgevallen was.” Heel even was ze stil, zag mijn mondhoeken vertrekken en toen klonk zachtjes maar vlijmscherp: “Nee, dát vermoedde ik niet, Kees… Niet met Greet.” Ik moest lachen. “Je bent een mooie troela, Joline Jonkman.” “Ja. Met een mooie vent. Die zich nu gaat uitkleden en lekker tegen mij aan komt liggen en in slaap dondert. We hebben onze slaap hard nodig. Al was het alleen maar voor een middagje Ikea.” Ze giebelde nu. Tien minuten later lagen we tegen elkaar aan. Nog even zachtjes strelen, een paar zoentjes… “Kees, lekker slapen nu. En als je ligt te woelen maak je maar wakker, oké?” Ik knikte. “Goed zo. Gehoorzamen of klappen krijgen. Welterusten.” Ondanks alle emotie viel ik vrij snel in slaap.

Vrijdag, tijdens het ontbijt plaagde ik de dames even. “Jullie gaan toch wel mee naar Mariëtte, hé?” Joline schudde haar hoofd. “Echt niet. Door dat gedoe van jou met dat meisje Zelda missen we al een dagdeel Ikea inclusief de zo beroemde ‘Zweedse balletjes’ en nu wil je ons nóg een uur door de neus boren? Mariëtte doet het maar een keer zonder ons. Gaat haar vast lukken en anders helpt Fred haar wel een beetje mee om jullie in het gareel te houden.” Tien voor half zeven reden we weg; de zussen reden in hun auto rechtstreek naar Gorinchem; Joline en reden naar het huis van Zelda.

Even later stopten we voor een rijtjeshuis. De voordeur ging open en Zelda stapte naar buiten. Een meneer van een jaar of vijftig stond achter de ramen te kijken; logisch dat Pa even wilde weten met wie zijn dochter een dag op pad ging! ‘Joline stapte uit en stak haar hand uit. “Dag Zelda. Stap maar achter in dan gaan we eens in Gorinchem kijken!” “Dag mevrouw. Dank u wel.” Ze stapten in en Zelda zei: “Goedemorgen Kees.” “Goeiemorgen Zelda. Waarom spreek je mij met de voornaam aan en mijn lieve echtgenote met ‘mevrouw’?” Ze werd wat rood. “Omdat ik haar naam niet weet…” “Ik heet Joline, Zelda. We spreken elkaar in Gorinchem allemaal met de voornaam aan. Wel zo prettig.” “Oké.” In de bebouwde kom bleef het stil, eenmaal op de snelweg draaide Joline zich naar Zelda toe.

“Even voor de goede orde, Zelda: jij wilt informatica gaan studeren? En met name A.I.?” In de spiegel zag ik een knikje. “Mooi… Dan zul je veel te maken krijgen met Fred van Laar, onze ICT-er. Niet schrikken: hij ziet er uit als een kampioen zwaargewicht bokser, maar het is een hele fijne en gewaardeerde collega.” Ze grinnikte. “Ik heb zijn foto al bij jullie thuis gezien. Jullie zijn samen met hem en zijn vrouw getrouwd, toch?” Joline knikte. “Ja. Geen seconde spijt van…”

Tot en met Gorinchem legde Joline uit hoe DT in elkaar zat. Ik hield me er buiten; Joline kon dat beter dan ik, zeker als het ging om het Backoffice. Op de parkeerplaats bij DT eindigde Joline met: “…we drinken eerst samen een bakje koffie. Even kletsen, daarna neem ik je mee naar het Backoffice en mag je daar de kat uit de boom kijken.” Ze grinnikte even. “Een hele zware kat zelfs. Fred heet hij.”

We liepen naar binnen en daar stonden al een paar vroege collega’s. Joline introduceerde Zelda: “Jongens, dit is Zelda. Wil informatica gaan studeren, maar valt dit jaar buiten de boot. Als het wederzijds bevalt komt ze een jaar bij DT werken en gaat ze hopelijk volgend jaar wél studeren. Ze schuift dus bij Fred aan.”

Ingrid knikte. “Gezellig. Kunnen we die lomperd sámen in bedwang houden, Zelda. Ik ben Ingrid en hou me bezig met Kwaliteit, Arbo en Milieu.” Die twee waren al snel aan het kletsen en zo te zien ging dat prima. Mooi… Even later kwam Fred binnen en ook die maakte kennis met Zelda. “Dus jij komt een jaartje werken hier? Ik had al wat van Kees gehoord. Prima! Want als je niet bijblijft holt je kennis achteruit. Welkom bij de club.” Na de koffie gingen we aan het werk. “Ik neem Zelda wel op sleeptouw, Kees. Samen met Fred en Ingrid.” Ik knikte. “Dank je wel Joline.” Húp, naar het Piratenhok, aan het werk. Samen met Henk, Miranda, André, Gerben en Willem was ik even later gebogen over de tekeningen van het gasplatform op de Noordzee. De eerste van de vier. Als die werd gerenoveerd zou ik meegaan, de andere drie zouden Henk en André voor hun rekening nemen.

