Klik hier voor meer...
Donkere Modus
Datum: 19-03-2023 | Cijfer: 8.6 | Gelezen: 8904
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 69 minuten | Lezers Online: 1
Trefwoord(en): 17 Jaar, Jong En Oud,
Alexandra
“Excuseer meneer, neem me niet kwalijk, meneer.”

Het hoofd dat door de deuropening stak, keek de onderzoekskamer rond en sloeg zijn ogen schuldbewust neer.

“En juffrouw, ook mijn verontschuldigingen aan u.”

Beltrán richtte zich op van tussen de slanke benen van een jonge vrouw van halverwege de twintig. Ze lag met ontbloot onderlichaam en met haar benen omhoog in de spreidsteunen die aan de behandeltafel waren bevestigd.

“Wat is het?” vroeg hij aan het heerschap in de deuropening. “Voor de draad ermee.”

De jongeman in de deuropening, die het andermaal niet kon laten om zijn blik op de de halfnaakte jongedame te vestigen, die daardoor opgelaten richting het plafond keek, leek te zijn wakkergeschud uit een dagdroom en keek de politiechirurgijn nu weer recht in de ogen.

“Een juffrouw voor u, heer. Of wellicht een meisje eerder. Ze geeft aan voor u in het bijzonder te komen. Ze heet Sofia… Sofia nog wat. Ik ben haar achternaam helaas vergeten. Stuur ik haar weg meneer?”

Beltrán wierp een blik op de jongedame in de beensteunen, wreef bemoedigend over haar rechter bovenbeen en stond op van zijn krukje.

“U kunt gaan, juffrouw. Alles is in orde met u. Ik zie u over twee weken weder.”

Nog eens wierp de jongeman een blik tussen de benen van de meid die zich onhandig uit de steunen probeerde te laten glijden, om zich daarna met een onschuldige blik weer tot de chirurgijn te richten.

“Laat de juffrouw gerust verder komen,” antwoordde deze. “Ik verwachtte haar.”

Het meisje keek met haar grote lichtblauwe ogen de kamer rond alsof ze nog nooit van haar leven iets dergelijks had gezien. Ze had haar armen kennelijk verlegen voor haar lichaam gekruist en even leek er een flikkering in haar ogen zichtbaar die suggereerde dat ze onder de indruk was van zijn werkruimte.

Deze keer droeg ze een jurk - het verbaasde hem dat ze er zelfs meer dan één bezat - die haar fraaie armen onbedekt liet. Op haar knappe hoofdje tooide zelfs een hoedje dat evenwel zijn beste tijd had gehad.

“Als u mij eerder had verwacht, meneer, dan wil ik graag beginnen u mijn diepste verontschuldigingen aan te bieden.”

Ze boog haar hoofd op onderdanige wijze naar beneden en knikte heel even door haar knieën. Hij schudde zijn hoofd en wuifde haar verontschuldigingen weg.

“Ik had u niet eerder verwacht.”

“Maar…” het kleine blondje was even van haar stuk gebracht en met onvaste hand streek ze een lange lok achter haar oorschelp. “Maar ik had u toegezegd direct de volgende dag zaken in orde te maken,” antwoordde ze eerlijker dan goed voor haar was.

“De volgende dag was ik niet aan het werk.” Hij rangschikte kalm en kundig een reeks aan specula op een blikken plateau nabij de behandeltafel zonder haar een blik waardig te gunnen.

Het meisje knikte en ging een tikje klunzig en volledig overbodig weer even door haar knieën, en ze geneerde zich voor haar eigen sociale onhandigheid.

“Ik weet niet goed, meneer… Is het papierwerk dat in orde gemaakt moet worden? Is er een formaliteit vereist? Ik ben er niet mee bekend, weet u.”

Het laatste speculum lag nu keurig gerangschikt op het blik en hij keek haar aan. Ze zag er schattig uit, misschien zelfs kwetsbaar, met in haar ogen de blik van een prooi die nog niet weet dat ze er een is.

“Ik veronderstel dat u zich na ons onderhoud van afgelopen week niet langer aan de straat heeft aangeboden?”

Het blonde meisje schudde direct en resoluut haar hoofdje, met een goudeerlijke blik op haar gezicht.

“Nee meneer, absoluut niet meneer. U bent buitengewoon coulant geweest in uw afhandeling van mijn onnozelheid. Het zou volstrekt ongepast zijn om niet te doen zoals u me had opgedragen.”

Hij knikte eerst naar het meisje en daarna naar de behandeltafel en schraapte zijn keel.

“Neemt u plaats, juffrouw.”

De blonde hinde knikte en glimlachte beleefd, maar gespannen, terwijl ze schuifelde in de richting die haar werd gewezen, waar ze vervolgens bleef staan en voor zich uitkeek, alsof ze plotseling was bevangen door een gedachte die ze nu op zich in liet werken.

“Ziet u,” begon ze, zowel hoorbaar als zichtbaar half afwezig, “ik heb er over gedacht om u nog voor iets anders excuses te maken.” Ze zweeg even en legde haar vingers op het zwarte leder van de tafel. “Ik weet alleen niet goed of dat van me verwacht wordt. Ik weet het allemaal eigenlijk niet.”

Mocht de tiener nu een luisterend oor hebben verwacht, dan kwam ze deels bedrogen uit, nu de man tweemaal op de behandeltafel tapte, met een knikje van zijn hoofd kenbaar maakte dat hij haar plaats wilde laten nemen. Ze knikte.

“Ik had u, als ik mij niet vergis, verteld dat… nou ja, heb ik dat eigenlijk gezegd? Ik weet niet zeker…”

Ze zette beide handen nu op het leer en hief haar slanke linkerbeen om zich omhoog te hijsen, maar de uitgestoken arm van de man voorkwam dat haar dat lukte.

“Eerst uitkleden,” zeiden zijn lippen, zonder werkelijk veel geluid te maken. Alsof hij een eigenlijk haar verhaal niet opnieuw wilde verstoren, maar hij er nu eenmaal niet aan ontkwam een noodzakelijke mededeling te doen. Ze liet haar been weer zakken en knikte.

“Ik weet niet of ik het in zo veel woorden aan u heb gezegd, meneer,” ging ze verder. “Ik heb de suggestie gewekt misschien, of u heeft het zelf al zo ingeschat, maar het werk aan de straat… met die publieke vrouwen om me heen, zoals u ze noemt… het is niet voor mij. Ik bedoel, ik heb dat nooit gewild, meneer.”

Ze ging met haar beide handen onder haar jurk en liet haar slipje naar beneden glijden tot het op haar enkels lag en ze haar linkerbeen optilde om er uit te stappen.

“Ik bedoel dat de situatie me er toe heeft genoopt. Ik ben er te verlegen voor en eigenlijk valt zelfs het toegeven dat dat zo is, me zwaar. En dan heb ik u nog niet eens verteld wat het… hoe het voelt om…” ze zweeg even en legde haar slipje op de rand van de behandeltafel. Ze keek de man niet aan, maar staarde in plaats daarvan naar de beensteunen die demonstratief aan de tafel hingen. Nog eens wilde de tafel bestijgen, maar bemerkte dat ze andermaal werd verhinderd.

“Uw jurk ook,” zei de man op de zelfde, haast discrete wijze, alsof hij praatte op een uitvaart. Ze keek hem nu wel aan, al was het maar even. Met haar grote, helderblauwe en trouwe ogen.

“Mijn jurk, meneer?” vroeg ze zachtjes, met gerechtvaardigd onbegrip in haar stem. Ze begreep niet hoe dat noodzakelijk was voor het onderzoek dat voor een vergunning kennelijk noodzakelijk was. Maar de man knikte, plechtig bijna.

“Toe maar, juffrouw,” zei hij, op net iets luidere toon dan de eerdere zaken die hij haar had opgedragen.

Het blonde meisje wilde hem vragen waarom dat dat nodig was en had het idee dat hij een loopje met haar nam, maar toen zijn blik duidelijk maakte dat er in deze kamer geen grappen werden gemaakt, hurkte ze en pakte ze de onderste zoom van haar jurk vast.

“Storen mijn ontboezemingen u, meneer?” vroeg ze, terwijl ze zo vlug als ze maar kon, haar jurk omhoog hees en deze over haar knappe hoofdje uittrok, waarbij haar lange blonde haar even verstrikt raakte in de halsopening, waardoor ze met ontblote borstjes en haar hoofd gewikkeld in een tros van jurk onhandig probeerde om het kledingstuk uit te trekken.

