Door: Jefferson
Datum: 13-03-2016 | Cijfer: 8.6 | Gelezen: 3032
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 43 minuten | Lezers Online: 1
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 43 minuten | Lezers Online: 1
Ammen Vale
Hey, super dat er nu een een aparte categorie voor dit soort verhalen zijn. het simuleert me om vrijer te schrijven. Hopelijk bevalt het jullie. Zou het leuk vinden om wat feedback te krijgen.
Ammen Vale
1.
Normaal gesproken was dit gewoon een rustige vallei. En alhoewel uitgestrekt, bood het ook bescherming. En dat voelde je. Dat voelde ik. Ik was hier nu zo’n drie maanden en had het eigenlijk prima naar m’n zin. Ik begaf me met name in het noorden van de vallei. Ik was nog bezig met m’n onderzoek naar de flora en fauna hier, die veelal simplistisch leek. Pas na een week, kreeg ik door dat er in het zuiden een kolonie uilbeesten leefden. Weliswaar geen fauna of flora, maar wel erg interessant op z’n minst. Deze mythische wezens lieten me blijken wanneer ik door hun bekeken werd vanuit de verte. Meestal snachts als ik rondom m’n eigen kampvuur zat. Toch was ik nooit bang voor ze. De Nachtelven spreken altijd vol passie als het gaat om verhalen over de uilbeesten. Het waren waardige wezens. Maar niet waarvoor ik hier was. ik was hier voor de motten. Onder andere. Ze groeiden hier tot enorme proporties en ik vroeg me af waarom. De sporen die hun loslieten, in combinatie met het warme vochtige klimaat zorgde ervoor dat er over het hele eiland, wat de vallei was, een blauwige damp hing. Het werkte bijna rustgeven. Soms vroeg ik me wel eens af of het me deed dromen. De sereniteit was gewoon ongekend. En tussen de motten dartelde de konijnen molratten zonder enig gevaar van wie dan ook. zelfs de zweepplanten bereikten hier een status van rust, die ik nog nooit eerder gezien had bij hun soort. en dit was toch wat ik met de drie maanden die ik hier was kon concluderen. Ik was dan wel zielsalleen, maar ik vermaakte me prima hier op dit kleine paradijs in een wereld zo groot en vol met onheil. Mijn naam is Aruna. Onderzoekster in dienst van het Ontdekkers Verbond. Toen ik naar dit hoekje van de planeet werd gestuurd, dacht ik in eerste instantie dat men mij niet serieus nam. En dat doen ze misschien nog steeds wel niet. Maar wacht maar totdat ik mijn rapport in lever… op een klein elven scheepje werd ik min of meer aan m’n lot achtergelaten. Maar ik ben geen onschuldig meisje wat niet weet hoe te overleven, al zal men mij zo wel inschatten op het eerste gezicht.
De dieren en planten hier waren niet gewend aan mensen. Ik was misschien wel de eerste die hier sinds lange tijd is geweest. Vele generaties groeiden dus helemaal in het wild op zonder ook maar een mens of een elf die het kon verstoren. En dat merkte ik meteen al. regelmatig kwam er een diertje kijken. Soms een konijn, soms een hert. Meestal vogels. En ik keek op dezelfde manier naar hun. Ik bestudeerde hun leefgedrag en maakte notitie na notitie. Want hoe uniek was het, dat er nog een plek was zo ver buiten de beschaving. Maar de eenzaamheid had ook z’n keerzijde. Zo ging ik mij steeds meer fascineren in de uilbeesten. Als ware dat hun nog een vorm van menselijkheid in zich hadden, gaf me dat een fijn gevoel. Ik vond het ook niet erg om door ze bekeken te worden. De vallei bestond uit een aantal meren en watervallen die elk meertje verbonden. Mijn kamp lag aan de rand van een van die meertjes. De kraterachtige rotsen waarin de meertjes lagen namen veel warmte op overdag, en dat zorgde ervoor dat ik in de avond heerlijk kon baden. De eerste keer dat een uilbeest te dichtbij kwam, schrok ik nog. Met m’n kleren voor m’n lijf rende ik ze achterna en joeg ik ze weg. Ze waren misschien wel drie keer zo groot als mij, maar er zat geen kwaad in. daar staan ze ook niet om bekend en ik noteerde dan ook dat deze afgelegen kolonie ook geen enkel gevaar kon vormen. Ze kwamen nooit heel dichtbij, en meestal was het er maar eentje. Ik wilde ze graag bestuderen, maar het was eigenlijk niet m’n afdeling. Dus liet ik hun mij maar bestuderen. En dat begon als een grapje in m’n hoofd, maar elke avond als ik aan het baden was, zag ik hun ogen oplichten door het maanlicht en liet ik me door hun bekijken. Voor m’n gevoel begonnen zij mij te begrijpen. Ik was dan wel van een andere soort, maar dat leek hun juist te intrigeren. Dat ze ’s avonds kwamen als ik aan het baden was, legde ik eerst nog aan mezelf uit als dat het nachtwezens waren. hun ogen schenen soms net zo fel als de sterren boven me en wetende dat ik bekeken werd door deze wezens kon ik juist lekker slapen. Ze stonden niet bekend als de meest intelligente wezens, op uitzondering van een enkele legende na, maar hun mystiek was bijna tastbaar. Hun aanwezigheid voelde je. Soms hoorde ik ze in de verte brullen. De eerste keer joeg het me nog angst aan. nu niet meer. nu gaf het met zelfs rust. Dan wist ik nog dat ze er waren. alsof ze over me waakten.
Op de vraag waarom de plaatselijke motten zo groot waren, had ik echter nog geen antwoord op gevonden. Ik het zuidwesten lag een uitgestrekte bloemenweide. Sommige meer levend dan anderen. De zweepplanten kropen rond en merkte me altijd op. de aroma’s die hun voortbrachten samen met alle vaste planten en bloemen, waren eerlijk waar betoverend. Soms werd ik er licht in m’n hoofd van, maar nooit liet ik het me de baas worden. Alhoewel ze geen ogen hadden, richtte ze altijd hun grote bloem op mij als ik langsliep. En als ik te dichtbij kwam, kropen ze snel weg. Fascinerend was te zien hoe een afgedwaald hert werd afgeweerd door de planten. Op het naburige en veel grotere eiland leefden ook zweepplanten en herten. Veelal naast elkaar. Maar de kleinere zweepplanten hier hadden eigenlijk nooit last van herten. Het hert had zonder erg een hap uit een slapende zweepplant genomen. Gealarmeerd door het voorval zag ik hem sporen uitschieten, wat de overige zweepplanten tot actie dreef. Hun zweepachtige ledematen schoten de lengte in en sloegen het hert. Het hert leek er in eerste instantie weinig last van te hebben. eerder gewoon irritant. Het dreef hem dan uiteindelijk wel weg, maar meer ook niet. Alsof de planten in een kolonie leefde, dat was het interessante. Plus; dat de ‘gewonde’ zweepplant zich wist te herstellen door zich in te graven. Dagen gingen voorbij, waarop ik steeds terug kwam, en zag ik de ingegraven zweepplant langzaam zichzelf helen. Wonderbaarlijk. En zeker een notitie waard.
Zo op het eerste gezicht leidde ik dan misschien niet het aller boeiendste leven. Maar dit was mijn leven. En mijn nieuwsgierigheid naar alles wat nieuw en onbekend was, dreef mij door het leven heen. Maar mijn avontuur was nog niet begonnen. Dat ging namelijk nu pas beginnen…
Op een nacht, terwijl ik in m’n slaapzak kroop zonder loerende ogen om me heen, wat wel opvallend was, maar niet alarmerend, zag ik een vallende ster. Niets bijzonders. Dat wordt wel vaker gezien. Opvallend was wel dat het lang duurde voordat de ster doofde. Hij trok van rechts naar links. En het werd ook groter. Te groot zelfs. Toen de angst me begon te bevatten, zag ik dat het er meer dan een was. de ster werd al snel een grote lichtbol wat de vallei deed verlichten. De ster brak in stukken en meerdere vuurballen kwamen nu op onze planeet af. de angst verlamde me. niet ver van m’n kamp botsten vervolgens de eerste brokstukken neer. De grote ster zelf verdween achter de bergen van de vallei en leek op het grotere eiland te crashen. Maar meerdere grote brokstukken leken nog recht op me af te komen. De crash van de ster liet de aarde beven. Los van enkele explosies was het verder muisstil. Totdat er een erg groot brokstuk bij mij in de vallei landde. Ik bleef liggen uit angst, maar de impact was zo groot dat ik met alles in m’n buurt werd weggeblazen. Dit was natuurlijk geen ster meer, maar meer iets van meteoriet. Alhoewel men nog weinig weet van alles buiten onze planeet, was er al wel onderzoek geweest naar het leven buiten onze eigen planeet. We weten dat er meerdere bewoonde planeten zijn. we zijn er zelfs al geweest! Maar daar wist ik zelf niets van. Ik was al lang blij dat ik overeind kon kruipen en dus nog leefde. Ik kon echter niets zien. De impact had stof op doen stuiven. Met een hand voor m’n mond probeerde ik me te oriënteren, hoestende op de stof. Ik zag op een gegeven moment meerdere gloeiende lichten om me heen. Al was het van een afstandje. Ik besloot om er op eentje af te kruipen om te zien wat het was. onderweg passeerde ik een mot die de impact niet overleefd had. en het was ook echt een wonder dat ik het wel overleefd had. de vallei stond voornamelijk vol met grote naaldbomen. Maar met de impact waren er een hoop geveld. En niet alleen bomen dus, helaas…
De stof trok langzaam weg en de lichte blauwige damp keerde langzaam terug. Al was het wat dikker door de crash van de meteoriet. Ik naderde ook een van de lichten en kon al zien dat er iets van pilaar in het landschap was geboord. Het werd me al snel duidelijk dat ik de gloed kon voelen. Het bracht een onherkenbare sensatie in me op, wat ik niet wist te plaatsen. Motten, die het wel overleefd hadden, zaten op de pilaar of fladderden er om heen. Het werd me meer duidelijk nu. het leek wel een kristal. En zouden die andere lichten dan ook van een soort gelijk kristal komen. Wat kon er toch neer gestort zijn, wat dit met zich mee bracht. Maar net als de motten, leek ik ook aangetrokken te worden door het kristal. Ik kroop dichterbij en stond vervolgens op. het kristal torende hoog boven me uit en ik keek met grote ogen naar dat ding op. de paarse gloed bonsde door m’n lichaam heen. Alsof ik geen controle meer had, stak ik mijn arm uit en plaatste ik mijn hand tegen het warme harde kristal aan. een schok schoot door m’n lichaam heen en ik zakte door m’n knieën heen. Het werd zwart voor m’n ogen en ik stortte nu helemaal ter aarde. Ik leek alles te verliezen. Ik voelde even helemaal niets meer, op het gebonk van de gloeiende kristal na. het was ook nog het enige wat ik zag. Of m’n ogen open of dicht waren, wist ik niet, maar ik zag het kristal nog boven me uittorenen.
