Klik hier voor meer...
Donkere Modus
Datum: 08-08-2018 | Cijfer: 8.4 | Gelezen: 1804
Lengte: Lang | Leestijd: 24 minuten | Lezers Online: 1
Trefwoord(en): Coming Of Age, Romantiek,
Vervolg op: Awakenings - 8
Hoofdstuk 25

(Woensdagmorgen, bij Sven thuis)

Die woensdag stond ik op met een geestelijke kater.
Ik voelde me vanzelfsprekend ontzettend rot vanwege het gebeuren met Daniel, nog steeds, en ieder uur leek dat gevoel wel groter te worden. Ik voelde me machteloos, ook omdat ik nog steeds op 2 gedachten hinkte: enerzijds wilde ik o zo graag op Daan afstappen, hem een hand geven en zeggen dat ik de hele gang van zaken erg betreur, om het vervolgens als goede vrienden uit te praten; uiteindelijk - zo dacht ik er ten minste nú over – had ik die avond in de tennishal misschien wel wat overdreven gereageerd.
Anderzijds voelde ik me nog steeds erg afgewezen door hem, op een manier die me in mijn beleving toch wel gekwetst had. Ik had me bloot gegeven (letterlijk en figuurlijk…) en hij had daar afwijzend op gereageerd, en niet als vriend gehandeld….
Vond ik.
Jezusmina! Wat kan het leven moeilijk zijn!
Daniel had me gebeld afgelopen weekend, en toen had IK afwijzend gereageerd.
Ik stelde me toen niet als vriend op, wetende dat ook híj zich rot voelt.
Ik ben nog steeds boos, en voel me nu eenzamer dan ooit….

We spreken de laatste dagen nauwelijks tot elkaar, alleen het hoognodige. Eergisteren pro-beerde ik – tijdens onze wekelijkse repetitie – zo normaal mogelijk te doen.
De maandagrepetitie ging natuurlijk gewoon door, maar ik ben bang dat door het gebeuren van laatst de sfeer die maandagavond er bijna al vanaf het begin voor zorgde dat de aanvanke-lijk gestarte repetitie uiteindelijk op een teleurstelling uitliep.
Richard, Peter, Djingo en Aimée voelden natuurlijk de spanning goed aan, maar hielden ver-der hun mond.
Om half 10 - drie kwartier eerder dan gebruikelijk – markeerde Aimée met een droefgeestige en slome roffel op haar drumstel het einde van deze repetitie.
Enkele seconden doodse stilte, die doorbroken werd door Djingo, met een uiterst valse ver-tolking op zijn viool van de Dodenmars van Chopin.
‘Ik denk’ vertolkte mijn collega gitarist Peter onze gevoelens, ‘dat we er voor vanavond maar een punt achter moeten zetten’.
In stilte pakten we onze instrumenten in. Djingo keek beurtelings naar Daan en naar mij. Ik haalde m’n schouders op en hield m’n mond; ik had zin om heerlijk uit te huilen.
Maar dat deed ik niet.
Ik beet op m’n lip en ruimde m’n muziek op.
Daan was z’n gitaar aan het inpakken en beantwoordde een vraag van Peter over school. Hij sloot het koffer, stond op en… botste tegen mij op.
Ik voelde letterlijk een soort van elektrische schok.
‘Sorry’ zei hij zacht, ‘keek ff niet uit’.
Hij keek me niet aan.
‘Geef niks’ mompelde ik.
Ik keek hem niet aan.
Ik keek hem niet aan, maar het liefste had ik hem wél willen aankijken.
Het liefste had ik Daniel in m’n armen willen houden en willen zeggen: het spijt me zo!
Ik voelde tranen prikken achter m’n ogen.
WAT ZIJN MENSEN, EN DAN VOORAL 17 JARIGE PUBERTJES RARE WEZENS!!!
Soms dan.
Waarom volg ik verdomme gewoon m’n hart niet???
Omdat ik een stijfkop ben.