Toen hij haar na een ogenblik te hulp schoot en - met een hand op haar blote buik en de ander de jurk begeleidend - haar de jurk uit hielp trekken, gaf hij haar antwoord.

“Uw ontboezemingen belasten mijn gemoed niet, juffrouw. Spreekt u vrijuit.”

Maar nu ze daar stond, met haar frêle lichaam, haar haar warrig door het verwijderen van de jurk, haar wangen gesierd met rode blosjes en haar kleine, pronte borstjes vooruit leek de motivatie om vrijelijk te spreken verder weg dan ooit. Het was weer het verlegen, jonge ding van eerder.

“Gaat u liggen, juffrouw,” zei hij haar, tikkend op het zwarte leder van de tafel. “Gaat u liggen en vertelt u verder.”

Zwijgend klom het naakte meisje op de behandeltafel. Ze straalde een en al ongemak uit toen de huid van haar rug het leer raakte en ze hem haar benen de lucht in liet helpen.

“Vertelt u verder, juffrouw,” zei hij nog eens, terwijl hij een fijn kuitje in een van de beensteunen legde. “U sprak over uw gevoel bij het werk dat u voornemens was om te doen, en hoe dat niets voor u zou zijn.”

De blonde Sofia knikte, staarde naar het plafond en slikte, haar volle wangen nu nog roder dan zo-even. Maar spreken deed ze niet.

De hand van de man gleed over het gladde scheentje van het andere meisjesbeen en tilde het op. Hij hield het even vast en keek naar de blote tiener die opgelaten op de behandeltafel lag, starend naar het plafond, alsof ze haar gedachten probeerde uit te schakelen om dit alles maar zo snel mogelijk voorbij te laten zijn. En hij legde ook haar tweede been in de steun aan de andere zijde van de tafel. Hij landde zachtjes op de kruk die hij tussen haar gespreide benen had geplaatst.

“Weet u, juffrouw,” begon Beltrán, “u hoeft dat allemaal niet te vertellen, weet u. Ik ben natuurlijk ook niet van gisteren. Ik had het ongemak in uw ogen al lang gezien op straat, en op uw kamer wist u het evenmin te verbergen. Daarmee bedoel ik dat u uw best daartoe wel heeft gedaan, maar een ervaren man ziet daar doorheen. Die voelt dat, ook al probeert u het te verbergen. Ik wist dat u zich opgelaten voelde en u lijkt me in het geheel ook niet het type voor dit soort werkzaamheden.”

Heel even flitste de blik van het meisje langs de zijne.

“Maar u nam mij toch mee, meneer. Waarom?”

Hij legde zijn beide handen aan de binnenzijde van de warme, slanke tienerdijen en voelde zachtjes aan het magere vlees en knikte alsof hij de vraag had verwacht.

“Heeft u wel enig idee van het volk dat bij nacht en ontij over straat trekt, juffrouw?” onderwijl kijkend naar haar gladde sneetje, tussen haar fraaie benen. “Heeft u enig idee wat u allemaal tegen kunt komen op straat, wie u aan kan spreken, u mee kan nemen naar huis? Ik vraag me af of u zich dat wel helemaal beseft. U had een landloper kunnen treffen zonder geld. Wat had u gedaan? Wat had u gedaan als de man u na afloop had verteld geen rode cent te bezitten? Naar de politie? Die hebben wel andere zaken aan hun hoofd. Wat zou u hebben gedaan in het geval van een dronkenlap? Niet zelden mannen van het slechtste soort, in het geval van een slechte dronk. Hoe had u zich tegen zo iemand verweerd, juffrouw? Of nog erger, een losgeslagen schavuit? Nee juffrouw, er loopt van alles rond daar. En de belangrijkste reden dat ik u heb meegenomen, was ter voorkoming van erger. Ik wilde voorkomen dat u overgeleverd zou worden aan een boosaardige man die geen enkele achting zou slaan op uw belangen. Want, u weet dat misschien niet, maar een geile man heeft daar doorgaans geen oog meer voor, voor de belangen van een vrouw.”

Hij bracht het verhaal over zichzelf als redder zo overtuigend dat er iets van vertrouwen leek te verschijnen op het knappe gezichtje van de blonde meid. Ze slikte en probeerde er een glimlach uit te persen, die verdween toen ze zijn duimen tegen haar schaamlippen moest hebben gevoeld. Maar ze vermande zich.

“In dat geval is er des te méér reden om u excuses te maken,” zei ze zacht, terwijl ze zag hoe de man strak tussen haar gespreide benen keek en voelde hoe zijn duimen haar sneetje zachtjes open trokken. Eens te meer moest ze de emotie wegslikken, maar ze realiseerde zich dat ze niet door kon blijven gaan met het introduceren en uitstellen van haar verontschuldigingen.

Echter klonk er op precies dat moment gestommel aan de andere zijde van de deur. Verheven stemmen die onverstaanbaar waren, maar aanvankelijk klonken als een ontstemd heerschap tegenover twee stemmen die probeerden de ontstemde tot bedaren te brengen.

Beltrán hield even in, bleef het sneetje van het meisje open houden, staarde er geconcentreerd naar en spitste zijn oren. Het gerucht leek te verstommen.

“Mijn excuses, meneer, gaan over het feit dat ik u niet heb kunnen bieden…” ging het schaapje verder.

Andermaal lawaai in de andere ruimte. De ontstemde man klonk nu luider en de twee andere stemmen leken nu minder geduld te hebben.

Nog eens probeerde de prachtige Sofia zich over haar schaamte heen te zetten, legde haar onderarmen over haar borstjes en drukte haar vuisten tegen haar elegante kinnetje.

“U had waarschijnlijk andere verwachtingen…”

Een luide bonk vanuit het andere vertrek, alsof er iets werd omgegooid. Daarna de ontstemde man, brullend van woede, en de andere stemmen, nu op het zelfde volume.

Beltrán schoof de kruk achteruit en luisterde, constateerde dat de stemmen in de andere kamer verhit bleven schreeuwen en stond toen op.

“Blijf hier,” zei hij tegen het naakte meisje, en het leek tegelijk zorgzaam en een commando en wendde zich tot de deur, opende die eerst op een kier en daarna een eindje verder.

“Hé!” riep hij “Hé, wat heeft dat te betekenen? Kan dat niet wat rustiger?” Hij verliet de kamer en liet de deur op een ongemakkelijke kier staan.

Nu lag ze daar, ongemakkelijk op tafel, haar benen in de steunen, de deur op een kier. Geen besef van waarom iemand of wie er binnen kon komen en drukte haar armen steviger tegen haar borstjes, alsof dat haar beschermde. Ze voelde haar hart kloppen in haar keel, terwijl ze daar op haar kwetsbaarst lag te liggen, en spitste haar oren.

“Nou en, heerschap?” hoorde ze Beltrán roepen. “Kalmeert u toch eens.”

“Kalmeren?” riep de ontstemde man uit, “kalméren? Zou u kalmeren nadat deze twee kornuiten van u, uw zogeheten collega’s, mij in feite vertellen dat het mijn eigen schuld - nee, mijn eigen fout is geweest? Alsof ik iemand iets heb misdaan, meneer. Nee, meneer, ik ben degene die onrecht is aangedaan, en uw collega’s, deze dienaars, vertellen mij dat het feitelijk aan mijn eigen stommiteit te wijten is. Hoe zou dat voor u voelen, heer?”

“Nu ja,” was de stem van Beltrán te horen. “Ik begrijp toch goed dat u van tevoren heeft betaald?”

“Ja, en wat zou dat?”

“Meneertje toch, geef mij nu eens antwoord. Welke onverlaat betaalt er nu een publieke vrouw van tevoren? Wie doet dat nu? U als man zou toch moeten weten dat publieke vrouwen niet te vertrouwen zijn? Waarom zou u haar van tevoren geld toestoppen?”

“Het was amper een vrouw, eerder een meisje,” wierp de ontstemde man tegen - een vreemd argument. “Wie verwacht er nu dat zo’n jong ding zo verdorven is?”

“Ze verkoopt haar lichaam, meneer. Ze verkóópt haar lichaam. Kunt u zich iets minderwaardigers indenken? Een lager mens dan dat vindt men niet in de straten. Dat ze slechts een meisje was, doet daar helemaal niets aan af.”

De opmerkingen van Beltrán gaven het meisje in de behandelkamer, die haar benen uit de steunen had weten te bevrijden en met opgetrokken knieën op tafel was gaan zitten, een ellendig gevoel.

De ontstemde man leek iets te bedaren, maar gaf nog niet op.

