Klik hier voor meer...
Donkere Modus
Door: Tdid
Datum: 01-12-2024 | Cijfer: 9.6 | Gelezen: 580
Lengte: Lang | Leestijd: 26 minuten | Lezers Online: 2
Trefwoord(en): Eiland,
Lieve lezers , het is een sprookje dus sommige zaken zijn in echt niet mogelijk

Hoofdstuk 19

Rob en Esther keken omhoog en hoorde het zoemen. Maar het wezen had niet aan Esther gedacht en daar zeker niet op gerekend. Die op dat moment haar revolver pakte en gericht en snel haar hele magazijn van 7 kogels leeg schoot op de arm met de zoemende stok. En een van de kogels moest doel getroffen hebben want de klauw liet de stok los en hoorde ze een vreemde kreet vanuit het VOC schip.

Met een plons verdwijnt de stok in het water en valt het luik dicht. Esther rent echter terug en vliegt de kajuit in om even later naar buiten te komen met het Japanse geweer voorzien van telescoop vizier.

De “ magic moments “ was onder tussen een 20 of 30 meter van het VOC schip verwijderd en ze hadden nu zicht op het strand. Rob schreeuwde tegen Esther “ pas op hij kan uit die boot komen “

Maar Esther lag al op haar buik op het voordek het geweer tegen haar schouder te kijken door haar vizier. “‘Daar links aan dek “ riep Rob en zag het wezen over de rand van het houten schip naar hun boot kijken .

Esther vuurde gelijk en ze zagen het wezen raar bewegen. “ klote helm ! “ Hoorde hij Esther schelden en zag hoe ze razendsnel grendelde en weer richtte. Rob was zwaar onder de indruk en begreep dat deze dame behoorlijk wat ervaring had met geweren.

Een tweede schot volgde en nú zagen ze het wezen verdwijnen. Rob riep weer “ hou het strand in de gaten Esh. !!! “

Rob had het nog niet gezegd en ze zagen het wezen uit het schip springen. Weer klonk er een schot en een vloek en hoorde Rob weer het snelle grendelen en een tweede en derde schot volgend terwijl het wezen springend over de stenen naar de jungle probeerde te komen. Het derde schot trof duidelijk doel want het wezen werd vol tijdens een sprong geraakt landde hierdoor verkeerd en viel languit in het witte zand.

Ze hoorde nú brullen en het wezen leek in brand te staan. Het kwam weer overeind en Rob hoorde weer een schot en nog een en nog een. En zag zelfs van een afstand van bijna honderd meter dat het wezen keer op keer werd geraakt. Groengeel bloed spoot uit het lichaam daar waar het geraakt werd. Daarna hoorde hij alleen maar het geluid van grendelen en het klikken van het geweer. Het magazijn was leeg. Hij liet de motor nu stationair draaien en rende over het dek naar Esther die als een soort robot achter elkaar lag te grendelen en te schieten. Hij pakte het geweer uit haar handen en trok Esther overeind en trok haar tegen zich aan. Haar hele lichaam trilde en schokte en toen brak ze in tranen uit. Ze klemde Rob vast en huilde met grote uithalen. Op het strand waar het wezen moest zijn daar brandde het nu, een vreemd blauw vuur met witte vlammen.

Rob hielp Esther met opstaan en haar ondersteunend met een arm en hand en het geweer in zijn andere hand, liepen ze samen over het dek naar de kuip. Daar hielp hij Esther zitten terwijl hij het geweer op de bank in de kajuit wierp. De stroming en de wind hadden ondertussen grip op de ‘ magic ‘ en dreef hún richting het strand.

Rob ging daarom snel weer achter het roer en zette de motor weer in zijn vooruit. Weg van het strand en weg van het VOC schip, wat meer in de richting van de rotswand. Hier was er iets minder wind en was iets meer uit zicht van de plaats waar ze het wezen hadden neergeschoten. Want één ding wisten ze namelijk niet. Was het een eenling geweest of had hij nog broers of zussen. Want die zouden het er nooit bij laten zitten en werd de jacht op hun geopend. Allemaal vraagtekens? Esther zat ondertussen met haar benen tegen haar borst, armen eromheen geslagen, zachtjes heen en weer te schommelen. Haar gezicht nog nat van tranen maar volledig in shock voor zich uit te staren. Rob zag het maar kon nú even niks doen, eerst veilig zijn.