Ik liet de mensen uit.
Djingo als laatste.
Hij gaf me een vriendschappelijke knuffel. ‘Hey makker, waarom leggen jullie dat ruzietje nou niet gewoon even bij, he. Zo erg kan het toch niet zijn!’.
Je moest eens weten, Djingo…..
‘Bedankt, Djingo, en dat méén ik! Maar..eh….. het is anders dan je denkt…’
Ik kneep m’n lippen stijf op elkaar.
Hij haalde z’n schouders op. ‘Oké man! Ik bemoei me er verder niet mee, maar sluit alsjeblieft weer vriendschap….’
‘……want dan kunnen we weer gewoon repeteren…’
‘Nee, ik wilde zeggen: sluit vriendschap, want jullie zijn het meer dan waard elkaars vrienden te zijn…’
Ik trok m’n wenkbrauwen op.
‘Jullie zijn voor elkaar bestemd….’
‘ He?? Wat bedoel je?’
‘Dat mag jezelf uitzoeken…..’
En zonder nog iets te zeggen stapte Djingo op z’n fiets en reed de nacht in.

Wat bedoelde hij nu???
Bedoelde Djingo wat ik dacht dat hij bedoelde?
Zou hij, anderen misschien ook, door mijn zorgvuldig opgetrokken façade kunnen heenkij-ken?
Ik moest voorzichtig zijn…..

Dit alles ging door me heen, terwijl ik uiterst moeizaam de gebruikelijke ochtendrituelen vol-bracht.
Ik zei pa en ma goedendag en fietste redelijk somber naar school.


Hoofdstuk 26

(Sven)

De ochtend verliep uiterst moeizaam.
Uiteraard.
Ik was met m’n gedachten ergens anders. Zo nu en dan keek ik stiekem naar Daniel, maar die scheen totaal geen oog voor me te hebben. Hij leek me wat nerveus, maar dat was onder deze omstandigheden niet zo vreemd natuurlijk…
Halverwege het eerste uur kwam de gebruikelijke kartonnen doos het lokaal binnen.
De Schoolkrant.

Mijnheer Offermans van Nederlands was net aan het orakelen over het boek ‘Turks Fruit’ van Jan Wolkers en de film die ervan gemaakt was, en dit jaar voor het eerst in de Nederlandse bioscopen was verschenen.
Offermans was er uiterst virtuoos in geslaagd om dit meesterwerk in ongeveer één kwartier tijd te reduceren tot een ordinair pornoverhaal, en voor de film had hij al helemaal geen goed woord over….
De sukkel. Met objectief Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs hadden Offermans’ bezigheden weinig van doen, maar inmiddels nam niemand van ons zich meer de moeite om hem daar op aan te spreken, laat er met hen over in discussie te treden. Indachtig Godfried Boman’s geestige quote “Er zijn vormen van bewustzijnsvernauwing waar je iemand in moet láten” lieten we Offermans in zijn (conservatieve) sop gaarkoken.

Offermans oreerde over het aliteraire gehalte van ‘Turks fruit’ in het bijzonder en Wolkers in het algemeen, en liet intussen de doos rondgaan, zodat iedereen er een exemplaar van de schoolkrant uit kon nemen.
Verveeld pakte ik er eentje en liet het direct lusteloos in m’n tas glijden.
De bel ging.

We denderden naar buiten, op weg naar Wishaupt.
Ze was een draak natuurlijk, maar wel een draak die uitstekend lesgaf.
Ik wilde nu dat ik ver weg was van iedereen, op mezelf en ongestoord, ergens op de Drentse Heide, of beter nog: in Peru…
‘Dort wo du NICHT bist, ist das Glück’, schreef Goethe al…..

Twee lessen later begon het me op te vallen dat bepaalde leerlingen me op een aparte manier begonnen aan te kijken. In het begin had ik er niet zo’n erg in, maar gaandeweg viel het steeds meer op.
Na het vierde uur liep ik naar een van de jongens toiletten en bekeek mezelf zorgvuldig in de spiegel.
Niets.
Ik keek omlaag.
M’n gulp was keurig dicht…..
Ik vroeg me af waarom sommige medeleerlingen me aanstaarden, het beviel me niks, ik hou niet van geheimzinnigheid.
Ik liep de WC uit.