Henk had een aantal dagen geleden gezegd: “Jij gaat niet bij al die platforms mee, Kees. Je hebt hier ook werk liggen: onder andere dat lasbedrijf en dat ziekenhuis. En je moet soms naar klanten toe. En met een beetje mazzel voor ons moet je plotseling naar Bosnië.” Ik had m’n wenkbrauwen opgetrokken. “Mazzel voor jullie?” Toen had Henk geknikt. “Dan kunnen wij een beetje freewheelen hier”, wat natuurlijk gegrinnik van de anderen had opgeleverd.

Hoe dan ook: bij het eerste platform zou ik wél meegaan en was ik ‘Leading Engineer’, eindverantwoordelijk voor de renovatie. De discussie werd zwaar technisch en er werd pittig over bepaalde onderwerpen van gedachten gewisseld. Maar: uiteindelijk werden we het wel eens. En de inbreng van Willem was zeer waardevol gebleken. Die had uiteindelijk een paar dingen aangestipt die nog voor verbetering vatbaar waren. Een van de redenen voor de renovatie was namelijk dat de generator van het platform zou worden vervangen. De machine die er nu stond had al een aanzienlijk aantal draaiuren op de teller en was in feite al over zijn uiterste houdbaarheidsdatum heen.

Hij draaide nog prima, maar Neddrill wilde hem uit voorzorg toch maar vervangen, ondanks dat dit platform waarschijnlijk nog maar drie jaar zou staan; daarna was het gasveld leeg en zou het platform naar Rotterdam gesleept worden om gesloopt te worden. Willem had zich na een van de eerste besprekingen op die machinekamer gefocust. En uiteindelijk kwam hij met het voorstel: “Waarom niet de machinekamer en de onderhoudsruimte ernaast niet van plaats wisselen? Ja, dat is meer werk: leidingen moeten verlegd worden, appendages anders, de controleruimte moet aangepast, maar kijk eens…”

Hij wees toen op de tekening van het bovenaanzicht van dat dek. “Als we die twee omwisselen krijgen we aantal voordelen. Eén: de machinekamer zit aan de buitenzijde van het platform; da’s makkelijker als we de nieuwe generator er in takelen. Twee: zet de nieuwe generator op rails; het railplatform kan uitgerust worden met trillingsdempers én je schuift de generator tijdens de overhaul makkelijker op zijn plaats. Drie: de generatorruimte zit niet meer recht onder de mess van de bemanning; dat scheelt denk ik aardig wat herrie en als klap op de vuurpijl vier: een aantal leidingen kunnen korter en een aantal andere leidingen kunnen buitenom het platform geleid worden. Scheelt aanzienlijk materiaal en is makkelijker tijdens inspecties.”

We hadden er hevig over van gedachten gewisseld, maar uiteindelijk was er geen speld tussen te krijgen. “Ik heb hier een paar avondjes werk in zitten thuis. Lekker puzzelen. En uiteindelijk is dit het resultaat geworden.” En of Neddrill het er mee eens zou zijn, zouden we horen als we met het ontwerp naar hun toe gingen. Maar ik had er wel vertrouwen in; de heren van Neddrill waren niet gek.

Aan het einde van de ochtend sloten we de bespreking af. “Dank jullie wel. Dit was nuttig; Neddrill is straks weer blij met DT! En nu: omkleden, we gaan naar Mariëtte.” Zonder Joline en de zussen, wél met Zelda. Daar was het aanpoten, zoals altijd.

Warming-up gevolgd door oefeningen met de medicinbal. Pittig! Op de buik houden, liggend op de grond met de bal naar voren, naar achter, naar links en rechts… En Mariëtte hield ons goed in de gaten; wie ‘smokkelde’ kreeg een paar extra oefeningen. Het was een opluchting toen ze zei: “Opstaan, alle ballen verzamelen in deze boxpallet en wegwezen! Tot volgende week!” Het loopje terug naar DT verliep nogal stil; we waren redelijk afgeknepen. Tijdens het douchen werd er ook gemopperd. “Dit moet niet al te vaak gebeuren, jongens. Sporten prima, maar dit was puur afzien.”

Het gebeurde niet vaak dat Henk zo mopperde. “Hé Henk, kom op”, reageerde Frits. “Volgende week vrijdagmorgen ben je nét van je spierpijn verlost en kun je weer fris en fruitig meedoen. Duurt allemaal dus niet zo lang.” “Jaja, jullie jonge gasten hebben makkelijk praten. Ik ben al 41, hoor.” Tijdens de lunch was het ook wat stiller dan anders. Ik knoopte een gesprek aan met Zelda. “En… Heb jij vanochtend goed rondgekeken en ben je wat wijzer geworden?” Ze knikte. “Het lijkt me bijzonder interessant om hier te werken, Kees. En ik zie mogelijkheden in mijn interessegebied. Dus: ja, ik wil hier wel komen werken.” “Mooi. Dan sleep ik je na de lunch mee naar Theo, onze directeur.” Ik wees. “Met hem ga je zaken doen over je contract, salaris, vrije dagen en meer van die onzin. En nee, ik ga er niet naast zitten om je handje vast te houden. Grote meid zijn en zelf doen.”