,,Daar! Nog een overlevende!’’ ik schrok wakker. M’n hoofd deed zeer, en zo ook m’n hand die het kristal aan geraak had. ,,help haar overeind. Ze moet van hier zijn.’’ ik hoorde hun donkere stemmen. Ze praatten zoals ik, zoals ons mensen, al klonken ze wel anders dan ons mensen. ,,gaat het?’’ ik voelde een grote hand onder m’n buik en ik werd overeind getild. Met een hand wrijvende door m’n ogen kwam ik bij. Ik keek naar de grond en toen ik m’n ogen opende zag ik twee paar hoeven. En grote hoeven ook! verschrikt keek ik op en zag ik de twee vreemde wezen bezorgd naar me om kijken. Maar hun uiterlijkheden waren ongekend. Niet van deze wereld… ik verloor mezelf weer en voelde me flauw worden. Voordat ik de grond raakte, werd ik weer opgevangen en overeind getrokken. ,,Rustig aan maar.’’ Hoorde ik er eentje zeggen. ,,We doen je niets. We hebben je hulp nodig.’’ Zei de ander net zo rustig. Ik kon niets uitbrengen. Ik voelde me alleen maar slechter worden en ging vervolgens zitten. Ik leunde achterover tegen het kristal aan, wat ik nog steeds voelde bonzen. ,,Rust maar. Geef haar wat water.’’ De ander ging vervolgens op een knie zitten en bood me een drinkzak aan. ik wuifde het eerst nog weg. ,,Nee, drink.’’ Ik had geen idee wat er voor me stond en wat er in die zak zat. Ik vertrouwde de twee niet, al deden ze vooralsnog erg aardig. Maar ik dronk. En ik proefde… water. Dat luchtte eigenlijk wel op. ik dronk nog wat meer en gaf de zak terug. ,,Wat is er gebeurd?’’ vroeg ik ze toen maar. M’n hoofd tolde nog, maar langzaam leek ik weer de oude te worden. ,,Het spijt ons.’’ Zei er toen eentje. ,,Dit was niet de bedoeling…’’ zei de ander toen. ik zuchtte alleen eventjes en krabbelde toen weer wat overeind. ,,Wat zijn jullie?’’ vroeg ik toen maar, om gelijk maar de voor de hand liggende vraag te stellen. ,,Draenei. Maar wat ben jij?’’ zei de een alsof ik hier het vreemde wezen was. ,,Ik ben gewoon een mens…’’ antwoordde ik. Ze keken elkaar gek aan. ,,Een mens…’’ zuchtte er eentje. Maar ik kon hetzelfde over hun denken. Wat was nu weer een Draenei?? Ik keek naar hun zoals zij naar mij keken. Het leken me mannen te zijn. hun hoeven waren niet de enigste afwijkende kenmerken van een lichaam wat veel op een mens lijkt. Zo hadden ze een staart. En een soort schildachtige plaat op het voorhoofd, wat deel leek uit te maken van hun lichaam. En dan ook nog hoorns… ik begon steeds vreemder naar ze te kijken. Hun grote handen en armen die vast zaten aan hun grote gespierde torso’s oogden nog het meest menselijk. Waar ze waren ook zo ontzettend groot. Ik was zelf maar een iele vrouw, maar dan nog. En hun huid… die was lichtblauw… hun ogen lichtten op net als de uilbeesten. Als elven… ook hadden ze spitse oren. ,,Zijn jullie elven?’’ vroeg ik ze toen maar. ,,Elven?’’ vroeg er eentje nieuwsgierig. Maar ik wuifde het al weg. Ze leken verder niet eens op elven.
,,Mijn naam is Megelon. Als dat is wat je bedoelt.’’ Zei de een toen. ik dacht dat hij een baard had, maar het leken wel tentakels te zijn. versierd met ringen… ik begon me steeds meer af te vragen, waar ik in beland was. was ik niet gewoon dood gegaan? en was dit dan het volgende leven? ,,En ik ben Proenitus.’’ Zei de ander toen rustig. Het was hij die mij te drinken had aangeboden. ,,Je zal vast veel vragen hebben, maar die hebben wij ook aan jou. Maar ons probleem is veel groter dan je je kan realiseren nu nog. Alsjeblieft, kan je ons vertellen waar we zijn?’’ vroeg Proenitus aan mij. Ik zuchtte en probeerde het te bevatten. ik liep even doelloos naar de rand van een krater en keek over de vallei uit. Overal staken enorme kristallen tussen de bomen door. In het grootste meer stak er eentje uit, die zo enorm groot was, dat die boven de omliggende bergketen uit kwam. Vuur en rook leek zo hier en daar te zien te zijn. een groot gebouw leek uit het niets opgerezen te zijn, maar ik realiseerde me nu dat dat de meteoriet was die neergestort was. het viel me ook nu pas op dat het licht was. ,,Hoelang heb ik daar gelegen?’’ vroeg ik ze. Maar ze hielden hun schouders op. ,,We vonden je net pas.’’ Vertelde Megelon me. wat een namen hadden ze ook… typisch. M’n hoofd deed nog zeer, maar het gebonk leek af te zwakken. De kristallen fluctueerde nog regelmatig maar het leek me niets meer te doen. ,,Weet je waar we zijn?’’ vroeg Megelon nog een keer door nadat ik me naar hun omgedraaid had. ,,Ammen Vale.’’ Maar het zei hun niets. Begrijpelijk. De meeste hier op Azeroth hadden nog nooit van dit stukje aarde gehoord. ,,Komen jullie uit de ruimte?’’ vroeg ik ze toen maar weer direct. Ze knikten. ,,We zijn gevlucht. Op onze planeet werden we vervolgd. Onze Profeet… hij leidde ons door de ruimte heen in ons schip. Maar die is hier neergestort, niet hier ver vandaan. Wat je daar ziet staan, is onze capsule. We zijn nog met weinigen, maar we ontdekken steeds meer overlevenden. Totdat we jou tegenkwamen.’’ Vertelde Proenitus me toen in een keer. ,,Okay…’’ ik nam het even in me op. ,,Ammen Vale is een eilandje hier op Azeroth. Zo heet deze planeet. Jullie zijn nu op Azeroth.’’ Zei ik ze toen maar rustig. Ze keken elkaar even bedenkelijk aan. ,,Is het goed als we hier ons leven oppakken zodat we verder kunnen?’’ vroeg hij me alsof ik de koningin was van deze wereld. ik schoot dan ook in de lach. ,,Ik ben maar een wetenschapper, hier in het veld aan het werk…’’ biechtte ik toen min of meer op. of het handig was mij zon onbelangrijk te maken, wist ik niet… ,,Maar hier, we hebben niets hier aangetroffen zoals jij.’’ Vertelde Proenitus toen door. ,,Woon jij hier?’’ vroeg hij verder. Ik schoot in de lach. ,,tijdelijk.’’ Zei ik voorzichtig. ,,Dus is het goed als we hier even blijven?’’ vroeg die toen weer. En nu begreep ik hem. Hij was gewoon over beleefd. En ik knikte dan ook maar. Alsof ik hun, en hun kameraden anders de deur had kunnen wijzen. Met hun grote handen konden ze me zo in tweeën breken. ,,Wat is je naam?’’ vroeg Megelon toen aan mij. ,,Aruna. Mijn naam is Aruna.’’
Ik volgde de twee vervolgens naar hun gecrashte capsule. Dat ding was enorm, maar dat moest ook wel. Als hun daarmee naar Azeroth zijn gekomen, en ze zijn nog met meer van zulke grote, dan ben ik benieuwd naar wat me te wachten staat. Alhoewel ze redelijk simplistisch gekleed waren, viel mij hun sieraden op. zo hadden ze om hun staart een gouden ring zitten. Of het een functie had, wist ik niet. Beiden hadden ze lang haar, Megelon zwart, en Proenitus wit. Geen idee hoe oud of hoe jong ze waren. Megelon had ook meer tentakel aan zijn gezicht hangen. Proenitus had er maar twee, en die ontsprongen elk onder een oor vandaan. Ook voorzien van een gouden ring. Alhoewel deze wezens zo op het eerste gezicht vreemd waren, kon ik me niet er van onttrekken dat ik al een bepaalde fascinatie naar ze had. niet alleen leken ze erg vriendelijk en vreedzaam te zijn, maar ook het feit dat zulke grote wezens naar mij toe komen om hulp, stimuleerde mij meer interesse te tonen dan misschien goed voor me was. ik liep achter de twee en hun brede schouders en armen hadden ook wel iets verleidelijks. De manier waarop de een mij had opgetild op onze ontmoeting, met slechts een hand, liet mij nietig voelen. En dus was ik des te meer onder de indruk van ze. Langs de weg, die we later volgde, en die ik nog niet eerder gezien had, stonden lantaarns gemaakt van de kristallen die uit de lucht vielen met hun crash. Maar ook in hun capsule, die nu steeds dichterbij kwam, waren kristallen te zien. De bovenkant bestond uit een groot kristal. Versplinterd wel, maar ik begon weer het bonzen te voelen. Ik had geen verklaring voor de schok die ik had gekregen door het kristal toen ik het aanraakte. Ik voelde me wel anders sindsdien, al kon ik de vinger nog niet op de zere plek leggen. ,,We weten niet wat er met de rest is gebeurt…’’ zuchtte Megelon. ,,De Exodar is gecrasht, maar we hebben nog geen contact met ze kunnen leggen. Er zijn hier nog zoveel gewonden…’’ ging hij verder. Ik had geen idee wat de Exodar was. wellicht de naam van hun schip, waar dit enorme gebouw, waar we nu voor stonden, dus maar een fragment van zou zijn. hun bedoelingen waren nog onbekend. Feit was dat ze elk een groot wapen bij zich drogen. de één een soort hamer, de ander een zwaard. Zo erg verschillend waren ze dan misschien wel niet. Ons mensen stonden er om bekend oorlogen te verzinnen, maar tegen dit ras zullen we toch weinig kans maken. ik gaf niets om oorlog, maar kon me zo voorstellen dat niet iedereen er zo makkelijk met hun om zou gaan als ik.