Aan de andere kant van de deur stond Peter, met een vreemde blik in z’n ogen.
‘Ja, wat???’
‘Heb je het schoolblad al gelezen, Sven?’
‘Nee, hoezo dan?’
Hij schudde z’n hoofd.
‘Het lijkt me beter dat je het gewoon maar leest, doe nu maar’.
Hij sprak in raadsels…
‘Maar, wat b…’
‘Lees nou maar gewoon’ en hij liep zonder nog iets te zeggen weg.

Ik werd nieuwsgierig.
Ik viste het schoolkrantje uit m’n tas en begon te bladeren.
Mmmmm….. verslag school voetbalteam….. Pergamom…..aan iedereen die dit leest….
Aan iedereen die dit leest???
Mijn oog viel op een naam.
Ik bladerde door.
Daniel ter Horst!!!

Heel snel en vluchtig vlogen mijn ogen over de woorden van Daniel en, geloof het of niet, ik voelde me alsof ik een trap in m’n maag had gekregen.
Waarom??
Wat??
Hoe???
Godverdegodver nog an toe!!!

Rustig blijven sprak ik mezelf toe.
Ik haastte me naar buiten en liep naar het achterste gedeelte van het schoolcomplex, waar ik verwachtte rustig en ongestoord verder te kunnen lezen.
Achter de locatie waar we onze fietsen konden stallen was nog een klein bosje, en dáár wilde ik me terugtrekken. Ik kwam hier in het verleden vaker met Daan, als we relatief ongestoord wilden praten.
Met Daan.

Ik ging tegen een boom aanstaan en begon te lezen.
Ik las het artikel nog eens.
En nog eens.
Bij de vierde lezing kwamen de tranen.
Ik liet het blad uit m’n vingers glijden en keek wezenloos voor me uit.
Langzaam liet ik me door m’n knieën zakken en ging zitten. Ik boog m’n hoofd en begon ge-luidloos te janken.

Waarom word ik zo ontzettend afgewezen door m’n vriend???
Waarom heeft hij blijkbaar willens en wetens er voor gekozen niet met mij hierover te pra-ten???
En waarom in Godsnaam die reactie van hem in die vermaledijde tennishal???
Waarom?
Waarom??
WAAROM???
Ik schreeuwde geluidloos en voelde me zwaar belazerd en depressief.

Ik hield m’n hoofd tussen m’n handen en wenste dat ik hier en nu zou doodgaan…

Een aarzelende hand op m’n schouder.
Een fluisterende stem.

‘Sven?’

Ik keek op.

‘Daniel!’

Sneller dan ik voor mogelijk had gehouden stond ik overeind en maakte aanstalten weg te lopen.
Weg van alles.
Weg van iedereen.
Weg van Daniel.

‘Alsjeblieft, Sven….’
Smekend.
Ik keek hem aan.
‘Loop niet weg, práát met me…’
Ik produceerde iets dat door moest gaan voor een cynisch en schamper lachje.

Ik begon boos te worden, en dat was goed.
Boos zijn is een emotie, maar op dit moment oneindig veel beter dan wanhopig zijn, of intens verdrietig, of…..

‘Praten’….
‘Ja, Sven, praten…’
‘Praten?’
‘ PRATEN???’ Ik schreeuwde nu.
Daniel keek me geschrokken aan.
Ik ging door.
‘Luister vriend, ik bedoel EX VRIEND’, Daniel kromp ineen, ‘ik heb je stukje gelezen en zou eigenlijk moeten lachen als ik me niet zo aangeslagen zou voelen. Praten? Mijn lieve hemel! Al langere tijd worstel ik….eh…. worstel ik met zaken, waar ik zooooo ontzettend graag eens met je over had willen praten, en al tíjden probeerde ik de moed bij elkaar te schrapen om dat te doen. Ik was bang.
Ik bén bang.
En sinds die godverdommese gloeiende kutavond in die fucking tennishal wordt het me dui-delijk dat ook JIJ blijkbaar met iets zit, en dat zou dan toch misschien een gelegenheid zijn om met praten te beginnen, nietwaar??’
Ik begon echt op dreef te komen.