“Het was de tweede keer dat ze het flikte heer, de tweede keer. Is dat dan geen reden om in te grijpen? Om haar op het minst aan de tand te voelen?”

“De tweede keer?” riep Beltrán vol onbegrip. “U hebt u twee keer bij de neus laten nemen? Door de zelfde meid?”

De man zweeg even, alsof hij moest bijkomen. Het was even stil, en daarna doorbrak hij de stilte.

“Meneer,” hij klonk nu bijna schuldbewust, alsof hij een bekentenis af ging leggen. “U had haar moeten zien. Vurige, diep donkerbruine ogen, haast zwart eigenlijk. Brutaal en een beetje stoer, maar een lijfje dat nog onschuldige puurheid suggereerde. En dan dat prachtige, donkere haar. Weet u, heer, als ik langs haar liep, had ik het idee dat ze naar me keek. Ingebeeld natuurlijk, want als ik een blik over mijn schouder wierp, keek ze helemaal niet. Maar ik moest haar hebben. Ik moest dat heerlijke veulentje temmen, ziet u. En nu heeft ze me twee keer een loer gedraaid.”

De beperkte beschrijving van de het meisje door de opgewonden man waren voor Beltrán genoeg geweest om een herinnering op te roepen aan enkele nachten eerder en hij werd wederom bevangen door een bepaald gevoel dat hij niet goed kon plaatsen.

“Laat het een les zijn,” klonk zijn stem toen.

“Dat is alles?” vroeg de stem.

“Dat is alles. Ik hoop voor u dat u zich weet te bedwingen en hier niet voor een derde keer aan komt, want dan laat ik u op straat schoppen.”

De deur werd weer verder geopend, waarop Beltrán de kamer terug binnen kwam met een ietwat gehaaste, stuurse blik op zijn gezicht.

In eerste instantie leek hij niet eens aandacht te besteden aan het engelachtige meisje dat in haar blootje haar armen om haar opgetrokken benen had geslagen.

“U kunt gaan,” zei hij toen, nadat hij twee keer op en neer was gelopen in de behandelkamer.

Ze had dat duidelijk niet zo verwacht.

“Maar, meneer,” stamelde ze zachtjes en hij merkte dat ze eigenlijk niet verder wilde gaan met de zin waaraan ze begonnen was.

“Wat?” vroeg hij geërgerd.

Ze schrok van zijn intonatie en lichaamstaal en meende even dat het beter was om inderdaad te vertrekken, maar zag zich gezien de uitzichtloosheid van haar toestand geen andere mogelijkheid dan haar zin af te maken.

“Maar meneer, de nood is werkelijk hoog. U moet weten… mijn moeder heeft gisteren nauwelijks gegeten en ik al helemaal niets. We bewaren wat we hebben voor mijn broertjes en zusjes, maar ik kan niet voortgaan zonder dat ik af en toe op krachten kan komen met een maaltijd, snapt u. Ik wil u zeker niet ophouden en ik zou niets liever dan nu zorgeloos hier de deur uit lopen, maar zo is de werkelijkheid helaas niet, meneer. Ik heb die vergunning werkelijk waar nodig, hoe zeer ik die ook verfoei. Ik moet…” haar stem leek te breken, “ik heb gewoon geen andere keus, meneer.”

Beltrán stond met zijn rug naar het meisje toe en leek na te denken, zijn hand tegen zijn kin.

“Die vergunning kunt u vandaag vergeten,” antwoordde hij bars.

Het meisje sidderde en vroeg zich af waarom ze hier dan zonder kleding op de behandeltafel had gelegen.

“Maar wat heeft u nodig om de komende drie dagen door te komen?”

Het meisje keek hem niet begrijpend aan, probeerde iets op te maken uit de lichaamstaal van de man, wat haast onmogelijk was nu hij van haar afgekeerd stond.

“De komende drie dagen, meneer?”

“Ja, vort, voor de draad ermee. Wat heeft u nodig om uw moeder, uw broertjes en zusjes en uzelf de komende drie dagen te onderhouden?”

Het meisje twijfelde, zweeg, ging verzitten op de tafel en leek te rekenen op haar vingers.

“Anderhalve gulden, meneer,” antwoordde ze. “Nee, misschien zelfs maar een gulden als ik mijn best doe en we zuinig zijn.”

De man bleef nog enkele ogenblikken met zijn rug naar het meisje toe staan, leek zijn vuisten toen te ballen en draaide zich met een zucht om. Hij bekeek haar, terwijl ze daar met haar delicate lijfje op de behandeltafel zat en knikte.

“Op uw knieën, juffrouw,” zei hij toen, zacht, maar volstrekt duidelijk.

Het meisje leek verrast door de voor haar onverwachte melding en wist even niet goed wat te doen en verroerde zich niet.

“Op de grond, op die vervloekte knietjes van je,” bromde hij toen, terwijl hij de knopen van zijn pantalon begon los te maken.

Opnieuw schrok ze van zijn toon en voelde zich zowel kwetsbaar als geïntimideerd, terwijl de man zijn broek opende. Wat verwachtte hij van haar? Wat ging er gebeuren en waarom? Wat moest ze doen?

“Laat het me geen drie keer vragen, kleine feeks. Op je knieën.”

De manier waarop hij haar toesprak, maakte dat ze voelde dat er geen moment meer te verliezen was en van angst vervuld gleed ze van de behandeltafel, hurkte neer en nam plaats op haar knieën.

De man deed twee stappen tot hij precies voor het fraaie meisje stond, en toen hij met zijn rechterhand zijn ondergoed naar beneden trok, veerde zijn indrukwekkende erectie tevoorschijn voor het knappe tienergezicht.

Het meisje had vlekken in haar nek en als je goed keek, kon je haar fijne handen minuscule, onwillekeurige bewegingen maken van de zenuwen. Hij liet zijn lid enkele ogenblikken voor haar gezicht bungelen, bij wijze van intimidatie, alvorens hij haar duidelijk maakte wat hij van haar verwachtte.

“Mond open.”

Het meisje keek haar haar gevouwen handen en toen even naar hem, waarbij haar blik behendig zijn erectie vermeed.

“Mond open, meneer?”

Hij legde zijn hand op haar knappe hoofdje en richtte het licht omhoog, waarbij haar wipneusje nu richting zijn dansende eikel wees.

“Mond… open,” herhaalde hij indringend.

“Oké,” zei ze toen leeg, en deed wat haar gezegd werd.

Het volgende moment gleed de eikel van de man zachtjes langs haar delicate meisjeslippen. Hij liet het glanzende uiteinde van zijn lid langs de volledige omtrek van haar mond gaan, een glanzend spoor van opwinding trekkend.

Zachtjes liet hij zijn eikel gaan van haar schattige bovenlip naar haar mondhoek en over haar zachte wang, en daarna langs haar knappe blauwe ogen, waardoor ze die even moest sluiten.

“Verder open,” zei hij toen, en het meisje opende haar mond nu zo wijd ze kon. Hij zag haar roze tongetje, haar opvallend goede gebit en haar kleine huig, en stopte zijn eikel in haar mond.

Het eerste moment deed ze niets en hield ze haar mondje wagenwijd opengesperd, maar het volgende moment sloot ze haar lippen rond zijn eikel. Het verbaasde en viel hem mee dat hij haar niet eens aan had hoeven sturen en ze een kennelijk natuurlijk instinct had dat haar vertelde wat te doen.

“Geboren als een hoer,” flitste door zijn hoofd. “Kan niet anders, als je als tiener zo eenvoudig je lippen sluit om het lid van een man. Een geboren hoer. Wat een losbandigheid, wat een ongelooflijk zondig schaap.”

Hij voelde hoe het blonde meisje eerst zachtjes, maar toen iets krachtiger sabbelde op zijn gezwollen eikel en liet de opwinding van het idee dat deze blonde bakvis voor haar overleven afhankelijk was van het zuigen aan zijn geslacht volledig op zich inwerken.

Met haar blonde koppie tussen zijn handen trok hij zich met een smakkend geluid terug uit haar mond. Zijn voorhuid had zich teruggetrokken en zijn eikel was volledig bloot komen te liggen. Ze had hem aangekeken alsof ze bevestiging nodig had, alsof ze niets vreemds had gedaan, maar in plaats van haar bevestiging te schenken, schudde hij met haar hoofdje, waarop zij instinctief haar mond weer opende en hij zijn erectie inbracht, maar nu een eindje verder.

Hij voelde de aangename, zachte, vochtige warmte van haar mond, de binnenkant van haar wangen en haar tong, die tot op dat moment geen rol speelde in zijn genoegdoening.

