Lekker Anoniem Webcammen!
Donkere Modus
Door: Zazie
Datum: 13-12-2025 | Cijfer: 9.8 | Gelezen: 970
Lengte: Lang | Leestijd: 32 minuten | Lezers Online: 3
Trefwoord(en): Eerste Keer, Hetero, Kerst, Liefde, Young Adults,
Emma En Daniël
Als je het mij vraagt zit er sneeuw in de lucht, komende tijd wordt hardlopen denk ik lastig. Ik zet daarom een tandje bij en ren een rondje extra. Het begint al donker te worden in het bos, het mooiste moment van de dag, alsof alles in de rust gaat, met weinig andere mensen die je voor de voeten kunnen lopen. M’n oude buurman Toon vroeg laatst nog of ik dan niet bang ben, zo in mijn uppie in dat donkere bos. Maar wat kan er nou nog erger zijn dan wat me al is overkomen. En ik zit trouwens ook op karate, ik kan ze wel aan, mensen die me lastig willen vallen. Maar tot nu toe is er nog nooit iets gebeurd. Hé, daar heb je die hond weer, een stukje terug zag ik haar ook al. Wat is dat ook alweer voor een ras? Oh ja, een golden retriever, lieve honden wel, zeggen ze. Nog jong en een teefje zo te zien. Waarom loopt ze nou naast me op? Is er geen baasje om op haar te letten? Ik ga even langzamer lopen, zeg 'ksst', dat ze weg moet gaan. Niet dus. Raar dit, wat wil dat beest!


Ons kindje Benjamin

Vijf jaar geleden leerde ik Pieter kennen. We werkten allebei in de instelling voor mensen met een verstandelijke beperking, aan de andere kant van dit bos. Het was echt heel ouderwets liefde op het eerste gezicht. We scheelden elkaar niet veel, ik eind zeventien en hij achttien en begonnen er tegelijk als leerling-verpleegkundigen. Toen ik hem zag wist ik meteen dat hij voor míj was. Leuke blauwe ogen, blonde lange krullen, nonchalante skaterskleren, hij was precies mijn type. Het was al snel wederzijds en ik werd supergelukkig met hem.

Omdat de instelling nogal ver van de bewoonde wereld ligt is er een flat bij voor inwonend personeel. Daar kregen we allebei een kamer en vanaf dat moment zaten we zo’n beetje iedere avond bij elkaar. In het begin deden we niet aan seks, Pieter wilde wel, maar ik vond mezelf nog te jong. Ik wilde eerste achttien worden. Op de dag dat ik het werd mocht Pieter me ontmaagden, dat had ik hem beloofd. Toen het zo ver was, gierden me de zenuwen door het lijf, maar hij deed het zo lief. Hij kleedde eerst mij en daarin zichzelf uit, gaf me overal kusjes en toen likte hij mijn kutje open en nat. Toen hij uiteindelijk in me kwam ging het best wel gemakkelijk, ik had me voor niks druk gemaakt. Eindeloos vaak deden we het daarna, we kregen er maar geen genoeg van. De meeste tijd deden we het wel meerdere keren achter elkaar, ik wou soms nog vaker seks dan Pieter. Nogal eens waren de condooms dan op, maar dan konden we niet stoppen en gingen we toch door. In de flat kregen we al gauw als bijnaam ‘de konijntjes’, nou, dan weet je het dus wel.

Nou ja, en daar kwam dus onze lieve baby Benjamin van. We waren inmiddels allebei negentien toen hij geboren werd. Pieter twijfelde of hij wel een kindje wilde maar voor mij was het meteen duidelijk, ik ging het absoluut zeker niet laten weghalen. Omdat we op die flat niet konden samenwonen lukte het ons om de helft van een boerderijtje te huren, waar ik nu nog steeds woon. Aan de andere kant woonde het oudere echtpaar van wie de boerderij was, buurman Toon en buurvrouw Truus. Deze zomer overleed Truus en sindsdien zorg ik ook een beetje voor Toon.