‘Sven, ik wilde..’
‘Hou je mond en laat me uitpraten, oké? OKEE???’
Daniel keek me verbijsterd aan, en ik zag dat z’n lip begon te trillen.
Ik negeerde het en ging door.

‘Mijn reactie, daar in die tennishal verdient zeker geen schoonheidsprijs, maar ik wilde in ieder geval met je práten.
Ja!! Ik wilde eindelijk tegen je zeggen wat me al langer bezig houdt. Maar nee, ik word afge-wezen! Mijnheer wilt dus NIET praten, en waarom nu toch??
Waartoe dienen dan 10 jaren van vriendschap??
We hebben verdomme bijna álles gedeeld, en dan – als het er écht op aankomt – wijs je me af..
En dan?’
Ik kon er dus niets aan doen, maar ik begon weer te huilen.

‘Dan verkiest de heer Daniel ter Horst zijn ziel en zaligheid te etaleren in het schoolblad’ snotterde ik, ‘mijnheer ter Horst wenst z’n intiemste gevoelens en gedachten te delen met zo’n 800 anderen!
Godverdommese klootzak!!
Waarom doe je me dat aan?
Waarom ben je er niet met mij over komen praten? Ik heb je stuk zojuist heel zorgvuldig gele-zen, en blijkbaar worstel jij hier al langer mee.. Waarom kom je dan niet naar je beste vriend toe om te praten? ten minste ik dacht, dat ik je vriend was….’
Ik snikte het uit.
Waarom Sven???
WAAROM, lul die je bent???’

Daniel was duidelijk ook aan het einde van z’n Latijn.
‘Het spijt me, meer dan ik kan zeggen, lieve Sven, en ik…’
‘LIEVE SVEN??? Och kom nou!!
Weet je wat je doet? Richt hier een clubje op voor lotgenoten en zie dat jullie eruit komen. Ik ben weg.’

Ik griste m’n tas en rende richting fietsenhok, Daan in totale ontreddering achterlatend, maar dat kon me geen reet interesseren. Ik wilde maar één ding: zo snel mogelijk weg van hem, en alleen zijn.

Ik ontsloot m’n fiets en racete het schoolterrein af met een snelheid die Eddy Merckx jaloers gemaakt zou hebben……
Ik was furieus op Daan, ik was razend, maar tezelfdertijd ook heel hulpeloos, verdrietig en uiterst kwetsbaar. De tranen liepen nog steeds over mijn gezicht, en achteraf beschouwd mag ik blij en vooral dankbaar zijn dat er toen geen ongelukken gebeurd zijn….


Hoofdstuk 27

(Sven)

Wat nu te doen?
Ik had overigens nog 2 lesuren te gaan, maar dat kon me op dit moment echt niets schelen! Ze sturen me maar van school!
De koele lucht – waarin zich de naderende herfst begon te manifesteren – bracht me weer een beetje tot rust. Ik dacht na.
Wat nu te doen? Naar huis? Moeder Karlijn hoefde vandaag niet te werken, en die zag me aankomen! Ik zou vragen moeten beantwoorden, lastige vragen, en daar had ik voorlopig dus geen trek in…
Ik dacht na.

De Denk Plek!

Waarom had ik daar niet eerder aan gedacht?
De Denk Plek….
Grenzend aan onze woonplaats is een mooi natuurgebied, de Vrije Weerdt geheten, en ik kwam er geregeld, vaak in het gezelschap van Daan.
Daan…
Een deel van het gebied is verboden terrein voor recreanten, en is ook afgezet. Het is een ge-deelte waar een tal beschermde vogelsoorten hun habitat hebben, en die mogen uiteraard niet gestoord worden, vandaar.
Wij waren zo stout om er tóch te komen….. Gewoon, omdat het er stil, vredig en rustig is, een ideale plek dus voor 2 vrienden om ongestoord alleen te zijn.
Twee vrienden…..
Twee ex vrienden, dacht ik grimmig.