Nu legde hij een hand op haar achterhoofd, waar hij haar blonde haar in een vuist bijeen nam en haar half ruw richting zijn onderbuik duwde, en dan weer legde hij de ene hand boven op haar hoofdje en de ander onder haar kin, waarbij hij haar juist over zijn lid heen trok.

Hij bleef proberen, bleef haar hoofdje kantelen en draaien, duwen en dwingen om te ontdekken wat hem het meest bevredigde en wat het met het meisje deed. En stilletjes aan, begon hij op en neer te gaan in haar mond, waarbij hij in eerste instantie zag dat ze er moeite mee had, haar wenkbrauwen ongemakkelijk stonden en haar voorhoofd af en toe fronsjes vertoonde, terwijl ze even later juist meer leek te ontspannen.

“Door je neus,” hijgde hij en hij zag hoe ze even naar hem op keek. Een dramatisch opwindend zicht, met haar smekende, verbaasde ogen en zijn erectie in haar mond, die maar net groot genoeg was.

“Door je neus,” zei hij nog eens, en tikte op haar wipneusje. Ze knikte en hij voelde hoe zijn eikel door haar knikjes haar gehemelte en wellicht ook haar huigje raakte. Ze kokhalsde geluidloos en kneep haar ogen dicht.

Iets kordater begon hij op en neer te gaan in haar mooie mond en iets ruwer begon hij haar hoofdje precies zo te bewegen als het hem betaamde. Ze leek zich volledig geschikt te hebben in haar rol, neer te hebben gelegd bij haar functie en liet zich volledig degraderen tot willoos mondje dat enkel bestond voor zijn genot.

Dieper en dieper en met steeds grotere halen ging hij op en neer in haar mond. Af en toe duwde hij zijn lid tegen de binnenkant van haar wang en zag hij de uitstulping aan de zijkant van haar gezichtje. Eén keer meende hij zelfs dat ze er om moest glimlachen. Zo nu en dan haalde hij zijn erectie uit haar mond en haalde die langs haar gezicht, langs haar neusje, haar ogen en voorhoofd, en na verloop van tijd begon ze letterlijk te glimmen van zijn voorvocht en haar eigen speeksel.

Dan ging hij weer in haar mond en begon hij steeds steviger stotende bewegingen te maken, tot hij op een gegeven moment haar bij haar lange blonde haar pakte en haar achterhoofd tegen de rand van de behandeltafel duwde, haar daarmee inklemmend tussen het meubelstuk en zijn stotende lid.

Even had ze hem geschrokken aangekeken en leken haar slanke armen omhoog te komen om zich te verzetten, maar direct daarop was er een onbegrijpelijke glimlach op haar schattige hoofdje verschenen en had ze haar armen weer laten hangen. Enkel wanneer hij zo nu en dan wel al te enthousiast door stootte, kwamen haar handen onwillekeurig even omhoog geveerd, alsof ze een opwindpoppetje was dat kortstondig van elektriciteit werd voorzien. Het opveren van haar handen ging dan telkens gepaard met het knijpen van de ogen en het kokhalzend uitsteken van haar tong, die daardoor met kracht langs de onderkant van zijn schacht en langs zijn uiterst gevoelige toompje schoot.

Als haar handen dan weer zakten, keek ze hem enerzijds onder de indruk en geïntimideerd aan, terwijl het volgende moment een lichte trots in haar ogen te zien was, alsof het haar mee was gevallen dat ze het vol had gehouden.

Hij bleef in haar op en neer gaan, met haar hoofd nog altijd tussen de rand van de tafel en zijn stotende heupen, en hij had allang geweten dat hij dat zou blijven doen tot aan zijn hoogtepunt. Een enkele keer moest hij de opverende handen van het blote opwindpoppetje bij de polsen pakken en haar even controleren, alvorens ze weer besefte dat ze met het ademen door haar neus de controle over haar gemoed deels kon herwinnen. Als hij haar polsen dan gecontroleerd losliet, keek ze hem verontschuldigend aan en glimlachte ze met zijn lid in haar mond op een manier die op een grappige manier de spot met haarzelf leek te willen drijven. Alsof ze hoopte waardigheid te kunnen behouden door hem duidelijk te maken dat ze zelf de onnozelheid van haar onvrijwillige bewegingen ook wel inzag.

Het op en neer gaan in haar mond ging sneller en sneller en zo nu en dan verschoof de tafel een eindje, waardoor hij een halve stap voorwaarts moest doen en zij achterwaarts mee probeerde te kruipen. En toen hij zijn hoogtepunt voelde naderen, lag het meisje half achterover, een kwart zijwaarts met haar achterhoofd tegen de tafel. Hij duwde nog enkele keren en voelde toen de eerste schok door zijn schacht trekken.

De ogen van het blondje werden groot en even meende hij paniek op haar gezichtje te bespeuren, terwijl een tweede schok zich aandiende, waarbij vanuit de keel van het meisje een gesmoord proestend en pruttelend geluid te horen was. En terwijl hij haar knappe hoofd stevig vasthield en een derde schok op voelde komen, trok ze haar lichaam spastisch naar rechts. Andermaal een proestend geluid, er ontsnapte wat lucht van tussen de ring die haar lippen rond zijn erectie vormden. Haar lichtblauwe ogen bleven hem leeg aan staren en ze draaide haar hoofd een klein stukje naar links, waarop een druppel van zijn zaad uit haar mondhoek liep.

“Door de neus,” hijgde hij, met haar blonde haar stevig in zijn vuist en ze leek zijn advies op te volgen, terwijl een vierde salvo proestend en kokhalzend werd geïncasseerd.

Hij keek haar aan, terwijl ze druk met haar ogen knipperde en driftig door haar neusje probeerde te ademen. Een kleinere vierde en vijfde schok gaven haar de ruimte om het ritme van haar ademhaling te hervinden en ze leek weer wat te ontspannen.

Het knipperen van haar blauwe ogen werd langzaam minder en ze probeerde een glimlach rond zijn grote lid, die voor hem duidelijk maakte dat ze zich ontzettend had geschaamd voor het verlies van controle over haar eigen lichaam. Ze probeerde zich groot te houden, maar met zijn erectie tot aan de wortel in haar opengesperde mond, kwam ze vooral onbenullig op hem over.

“Slikken,” hijgde hij, terwijl er nog altijd zaad uit haar mondhoek stroomde en op haar linker tepel druppelde.

Met het grote geslacht in haar mond schudde ze eerst van nee, maar keek hem afwachtend aan. Hij knikte ja en zonder verdere tegenstribbelingen begon ze te slikken. Eén keer, ze kneep haar ogen dicht, en nog eens. Het viel haar zwaar met zijn erectie nog in haar mond. Nog een keer slikken, en nog eens. Meer en meer zaad werd door het jonge ding verzwolgen en langzaamaan droogde het stroompje uit haar mondhoek op en werd het zaad op haar tepel en borstje hard, tot hij uiteindelijk zijn inmiddels half slap geworden erectie uit haar mond liet glijden.

Hij zeulde zijn stijlvolle wandelstok met zich mee, zonder die te gebruiken. De punt ervan zweefde constant net boven de kasseien, terwijl zijn harde schoenzolen over de straatstenen tikten.

Het was onzinnig om te haasten, omdat hij geen idee had hoe laat ze er zou zijn. Nee sterker nog, hij wist niet eens óf hij haar überhaupt zou treffen.

Heel even gingen zijn gedachten naar het blonde meisje van wie de naam hem maar bleef ontschieten. Goede genade, wat had hij zich opgewonden toen hij zich met gebruikmaking van haar mond bevredigd had, maar zelfs op zijn hoogtepunt waren zijn gedachten enkele keren afgedwaald. En hoewel de gulden die hij haar daarna had toegestopt haar zichtbaar het nodige kruin had gekost, was het wel erg makkelijk verdiend.