Theo knikte haar toe. “Laat je niet op de kast jagen door Kees, Zelda. Kom over tien minuten maar even langs en neem Fred mee.” Toen bleek dat Zelda niet op haar mondje was gevallen. “Dan moet u wel een bijzonder ruim kantoor hebben, meneer.” Het was heel even doodstil in de ruimte, toen barstten de aanwezigen in een lachbui uit. Behalve Fred; die zat met open mond haar aan te gapen. “Nou ja zeg…”

“Als je in een supermarkt achter de kassa werkt, moet je wel adrem zijn. Zo niet, dan wordt glashard er over je heen gefietst, Fred.” Ze glimlachte liefjes. “Jij gaat het moeilijk krijgen, juffie. Met je artificial intelligence. Ik ben benieuwd of zo’n A.I. programma je kan beschermen tegen mijn militaire vloeken…” Even later liepen ze richting Theo z’n kantoor. En een half uur later tikte Zelda op mijn deur. “Kees…?” “Kom er in dame. En laat de deur gerust open.”

Ze liep naar binnen met een brede lach op haar gezicht. “Ik ben aangenomen! Een contract tot één augustus volgend jaar! Maandag kan ik beginnen.” “Mooi meid. Gefeliciteerd. En ik hoop dat het je helpt om volgend jaar wél aan de studie te kunnen. En waar ga je zitten?” “Naast Fred, in het Backoffice. Ingrid was er blij mee. ‘Dan kunnen we samen de gorilla van DT een beetje temmen’, zei ze tegen me. “Hé dame, pas jij een beetje op? Als je Fred tegen je hebt, krijg je er Kees gratis bij! Enfin… de onderlinge verhoudingen, daar kom je snel genoeg achter. Lang verhaal. Nu even praktisch: Wie gaat jou begeleiden? Heeft Theo het daarover gehad?”

Ze knikte. “Ja. Vakinhoudelijk gaat Fred dat doen. Dat hoeft niet zoveel tijd te kosten; voor mij is het eerst nog het bedrijf leren kennen en dan pas kan ik me A.I. storten. Maar dat deeltje bedrijf leren kennen… Daar had hij zo één-twee-drie geen antwoord op.” Ik dacht even na, toen begon er een lampje te branden. “Ik denk dat ik wel iemand weet, maar dat wil ik eerst overleggen, Zelda. Kan ik niet voor iemand gaan beslissen. Dat hoor je maandag wel. Mijn volgende vraag is: weet de bedrijfsleider van de supermarkt al dat je per maandag een andere baan hebt?”

Ze schudde haar hoofd. “Nee. Ik bel ‘m zo dadelijk wel op.” “Da’s niet zo netjes. Ik stel voor dat we daar vanmiddag even langsrijden. Tenzij… Mag je hem wel of liggen jullie elkaar niet zo goed?” “Het is een prima baas, hoor. Zolang je goed werk levert… Ik heb geen klagen.” “Oké, dan gaan we er even langs. Dan nu de derde vraag: hoe kom jij elke dag netjes in Gorinchem en weer thuis?” Nu keek ze wat sip. “Dat zal wel met het O.V. moeten. Ik kan moeilijk van jullie vragen of je elke dag half Veldhoven doorslingert om mij op te pikken en af te zetten…”

Hmmm, daar zei ze wat. “Weet je wat? Als jij zorgt dat je ’s morgens bij de Mc. Donalds aan de Noord Brabantlaan staat… Daar kun je je fiets goed kwijt én het ligt voor ons beiden op de route. Dan pikken we daar op en zetten we je ’s avonds netjes weer af. Hetzij Joline en ik, hetzij Margot en Charlotte. Wat ik moet soms ook ergens anders heen. De dames zitten lekker 8 uur per dag op het Backoffice. En als je met Mar en Lot meerijdt, kunnen jullie lekker als meiden onderling kleppen over mode, make-up en kerels.”

Ze grinnikte. “Ja, dat maakt het wel de moeite waard, ja… Goed, ik ga nu naar Fred; hij gaat me een laptop geven en me even wegwijs maken op jullie netwerk. Hoe laat vertrek jij?” “16:30. En mijn motto is: te laat is lopen.” Ze trok een gezicht. “Dat risico neem ik maar niet. Tot straks!”

Ze verdween en ik draaide me weer richting beeldscherm. Die dame zou goed passen binnen DT, dat wist ik zeker…

Om vier uur gingen we even aan het werk met de bezem en ruimden we de groepsruimte en mijn bureau op. Tijdens dat werk nog even de week doornemen… Willem had het naar z’n zin, zei hij. “En dat ik me soms even moet opdrukken, ach dat neem ik dan maar op de koop toe. De ‘productie-vergaderingen’ bij mijn vorige bedrijf waren erger. Dat was een wedstrijdje vérplassen’ gecombineerd met elkaar vliegen afvangen.” Gerben gniffelde. “Ja, en dan kwam je meestal in een wat minder goeie stemming terug, Willem.” Hij gromde. Tegen half vijf waren de heren verdwenen. “Half acht sta ik voor de deur, Kees!” was de afscheidsgroet van Gerben. “Je zorgt maar dat het er een beetje fatsoenlijk uitziet, Piraat.”