Ik fietste door en kwam op de plaats van bestemming. Ik sloot de fiets af en verstopte deze ergens in het struikgewas.
Ik liep verder het natuurgebied in.
Ik wilde alleen zijn.
Ik wilde nadenken.
Ik wilde uithuilen.

Na ongeveer 1 kilometer vond ik de plek waar ik zijn moest. Ik kroop omzichtig onder de prikkeldraad versperring door en liep voorzichtig verder.
Voorzichtig, want zo nu en dan loopt er wél een boswachter, en die wilde ik vandaag en nu niet tegenkomen…
Ik sloop verder.
Ik was bijna bij de plek van bestemming.
De Denk Plek van mij, van ons,
van MIJ, want Daniel is afgeserveerd,
van mij dus….
werd gedomineerd door een grote en oude eikenboom, en dáár wilde ik vertoeven.
Daar wilde ik nadenken.
Ik was er bijna.
Ik keek rond.

Ik schrok.
Ik was niet de enige!!
Ik hoorde geluid, nog voor ik iemand zag.
Dat gebeurde even later, en ik schrok nog meer!!

Alle Heiligen in de Hel!
Pieter!
Er stond een jongen die ik kende, iemand uit de 4e klas, hij stond tegen ‘mijn’ boom.
Mijn trieste en nare gedachten van zojuist waren voor dit moment even op een zijspoor gezet, toen ik eenmaal duidelijk zag wat er gaande was: Pieter stond met z’n rug tegen de boom, zijn broek op z’n knieën, en was heel fanatiek aan het masturberen!


Hoofdstuk 28

(Sven en Pieter)

Ik stond paf!
Pieter!
Beter gezegd: Pietertjuuuuuh, zoals wij hem noemden. Pietertjuh werd vaak door z’n moe-der naar school gebracht, de laatste jaren niet meer overigens. Maar in die tijd dus wel. En steevast zei zij dan: ‘Pietertjuh, zul je goed opletten, knulletje?’ Dus kreeg de knaap vanzelf-sprekend de bijnaam Pietertjuuuuuh, waarbij we uiteraard de laatste lettergreep behoorlijk lang rekten.
Pietertjuh werd behoorlijk gepest, ook toen hij op de middelbare terecht kwam, en tot mijn grote schande deed ik aanvankelijk van harte mee. Eigenlijk een gewone jongen, niets opval-lends, maar wel stil, heel stil. Hij was klein van stuk, droeg een brilletje, en vanaf het begin van zijn middelbare school periode was het duidelijk dat Pieter het echt niet zou brengen tot class captain….

Toen hij in de tweede zat (ik in de derde dus) waren ik en nog 2 anderen hem weer eens op stang aan het jagen. We sarden hem maar wat, overigens zonder enige aanleiding.
Timide vroeg hij – zoals hij dat altijd deed – of we wilden ophouden.
Wij lachten hem uit.
Toen zag ik zijn machteloze tranen, en vooral zijn gekwetste blik en ogen die duidelijk veel pijn verrieden.
Ik schrok en liep weg, m’n twee vrienden achter me aan. Waarom ik dan wegliep?
Ik legde uit dat ik er gewoon geen zin meer in had.
Ze waren verbaasd en vroegen toen of ik soms een vriendje was van dat lulletje rozenwater, en ik probeerde uit te leggen wat ik voelde, maar ze konden of wilden me niet begrijpen. Ik haalde m’n schouders op en ging er van tussen. Een paar maanden later was het contact van-zelf verbroken met hun.
Pietertjuh werd gelukkig minder gepest sindsdien.
Ikzelf had niks tegen hem, maar ook niks met hem, dus ik negeerde hem gewoonweg.

