Door: Francisca02
Datum: 17-03-2022 | Cijfer: 8.9 | Gelezen: 3731
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 56 minuten | Lezers Online: 1
Trefwoord(en): Dokter, Vrouwvriendelijk, Ziekenhuis,
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 56 minuten | Lezers Online: 1
Trefwoord(en): Dokter, Vrouwvriendelijk, Ziekenhuis,
Vervolg op: Rosalie Krijgt Een Beurt - 15: Zaterdag Deel 1
Zaterdag Deel 2
Verteld door Rosalie en Julia
Ik gaf Rosalie een knipoog en liep langs haar heen. “Vergeet je cadeautje niet te geven.” Zei ik. Ze keek even bedenkelijk maar ik wees naar het boek wat ze ingepakt stevig in haar handen had gehouden op haar schoot. Ze glimlachte, ik wist dat Mirthe het boek zou kunnen waarderen. Hadden ze gelijk weer wat om over te kletsen. Ik liep de gang op met snelle passen. Ellen kwam naast me lopen.
“Je raad het toch niet, echt niet hoor.”
Ik grijnsde: “Ik heb nog even tot de pauze.”
“Ja, ik zeg het alvast.”
“Prima.”
Er gingen wat bellen af en ik zag Kim van de ene naar de andere kamer rennen. Jenny was ook druk bezig en Anna zat achter de balie druk te bellen. “Waar zijn de Cliniclowns?” Vroeg ik Ellen. “Ik heb ze even boodschappen laten doen.” Daarmee bedoelde ze dat ze op pad waren met een patiëntje of naar het lab om iets weg te brengen. Soms moesten er materialen opgehaald van of gebracht worden naar andere afdelingen.
“Prima.” Zei ik stug. Ik zag dat Henri er ook was, druk bezig met een weddenschap met een paar jongens. Ik glimlachte. De drie subjes zouden getraind en afgericht worden zodat ze uiteindelijk zouden begrijpen hoe het hier werkte. Pijn, vernedering en je machteloos voelen hoorde er ook bij. Precies zoals het leven was.
De afdeling liep rond, op de ene helft lagen vooral meisjes en de andere helft de jongens. Niet dat ik een duidelijke scheidslijn wilde maar sommige kinderen hadden de leeftijd waarop het duidelijker was van welk geslacht ze waren en ook kinderen hadden behoefte in zelfontdekking en vragen aan elkaar stellen. Dan was het wel net zo fijn als het niet gemengde kamers waren. Ik keek even vlug wat dossiers na en zag Rosalie ineens verloren over de afdeling rondlopen. Het was speelkwartier en sommige kinderen kwamen hun kamer uit. Hoewel ouders hier mochten komen en gaan wanneer ze wilde waren er nu niet veel ouders op bezoek. Vaak kwamen ze pas 's middags en ik raadde ouders ook vooral om ook aan hun zelf te denken. Als je zelf niet goed in je vel zit of te moe bent kun je een ander ook niks geven.
In het midden voor de balie lag een groot zacht kleed waar zitzakken en poefen op verspreid waren. Er hingen een aantal schommels in het plafond en aan de zijkanten rondom stonden een aantal bedden voor de kinderen die er graag bij wilde zijn om te kijken maar te moe of te zwak waren om te zitten. Aan de muur tegenover de balie was een lage stang horizontaal bevestigd waar vier ballonnen geknoopt waren.
Ik liep naar Rosalie die haar ogen uit keek. “Was Mirthe moe?” Vroeg ik haar begripvol.
“Ja, ik vond het goed van haar dat ze haar grenzen aan gaf.”
“Zin om mee te gaan?”
“Ja, waar gaan we heen?” vroeg ze vrolijk.
“De meidenkamer.” Zei ik geheimzinnig.
We liepen wat verder de gang over tot we bijna bij de lunchruimte waren. Het geschreeuw was al op de gang te horen. Rosalie keek me geschrokken aan. “Tienerdrama.” Stelde ik haar gerust. Ik hield de deur voor haar open.
“Nietes!”
“Wellus!”
“HOU OP!! DAT IS NIET WAAR!!”
Rosalie en ik stonden naast elkaar te kijken naar de hysterische meiden. Laura zat huilend aan de linkerkant in bed. Pria lag tegenover haar woedend met een halve poster van een dolfijn die een luchtsprong maakte in haar hand. De andere twee jongere meisjes zaten bij de tafel bij het raam met make-up te spelen.
“IK HEB DAT NOOIT GEZEGD PRIA” schreeuwde Laura snikkend.
“IK HEB HET TOCH ZELF GEHOORD OF NIET DAN!!” schreeuwde Pria woedend.
“Laura wat heb je gedaan?” Vroeg ik streng.
“Ik? Pria heeft mijn poster kapot gescheurd!”
“Dat vroeg ik niet, wat heb jij gedaan?”
Ze keek me even niet begrijpend aan.
“Ze zei dat Loes Geurts een slechte keepster was.” Zei Pria boos.
Beide meiden hadden achter hun bed de poster van de ander hangen zodat ze naar hun eigen poster konden kijken.
“Volgens mij vroeg ik het Laura, Pria.” Ik keek haar boos aan en wende me weer tot Laura.
“Heb je dat gezegd?”
“Nee, ik heb alleen gezegd dat ze niet zo goed was de laatste wedstrijd in Tokio twee jaar geleden. Dat had ik gelezen.”
“Heeft ze dat gezegd Pria?”
“Nee.” Ze keek me boos aan.
“Weet je dat zeker?”
Ze dacht even na maar ik zag al aan haar dat ze twijfelde. Ik liep naar de poster achter Laura en scheurde de helft eraf.
“Hé! Mijn poster!!” schreeuwde Pria verbaasd.
“Zo, nou hebben jullie allebei een halve poster. Jullie krijgen pas een nieuwe als jullie het weer bij hebben gelegd.”
“Maar… dat is niet eerlijk! Ik heb niks gedaan!” riep Pria.
“Jij hebt haar poster gescheurd.”
“Ja, omdat zij dat over Loes Geurts heeft gezegd!”
“Wat heeft ze gezegd dan?”
Pria keek even naar Laura en dacht na.
“Precies, je weet het dus niet eens meer.”
Meneer Tomson verscheen in deuropening.
“Ehum dokter van Eeckeren?”
“Wat is er meneer Tomson?” zei ik met een zucht. Ik vond coassistenten soms zo irritant.
“Kan ik iets voor u doen?”
“U komt precies op tijd! Meiden, hebben jullie tijd om meneer Tomson mooi te maken?” vroeg ik aan de twee meiden die met veel oogschaduw en dikke omlijnde lippen me lachend aankeken. “Ja hoor! Kom maar hier, wij maken je zo mooi als een prinses!” giechelde ze. Rosalie kon ook een giechel niet onderdrukken en hield haar hand voor haar mond. Meneer Tomson was duidelijk uit zijn element, dit had hij niet verwacht. Ik grijnsde naar hem. Schoorvoetend liep hij naar de meiden toe en nam plaats tussen ze in.
“We hebben lippenstift, oogschaduw, ehum…. Wangpoeder en nagellak!” Vertelde Eva hem vrolijk.
“Mag ik de lippenstift doen Vivianne?” Vroeg ze aan haar vriendin.
“Dan wil ik de oogschaduw doen.”
Rosalie keek er liefdevol naar.
Laura en Pria zaten inmiddels met een boos gezicht en hun armen over elkaar naar elkaar te staren. Ook als je ziek was waren er tienerproblemen om ruzie over te maken. Het bleven immers kinderen.
We liepen de kamer weer uit en meneer Nielsen kwam met ons mee gelopen.
“Kan ik misschien wat voor u doen dokter?”
“Ik wil dat je een praatje gaat maken met elk kind wat hier ligt.”
“Ehum… oké.” Hij was even stil en bleef meelopen.
“Is dat een probleem meneer Nielsen?”
“Ik weet niet zo goed wat ik moet zeggen…” Zei hij beschaamd.
Ik hield in één keer mijn pas stil. “Wat doet u dan in een kinderziekenhuis als u niet met kinderen om kan gaan?”
“Dokter van Leeuwen liet ons andere dingen doen…”
“Ik ben dokter van Leeuwen niet, ik ben als ik het goed heb rijk en hoef nooit meer te werken. Een neukopject.”
Hij keek gelijk naar zijn voeten.
“Zolang u maar niet vraagt “kom je hier vaker? Heb je het naar je zin? En waar slaap jij vannacht?” Zit u denk ik wel goed meneer Nielsen.”
Ik begon weer te lopen, ik was onderweg naar de jongenskamer. Meneer Nielsen volgde me nog steeds.
“Meneer Nielsen, als u nou niet snel ophoepelt weet ik vast nog wel een ander klusje te bedenken voor u. Hup, opschieten!” Zei ik boos tegen hem.
Hij stiefelde weg.
“Julia?”
“Hmhm.”
“Deze kinderen, ehum… hoe groot is de overlevingskans?”
“Dat verschilt Rosalie. Het merendeel overwint de kanker die ze hebben maar er blijft altijd een kans dat het lichaam toch niet sterk genoeg is.”
“En Mirthe?”
Een steek ging door mijn borst en mijn hart miste een slag.
“Een kwestie van tijd.” Zei ik stugger dan ik wilde.
“En dan?” Ik hield mijn pas weer en keek Rosalie aan in haar helderblauwe ogen.
“Het spijt me…” zei ze zachtjes. Ze pakte mijn hand vast.
“Dank je.” Zei ik en ik moest moeite doen om de pijn niet te voelen bij het idee dat Mirthe eigenlijk aan het wachten was tot de dood haar kwam halen.
Ik zag dat Julia haar ogen verdrietig stonden. Mirthe, haar vriendin en patiënte van wie ze blijkbaar heel veel hield zou niet beter worden. Ik kon me voorstellen dat Julia dat met haar supergeheugen niet zou kunnen verkroppen. Dat ze gewoon met al haar kennis aan de zijlijn stond.
Ellen liep langs ons met haar handen vol luiers en doekjes. “Je raad het noooooit Julia.” Lachte ze. Ik wist niet waar ze het over had. Julia grijnsde. “In de pauze.” Zei ze uitdagend.
“Rosalie, wil jij misschien Ellen even helpen? Ik moet even een infuusje zetten.”
“Ja, succes.” Zei ik een beetje onhandig. Ik wilde liever bij haar blijven in plaats van met Ellen mee. Het voelde alsof ze even van me af wilde.
“Ik zie je zo weer.” Ze kneep in mijn hand en liet los.
Ik zocht Ellen op die bij de balie met twee jongetjes aan het praten was.
“En toen kwam er een hele grote octopus en die at zo het schip op!” zei het jongetje met blonde haartjes.
“NEEEEEE!” Gilde Ellen alsof ze het verschrikkelijk vond. Ik moest lachen.
“Ja echt! Maar de piraten konden onder water ademen!” zei het andere jongetje die van buitenlandse afkomst leek.
“Huh, hoe dan?” Vroeg Ellen verbaasd.
“Ze waren vervloekt!” zei het blonde jongetje met grote ogen bloedserieus.
“Nee, dat geloof ik niet hoor.” Schudde Ellen haar hoofd.
“Ja echt wel!” Zei het andere jongetje.
“Geloof jij dat?” Vroeg Ellen aan mij.
“Ehum… Nou ik denk dat ze best wel eens gelijk konden hebben. Ik weet dat er een vloek bestaat waardoor je onderwater kan ademen als een vis.” Zei ik terwijl ik me helemaal warm van binnen begonnen te voelen.
Ellen keek me even opnemend aan. “Jij gelooft zeker in sprookjes?” Zei ze lachend.
“Toevallig wel ja.” Zei ik hooghartig.
“Dit was geen sprookje hoor! Dit is echt gebeurd!” Riep het blonde jongetje.
“Ja echt gebeurd!” Papegaaide het andere jongetje hem na.
“Nou, dan zal ik voortaan oppassen als ik de zee in ga. Voor hetzelfde geld zit er ineens zo’n enge piraat aan mijn benen te friemelen.”
De jongens lachte en Ellen liep langs de balie de hoek om naar de schuifdeuren in de muur.
“Zou jij even…”
“Oh, ja natuurlijk.” Ik schoof de deur opzij voor haar en zag een grote ruime kast met allemaal ziekenhuis materialen.
“Kom je hier ons team versterken?” Vroeg Ellen me terwijl ze de luiers aan het opruimen was.
“Nee, ik loop een dagje mee met Julia… ehum dokter van Eeckeren.”
Ellen lachte, “jammer hoor, we kunnen altijd nieuwe mensen gebruiken.”
“Ik ben daar niet voor opgeleid, ik ben docente Nederlands op een middelbare school.”
“Oh dan vind je de kinderen voorlezen vast leuk om te doen! We hebben hier regelmatig voorleesmiddagen of hoorspelen maken met de kinderen. Vinden ze altijd erg leuk.” Ellen’s ogen glommen van opwinding toen ze het zei.
“We zoeken altijd leuke vrijwilligers.” Zei ze met een knipoog. Ik glimlachte terug.
“Ik zal erover nadenken.”
“Doe dat. Nou, tijd voor pauze. Heb je ook eten mee? Ehum… ik weet je naam niet eens!” begon ze te lachen. “Ik ben Rosalie.” Stelde ik me lacherig voor.
“Ellen, maar volgens mij wist je dat al. Ik ben hier de moederkip zeg maar. Ben gek op die kinderen. Hoef ze zelf niet want heb er hier genoeg rondlopen om te verzorgen.”
Ik knikte. “Vind je het niet moeilijk om….”
“Soms, het grijpt je aan. Soms lig ik dagen wakker. Maar als er dan eentje weer vrolijk het pand verlaat, kankervrij dan denk ik - ja daar doe ik het voor!”
Ik knikte begripvol. “Kom gaan we lunchen Rosalie.”
“En de kinderen dan?”
“Er lopen hier altijd genoeg mensen rond om ze helpen.”
Ik liep achter Ellen aan, naar de deur naast de meidenkamer waar ik net was geweest. De deur van de meidenkamer stond open en ik kon zien dat meneer Tomson er net zo clownachtig als de meisjes eruit zag. Ze hadden zijn korte haar in kleine staartjes weten te binden en ze waren nu bezig met zijn nagels te lakken. Hij was aan het lachen met ze en ze leken het naar hun zin te hebben.