We stapten binnen en ik keek m’n ogen uit. Overal van deze blauwe, paarsige wezens. De een wat lichter, de ander wat donkerder, maar allemaal groot. En vrouwen. Er waren ook vrouwen. Waar de mannen vrij bruut waren en erg breed gebouwd waren, waren hun vrouwen juist erg slank gebouwd. Wel hadden ze dezelfde kenmerken, al leek het in mindere mate. Hun staart was dunner en kleiner. Net als hun hoorns. Een verbeend voorhoofd hadden ze ook niet. Ik vond mezelf nooit lelijk, maar vergelijken met hun voelde ik me toch het lelijke eentje. Zelfs met hun hoeven waren ze mooier dan menig vrouw die ik ooit gezien heb. ,,Kom.’’ Zei Proenitus toen alleen en ik volgde hem weer naar buiten. We liepen om de gigantische constructie heen en stopte bij een vrouw die buiten bezig leek te zijn met alchemie. ,,Dit is onze Botanist: Taerix.’’ Ze draaide zich om en keek van me op. ,,Dit is Aruna. Een mens. Ze gaat ons helpen hier. Ze is van hier.’’ Legde hij uit. Ze stapte op me af en ik moest bijna recht omhoog kijken. Maar haar heldere schijnende ogen keken vriendelijk en ze stak zelfs haar hand uit. ,,Aangenaam. Dit zijn m’n assistenten: Vishael en Tedon.’’ Tedon een mannetje en Vishael een vrouwtje. Ik was ontzettend onder de indruk, van met name de dames. Toen ik haar hand aanraakte, voelde ik een soort tinteling door m’n lichaam gaan. Ook zij leek zich ergens van bewust te worden. Maar ze gaf er geen aandacht aan. ze hadden een tent opgezet waar, drankjes, planten, en buitenaardsen voorwerpen stonden. ,,Ik heb het bloed.’’ Zei Proenitus en gaf haar een fles met bloed. Even werd ik bang van waar dit naartoe kon gaan. Maar Taerix stelde me gerust. ,,Voor onze helerkristallen. Het is bloed van de motten. Niet wat we willen, maar het was nodig. Het doden van deze vreedzame dieren.’’ Ze sprak zo rustig en kalm en met een exotisch accent wat me bijna verleidde. De twee dames hadden beiden wat lichter haar. Waar ik dacht dat ze geen tentakels hadden, bleken ze die wel te hebben, maar dan heel dun. Het leek wel een verlenging van hun haar, en het kwam ook verder van achteren dan bij de mannen. Ik had nog weinig gezegd, maar dat durfde ik ook niet. Ik was te onder de indruk. Hun lichamen waren zo mooi gevormd. Ik voelde me gewoon aangetrokken tot ze. En niet alleen tot de vrouwen, maar ook tot de mannen. Juist tot de mannen, eigenlijk. Het was een hele nieuwe gewaarwording. Thuis in Stormwind, waar ik geboren en getogen ben, heb ik meerdere relaties gehad, maar ik heb me nog nooit zo aangetrokken gevoeld tot iemand die ik helemaal niet ken. En het is ook niet zomaar een iemand. Nee, elk van deze Draenei die ik zag lopen of zitten, gaf me een warm verlangend gevoel van binnen.
Proenitus nam me even apart. ,,Aruna, wij hebben de kracht om te helen. Kan jij dat ook?’’ ik schudde m’n hoofd meteen. ,,Nee, ik niet. Maar mijn soort kan het wel… alleen ik niet.’’ Hij lachte vriendelijk naar me. ,,Ik ben erg benieuwd naar de rest van je volk, Aruna. Maar tot die tijd dat we het daar over kunnen hebben, zou ik het fijn vinden als je ons wilt helpen hier.’’ Hij praatte zo rustig maar tegelijkertijd met zo veel vertrouwen, dat ik niet anders kon dan me vrijwillig aanbieden om te helpen. Op wat voor manier dan ook… hij gaf me toen een kristal. Het paste net in m’n hand. ,,In de vallei liggen nog overlevenden. De crash heeft ze rondgeslingerd alsof ze niets zijn. er zijn al meerdere naar ze op zoek, maar we kunnen altijd nog iemand gebruiken.’’ Ik begreep hem meteen en knikte al. ,,Ik zal m’n best doen.’’ Zei ik dan ook meteen. Ik weet niet wat me te wachten stond, maar het was spannender dan ooit, hier in de vallei. Het spannendste was nog wel toen ik Proenitus en Megelon afscheid van elkaar hoorde nemen. ze stonden gewoon bij een boom, wat te overleggen. Ik sloop dichterbij, omdat ik m’n naam al gehoord had. de interesse was onoverkoombaar geworden. ,,Als ze allemaal als zij zijn…’’ zuchtte Proenitus. Megelon lachte alleen. ,,Je moet je inhouden, broeder. We zijn hier alleen totdat we weer verder kunnen.’’ Zei Megelon wijselijk. Hij was dan misschien toch wat ouder dan hem. ,,Ja, maar voelde jij het niet dan?’’ vroeg hij terug. ,,Ja, natuurlijk wel…’’ Zuchtte Megelon toen. ,,Wat is er mis mee dan?’’ werd hem gelijk verder gevraagd. ,,Niets. Het is gewoon ongebruikelijk. Meer niet.’’ ,,Omdat we anders zijn?’’ ,,Nee, omdat we hier niet thuis horen.’’ Ik was verbaast te horen dat ze zich tot mij aangetrokken voelde, ondanks dat hun eigen vrouwelijke versies zo aantrekkelijk waren. en dat ze het zo makkelijk hier over konden hebben. ik luisterde dan ook aandachtig en moest nu ook wel toegeven dat ik het erg warm kreeg van de gedachten om een van hun als partner te hebben. en zulke stoute gedachtes kreeg ik eigenlijk nooit. Niet sinds ik hier leefde alsof ik de laatste vrouw op de Azeroth was. maar ze leken zomaar, en opeens, onweerstaanbaar...
In mijn gedroom, stapte ik op een twijgje. En dat hoorde ze. ,,We worden bespied.’’ Zei Megelon toen gelijk waaks. ,,er is toch niemand hier? We zijn nog niemand tegengekomen verder?’’ Proenitus was duidelijk een ondergeschikte aan hem. Maar ik hield m’n adem in en hield me schuil. Het werd zo ontzettend stil dat ik me afvroeg of ze er nog wel waren. ,,Hier.’’ Hoorde ik toen opeens hard en dichtbij. Ik had me achter de boom klein gemaakt maar keek nu omhoog in de grote ogen van Megelon. ,,Gaat het?’’ vroeg die mij alleen. ik knikte toen. ,,Wat doe je hier nog?’’ kwam Proenitus vragen nadat duidelijk was dat ik hun spioneerde. ,,Ik was op weg naar het oosten. Misschien ligt daar nog een gewonde. Zijn jullie daar al geweest?’’ vroeg ik zo onschuldig als ik maar kon. Maar Megelon gniffelde. ,,Dit is je kans, mocht je nog geïnteresseerd zijn.’’ sprak hij toen tegen Proenitus. En hij lachte vervolgens net zo… ,,Ik voel het ook!’’ zei ik ze toen maar, min of meer in paniek, omdat ik niet wist wat me te wachten stond… er viel toen een lange ongemakkelijke stilte. ,,Ik hou wel de wacht.’’ Sprak Megelon toen. ,,Die kant op, daar komt niemand. Maar maak het niet te lang.’’ Proenitus knikte en wenkte me hem snel te volgen. En ik deed het gewoon. Want als ik het goed begreep ging dit gewoon om seks… en meer niet. En ik volgde. Want ik wilde seks. en hij ook. het leek opeens zo ontzettend duidelijk te zijn, maar dat was het niet. Denk ik. Op een drafje renden we de heuvels in, waar ik zowaar nog een plekje wist te herkennen uit het zicht van wie dan ook. ,,Hebben jullie gewoon een…?’’ en hij draaide zich toen om en in zijn broek zag ik een enorme slurf langs z’n been lopen. M’n mond viel open en ik kon m’n ogen er niet van af houden. ,,Ja, heb jij gewoon een…?’’ vroeg die toen net zo onzeker. Ik knikte alleen. ,,Maar die is te groot voor me…’’ gaf ik toen gelijk maar toe. Hij stapte op me af en boog zich voorover. Hij kuste me toen. ik schrok eerst van hem en weerde hem nog af. zijn grote hand omvatte mijn gehele rug en ik kon geen kant op. ,,Ik doe je niets.’’ Zei hij alleen rustig. Maar daar was ik nog niet zo zeker van met zo’n ding in z’n broek. Maar tegelijkertijd wilde ik dat ding zo graag in me voelen. Al kon ik hem maar vasthouden, of gewoon even in m’n mond doen. Alle schaamte die ik ooit gehad heb, leek ik verloren te zijn.