En nu stond hij zich af te trekken in de natuur!
Ik wilde bepaald niet de voyeur uithangen, maar wilde wel heel graag MIJN plek daar onder die boom innemen, dus dan maar wachten tot Pieter tot een einde had gebracht waar hij blijk-baar al een tijdje mee bezig was…
Onwillekeurig keek ik en voelde me ongemakkelijk.
Ik werd ook niet echt opgewonden van deze aanblik.
Door het blijven kijken werd me wel iets anders duidelijk: Pieter zag er – ondanks zijn geringe lengte en zijn bril – best aantrekkelijk uit! Hij had van die droevige bruine ogen (was me vroe-ger al opgevallen), en zeker onder deze omstandigheden kon ik duidelijk zien dat hij een mooi en goed geproportioneerd lichaam heeft….

Ik kreeg kramp in m’n linkerbeen en verzette m’n voet.
Ai!
Er kraakte een tak onder m’n voet.
Heel duidelijk.
Pieter staakte onmiddellijk zijn activiteiten en keek angstig rond.
‘W w w wie is daar’ zei hij met bibberende stem.
Ik stond op korte afstand van hem, onbewegelijk stil.

‘Is daar iemand?’ Wat krachtiger nu.
Ik dacht er het beste aan te doen me maar bekend te maken.
Ik stapte uit de schaduw naar voren en zei schaapachtig ‘hallo’.

De jongen werd beurtelings wit en rood.
‘Jij??’ bracht hij er met moeite uit.
Hij probeerde intussen zijn kleren te fatsoeneren, maar was natuurlijk zodanig in de war dat dit aanvankelijk niet lukte. Ik kreeg medelijden met hem en moest echt de aandrang onder-drukken om hem daarbij te helpen…
Uiteindelijk kreeg hij toch z’n piemel in z’n onderbroek gestopt en lukte het hem z’n broek over z’n heupen te krijgen.
Hij rukte z’n rits dicht.

Ik schraapte m’n keel.
‘Het spijt me, maar ik was toevallig

(Toevallig???)

in de buurt, ik kom hier wel vaker….. Sorry, ik wil je niet in verlegenheid brengen’,
mompelde ik.
‘Toevallig??’
Een smalend lachje, althans wat ervoor moest doorgaan.
‘Ja, zoals ik al zei, ik…..’
‘Ik ben wel goed, maar niet gek! Je bent me gewoon gevolgd!!! Niet dan??’
Ik hief m’n handen in een verzoenend gebaar omhoog.
‘Het is echt niet wat je denkt, Pieter, ik ben hier echt toevallig, geloof me alsjeblieft’.
‘Ja ja, dat geloof je zelf toch niet? Is dat nu een volgende fase in dat leuke spel dat heet “Pie-tertjuh pesten”?? Pietertjuh stiekem volgen en achterna zitten??’
Hij keek me boos aan, terwijl de tranen van machteloze frustratie in zijn bruine ogen stonden.
Ik voelde me slechter dan ooit.

Daniel was nu geheel en al naar de achtergrond gedrongen en ik had echt heel erg met dit joch te doen.
‘Geloof me dan toch! Ik ben hier, omdat ik hier vaker kom, omdat ik wel eens alleen wil zijn, en trouwens, met die ‘vrienden’ van toen heb ik al een tijd geleden gekapt, dat zou je toch moeten weten’.
‘Mooie woorden, waarom geloof ik ze alleen niet?’
Ik legde voorzichtig een hand op z’n linkerschouder.
‘Geloof me maar wel, het is precies zoals ik het zei!’
Driftig sloeg Pieter m’n hand weg (oef! Dat deed pijn!).
‘Blijf alsjeblieft van me af en donder op!’
‘Pieter…’
‘Sodemieter op! Weg!’
‘Laat me…’ probeerde ik nog.
‘Weg!’
Hij liet zich op de grond zakken en begon zacht te huilen.

Een uur geleden was IK verdrietig, maar nu zag ik naast me een totaal ontredderde jongen, wiens tomeloze en leek wel uitzichtloze verdriet naar buiten kwam; en dat voor het eerst, dacht ik.
Ikzelf was emotioneel ook op een dieptepunt en had meteen de neiging om met hem mee te janken. Ik was diep geroerd.
Een krampachtig snikken ging door de jongen heen en op dat moment voelde ik maar één ding: hem troosten en in bescherming nemen.
Tegen wat dan ook.
Ik ging zitten en legde intuïtief mijn arm om hem heen.