En toen hij volledig uit het zicht van de kustlijn was, afgeschermd door grote rotsen zette hij de motor in zijn vrij. En met een druk op de knop, rammelde het anker de donkere diepte in. Hij had hier de eerste nacht ook voor de kust geslapen en wist dat er voldoende water onder de kiel was. Het ratelende geluid van de anker ketting stopte even en Rob wist dat het nu de bodem had bereikt. En liet het nog even door tikken en zette de schakelaar weer om. De stroming nam het schip mee maar even later lag het stil. Rob zette de motor uit en liep snel naar voren en vergrendelde de anker ketting. Het werd stil aan boord en de duisternis van de nacht trad in, en Rob holde nú terug naar Esther. Die nog steeds als in een roes heen en weer zat te schommelen, in stilte.

Rob ging de kajuit in pakte een fleecedeken en greep de halve fles whiskey en ging weer naar Esther. Hij zei niets maar sloeg de deken om haar heen en ging achter haar zitten en trok haar tegen zijn borst aan. En schommelde even met haar mee. Pakt toen de fles en nam een paar slokken, ook bij hem kwam het hele gebeuren weer terug. En de beelden vlogen weer voorbij. Het VOC schip, de skeletten, de goudschat maar ook het wezen dat zo dichtbij was gekomen.

Als Rob niet die schittering had gezien dan hadden ze hem nooit zien aankomen. En, en dat wist hij zeker, hadden Esther en hij nú drie gaatjes in hun voorhoofd gehad. Ook het feit dat ze op voorspraak van Esther bewapend waren geweest had geholpen.

Maar het weergaloze handelen van Esther was niet van deze tijd geweest. Hij kon het niet helemaal begrijpen. Nam nog een slok en hield de fles nu voor Esther haar gezicht en zei alleen maar “. Hey Schatje, ook een borrel “. Esther greep naar de fles en dronk een paar grote slokken en liet toen de fles vallen, leeg. En weer begon ze te huilen en schokken, en Rob fluisterde aan een stuk nú troostende woorden. Het duurde even maar toen werd Esther rustig en draaide zich om en kroop tegen Rob aan en zo bleven ze enige tijd zitten. En sprak Rob rustig tegen haar, dat het goed was, dat het over was, dat ze veilig waren.

Dan kijkt Esther Rob aan en fluistert “ zijn ze weg, komen ze niet meer nu ? “

Rob knikt en antwoordt “ hij is weg je hebt hem geraakt, of bedoel je dat niet ? “

Esther kijkt hem dan wat wazig aan, en Rob vraagt “ wat is er Esther, waar ben jij, je weet toch dat we hier op de boot zitten?”

Esther begint weer te huilen, en Rob laat het maar even los want het is duidelijk dat Esther helemaal de weg kwijt is.

Hij staat op en tilt Esther op en neemt haar mee, hij gaat de kajuit in, waar het een chaos is. Overal liggen broodjes goud, zakken zilver en edelstenen.

Hij loopt door naar de slaapkamer en legt Esther op bed. En kruipt bij haar en streelt haar zachtjes over haar rug en hoofd.

Esther wordt weer rustig en op een gegeven moment valt zij in slaap.

Rob staat dan maar op, en dekt haar toe.

Dan gaat hij de kajuit in en begint op te ruimen. Alle zakken zilver , en broodjes goud

Gaan allemaal onder dek. Onder in de ruimte waar ook de kiel zit. Hierdoor blijft de boot beter stabiel. Omdat al het gewicht van het goud en zilver op het diepste punt van het schip liggen. De zakjes edelstenen zijn natuurlijk minder zwaar, maar besluit hij toch om deze in de accu ruimte te leggen. Uit het zicht en goed verstopt.

Als hij eenmaal klaar is, is hij ruim 3 uur verder en behoorlijk afgepeigerd.

Hij pakt nog een flesje water en gaat nog even aan dek, en kijkt dan naar boven en ziet weer te twee manen, die elkaar nu bijna passeren. Het blijft een vreemd gezicht, en terwijl hij naar boven kijkt, ziet hij een vallende ster. Iets wat hij in al die tijd niet gezien heeft. Hij glimlacht en doet in stilte een wens. “ dat ze maar veilig weg mogen komen “. En gaat dan weer naar binnen en sluit de kajuit af. Dan kleed hij zich uit tot op zijn boxer na en kruipt naast Esther.

En is binnen 5 minuten in slaap.

Hij wordt wakker en voelt het schip behoorlijk slingeren en kijkt opzij, Esther is al wakker en ligt hem aan te kijken.

“ Hi kanjer “ fluistert hij zachtjes “ gaat het weer een beetje? “. Esther knikt en antwoordt wat vragend” ja, het gaat wel weer, heb ik erg raar gedaan dan gisteren”

Nou ja en nee, ik ben alleen verbaasd over je schietkunsten, waar heb je dat vandaan?”