Benjamin, die we Bennie noemden, was een onwijs lief ventje. Vanaf het begin keek hij met grote ogen de wereld in en al gauw was er toen hij begon te kruipen niks meer veilig voor hem. Ik vond het perfect, ons gezinnetje en het lukte ons zelfs allebei te blijven werken, omdat buurvrouw Truus het leuk vond om op te passen. Alles ging goed, tot die dag dat Bennie twee werd en op dezelfde dag verongelukte. Pieter liet net zijn ouders uit en op dat moment glipte ons lieve ventje langs hem heen, zo de zandweg op, waar normaal gesproken bijna nooit iemand op te vinden is. Maar uitgerekend op dat moment komt er een gast op een mountainbike langs geracet, die Bennie compleet overreed. Hij was op slag dood, waarna ons leven wel zo’n beetje ophield. Na drie maanden stapte Pieter op. Hij kon het niet meer aan, zei hij, zijn eigen schuldgevoel en hoe ik naar hem keek. Later kreeg ik een appje van hem, dat hij was geëmigreerd naar Thailand. Daarna hoorde ik nooit meer iets van hem.

Inmiddels is het drie jaar geleden en nog steeds vreet het aan me, dat ik eerst Bennie kwijtraakte en toen ook nog eens mijn grote liefde Pieter. Op twaalf december was ons ventje jarig, en dat is het dus vandaag. Ieder jaar is deze dag het begin van een moeilijke tijd, met als klap op de vuurpijl dat verdomde Kerstmis, waar iedereen lekker huiselijk gaat zitten doen en ik nog meer dan anders besef dat ik alles kwijt ben. En dus laat ik me extra inroosteren en ga ik zo vaak als ik maar kan rennen, om mijn hoofd leeg te krijgen en even nergens aan te hoeven denken.

Hond in huis

Vreemd, die hond rent nog steeds met me mee. Ik ga wat langzamer lopen en kijk om me heen, maar nergens is er iemand te zien van wie ze zou kunnen zijn. Hoe kan het nou, dat zo’n dier zo maar wegrent en dan aanpapt met mij. Nou ja, het beest zoekt het maar uit en ik zet het weer op een rennen, dit keer terug naar huis. Maar zij blijft me volgen en als ik eenmaal thuis ben gaat ze pontificaal voor de deur zitten, die ik voor haar neus dichtduw. Maar twee uur later zit ze er nog steeds, inmiddels zacht piepend en omdat het inmiddels echt is gaan sneeuwen lijkt het me beter om haar maar binnen te laten. Ik pak een oud fleecedekentje, leg het in mijn woonkeuken bij de kachel en daar neemt ze meteen haar intrek, alsof het de gewoonste zaak van de wereld is. Bij buurman Toon haal ik wat hondenbrokken en samen met het bakje water dat ik voor haar in doe werkt het beest alles in no time naar binnen.

Nou ja, en daar zit ik dan opgescheept met een hond. Hoe kom ik er nou achter van wie ze is?
Op dat moment komt ‘Last Christmas’ van Wham weer eens langs en meteen trekt het me de diepte in.

Last Christmas, I gave you my heart
But the very next day, you gave it away
This year, to save me from tears
I'll give it to someone special


Als ze me een beetje treurig ziet mijmeren op de bank staat ze op een gegeven moment op, rekt zich eerst flink uit en komt dan op de bank tegen me aan liggen, met haar kop in mijn schoot. Jeetje, zou zo’n dier aanvoelen wat er in me omgaat? Ik kriebel haar een beetje over haar rug en dat vindt ze blijkbaar lekker, want al gauw draait ze zich op haar rug. Of ik haar ook op haar buik wil kriebelen, denk ik. Nou, dat doet ze maar lekker zelf. Maar grappig is het wel, zo’n dier. Als ik naar bed ga is het niet mijn bedoeling dat ze me volgt, ze kan op haar dekentje pitten. Maar zelf ziet ze dat blijkbaar anders want ze gaat net zo lang aan de deur van mijn slaapkamer krabben tot ik haar maar binnenlaat. Om zich vervolgens met een diepe zucht op mijn voeteneinde te nestelen. Nog even kijkt ze me met die bruine ogen van haar aan en dan is ze alweer vertrokken.