‘Laat dat!’
Ik hield hem stevig vast, het kon me niet bommen.
Hij trok zich min of meer los en keek me met enige minachting aan.
‘Hoort dat ook bij jullie spel? En, waarom ben je hier nog??? Moet je niet naar je vriendjes toe om hierover te vertellen???’

Hij geloofde me niet!

Waarom vertouwde hij me niet?
Ik wist het antwoord, tot mijn schaamte.
Ik sloeg m’n ogen neer.

‘Ga weg, en laat me eindelijk met rust’ schreeuwde hij, ‘en o ja, ik heb nog een heel sappig nieuwtje voor jullie: ik ben een flikker. Een flikker ja, zal ik het spellen??? F L I K K E R!!! Een mietje, poot, kontneuker, bruinwerker…. Go, tell it on the mountains……’
Totaal uitgeput zonk hij achterover.
Ik was nog niet eens zó verbaasd.
Pieter huilde niet meer en keek somber voor zich uit.

Ik nam hem in m’n armen, alweer, en fluisterde: ‘Ik ook, Pieter, geloof me alsjeblieft, ik ben net als jij….’
Hij wilde zich weer losrukken, maar ik gaf hem geen kans. Ik klemde hem vast en had de meest tegenstrijdige gevoelens. Het gevoel om hem te troosten en om hem te beschermen was het grootste. Ik drukte Pieter tegen me aan en gaf hem een kus op z’n voorhoofd.

Pieter bewoog zich niet.

Ik hield hem nog steeds stevig vast en voelde golven van genegenheid door me heen stromen. Ik kuste hem opnieuw, deze keer op zijn lippen.

Pieter keek me ongelovig aan.
Ik glimlachte, in weerwil van mijn verdriet dat nog steeds op de achtergrond manifest was.
Ik kuste hem opnieuw, op dezelfde plaats.
Pieter reageerde, maar deze keer anders.
Hij kuste me terug!

In een wel zeer innige verstrengeling zaten we zo minuten lang tegen elkaar aan.

Pieter verbrak als eerste de stilte en zuchtte diep.
Ik ook.
We begonnen beiden te lachen.
‘WAUW!!!’
‘Ja he?’
We lachten opnieuw.

Hij werd weer serieus.
‘Waarom, Sven? Waarom ik??’
‘Omdat ik om je geef, Pieter, omdat ik je wil beschermen, omdat…. Omdat ik je warmte veel geven, veel warmte….. omdat….’
‘Omdat?...’
‘Omdat ik verdomme nu zélf graag wat warmte wil krijgen, daarom!’

Hij hield me vast in stilte en knuffelde me een beetje.
Dat deed goed.
Erg goed.

Geruime tijd zaten ze zo samen, toen ik uiteindelijk aanstalten maakte om op te staan.
‘Ik geloof dat we maar eens moeten gaan…’
‘He?? Waarom?’
‘Misschien omdat het is beginnen te regenen? Als ik me niet vergis zal het zodadelijk met bákken uit de hemel komen…’
‘Mijn hemel, ik geloof dat je gelijk heb’.

Pieter stond op en reikte me de hand. Ik nam z’n hand en liet me door hem optrekken. Ik keek hem voortdurend in de ogen.
Ik gaf hem nogmaals een diepe kus.
‘En nu rénnen!!’
We hielden elkaars hand vast en renden als gekken door het bos, op weg naar de uitgang.

Een kleine tien minuten later waren we door de versperring en bij onze fietsen (die van hem lag toevallig 20 meter van die van mij vandaan).
Toevallig?
Het góót inmiddels.

We pakten onze fiets en raceten naar de stad.
Lees verder: Awakenings - 10
Geef dit verhaal een cijfer:  
5   6   7   8   9   10  
Klik hier voor meer...
Klik hier voor meer...