Ik liep naar het Backoffice. “Zo… Hebben de dames en de heer vanmiddag een beetje zitten freewheelen, zonder dat mijn lieve meisje jullie achter de vodden zat?” Ingrid snauwde: “Daar hebben we jouw ‘lieve meisje’ helemaal niet voor nodig! Fred is een prima stand-in daarvoor!” Ik keek hem aan. “Goed bezig, makker. Ik zal Joline vragen om tijdens het dansen aardig voor je te zijn.” “Niet zo moeilijk, Kees. Na een middagje Ikea is die compleet uitgeput. En Lot en Mar al helemaal.” Ik knikte nadenkend. “Ik help het je hopen, maar het zou er wel eens anders uit kunnen zien. Enfin… Tot straks! Zelda, ga je mee? Dan gaan we Veldhoven eens opfleuren met onze komst.”

En jawel: Zelda stapte in de Volvo en op dat moment kwamen Marion en André naar buiten. “Zóóó… Mevrouw de echtgenote is er een keertje niet en meneer Jonkman neemt meteen een andere dame mee in de auto?” Marion keek ondeugend. “Juffie, heb jij weer trek in een middagje dak? Je hoeft het maar te zeggen hoor… Maandag is het rotweer, heb ik op Buienradar gezien.” Andre grinnikte en Marion keek beledigd. “Je bent een rotvent, Kees Jonkman. Ondanks dat: goed weekend!” Een knipoog volgde en ik stapte in. “Het dak op? Marion doet toch calculatie?” Zelda keek verwonderd. “Lang verhaal, dame. Vertel ik ooit nog wel eens. Of zij zelf. Maar nu even niet kletsen; in de bebouwde kom praat ik liever niet; op de snelweg kun je los gaan.”

Het was druk. Logisch, want het bedrijventerrein liep leeg, iedereen wilde snel naar huis, weekend vieren. Op de snelweg ging de cruise control even aan, maar meteen weer uit. Had geen zin. Ik reed even op de linkerbaan tot ik een lange opening op de rechterbaan zag en daar voegde ik in. Met nu de cruise control op 85, de snelheid van de meeste trucks. “Zo. Even kalm aan. Het heeft weinig zin om je met deze drukte op de linkerbaan op te winden. Slecht voor je bloeddruk, het kost klauwen vol met geld aan brandstof en het scheelt zeker 1 hele minuut. Oh ja, en het kan heel slecht uitpakken voor je kreukelzones. Vertel het eens: hoe is de dag bevallen?”

Een zucht klonk naast me. “Héél intensief. Ik ben kapot. Alsof ik een dag heb lopen vakkenvullen, maar dan zonder de spierpijn. Zoveel indrukken opgedaan…” Ze giechelde. “En zoveel gelachen… Wat een stelletje, daar op het backoffice. Toen ik daar vanmorgen binnenkwam dacht ik: ‘Oh nee, zo’n kippenhok!’ Zeven dames bij elkaar en dan kwam ik er nog een keertje bij. Maar een minuut later dreunde Fred naar binnen en op een of andere manier…” Ze zweeg.

“Ja… Ga eens door, Zelda? Wat verschilde er toen Fred binnenkwam?” “De sfeer werd anders. Gemoedelijker. En hij was gedurende de dag nogal vaak mikpunt van plagerijen van de andere dames.” Ik grinnikte. “Als er 110 kilo testosteron binnen komt dreunen, werkt dat vaak louterend op de hormoonspiegel van een stuk of wat dames, heb ik ondertussen wel gemerkt. Maar Zelda: ondanks dat het een kippenhok is: alle dames van het Backoffice werken prima samen. Er is niemand die buiten die groep valt. ‘Teamwork’ is een van de belangrijkste waarden binnen DT.

Toen ik vorig jaar binnenkwam en teamleider van team 3 werd, bestond team 3 uit een aantal ingenieurs die ‘ieder voor zich en God voor ons allen’ werkten. Oftewel: iedereen deed z’n eigen ding. Dat heb ik een paar weken aangekeken, toen de meute op een vrijdagmiddag bij elkaar geharkt en ze een pittig lesje ‘teamgevoel’ gegeven. In de weken daarna werd het inderdaad een ‘Team’. Met hoofdletter. Iedereen houdt elkaar een beetje in de gaten. Je helpt elkaar of je vraagt hulp als je ergens niet uitkomt. En Joline doet, samen met Fred, exact hetzelfde in het Backoffice. Dát is het belangrijkste bij DT: je werkt samen. Het geheel is meer dan..” Ze onderbrak me. “…de som der delen.” Ik knikte.

“Precies. En vermeng dat met een enorm potentieel aan vakmanschap, een flinke dosis soms best wel zwarte humor én wat sporten tussen de middag en ziedaar: je hebt DT.” Ik keek opzij en zag haar lachen. “Jij hebt binnenpretjes?” Ze knikte. “Die zwarte humor… Met name tussen Ingrid en Fred. Wat kunnen die elkaar vreselijk zitten sarren.” “Ja, die twee voelen elkaar prima aan. Maar vlak de andere dames ook niet uit, hoor. Gonnie kan er ook wat van.”

Even liet ik een stilte vallen en toen vroeg ik: “Zie jij het wel zitten bij DT?” Een overtuigend knikken was het antwoord en ze zei: “Beter dan een of ander huisvrouwtje er van te moeten overtuigen dat ze toch echt die chocoladereep, die haar dochtertje uit het schap had gegapt, moest afrekenen.” “Oh ja, die. Heb je haar nog wel eens gezien?” Ze knikte. “Ja, maar als het even kan pakt mevrouw dan een andere kassa. Komt niet bij mij langs.” Ik bromde: “Dan heeft ze nog mazzel dat Kees niet voor haar in de rij staat. Maar goed, zo dadelijk rijden we even langs jouw voormalige werkgever. Je zei dat je een nul-uren contract had, dus je bent nergens aan gebonden, Zelda.”