De volgende morgen ben ik vrij en haal nog wat brokken op bij buurman Toon. ‘Misschien moet je even de dierenarts in het dorp bellen’ zegt hij. ‘Misschien dat die deze hond kent.’ Dat is een goed idee, maar als ik de praktijk bel is het dier er niet bekend. De telefoniste vraagt of ze een halsband om heeft met misschien een plaatje eraan of zo. Die halsband heeft ze wel, maar verder hangt er niks aan. Dan moet ik er maar even mee langskomen, checken ze haar chip. Oké dan. Ik zoek een eind touw dat ik als riem kan gebruiken en even later ben ik met de hond op weg naar het dorp. Ze vindt alles prima, zolang ze blijkbaar maar bij mij is. De hele tijd kijkt ze om en ze trekt amper aan het touw. Dat doen honden toch anders altijd wel? Altijd zie ik baasjes een beetje achter hun trotse bezit aan rennen. Vreemd dier. Maar wel lief.

Bij de dierenarts wordt dankzij de chip duidelijk wie haar baasje is en als de receptioniste hem belt blijkt hij in Amerika te zitten. De hond bracht hij onder in een dierenpension, maar dit is nu al de tweede keer dat ze is uitgebroken.
‘Ohw, nou, wanneer komt hij terug? Ze mag wel zolang bij mij blijven hoor.’
Dan wil de man mij spreken: ‘een paar dagen voor Kerstmis ben ik er weer. Weet u het zeker?’
‘Ja, ze is lief en ik heb er best de ruimte voor.’
‘Nou, dat is heel lief van u. Ik betaal natuurlijk alle kosten.’
‘Zeg maar je, zou oud ben ik nog niet’ reageer ik, een beetje lacherig.
En dan wisselen we gegevens uit, hij heet Daniël en woont aan de andere kant van het dorp, sinds kort, in het nieuwbouwwijkje. We spreken af dat we vanavond nog even face-timen, om de verzorging van Gaia door te nemen. Want zo heet ze.

In het dorp koop ik wat voer en zo’n riem die de hond een eindje uit kan trekken. Dan lopen we terug, en het voelt al best wel vertrouwd. En weer kijkt Gaia steeds opnieuw om, alsof ze het niet vertrouwt en ik zomaar kan verdwijnen. Het is raar, ik heb er wel eens aan gedacht, een hondje te nemen. Ik had meer zo’n klein beestje in gedachten, voor gezelschap, maar tot nu kwam het er niet van. En ineens heb ik zo’n grote hond om voor te zorgen, en nu pas voel ik alleen ik was. Ineens vind ik het allemaal net ietsje minder somber, deze dagen. Wel bedenk ik me dat mijn kleine ventje het superleuk zou hebben gevonden, zo’n dier in huis.

Die avond zit ik op de afgesproken tijd klaar en precies op tijd meldt Daniël zich. Het geeft me bijna een schok om hem te zien. Hij is zo helemaal mijn type, blond, een beetje wild langer haar, blauwe ogen, alsof ik een beetje van Pieter in hem terugzie.
‘Hoi…’ reageer ik een beetje stuntelig als hij zich meldt.
‘Zo fijn dat je voor Gaia wilt zorgen. Ze is zo eenkennig, het pension is geloof ik blij dat ze van haar verlost zijn. Wel bijzonder dat ze zo bij jou kan aarden.’
‘…ehm, ja, ik weet ook niet waarom eigenlijk. Het is alsof ze na een tijdje zoeken mij vond en niet meer bij me weg wilde.’
Dan vertelt Daniël over haar gewoontes en eetpatroon, en wat ze allemaal nodig heeft.
‘Oh ja. En ze heeft een beetje zwakke gewrichten, je mag haar niet te veel laten springen.’
Ik moet er een beetje om grinniken: ‘net een kind hè?’
Daniël grinnikt dan ook: ‘ja, klopt, soms wel. Maar ze is wel heel lief.’
Ik bedenk me dat Bennie dat ook was, lief, maar houd dat voor me en reageer niet. We spreken af dat hij zich meldt zodra hij terug in het land is en Gaia dan op komt halen.