“Tomson!” ik schrok me rot, Julia stond ineens achter me luid zijn naam te roepen
Tomson keek ook geschrokken naar ons. “Ga zo door.” Knikte Julia goedkeurend. Hij glimlachte als een puppy dat een compliment had gekregen.
We liepen met z’n drieën achter elkaar een grote ruime kamer in waar een witte tafel in het midden stond met allemaal stoelen erom heen. Op de grond lag blauwe vloerbedekking en er was een heuse keuken met lang aanrecht en grote koelkast. Het was van van alles voorzien: een magnetron, fornuis, koffiezetapparaat, waterkoker en ik vermoede dat er ook wel pannen aanwezig zouden zijn. Ellen ging dicht bij de keuken zitten. Ik bedacht me ineens dat mijn rugzak nog in de kleedruimte lag en wilde me omdraaien. Ik botste tegen Julia aan die achter me had gestaan. Ze glimlachte en hield mijn rugzak omhoog. “Alsjeblieft, ik dacht dat je die wel kon gebruiken.”
“Dank je wel.” Mijn hart werd warm en ik keek een paar seconden in haar donkergroene ogen.
Ik ging tegenover Ellen zitten wat dicht bij de koelkast was.
Julia liep naar de koelkast “wil je een glaasje sojamelk Rosalie?” vroeg ze me.
“Oh, ja dat vind ik wel lekker.” Ik had zelf drie sneeën brood bij me en een granenreep.
“Wil je ook een eitje gekookt of gebakken?” Vroeg ze me nadat ze de melk had ingeschonken in twee glazen.
“Nee dank je.”
“Prima.” Ze zette het pak melk weer weg en ging voor haarzelf een ei koken.
Ik bedacht me ineens dat ik Julia nog nooit iets anders had zien eten dan een appel.
“Nou, weet je het al?” vroeg Ellen triomfantelijk aan Julia.
Er kwam een slanke man de lunchruimte binnen gelopen. Hij droeg ook witte kleding net als Ellen en ik maar hij had ook een fleurige sjaal om zijn nek hangen. “Hallo dames! Oeh ik zie dat we een nieuwe schoonheid in ons midden hebben. Ik zal me even voorstellen.” Hij kwam naar me toegelopen en ik wilde opstaan maar hij zei: “oh blijf lekker zitten meid, ik ben Henri.” Hij gaf me een slap handje. “Rosalie.”
“Prachtige naam voor een prachtige roos!” Riep hij vrolijk. Hij ging vervolgens naast Ellen zitten. “Nou heeft ons superheld het al geraden?”
“Nog niet, ze zit tijd te rekken.”
“Helemaal niet, ik sta eieren te koken.” Bromde Julia met haar rug naar ons toe. Ik keek geamuseerd naar de mensen tegenover me. “Wat moet ze raden dan?” Vroeg ik van de een naar de ander kijkend.
“Wat ik gisteravond heb gegeten.”
“Ja, één keer in de week kookt Ellen een nieuw recept en die moet Julia dan raden. Als ze het fout heeft of niet weet dan krijgt Ellen een miljoen van haar.”
“Euro’s?” vroeg ik ongelovig.
Henri knikte vermakelijk.
“Het is geen vetpot hoor Rosalie, ik heb nog niks gewonnen. Maar dit keer weet ik het zeker. Ik heb het niemand verteld en overal op gelet. Schone kleding aan, gedoucht voor ik hier heen ging, tanden gepoetst…”
“Iel, doe je dat niet standaard?” Vroeg Henri en hij keek overdreven vies.
“Tuurlijk wel, ik bedoel extra, voor ik naar mijn werk ging.” Zei Ellen beledigd.
Julia was klaar met haar eitje koken en nam naast mij plaats. Op haar bord lagen zes eieren. Ze had een lepeltje en sloeg een ei aan alle kanten ermee. Ik nam een hap en bleef kijken naar wat ze aan het doen was. Ze haalde het schilletje in één keer van het ei af en met één hap was het ei op. Ze begon het volgende ei te tikken terwijl ze Ellen met geknepen ogen aankeek. “Je zult geen vlek zien, geen geur ruiken, geen restje tussen mijn tanden vinden.” Zei ze met spot.
Henri was een salade aan het eten en Ellen had een bakje zelfgemaakte risotto wat ze koud zat te eten.
Tussen ons in op tafel stond een fruitschaal met appels, bananen en sinaasappels. Ik keek ernaar en toen naar Ellen. Ellen werd opgewonden van geel fruit, zou ze die banaan…? Maar ik durfde mijn gedachte niet af te maken. Ze zag me waarschijnlijk bedenkelijk van haar naar de banaan kijken want ze zei droog: “die kun je gewoon pakken en opeten, daar heb ik niet aangezeten.” Julia moest lachen.
“He gat, jij ook altijd met je gele fruit!” Riep Henri vies.
“Moet jij niet optreden deze week?” Vroeg Ellen.
“Ja, komen jullie kijken?”
Julia had haar eieren en glas melk al lang op en was aan een appel begonnen.
“Welke dag?” vroeg ze aan Henri.
“Dinsdagmiddag uurtje of vijf.”
“Kan ik niet.” Zei ze kort en bracht haar bord naar de vaatwasser nadat ze de schilletjes had weggegooid. Zouden haar collega’s weten dat ze een domina was?
“Jammer. Andere keer weer?”
“Misschien wel, ligt eraan wanneer en of ik kan.”
“Ellen kom jij kijken?” vroeg hij.
“Schat, ik heb je nu meerder keren gezien. Je bent een prachtige drag Queen maar je zangcarrière zal je toch echt moeten vergeten.” Julia begon te grinniken en ging achter Ellen staan. Ze snoof met haar ogen dicht in Ellens nek en haren.
Die bleef gewoon verder eten.
“Was het niet te scherp voor je?” Vroeg Julia geheimzinnig.
“Wat?” vroeg Ellen zo nonchalant mogelijk maar ik zag aan haar ogen dat ze een beetje gespannen was van wat Julia gezegd had.
“Die Thaise curry met bloemkoolrijst en visfilet maar zonder koriander natuurlijk want daar houdt Peter niet van.” Zei ze zachtjes en grijnsde naast Ellens oor. Ellen verslikte zich en Julia kwam lachend overeind.
“Ik snap echt niet hoe je dat doet.” Zei Ellen toen ze uitgehoest was en ze sloeg met haar hand op tafel.
“Ik snap echt niet dat jij je daar elke keer nog over verbaasd en dat je het überhaupt nog probeert” zei Henri quasi ongeïnteresseerd.
“Je ken geen geheimen voor haar hebben, ze weet alles van je.” Ging hij verder tegen mij.
Julia ging achter me staan en pakte me tussen mijn schouders en nek vast. Ze begon me te masseren en ik voelde haar krachtige handen mijn spieren zachtjes tot ontspanning brengen. Er ging een rilling door me heen. Ik deed mijn ogen even dicht. Ellen was aan een sinaasappel begonnen en ik hoorde haar smakken.
“Jullie twee, wat is er met jullie?” Hoorde ik haar vragen en ik deed mijn ogen van schrik snel weer open. Mijn spieren hadden zich door de schrik weer aangespannen.
“Ontspan…” zei Julia tegen me.
“Er is niks met ons.” Zei Julia kalm tegen Ellen.
Ellen had een stuk sinaasappel voor de helft afgebeten en zoog het sap eruit. “Jaja, maak dat de kat maar wijs.” Zei ze met volle mond en begon te lachen.
“Joh, dat gaat ons toch geen ene sikkepit aan wat die twee in bed doen.” Zei Henri grinnikend.
“Nee, dat weet ik maar ik vroeg me gewoon af waarom Rosalie hier is.”
“Voor Mirthe. Mijn belofte weet je nog.” Julia was jammer genoeg getopt met masseren en had weer een appel gepakt. Ze zat met haar rug naar de deuropening in de stoel naast me.
Ellen wilde wat zeggen maar één van de Cliniclowns kwam binnen. Hij keek een beetje paniekerig. “Ehum… er huilt een kindje heel hard.”
“En wat komt u hier dan doen meneer Nielsen?” Vroeg Julia kijkend naar haar halve appel in haar hand.
“Nou, ik weet niet zo goed wat ik moet doen.” Julia sloot haar ogen en ik vroeg me af wacht er in haar omging.
“Wat heb je al gedaan?” Vroeg Ellen lieflijk.
“Standaard waardes nagekeken, geen koorts, normale bloeddruk, infuus lekt niet, gekeken in het logboek enzo…” Zei meneer Nielsen voorzichtig.
“Bravo meneer Nielsen, u heeft uw tekstboek goed uit uw hoofd geleerd.” Zei Julia met haar ogen gesloten.
“Ehum… dank u…” Stotterde hij.
“Waarom huilt een kind meneer Nielsen?”
“Ehum… geen idee…”
“Ik wil morgen een uitgebreid verslag van u over de functie van het huilen bij kinderen en baby’s.” Zei ze stug. Meneer Nielsen stond in de deuropening met grote ogen en rode wangen onzeker naar de rugleuning van de stoel te kijken waar Julia inzat.
“Heb je de luier nagekeken? Of gekeken wanneer zijn of haar laatste voeding gegeven is?” Vroeg Ellen moederlijk terwijl ze hoofdschuddend naar Julia keek.
“Ja, de luier was droog en de voeding net een half uur geleden gegeven. Denkt u… denkt u dat er misschien iets inwendig aan de hand kan zijn? Dat er onderzoeken gedaan moeten worden?”
Julia stond resoluut uit haar stoel op waardoor ik schrok. Ze liep met grote passen naar meneer Nielsen. “Ik hoop voor u dat u nog lang niet aan kinderen begint.” Zei ze boos en liep langs hem heen. Hij bleef beduusd in de deuropening staan. Ik had eerlijk gezegd wel een beetje medelijden met hem en snapte niet waarom Julia zo streng en gemeen was voor die jongens. Waren ze al niet genoeg gestraft? Kim liep langs meneer Nielsen heen met een glimlachje en bloosde iets. “De ouders van Zoë willen weten hoe laat de ct-scan is, Liam vraagt of de rolstoelrace nog doorgaat en ik wil graag weten of ik al met pauze kan.”
“Twee uur als ik het goed heb, geen idee daar ga ik niet over en van mij mag jij met pauze meid.” Zei Henri vrolijk.
“Fijn, dan ga ik nog even naar kamer zes het tegen de ouders zeggen en dan ga ik lunchen, val bijna flauw van de honger.” Kim liep weer weg en meneer Nielsen staarde haar na. “Hè Cliniclown! Geen relaties op het werk.” Riep Henri hem lachend toe.
“Kijk eens wie hier is!” Julia kwam aangelopen met een meisje in haar armen. Haar kleine bruine haartjes stonden alle kanten op en ze had haar mollige handje in haar mond gestopt. Haar gezichtje was nog rood en nat van het huilen. Meneer Nielsen keek er bedenkelijk naar. “Wat was het probleem nou?” Vroeg hij nieuwsgierig.
“U.” Zei Julia en kwam weer aan tafel zitten met het meisje op schoot. Ellen zwaaide naar het kindje die zich achterover liet vallen tegen Julia aan. Mijn hart werd weer warm en ik voelde mijn buik kriebelen. Mijn kinderwens kwam weer naar boven drijven. “Rosalie, dit Jana. Wil jij haar op schoot?” Voor ik het wist had Julia Jana in mijn schoot gezet en ik voelde de kleine beentjes spartelen tegen mijn benen aan. Haar ruggetje drukte ze op en neer tegen mijn buik aan. Het kleine meisje keek met grote ogen omhoog naar me en begon te brabbelen.
“Meneer Nielsen, heeft u wel eens het gevoel gehad dat de muren op u af kwamen?” Vroeg Julia wat vriendelijker. Jana had ondertussen mijn vinger in haar mondje gestopt en was druk aan het wiebelen op mijn schoot.
“Jawel.” Ze meneer Nielsen.
“En wat deed u toen?”
“Ehum… ik lag met corona op bed dus ik mocht niet zo veel. Ik ging een beetje gamen en serie kijken en met wat vrienden facetimen.”
“Dus u zocht afleiding, omdat u ziek was?”
“Ja.”
“En wat denkt u dat Jana nodig had?”
“Afleiding?” Vroeg hij onzeker.
“Precies. Afleiding en aandacht. Het blijven kinderen meneer Nielsen. Misschien kunt u andere kinderen even wat afleiding gaan bieden?”
“Ja, maar natuurlijk. Geen probleem.” Julia knikte.
Hij wilde weglopen maar draaide zich weer om naar ons. “Dokter van Eeckeren?”
“Hm.”
“Dank u.”
Julia wuifde zijn opmerking weg met haar hand. Jana was aan het lachen naar Ellen en ik voelde me op een roze wolk zitten. Ik hield haar zachtjes tegen me aangedrukt en begon tegen haar te praten. Julia keek glimlachend naar ons. “Staat je goed.” Zei ze met een knipoog. Ik voelde me gelijk rood worden.
“Ah, de weder gekeerde Cliniclown meneer van Pul is weer terug!” Kraaide Henri.
“Sorry, ik was verdwaald.” Zei meneer van Pul met een rood aangelopen gezicht, buitenadem.
“Dat zijn we allemaal wel eens.” Zei Julia.
Er ging een pieper aan Ellen haar broek af.
“Shoot.” Zei ze kijkend op het ding. Ik vroeg me af wat er aan de hand was.
“Ik ga wel.” Zei Julia. Ellen keek haar even aan en zei toen: “Dank je wel.”
Julia knikte. Ik had graag met haar meegewild maar ik wist niet waar ik Jana moest laten. Alsof Ellen mijn gedachten kon lezen zei ze: “Geef die kleine meid maar aan mij, nu wil ik knuffelen!” Ik gaf Jana lachend aan Ellen en zwaaide nog even naar het meisje.
“Baaaai….” Zei Henri toen ik de lunchruimte verliet. Julia was al halverwege de gang dus ik trok een sprintje.
“Waar gaan we naartoe?”
Ze grijnsde, ze had weer vier ballonnen in haar hand. “De jongenskamer. Vol mannelijk testosteron en oerkreten.” Ze bracht de woorden er met kracht en een handgebaar in de lucht uit. Ik moest lachen door de manier waarop ze dat zei.