Ze knikte. “Alleen… Ik denk dat hij me zal vragen om de zaterdagen tóch te komen werken. Het is dan rete-druk en ik ben een van de meest ervaren krachten achter de kassa.” Ik schudde mijn hoofd. “Niet doen. Je zult merken dat een werkweek bij DT bijzonder vermoeiend is en dat je je weekend écht wel nodig hebt om bij te tanken. En daarnaast moet je ook tijd aan je studie besteden; ook al studeer je niet, je zult je toch wel in je toekomstige vak moeten verdiepen. Toch?”

“Dat deed ik al; ’s avonds, thuis. Lekker m’n hersenen laten kraken na een dag ‘blieb’… ‘blieb’… “Prettige avond, meneer!” “Dat begrijp ik. Maar… met ingang van volgende week kraken je hersenen overdag op volle toeren! Als ik Fred een beetje ken legt hij een paar zaken bij jou neer en dan ben je minimaal 8 uur per dag met je toekomstige vak bezig, dame. En dan heb je ’s avonds geen behoefte meer om je dan nog in de bits en de bytes te verdiepen. Echt, Zelda: je hebt straks de tijd nodig om te ontspannen. Dat is een lesje wat ik recentelijk ook heb gekregen. Néém die tijd. Wat voor hobby’s heb je?”

“Nou… muziek, mode, af en toe wat sporten, zoals skaten of rennen…” “Neem daar straks de tijd voor. Een aantal weken terug was Theo op vakantie en vroeg hij mij of ik voor hem wilde waarnemen als directeur, samen met Joline en alle teamleiders. Ik moest het gezicht van DT naar ‘buiten’ zijn. Duurde vier weken en in die weken stond ik 24/7 op ‘aan’. Toen Theo weer terug was van zijn vakantie heb ik op de baard van mijn tante gezworen dat ik never nooit in een managersfunctie terecht wilde komen. techniek is mijn passie. Geen gelul over facturen, urenverantwoording, zinloos geklets tijdens een ‘netwerkbijeenkomst’…

Laat Kees Jonkman maar lekker tekenen of met zijn klauwen in de dieselolie zitten op een vuil en smerig boorplatform op de Noordzee bij windkracht 8. Gelukkig gingen Joline, Margot, Charlotte en ik een week daarna een weekje met een camper naar de Harz. En dáár voelde ik, na een dag of drie, op een gegeven moment de spanning van me af glijden.” Ik moest lachen. “Op de achterste bank van een nogal overdadig versierde, Rooms-Katholieke kerk terwijl boven me een mooi orgel bespeeld werd.”

Ondertussen waren we bij de afrit Veldhoven en slingerde ik door de bebouwde kom. Op de parkeerplaats voor de supermarkt stoppen en uitstappen. “Nou dame…” Ze giechelde. “Hij zal niet blij zijn, Kees.” We liepen naar binnen en Zelda ging voor. Naar een kantoortje naast de kassa’s. “Meneer van Hoven…” “Hé Zelda! Jij had toch vrij vandaag?” Ze knikte. “Ik kom even afscheid nemen.” Twee ogen die groter werden. “Afscheid nemen? Wat vertel je me nou? Ga even zitten…”

Toen zag hij mij pas. “Dag meneer…” Ik stak mijn hand uit. “Kees Jonkman. En ja, ik ben de schuldige, dus u kunt mij straks uitvloeken als u wilt.” “Geert van Hoven. En nee, ik ga u niet uitvloeken; dan neemt u de volgende keer die blonde vriendin van u mee. Ik kijk wel uit!” Hij lachte, gelukkig.

“Maar… Zelda, vertel!” Ze wees naar mij. “We raakten gisteren aan de praat en ik vertelde dat mijn studie niet doorging. En van het een kwam het ander; vandaag ben ik aangenomen bij een ingenieursbureau in Gorinchem, waar Kees ook werkt. Daar kan ik meehelpen in de ICT en tegelijk mijn kennis op A.I.-gebied opfrissen en bijhouden. Lekker doen waar ik goed in ben!”

“Dat doe je hier ook, Zelda. Jij bent een van de beste kassières… Ik baal ervan dat je vertrekt, dat mag je best weten! Maar ik begrijp het wel. Je bent véél te slim om hier te blijven. Ehhh… Als je wilt: kom morgen om een uur of twaalf nog even langs. Dan nemen we netjes afscheid van je, oké?” Ze knikte. “Doe ik! En dan breng ik meteen m’n bedrijfs-truien gewassen terug.” Hij knikte. “Prima. En vanavond doe ik nog even wat administratie; je laatste salaris in orde maken en zo. Dan heb je dat morgen op je bankrekening staan. En nogmaals: jammer dat je vertrekt!” Ze kleurde. “Dank u wel. Tot morgen dan!” Ze stond op en na een korte groet liepen we naar buiten.