Geadopteerd

Ik heb het naar mijn zin met Gaia. Ze is lief, aanhankelijk en ze heeft deze donkere dagen een beetje lichter gemaakt. Sneller dan me lief is wordt het drieëntwintig december, de dag dat Daniël haar op komt halen. Ik heb speciaal een banketstaaf gehaald, maar hij heeft helemaal geen tijd voor een kopje koffie of zo. Er zit een vrouw bij hem achter het stuur van de auto die niet naar buiten komt. Daniël zegt niks over haar maar laat wel merken dat hij meteen door moet. Hij bedankt me hartelijk, belooft me te bellen om een keer iets af te spreken en weg zijn Gaia en hij.

Lekker dan. Kut. Ik mis die hond echt. In mijn hoofd is het weer éen grote mallemolen van Pieter en Bennie, waar nu ook Gaia en die Daniël bij zijn gekomen, die precies zo leuk is om te zien als ik bij het facetimen al zag. Ik probeer even mijn draai te vinden maar word helemaal gek van mezelf. Chagrijnig trek ik m’n trainingspak aan, tijd om me weer af te gaan beulen. Het heeft de laatste dagen nog een paar keer flink gesneeuwd en het bos is inmiddels flink bedekt. Al jaren hadden we geen sneeuw en nu ineens is het in pakken omlaag gekomen. Ik haal de langlaufski’s tevoorschijn en zet het flink op een ploeteren.

Langzaam komt er weer wat rust in mijn hoofd, wat ook wel komt omdat het om me heen zo prachtig is. De laagstaande zon tovert de mooiste plaatjes in het bos en gelukkig kan ik daar al snel weer van genieten. De volgende dag heb ik me extra laten inroosteren, tot acht uur in de avond, Kerst Avond. Maar dan is het toch zo ver, dat ik naar huis moet, alleen. Liefst zou ik deze avond helemaal overslaan.

Als ik rond half negen uur thuis kom is het ondanks de sneeuw pikdonker en voor mijn deur struikel ik zowat over een of ander obstakel. Het blijkt Gaia te zijn, enthousiast springt ze tegen me op. Niet te geloven, is die hond er alweer vandoor gegaan? En dat terwijl haar baasje nu toch thuis is. Binnen loopt ze meteen naar haar dekentje. Ik doe ik eerst de lichten en de verwarming aan en dan bel ik Daniël.
Als hij opneemt zeg ik ‘met Emma. Ben jij niet iets kwijt?’
‘Hij reageert met ‘huh? …ehm, wat dan?’
‘Je hond bijvoorbeeld?’
‘Dat zal toch niet. Raar beest, wat mankeert haar.’
‘Geen idee, maar ze is dus weer hier. Kan je haar komen halen?’
‘Lastig. Ik heb een paar mensen over de vloer. Kan ze bij jou blijven tot morgen?’
‘Dat komt me niet uit, ik moet morgen al vroeg werken. Ik breng haar nu wel. Even douchen en dan loop ik jouw kant op. Wel lekker om even te wandelen.’
‘Fijn, kom je dan ook wel binnen?’
‘…ehm, ik zie nog wel. Tot zo.’