De jongenskamer leek op die van de meidenkamer alleen dan gespiegeld en jongensachtig. Andere posters aan de muur en vier jongens in bed.
“Goedemiddag. Hoe is het hier? Iemand heeft op de bel gedrukt?”
“Ineens een stuk beter nu ik u weer zie dokter!” zei een mooi uitziende jongen die duidelijk in de pubertijd zat. “Rosalie, dit is Raoul de charmeur. Daartegenover ligt Liam, naast Raoul ligt Nico en jou ken ik nog niet.” Zei Julia en liep naar het jongetje tegenover Nico. Ze gaf hem een hand: “Ik ben dokter van Eeckeren maar je mag ook Julia zeggen. Ik begreep dat je ouders vandaag nog laat op bezoek zullen komen.” Hij knikte.
“Gezellig. Zijn ze een beetje aardig geweest voor je hier op de kamer?”
“Ja hoor, iedereen is hier heel aardig.”
“Dat is fijn om te horen Stefan. Je mag een ballon uit zoeken. Kan ik verder wat voor je doen?”
Stefan staarde even naar de ballonnen en leek te twijfelen. “Volgens mij wil jij heel graag deze of niet?” Zei Julia lief en hield de eenhoorn apart. Stefan kleurde rood en knikte heel verlegen. “Dat is toch een ballon voor meisjes!” Riep Raoul gelijk.
“Er staat nergens op dat hij alleen aan meisjes gegeven mag worden. Bovendien Raoul, als Stefan dit een mooie ballon vindt dan is daar niks mis mee. Jij hoeft hem niet mooi te vinden maar kunt wel Stefan zijn keuze accepteren, dat zou erg aardig en nobel van je zijn.” Zei Julia streng.
“Als jij die mooi vindt hoort niemand dat toch gek vinden. Kijk eens, ik zal hem aan je bed vast maken.” Julia knoopte de ballon aan het bed van Stefan die er met pretogen naar keek.
Raoul had een hamburger ballon, Nico een of andere superheld en Liam eentje van een tractor.
“Ze zeggen dat u kunt toveren, is dat waar?”
Julia glimlachte: “Ik heb wel wat geleerd van een paar heksen.” Stefan keek met grote ogen vol verwachting naar zijn dokter.
“Rosalie, heb jij al een vriendje?”
Ik voelde me even opgelaten door deze vraag van Raoul.
“Ehum, nee nog niet. Heb jij al een vriendin?” Ik wist niet waarom ik dat vroeg en had gelijk spijt om zoiets aan een jonge jongen te vragen.
“Jazeker, maar voor jou wil ik het best uitmaken met haar.” Zei hij met een knipoog.
“Nou, doe dat maar niet. Ik ben een beetje te oud voor je. Bovendien zou dat niet aardig naar haar toe zijn, wel?”
“Nee, misschien niet.” Zuchtte hij.
“Nou heeft er hier iemand een pak kaarten misschien?”
“Ja, hier! Gisteren van mijn ouders gekregen.” Raoul liet een nog in plastic verpakte pak kaarten omhoog.
“Prima, Rosalie wil jij mijn assistente zijn?”
“Ja, maar natuurlijk!” Ik was erg benieuwd. “Je gaat me toch niet doorzagen he?” zei ik plagerig.
“Nee hoor, dat wordt zo’n bloederige bedoeling.” Ik begon te grinniken.
“Zou jij het pak kaarten willen aannemen en uit het doosje willen halen. De jokers en andere kaarten die er niet bij horen mogen eruit.”
Ik pakte het pak kaarten aan van Raoul die me een luchtkusje gaf. Ik kon het niet helpen dat ik me een beetje ongemakkelijk voelde. Nadat ik de kaarten uit de verpakking en uitgezocht en wel in mijn handen hield vroeg Julia me om ze door elk kind even te laten schudden.
Ze was zelf op de tafel bij het raam gaan zitten en maakte ondertussen een praatje met Nico over zijn kersensnoepjes.
“Klaar mevrouw de goochelaar.” Zei ik met een grijns.
“Wil jij Stefan een kaart laten trekken, de kaart ook aan de andere jongens laten zien en met deze stift…” ze gaf me een zwarte stift uit haar borstzakje. “Zijn naam erop laten zetten.”
Ik deed wat ze me vroeg en ik voelde hoe haar ogen me volgde. Het deed mijn schaamlippen weer kloppen en ik probeerde niet op mijn onderlip te bijten.
“Gaat de rolstoelrace nog door dokter?” vroeg Liam ondertussen.
“Moeten we even kijken Liam, ligt eraan hoe het loopt. En anders wordt het morgen.”
Stefan was klaar en had zijn naam op de kaart gezet. “En nu?” vroeg hij. Ik wist het ook niet.
“Nu mag je de kaart weer tussen de rest in doen en dan wil ik graag de stapel hebben. En dan ga ik de kaart commanderen om uit de stapel tevoorschijn te komen.”
Stefan keek erg blij en geboeid. Ook de andere jongens zaten met volledige aandacht naar ons te kijken. Ik gaf de stapel kaarten aan Julia. Ze glimlachte en knikte.
“Applaus voor mijn lieftallige en knappe assistente.” De jongens begonnen te klappen, Raoul begon ook de joelen en ik moest een beetje geneerd lachen.
Julia ging in het midden van de kamer staan en zei: “Let op!” Maar net toen ze iets wilde doen kwam er een man met een rastakapsel in het rood gekleed binnen lopen.
“Post! Pakketjes, kaarten en luchtkusjes!” riep hij vrolijk.
“Ah dokter, stoor ik?”
“Absoluut niet!”
“Gelukkig maar.” Hij begon hard te lachen.
“Pakketje voor Raoul, Liam weer twee kaarten, voor die knappe blonde dame een luchtkusje van de koerier..." zei hij en gaf een knipoog en een luchtkus. Ik wist niet zo goed wat ik moest doen maar lachte hem hartelijk toe.
"Nico oh ik ben jouw pakket vergeten die zal ik gelijk even halen. En voor jou heb ik helaas nog niks…” Zei de man sip kijkend naar Stefan.
“Dat geeft niet, ik ben er ook pas net. Kaartjes gaan niet zo snel met de post.” Zei Stefan, hij lag met zijn hoofd op zijn kussen te spelen met zijn knuffel in zijn handen.
“En voor u dokter, een handkusje van Gerwin en een high five van Milo.” De man gaf Julia een high five en ze ving het handkusje van Gerwin uit de lucht op. “Dank je wel Jamiël, die zal ik in de pot met andere kusjes doen voor als ik pijn heb.”
“Uitstekend! Ik ga even het pakketje halen voor je Nico. Ben zo terug.” Jamiël verliet vrolijk fluitend de kamer.
Ik had verwacht dat de jongens gelijk hun post open zouden maken maar in plaats daarvan keken ze verwachtingsvol naar Julia. “Nou, kom op met die kaart. Roep hem op!” Riep Raoul opgewonden.
“Oké…” Ze schraapte haar keel en hield het pak kaarten in haar ene hand en haar andere hand erboven. Ze bewoog met haar vingers alsof ze op magische wijze de kaart instraalde om zich te laten tonen. “Kaart van Stefan, ik wil dat je tevoorschijn komt!” Maar er gebeurde niks. “Kaart van Stefan, als je nu niet tevoorschijn komt knip ik je door!” Zei Julia streng. Ik moest mijn lach inhouden. Ze stond daar heel serieus te doen maar er gebeurde niks.
“Je bakt er niks van! Riep Nico.” De jongens begonnen boe te roepen en Julia grijnsde. “Hallo ook kaarten hebben soms geen zin. Hier Liam kijk jij eens of die kaart er nog in zit.” Ze gaf de stapel aan Liam. “Nee, hij is weg!”
“Nou ja! Hoe kan dat nou?” Vroeg Nico.
“Weggelopen!” Lachte Stefan.
“Dat zou zomaar kunnen.” Lachte Julia.
“Echt niet! Jij hebt hem!” riep Raoul die in zijn bed op en neer aan het wiebelen was op zijn kont.
“Nee hoor ik heb hem niet. Rosalie, wil jij eens voelen of ik hem heb?” Vroeg ze grijnzend. Ik moest gelijk denken aan die kaarttruc die ze toen bij mij op school had uitgespookt.
Ze stond in het midden van de kamer met haar armen en benen gespreid. Ik liep naar haar toe en in plaats van zachtjes te voelen greep ik haar ruw bij haar middel en liet mijn handen al tappend over haar lichaam gaan. Over haar beide benen, haar armen en gebood haar om haar schoenen uit te doen. Die controleerde ik en commandeerde haar daarna om zich om te draaien. Ze deed haar handen in haar nek en ik voelde haar buik, haar zakken en gaf haar een klap op haar kont wat Raoul helemaal geweldig vond want hij begon te schaterlachen. “Nee, ik kan hem helaas niet vinden jongens.”
“Dan heb jij hem zeker!” Riep Raoul naar mij wijzend. “Mag ik even voelen?”
“Nee dat mag niet.” Zei Julia streng naar hem kijkend. Raoul leek teleurgesteld.
“Sorry jongens, ik weet niet waar de kaart gebleven is.” Zei ik oprecht verontschuldigend toen ik de vragende snoetjes zag.
“Soms doen kaarten wat ze zelf willen.” Zei Julia en ging weer op de tafel zitten. Ik wist niet zo goed waar ik moest gaan zitten dus ik schoof zonder gene naast haar op tafel waardoor zij op moest schuiven en er bijna af viel. Ze lachte.
“Hier ben ik weer! Kijk eens wat ik vond, Stefan was het toch?”
“Ja.”
“Toch een kaartje voor je.” Zei Jamiël vrolijk.
“Huh? Hoe weten mensen dat ik hier lig dan?” Vroeg hij verbaasd.
“En hier is je pakje Nico!”
“Let op.” Fluisterde Julia in mijn oor wijzend naar Stefan die zijn envelop aan het open maken was.
Mijn hart maakte een sprongetje en ik keek geamuseerd naar de jongen die grote ogen van verbazing op zette en zijn mond wagenwijd open had. “NEE!!” gilde hij. “Hoe dan?!”
“Wat?” Wilde de andere jongens weten die ondertussen hun eigen post aan het openen waren.
Stefan hield zijn getrokken kaart omhoog. “Mijn handschrift staat er zelfs op maar hij is met de post gekomen in een dichtgeplakte envelop, dat kan toch niet?” Julia grijnsde.
Ineens ging mijn pieper af. Code rood. De adrenaline werd in mijn lijf gespoten en mijn spieren kwamen in actie. Ik sprong van de tafel en rende de gang in rechtsaf naar het begin van de gang vlak bij de familiekamer. Ik wist welke kamer het was, ik wist wie daar lag en ik wist ook dat de rolstoelrace niet door zou gaan vandaag. Mijn hart ging sneller en mijn ademhaling werd krachtig. Ik moest er op tijd zijn om ze tegen te houden. Anne en Ellen waren ook al ter plaatsen samen met de Cliniclowns. “Nee, stop!” schreeuwde ik naar Ellen die met de crash kar naar binnen wilde rennen. Dat was een soort ladekastje op wieltjes uitgerust met een hartmonitor, een defibrillator, intubatie- en beademingsmateriaal, geneesmiddelen en infuussystemen om te gebruiken bij reanimaties. Ze keek me niet begrijpend aan. Ik liep de kamer in en zag Milan met de beademingsbuis in zijn mond hoesten. Hij had een longbloeding door een tumor in zijn longen en was in slaap gebracht aan de beademing. “Moeten we niet?” begon Ellen met paniek in haar stem. “Nee, we doen niks.”
Ik zag meneer van Pul wit wegtrekken. Ik liep naar Milan toe en hield zijn hand vast. “Anne wil jij zijn ouders bellen.” Zei ik star.
“We kunnen die jongen toch niet zomaar dood laten gaan!” Schreeuwde meneer Nielsen en rende op me af. Hij wilde me weg duwen maar ik greep hem om zijn middel vast en duwde hem van me af. “We doen niks! Begrepen!” Schreeuwde ik boos. Ik zag de wanhoop in zijn ogen. Meneer Tomson kon het niet aan en was weggelopen. “Maar hij is aan het stikken! Ziet u dat dan niet? U kunt dit niet maken!” Ik had hier geen tijd voor. En draaide me weer om naar Milan. Ik aaide hem over zijn hoofdje, bloed liep uit zijn mond langs de beademingsslang en ook in de beademingsslang. Hij trilde over zijn lichaam, het duurde niet lang of het trillen stopte en de hartmonitor waar hij aan vast zat gaf een monotone piep. Ik boog mijn hoofd en hield mijn adem in. Meneer Nielsen was huilend en kwaad de kamer uitgelopen en alleen Ellen stond nog achter me. “Zijn ouders zijn onderweg.” Kwam Anne me zachtjes melden.
“Tijdstip van overlijden, dertienuurzevenenveertig.” Zei ik terneergeslagen.
Samen met Ellen ontkoppelde ik Milan van alle draadjes waar hij aan vast lag. Ik maakte hem schoon en toonbaar voor zijn ouders. We verschoonde zijn lakens die onder het bloed zaten. We waren geroutineerd en vulde elkaar aan. Zwijgend waren we bezig. Allebei met onze eigen gedachten en gevoelens. Ellen vroeg me nooit waarom, deed gewoon wat ik vroeg. Was ze onderdanig? Zeker niet. Gewoon iemand die me goed kende en die me vertrouwde. Ze wist dat ik dingen deed zoals ik ze deed en ze wist wanneer ze tegen me in kon gaan en wanneer ze beter haar mond kon houden. Sommige artsen vonden zichzelf beter dan verpleegkundige. Vonden zich slimmer en verheven. Ik niet. Ik was dan uiteindelijk wel de baas die, als het er op neer kwam, de beslissingen moest maken en het laatste woord had maar zonder Ellen was ik nergens. Zonder alle mensen hier om me heen was ik nergens. We deden het samen.
Nadat de pieper had geklonken van Julia en ze weg was gerend wist ik niet zo goed wat ik moest doen. Ik rende haar achterna over de gang maar ze was te snel. Ik zag mensen in paniek naar een kamer vliegen. Ik zag de Cliniclowns er één voor één weer weglopen. Meneer Tomson zocht de dichtstbijzijnde prullenbak en gaf over. Meneer van Pul was bleek onderuit gezakt tegen de muur gaan zitten. Henri en nog wat andere mensen waren de kinderen die rondliepen aan het verzamelen. Wat was er aan de hand?