“Ik breng je nog even thuis, Zelda.” Hoeft niet hoor… Ik woon hier drie minuten fietsen vandaan.” “Dat weet ik wel, maar ik wil je pa even gerust stellen. Die stond vanochtend best wel oplettend te kijken wie die lui waren bij wie zijn lieve dochter in de auto stapte. Tenminste: als ik een dochter in jouw leeftijd zou hebben, zou ik dat wel doen!” Drie straten verder stopte ik bij haar voor de deur. Samen met Zelda stapte ik even uit. De deur ging open. “Zo, Zel… Beviel het een beetje in het verre Gorinchem?”

Een brede vent in de deuropening. Ze knikte en wees. “Vader, dit is Kees Jonkman, waar ik gisteren over vertelde. Hij en zijn vrouw Joline komen me voortaan ophalen.” “Dus… je bent aangenomen? Mooi, meisje!” Ik kreeg een harde hand. “Hoi, ik ben Jos, de vader van Zelda.” “Kees Jonkman, maar dat wist je al. En inderdaad: vanaf maandag komen mijn vrouw of ik óf twee vriendinnen van ons je dochter ontvoeren. En ’s avonds weer netjes afleveren.” “Mooi! Kom even binnen! Een bak koffie?” Ik schudde mijn hoofd. “Nee, dank je wel. Ik moet als de bliksem naar huis; mijn vrouw heeft vanmiddag in de Ikea rondgelopen, dus ik denk dat ik moet gaan koken. En vanavond ook weer weg, dus…” Hij knikte. “Snap ik. Maar binnenkort toch even wat uitgebreider kennismaken, hoop ik. In ieder geval: een goed weekend!” “Jij ook, Jos.”

Ik stapte weer in en reed terug naar huis. Mooi, die is onder de pannen. En gelukkig maakte de bedrijfsleider van de supermarkt ook geen fuzz; enfin, die zou wel iets gewend zijn op personeelsgebied… Eenmaal thuis as het stil; de dames waren er nog niet. Nou… Ik keek op m’n horloge: dan zouden ze tempo moeten maken, anders konden ze kiezen: óf niet eten óf niet optutten. Nou ja, dan maar een ‘snelle hap’ klaarmaken. De frituur ging aan: een paar kroketten en brood. Voldoende voor dansles en snel te consumeren. Even een appje naar Joline. “Hoe laat kan ik jullie verwachten en hebben jullie nog trek na die Zweedse balletjes?”

Het antwoord kwam meteen. “18:30 en ja, we hebben trek!”

Een blik op de klok: 18:16. Prima, dan konden de kroketten in het vet zodra dat klaar was. Ik sneed een paar zachte bolletjes open. Een beetje sla er in, daar kon meteen een kroket bij. Wat te drinken op tafel, borden, bestek, bekers… En om iets over half zeven hoorde ik de voordeur en kwamen de meiden binnen.

“Hallo lieve kok van me! Het ruikt hier lekker naar frituurvet!” Joline keek in de keuken. “Oh, lekker! Wat eten we? Patat of…” “Een broodje kroket, mevrouw. U moet wel in staat zijn om een leuke salsa te dansen. Na de dansles kunnen we ons wellicht aan de patat wagen.”

Charlotte schudde haar hoofd. “Echt niet. Na de dansles ploft dit meisje uitgeput op haar bedje en slaapt binnen de minuut.” “En ik lig ernaast”, verklaarde Margot. “Morgenmiddag komen onze kerels pas hier, hebben we net besloten.” Ik keek verwonderd. “Maar dames toch! Dat kun je niet maken. Rogier moet dan dat hele takke-eind naar Nijmegen terugrijden; Gerben naar Waardenburg. Als jullie vanavond niet meer in staat zijn om de liefde te vieren met jullie kerels: dat snap ik, maar ze kunnen gewoon hier slapen hoor. Desnoods slapen Gerben en Rogier samen op de bank…”

Joline giebelde. “Dan hoop ik dat ze na vannacht zich niet plotseling hebben bekeerd tot de mannenliefde, Kees. Dan hebben ze wat uit te leggen aan die twee dáár.” Lot keek ons nogal afwijzend aan. “Ik weet één ding zeker, Jolien: ondanks dat Gerben een hele aardige vent is: Rogier gaat mij niet inruilen voor hem.” “En dat geldt onverkort ook voor Gerben!” Margot snauwde het bijna. “Oké, oké… jullie lossen het lekker zelf maar op. Nu zitten en een broodje eten; daarna rap douchen en omkleden.”

Een half uur later waren we gereed voor Carlos en Juanita. De dames alle drie in een wijde rok en blouses met nogal wat rouches en ik in m’n ‘mafia-outfit’ met dansschoenen en vlinderdas. Bij de dansschool troffen de rest; die waren al binnen. Gerben verraste ons; ook hij had zich nogal ‘Zuid-Amerikaans’ opgedoft.