Zijn gedachten waren afgedwaald naar Achter de Kan, en dan in het bijzonder de hoek van de straat. De exacte plek waar hij dat verwarrend interessante meisje had zien staan, stond in zijn geheugen gegrift, evenals haar donkere lange haar en haar indringende, raadselachtige ogen. Toen hij haar voor het eerst had gezien, was er iets geweest dat hem enorm had geïntrigeerd. Zelfs had hij even getwijfeld het, overigens, absoluut aantrekkelijke blondje te laten lopen en zijn interesse in het donkerharige meisje uit te spreken, maar om onduidelijke reden had hij dat niet gedaan. Maar zijn herinnering aan die kleine opdonder had hem maar niet losgelaten, en de misplaatste en ogenschijnlijk onbedoelde brutaliteit op haar fenomenale gezichtje evenmin. Hij moest en zou haar vinden, hebben, en onderwerpen. Het kon eenvoudigweg niet anders, dat wist hij zeker. En de geschiedenis die de ontstemde man aan het hoofdbureau die middag had verteld, maakte haar in zijn ogen nog begeerlijker. Dit heksje moest kennelijk getemd worden. Als het katje met handschoenen aangepakt moest worden, dan bood hij zich maar wat graag aan om dat te doen.

Maar toen hij de steeg Achter de Kan tweemaal had doorgelopen in beide richtingen kon hij niet anders dan tandenknarsend constateren dat ze er niet was. Het ergerde hem, en het verbaasde hem dat het hem verbaasde. Waarom had hij het ten slotte als een soort van zekerheid geschat dat hij haar tegen zou komen? Alsof ze altijd, letterlijk altijd daar aan de straat zou staan. Hij voelde zich ontzettend stom dat hij zich zo had lopen haasten, maar kon het desondanks niet laten om daar op die hoek nog een tijdje te gaan staan dralen.

Wat was het er druk vandaag, overal mannen met excuses, goede of slechte huwelijken en slechte of fraaie kleren. Landlopers, kooplui, leerlooiers, bontwerkers, schooiers en schimmige figuren die enkel komen om te kijken en te bezien wat ze niet kunnen betalen.

Even vatte het idee post dat ze misschien wel met een andere man mee was, maar die gedachte ergerde hem dusdanig dat hij die direct wegstopte.

Wat had het nu voor zin om daar te gaan staan? Hoe lang wilde hij dat volhouden? Het voelde belachelijk en wanhopig en besloot het nog een halve minuut te geven tot hij weer zou vertrekken, maar toen zijn zakhorloge de vijfentwintig seconden had aangegeven, werd zijn aandacht getrokken door wat rumoer verderop in de straat. En vanuit de richting waar het het rustigs was, zag hij twee mannen van in de dertig aan komen lopen. Ze waren niet heel vast van pas, waardoor Beltrán zich niet aan de indruk kon onttrekken dat ze wellicht een slok te veel op hadden. Tevens waren ze luidruchtig en cirkelden ze om een klein figuurtje dat tussen hen in liep. En toen hij zijn ogen tot spleetjes keek, wist hij direct zeker dat zij het was.

Ze liep gehaast, maar kennelijk vastberaden in zijn richting, onderwijl geen aandacht schenkend aan de twee heren die zich als muggen aan haar opdrongen. Ze was klein en rank gebouwd, maar enkel haar bovenbenen leken bovengemiddeld prachtig ontwikkeld, alsof ze daar speciaal aandacht aan besteedde. Haar donkere haar hing los en danste in het maanlicht, terwijl nu ze haast dichtbij genoeg was om haar schitterende, intimiderende ogen te kunnen zien.

“Jij gaat met ons mee,” hoorde hij een van de mannen roepen met dubbele tong.

“Ja, meekomen jij,” riep de ander.

Het meisje liep onverstoorbaar door, een haast arrogante blik op haar verder zo onschuldige gezichtje.

“Meekomen!” riep de eerste, terwijl hij de bovenarm greep waar het kleine ding haar gele lint om had gestrikt. En als door een gifkikker gebeten rukte ze aan haar arm, die de man niet losliet.

“Los,” siste het kleine opdondertje, haar donkere ogen spuwden vuur. Enkel hoongelach van de mannen viel haar ten deel.

“Nu uh,” reageerde degene die haar bij de arm had beetgepakt. “Jij gaat wat meemaken vannacht.”

Het donkerharige meisje draaide haar schouder en rukte nogmaals met haar arm in een poging zich te ontworstelen aan haar belager die twee koppen groter was dan zijzelf.

“Huppetee,” riep de man jolig, terwijl hij haar van de grond tilde en als een klein kind voor zijn borst hield en weg wilde lopen, maar een wandelstok op zijn borst gericht vond.

Beltrán had nu pas in de gaten gehad dat het meisje een kort jurkje droeg, waaronder haar geweldige slanke benen uitstekend tot hun recht kwamen, en waardoor hij eveneens een glimp op kon vangen van haar slipje. Hij moest en zou haar hebben, en er kon absoluut geen enkele sprake van zijn dat die twee dronken onverlaten met haar aan de haal zouden gaan.

“Zet u dat meisje eens neer, meneer,” zei hij zelfverzekerd, zijn wandelstok nog altijd naar de man en het meisje gericht.

De mannen keken verbouwereerd, terwijl het meisje een puurheid in haar blik had die hij niet kon peilen, maar hem verschrikkelijk aantrok.

“En wie bent u om ons dat te vertellen?” grinnikte de tweede dronkenlap.

Beltrán richtte zijn stok nu op de ander.

“Ik werk voor de politie, heer, en als u niet inbindt, zult u zien dat er wat zwaait.”

De man die het meisje droeg, lachte spottend, maar als je goed keek, kon je zien dat er onzekerheid achter zijn lach schemerde.

“Hoe weten wij nu dat dat werkelijk waar is?” vroeg hij na enkele ogenblikken vertwijfeling.

“Wat zou zo’n opmerking waard zijn als het niet waar is, meneer? Denkt u werkelijk dat ik bluf? Ik stel u voor om het niet uit te testen, het zal u bezuren.”

De mannen keken elkaar aan en leken uit het veld geslagen. Zouden ze zich werkelijk zo de kaas van het brood laten eten?

Degene die het meisje nog altijd vasthield, keek naar zijn prooi, vervolgens naar de man met de wandelstok, en liet daarna met zichtbare tegenzin zijn armen zakken, waarna hij de donkerharige tiener weer op haar benen zette.

“Ik stel voor dat u zich van hier verwijdert,” opperde Beltrán.

“Maar ons geld,” protesteerde een van de mannen.

Beltrán wierp de twee een vernietigende blik toe en constateerde dat de beide mannen - de een schouderophalend en de ander spuwend naar de grond - zich met onvaste tred van hen begonnen te verwijderen, nagekeken door het fijne meisje en de man in mantel, naast haar.

Enkele ogenblikken was er niets anders te horen dan het geroezemoes van de mensen op straat, het geluid van een passerende koets, de hoeven van de trekpaarden over de kasseien en het drankgelach vanuit een nabijgelegen café.

Zo stonden ze even zwijgend naast elkaar, zonder elkaar aan te kijken. Daarna hoorde hij haar zachte en eigenwijze stemgeluid.

“Als u nu denkt dat u me op kunt eisen, heeft u het mis, meneer. En als u denkt dat u nu iets gratis kunt krijgen, bent u helemaal ver heen.”

Het gebrek aan fatsoen en dankbaarheid schokten hem en hij keek neer op het donkerharige meisje, recht in haar felle, pure ogen.

“Ik denk persoonlijk dat ik wel degelijk iets op kan eisen, juffrouw. Ik geloof dat u zich dat ook maar al te goed beseft.”

Ze vouwde haar dunne armen voor haar lichaam en keek hem uitdagend aan, maar niet op een sensuele manier. Haast eerder alsof ze hem wilde overbluffen.

“Is dat uw aanpak, meneer? Weerloze meisjes redden op straat van allerlei gespuis, zodat u zelf met ze aan de haal kunt gaan? Denkt u nu werkelijk dat ik mezelf niet kan redden? Dat ik zo’n zelfverklaarde held nodig heb voor mijn veiligheid? Maakt u zichzelf nu niets wijs, meneer. Ik doorzie uw soort en ik heb u niet nodig. Niemand hier, in feite.”

De man moest zichtbaar moeite doen zichzelf in te houden, nu hij werd geconfronteerd met zo veel zelfingenomenheid en een totaal gebrek aan verwachte dankbaarheid, waarvan hij was overtuigd dat die hem toekwam.

“Is u als kind nooit fatsoen bijgebracht, juffrouw?” vroeg hij kortaf.

Ze draaide haar knappe hoofdje een kwartslag en hij zag nu pas dat ze nauwelijks zichtbare, donkere sproetjes had onder haar ogen.

“Wat is fatsoen dan toch, meneer? Wat is fatsoenlijk? Is het in uw ogen fatsoenlijk om de straten af te struinen op zoek naar meisjes die duidelijk veel te jong voor u zijn? Waarom kiest u niet een vrouw van uw eigen leeftijd? Waarom moet het er een zijn die uit vrije wil nooit, maar dan ook nooit, voor u had gekozen? Is dat dan fatsoenlijk, meneer? Is dat fatsoen?”