Een meisje kwam langs me gerend en ging achter de balie telefoonneren. Ik liep verder richting de kamer naar waar ik Julia in had zien gaan maar mijn passen werden steeds kleiner. Mijn hart bonkte en ik had het gevoel dat ik eigenlijk liever niet wilde weten wat er aan de hand was. Ik zag meneer Nielsen huilend en vloekend de kamer verlaten. Hij werd door Henri opgevangen. Het leek wel een horrorfilm. Ik zag Julia de kamer uitlopen, haar doktersjas zat onder het bloed. Ze liep langs de familiekamer en sloeg de hoek om. Ik wist niet wat ik moest doen.
Ik zag twee mensen van indiaanse afkomst aan komen rennen. Ze waren in paniek. Ze hielden stil bij de kamer en de vrouw schreeuwde moord en brand. “Neeeeee!” haar schreeuw sneed door mijn ziel. Ik voelde haar pijn, ik kende haar pijn. Ik werd duizelig en kreeg moeite met ademen. Ik hield me aan de muur vast. “U HEEFT MIJN KIND VERMOORD!” Schreeuwde de man. “U HEEFT MIJN ZOON VERMOORD!” Julia was net aan komen lopen in schone kleding. Ze liep met de man mee de kamer in waar ze werd uitgekafferd door de man. Ik verstond het niet allemaal, wilde het ook niet weten. Mijn maag zat in de knoop.
Ik zag haar de kamer uit benen. De kinderen hadden zich op de poefen en zitzakken verzameld. Andere waren hun kamer weer ingegaan. Sommige huilde. Een klein meisje was op een loopfietsje langs de glazen wand van de familiekamer aan het fietsen. De man kwam woedend achter Julia aangelopen. “Ik sleep u voor de rechter! U had hem moeten redden.”
“Meneer Nadir, uw zoon heeft mij uitdrukkelijk gevraagd om hem te laten gaan.”
“Die beslissing was niet aan u.”
“Dat klopt, dat was aan hem zelf. Hij heeft het zwart op wit gezet. Bovendien kon ik niks voor hem doen.”
De man schreeuwde en stampvoetend liep hij weg. Ik hoorde een brul en voor ik het wist vloog er een stoel door de lucht. Recht op de glazen wand af. Julia zette een sprint in, gleed over de vloer en boog zich over het kleine meisje op de fiets. De stoel ging dwars door de glazen wand heen, net boven Julia. Ze had haar doktersjas als een schild over hun heen geslagen. De wand versplinterde en glasscherven regende over het witte hoopje heen wat op de grond op haar hurken ineen gedoken zat. Ellen en Henri kwamen aangesneld en hielpen het meisje verder in veiligheid. Julia deed haar jas uit en liep met een stalen gezicht op de man af. Glassplinters zaten nog in haar haren.
“Ik snap dat u boos bent, ik snap dat u verdriet heeft en ik snap dat u gefrustreerd bent. Maar niemand en dan ook echt niemand heeft het recht om andere kinderen op mijn afdeling zo in gevaar te brengen. U moest u schamen! Uw zoon is dood. Daar kan niemand wat aan veranderen. Hem reanimeren had niet geholpen. Dat weet u heel goed. Ik raad u aan om met u vrouw bij uw zoon afscheid te nemen. Om even tot rust te komen. U kunt ook gebruik maken van de rustruimtes hier beneden. We zullen straks met de hele afdeling afscheid van hem nemen. U mag zelf weten of u daar bij wilt zijn.” Zei ze sterk.
“U had het recht niet.” Huilde de man.
“Zowel Milan als uw vrouw hebben getekend voor niet reanimeren. Ik had het recht wel.” Zei Julia streng. De man keek zijn vrouw vol ongeloof aan.
“Jij wilde niet dat onze zoon….?”
“Hij wilde niet meer Anish.”
“Uw zoon was niet bang voor de dood. Hij was banger voor het leven omdat hij wist dat het geen leven was.”
De vrouw begon in het Hindoestaans te praten en ze liepen huilen weer de kamer van hun zoon in.
Ik wilde naar Julia toelopen maar die liep strak langs de berg glas en weg de gang uit. Ik voelde me een beetje verloren. Zoiets had ik nooit verwacht. Ik snapte nu ineens heel goed waarom Julia niet altijd vrolijk mijn klas kwam binnen wandelen. Ik zou denk ik nooit meer vrolijk kunnen zijn als ik hier zou werken.
Ellen kwam naar me toegelopen. “Kom jij maar even mee schat.” Zei ze lief en we liepen naar de lunchruimte waar ik aan tafel ging zitten. “Dat was heftig hè?” Zei ze moederlijk tegen me.
“Wat was er gebeurd?”
“Er is een patiëntje van ons heengegaan. Die konden we helaas niet meer redden en wilde ook niet gered worden.”
“Is Julia oké?”
“Vast niet maar die houdt zich sterk. Ze is zich even aan het omkleden vanwege de glassplinters. Wil je wat drinken? Glaasje water?”
Ellen zette een glas water voor me neer.
“Gaat het vaak zo?”
“Nee, dit was uitzonderlijk. Tuurlijk zijn ouders boos en radeloos als ze hun kind verliezen maar nooit zo heftig als vandaag. Blijf maar even lekker zitten, ik ga even de boel op ruimen.”
Ik voelde me moe en verdrietig. Het liefste was ik naar huis gegaan maar ik wilde Julia niet in de steek laten. Al vroeg ik me af of ze überhaupt nog wel tijd en aandacht voor me had vandaag. Ik kon het haar niet kwalijk nemen, het was mijn eigen schuld. Ze had zichzelf weer in gevaar gebracht door het meisje te willen beschermen en ik had weer als een angsthaas langs de zijlijn gestaan. Niemand wil een angsthaas als vriendin. Zeker niet zo sterk iemand als Julia.
Een uurtje later werd iedereen gevraagd om afscheid te komen nemen van het jongetje dat Milan bleek te heten. Ik zat nog steeds in de lunchruimte me af te vragen wat er vandaag gebeurd was. Ik dacht aan Julia. Ellen kwam me vragen of ik er ook bij wilde zijn bij het afscheid. Ze zag me twijfelen. “Je mag ook naar huis gaan hoor niemand verplicht je hier om te blijven.” Zei ze met een medelevende glimlach.
“Mag ik je wat vragen Ellen?”
Ze keek me even aan, deed de deur dicht en ging in de stoel naast me zitten met haar benen naar mij toe.
“Zeg het eens.”
Ik keek naar mijn handen in mijn schoot, ik voelde mijn oren warm worden en mijn hart ging te keer. Paniek sloeg weer toe maar ik wilde geen angsthaas zijn.
“Ik weet dat jij geil wordt van geel fruit…”
Ze zette grote ogen “Nee!” zei ze overdreven geschrokken om vervolgens te lachen.
“Ja, dat had ik al in de gaten toen je naar die banaan en naar mij keek met de lunch.”
“Vind je het raar als ik je vertel dat ik opgewonden wordt als ik Julia zo bezig zie en hoor commanderen?” Ik had geen idee waarom ik het juist van alle mensen op de wereld aan Ellen vroeg. Ik kende haar niet, ze was een nauwe collega van Julia en leek me wel het type die niet vies was van een lekkere roddel. Alle alarmbellen gingen rinkelen maar ik wilde er niet naar luisteren, ik wilde geen angsthaas zijn.
Ellen keek me even onderzoekend aan. “Ben je verliefd op haar?”
“Nee, ik val op mannen. Ik krijg alleen de lekkere kriebels als ik zo naar haar kijk.”
“En heb je dat ook met andere vrouwen?”
“Nee.”
“Dus alleen bij Julia.”
“Ja.” Mijn ademhaling ging steeds moeilijker.
“Als ze aan het commanderen is?”
Ik begon steeds meer spijt te krijgen dat ik het deze vrouw verteld had. Hoe had ik zo stom kunnen zijn. Tuurlijk zou ze het niet begrijpen, ik begreep het zelf niet eens. Ze begon ineens in lachen uit te barsten en kon niet meer ophouden. Tranen rolde over haar wangen.
“Oh, wacht even hoor…. Ik moet even…. Poe….” Ze ademde even in en uit en veegde haar tranen weg voor ze kon spreken. Ze schraapte haar keel.
“Oké, laat ik jou eens wat zeggen. Je hoeft geen man te zijn om haar knap te vinden, je hoeft geen lesbo te zijn om naar haar te kijken en opgewonden van haar te raken. De meeste mannelijke collega’s fantaseren over haar… nou ja je weet wel hoe mannen zijn… De meeste vrouwen hier zouden haar willen zijn, haar uiterlijk, haar uitstraling, haar kracht. Ook ik krijg soms de lekkere kriebels als ik haar een coassistent hoor commanderen of haar adem in haar nek voel en o my god wat een lekkere vingers heeft ze als ze mijn nek masseert. Heb ik wel eens over haar gefantaseerd? Jazeker! Wat mijn man Peter later, toen hij het hoorde erg geil vond trouwens.” Ze stopte even en legde haar hand op mijn arm “We hadden geweldige seks daardoor.” Zei ze met een knipoog. “Ik denk dat jij misschien verliefdheid en je onzekerheid voor Julia verward met bewondering voor haar. Julia is als een muze, ze inspireert je en intrigeert je. Sommige zouden haar superbrein wel willen hebben, andere zijn jaloers op haar geld of op haar lichaam. Misschien zou jij zelf graag wel eens mensen willen commanderen. Wist je dat Julia domina is?”
Ik moest plots een beetje lachen. “Ja, ze is mijn domina.” Zei ik terwijl ik Ellen in haar donkerbruine ogen aankeek. Ze grijnsde. “Dat verbaasd me niks.”
“Hoe bedoel je?” Was zoiets aan me te zien dat ik een domina had?
“Omdat je een beetje als een hondje achter haar aan loopt. Begrijp me niet verkeerd maar volgens mij ben jij sterk genoeg om zelf op dingen af te stappen. Wat meer te durven. Je bleef vandaag een beetje in haar schaduw hangen. Niet dat dat verkeerd is, absoluut niet! Het kan best heftig zijn hier op de afdeling en zeker als je het niet gewend om zieke kinderen te zien. Maar jij bent docente Nederlands dus ik had wel wat meer pit van je verwacht. Luisteren jouw leerlingen naar je?”
Ik kon mijn oren niet geloven, dus zo dacht Ellen over me. Wel eerlijk van haar – dacht ik.
“Ja, mijn leerlingen weten hoever ze bij me kunnen gaan. Ik kan ook heel streng zijn en ik heb Julia op de tweede dag zelfs naar de rector gestuurd.”
“Oh ja, het strafcorvee. Dat zei ze ja.” Wie wist het niet – dacht ik.
“Waar was die pittige dame vandaag dan? Vond je het eng om hier te zijn?”
“Nee, ik weet het niet.” Ik keek weer naar mijn handen op mijn schoot.
“Julia kan soms nogal sterk overkomen. Het duurde bij mij ook een tijdje voor ik tegen haar in durfde te gaan en haar rare manier van doen en denken een plek kon geven. Maar je hoeft echt niet bang voor haar te zijn. Ze doet nog geen vlieg kwaad. Sterker nog ze is vegetariër!”
Er schoot een lach uit mijn mond.
“Julia kan je vast veel leren als je domina maar blijf alsjeblieft wel jezelf en wordt niet iemand die je denkt te moeten zijn voor haar. Dat zou ze ook niet van je verwachten. Accepteer dat jij jij bent, en Julia Julia is. Jij hebt jouw eigen krachten en eigenaardigheden.”
“Ik zou wat moediger willen zijn zoals Julia, ze heeft mij gered uit een brandende school en nu redt ze dat meisje.”
“Nou, dat zou ik ook niet kunnen en absoluut niet willen. Moed zit niet persé in het afgaan op zichtbaar gevaar. Moed kan ook zijn door op iemand af te stappen of iemand te vragen of ze het raar vind dat je geil wordt van diens collega.” Zei Ellen moederlijk met een knipoog. “De een noemt Julia moedig, de ander noemt haar dom en onverantwoord. Dat is aan jezelf om te bepalen wat ze is voor jou. Maar ook Julia heeft haar onzekerheden, haar moeilijke kanten. Ook Julia is niet altijd even moedig, zeker niet als het gaat om haar eigen demons. En ook Julia valt soms van haar voetstuk dat ik denk meid dat je anders moeten doen. Maar dat komt omdat ik het anders zou doen, omdat ik niet Julia ben. En dat is maar goed ook want er zijn zat momenten dat ik niet in haar schoenen zou willen staan maar wel bewondering voor haar heb en haar graag als collega aan mij zij heb.”
Ellen aaide lieflijk mijn arm. “Ik moet weer aan werk. Gaat het weer een beetje met je?”
“Ja, dank je wel. Ik denk dat je inderdaad gelijk hebt. Ik denk inderdaad ik bewondering voor Julia heb. En ik weet ook wel dat ik niet helemaal zoals Julia zou willen zijn maar gewoon af en toe iets makkelijker of minder bang.”
“Hè en wie zegt dat jij haar niet mag commanderen. Als jou dat de kriebels geeft, ga ervoor. Net als dat ik af en toe een banaan in mijn flamoes steek omdat het lekker kriebelt.” Zei ze lachend toen ze de lunchruimte verliet. Ik schoot in de lach en een gevoel van een zware last die van mijn schouders viel maakte me vrijer. Misschien had Julia toch gelijk en was ik normaal. Ik glimlachte bij dat idee. Die slimme meid, die muze die me de kunst van zelfontdekking leerde. En waarom niet? Ze liet me kijken en genieten en te leren om meer mezelf te zijn. Ze was mijn lerares en als ik wat meer zou willen zijn als zij moest ik me misschien ook maar strafcorvee laten geven. Wat stouter zijn, gewoon omdat het kriebelde. Ik keek naar de banaan in de fruitschaal, grijnsde en begon hem af te pellen. Ik heb nog nooit en banaan met zo veel genot gevoel gegeten. Ik gooide netjes het schilletje in de prullenbak in het groenafval vakje, ik bleef ten slotte wel mezelf.
Note van de schrijfster: Dit deel is in drieën geknipt omdat het anders te lang werd.