“Oh, wat een lekkere romantische vent! Daar ga ik vanavond eens uitgebreid mee dansen!” Margot knuffelde hem. Rogier stond het geheel nogal sceptisch aan te kijken. “Sorry Lot. Ik heb nog geen gelegenheid gehad om naar zo’n feestartikelenwinkel te gaan. Als ik tijd heb, zal ik daar eens gaan kijken. Als ik bij DT werk, zal ik die tijd wel los kunnen peuteren denk ik.” Met een schuin oog keek hij naar mij, maar hij kreeg commentaar uit een andere hoek. “En jij denkt in de baas z’n tijd te kunnen frierefluiten, meneer? Ik dacht het niet! Ik ga, zodra jij ze inlevert, jouw urendeclaraties bijzonder kritisch bekijken. En als er ook maar één minuutje niet klopt…” Joline keek hem dreigend aan.

Hij haalde z’n schouders op. “Sorry schat. Mevrouw Jonkman zet me de pin op de neus.” Nog voor Lot kon antwoorden werden we door Carlos de danszaal in gecommandeerd. Juanita leidde de eerste dans in: een rustige rumba “om even warm te worden!” Rustig schoven we over de vloer en ik voelde Joline lekker dicht tegen me aan. Ik streelde haar armen in haar transparante mouwen. “Dit ziet er wel verleidelijk uit, mevrouw.” Ze giechelde en zei heel zachtjes in mijn oor: “Ja hé? Net een panty…” Ik schoot in de lach en knikte. De volgende dans was een pittige chacha en hadden we geen gelegenheid om te kletsen; het tempo was hoog en ik moest alle zeilen bijzetten om Joline goed te leiden. Gerben en Rogier werden na elkaar door Juanita gecoacht; zij hadden duidelijk nog niet de routine. Margot en Charlotte dansten toen om beurten even met Carlos. Ik lette op hun gezichtjes: ook bij Carlos straalden ze.

Na een uurtje mochten we even aan de kant uitpuffen met een drankje. Best wel nodig, want we waren redelijk onder handen genomen. Na de pauze zei Carlos dat we nu even op de klassieke toer gingen: “Een paar walsen, mensen. Want die moeten jullie ook kennen!” Ik zuchtte opgelucht. “Poe, dat valt mee. Ik was al bang dat de hele avond Latin zou worden.” Joline antwoordde minzaam: “Daar heb jij toch geen bezwaar tegen? Bij een echte klassieke dansschool zijn de rokken een stuk langer, meneer!” Ik trok een gezicht en ze lachte me uit. Juanita zei na twee dansen: “De rest van de avond gewoon wisselen van partner, mensen! Ook wennen aan de anderen.”

Rob keek haar aan. “De héle rest van de avond, Juanita? Ik weet niet of mijn meissie dat wel goed vindt…” Melissa keek hem boos aan, de rest moest lachen. “Kom jij maar eens hier, meneer Boogers. Dan mag jouw vriendin even ontspannen in de armen van mijn Carlos.” Rob zat er niet zo mee; Juanita en hij draaiden soepel de zaal rond. Nou ja, Rob was vier jaar lang opgeleid door Tony, dus voor hem geen punt. Melissa werd vakkundig geleid door Carlos en ook zij waren mooi en sierlijk bezig. En ik danste achtereenvolgens met Wilma, met de dame die een aantal weken terug commentaar op ons had gehad, maar die wel goed danste. En dat zei ik haar ook en ze nam het compliment lachend in ontvangst. “Niet boos meer op mij?” Ik schudde mijn hoofd.

De volgende dans danste ik helemaal met Marije. Gelukkig een Engelse wals; die kende ik ondertussen goed, zodoende konden we wat kletsen tijdens het dansen. Het ging goed met haar; bezig met een vervolgopleiding in de mode. “En nee, geen vriendje meer, Kees. Heb ik even genoeg van. Bovendien is de opleiding één grote meidenverzameling. En de paar jongens die er rondlopen zijn volgens mij overtuigd homo óf willen in feite dolgraag een meisje zijn.”

Ik keek haar aan. “Ik hoor net dat ik een verkeerd beroep heb gekozen. Had best wel graag op jouw opleiding docent willen zijn. Als alle leerlingen zo zijn zoals jij…” Ze gaf me een stomp. “Jij moet niet klagen! Je heb hebt een prachtige vrouw, schitterende zussen, lieve vriendinnen en vrienden… Als jullie binnen komen zie je sommige kerels meteen hun nek verrekken. En ze staan in de rij om met jouw vrouw of die rooie tweeling te dansen! En ook met die andere zussen, met die bruine krullen. Dus: niet zeuren jij! Bovendien: jij bent toch technicus? Geen docent dus.”

Ik grijnsde. “Ik heb twee jaar les gegeven, Marije. Aan de TU, hier in Eindhoven. En mijn vak was: ‘praktisch ontwerpen’. Nu ging dat over motoren of technische installaties, maar met een paar andere dia’s in mijn powerpoints kan ik het één op één overzetten op mode, hoor.” Ze keek onderzoekend, terwijl ze ronddraaide. “En hoe had je dat dan voor je gezien?” “Simpel. Waarom zit bijvoorbeeld de rits van een jurk bijna altijd op de rug van de dame? Da’s niet praktisch. Zij heeft dan hulp nodig van iemand anders om die rits dicht te doen of, nog veel belangrijker: open. Verplaats die rits naar de voorzijde en voilà: geen hulp meer nodig! En als er toevallig een heer in de buurt is die die klus op zich wil nemen ziet hij in één oogopslag wat voor vlees hij in de kuip heeft. Ook niet onbelangrijk. Dát, lieve Marije, is de essentie van het vak ‘praktisch ontwerpen’. En… ik was er goed in!”