Hij kuste me weer. Nu kuste ik terug. En fel ook. hij had een grote tong, maar dat was gewoon omdat alles aan hem groot was. hij trok me tegen hem aan en tilde me op. ik sloeg m’n benen op zijn brede middel aan en voelde met mijn handen aan zijn gespierde armen en borst. door zijn kleding kon ik alle contouren voelen, en die dreven me alleen nog maar wilder. Hij zette me al snel weer neer, en hielp me toen met uitkleden. Mijn simpele shirtje, wat ik droeg met oog op het klimaat, was zo uit. Een bh droeg ik al een tijdje niet meer. hij leek verlekkerd naar m’n naakte torso te kijken. Grote borsten had ik niet, maar toch nam hij de tijd om door zijn knieën te gaan en mijn borsten te masseren met zijn grote handen. Op zijn knieën was hij nog iets groter dan mij. ik begon te hijgen en de sensatie in me begon zich alleen maar meer op te bouwen. Zijn ruwe tong drukte hard tegen m’n tepels aan en toen ik naast zijn handen nog iets begon te voelen, realiseerde ik me dat zijn tentakels ook in actie waren gekomen. Het voelde hemels. Ondanks dat hij zo groot en gespierd was als een beer, behandelde hij me zo ontzettend teder. Zijn tong, handen en tentakels maakten me helemaal gek en mijn borsten waren nog nooit zo lekker gemaakt. Ondertussen trok ik wat aan zijn shirtje totdat hij even stopte en toen mij zijn lichaam toonde. Ik beet er van op m’n lip. Zijn spieren zagen er zo hemels uit. Zijn lichtblauwe huid maakte hem alleen maar aantrekkelijker op de een of andere manier. Het was zo ongelofelijk. Ik schaamde me wel op een bepaalde manier voor m’n gedrag, maar de geilheid die ik voelde door hem overtrof elk gevoel wat ik ooit gehad heb. Vooral toen hij een van zijn dikke vingers door mijn benen haalde. Ik huiverde van opwinding en pakte vervolgens zijn hand en bracht die naar mijn mond. hij was gestopt met mijn borsten op toe te kijken hoe ik zijn vinger likte. Met m’n andere hand trok ik m’n broek al wat omlaag en likte vervolgens nog een keer en zoog ook nog een keer op zijn dikke vinger, en bracht hem toen terug tussen mijn benen. Maar nu voelde ik zijn vinger op mijn kletsnatte poes en hij aarzelde geen moment en drukte zijn vinger tussen mijn schaamlippen die gewillig voor hem uit elkaar gingen. Ik begon zacht te kreunen en moest me aan hem vasthouden zodat ik niet omviel. Zijn mond en tentakels ging vertroetelend verder met mijn borsten terwijl hij zijn vinger steeds met wat meer druk tussen mijn kletsnatte poes liet glijden.
Hij liet me op den duur achterover vallen en ik ging verheerlijkt in het gras zitten. Hij trok m’n broek uit, en ik verheugde me op wat komen zou, toen ik hem naar de grond zag zakken en hij m’n benen uit elkaar duwde om er tussen te gaan liggen. Mijn benen eindigde vervolgens over zijn schouder en met zijn dikke tong bracht hij me nu in nog hogere sferen. Ik begon harder te kreunen. En nog harder toen hij met zijn grote handen over m’n platte buik gleed en m’n borsten weer begon te masseren. Maar de sensatie bereikte zijn toppunt toen ik weer iets voelde, wat ik niet meteen kon plaatsen. Maar het waren de punten van zijn tentakels die zich over mijn benen wreven om vervolgens elk een gaatje op te zoeken. Terwijl zijn grote tong mijn clitje helemaal gek lebberde, porde zijn tentakels in zo wel mijn poesje als in mijn aarsje. Hij forceerde niets, en dat vond ik nog wel het best aan dit alles. Waar mijn poesje nog meegaf en langzaam gepenetreerd werd, duwde en wreef hij alleen over m’n aarsje heen met de andere tentakel. Wat als hij zoveel tentakels had als Megelon, wat had hij nog meer kunnen doen dan… ik greep hem vast bij z’n hoofd en kneep hard in zijn hoorns toen ik mijn orgasme voelde naderen. Zijn tentakel wurmde zich dieper mijn poesje in en kronkelde daar zijn puntje tegen elk gevoelig plekje aan dat die kon vinden. Ik had het niet meer en kermde het uit van plezier. Mijn borsten en tepels, mijn clitje en poesje, en zelfs mijn aarsje, waar ik nog nooit eerder gestimuleerd was, voelde zo ontzettend lekker en geil aan. en dat door deze buitenaardse kolos, die ik nog maar net ontmoet heb. En zie onder welke omstandigheden. Ik was het veld in gestuurd om gewonden te zoeken, maar nu lig ik hier zelf in een veldje… en met deze god tussen m’n benen… mijn gekreun werd zwaarder en mijn kronkelende lichaam moest in toom gehouden worden door hem. Maar ik kon m’n heupen niet meer stil houden en reed tegen zijn tong op alsof ik niets anders meer wilde. Zijn tentakel trok nog dieper mijn poes in en dat rekte me enorm op. ik voelde de ring om zijn tentakel ook tegen m’n poes aan komen. Het gaf weer een extra sensatie waar ik helemaal gek van werd. Kermend ontving ik dan ook een waar orgasme. Kapot gelikt en gevingerd, of hoe je zoiets ook noemt, door een alien met zijn tentakels... Een Draenei…
Klaar geschokt en weer op adem gekomen, keek ik toe naar hoe zij zich ontdeed van zijn broek. Hij was weer op z’n knieën gaan zitten en hij torende nog altijd ver boven me uit. Net als zijn enorme pik die hij er bij haalde. Ik had nog nooit zoiets gezien. Net als hem, was zijn pik lichtblauw. Zijn aderen liepen dik over de lengte van het gehele apparaat heen. Uit zijn enorme, iets paarsige eikel, liep een dikke druppel onweerstaanbaar voorvocht naar de onderkant van zijn pik. Daar bevonden zich twee ballen die ook zo heerlijk groot waren. mijn lichaam was zo klein vergelijken met dat van hem. En ik zag hem dan ook twijfelen wat te doen. Maar ik was ondertussen zo geil, dat ik wel initiatief durfde te nemen. ik kroop overeind en pakte zijn pik beet. Mijn handen konden dat ding niet omvatten. Zijn paal voelde zo lekker warm aan en om te zien hoe hij zachtjes kreunde toen hij m’n handen voelde en toen ik dat ding naar me toe trok, was zo heerlijk. Die druppel voorvocht was van mij. ik drukte zijn pik verder naar me toe en ik keek verleidelijk aan terwijl ik mijn kleine tong langs zijn enorme eikel liet glijden. hij keek kreunend omhoog toen hij m’n tong voelde. Ik likte door totdat ik de druppel voorvocht gevolgd had tot zijn ballen. Die kuste ik liefhebbend en ook daar likte ik aan. het leken appels, zo groot. Grote appels… ik voelde zijn enorme hand achter m’n hoofd landen en hij duwde zachtjes zodat ik zijn ballen kon blijven verwennen, en niets anders. Mijn handen gleden ondertussen over zijn lange schacht heen en ik voelde hij dat ding meerdere keren aanspande. Ik werd er zo ontzettend geil van… likkend kon ik de weg even later terug volgen en kroop ik iets naar achteren zodat ik de eikel voor me kon houden. ik opende m’n mond zover als ik kon en liet mijn lippen dat ding omsluiten. Ik probeerde het althans. Echt veel te groot. Maar ondanks dat ik op deze manier beperkt was, genoot hij er zo enorm van. En dus ging ik ook gewoon door. ,,Ik denk dat ik te groot voor je ben…’’ kermde hij toen toch ook na een tijdje. Ik stopte met het vertroetelen van zijn eikel en suste hem. ,,trek je dan af…’’ kermde ik geil naar hem. Ik wilde zijn zaad gewoon hebben. en het maakte me niet uit hoe. Hij begreep in ieder geval de boodschap. Ik spuugde een aantal keer op zijn eikel en liet mijn handen glijden over dat gloeiende ding terwijl mijn tong en lippen zuigend en likkend hem daar brachten waar ik hem zo graag wilde hebben. met een hand trok hij zich vervolgens ook nog fanatiek af. we hadden niet lang, maar we waren al wel een tijdje bezig. Maar eerlijk gezegd kan ik dit zolang doen als hij zou willen. Dit was bijna net zo geil als toen hij mij onder handen nam. Ik kreunde dan ook fanatiek op zijn dikke kloppende eikel die ik opwreef met mijn vingers achter zijn rand. Ik keek vaak geil naar hem op en zag hem zijn mond steeds meer openen. Hijgend en proestend schokte zijn hele lichaam wat resulteerde in een ware explosie van zaad wat mijn mond in vloog. De enorme hoeveelheid van zijn dikke zaad was ongekend. Ik moest zijn eikel wel loslaten en alles wat nog uit zijn pik volgde, verspreidde zich over m’n geile, naar zaad hunkerende lichaam heen. Zijn zaad smaakte niet veel anders dan dat van een mens. Maar de gehele ervaring leek het toch net iets lekkerder te maken. ik speelde er dan ook mee in m’n mond voordat ik het doorslikte. Het zaad warme mijn lichaam nog meer op en bedekte me bijna van top tot teen. Liefkozend kuste en hapte ik naar zijn eikel die rustiger werd en ook begon te krimpen. Maar hoe slap zijn pik ook werd, het bleef nog altijd groter dan ik ooit van te voren gezien had. de hele ervaring was fantastisch op elke manier mogelijk. Zijn rust, zijn handen… zijn tentakels… en dan die enorme pik.
Proenitus vervolgde zijn weg terug naar Megelon en ik ging verder de heuvels in. op zoek naar overlevenden. Dat was het plan dan. Maar ik eindigde al snel in een warm kratermeertje, met twee vingers diep in m’n poesje terugdenkende aan die enorme pik van die buitengewone alien. Ik wist zeker dat dit nog maar het begin was van iets ontzettend moois en spannends. Het feit dat zo’n wezen zich tot me aangetrokken voelde, deed me gloeien van binnen. Verlangens kreeg ik er van. Ik merkte gewoon dat ik vaker en meer aan seks dacht, na dit incident. En ergens geloof ik dat het te maken had met het kristal wat ik had aangeraakt. De kristallen waar deze wezens mee werkte…
Ammen Vale
1.