Deze verhalen zijn fictief in een fictief ziekenhuis met fictieve regels. In het echte leven zal het anders gaan het is dan ook een verzinsel op basis van fantasie.
Ik gaf Rosalie een knipoog en liep langs haar heen. “Vergeet je cadeautje niet te geven.” Zei ik. Ze keek even bedenkelijk maar ik wees naar het boek wat ze ingepakt stevig in haar handen had gehouden op haar schoot. Ze glimlachte, ik wist dat Mirthe het boek zou kunnen waarderen. Hadden ze gelijk weer wat om over te kletsen. Ik liep de gang op met snelle passen. Ellen kwam naast me lopen.
“Je raad het toch niet, echt niet hoor.”
Ik grijnsde: “Ik heb nog even tot de pauze.”
“Ja, ik zeg het alvast.”
“Prima.”
Er gingen wat bellen af en ik zag Kim van de ene naar de andere kamer rennen. Jenny was ook druk bezig en Anna zat achter de balie druk te bellen. “Waar zijn de Cliniclowns?” Vroeg ik Ellen. “Ik heb ze even boodschappen laten doen.” Daarmee bedoelde ze dat ze op pad waren met een patiëntje of naar het lab om iets weg te brengen. Soms moesten er materialen opgehaald van of gebracht worden naar andere afdelingen.
“Prima.” Zei ik stug. Ik zag dat Henri er ook was, druk bezig met een weddenschap met een paar jongens. Ik glimlachte. De drie subjes zouden getraind en afgericht worden zodat ze uiteindelijk zouden begrijpen hoe het hier werkte. Pijn, vernedering en je machteloos voelen hoorde er ook bij. Precies zoals het leven was.
De afdeling liep rond, op de ene helft lagen vooral meisjes en de andere helft de jongens. Niet dat ik een duidelijke scheidslijn wilde maar sommige kinderen hadden de leeftijd waarop het duidelijker was van welk geslacht ze waren en ook kinderen hadden behoefte in zelfontdekking en vragen aan elkaar stellen. Dan was het wel net zo fijn als het niet gemengde kamers waren. Ik keek even vlug wat dossiers na en zag Rosalie ineens verloren over de afdeling rondlopen. Het was speelkwartier en sommige kinderen kwamen hun kamer uit. Hoewel ouders hier mochten komen en gaan wanneer ze wilde waren er nu niet veel ouders op bezoek. Vaak kwamen ze pas 's middags en ik raadde ouders ook vooral om ook aan hun zelf te denken. Als je zelf niet goed in je vel zit of te moe bent kun je een ander ook niks geven.
In het midden voor de balie lag een groot zacht kleed waar zitzakken en poefen op verspreid waren. Er hingen een aantal schommels in het plafond en aan de zijkanten rondom stonden een aantal bedden voor de kinderen die er graag bij wilde zijn om te kijken maar te moe of te zwak waren om te zitten. Aan de muur tegenover de balie was een lage stang horizontaal bevestigd waar vier ballonnen geknoopt waren.
Ik liep naar Rosalie die haar ogen uit keek. “Was Mirthe moe?” Vroeg ik haar begripvol.
“Ja, ik vond het goed van haar dat ze haar grenzen aan gaf.”
“Zin om mee te gaan?”
“Ja, waar gaan we heen?” vroeg ze vrolijk.
“De meidenkamer.” Zei ik geheimzinnig.
We liepen wat verder de gang over tot we bijna bij de lunchruimte waren. Het geschreeuw was al op de gang te horen. Rosalie keek me geschrokken aan. “Tienerdrama.” Stelde ik haar gerust. Ik hield de deur voor haar open.
“Nietes!”
“Wellus!”
“HOU OP!! DAT IS NIET WAAR!!”
Rosalie en ik stonden naast elkaar te kijken naar de hysterische meiden. Laura zat huilend aan de linkerkant in bed. Pria lag tegenover haar woedend met een halve poster van een dolfijn die een luchtsprong maakte in haar hand. De andere twee jongere meisjes zaten bij de tafel bij het raam met make-up te spelen.
“IK HEB DAT NOOIT GEZEGD PRIA” schreeuwde Laura snikkend.
“IK HEB HET TOCH ZELF GEHOORD OF NIET DAN!!” schreeuwde Pria woedend.
“Laura wat heb je gedaan?” Vroeg ik streng.
“Ik? Pria heeft mijn poster kapot gescheurd!”
“Dat vroeg ik niet, wat heb jij gedaan?”
Ze keek me even niet begrijpend aan.
“Ze zei dat Loes Geurts een slechte keepster was.” Zei Pria boos.
Beide meiden hadden achter hun bed de poster van de ander hangen zodat ze naar hun eigen poster konden kijken.
“Volgens mij vroeg ik het Laura, Pria.” Ik keek haar boos aan en wende me weer tot Laura.
“Heb je dat gezegd?”
“Nee, ik heb alleen gezegd dat ze niet zo goed was de laatste wedstrijd in Tokio twee jaar geleden. Dat had ik gelezen.”
“Heeft ze dat gezegd Pria?”
“Nee.” Ze keek me boos aan.
“Weet je dat zeker?”
Ze dacht even na maar ik zag al aan haar dat ze twijfelde. Ik liep naar de poster achter Laura en scheurde de helft eraf.
“Hé! Mijn poster!!” schreeuwde Pria verbaasd.
“Zo, nou hebben jullie allebei een halve poster. Jullie krijgen pas een nieuwe als jullie het weer bij hebben gelegd.”
“Maar… dat is niet eerlijk! Ik heb niks gedaan!” riep Pria.
“Jij hebt haar poster gescheurd.”
“Ja, omdat zij dat over Loes Geurts heeft gezegd!”
“Wat heeft ze gezegd dan?”
Pria keek even naar Laura en dacht na.
“Precies, je weet het dus niet eens meer.”
Meneer Tomson verscheen in deuropening.
“Ehum dokter van Eeckeren?”
“Wat is er meneer Tomson?” zei ik met een zucht. Ik vond coassistenten soms zo irritant.
“Kan ik iets voor u doen?”
“U komt precies op tijd! Meiden, hebben jullie tijd om meneer Tomson mooi te maken?” vroeg ik aan de twee meiden die met veel oogschaduw en dikke omlijnde lippen me lachend aankeken. “Ja hoor! Kom maar hier, wij maken je zo mooi als een prinses!” giechelde ze. Rosalie kon ook een giechel niet onderdrukken en hield haar hand voor haar mond. Meneer Tomson was duidelijk uit zijn element, dit had hij niet verwacht. Ik grijnsde naar hem. Schoorvoetend liep hij naar de meiden toe en nam plaats tussen ze in.
“We hebben lippenstift, oogschaduw, ehum…. Wangpoeder en nagellak!” Vertelde Eva hem vrolijk.
“Mag ik de lippenstift doen Vivianne?” Vroeg ze aan haar vriendin.
“Dan wil ik de oogschaduw doen.”
Rosalie keek er liefdevol naar.
Laura en Pria zaten inmiddels met een boos gezicht en hun armen over elkaar naar elkaar te staren. Ook als je ziek was waren er tienerproblemen om ruzie over te maken. Het bleven immers kinderen.
We liepen de kamer weer uit en meneer Nielsen kwam met ons mee gelopen.
“Kan ik misschien wat voor u doen dokter?”
“Ik wil dat je een praatje gaat maken met elk kind wat hier ligt.”
“Ehum… oké.” Hij was even stil en bleef meelopen.
“Is dat een probleem meneer Nielsen?”
“Ik weet niet zo goed wat ik moet zeggen…” Zei hij beschaamd.
Ik hield in één keer mijn pas stil. “Wat doet u dan in een kinderziekenhuis als u niet met kinderen om kan gaan?”
“Dokter van Leeuwen liet ons andere dingen doen…”
“Ik ben dokter van Leeuwen niet, ik ben als ik het goed heb rijk en hoef nooit meer te werken. Een neukopject.”
Hij keek gelijk naar zijn voeten.
“Zolang u maar niet vraagt “kom je hier vaker? Heb je het naar je zin? En waar slaap jij vannacht?” Zit u denk ik wel goed meneer Nielsen.”
Ik begon weer te lopen, ik was onderweg naar de jongenskamer. Meneer Nielsen volgde me nog steeds.
“Meneer Nielsen, als u nou niet snel ophoepelt weet ik vast nog wel een ander klusje te bedenken voor u. Hup, opschieten!” Zei ik boos tegen hem.
Hij stiefelde weg.
“Julia?”
“Hmhm.”
“Deze kinderen, ehum… hoe groot is de overlevingskans?”
“Dat verschilt Rosalie. Het merendeel overwint de kanker die ze hebben maar er blijft altijd een kans dat het lichaam toch niet sterk genoeg is.”
“En Mirthe?”
Een steek ging door mijn borst en mijn hart miste een slag.
“Een kwestie van tijd.” Zei ik stugger dan ik wilde.
“En dan?” Ik hield mijn pas weer en keek Rosalie aan in haar helderblauwe ogen.
“Het spijt me…” zei ze zachtjes. Ze pakte mijn hand vast.
“Dank je.” Zei ik en ik moest moeite doen om de pijn niet te voelen bij het idee dat Mirthe eigenlijk aan het wachten was tot de dood haar kwam halen.
Ik zag dat Julia haar ogen verdrietig stonden. Mirthe, haar vriendin en patiënte van wie ze blijkbaar heel veel hield zou niet beter worden. Ik kon me voorstellen dat Julia dat met haar supergeheugen niet zou kunnen verkroppen. Dat ze gewoon met al haar kennis aan de zijlijn stond.
Ellen liep langs ons met haar handen vol luiers en doekjes. “Je raad het noooooit Julia.” Lachte ze. Ik wist niet waar ze het over had. Julia grijnsde. “In de pauze.” Zei ze uitdagend.
“Rosalie, wil jij misschien Ellen even helpen? Ik moet even een infuusje zetten.”
“Ja, succes.” Zei ik een beetje onhandig. Ik wilde liever bij haar blijven in plaats van met Ellen mee. Het voelde alsof ze even van me af wilde.
“Ik zie je zo weer.” Ze kneep in mijn hand en liet los.
Ik zocht Ellen op die bij de balie met twee jongetjes aan het praten was.
“En toen kwam er een hele grote octopus en die at zo het schip op!” zei het jongetje met blonde haartjes.
“NEEEEEE!” Gilde Ellen alsof ze het verschrikkelijk vond. Ik moest lachen.
“Ja echt! Maar de piraten konden onder water ademen!” zei het andere jongetje die van buitenlandse afkomst leek.
“Huh, hoe dan?” Vroeg Ellen verbaasd.
“Ze waren vervloekt!” zei het blonde jongetje met grote ogen bloedserieus.
“Nee, dat geloof ik niet hoor.” Schudde Ellen haar hoofd.
“Ja echt wel!” Zei het andere jongetje.
“Geloof jij dat?” Vroeg Ellen aan mij.
“Ehum… Nou ik denk dat ze best wel eens gelijk konden hebben. Ik weet dat er een vloek bestaat waardoor je onderwater kan ademen als een vis.” Zei ik terwijl ik me helemaal warm van binnen begonnen te voelen.
Ellen keek me even opnemend aan. “Jij gelooft zeker in sprookjes?” Zei ze lachend.
“Toevallig wel ja.” Zei ik hooghartig.
“Dit was geen sprookje hoor! Dit is echt gebeurd!” Riep het blonde jongetje.
“Ja echt gebeurd!” Papegaaide het andere jongetje hem na.
“Nou, dan zal ik voortaan oppassen als ik de zee in ga. Voor hetzelfde geld zit er ineens zo’n enge piraat aan mijn benen te friemelen.”
De jongens lachte en Ellen liep langs de balie de hoek om naar de schuifdeuren in de muur.
“Zou jij even…”
“Oh, ja natuurlijk.” Ik schoof de deur opzij voor haar en zag een grote ruime kast met allemaal ziekenhuis materialen.
“Kom je hier ons team versterken?” Vroeg Ellen me terwijl ze de luiers aan het opruimen was.
“Nee, ik loop een dagje mee met Julia… ehum dokter van Eeckeren.”
Ellen lachte, “jammer hoor, we kunnen altijd nieuwe mensen gebruiken.”
“Ik ben daar niet voor opgeleid, ik ben docente Nederlands op een middelbare school.”
“Oh dan vind je de kinderen voorlezen vast leuk om te doen! We hebben hier regelmatig voorleesmiddagen of hoorspelen maken met de kinderen. Vinden ze altijd erg leuk.” Ellen’s ogen glommen van opwinding toen ze het zei.
“We zoeken altijd leuke vrijwilligers.” Zei ze met een knipoog. Ik glimlachte terug.
“Ik zal erover nadenken.”
“Doe dat. Nou, tijd voor pauze. Heb je ook eten mee? Ehum… ik weet je naam niet eens!” begon ze te lachen. “Ik ben Rosalie.” Stelde ik me lacherig voor.
“Ellen, maar volgens mij wist je dat al. Ik ben hier de moederkip zeg maar. Ben gek op die kinderen. Hoef ze zelf niet want heb er hier genoeg rondlopen om te verzorgen.”
Ik knikte. “Vind je het niet moeilijk om….”
“Soms, het grijpt je aan. Soms lig ik dagen wakker. Maar als er dan eentje weer vrolijk het pand verlaat, kankervrij dan denk ik - ja daar doe ik het voor!”
Ik knikte begripvol. “Kom gaan we lunchen Rosalie.”
“En de kinderen dan?”
“Er lopen hier altijd genoeg mensen rond om ze helpen.”
Ik liep achter Ellen aan, naar de deur naast de meidenkamer waar ik net was geweest. De deur van de meidenkamer stond open en ik kon zien dat meneer Tomson er net zo clownachtig als de meisjes eruit zag. Ze hadden zijn korte haar in kleine staartjes weten te binden en ze waren nu bezig met zijn nagels te lakken. Hij was aan het lachen met ze en ze leken het naar hun zin te hebben.
“Tomson!” ik schrok me rot, Julia stond ineens achter me luid zijn naam te roepen
Tomson keek ook geschrokken naar ons. “Ga zo door.” Knikte Julia goedkeurend. Hij glimlachte als een puppy dat een compliment had gekregen.