Ik ben absoluut niet van plan om bij hem binnen te gaan, en hem dan in de weer te zien met zijn vriendin. Maar ik vind het wel fijn nog even te wandelen, het geeft me wat te doen. Ik trek al mijn kleren uit en stap onder de douche, die ik lekker lang en warm over mijn lijf laat stromen. Het was een lange dag en genietend voel ik hoe de stress en vermoeidheid uit mijn lijf stromen. Heel even schiet mijn lieve ventje Bennie weer door mijn hoofd, maar het lukt me gelukkig steeds beter hem daarna ook snel weer los te laten.

Ik droog me af voor de grote spiegel en bekijk mezelf ondertussen. Ik ben wel tevreden met wat ik zie. Door al dat hardlopen en werken heb ik een afgetraind lijf, wel even wat anders dan na Bennie’s geboorte. Ik was toen flink aangekomen en het lukte me nauwelijks om de kilo’s weer kwijt te raken. Totdat Bennie verongelukte, daarna vlógen ze eraf. Ohw, daar ga ik weer. Ik focus me op de spiegel en besef dat ik met mijn bijna vierentwintig jaar nog harstikke jong ben. Eigenlijk zou ik weer moeten gaan daten, maar tot nu toe moest ik daar niet aan denken. Tot ik dus gisteren Daniël ontmoette, die maakte voor het eerst weer iets in me los. Maar ja, die heeft dus een vriendin, afgaande op die vrouw in z’n auto. Ik kam mijn lange haren uit, laat de haardroger erop los, wrijf mijn lijf in met lotion, maak me op en kleed me met een rood jurkje en een zwarte maillot een beetje Kerstig aan. 'Hup Emma, op pad en nou niet meer zeuren', spreek ik mezelf toe.

Ik moet dwars door het dorp heen naar de andere kant, naar de nieuwbouw waar Daniël woont. Het is ruim drie kwartier wandelen en onderweg geniet ik, of ik het nou wil of niet, van alle kerstversieringen. Het ziet er zo feestelijk uit, net als in al die knus verlichte huizen waar mensen bij elkaar zitten. Misschien komt het doordat ik met Gaia onderweg ben naar haar baasje, dat ik me dit keer niet zo’n buitenstaander voel. Als ik bij het huis van Daniël aankom zie van buitenaf dat er een stuk of vijf mensen binnen zitten.
Als ik aanbel doet hij meteen open: ‘hey Emma, wat fijn dat je er bent.’

Na mij spreekt hij Gaia toe: ‘en jij bent een heel stoute hond. Je moet Emma niet steeds lastig blijven vallen hoor!’
Gaia kijkt hem even aan, meteen daarna mij en kwispelt dan vrolijk met haar staart. Zo te zien maakt zijn preekje geen indruk,
Ineens heb ik er een binnenpretje over: ‘als je het mij vraagt ben ik door haar geadopteerd.’
‘Ohw, dan moet ik dat misschien ook maar doen, me laten adopteren’ zet Daniël het grapje door. ‘Kom je binnen?’
Ik haal mijn schouders op: ‘ik wil me liever niet opdringen.’
‘Hey Emma, kom op, dat doe je niet hoor. Mijn zus en haar man zijn er en een paar vrienden. Daar kan jij echt heel goed bij.’
‘En je vriendin dan?’ kan ik niet laten te vragen.
‘Huh? Hoe kom je daarbij? Die heb ik helemaal niet.’
‘Ohw, …ehm, en gisteren die vrouw in die auto dan?’
‘Werk je als speurneus bij de politie of zo? Dat was mijn zus hoor. Ze haalde me van het station en moest snel door, naar d’r werk.’
Er valt iets van me af. ‘Oké zeg ik dan en loop mee door naar binnen.’