Normaal gesproken was dit gewoon een rustige vallei. En alhoewel uitgestrekt, bood het ook bescherming. En dat voelde je. Dat voelde ik. Ik was hier nu zo’n drie maanden en had het eigenlijk prima naar m’n zin. Ik begaf me met name in het noorden van de vallei. Ik was nog bezig met m’n onderzoek naar de flora en fauna hier, die veelal simplistisch leek. Pas na een week, kreeg ik door dat er in het zuiden een kolonie uilbeesten leefden. Weliswaar geen fauna of flora, maar wel erg interessant op z’n minst. Deze mythische wezens lieten me blijken wanneer ik door hun bekeken werd vanuit de verte. Meestal snachts als ik rondom m’n eigen kampvuur zat. Toch was ik nooit bang voor ze. De Nachtelven spreken altijd vol passie als het gaat om verhalen over de uilbeesten. Het waren waardige wezens. Maar niet waarvoor ik hier was. ik was hier voor de motten. Onder andere. Ze groeiden hier tot enorme proporties en ik vroeg me af waarom. De sporen die hun loslieten, in combinatie met het warme vochtige klimaat zorgde ervoor dat er over het hele eiland, wat de vallei was, een blauwige damp hing. Het werkte bijna rustgeven. Soms vroeg ik me wel eens af of het me deed dromen. De sereniteit was gewoon ongekend. En tussen de motten dartelde de konijnen molratten zonder enig gevaar van wie dan ook. zelfs de zweepplanten bereikten hier een status van rust, die ik nog nooit eerder gezien had bij hun soort. en dit was toch wat ik met de drie maanden die ik hier was kon concluderen. Ik was dan wel zielsalleen, maar ik vermaakte me prima hier op dit kleine paradijs in een wereld zo groot en vol met onheil. Mijn naam is Aruna. Onderzoekster in dienst van het Ontdekkers Verbond. Toen ik naar dit hoekje van de planeet werd gestuurd, dacht ik in eerste instantie dat men mij niet serieus nam. En dat doen ze misschien nog steeds wel niet. Maar wacht maar totdat ik mijn rapport in lever… op een klein elven scheepje werd ik min of meer aan m’n lot achtergelaten. Maar ik ben geen onschuldig meisje wat niet weet hoe te overleven, al zal men mij zo wel inschatten op het eerste gezicht.
De dieren en planten hier waren niet gewend aan mensen. Ik was misschien wel de eerste die hier sinds lange tijd is geweest. Vele generaties groeiden dus helemaal in het wild op zonder ook maar een mens of een elf die het kon verstoren. En dat merkte ik meteen al. regelmatig kwam er een diertje kijken. Soms een konijn, soms een hert. Meestal vogels. En ik keek op dezelfde manier naar hun. Ik bestudeerde hun leefgedrag en maakte notitie na notitie. Want hoe uniek was het, dat er nog een plek was zo ver buiten de beschaving. Maar de eenzaamheid had ook z’n keerzijde. Zo ging ik mij steeds meer fascineren in de uilbeesten. Als ware dat hun nog een vorm van menselijkheid in zich hadden, gaf me dat een fijn gevoel. Ik vond het ook niet erg om door ze bekeken te worden. De vallei bestond uit een aantal meren en watervallen die elk meertje verbonden. Mijn kamp lag aan de rand van een van die meertjes. De kraterachtige rotsen waarin de meertjes lagen namen veel warmte op overdag, en dat zorgde ervoor dat ik in de avond heerlijk kon baden. De eerste keer dat een uilbeest te dichtbij kwam, schrok ik nog. Met m’n kleren voor m’n lijf rende ik ze achterna en joeg ik ze weg. Ze waren misschien wel drie keer zo groot als mij, maar er zat geen kwaad in. daar staan ze ook niet om bekend en ik noteerde dan ook dat deze afgelegen kolonie ook geen enkel gevaar kon vormen. Ze kwamen nooit heel dichtbij, en meestal was het er maar eentje. Ik wilde ze graag bestuderen, maar het was eigenlijk niet m’n afdeling. Dus liet ik hun mij maar bestuderen. En dat begon als een grapje in m’n hoofd, maar elke avond als ik aan het baden was, zag ik hun ogen oplichten door het maanlicht en liet ik me door hun bekijken. Voor m’n gevoel begonnen zij mij te begrijpen. Ik was dan wel van een andere soort, maar dat leek hun juist te intrigeren. Dat ze ’s avonds kwamen als ik aan het baden was, legde ik eerst nog aan mezelf uit als dat het nachtwezens waren. hun ogen schenen soms net zo fel als de sterren boven me en wetende dat ik bekeken werd door deze wezens kon ik juist lekker slapen. Ze stonden niet bekend als de meest intelligente wezens, op uitzondering van een enkele legende na, maar hun mystiek was bijna tastbaar. Hun aanwezigheid voelde je. Soms hoorde ik ze in de verte brullen. De eerste keer joeg het me nog angst aan. nu niet meer. nu gaf het met zelfs rust. Dan wist ik nog dat ze er waren. alsof ze over me waakten.
Op de vraag waarom de plaatselijke motten zo groot waren, had ik echter nog geen antwoord op gevonden. Ik het zuidwesten lag een uitgestrekte bloemenweide. Sommige meer levend dan anderen. De zweepplanten kropen rond en merkte me altijd op. de aroma’s die hun voortbrachten samen met alle vaste planten en bloemen, waren eerlijk waar betoverend. Soms werd ik er licht in m’n hoofd van, maar nooit liet ik het me de baas worden. Alhoewel ze geen ogen hadden, richtte ze altijd hun grote bloem op mij als ik langsliep. En als ik te dichtbij kwam, kropen ze snel weg. Fascinerend was te zien hoe een afgedwaald hert werd afgeweerd door de planten. Op het naburige en veel grotere eiland leefden ook zweepplanten en herten. Veelal naast elkaar. Maar de kleinere zweepplanten hier hadden eigenlijk nooit last van herten. Het hert had zonder erg een hap uit een slapende zweepplant genomen. Gealarmeerd door het voorval zag ik hem sporen uitschieten, wat de overige zweepplanten tot actie dreef. Hun zweepachtige ledematen schoten de lengte in en sloegen het hert. Het hert leek er in eerste instantie weinig last van te hebben. eerder gewoon irritant. Het dreef hem dan uiteindelijk wel weg, maar meer ook niet. Alsof de planten in een kolonie leefde, dat was het interessante. Plus; dat de ‘gewonde’ zweepplant zich wist te herstellen door zich in te graven. Dagen gingen voorbij, waarop ik steeds terug kwam, en zag ik de ingegraven zweepplant langzaam zichzelf helen. Wonderbaarlijk. En zeker een notitie waard.
Zo op het eerste gezicht leidde ik dan misschien niet het aller boeiendste leven. Maar dit was mijn leven. En mijn nieuwsgierigheid naar alles wat nieuw en onbekend was, dreef mij door het leven heen. Maar mijn avontuur was nog niet begonnen. Dat ging namelijk nu pas beginnen…
Op een nacht, terwijl ik in m’n slaapzak kroop zonder loerende ogen om me heen, wat wel opvallend was, maar niet alarmerend, zag ik een vallende ster. Niets bijzonders. Dat wordt wel vaker gezien. Opvallend was wel dat het lang duurde voordat de ster doofde. Hij trok van rechts naar links. En het werd ook groter. Te groot zelfs. Toen de angst me begon te bevatten, zag ik dat het er meer dan een was. de ster werd al snel een grote lichtbol wat de vallei deed verlichten. De ster brak in stukken en meerdere vuurballen kwamen nu op onze planeet af. de angst verlamde me. niet ver van m’n kamp botsten vervolgens de eerste brokstukken neer. De grote ster zelf verdween achter de bergen van de vallei en leek op het grotere eiland te crashen. Maar meerdere grote brokstukken leken nog recht op me af te komen. De crash van de ster liet de aarde beven. Los van enkele explosies was het verder muisstil. Totdat er een erg groot brokstuk bij mij in de vallei landde. Ik bleef liggen uit angst, maar de impact was zo groot dat ik met alles in m’n buurt werd weggeblazen. Dit was natuurlijk geen ster meer, maar meer iets van meteoriet. Alhoewel men nog weinig weet van alles buiten onze planeet, was er al wel onderzoek geweest naar het leven buiten onze eigen planeet. We weten dat er meerdere bewoonde planeten zijn. we zijn er zelfs al geweest! Maar daar wist ik zelf niets van. Ik was al lang blij dat ik overeind kon kruipen en dus nog leefde. Ik kon echter niets zien. De impact had stof op doen stuiven. Met een hand voor m’n mond probeerde ik me te oriënteren, hoestende op de stof. Ik zag op een gegeven moment meerdere gloeiende lichten om me heen. Al was het van een afstandje. Ik besloot om er op eentje af te kruipen om te zien wat het was. onderweg passeerde ik een mot die de impact niet overleefd had. en het was ook echt een wonder dat ik het wel overleefd had. de vallei stond voornamelijk vol met grote naaldbomen. Maar met de impact waren er een hoop geveld. En niet alleen bomen dus, helaas…
De stof trok langzaam weg en de lichte blauwige damp keerde langzaam terug. Al was het wat dikker door de crash van de meteoriet. Ik naderde ook een van de lichten en kon al zien dat er iets van pilaar in het landschap was geboord. Het werd me al snel duidelijk dat ik de gloed kon voelen. Het bracht een onherkenbare sensatie in me op, wat ik niet wist te plaatsen. Motten, die het wel overleefd hadden, zaten op de pilaar of fladderden er om heen. Het werd me meer duidelijk nu. het leek wel een kristal. En zouden die andere lichten dan ook van een soort gelijk kristal komen. Wat kon er toch neer gestort zijn, wat dit met zich mee bracht. Maar net als de motten, leek ik ook aangetrokken te worden door het kristal. Ik kroop dichterbij en stond vervolgens op. het kristal torende hoog boven me uit en ik keek met grote ogen naar dat ding op. de paarse gloed bonsde door m’n lichaam heen. Alsof ik geen controle meer had, stak ik mijn arm uit en plaatste ik mijn hand tegen het warme harde kristal aan. een schok schoot door m’n lichaam heen en ik zakte door m’n knieën heen. Het werd zwart voor m’n ogen en ik stortte nu helemaal ter aarde. Ik leek alles te verliezen. Ik voelde even helemaal niets meer, op het gebonk van de gloeiende kristal na. het was ook nog het enige wat ik zag. Of m’n ogen open of dicht waren, wist ik niet, maar ik zag het kristal nog boven me uittorenen.