We liepen met z’n drieën achter elkaar een grote ruime kamer in waar een witte tafel in het midden stond met allemaal stoelen erom heen. Op de grond lag blauwe vloerbedekking en er was een heuse keuken met lang aanrecht en grote koelkast. Het was van van alles voorzien: een magnetron, fornuis, koffiezetapparaat, waterkoker en ik vermoede dat er ook wel pannen aanwezig zouden zijn. Ellen ging dicht bij de keuken zitten. Ik bedacht me ineens dat mijn rugzak nog in de kleedruimte lag en wilde me omdraaien. Ik botste tegen Julia aan die achter me had gestaan. Ze glimlachte en hield mijn rugzak omhoog. “Alsjeblieft, ik dacht dat je die wel kon gebruiken.”
“Dank je wel.” Mijn hart werd warm en ik keek een paar seconden in haar donkergroene ogen.
Ik ging tegenover Ellen zitten wat dicht bij de koelkast was.
Julia liep naar de koelkast “wil je een glaasje sojamelk Rosalie?” vroeg ze me.
“Oh, ja dat vind ik wel lekker.” Ik had zelf drie sneeën brood bij me en een granenreep.
“Wil je ook een eitje gekookt of gebakken?” Vroeg ze me nadat ze de melk had ingeschonken in twee glazen.
“Nee dank je.”
“Prima.” Ze zette het pak melk weer weg en ging voor haarzelf een ei koken.
Ik bedacht me ineens dat ik Julia nog nooit iets anders had zien eten dan een appel.
“Nou, weet je het al?” vroeg Ellen triomfantelijk aan Julia.
Er kwam een slanke man de lunchruimte binnen gelopen. Hij droeg ook witte kleding net als Ellen en ik maar hij had ook een fleurige sjaal om zijn nek hangen. “Hallo dames! Oeh ik zie dat we een nieuwe schoonheid in ons midden hebben. Ik zal me even voorstellen.” Hij kwam naar me toegelopen en ik wilde opstaan maar hij zei: “oh blijf lekker zitten meid, ik ben Henri.” Hij gaf me een slap handje. “Rosalie.”
“Prachtige naam voor een prachtige roos!” Riep hij vrolijk. Hij ging vervolgens naast Ellen zitten. “Nou heeft ons superheld het al geraden?”
“Nog niet, ze zit tijd te rekken.”
“Helemaal niet, ik sta eieren te koken.” Bromde Julia met haar rug naar ons toe. Ik keek geamuseerd naar de mensen tegenover me. “Wat moet ze raden dan?” Vroeg ik van de een naar de ander kijkend.
“Wat ik gisteravond heb gegeten.”
“Ja, één keer in de week kookt Ellen een nieuw recept en die moet Julia dan raden. Als ze het fout heeft of niet weet dan krijgt Ellen een miljoen van haar.”
“Euro’s?” vroeg ik ongelovig.
Henri knikte vermakelijk.
“Het is geen vetpot hoor Rosalie, ik heb nog niks gewonnen. Maar dit keer weet ik het zeker. Ik heb het niemand verteld en overal op gelet. Schone kleding aan, gedoucht voor ik hier heen ging, tanden gepoetst…”
“Iel, doe je dat niet standaard?” Vroeg Henri en hij keek overdreven vies.
“Tuurlijk wel, ik bedoel extra, voor ik naar mijn werk ging.” Zei Ellen beledigd.
Julia was klaar met haar eitje koken en nam naast mij plaats. Op haar bord lagen zes eieren. Ze had een lepeltje en sloeg een ei aan alle kanten ermee. Ik nam een hap en bleef kijken naar wat ze aan het doen was. Ze haalde het schilletje in één keer van het ei af en met één hap was het ei op. Ze begon het volgende ei te tikken terwijl ze Ellen met geknepen ogen aankeek. “Je zult geen vlek zien, geen geur ruiken, geen restje tussen mijn tanden vinden.” Zei ze met spot.
Henri was een salade aan het eten en Ellen had een bakje zelfgemaakte risotto wat ze koud zat te eten.
Tussen ons in op tafel stond een fruitschaal met appels, bananen en sinaasappels. Ik keek ernaar en toen naar Ellen. Ellen werd opgewonden van geel fruit, zou ze die banaan…? Maar ik durfde mijn gedachte niet af te maken. Ze zag me waarschijnlijk bedenkelijk van haar naar de banaan kijken want ze zei droog: “die kun je gewoon pakken en opeten, daar heb ik niet aangezeten.” Julia moest lachen.
“He gat, jij ook altijd met je gele fruit!” Riep Henri vies.
“Moet jij niet optreden deze week?” Vroeg Ellen.
“Ja, komen jullie kijken?”
Julia had haar eieren en glas melk al lang op en was aan een appel begonnen.
“Welke dag?” vroeg ze aan Henri.
“Dinsdagmiddag uurtje of vijf.”
“Kan ik niet.” Zei ze kort en bracht haar bord naar de vaatwasser nadat ze de schilletjes had weggegooid. Zouden haar collega’s weten dat ze een domina was?
“Jammer. Andere keer weer?”
“Misschien wel, ligt eraan wanneer en of ik kan.”
“Ellen kom jij kijken?” vroeg hij.
“Schat, ik heb je nu meerder keren gezien. Je bent een prachtige drag Queen maar je zangcarrière zal je toch echt moeten vergeten.” Julia begon te grinniken en ging achter Ellen staan. Ze snoof met haar ogen dicht in Ellens nek en haren.
Die bleef gewoon verder eten.
“Was het niet te scherp voor je?” Vroeg Julia geheimzinnig.
“Wat?” vroeg Ellen zo nonchalant mogelijk maar ik zag aan haar ogen dat ze een beetje gespannen was van wat Julia gezegd had.
“Die Thaise curry met bloemkoolrijst en visfilet maar zonder koriander natuurlijk want daar houdt Peter niet van.” Zei ze zachtjes en grijnsde naast Ellens oor. Ellen verslikte zich en Julia kwam lachend overeind.
“Ik snap echt niet hoe je dat doet.” Zei Ellen toen ze uitgehoest was en ze sloeg met haar hand op tafel.
“Ik snap echt niet dat jij je daar elke keer nog over verbaasd en dat je het überhaupt nog probeert” zei Henri quasi ongeïnteresseerd.
“Je ken geen geheimen voor haar hebben, ze weet alles van je.” Ging hij verder tegen mij.
Julia ging achter me staan en pakte me tussen mijn schouders en nek vast. Ze begon me te masseren en ik voelde haar krachtige handen mijn spieren zachtjes tot ontspanning brengen. Er ging een rilling door me heen. Ik deed mijn ogen even dicht. Ellen was aan een sinaasappel begonnen en ik hoorde haar smakken.
“Jullie twee, wat is er met jullie?” Hoorde ik haar vragen en ik deed mijn ogen van schrik snel weer open. Mijn spieren hadden zich door de schrik weer aangespannen.
“Ontspan…” zei Julia tegen me.
“Er is niks met ons.” Zei Julia kalm tegen Ellen.
Ellen had een stuk sinaasappel voor de helft afgebeten en zoog het sap eruit. “Jaja, maak dat de kat maar wijs.” Zei ze met volle mond en begon te lachen.
“Joh, dat gaat ons toch geen ene sikkepit aan wat die twee in bed doen.” Zei Henri grinnikend.
“Nee, dat weet ik maar ik vroeg me gewoon af waarom Rosalie hier is.”
“Voor Mirthe. Mijn belofte weet je nog.” Julia was jammer genoeg getopt met masseren en had weer een appel gepakt. Ze zat met haar rug naar de deuropening in de stoel naast me.
Ellen wilde wat zeggen maar één van de Cliniclowns kwam binnen. Hij keek een beetje paniekerig. “Ehum… er huilt een kindje heel hard.”
“En wat komt u hier dan doen meneer Nielsen?” Vroeg Julia kijkend naar haar halve appel in haar hand.
“Nou, ik weet niet zo goed wat ik moet doen.” Julia sloot haar ogen en ik vroeg me af wacht er in haar omging.
“Wat heb je al gedaan?” Vroeg Ellen lieflijk.
“Standaard waardes nagekeken, geen koorts, normale bloeddruk, infuus lekt niet, gekeken in het logboek enzo…” Zei meneer Nielsen voorzichtig.
“Bravo meneer Nielsen, u heeft uw tekstboek goed uit uw hoofd geleerd.” Zei Julia met haar ogen gesloten.
“Ehum… dank u…” Stotterde hij.
“Waarom huilt een kind meneer Nielsen?”
“Ehum… geen idee…”
“Ik wil morgen een uitgebreid verslag van u over de functie van het huilen bij kinderen en baby’s.” Zei ze stug. Meneer Nielsen stond in de deuropening met grote ogen en rode wangen onzeker naar de rugleuning van de stoel te kijken waar Julia inzat.
“Heb je de luier nagekeken? Of gekeken wanneer zijn of haar laatste voeding gegeven is?” Vroeg Ellen moederlijk terwijl ze hoofdschuddend naar Julia keek.
“Ja, de luier was droog en de voeding net een half uur geleden gegeven. Denkt u… denkt u dat er misschien iets inwendig aan de hand kan zijn? Dat er onderzoeken gedaan moeten worden?”
Julia stond resoluut uit haar stoel op waardoor ik schrok. Ze liep met grote passen naar meneer Nielsen. “Ik hoop voor u dat u nog lang niet aan kinderen begint.” Zei ze boos en liep langs hem heen. Hij bleef beduusd in de deuropening staan. Ik had eerlijk gezegd wel een beetje medelijden met hem en snapte niet waarom Julia zo streng en gemeen was voor die jongens. Waren ze al niet genoeg gestraft? Kim liep langs meneer Nielsen heen met een glimlachje en bloosde iets. “De ouders van Zoë willen weten hoe laat de ct-scan is, Liam vraagt of de rolstoelrace nog doorgaat en ik wil graag weten of ik al met pauze kan.”
“Twee uur als ik het goed heb, geen idee daar ga ik niet over en van mij mag jij met pauze meid.” Zei Henri vrolijk.
“Fijn, dan ga ik nog even naar kamer zes het tegen de ouders zeggen en dan ga ik lunchen, val bijna flauw van de honger.” Kim liep weer weg en meneer Nielsen staarde haar na. “Hè Cliniclown! Geen relaties op het werk.” Riep Henri hem lachend toe.
“Kijk eens wie hier is!” Julia kwam aangelopen met een meisje in haar armen. Haar kleine bruine haartjes stonden alle kanten op en ze had haar mollige handje in haar mond gestopt. Haar gezichtje was nog rood en nat van het huilen. Meneer Nielsen keek er bedenkelijk naar. “Wat was het probleem nou?” Vroeg hij nieuwsgierig.
“U.” Zei Julia en kwam weer aan tafel zitten met het meisje op schoot. Ellen zwaaide naar het kindje die zich achterover liet vallen tegen Julia aan. Mijn hart werd weer warm en ik voelde mijn buik kriebelen. Mijn kinderwens kwam weer naar boven drijven. “Rosalie, dit Jana. Wil jij haar op schoot?” Voor ik het wist had Julia Jana in mijn schoot gezet en ik voelde de kleine beentjes spartelen tegen mijn benen aan. Haar ruggetje drukte ze op en neer tegen mijn buik aan. Het kleine meisje keek met grote ogen omhoog naar me en begon te brabbelen.
“Meneer Nielsen, heeft u wel eens het gevoel gehad dat de muren op u af kwamen?” Vroeg Julia wat vriendelijker. Jana had ondertussen mijn vinger in haar mondje gestopt en was druk aan het wiebelen op mijn schoot.
“Jawel.” Ze meneer Nielsen.
“En wat deed u toen?”
“Ehum… ik lag met corona op bed dus ik mocht niet zo veel. Ik ging een beetje gamen en serie kijken en met wat vrienden facetimen.”
“Dus u zocht afleiding, omdat u ziek was?”
“Ja.”
“En wat denkt u dat Jana nodig had?”
“Afleiding?” Vroeg hij onzeker.
“Precies. Afleiding en aandacht. Het blijven kinderen meneer Nielsen. Misschien kunt u andere kinderen even wat afleiding gaan bieden?”
“Ja, maar natuurlijk. Geen probleem.” Julia knikte.
Hij wilde weglopen maar draaide zich weer om naar ons. “Dokter van Eeckeren?”
“Hm.”
“Dank u.”
Julia wuifde zijn opmerking weg met haar hand. Jana was aan het lachen naar Ellen en ik voelde me op een roze wolk zitten. Ik hield haar zachtjes tegen me aangedrukt en begon tegen haar te praten. Julia keek glimlachend naar ons. “Staat je goed.” Zei ze met een knipoog. Ik voelde me gelijk rood worden.
“Ah, de weder gekeerde Cliniclown meneer van Pul is weer terug!” Kraaide Henri.
“Sorry, ik was verdwaald.” Zei meneer van Pul met een rood aangelopen gezicht, buitenadem.
“Dat zijn we allemaal wel eens.” Zei Julia.
Er ging een pieper aan Ellen haar broek af.
“Shoot.” Zei ze kijkend op het ding. Ik vroeg me af wat er aan de hand was.
“Ik ga wel.” Zei Julia. Ellen keek haar even aan en zei toen: “Dank je wel.”
Julia knikte. Ik had graag met haar meegewild maar ik wist niet waar ik Jana moest laten. Alsof Ellen mijn gedachten kon lezen zei ze: “Geef die kleine meid maar aan mij, nu wil ik knuffelen!” Ik gaf Jana lachend aan Ellen en zwaaide nog even naar het meisje.
“Baaaai….” Zei Henri toen ik de lunchruimte verliet. Julia was al halverwege de gang dus ik trok een sprintje.
“Waar gaan we naartoe?”
Ze grijnsde, ze had weer vier ballonnen in haar hand. “De jongenskamer. Vol mannelijk testosteron en oerkreten.” Ze bracht de woorden er met kracht en een handgebaar in de lucht uit. Ik moest lachen door de manier waarop ze dat zei.
De jongenskamer leek op die van de meidenkamer alleen dan gespiegeld en jongensachtig. Andere posters aan de muur en vier jongens in bed.
“Goedemiddag. Hoe is het hier? Iemand heeft op de bel gedrukt?”