De man zette de punt van zijn wandelstok tussen de welgevormde, slanke benen van het jonge meisje en keek haar indringend aan.

“U weet dat ik iets op te eisen heb. U weet tevens dat ik het op zál eisen en u weet dat u er op in zal moeten gaan. Dat verzet van u, juffrouw, dat zijn praatjes. U heeft een grote mond en komt goed uit uw woorden, zeker voor uw leeftijd, maar achter die façade van stoerdoenerij zit ongetwijfeld een angstig meisje dat gewoon buigt en gehoorzaamt wanneer het er op aan komt.

Ze glimlachte fnuikend en schudde haar hoofdje.

“Denkt u dat nu werkelijk, meneer?”

Hij knikte.

“Juffrouw, als u werkelijk zo zelfverzekerd en stoer was geweest, had u zich al lang van mij verwijderd. U was niet naast mij blijven staan toen die twee onbehoorlijke mannen weg liepen, als u niet de intentie had om me te bedanken. Nu, het is duidelijk dat u me niet zult bedanken. Dat is voor mij om het even, maar wat was dan de reden dat u in mijn aanwezigheid bleef? Het antwoord daarop is glashelder, juffrouw. U voelt de verplichting om de rekening te vereffenen die u bij mij open heeft staan. U staat bij mij in het krijt en u weet dat. En het laatste beetje fatsoen dat u in uw door en door zondige lijf kennelijk nog heeft, zorgde er voor dat u bleef.”

Ze schudde haar knappe hoofdje nog eens.

“U bent niet goed snik, meneer,” zei ze zacht. Ze draaide zich om en begon bij hem weg te lopen. Hij aarzelde geen moment en ging achter haar aan. Deze paringsdans, deze jacht, wond hem in hoge mate op en intrigeerde hem mateloos. Hij zette enkele haastige passen, tot hij haar had bijgehaald en bleef in gelijke tred met het meisje mee lopen.

“In mijn hoofd, juffrouw, heb ik reeds allerlei zaken bedacht die ik met u wil uitproberen. Ik kan u verzekeren dat veel daarvan voor u buitengewoon plezierig zijn.”

Zonder hem aan te kijken, liep ze verder.

“Wat doet u vermoeden dat ik er überhaupt van zou kunnen genieten, meneer?”

Ze zwegen beiden een moment.

“Of, meneer, bent u van het soort dat denkt u zulke kwaliteiten of eigenschappen hebt dat u de vrouw, of, in uw geval waarschijnlijk het meisje, kunt overtuigen haar ellendige problemen los te laten en te genieten, werkelijk te genieten? Denkt u nu werkelijk dat een meisje dat u betaalt, ik herhaal - dat u betáált om gemeenschap met u te hebben, daarvan geniet? Meneer, luistert u toch even, ik mag dan nog net geen achttien zijn en u zult op het gebied van wijsheid en levenservaring weinig van me aannemen, maar u moet me toch echt geloven als ik u vertel dat geen enkel, ja, geen enkel meisje dat genoodzaakt is om haar lichaam en ziel te verkopen, opgewonden raakt als ze zich uit moet kleden voor een man waar ze - in het beste geval - niet zelf voor gekozen heeft. Ik kan u echt verzekeren dat geen enkel meisje zal genieten. Er is altijd die bittere noodzaak van het verschrikkelijke werk dat ze moet doen. De noodlottigheid van het idee dat ze moet tolereren dat onbekenden haar aanraken en de smerigste dingen met haar doen. Maar weet u, meneer. De aller smerigste soort is dan misschien toch nog wel de soort die meent dat hij haar kan overtuigen te genieten van al dat verschrikkelijks. De zelfingenomenheid, meneer. Alstublieft zeg.”

De man en het meisje hadden hun tempo wat verlaagd en liepen nu haast slenterend door de straten, die naarmate ze zich verder van de onzedige steeg verwijderden, rustiger en rustiger werden.

“Luister,” zei hij kalm. “Luister juffrouw, ik kan u verzekeren dat ik mijn zin zal krijgen. Laat daar geen misverstand over bestaan. Ik spuug op uw anekdotische filosofische ideetjes en interesseer me in het geheel niet voor uw worstelingen, schaamtes en al helemaal niet in de noodzaak waarom u dit doet. Het interesseert me gewoon niet, juffrouw. Dus realiseert u zich dat u lang kunt praten, of kort, maar ik laat mij niet de les lezen door een tiener met een geel lint rond haar zondige arm. U zou uzelf moeten zien, juffrouw. U zou uzelf eens moeten zien door de ogen van de rest van de maatschappij. De schande, juffrouw, de schande.”

Even leek de donkerharige schoonheid te verstarren en Beltrán twijfelde of hij niet te ver was gegaan. Hij volgde haar deels blote benen en zag hoe ze haar pas weer iets versnelde. Ze zweeg, boog af naar links, zette enkele stappen in de richting van enkele hoge gevels, hupte het trottoir op en plaatste haar handen tegen een zware, houten voordeur.

“Ga weg,” zei ze zacht, maar met urgentie in haar stem. Ze keek de deur en haar handen.

Hij keek omhoog langs het twijfelachtige gebouw en daarna weer naar het meisje.

“Uw huis?” vroeg hij haar.

“Wat maakt het uit?” vroeg ze gelaten.

“Een heleboel.”

“Waarom? Wát maakt het uit?”

Hij zweeg even en plaatste zijn hand naast haar, tegen de voordeur.

“Juffrouw, als u werkelijk zo van me walgde, als u werkelijk geen ruimte zou laten om mij zonder dat u tegenwerkt mijn gang te laten gaan, waarom neemt u mij dan mee tot aan uw voordeur?”

Ze zweeg en liet haar gladde voorhoofd tegen het hout van de deur rusten.

“Ik heb niet gezegd dat ik hier woon.”

“Maar dat is wel het geval.”

Opnieuw zweeg ze. Ze zuchtte diep, alsof ze zijn verhalen werkelijk waar beu was, terwijl hij dichter achter haar ging staan, tot zijn kin bijna de bovenkant van haar hoofd raakte en zijn borst haar achterhoofd.

“Wat is uw prijs, juffrouw?” fluisterde hij.

Wederom een stilte.

“Juffrouw, ik vraag u niet om toestemming. Ik sta er op dat we gemeenschap hebben. Ik eis het op, en volgens mij met goed recht. Maar stemt u niet vrijwillig in, dan kan ik u verzekeren dat ik zal nemen waar ik recht op heb. Zie het dus als een gunst als ik u vraag wat uw prijs bedraagt.”

Enige momenten was er niets anders te horen dat het geroezemoes van de warme zomernacht, en dat duurde zo voort tot het meisje uiteindelijk het zwijgen doorbrak.

“Gaat het u om de macht, meneer? Windt het u op om mij te manipuleren en mij dingen te laten doen die ik uit vrije wil misschien wel nooit had gedaan? Of gaat het u om mijn lichaam? Wilt u daar de lusten van ervaren?”

Hij dacht even na en ging met zijn vingertoppen langs haar blote, dunne bovenarm.

“Ik wil beide.” Hij snoof haar prachtige haar.

“Nee,” zei ze zacht, terwijl ze plukte aan haar gele lint. “Niet beide. Het is het een of het ander. Welke van de twee, meneer. Zegt u mij dat, en ik zeg u mijn prijs.”

Hij kneep met zijn vingertoppen zachtjes in de warme huid van haar bovenarm en kuste de zijkant van haar knappe hoofdje.

“Ik kies je lichaam,” fluisterde hij in haar oor.

De deur klikte en ging een eindje open, erachter was het aardedonker, en ze glipte naar binnen en sloot de deur niet achter zich. Hij glimlachte zelfvoldaan, opende de deur een eindje verder en volgde het meisje de duisternis in.

In het trappenhuis was het donker en enkel wat flauw licht van de maan fonkelde in de met ondoorzichtig folie afgeplakte vensters op de begane grond. De ogen van de man moesten lang aan de duisternis wennen en de eerste ogenblikken kon hij niet anders dan op de tast het haastige geschuifel van de meisjesvoetjes vóór hem volgen.

“Hé daar, niet zo snel,” riep hij in het donker, omdat het even door zijn hoofd flitste dat als hij haar kwijt zou raken, hij geen flauw idee had op welke verdieping en in welk appartement en welk kamertje hij haar zou moeten zoeken. Dit zou niet de manier zijn waarop hij hem af zou schudden. Het geschuifel liep op hem uit en hij hoorde de voeten van het meisje de granieten trap op vluchten.