,,Daar! Nog een overlevende!’’ ik schrok wakker. M’n hoofd deed zeer, en zo ook m’n hand die het kristal aan geraak had. ,,help haar overeind. Ze moet van hier zijn.’’ ik hoorde hun donkere stemmen. Ze praatten zoals ik, zoals ons mensen, al klonken ze wel anders dan ons mensen. ,,gaat het?’’ ik voelde een grote hand onder m’n buik en ik werd overeind getild. Met een hand wrijvende door m’n ogen kwam ik bij. Ik keek naar de grond en toen ik m’n ogen opende zag ik twee paar hoeven. En grote hoeven ook! verschrikt keek ik op en zag ik de twee vreemde wezen bezorgd naar me om kijken. Maar hun uiterlijkheden waren ongekend. Niet van deze wereld… ik verloor mezelf weer en voelde me flauw worden. Voordat ik de grond raakte, werd ik weer opgevangen en overeind getrokken. ,,Rustig aan maar.’’ Hoorde ik er eentje zeggen. ,,We doen je niets. We hebben je hulp nodig.’’ Zei de ander net zo rustig. Ik kon niets uitbrengen. Ik voelde me alleen maar slechter worden en ging vervolgens zitten. Ik leunde achterover tegen het kristal aan, wat ik nog steeds voelde bonzen. ,,Rust maar. Geef haar wat water.’’ De ander ging vervolgens op een knie zitten en bood me een drinkzak aan. ik wuifde het eerst nog weg. ,,Nee, drink.’’ Ik had geen idee wat er voor me stond en wat er in die zak zat. Ik vertrouwde de twee niet, al deden ze vooralsnog erg aardig. Maar ik dronk. En ik proefde… water. Dat luchtte eigenlijk wel op. ik dronk nog wat meer en gaf de zak terug. ,,Wat is er gebeurd?’’ vroeg ik ze toen maar. M’n hoofd tolde nog, maar langzaam leek ik weer de oude te worden. ,,Het spijt ons.’’ Zei er toen eentje. ,,Dit was niet de bedoeling…’’ zei de ander toen. ik zuchtte alleen eventjes en krabbelde toen weer wat overeind. ,,Wat zijn jullie?’’ vroeg ik toen maar, om gelijk maar de voor de hand liggende vraag te stellen. ,,Draenei. Maar wat ben jij?’’ zei de een alsof ik hier het vreemde wezen was. ,,Ik ben gewoon een mens…’’ antwoordde ik. Ze keken elkaar gek aan. ,,Een mens…’’ zuchtte er eentje. Maar ik kon hetzelfde over hun denken. Wat was nu weer een Draenei?? Ik keek naar hun zoals zij naar mij keken. Het leken me mannen te zijn. hun hoeven waren niet de enigste afwijkende kenmerken van een lichaam wat veel op een mens lijkt. Zo hadden ze een staart. En een soort schildachtige plaat op het voorhoofd, wat deel leek uit te maken van hun lichaam. En dan ook nog hoorns… ik begon steeds vreemder naar ze te kijken. Hun grote handen en armen die vast zaten aan hun grote gespierde torso’s oogden nog het meest menselijk. Waar ze waren ook zo ontzettend groot. Ik was zelf maar een iele vrouw, maar dan nog. En hun huid… die was lichtblauw… hun ogen lichtten op net als de uilbeesten. Als elven… ook hadden ze spitse oren. ,,Zijn jullie elven?’’ vroeg ik ze toen maar. ,,Elven?’’ vroeg er eentje nieuwsgierig. Maar ik wuifde het al weg. Ze leken verder niet eens op elven.
,,Mijn naam is Megelon. Als dat is wat je bedoelt.’’ Zei de een toen. ik dacht dat hij een baard had, maar het leken wel tentakels te zijn. versierd met ringen… ik begon me steeds meer af te vragen, waar ik in beland was. was ik niet gewoon dood gegaan? en was dit dan het volgende leven? ,,En ik ben Proenitus.’’ Zei de ander toen rustig. Het was hij die mij te drinken had aangeboden. ,,Je zal vast veel vragen hebben, maar die hebben wij ook aan jou. Maar ons probleem is veel groter dan je je kan realiseren nu nog. Alsjeblieft, kan je ons vertellen waar we zijn?’’ vroeg Proenitus aan mij. Ik zuchtte en probeerde het te bevatten. ik liep even doelloos naar de rand van een krater en keek over de vallei uit. Overal staken enorme kristallen tussen de bomen door. In het grootste meer stak er eentje uit, die zo enorm groot was, dat die boven de omliggende bergketen uit kwam. Vuur en rook leek zo hier en daar te zien te zijn. een groot gebouw leek uit het niets opgerezen te zijn, maar ik realiseerde me nu dat dat de meteoriet was die neergestort was. het viel me ook nu pas op dat het licht was. ,,Hoelang heb ik daar gelegen?’’ vroeg ik ze. Maar ze hielden hun schouders op. ,,We vonden je net pas.’’ Vertelde Megelon me. wat een namen hadden ze ook… typisch. M’n hoofd deed nog zeer, maar het gebonk leek af te zwakken. De kristallen fluctueerde nog regelmatig maar het leek me niets meer te doen. ,,Weet je waar we zijn?’’ vroeg Megelon nog een keer door nadat ik me naar hun omgedraaid had. ,,Ammen Vale.’’ Maar het zei hun niets. Begrijpelijk. De meeste hier op Azeroth hadden nog nooit van dit stukje aarde gehoord. ,,Komen jullie uit de ruimte?’’ vroeg ik ze toen maar weer direct. Ze knikten. ,,We zijn gevlucht. Op onze planeet werden we vervolgd. Onze Profeet… hij leidde ons door de ruimte heen in ons schip. Maar die is hier neergestort, niet hier ver vandaan. Wat je daar ziet staan, is onze capsule. We zijn nog met weinigen, maar we ontdekken steeds meer overlevenden. Totdat we jou tegenkwamen.’’ Vertelde Proenitus me toen in een keer. ,,Okay…’’ ik nam het even in me op. ,,Ammen Vale is een eilandje hier op Azeroth. Zo heet deze planeet. Jullie zijn nu op Azeroth.’’ Zei ik ze toen maar rustig. Ze keken elkaar even bedenkelijk aan. ,,Is het goed als we hier ons leven oppakken zodat we verder kunnen?’’ vroeg hij me alsof ik de koningin was van deze wereld. ik schoot dan ook in de lach. ,,Ik ben maar een wetenschapper, hier in het veld aan het werk…’’ biechtte ik toen min of meer op. of het handig was mij zon onbelangrijk te maken, wist ik niet… ,,Maar hier, we hebben niets hier aangetroffen zoals jij.’’ Vertelde Proenitus toen door. ,,Woon jij hier?’’ vroeg hij verder. Ik schoot in de lach. ,,tijdelijk.’’ Zei ik voorzichtig. ,,Dus is het goed als we hier even blijven?’’ vroeg die toen weer. En nu begreep ik hem. Hij was gewoon over beleefd. En ik knikte dan ook maar. Alsof ik hun, en hun kameraden anders de deur had kunnen wijzen. Met hun grote handen konden ze me zo in tweeën breken. ,,Wat is je naam?’’ vroeg Megelon toen aan mij. ,,Aruna. Mijn naam is Aruna.’’
Ik volgde de twee vervolgens naar hun gecrashte capsule. Dat ding was enorm, maar dat moest ook wel. Als hun daarmee naar Azeroth zijn gekomen, en ze zijn nog met meer van zulke grote, dan ben ik benieuwd naar wat me te wachten staat. Alhoewel ze redelijk simplistisch gekleed waren, viel mij hun sieraden op. zo hadden ze om hun staart een gouden ring zitten. Of het een functie had, wist ik niet. Beiden hadden ze lang haar, Megelon zwart, en Proenitus wit. Geen idee hoe oud of hoe jong ze waren. Megelon had ook meer tentakel aan zijn gezicht hangen. Proenitus had er maar twee, en die ontsprongen elk onder een oor vandaan. Ook voorzien van een gouden ring. Alhoewel deze wezens zo op het eerste gezicht vreemd waren, kon ik me niet er van onttrekken dat ik al een bepaalde fascinatie naar ze had. niet alleen leken ze erg vriendelijk en vreedzaam te zijn, maar ook het feit dat zulke grote wezens naar mij toe komen om hulp, stimuleerde mij meer interesse te tonen dan misschien goed voor me was. ik liep achter de twee en hun brede schouders en armen hadden ook wel iets verleidelijks. De manier waarop de een mij had opgetild op onze ontmoeting, met slechts een hand, liet mij nietig voelen. En dus was ik des te meer onder de indruk van ze. Langs de weg, die we later volgde, en die ik nog niet eerder gezien had, stonden lantaarns gemaakt van de kristallen die uit de lucht vielen met hun crash. Maar ook in hun capsule, die nu steeds dichterbij kwam, waren kristallen te zien. De bovenkant bestond uit een groot kristal. Versplinterd wel, maar ik begon weer het bonzen te voelen. Ik had geen verklaring voor de schok die ik had gekregen door het kristal toen ik het aanraakte. Ik voelde me wel anders sindsdien, al kon ik de vinger nog niet op de zere plek leggen. ,,We weten niet wat er met de rest is gebeurt…’’ zuchtte Megelon. ,,De Exodar is gecrasht, maar we hebben nog geen contact met ze kunnen leggen. Er zijn hier nog zoveel gewonden…’’ ging hij verder. Ik had geen idee wat de Exodar was. wellicht de naam van hun schip, waar dit enorme gebouw, waar we nu voor stonden, dus maar een fragment van zou zijn. hun bedoelingen waren nog onbekend. Feit was dat ze elk een groot wapen bij zich drogen. de één een soort hamer, de ander een zwaard. Zo erg verschillend waren ze dan misschien wel niet. Ons mensen stonden er om bekend oorlogen te verzinnen, maar tegen dit ras zullen we toch weinig kans maken. ik gaf niets om oorlog, maar kon me zo voorstellen dat niet iedereen er zo makkelijk met hun om zou gaan als ik.