Afscheid van het verdriet

Binnen is het even een lastig moment als Daniël me voorstelt. ‘Jongens, dit is nou Emma, die door Gaia is uitgekozen om, toen ik in de VS was voor haar te zorgen. En blijkbaar vindt ze dat Emma dat moet blijven doen, want ze zocht haar vanavond weer op. Emma denkt nu dat ze door Gaia is geadopteerd.’
Meteen reageert een van zijn vrienden ‘misschien jij dat dan ook maar laten adopteren, je bent wel toe aan een leuke dame…’
Daniël draait met zijn ogen en reageert ‘hey jongens, hou eens even op. Ze staat erbij hè?’
Maar ik kan er wel tegen, vindt het zelfs wel grappig.
‘Als ik daarmee Gaia in huis kan krijgen wil ik daar best over denken’ grap ik terug.
Waarna het ijs gebroken is. Nadat ik aan iedereen ben voorgesteld wordt het supergezellig. Er staan lekkere hapjes op tafel en nu pas merk ik hoe hongerig ik ben, ik heb vandaag amper iets gegeten. Zonder al te schrokkerig te zijn werk ik toch aardig wat naar binnen, terwijl ik ondertussen luister naar het geklets. Ik heb dit toch echt wel gemist, een beetje onbekommerd teuten met elkaar.

Op een gegeven moment komt Gaia zoals ze bij me thuis ook steeds deed weer tegen me aan liggen. Het voelt al zo vertrouwd dat ik haar gedachteloos kriebel, waarna ze zich weer op haar rug draait, of ik de voorkant ook maar even wil doen.
Daniël komt net uit de keuken en ploft naast me neer. ‘Goh, ze heeft het echt bij jou naar haar zin hè?’
‘Ben je jaloers?’ vraag ik, om hem een beetje uit de tent te lokken.
‘Best wel ja, op Gaia dan hè? Lijkt me ook wel wat om zo door jou gekriebeld te worden.’
Ik kijk hem aan, en hij mij ook, met die mooie blauwe ogen van hem.
‘Wie weet’ reageer ik dan. Jeetje, wat mankeert me.

Het is al behoorlijk ver over middernacht als iedereen weggaat. Hoewel ik het nog steeds goed naar mijn zin heb sta ik ook op. Daniël vraagt dan of het wel slim is dat ik nu nog alleen over straat ga, als ik wil mag ik wel blijven slapen.
‘Dat lijkt me geen goed idee, ik heb morgen een vroege dienst.’
‘Oké, maar dan loop ik met je mee. Ik laat je niet alleen teruggaan.’
Eerst weiger ik dat, maar als hij aandringt lopen we even later met zijn drieën door het inmiddels uitgestorven dorp, hij, Gaia en ik.

Op een gegeven moment vraagt hij: ‘jij hebt mij al uitgehoord. En jij? Heeft zo’n mooi meisje als jij geen vriend?’
Het zet ineens alles diep in me weer op scherp. Mijn reactie van de afgelopen jaren was om iedereen van me af te houden, maar nu met Daniël is dat ineens anders. Ik voel de behoefte dat hij het weet, van Bennie en Pieter.
En dus vertel ik het hem, hoe ik Pieter leerde kennen en hoe gelukkig we waren samen. Hoe we door onvoorzichtigheid al jong samen een zoontje kregen. Hoe blij me daar mee waren en hoe ons ventje twee jaar later weer bij ons is weggehaald. Hoe Pieter daaraan kapotging en me verliet.
Het vreemde is dat ik er dit keer niet om hoef te huilen, en dat lucht me bijna op. Dat die eindeloze stroom tranen lijkt te zijn opgedroogd. Het enige is dat ik nog steeds die beroerde dikke bal in mijn buik voel, die sinds Bennie’s dood maar niet weg wil gaan.