“Vervloekt,” dacht hij. “Wie zegt nu eigenlijk dat ze werkelijk hier woont? Voor het zelfde geld wil ze me hier afschudden in het donker. Hij versnelde zijn pas en haastte zich naar de brede trap die in het maanlicht baadde. De voetjes waren bijna een verdieping hoger en nu hij langzaam aan het donker begon te wennen, zag hij mogelijkheid om de treden met drie tegelijk te nemen.

“Kom terug. Hé, kom hier!” siste hij, precies luid genoeg om het heel duidelijk te laten weerklinken, maar niet zo luid dat hij de bewoners zou alarmeren. Hij zou zweren dat hij haar hoorde giechelen, maar misschien beeldde hij het zich in. Hij snelde omhoog, steeds sneller en voelde dat hij op haar in liep.

“Meisje,” hijgde hij. “Vervloekt!” Hij struikelde haast over zijn eigen wandelstok, maar zette de achtervolging voort en zou zweren dat hij haar contouren nu kon ontwaren. Twee treden, drie, zelfs een keer vier en daarna greep hij haar toen ter hoogte van haar billen bij de jurk, gaf er een ruk van jewelste aan en slingerde haar tegen de harde muur op de tweede verdieping, waar ze met een speels gilletje met haar rug tegen belandde. Hij greep haar bovenarm stevig vast en legde de vingers van zijn andere hand om haar slanke hals en kneep harder dan hij eigenlijk bedoeld had.

Het jonge ding gaf geen krimp, en bleef hem juist aankijken met een uitdagende, haast neerbuigende glimlach op haar felle gezichtje.

“Waar gaat u naartoe?” hijgde hij, terwijl hij de greep om haar hals versoepelde, maar haar nog altijd streng aan bleef kijken.

Het meisje bleef maar grijnzen en keek vanuit haar lagere positie op naar de man die haar tegen de muur genageld hield.

“Wel?” siste hij, waarbij hij haar weer wat steviger beet pakte en haar door elkaar schudde.

Tot zijn ontsteltenis schrok ze niet van hem, maar begon zachtjes te lachen. Het was een spotlachje, alsof een klein kind haar tegen de schenen probeerde te schoppen, terwijl ze hem met een arm eenvoudig op afstand kon houden.

“Wat doet u nou, meneer?” hikte ze oprecht verbaasd en ze keek hem half spottend aan.

Hij hijgde nog altijd en probeerde haar te intimideren met zijn blik, maar ze schudde juist haar hoofdje.

“Meneer, wat doet u toch, denkt u om uw hart. U bent niet meer de jongste,” grinnikte ze, en het feit dat hij niet serieus genomen werd, maakte hem woedend.

“Mond dicht, juffertje!” siste hij tegen haar en hield haar dunne bovenarm nu ongemeen stevig beet en het had niet veel gescheeld of hij had haar keel dichtgeknepen. Haar gezichtsuitdrukking betrok en in plaats van gegiebel en dedain viel nu een verstoorde blik hem ten deel, alsof hij iets deed dat haar stoorde. Maar ook dat was in geen geval de emotie waarop de man gehoopt had. Hij moest haar overweldigen, ze moest van hem onder de indruk zijn, maar de verstoring op haar gezicht was die van een meisje dat de hele avond last had gehad van een mug op haar kamer en, nadat ze deze uiteindelijk via het raam had weten te verjagen, constateerde dat er een tweede mug in de kamer zat. Ze leek hem vervélend te vinden. Niet intimiderend, niet beangstigend. Ze vond hem storend. “Doe normaal” leek haar blik te zeggen.

“Is dit werkelijk wat u doet met de meisjes die u meeneemt op straat, meneer? Is dit het? Probeert u ze bang te maken? Waarom?”

Ze stonden even hijgend tegenover elkaar, terwijl hij haar nog altijd stevig vast hield nu hij haar eindelijk te pakken had.

“Denkt u dat u indruk op me maakt, meneer? Denkt u dat u méér gedaan krijgt als u me onderdrukt? Dat ik angstig en gewillig op mijn rug zal rollen als uiting van onderdanigheid en u gedienstig mijn kontje aanbied? Nee meneer, zeker niet. Is dat ook waarom u uw meisjes van de straat haalt? Waarom u zo’n jong meisje als ik meeneemt, veel te jong voor u? Omdat u denkt dat u een meisje van de straat, of een jong ding makkelijk kunt intimideren en haar naar uw pijpen kunt laten dansen?”

Hij werd ontzettend kwaad van haar woorden, maar wist tegelijk dat er ten minste voor een deel waarheid in zat. Hij bracht zijn gezicht tot vlak voor het hare en keek haar diep in haar uiterst donkere ogen.

“Denk maar niet dat uw rappe tong u beschermt als ik niet krijg wat ik wil, juffrouw” fluisterde hij naar haar. “Dit armpje,” ging hij verder, terwijl hij in de bovenarm van het meisje kneep, “is zo dun dat ik u niets hoef te vertellen wat uw kansen zijn als ik u werkelijk aan me wil onderwerpen. Ik denk dat u wel begrijpt wat ik bedoel?”

Ze leek allerminst onder de indruk en keek hem aan met een blik die leek te suggereren dat hij gerust door kon praten, maar dat het toch geen verschil zou maken.

“Ik vind uw gedrag tamelijk zielig, meneer,” fluisterde ze terug. “Heeft het u, wat, vijftig jaar gekost om te worden tot een persoon die van jonge meisjes zaken gedaan probeert te krijgen door ze te bedreigen en fysiek aan te pakken? Wat een persoonlijke ontwikkeling, meneer.”

Het stoorde hem dat ze hem ouder schatte dan hij in werkelijkheid was, maar het leek hem beter daar niets over te zeggen.

“Weet u, meneer,” ging het kleine meisje haast op fluistertoon verder. “U denkt dat u de macht heeft, is het niet? Hier met uw hand om mijn nek. Het onfatsoen meneer. U denkt dat u de touwtjes in handen heeft. Maar weet u wat wérkelijk macht is? Weet u dat?”

Beiden zwegen en Beltrán keek hoe de vrije hand van de tiener langzaam naar haar borst ging, zonder dat haar blik hem met rust liet. En zonder hem ook maar een moment uit het oog te verliezen, knoopte ze langzaam de bovenste twee knoopjes van haar jurkje los en trok met een ruk haar kraagje naar beneden, waarmee een jong borstje ter grootte van een flinke appel tevoorschijn rolde. En terwijl hij zijn ogen niet neer wilde slaan, kon hij het niet laten om af en toe vluchtig een blik te werpen op dat heerlijke meisjestietje. Ze drukte haar borstje nog eens extra naar hem toe.

“Ja, meneer, kijkt u maar. Sla uw oogleden maar neer. Is dat een teken van onderdanigheid? Het is in ieder geval iets dat u niet kunt laten. Wie laat u dat doen, meneer? Wie zorgt er voor dat u uw blik naar beneden bijstelt? Nee u hoeft me niet meer aan te kijken, en meneer u maakt al helemaal geen indruk als u zo boos doet. Kijkt u maar rustig naar het borstje van een meisje van amper zeventien dat u zo dapper tegen de muur heeft gesmeten en van wie u de keel dichtknijpt. Kijkt u maar, neem de tijd. Ziet u hoe perfect rond mijn tepeltje is? Het is donker, dus misschien ziet u het niet op het best, maar ze zijn lichtroze. Misschien vraagt u zich af of ze gevoelig zijn, misschien wilt u me aanraken. Maar dan vraag ik u, meneer, wie heeft die aandrang bij u opgewekt? Wie laat u naar beneden kijken? Wie heeft er voor gezorgd dat uw gedachten nu op mijn borstje gericht zijn? Krijg ik dan niet veel meer gedaan dan u, met uw brute hand rond mijn keel?”

Hij voelde hoe hij onwillekeurig zijn greep verslapte en even vroeg hij zich af of hij dit contact nog wel op prijs stelde.