Ze keek nogal sceptisch. “Jaja… Ik zie het voor me. Jij voor een klas van die giechels dit verhaal vertellen.” Ze keek plotseling ondeugend. “Met de bijbehorende plaatjes zeker?” “Hmmm… je brengt me op ideeën…” De dans liep af en ik leidde haar naar de kant. “Ik ga m’n eigen meissie even opzoeken voor de laatste dans, schoonheid.” Ze giechelde. “Geniet van de knoopjes van haar blouse, Kees. Die zitten aan de voorkant.” Toen draaide ze zich snel om. De ondeugd. En dat voor een meisje van… Vorig jaar, toen we nét waren begonnen, was ze zestien. Nu dus zeventien jaar. Die liet zich ook de kaas niet meer van het brood eten!

Grinnikend liep ik naar Joline. Die had de laatste dansen ook nogal wat wisselende partners gehad. “Jij hebt binnenpretjes, meneer Jonkman!” Ze trok me de vloer op en tijdens het dansen zei ze: “Vertel! Waar was je zo over aan het kletsen met Marije?” “Vertel ik thuis wel, schat. Ging over lesgeven.” Ze bromde wat onverstaanbaars. “En jij hebt het druk gehad, zag ik… Vertel eens: waar staat die nummertjes-automaat?” Joline keek niet-begrijpend. “Wat?”

“Die automaat waar de heren nummertjes uit moeten trekken om te weten wanneer ze aan de beurt zijn om met Joline Jonkman – Boogers te dansen.” Ze proestte het uit. “Idioot!” “Gelijk heb je, zus”, hoorde ik achter me. Ton, dat kon niet missen. Ik draaide Joline om en keek inderdaad recht in Ton z’n grijnzende gezicht. “Iemand moet je toch de waarheid zeggen, majoor. Ik durf het met m’n simpele twee sterren in ieder geval niet meer.” Clara draaide hem verder. “Schiet op, luitenant. Je bent hier om te dansen. Niet om rangen en standen uit te wisselen. Dat doe je maar op de appélplaats of zo.”

Na het dansen nog even wat drinken samen en gekkigheid uitwisselen. Barkeeper Erik had het er maar druk mee, zag ik. Hij liep naar me toe. “Meneer Jonkman…” “Erik, nog één keer ‘meneer Jonkman’ en ik leg je op je rug op de tap en draai de bierkraan open. Boven je mond, zodat je verzuipt in je eigen bier. Kees is mijn naam.” “Lijkt me wel een mooie dood…” Hij grijnsde. “Kees, kan ik deze week een uurtje van jouw tijd lenen? Hetzij in Gorinchem, hetzij bij jou thuis? Tenminste… waar woon je?”

“Veldhoven en nee, dat gesprek gaat niet bij mij thuis plaatsvinden. Kom maar naar Gorinchem, dan kun je meteen sfeer snuiven. Wat dacht je van woensdag, om een uur of tien ’s morgens?” Hij pakte zijn telefoon. “Ja, dat zou kunnen…” Nu was het mijn beurt om te grijnzen. “Mooi. Woensdag om tien uur bij DT. Je hoeft geen gala aan, daar doen we niet aan, maar wel hardloopspullen mee.”

De verbazing was met bakken van zijn gezicht te scheppen. “Hardloopspullen???” Ik knikte. “Wij gaan maandag en woensdag altijd een stukje rennen met een deel van het bedrijf. Voor sollicitanten is dat een deel van de selectieprocedure. Dus…” Hij keek wat zuur. “Sporten is niet mijn grootste hobby, Kees.” “Dat is dan jammer voor je, Erik; niet mee rennen staat gelijk aan geen stageplek. Je moet binnen het team passen, Erik. Eén van de kernwaarden van DT. En nu ga ik een knappe blonde vrouw ontvoeren. See you woensdag, Erik.”

Ik nam Joline bij de arm. “Ga je mee, mooie dame? Dan gooi ik thuis nog wat kroketten in het vet.” Joline keek preuts. “Ik weet het niet, hoor… Zomaar met een vreemde vent mee. Enfin, die kroketten klinken wel goed. Jongens… en meiden: goed weekend!” We liepen naar buiten, de zussen en hun heren achter ons aan, maar die stapten in hun eigen auto’s. En even later klonk: “Zo meneer Jonkman. En vertel nu maar eens waar jij met Marije over aan het kletsen was. Want die opmerking ‘Het ging over lesgeven’, daar geloof ik geen biet van!”

Even later hikte ze: “Ja, ik zie het helemaal voor me. Docent Jonkman voor een klas met puberende giebelmeiden die de praktische voordelen van een jurk met voorsluiting aan de klas laat zien. En natuurlijk het meisje met de meest geprononceerde voorgevel naar voren halen voor een demonstratie hé? Vies mannetje. De les daarna gaat waarschijnlijk over de praktische voordelen van de BH met voorsluiting… Jaja.”

We grinnikten nog steeds toen we bij ons huis aankwamen…
Lees verder: Mini - 323
Geef dit verhaal een cijfer:  
5   6   7   8   9   10  
Klik hier voor meer...
Klik hier voor meer...