We stapten binnen en ik keek m’n ogen uit. Overal van deze blauwe, paarsige wezens. De een wat lichter, de ander wat donkerder, maar allemaal groot. En vrouwen. Er waren ook vrouwen. Waar de mannen vrij bruut waren en erg breed gebouwd waren, waren hun vrouwen juist erg slank gebouwd. Wel hadden ze dezelfde kenmerken, al leek het in mindere mate. Hun staart was dunner en kleiner. Net als hun hoorns. Een verbeend voorhoofd hadden ze ook niet. Ik vond mezelf nooit lelijk, maar vergelijken met hun voelde ik me toch het lelijke eentje. Zelfs met hun hoeven waren ze mooier dan menig vrouw die ik ooit gezien heb. ,,Kom.’’ Zei Proenitus toen alleen en ik volgde hem weer naar buiten. We liepen om de gigantische constructie heen en stopte bij een vrouw die buiten bezig leek te zijn met alchemie. ,,Dit is onze Botanist: Taerix.’’ Ze draaide zich om en keek van me op. ,,Dit is Aruna. Een mens. Ze gaat ons helpen hier. Ze is van hier.’’ Legde hij uit. Ze stapte op me af en ik moest bijna recht omhoog kijken. Maar haar heldere schijnende ogen keken vriendelijk en ze stak zelfs haar hand uit. ,,Aangenaam. Dit zijn m’n assistenten: Vishael en Tedon.’’ Tedon een mannetje en Vishael een vrouwtje. Ik was ontzettend onder de indruk, van met name de dames. Toen ik haar hand aanraakte, voelde ik een soort tinteling door m’n lichaam gaan. Ook zij leek zich ergens van bewust te worden. Maar ze gaf er geen aandacht aan. ze hadden een tent opgezet waar, drankjes, planten, en buitenaardsen voorwerpen stonden. ,,Ik heb het bloed.’’ Zei Proenitus en gaf haar een fles met bloed. Even werd ik bang van waar dit naartoe kon gaan. Maar Taerix stelde me gerust. ,,Voor onze helerkristallen. Het is bloed van de motten. Niet wat we willen, maar het was nodig. Het doden van deze vreedzame dieren.’’ Ze sprak zo rustig en kalm en met een exotisch accent wat me bijna verleidde. De twee dames hadden beiden wat lichter haar. Waar ik dacht dat ze geen tentakels hadden, bleken ze die wel te hebben, maar dan heel dun. Het leek wel een verlenging van hun haar, en het kwam ook verder van achteren dan bij de mannen. Ik had nog weinig gezegd, maar dat durfde ik ook niet. Ik was te onder de indruk. Hun lichamen waren zo mooi gevormd. Ik voelde me gewoon aangetrokken tot ze. En niet alleen tot de vrouwen, maar ook tot de mannen. Juist tot de mannen, eigenlijk. Het was een hele nieuwe gewaarwording. Thuis in Stormwind, waar ik geboren en getogen ben, heb ik meerdere relaties gehad, maar ik heb me nog nooit zo aangetrokken gevoeld tot iemand die ik helemaal niet ken. En het is ook niet zomaar een iemand. Nee, elk van deze Draenei die ik zag lopen of zitten, gaf me een warm verlangend gevoel van binnen.
Proenitus nam me even apart. ,,Aruna, wij hebben de kracht om te helen. Kan jij dat ook?’’ ik schudde m’n hoofd meteen. ,,Nee, ik niet. Maar mijn soort kan het wel… alleen ik niet.’’ Hij lachte vriendelijk naar me. ,,Ik ben erg benieuwd naar de rest van je volk, Aruna. Maar tot die tijd dat we het daar over kunnen hebben, zou ik het fijn vinden als je ons wilt helpen hier.’’ Hij praatte zo rustig maar tegelijkertijd met zo veel vertrouwen, dat ik niet anders kon dan me vrijwillig aanbieden om te helpen. Op wat voor manier dan ook… hij gaf me toen een kristal. Het paste net in m’n hand. ,,In de vallei liggen nog overlevenden. De crash heeft ze rondgeslingerd alsof ze niets zijn. er zijn al meerdere naar ze op zoek, maar we kunnen altijd nog iemand gebruiken.’’ Ik begreep hem meteen en knikte al. ,,Ik zal m’n best doen.’’ Zei ik dan ook meteen. Ik weet niet wat me te wachten stond, maar het was spannender dan ooit, hier in de vallei. Het spannendste was nog wel toen ik Proenitus en Megelon afscheid van elkaar hoorde nemen. ze stonden gewoon bij een boom, wat te overleggen. Ik sloop dichterbij, omdat ik m’n naam al gehoord had. de interesse was onoverkoombaar geworden. ,,Als ze allemaal als zij zijn…’’ zuchtte Proenitus. Megelon lachte alleen. ,,Je moet je inhouden, broeder. We zijn hier alleen totdat we weer verder kunnen.’’ Zei Megelon wijselijk. Hij was dan misschien toch wat ouder dan hem. ,,Ja, maar voelde jij het niet dan?’’ vroeg hij terug. ,,Ja, natuurlijk wel…’’ Zuchtte Megelon toen. ,,Wat is er mis mee dan?’’ werd hem gelijk verder gevraagd. ,,Niets. Het is gewoon ongebruikelijk. Meer niet.’’ ,,Omdat we anders zijn?’’ ,,Nee, omdat we hier niet thuis horen.’’ Ik was verbaast te horen dat ze zich tot mij aangetrokken voelde, ondanks dat hun eigen vrouwelijke versies zo aantrekkelijk waren. en dat ze het zo makkelijk hier over konden hebben. ik luisterde dan ook aandachtig en moest nu ook wel toegeven dat ik het erg warm kreeg van de gedachten om een van hun als partner te hebben. en zulke stoute gedachtes kreeg ik eigenlijk nooit. Niet sinds ik hier leefde alsof ik de laatste vrouw op de Azeroth was. maar ze leken zomaar, en opeens, onweerstaanbaar...
In mijn gedroom, stapte ik op een twijgje. En dat hoorde ze. ,,We worden bespied.’’ Zei Megelon toen gelijk waaks. ,,er is toch niemand hier? We zijn nog niemand tegengekomen verder?’’ Proenitus was duidelijk een ondergeschikte aan hem. Maar ik hield m’n adem in en hield me schuil. Het werd zo ontzettend stil dat ik me afvroeg of ze er nog wel waren. ,,Hier.’’ Hoorde ik toen opeens hard en dichtbij. Ik had me achter de boom klein gemaakt maar keek nu omhoog in de grote ogen van Megelon. ,,Gaat het?’’ vroeg die mij alleen. ik knikte toen. ,,Wat doe je hier nog?’’ kwam Proenitus vragen nadat duidelijk was dat ik hun spioneerde. ,,Ik was op weg naar het oosten. Misschien ligt daar nog een gewonde. Zijn jullie daar al geweest?’’ vroeg ik zo onschuldig als ik maar kon. Maar Megelon gniffelde. ,,Dit is je kans, mocht je nog geïnteresseerd zijn.’’ sprak hij toen tegen Proenitus. En hij lachte vervolgens net zo… ,,Ik voel het ook!’’ zei ik ze toen maar, min of meer in paniek, omdat ik niet wist wat me te wachten stond… er viel toen een lange ongemakkelijke stilte. ,,Ik hou wel de wacht.’’ Sprak Megelon toen. ,,Die kant op, daar komt niemand. Maar maak het niet te lang.’’ Proenitus knikte en wenkte me hem snel te volgen. En ik deed het gewoon. Want als ik het goed begreep ging dit gewoon om seks… en meer niet. En ik volgde. Want ik wilde seks. en hij ook. het leek opeens zo ontzettend duidelijk te zijn, maar dat was het niet. Denk ik. Op een drafje renden we de heuvels in, waar ik zowaar nog een plekje wist te herkennen uit het zicht van wie dan ook. ,,Hebben jullie gewoon een…?’’ en hij draaide zich toen om en in zijn broek zag ik een enorme slurf langs z’n been lopen. M’n mond viel open en ik kon m’n ogen er niet van af houden. ,,Ja, heb jij gewoon een…?’’ vroeg die toen net zo onzeker. Ik knikte alleen. ,,Maar die is te groot voor me…’’ gaf ik toen gelijk maar toe. Hij stapte op me af en boog zich voorover. Hij kuste me toen. ik schrok eerst van hem en weerde hem nog af. zijn grote hand omvatte mijn gehele rug en ik kon geen kant op. ,,Ik doe je niets.’’ Zei hij alleen rustig. Maar daar was ik nog niet zo zeker van met zo’n ding in z’n broek. Maar tegelijkertijd wilde ik dat ding zo graag in me voelen. Al kon ik hem maar vasthouden, of gewoon even in m’n mond doen. Alle schaamte die ik ooit gehad heb, leek ik verloren te zijn.