“Ineens een stuk beter nu ik u weer zie dokter!” zei een mooi uitziende jongen die duidelijk in de pubertijd zat. “Rosalie, dit is Raoul de charmeur. Daartegenover ligt Liam, naast Raoul ligt Nico en jou ken ik nog niet.” Zei Julia en liep naar het jongetje tegenover Nico. Ze gaf hem een hand: “Ik ben dokter van Eeckeren maar je mag ook Julia zeggen. Ik begreep dat je ouders vandaag nog laat op bezoek zullen komen.” Hij knikte.
“Gezellig. Zijn ze een beetje aardig geweest voor je hier op de kamer?”
“Ja hoor, iedereen is hier heel aardig.”
“Dat is fijn om te horen Stefan. Je mag een ballon uit zoeken. Kan ik verder wat voor je doen?”
Stefan staarde even naar de ballonnen en leek te twijfelen. “Volgens mij wil jij heel graag deze of niet?” Zei Julia lief en hield de eenhoorn apart. Stefan kleurde rood en knikte heel verlegen. “Dat is toch een ballon voor meisjes!” Riep Raoul gelijk.
“Er staat nergens op dat hij alleen aan meisjes gegeven mag worden. Bovendien Raoul, als Stefan dit een mooie ballon vindt dan is daar niks mis mee. Jij hoeft hem niet mooi te vinden maar kunt wel Stefan zijn keuze accepteren, dat zou erg aardig en nobel van je zijn.” Zei Julia streng.
“Als jij die mooi vindt hoort niemand dat toch gek vinden. Kijk eens, ik zal hem aan je bed vast maken.” Julia knoopte de ballon aan het bed van Stefan die er met pretogen naar keek.
Raoul had een hamburger ballon, Nico een of andere superheld en Liam eentje van een tractor.
“Ze zeggen dat u kunt toveren, is dat waar?”
Julia glimlachte: “Ik heb wel wat geleerd van een paar heksen.” Stefan keek met grote ogen vol verwachting naar zijn dokter.
“Rosalie, heb jij al een vriendje?”
Ik voelde me even opgelaten door deze vraag van Raoul.
“Ehum, nee nog niet. Heb jij al een vriendin?” Ik wist niet waarom ik dat vroeg en had gelijk spijt om zoiets aan een jonge jongen te vragen.
“Jazeker, maar voor jou wil ik het best uitmaken met haar.” Zei hij met een knipoog.
“Nou, doe dat maar niet. Ik ben een beetje te oud voor je. Bovendien zou dat niet aardig naar haar toe zijn, wel?”
“Nee, misschien niet.” Zuchtte hij.
“Nou heeft er hier iemand een pak kaarten misschien?”
“Ja, hier! Gisteren van mijn ouders gekregen.” Raoul liet een nog in plastic verpakte pak kaarten omhoog.
“Prima, Rosalie wil jij mijn assistente zijn?”
“Ja, maar natuurlijk!” Ik was erg benieuwd. “Je gaat me toch niet doorzagen he?” zei ik plagerig.
“Nee hoor, dat wordt zo’n bloederige bedoeling.” Ik begon te grinniken.
“Zou jij het pak kaarten willen aannemen en uit het doosje willen halen. De jokers en andere kaarten die er niet bij horen mogen eruit.”
Ik pakte het pak kaarten aan van Raoul die me een luchtkusje gaf. Ik kon het niet helpen dat ik me een beetje ongemakkelijk voelde. Nadat ik de kaarten uit de verpakking en uitgezocht en wel in mijn handen hield vroeg Julia me om ze door elk kind even te laten schudden.
Ze was zelf op de tafel bij het raam gaan zitten en maakte ondertussen een praatje met Nico over zijn kersensnoepjes.
“Klaar mevrouw de goochelaar.” Zei ik met een grijns.
“Wil jij Stefan een kaart laten trekken, de kaart ook aan de andere jongens laten zien en met deze stift…” ze gaf me een zwarte stift uit haar borstzakje. “Zijn naam erop laten zetten.”
Ik deed wat ze me vroeg en ik voelde hoe haar ogen me volgde. Het deed mijn schaamlippen weer kloppen en ik probeerde niet op mijn onderlip te bijten.
“Gaat de rolstoelrace nog door dokter?” vroeg Liam ondertussen.
“Moeten we even kijken Liam, ligt eraan hoe het loopt. En anders wordt het morgen.”
Stefan was klaar en had zijn naam op de kaart gezet. “En nu?” vroeg hij. Ik wist het ook niet.
“Nu mag je de kaart weer tussen de rest in doen en dan wil ik graag de stapel hebben. En dan ga ik de kaart commanderen om uit de stapel tevoorschijn te komen.”
Stefan keek erg blij en geboeid. Ook de andere jongens zaten met volledige aandacht naar ons te kijken. Ik gaf de stapel kaarten aan Julia. Ze glimlachte en knikte.
“Applaus voor mijn lieftallige en knappe assistente.” De jongens begonnen te klappen, Raoul begon ook de joelen en ik moest een beetje geneerd lachen.
Julia ging in het midden van de kamer staan en zei: “Let op!” Maar net toen ze iets wilde doen kwam er een man met een rastakapsel in het rood gekleed binnen lopen.
“Post! Pakketjes, kaarten en luchtkusjes!” riep hij vrolijk.
“Ah dokter, stoor ik?”
“Absoluut niet!”
“Gelukkig maar.” Hij begon hard te lachen.
“Pakketje voor Raoul, Liam weer twee kaarten, voor die knappe blonde dame een luchtkusje van de koerier..." zei hij en gaf een knipoog en een luchtkus. Ik wist niet zo goed wat ik moest doen maar lachte hem hartelijk toe.
"Nico oh ik ben jouw pakket vergeten die zal ik gelijk even halen. En voor jou heb ik helaas nog niks…” Zei de man sip kijkend naar Stefan.
“Dat geeft niet, ik ben er ook pas net. Kaartjes gaan niet zo snel met de post.” Zei Stefan, hij lag met zijn hoofd op zijn kussen te spelen met zijn knuffel in zijn handen.
“En voor u dokter, een handkusje van Gerwin en een high five van Milo.” De man gaf Julia een high five en ze ving het handkusje van Gerwin uit de lucht op. “Dank je wel Jamiël, die zal ik in de pot met andere kusjes doen voor als ik pijn heb.”
“Uitstekend! Ik ga even het pakketje halen voor je Nico. Ben zo terug.” Jamiël verliet vrolijk fluitend de kamer.
Ik had verwacht dat de jongens gelijk hun post open zouden maken maar in plaats daarvan keken ze verwachtingsvol naar Julia. “Nou, kom op met die kaart. Roep hem op!” Riep Raoul opgewonden.
“Oké…” Ze schraapte haar keel en hield het pak kaarten in haar ene hand en haar andere hand erboven. Ze bewoog met haar vingers alsof ze op magische wijze de kaart instraalde om zich te laten tonen. “Kaart van Stefan, ik wil dat je tevoorschijn komt!” Maar er gebeurde niks. “Kaart van Stefan, als je nu niet tevoorschijn komt knip ik je door!” Zei Julia streng. Ik moest mijn lach inhouden. Ze stond daar heel serieus te doen maar er gebeurde niks.
“Je bakt er niks van! Riep Nico.” De jongens begonnen boe te roepen en Julia grijnsde. “Hallo ook kaarten hebben soms geen zin. Hier Liam kijk jij eens of die kaart er nog in zit.” Ze gaf de stapel aan Liam. “Nee, hij is weg!”
“Nou ja! Hoe kan dat nou?” Vroeg Nico.
“Weggelopen!” Lachte Stefan.
“Dat zou zomaar kunnen.” Lachte Julia.
“Echt niet! Jij hebt hem!” riep Raoul die in zijn bed op en neer aan het wiebelen was op zijn kont.
“Nee hoor ik heb hem niet. Rosalie, wil jij eens voelen of ik hem heb?” Vroeg ze grijnzend. Ik moest gelijk denken aan die kaarttruc die ze toen bij mij op school had uitgespookt.
Ze stond in het midden van de kamer met haar armen en benen gespreid. Ik liep naar haar toe en in plaats van zachtjes te voelen greep ik haar ruw bij haar middel en liet mijn handen al tappend over haar lichaam gaan. Over haar beide benen, haar armen en gebood haar om haar schoenen uit te doen. Die controleerde ik en commandeerde haar daarna om zich om te draaien. Ze deed haar handen in haar nek en ik voelde haar buik, haar zakken en gaf haar een klap op haar kont wat Raoul helemaal geweldig vond want hij begon te schaterlachen. “Nee, ik kan hem helaas niet vinden jongens.”
“Dan heb jij hem zeker!” Riep Raoul naar mij wijzend. “Mag ik even voelen?”
“Nee dat mag niet.” Zei Julia streng naar hem kijkend. Raoul leek teleurgesteld.
“Sorry jongens, ik weet niet waar de kaart gebleven is.” Zei ik oprecht verontschuldigend toen ik de vragende snoetjes zag.
“Soms doen kaarten wat ze zelf willen.” Zei Julia en ging weer op de tafel zitten. Ik wist niet zo goed waar ik moest gaan zitten dus ik schoof zonder gene naast haar op tafel waardoor zij op moest schuiven en er bijna af viel. Ze lachte.
“Hier ben ik weer! Kijk eens wat ik vond, Stefan was het toch?”
“Ja.”
“Toch een kaartje voor je.” Zei Jamiël vrolijk.
“Huh? Hoe weten mensen dat ik hier lig dan?” Vroeg hij verbaasd.
“En hier is je pakje Nico!”
“Let op.” Fluisterde Julia in mijn oor wijzend naar Stefan die zijn envelop aan het open maken was.
Mijn hart maakte een sprongetje en ik keek geamuseerd naar de jongen die grote ogen van verbazing op zette en zijn mond wagenwijd open had. “NEE!!” gilde hij. “Hoe dan?!”
“Wat?” Wilde de andere jongens weten die ondertussen hun eigen post aan het openen waren.
Stefan hield zijn getrokken kaart omhoog. “Mijn handschrift staat er zelfs op maar hij is met de post gekomen in een dichtgeplakte envelop, dat kan toch niet?” Julia grijnsde.
Ineens ging mijn pieper af. Code rood. De adrenaline werd in mijn lijf gespoten en mijn spieren kwamen in actie. Ik sprong van de tafel en rende de gang in rechtsaf naar het begin van de gang vlak bij de familiekamer. Ik wist welke kamer het was, ik wist wie daar lag en ik wist ook dat de rolstoelrace niet door zou gaan vandaag. Mijn hart ging sneller en mijn ademhaling werd krachtig. Ik moest er op tijd zijn om ze tegen te houden. Anne en Ellen waren ook al ter plaatsen samen met de Cliniclowns. “Nee, stop!” schreeuwde ik naar Ellen die met de crash kar naar binnen wilde rennen. Dat was een soort ladekastje op wieltjes uitgerust met een hartmonitor, een defibrillator, intubatie- en beademingsmateriaal, geneesmiddelen en infuussystemen om te gebruiken bij reanimaties. Ze keek me niet begrijpend aan. Ik liep de kamer in en zag Milan met de beademingsbuis in zijn mond hoesten. Hij had een longbloeding door een tumor in zijn longen en was in slaap gebracht aan de beademing. “Moeten we niet?” begon Ellen met paniek in haar stem. “Nee, we doen niks.”
Ik zag meneer van Pul wit wegtrekken. Ik liep naar Milan toe en hield zijn hand vast. “Anne wil jij zijn ouders bellen.” Zei ik star.
“We kunnen die jongen toch niet zomaar dood laten gaan!” Schreeuwde meneer Nielsen en rende op me af. Hij wilde me weg duwen maar ik greep hem om zijn middel vast en duwde hem van me af. “We doen niks! Begrepen!” Schreeuwde ik boos. Ik zag de wanhoop in zijn ogen. Meneer Tomson kon het niet aan en was weggelopen. “Maar hij is aan het stikken! Ziet u dat dan niet? U kunt dit niet maken!” Ik had hier geen tijd voor. En draaide me weer om naar Milan. Ik aaide hem over zijn hoofdje, bloed liep uit zijn mond langs de beademingsslang en ook in de beademingsslang. Hij trilde over zijn lichaam, het duurde niet lang of het trillen stopte en de hartmonitor waar hij aan vast zat gaf een monotone piep. Ik boog mijn hoofd en hield mijn adem in. Meneer Nielsen was huilend en kwaad de kamer uitgelopen en alleen Ellen stond nog achter me. “Zijn ouders zijn onderweg.” Kwam Anne me zachtjes melden.
“Tijdstip van overlijden, dertienuurzevenenveertig.” Zei ik terneergeslagen.
Samen met Ellen ontkoppelde ik Milan van alle draadjes waar hij aan vast lag. Ik maakte hem schoon en toonbaar voor zijn ouders. We verschoonde zijn lakens die onder het bloed zaten. We waren geroutineerd en vulde elkaar aan. Zwijgend waren we bezig. Allebei met onze eigen gedachten en gevoelens. Ellen vroeg me nooit waarom, deed gewoon wat ik vroeg. Was ze onderdanig? Zeker niet. Gewoon iemand die me goed kende en die me vertrouwde. Ze wist dat ik dingen deed zoals ik ze deed en ze wist wanneer ze tegen me in kon gaan en wanneer ze beter haar mond kon houden. Sommige artsen vonden zichzelf beter dan verpleegkundige. Vonden zich slimmer en verheven. Ik niet. Ik was dan uiteindelijk wel de baas die, als het er op neer kwam, de beslissingen moest maken en het laatste woord had maar zonder Ellen was ik nergens. Zonder alle mensen hier om me heen was ik nergens. We deden het samen.
Nadat de pieper had geklonken van Julia en ze weg was gerend wist ik niet zo goed wat ik moest doen. Ik rende haar achterna over de gang maar ze was te snel. Ik zag mensen in paniek naar een kamer vliegen. Ik zag de Cliniclowns er één voor één weer weglopen. Meneer Tomson zocht de dichtstbijzijnde prullenbak en gaf over. Meneer van Pul was bleek onderuit gezakt tegen de muur gaan zitten. Henri en nog wat andere mensen waren de kinderen die rondliepen aan het verzamelen. Wat was er aan de hand?