Esther zucht en zegt “ nú begrijp ik mijn dromen en mijn gevoelens. Ik zal het je wel vertellen want ik denk dat ik gisteren weer even terug was in de tijd. Toen we nog in Afrika woonden heb ik geweer schieten geleerd van mijn ouders. Vooral van mijn moeder, mijn vader had het niet zo op wapens. Maar kon er wel heel goed mee omgaan, mijn moeder was ook een fervent jager, voornamelijk klein wild, wat we ook aten. Maar in de streken en plekken waar mijn ouders voornamelijk werkten als artsen zonder grenzen, waren aanvallen van rebellen of het zogenaamde veilige leger heel gewoon. En waren de wapens ook vaak ter bescherming. Ik heb dus van kinds af aan geleerd om met een geweer te schieten. Eerst met een luchtbuks, toen klein kaliber en vanaf mijn 12de met een groot kaliber. En toen we in Zambia woonden tijdens de Zambezi War, toen ik 14 was zijn we aangevallen door het Rhodesische Leger, en toen hebben we echt terug moeten vechten. Mijn vader is hierbij om het leven gekomen, mijn moeder is uiteindelijk gevangengenomen en verkracht en daarna meerdere malen neergeschoten. Hetgeen ze op wonderlijke wijze heeft overleefd.

Ik heb weten te vluchten en ben pas na 3 dagen terug gekeerd naar het kamp. Waar toen een soort vredesmacht aanwezig was.

En toen mijn moeder stabiel genoeg was om vervoerd te worden naar Europa terug gebracht. We hebben nooit geweten waar papa nou precies is begraven.

Dus ja, het schieten was een beetje een soort herinnering aan wat er toen is gebeurd.” Rob kijkt haar aan en zegt dan “ wat moet dat een verschrikkelijk traumatische ervaring zijn geweest, maar het verklaart wel een heleboel dingen Esther”. Esther kijkt naar beneden en zegt “ nú ben je zeker bang en wil je me straks niet meer zien? “. Rob komt overeind en neemt Esther nu in zijn armen en kust haar zachtjes en zegt dan zachtjes “ Echt niet ik laat je nooit meer gaan! Ik hou van je en daar verandert het gebeuren van gisteren niets aan. Jij bent in dit geval de held en mijn redding geweest. Ik had nooit zo goed ons kunnen verdedigen als jij hebt gedaan. “

Dan knuffelen ze elkaar en kruipen tegen elkaar aan. Tot Rob zegt “ we moeten eruit schat”. De boot ligt veel zwaarder te stampen dan normaal, volgens mij is er zwaar weer op komst. We moeten of terug of we moeten verder voordat het echt gaat stormen “

Esther reageert direct en zegt “ laten we kijken of we nú open zee kunnen bereiken en daar een eventuele storm doorstaan”

Een vijftal minuten later zijn ze aangekleed beide in hun zeilpakken. Het zeilpak van Esther is duidelijk vele malen gerepareerd maar nog steeds geschikt en wind en water dicht. Rob is al in de Kuip, heeft de motor gestart en zich aangelijnd. Dan naar voren en ontgrendelt het anker. Terug en de ankerlier aan. En 10 minuten later zijn ze onderweg naar de uitgang van de baai.

Rob besluit om zijn dieptemeter aan te zetten en houdt deze angstvallig in de gaten en ziet een bijzonder grimmig bodem verloop. Esther heeft ondertussen wat te eten gemaakt en komt ook naar buiten. En neemt het roer over terwijl Rob snel zijn ontbijt naar binnen werkt. Als ze op een meter of vijftig de monding van de baai bereiken, begint de diepte meter te gillen en zien ze hele rare stroom patronen. Rob verlegt gelijk koers om een aanvaring met de onderwater rotsen te voorkomen.

Esther kijkt ook gespannen toe terwijl Rob uitlegt wat al die meters en piepjes van de diepte meter aangeeft.

Ze varen nú eigenlijk dwars over de baai zoekend naar een door gang.

Die maar niet komt, tot ze een plek zien die diep genoeg is om door te varen.

Maar helaas te smal voor de boot.

Ze varen verder maar hou meer ze richting de rotswand varen hoeveel meer rotsblokken en ondiepte ze zien.