Hij kuste me weer. Nu kuste ik terug. En fel ook. hij had een grote tong, maar dat was gewoon omdat alles aan hem groot was. hij trok me tegen hem aan en tilde me op. ik sloeg m’n benen op zijn brede middel aan en voelde met mijn handen aan zijn gespierde armen en borst. door zijn kleding kon ik alle contouren voelen, en die dreven me alleen nog maar wilder. Hij zette me al snel weer neer, en hielp me toen met uitkleden. Mijn simpele shirtje, wat ik droeg met oog op het klimaat, was zo uit. Een bh droeg ik al een tijdje niet meer. hij leek verlekkerd naar m’n naakte torso te kijken. Grote borsten had ik niet, maar toch nam hij de tijd om door zijn knieën te gaan en mijn borsten te masseren met zijn grote handen. Op zijn knieën was hij nog iets groter dan mij. ik begon te hijgen en de sensatie in me begon zich alleen maar meer op te bouwen. Zijn ruwe tong drukte hard tegen m’n tepels aan en toen ik naast zijn handen nog iets begon te voelen, realiseerde ik me dat zijn tentakels ook in actie waren gekomen. Het voelde hemels. Ondanks dat hij zo groot en gespierd was als een beer, behandelde hij me zo ontzettend teder. Zijn tong, handen en tentakels maakten me helemaal gek en mijn borsten waren nog nooit zo lekker gemaakt. Ondertussen trok ik wat aan zijn shirtje totdat hij even stopte en toen mij zijn lichaam toonde. Ik beet er van op m’n lip. Zijn spieren zagen er zo hemels uit. Zijn lichtblauwe huid maakte hem alleen maar aantrekkelijker op de een of andere manier. Het was zo ongelofelijk. Ik schaamde me wel op een bepaalde manier voor m’n gedrag, maar de geilheid die ik voelde door hem overtrof elk gevoel wat ik ooit gehad heb. Vooral toen hij een van zijn dikke vingers door mijn benen haalde. Ik huiverde van opwinding en pakte vervolgens zijn hand en bracht die naar mijn mond. hij was gestopt met mijn borsten op toe te kijken hoe ik zijn vinger likte. Met m’n andere hand trok ik m’n broek al wat omlaag en likte vervolgens nog een keer en zoog ook nog een keer op zijn dikke vinger, en bracht hem toen terug tussen mijn benen. Maar nu voelde ik zijn vinger op mijn kletsnatte poes en hij aarzelde geen moment en drukte zijn vinger tussen mijn schaamlippen die gewillig voor hem uit elkaar gingen. Ik begon zacht te kreunen en moest me aan hem vasthouden zodat ik niet omviel. Zijn mond en tentakels ging vertroetelend verder met mijn borsten terwijl hij zijn vinger steeds met wat meer druk tussen mijn kletsnatte poes liet glijden.
Hij liet me op den duur achterover vallen en ik ging verheerlijkt in het gras zitten. Hij trok m’n broek uit, en ik verheugde me op wat komen zou, toen ik hem naar de grond zag zakken en hij m’n benen uit elkaar duwde om er tussen te gaan liggen. Mijn benen eindigde vervolgens over zijn schouder en met zijn dikke tong bracht hij me nu in nog hogere sferen. Ik begon harder te kreunen. En nog harder toen hij met zijn grote handen over m’n platte buik gleed en m’n borsten weer begon te masseren. Maar de sensatie bereikte zijn toppunt toen ik weer iets voelde, wat ik niet meteen kon plaatsen. Maar het waren de punten van zijn tentakels die zich over mijn benen wreven om vervolgens elk een gaatje op te zoeken. Terwijl zijn grote tong mijn clitje helemaal gek lebberde, porde zijn tentakels in zo wel mijn poesje als in mijn aarsje. Hij forceerde niets, en dat vond ik nog wel het best aan dit alles. Waar mijn poesje nog meegaf en langzaam gepenetreerd werd, duwde en wreef hij alleen over m’n aarsje heen met de andere tentakel. Wat als hij zoveel tentakels had als Megelon, wat had hij nog meer kunnen doen dan… ik greep hem vast bij z’n hoofd en kneep hard in zijn hoorns toen ik mijn orgasme voelde naderen. Zijn tentakel wurmde zich dieper mijn poesje in en kronkelde daar zijn puntje tegen elk gevoelig plekje aan dat die kon vinden. Ik had het niet meer en kermde het uit van plezier. Mijn borsten en tepels, mijn clitje en poesje, en zelfs mijn aarsje, waar ik nog nooit eerder gestimuleerd was, voelde zo ontzettend lekker en geil aan. en dat door deze buitenaardse kolos, die ik nog maar net ontmoet heb. En zie onder welke omstandigheden. Ik was het veld in gestuurd om gewonden te zoeken, maar nu lig ik hier zelf in een veldje… en met deze god tussen m’n benen… mijn gekreun werd zwaarder en mijn kronkelende lichaam moest in toom gehouden worden door hem. Maar ik kon m’n heupen niet meer stil houden en reed tegen zijn tong op alsof ik niets anders meer wilde. Zijn tentakel trok nog dieper mijn poes in en dat rekte me enorm op. ik voelde de ring om zijn tentakel ook tegen m’n poes aan komen. Het gaf weer een extra sensatie waar ik helemaal gek van werd. Kermend ontving ik dan ook een waar orgasme. Kapot gelikt en gevingerd, of hoe je zoiets ook noemt, door een alien met zijn tentakels... Een Draenei…
Klaar geschokt en weer op adem gekomen, keek ik toe naar hoe zij zich ontdeed van zijn broek. Hij was weer op z’n knieën gaan zitten en hij torende nog altijd ver boven me uit. Net als zijn enorme pik die hij er bij haalde. Ik had nog nooit zoiets gezien. Net als hem, was zijn pik lichtblauw. Zijn aderen liepen dik over de lengte van het gehele apparaat heen. Uit zijn enorme, iets paarsige eikel, liep een dikke druppel onweerstaanbaar voorvocht naar de onderkant van zijn pik. Daar bevonden zich twee ballen die ook zo heerlijk groot waren. mijn lichaam was zo klein vergelijken met dat van hem. En ik zag hem dan ook twijfelen wat te doen. Maar ik was ondertussen zo geil, dat ik wel initiatief durfde te nemen. ik kroop overeind en pakte zijn pik beet. Mijn handen konden dat ding niet omvatten. Zijn paal voelde zo lekker warm aan en om te zien hoe hij zachtjes kreunde toen hij m’n handen voelde en toen ik dat ding naar me toe trok, was zo heerlijk. Die druppel voorvocht was van mij. ik drukte zijn pik verder naar me toe en ik keek verleidelijk aan terwijl ik mijn kleine tong langs zijn enorme eikel liet glijden. hij keek kreunend omhoog toen hij m’n tong voelde. Ik likte door totdat ik de druppel voorvocht gevolgd had tot zijn ballen. Die kuste ik liefhebbend en ook daar likte ik aan. het leken appels, zo groot. Grote appels… ik voelde zijn enorme hand achter m’n hoofd landen en hij duwde zachtjes zodat ik zijn ballen kon blijven verwennen, en niets anders. Mijn handen gleden ondertussen over zijn lange schacht heen en ik voelde hij dat ding meerdere keren aanspande. Ik werd er zo ontzettend geil van… likkend kon ik de weg even later terug volgen en kroop ik iets naar achteren zodat ik de eikel voor me kon houden. ik opende m’n mond zover als ik kon en liet mijn lippen dat ding omsluiten. Ik probeerde het althans. Echt veel te groot. Maar ondanks dat ik op deze manier beperkt was, genoot hij er zo enorm van. En dus ging ik ook gewoon door. ,,Ik denk dat ik te groot voor je ben…’’ kermde hij toen toch ook na een tijdje. Ik stopte met het vertroetelen van zijn eikel en suste hem. ,,trek je dan af…’’ kermde ik geil naar hem. Ik wilde zijn zaad gewoon hebben. en het maakte me niet uit hoe. Hij begreep in ieder geval de boodschap. Ik spuugde een aantal keer op zijn eikel en liet mijn handen glijden over dat gloeiende ding terwijl mijn tong en lippen zuigend en likkend hem daar brachten waar ik hem zo graag wilde hebben. met een hand trok hij zich vervolgens ook nog fanatiek af. we hadden niet lang, maar we waren al wel een tijdje bezig. Maar eerlijk gezegd kan ik dit zolang doen als hij zou willen. Dit was bijna net zo geil als toen hij mij onder handen nam. Ik kreunde dan ook fanatiek op zijn dikke kloppende eikel die ik opwreef met mijn vingers achter zijn rand. Ik keek vaak geil naar hem op en zag hem zijn mond steeds meer openen. Hijgend en proestend schokte zijn hele lichaam wat resulteerde in een ware explosie van zaad wat mijn mond in vloog. De enorme hoeveelheid van zijn dikke zaad was ongekend. Ik moest zijn eikel wel loslaten en alles wat nog uit zijn pik volgde, verspreidde zich over m’n geile, naar zaad hunkerende lichaam heen. Zijn zaad smaakte niet veel anders dan dat van een mens. Maar de gehele ervaring leek het toch net iets lekkerder te maken. ik speelde er dan ook mee in m’n mond voordat ik het doorslikte. Het zaad warme mijn lichaam nog meer op en bedekte me bijna van top tot teen. Liefkozend kuste en hapte ik naar zijn eikel die rustiger werd en ook begon te krimpen. Maar hoe slap zijn pik ook werd, het bleef nog altijd groter dan ik ooit van te voren gezien had. de hele ervaring was fantastisch op elke manier mogelijk. Zijn rust, zijn handen… zijn tentakels… en dan die enorme pik.
Proenitus vervolgde zijn weg terug naar Megelon en ik ging verder de heuvels in. op zoek naar overlevenden. Dat was het plan dan. Maar ik eindigde al snel in een warm kratermeertje, met twee vingers diep in m’n poesje terugdenkende aan die enorme pik van die buitengewone alien. Ik wist zeker dat dit nog maar het begin was van iets ontzettend moois en spannends. Het feit dat zo’n wezen zich tot me aangetrokken voelde, deed me gloeien van binnen. Verlangens kreeg ik er van. Ik merkte gewoon dat ik vaker en meer aan seks dacht, na dit incident. En ergens geloof ik dat het te maken had met het kristal wat ik had aangeraakt. De kristallen waar deze wezens mee werkte…
Er zijn nog geen trefwoorden voor dit verhaal. Welke trefwoorden passen volgens jou bij dit verhaal?
Geef dit verhaal een cijfer:
5
6
7
8
9
10