Een meisje kwam langs me gerend en ging achter de balie telefoonneren. Ik liep verder richting de kamer naar waar ik Julia in had zien gaan maar mijn passen werden steeds kleiner. Mijn hart bonkte en ik had het gevoel dat ik eigenlijk liever niet wilde weten wat er aan de hand was. Ik zag meneer Nielsen huilend en vloekend de kamer verlaten. Hij werd door Henri opgevangen. Het leek wel een horrorfilm. Ik zag Julia de kamer uitlopen, haar doktersjas zat onder het bloed. Ze liep langs de familiekamer en sloeg de hoek om. Ik wist niet wat ik moest doen.
Ik zag twee mensen van indiaanse afkomst aan komen rennen. Ze waren in paniek. Ze hielden stil bij de kamer en de vrouw schreeuwde moord en brand. “Neeeeee!” haar schreeuw sneed door mijn ziel. Ik voelde haar pijn, ik kende haar pijn. Ik werd duizelig en kreeg moeite met ademen. Ik hield me aan de muur vast. “U HEEFT MIJN KIND VERMOORD!” Schreeuwde de man. “U HEEFT MIJN ZOON VERMOORD!” Julia was net aan komen lopen in schone kleding. Ze liep met de man mee de kamer in waar ze werd uitgekafferd door de man. Ik verstond het niet allemaal, wilde het ook niet weten. Mijn maag zat in de knoop.
Ik zag haar de kamer uit benen. De kinderen hadden zich op de poefen en zitzakken verzameld. Andere waren hun kamer weer ingegaan. Sommige huilde. Een klein meisje was op een loopfietsje langs de glazen wand van de familiekamer aan het fietsen. De man kwam woedend achter Julia aangelopen. “Ik sleep u voor de rechter! U had hem moeten redden.”
“Meneer Nadir, uw zoon heeft mij uitdrukkelijk gevraagd om hem te laten gaan.”
“Die beslissing was niet aan u.”
“Dat klopt, dat was aan hem zelf. Hij heeft het zwart op wit gezet. Bovendien kon ik niks voor hem doen.”
De man schreeuwde en stampvoetend liep hij weg. Ik hoorde een brul en voor ik het wist vloog er een stoel door de lucht. Recht op de glazen wand af. Julia zette een sprint in, gleed over de vloer en boog zich over het kleine meisje op de fiets. De stoel ging dwars door de glazen wand heen, net boven Julia. Ze had haar doktersjas als een schild over hun heen geslagen. De wand versplinterde en glasscherven regende over het witte hoopje heen wat op de grond op haar hurken ineen gedoken zat. Ellen en Henri kwamen aangesneld en hielpen het meisje verder in veiligheid. Julia deed haar jas uit en liep met een stalen gezicht op de man af. Glassplinters zaten nog in haar haren.
“Ik snap dat u boos bent, ik snap dat u verdriet heeft en ik snap dat u gefrustreerd bent. Maar niemand en dan ook echt niemand heeft het recht om andere kinderen op mijn afdeling zo in gevaar te brengen. U moest u schamen! Uw zoon is dood. Daar kan niemand wat aan veranderen. Hem reanimeren had niet geholpen. Dat weet u heel goed. Ik raad u aan om met u vrouw bij uw zoon afscheid te nemen. Om even tot rust te komen. U kunt ook gebruik maken van de rustruimtes hier beneden. We zullen straks met de hele afdeling afscheid van hem nemen. U mag zelf weten of u daar bij wilt zijn.” Zei ze sterk.
“U had het recht niet.” Huilde de man.
“Zowel Milan als uw vrouw hebben getekend voor niet reanimeren. Ik had het recht wel.” Zei Julia streng. De man keek zijn vrouw vol ongeloof aan.
“Jij wilde niet dat onze zoon….?”
“Hij wilde niet meer Anish.”
“Uw zoon was niet bang voor de dood. Hij was banger voor het leven omdat hij wist dat het geen leven was.”
De vrouw begon in het Hindoestaans te praten en ze liepen huilen weer de kamer van hun zoon in.
Ik wilde naar Julia toelopen maar die liep strak langs de berg glas en weg de gang uit. Ik voelde me een beetje verloren. Zoiets had ik nooit verwacht. Ik snapte nu ineens heel goed waarom Julia niet altijd vrolijk mijn klas kwam binnen wandelen. Ik zou denk ik nooit meer vrolijk kunnen zijn als ik hier zou werken.
Ellen kwam naar me toegelopen. “Kom jij maar even mee schat.” Zei ze lief en we liepen naar de lunchruimte waar ik aan tafel ging zitten. “Dat was heftig hè?” Zei ze moederlijk tegen me.
“Wat was er gebeurd?”
“Er is een patiëntje van ons heengegaan. Die konden we helaas niet meer redden en wilde ook niet gered worden.”
“Is Julia oké?”
“Vast niet maar die houdt zich sterk. Ze is zich even aan het omkleden vanwege de glassplinters. Wil je wat drinken? Glaasje water?”
Ellen zette een glas water voor me neer.
“Gaat het vaak zo?”
“Nee, dit was uitzonderlijk. Tuurlijk zijn ouders boos en radeloos als ze hun kind verliezen maar nooit zo heftig als vandaag. Blijf maar even lekker zitten, ik ga even de boel op ruimen.”
Ik voelde me moe en verdrietig. Het liefste was ik naar huis gegaan maar ik wilde Julia niet in de steek laten. Al vroeg ik me af of ze überhaupt nog wel tijd en aandacht voor me had vandaag. Ik kon het haar niet kwalijk nemen, het was mijn eigen schuld. Ze had zichzelf weer in gevaar gebracht door het meisje te willen beschermen en ik had weer als een angsthaas langs de zijlijn gestaan. Niemand wil een angsthaas als vriendin. Zeker niet zo sterk iemand als Julia.
Een uurtje later werd iedereen gevraagd om afscheid te komen nemen van het jongetje dat Milan bleek te heten. Ik zat nog steeds in de lunchruimte me af te vragen wat er vandaag gebeurd was. Ik dacht aan Julia. Ellen kwam me vragen of ik er ook bij wilde zijn bij het afscheid. Ze zag me twijfelen. “Je mag ook naar huis gaan hoor niemand verplicht je hier om te blijven.” Zei ze met een medelevende glimlach.
“Mag ik je wat vragen Ellen?”
Ze keek me even aan, deed de deur dicht en ging in de stoel naast me zitten met haar benen naar mij toe.
“Zeg het eens.”
Ik keek naar mijn handen in mijn schoot, ik voelde mijn oren warm worden en mijn hart ging te keer. Paniek sloeg weer toe maar ik wilde geen angsthaas zijn.
“Ik weet dat jij geil wordt van geel fruit…”
Ze zette grote ogen “Nee!” zei ze overdreven geschrokken om vervolgens te lachen.
“Ja, dat had ik al in de gaten toen je naar die banaan en naar mij keek met de lunch.”
“Vind je het raar als ik je vertel dat ik opgewonden wordt als ik Julia zo bezig zie en hoor commanderen?” Ik had geen idee waarom ik het juist van alle mensen op de wereld aan Ellen vroeg. Ik kende haar niet, ze was een nauwe collega van Julia en leek me wel het type die niet vies was van een lekkere roddel. Alle alarmbellen gingen rinkelen maar ik wilde er niet naar luisteren, ik wilde geen angsthaas zijn.
Ellen keek me even onderzoekend aan. “Ben je verliefd op haar?”
“Nee, ik val op mannen. Ik krijg alleen de lekkere kriebels als ik zo naar haar kijk.”
“En heb je dat ook met andere vrouwen?”
“Nee.”
“Dus alleen bij Julia.”
“Ja.” Mijn ademhaling ging steeds moeilijker.
“Als ze aan het commanderen is?”
Ik begon steeds meer spijt te krijgen dat ik het deze vrouw verteld had. Hoe had ik zo stom kunnen zijn. Tuurlijk zou ze het niet begrijpen, ik begreep het zelf niet eens. Ze begon ineens in lachen uit te barsten en kon niet meer ophouden. Tranen rolde over haar wangen.
“Oh, wacht even hoor…. Ik moet even…. Poe….” Ze ademde even in en uit en veegde haar tranen weg voor ze kon spreken. Ze schraapte haar keel.
“Oké, laat ik jou eens wat zeggen. Je hoeft geen man te zijn om haar knap te vinden, je hoeft geen lesbo te zijn om naar haar te kijken en opgewonden van haar te raken. De meeste mannelijke collega’s fantaseren over haar… nou ja je weet wel hoe mannen zijn… De meeste vrouwen hier zouden haar willen zijn, haar uiterlijk, haar uitstraling, haar kracht. Ook ik krijg soms de lekkere kriebels als ik haar een coassistent hoor commanderen of haar adem in haar nek voel en o my god wat een lekkere vingers heeft ze als ze mijn nek masseert. Heb ik wel eens over haar gefantaseerd? Jazeker! Wat mijn man Peter later, toen hij het hoorde erg geil vond trouwens.” Ze stopte even en legde haar hand op mijn arm “We hadden geweldige seks daardoor.” Zei ze met een knipoog. “Ik denk dat jij misschien verliefdheid en je onzekerheid voor Julia verward met bewondering voor haar. Julia is als een muze, ze inspireert je en intrigeert je. Sommige zouden haar superbrein wel willen hebben, andere zijn jaloers op haar geld of op haar lichaam. Misschien zou jij zelf graag wel eens mensen willen commanderen. Wist je dat Julia domina is?”
Ik moest plots een beetje lachen. “Ja, ze is mijn domina.” Zei ik terwijl ik Ellen in haar donkerbruine ogen aankeek. Ze grijnsde. “Dat verbaasd me niks.”
“Hoe bedoel je?” Was zoiets aan me te zien dat ik een domina had?
“Omdat je een beetje als een hondje achter haar aan loopt. Begrijp me niet verkeerd maar volgens mij ben jij sterk genoeg om zelf op dingen af te stappen. Wat meer te durven. Je bleef vandaag een beetje in haar schaduw hangen. Niet dat dat verkeerd is, absoluut niet! Het kan best heftig zijn hier op de afdeling en zeker als je het niet gewend om zieke kinderen te zien. Maar jij bent docente Nederlands dus ik had wel wat meer pit van je verwacht. Luisteren jouw leerlingen naar je?”
Ik kon mijn oren niet geloven, dus zo dacht Ellen over me. Wel eerlijk van haar – dacht ik.
“Ja, mijn leerlingen weten hoever ze bij me kunnen gaan. Ik kan ook heel streng zijn en ik heb Julia op de tweede dag zelfs naar de rector gestuurd.”
“Oh ja, het strafcorvee. Dat zei ze ja.” Wie wist het niet – dacht ik.
“Waar was die pittige dame vandaag dan? Vond je het eng om hier te zijn?”
“Nee, ik weet het niet.” Ik keek weer naar mijn handen op mijn schoot.
“Julia kan soms nogal sterk overkomen. Het duurde bij mij ook een tijdje voor ik tegen haar in durfde te gaan en haar rare manier van doen en denken een plek kon geven. Maar je hoeft echt niet bang voor haar te zijn. Ze doet nog geen vlieg kwaad. Sterker nog ze is vegetariër!”
Er schoot een lach uit mijn mond.
“Julia kan je vast veel leren als je domina maar blijf alsjeblieft wel jezelf en wordt niet iemand die je denkt te moeten zijn voor haar. Dat zou ze ook niet van je verwachten. Accepteer dat jij jij bent, en Julia Julia is. Jij hebt jouw eigen krachten en eigenaardigheden.”
“Ik zou wat moediger willen zijn zoals Julia, ze heeft mij gered uit een brandende school en nu redt ze dat meisje.”
“Nou, dat zou ik ook niet kunnen en absoluut niet willen. Moed zit niet persé in het afgaan op zichtbaar gevaar. Moed kan ook zijn door op iemand af te stappen of iemand te vragen of ze het raar vind dat je geil wordt van diens collega.” Zei Ellen moederlijk met een knipoog. “De een noemt Julia moedig, de ander noemt haar dom en onverantwoord. Dat is aan jezelf om te bepalen wat ze is voor jou. Maar ook Julia heeft haar onzekerheden, haar moeilijke kanten. Ook Julia is niet altijd even moedig, zeker niet als het gaat om haar eigen demons. En ook Julia valt soms van haar voetstuk dat ik denk meid dat je anders moeten doen. Maar dat komt omdat ik het anders zou doen, omdat ik niet Julia ben. En dat is maar goed ook want er zijn zat momenten dat ik niet in haar schoenen zou willen staan maar wel bewondering voor haar heb en haar graag als collega aan mij zij heb.”
Ellen aaide lieflijk mijn arm. “Ik moet weer aan werk. Gaat het weer een beetje met je?”
“Ja, dank je wel. Ik denk dat je inderdaad gelijk hebt. Ik denk inderdaad ik bewondering voor Julia heb. En ik weet ook wel dat ik niet helemaal zoals Julia zou willen zijn maar gewoon af en toe iets makkelijker of minder bang.”
“Hè en wie zegt dat jij haar niet mag commanderen. Als jou dat de kriebels geeft, ga ervoor. Net als dat ik af en toe een banaan in mijn flamoes steek omdat het lekker kriebelt.” Zei ze lachend toen ze de lunchruimte verliet. Ik schoot in de lach en een gevoel van een zware last die van mijn schouders viel maakte me vrijer. Misschien had Julia toch gelijk en was ik normaal. Ik glimlachte bij dat idee. Die slimme meid, die muze die me de kunst van zelfontdekking leerde. En waarom niet? Ze liet me kijken en genieten en te leren om meer mezelf te zijn. Ze was mijn lerares en als ik wat meer zou willen zijn als zij moest ik me misschien ook maar strafcorvee laten geven. Wat stouter zijn, gewoon omdat het kriebelde. Ik keek naar de banaan in de fruitschaal, grijnsde en begon hem af te pellen. Ik heb nog nooit en banaan met zo veel genot gevoel gegeten. Ik gooide netjes het schilletje in de prullenbak in het groenafval vakje, ik bleef ten slotte wel mezelf.
Note van de schrijfster: Dit deel is in drieën geknipt omdat het anders te lang werd.
Deze verhalen zijn fictief in een fictief ziekenhuis met fictieve regels. In het echte leven zal het anders gaan het is dan ook een verzinsel op basis van fantasie.
Lees verder: Rosalie Krijgt Een Beurt - 17: Zaterdag Deel 3
Geef dit verhaal een cijfer:
5
6
7
8
9
10