Terwijl ik mijn verhaal deed neemt Daniël op een gegeven moment mijn hand in de zijne, en ik laat dat toe. Het voelt wel fijn, troostend.
‘Jezus, Emma, wat een heftig verhaal. Dat je dit in je eentje allemaal hebt moeten doorstaan…’
Gaia voelt blijkbaar ook aan dat de sfeer nogal ernstig is geworden. Ze kijkt steeds om en laat zelfs een paar keer een kort jankgeluidje horen. Zo lief, het maakt dat ik nog gekker word op die hond. En misschien ook wel op haar baasje, die me zo begripvol helemaal liet uitpraten.
‘Ja, wat je zegt, het was best wel heftig. Maar het gekke is dat ik dat nu pas echt vóel, alsof er de afgelopen dagen een gordijn is opengetrokken, waardoor k alles weer wat helderder ben gaan zien. Ik denk toch dat dat door Gaia is gekomen, dat ik in huis weer gezelschap had.’

Daarna lopen we een tijdje in stilte door. En dat is ook fijn, dat Daniël zich niet verplicht voelt om door te blijven vragen over Bennie en Pieter. En nog fijner is dat ‘mijn mannen’ me nu ook niet meer helemaal vullen. Het is een beetje alsof ze in mij ruimte hebben gemaakt om nieuwe dingen toe te laten. Als we bij mijn huis komen wordt het even lastig. We voelen allebei dat er iets tussen ons is, maar wat gaan we daar mee doen. Gaia hakt de knoop voor ons door. Als ik de deur open en Daniël wil bedanken voor de fijne avond schiet Gaia tussen ons door naar binnen.

‘Je bent haar echt kwijt, zo te zien’ giechel ik dan, een beetje zenuwachtig.
Daniël haalt zijn schouders op. ‘Aan jou wil ik haar wel kwijtraken. Zal ik me dan ook maar laten adopteren?’ zegt hij er met een knipoogje achteraan.
‘Ehm ja…, dat lijkt me dan maar het beste.’ En meteen geef ik hem een zoen. Een lange zoen, die ook een tongzoen wordt. En dan adopteer ik hem inderdaad óok. Ik trek hem aan zijn hand mee naar binnen, waar Gaia alweer op haar fleecedekentje bij de keukenkachel ligt.
‘Hmm, gezellig hier’ zegt hij, terwijl hij wat rondkijkt.
Het is daardoor alsof ik met nieuwe ogen naar mijn huisje kijk. En ja, het is best wel gezellig, hoewel ik er niet veel meer aan deed sinds Bennie en Pieter weg zijn.

Niet meer alleen

Dan neem ik een besluit. Ik ben te veel alleen geweest, dat moet afgelopen zijn.
‘Kom’ zeg ik, en trek Daniël achter me aan, naar mijn slaapkamer. Daar doe ik mijn jurkje uit. En mijn maillot, hemd, beha en broekje. Tot ik bloot voor hem sta en me door hem laat bekijken. Zonder iets te zeggen bekijkt Daniël me, uit en te na en dan doet hij hetzelfde, hij kleedt zich uit tot ook hij helemaal bloot voor me staat. Hij is zo mooi en dan móet ik hem voelen. Ik trek hem tegen me aan en zo staan we een tijdje, lichaam aan lichaam, onze gezichten naar elkaar gekeerd, elkaar aankijkend.

‘Ik wil jou’ zegt hij dan. Waarna hij me optilt en op het bed legt. Meteen draaien we ons naar elkaar toe en kussen elkaar, waarbij onze tongen al gauw elkaars mond weten te vinden. Het is zo fijn om weer een man tegen me aan te voelen, nu pas besef ik hoe erg ik dat heb gemist, hoe erg ik Pieter heb gemist. Maar Pieter is er niet meer, ik moet hem loslaten, want nu is Daniël er.

Als ik Daniël zijn penis voel groeien ga ik op hem liggen, ik krijg ineens haast, ik wil hem nú in me hebben. Ik beweeg me tot ik met mijn kutje voor zijn harde staaf uitkom en duw me er dan overheen.
‘Wauw Emma, moet je een trein halen, of zo?’ vraagt Daniël dan, half grappend.
‘Ehm… misschien wel ja. Een trein die me ophaalt en verder brengt. Is dat erg?’
‘Jawel maar ehm…, het gaat wel een beetje snel dit.’
Ik weiger om me te schamen. ‘Ik heb dit te lang gemist, sorry, maar dit moet even.’
Gelukkig geeft Daniël zich dan ook over, met zijn handen op mijn heupen duwt hij me mee omlaag, tot hij helemaal in me zit. Dit is zo onaards fijn, ik was dit gevoel bijna vergeten. Ik ga me bewegen, ik schuif een stukje van hem af, en ga dan weer terug helemaal over hem heen.