Rob vloekt, “ verdomme we zitten vast, is maar een plekje waar we eventueel door zouden kunnen komen maar daar zitten twee grote koraalriffen. Die rijten zelfs dit schip open “. Esther staat ook stilletjes te schelden, maar zegt dan “ vaar daar nog eens heen Rob, even kijken hoe breed het nou precies is”. Rob draait de ‘magic’ weer en vaart terug naar de smalle doorgang in het rif. De wind is wat gaan liggen maar er staat nog een behoorlijke deining.

Even later dobberen ze wat voor het gat en Esther zegt “ kan je er nog iets meer naar toe varen met de punt eerst, dan kan je diepte meter kijken hoe ver het doorloopt”

Rob knikt en stuurt de boot langzaam de smalle doorgang in. En beide zien nu op het scherm van de dieptemeter de twee punten omhoog steken. Het is een vrij diepe punt maar aan weerszijden loopt het stijl omhoog. Het is ongeveer maar een vijf of zes meter die ze moeten overbruggen. En daarachter lonkt de zee.

Rob gromt daar kunnen we niet doorheen Esther het is gewoon te smal. Als die rechter punt nou eens wat kleiner of lager zou zijn, dan ging het lukken. Maar kan moeilijk hier het water in om met een hamer te gaan hakken. Voordat ik er ben word ik waarschijnlijk al opgevreten door de haaien. Want ik weet niet of je het gezien hebt op het scherm, maar er zwemmen behoorlijk wat van die rot beesten rond de boot.”

“ haaien! “. Roept Esther “ dat is het Rob haaien! “. Rob kijkt Esther nú heel dom aan en zegt dan. “ wat bedoel jij nou? “

Esther staat bijna te springen in de Kuip.

“ Rob wat heb ik nou meegenomen voor die klote beesten! “. Dan valt bij Rob het kwartje “ de handgranaten ! Ja. Dat is het. We gooien al die dingen een voor een in het gat en voornamelijk op die rechter punt. We blazen het gewoon op ! “

Esther zegt “ Rob ik kan waarschijnlijk niet zo ver gooien dus als jij nú naar de punt gaat en die dingen dan daar heen gooit, dan hou ik de boot wel op veilige afstand “

“ Oké strak plan “ zegt Rob en duikt in de bakskist en haalt de twee pukkels met handgranaten eruit.

Hij haakt zich weer aan de lifeline en loopt naar voren. Daar opent hij de eerste pukkel en pakt de eerste granaat eruit.

Trekt de pin eruit en gooit hem zover mogelijk op de grote punt. Er gebeurt even niets maar dan een keiharde knal en een zuil water en stukjes rots vliegen omhoog.

Een tweede en een derde. Weer die knallen en Rob ziet een stuk rif afbreken en de diepte in verdwijnen. “ Het werkt ! “ roept hij en ziet dat Esther staat te juichen en ze steekt een duim omhoog. Rob grijpt nu de ene na de andere granaat en gooit ze op en rond de pilaar van het koraal rif.

Explosies dreunen, het water spuit omhoog, stukken koraal vliegen in het rond.

De eerste pukkel is nú leeg, zeker een 30 tal granaten hebben het rif al een groot deel doen afbrokkelen. Rob zijn oren tutten en hij loopt even terug naar de kuip. Samen met Esther vaart hij weer iets op het gat toe en zien dat er al behoorlijk stuk is weggeblazen. Rob vliegt Esther om de hals. “ het werkt! Het werkt echt! Nog een klein stukje “. Ze kijken naar de punt, en zien de zee gewoon bewegen. Want overal drijven dode visjes maar die worden nú opgegeten door grote vissen en daar draait ook de eerste grote haai in het rond. Links en rechts vissen grijpend Esther grijnst gemeen en zegt “ gooien Rob twee vliegen in één klap, een gat maken en die klote beesten afmaken”. Rob grijnst terug en loopt weer naar voren “

En even later vliegen de granaten weer door de lucht. Om met een klap te ontploffen en bij de derde zien ze het water gewoon rood kleuren. Als Rob weer bukt om de volgende granaten te pakken krijgt de boot een opdoffer en Rob weet zich nog net vast te grijpen aan de preekstoel. “ Esther varen we nu ergens tegen aan? “ roept hij.

Maar op het zelfde moment ziet Rob een gigantische haai draaien “. Jezus. Jaws ! “

Roept Rob. En weer ramt de gigantische kop tegen de boot. De pukkel met handgranaten schuift naar de rand en Rob weet hem nog net te grijpen maar er vallen er toch nog twee uit. “ vol gas achteruit ! “. Gilt Rob naar Esther en even later schiet de Magic achteruit waardoor de gigantische haai nu net langs het schip schampt. Rob ziet hem onder duiken maar het is niet zo heel diep dus Rob kan het beest volgen. Hij roept weer “ Volgas vooruit en hard bakboord! “

De magic stopt even trilt en schokt en draait dan door naar links, “ laat hem rond draaien Esther, hij heeft het op ons roer en motor voorzien “ “ ik zie hem !” gilt Esther “ hou je vast !”