“Meneer,” fluisterde het meisje toen nog iets zachter. “U staat hier in het donker, in een onbekend trappenhuis. Heeft u wel enig idee waar u bent? Wie heeft bepaald dat wij hier naar binnen gingen? Was u dat, meneer? Ik geloof het niet, is het wel? Meneer, het enige dat ik u wil zeggen, is dat ik u de halve buurt door heb gesleept, mee heb genomen een pand in dat u in het geheel niet kent en nu ben ik ook degene die bepaalt waar u kijkt. En, meneer, ik heb u daar met geen vinger voor hoeven aan te raken. Dus wie heeft hier nu macht, meneer? Zeg het me maar. Het enige dat u nog kunt, is uw toevlucht zoeken tot geweld. U kunt me hier ter plekke mishandelen, of nog erger zelfs. Maar wat blijft er dan over van uw pleziertje, meneer? Voelt u zich nu nog steeds zo machtig, met uw grote handen rond mijn arm en nek?”

Ze zweeg, en ook hij zei geen woord. Geen van beiden hijgde nog en ze stonden zo enige tijd tegenover elkaar. Hij leek na te denken, zij gedesinteresseerd af te wachten, waarna hij uiteindelijk kalm zijn hand van haar hals liet glijden en zijn vingertoppen afzakten in de richting van haar ontblote borstje. Ze veegde zijn hand weg en slikte. Heel even leek het alsof het emotie was die ze weg slikte. Was ze toch onder de indruk geweest en was het opluchting die ze probeerde te verbergen? Het kon toch niet anders dan dat ze van hem geschrokken moest zijn? Maar hij kon het moeilijk nog een keer op de zelfde manier proberen. Hij zou ontzettend voor schut staan als ze zich er andermaal zo behendig uit zou weten te praten, en even bleef hij verward staan.

Toen stopte het meisje haar borstje weer weg, fatsoeneerde haar kraagje, haalde haar smalle schouders op alsof ze wilde zeggen dat ze het dan ook niet meer wist, dook onder zijn arm door en liep hem rustig voorbij. Hij draaide zich niet direct om, zijn hand nog tegen de koude, stenen muur.

“Weet u,” zei de tiener zachtjes, zonder dat hij kon zien dat ze met haar handen onder haar tamelijk korte rok ging en haar slipje onhoorbaar naar beneden stroopte, het tot op haar slanke enkels liet zakken, er uit stapte en het daar liet liggen. “Weet u dat ik zojuist mijn slipje heb uitgetrokken, meneer.”

Hij liet zijn hoofd zakken en zette ook zijn tweede hand tegen de muur. Hij hoorde de stem van het meisje achter zich, maar vertikte het om naar haar om te kijken.

“Had ik het zo-even niet over het aanbieden van mijn kontje, meneer? U zult wel hebben gedacht, dat is typisch taalgebruik voor een meisje dat haar lichaam verkoopt, is het niet? Maar u moet weten meneer, ik verdien mijn geld amper met die activiteit. Ik probeer mannen die bij me komen op een andere manier geld afhandig te maken. Ik luister de ene keer naar hun problemen en gezeur, en de andere keer besteel ik hen simpelweg. Vindt u dat verwerpelijk, meneer de politieagent? Laten we het dan niet over uw behandeling van mij van zojuist hebben. Wat ik u wil zeggen, is dat het niet zo is dat ik een ruime ervaring tussen de lakens heb. Nee, ik zal niet beweren dat ik mijn maagdelijkheid nog heb, meneer, maar ik kan u verzekeren, het kontje dat ik u aan zou kunnen bieden… daarbij zou u de eerste zijn, meneer. En ik kan u een geheimpje verklappen…”

Ze schoof naar hem toe, ging op haar tenen staan, waardoor ze haast tot bij zijn oor kwam, en fluisterde.

“Mijn kontje, meneer… als u dat wilt, dan zult u me moeten dwingen.”

Hij keek het meisje nog altijd niet aan, en schudde nu vol onbegrip zijn hoofd. Hij snapte er werkelijk niets meer van.

“Zo lang u maar onthoudt, meneer, dat ík, en niet u, de daadwerkelijke macht bezit. Ik kan het u bewijzen.”

Hij ademde diep, terwijl hij achter zich het geritsel van de stof van de jurk van het meisje hoorde.

“U kunt het voelen, meneer,” zei haar zachte stem in de duisternis. “Ik ben naakt van beneden. Is dat niet wat u verlangde meneer? Een naakt, jong meisje, wiens lichaam u naar hartelust kunt betasten. Welnu, als u nieuwsgierig ben hoe ik voel, geef me dan uw hand.”

Ze zwegen.

“Uw hand meneer,” en hij zag hoe ze de hare uitstak.

Zijn tegen de muur rustende handpalmen werden nu vuisten en terwijl hij wist dat hij het eigenlijk niet moest doen, legde hij zijn rechterhand in die van het meisje en hij voelde dat het jonge ding dichter tegen hem aan kroop.

“U bent toch nieuwsgierig, meneer,” fluisterde ze. “Het is grappig eigenlijk, hoe alle vrouwen en alle meisjes borsten hebben en er tussen de benen min of meer het zelfde uit zien, en mannen toch eindeloos benieuwd blijven. Alsof ze het van iedere vrouw, en ieder meisje gezien willen hebben.”

Hij liet zijn voorhoofd tegen de muur vallen.

“Waarom praat u zo veel, juffrouw?” vroeg hij, terwijl hij voelde hoe ze zijn hand overpakte en deze naar beneden begeleidde.

“Stoort het u als ik dat doe meneer?” fluisterde ze. “Stoort het u als ik u vertel dat uw hand nu langs de binnenkant van mijn dijen gaat? Dat mijn billen en kruisje slechts een klein stukje hoger zitten. U kunt het aanraken. U kunt alles aanraken, meneer. Ik zal geen grapjes meer maken over uw leeftijd. Ik zal voor u knielen als u dat wilt, uw genot zal mijn gebod zijn. Als u me op mijn knietjes wilt, dan hoeft u het me maar te zeggen, en als u mijn benen wijd in de lucht wenst, dan zal ik aan een half woord genoeg hebben. U mag ruw met me zijn, meneer. Als u wilt, kunt u me knijpen zo veel als u wilt. Misschien geniet ik er zelfs wel van als u me stevig bij de keel pakt als u dat opwindend vindt. Ik zal me overleveren aan u, meneer. U zult hebben gewonnen, ik zal niets meer hebben te willen. Voelt u dat meneer? Slechts centimeters en dan beginnen mijn billen.”

Zijn hart klopte sneller en sneller en hij kneep zijn ogen dicht om niet toe te geven aan de erotische pesterijen van het meisje. Hij wilde haar niet haar zin geven. Hij wilde bepalen wat er gebeurde en wanneer. Hij moest het initiatief herwinnen.

“Leer dit brutale meisje een lesje, meneer.”

Hij spande al zijn spieren aan en wilde zich omdraaien.

“Het enige dat ik van u verlang, meneer, is dat u me vraagt, nee - dat u me smeekt om me over te geven. Zeg het, en noem me bij mijn naam, waar u onbetamelijk genoeg nog altijd niet naar heb gevraagd. Zeg het, vraag het. Smeek me. Mijn naam is Alexandra, maar u mag me Alex noemen. En dat is dan direct het laatste dat ik bepaal, meneer.”

Hij wilde, en hij wilde niet. Hormonen gierden door zijn lichaam en hij was wild van opwinding, maar hij kon zich toch niet aan de voeten van een omhooggevallen tiener werpen? Hij kon toch niet gaan sméken om dit meisje en haar fenomenale lichaam? Zijn waardigheid. Zijn trots. Maar hij moest haar hebben, het kon niet anders. En hij draaide zich om. Ze had een heerlijk opwindende verbaasde blik in haar ogen en ze keek serieus, maar wanneer hij met zijn ogen kneep, meende hij te zien dat ze glimlachte. Zelfvoldaan?

Onhandig ging hij door zijn knieën en hield haar hand, die ze nu voor haar uit hield, stevig vast.

“Ik smeek u, Alexandra… Alex, om uw lichaam aan mij te geven. Ik wil het. Ik moet het hebben. Ik wil je verdomme te grazen nemen. Alstublieft, juffrouw.”

Het meisje trok haar handje frivool terug. Ze stiet een hoog lachje uit, dat haast op een gilletje leek. Haar gezicht stond nu speels, bijna guitig en ze kantelde haar hoofdje.

“Misschien!” giechelde ze, wierp de sleep van haar jurk omhoog, waardoor hij een halve oogwenk haar naakte, gladde, springerige onderlijfje kon zien, waarna ze zich meisjesachtig giechelend de trap op haastte.
Trefwoord(en): 17 Jaar, Jong En Oud, Suggestie?
Geef dit verhaal een cijfer:  
5   6   7   8   9   10  
Klik hier voor meer...
Klik hier voor meer...