Met de harde tepels van mijn borsten wrijf ik over zijn borstkas heen en weer, wat me nog eens extra opwindt. ‘Dit is echt wel heel lekker Emma’ fluistert Daniël dan. Hij neemt mijn gezicht tussen beide handen en zoent me overal waar hij maar kan, mijn voorhoofd, ogen, neus, mond, wangen, het kuiltje in mijn keel. Het is zo fijn, de aandacht die hij me geeft, ik heb dit zo erg gemist.

Steeds heftiger schuif ik op en neer over zijn harde stevige mannenlijf, met zijn penis diep in me. Ik kan gewoon niet bevatten dat ik zo lang zonder dit gevoel heb gekund. En terwijl ik met hem in me op en neer beweeg begint er in mijn buik langzaam maar heel zeker iets te bewegen. En niet alleen daar, mijn hele lichaam en mijn hele mind komen in beweging. Het lijkt of de bal die in me zit los begint te komen, vloeibaar wordt en zich een uitweg uit mij zoekt. Ik voel dat het iets groots is, iets imposants, iets wat mij in zijn macht had en me nu los gaat laten. En terwijl ik vanuit mijn kutje een intens orgasme op voel komen begin ik te huilen. Niet zomaar huilen, nee, echt janken! Ik snik het uit terwijl ik steeds heftiger over Daniël op en neer beweeg. Ondertussen probeert hij me te troosten, geeft me kusjes geeft, streelt me over mijn rug en billen.
‘Toe maar meisje’ zegt hij steeds weer sussend. ‘Laat het maar gaan, ik ben bij je.’

En dan komt het eruit. Tegelijk met mijn orgasme stromen al mijn opgekropte verdriet en eenzaamheid en het er jarenlang zo alleen voor staan naar buiten. In mijn lichaam voelt het alsof er een tornado is opgestoken die alles opruimt en alle ellende op zijn weg meeneemt. Tegen de tijd dat mijn orgasme is uitgeraasd zijn ook mijn tranen op en kan ik alleen nog maar snikkend en snotterend op Daniél tot rust komen. Nog nooit in deze drie jaren na Bennies dood heb ik me zo gezien en zo getroost gevoeld. Helemaal leeg lig ik op Daniël, die onafgebroken lieve woordjes tegen me zegt en me streelt.


Na een tijdje, als ik helemaal tot rust ben gekomen, draait hij zich met me om. Dat lukt hem zonder dat zijn stijve penis uit me raakt. Ik open me zo ver mogelijk voor hem, sla mijn armen om hem heen en fluister dan ‘neem me alsjeblieft, hélemaal!’
Als antwoord kust hij me en dan neemt hij me. Hij neemt me zo ontzettend lief en zo teder. Langzaam schuift hij zich in me op en neer, met als gevolg dat ik me nu echt weer helemaal tot leven voel komen. Met dat besef, dat ik weer ga leven, wordt me tegelijk duidelijk dat Benjamin en ook Pieter altijd deel zullen blijven van mijn leven, maar dat het tijd is dat ik aan een nieuw hoofdstuk begin. Met Daniël en Gaia ga ik deze Kerstmis in, en verder zie ik wel wat er op mijn pad komt. Maar eerst ga ik nu genieten van wat Daniël met me doet. Ik léef weer!



Liefs,
Zazie




Geef dit verhaal een cijfer:  
5   6   7   8   9   10  
Klik hier voor meer...
Durf jij met oma te flirten?