Weer trilt en schudt de magic maar dat komt voornamelijk door dat Esther de moter weer in zijn achteruit gooit en de boot naar rechts laat draaien, hierdoor schampt het monster weer de boot en draaien ze schuddend en schommelend verder door rechts. Ze zijn net een stierenvechter die de aanvallen van een woedende stier steeds weet te ontwijken. Maar dit is een kwestie van tijd want het is een ongelijke strijd. De stier is hier groter en sterker en slimmer. Rob weet zich vast te houden en heeft de pukkel nu in de anker bak gegooid zodat hij niet van boord kan vallen.

Dan ziet hij de haai weer draaien en weer op het achter schip afkomen hij grijpt een granaat pin eruit en gooit hem dan richting het achterschip in de baan van de haai.

Esther laat het schip weer draaien maar dan is er die klap en de magic wordt omhoog getild door de drukgolf. Esther vloekt “ kan je dat niet even zeggen lul ! “ geschrokken door de klap maar ziet dan ook dat de gigantische haai uit zijn baan is gebracht en ziet zij het nu goed, het monster is geraakt.

Ze ziet het beest weer draaien en komt nu met zijn gigantische kop half boven water op de boot afstevenen. Rob ziet het ook en heeft ondertussen weer twee granaten in zijn hand reeds met de pin eruit.

De kop komt dichterbij, de bek gaat open en twee granaten vliegen door de lucht. Esther draait de Magic en de motor brult en de eerste granaat ontploft net boven de kop terwijl de haai zijn kaken laat dicht slaan met de andere granaat erin. De tweede dreun knikt gedempt maar zien de kop van de haai half uit elkaar klappen. De zee kleurt rood terwijl de magic afstand creëert. Dan breekt de hel los onder water. Het krioelt opeens van de haaien en andere vissen. Die nog nooit zo een grote prooi hebben gehad. Het is het recht van de sterkste, eten of gegeten worden. Ditmaal zijn zij de baas.

Rob kijkt in zijn pukkel en ziet nog minstens 20 granaten en besluit het feestmaal nog even kracht bij te zetten. En gooit snel achter elkaar 3 granaten in de kolkende massa. De dreunen maken weer behoorlijk wat slachtoffers maar hij kan er niet mee zitten. Alles wat daar nu zwemt bijt verblind en opgefokt door het bloed in het rond. Het bijt en wordt gebeten. Wat dan zijn einde betekent in deze kolkende zee.

Rob loopt weer terug naar de kuip, en slaat zijn armen om Esther heen, en bibberend en trillend van de stress houden ze elkaar nu vast terwijl de motor nú weer rustig stationair draait. Kijkend naar de slachting en het feestmaal in de zee.

“ Dat was close “ zegt hij “ perfect gewerkt Esther “. Esther geeft hem een zoen op zijn wang, en zegt “ goed gegooid ventje “

En beide kijken ze naar de plek die maar blijft schuimen.

“ Wat doen we “. Vraagt Rob, ík heb weinig zin om nu weer dat gat in te varen en granaten te gooien. Met het risico haaien voer te worden. De wind is behoorlijk gaan liggen. We kunnen morgen binnen 20 tot 30 minuten weer terug zijn. Als we in de buurt van de rotswand gaan ankeren. We liggen dan redelijk beschermd en beschut en vrijwel onzichtbaar voor wie dan ook”

Esther knikt “ we weten nu waar we morgen moeten zijn en hoe we hier weg kunnen komen. Laten we nog maar nachtje rustig gaan slapen “

En even later zetten ze koers naar de rotswand, op zo’n dertig meter voor de stijle wand staat een veilige 10 meter water onder de kiel. En Rob laat het anker zakken. Als ze op de stroom gedraaid zijn gooit hij ook achter een klein anker uit zodat ze stabieler liggen en niet te veel op de stroming en golven reageren.

Dan kruipen ze tegen elkaar aan op de banken en kijken op een afstand toe naar een nog steeds onrustige zee waar de vreetorgie plaats vindt.
Trefwoord(en): Eiland, Suggestie?
Geef dit verhaal een cijfer:  
5   6   7   8   9   10  
Klik hier voor meer...
Klik hier voor meer...