Door: Jefferson
Datum: 18-04-2025 | Cijfer: 9.7 | Gelezen: 2384
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 79 minuten | Lezers Online: 4
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 79 minuten | Lezers Online: 4
BlackRoom Sessions
Ze was halverwege een nieuw opiniestuk over de ethiek van performatieve seks toen de DM binnenkwam. Verstuurd via het geverifieerde account van BlackRoom Sessions, de podcasttak van NoirVision – een mediaplatform dat zich toelegt op hoogwaardige, visueel gedurfde content rond interraciale erotiek. Fieneke had het platform in haar lezingen eerder omschreven als “raw, hyperseksueel en moreel twijfelachtig, maar tegelijk sociaal-relevant.”
De boodschap bestond uit één zin. En één vraag. “We lazen je artikel over racialisering in porno. Zin om het gesprek met ons aan te gaan?” Geen aanhef, geen context. Gewoon zo. Zelfverzekerd, licht uitdagend, met een ondertoon die net persoonlijk genoeg was om effect te hebben. Ze had haar telefoon drie keer vergrendeld en weer geopend voordat ze reageerde. Niet uit twijfel, maar omdat ze haar woorden zorgvuldig wilde kiezen.
Ze kende het platform. In haar vorige stuk had ze het al eens bestudeerd. Verwerpelijk vond ze het. Maar juist daarom had ze er aandacht aangegeven. Jay was hun vaste podcastpresentator: geslepen, verbaal virtuoos, met een stem die het midden hield tussen charme en controle. Fieneke zou de hoofdgast zijn. Maar er zouden ook twee gasten zijn vanuit het bedrijf zelf. Jean Paul – meestal gewoon JP – was een van hun bekendste pornoacteurs, fysiek imposant, met een reputatie die zowel op beeld als in debat z’n sporen had nagelaten. Ze wist wie hij was. En dan was er BiBi-Cee, het witte redactiemeisje dat schreef en sprak voor het online magazine van NoirVision. Ze presenteerde zich als influencer, maar stond vooral bekend om haar openlijke bewondering voor zwarte mannelijkheid – en haar schijnbare onvermogen om daar kritisch op te reflecteren. Fieneke vond haar vooral storend. En interessant. Misschien omdat BiBi alles was wat zij verafschuwde: een meisje dat haar seksuele voorkeur verkocht als politiek bewustzijn. Precies dat wat Fieneke wilde stoppen.
Maar Fieneke zei ja. Ook zij mocht nog iemand meenemen, als ze dat wilde, maar ze vond dat niet nodig. Ze stond sterk. En ze wist wat te zeggen en wat haar boodschap was. Dit was een serieuze uitdaging. En die zag ze graag tegemoet zonder afleiding.
Niet voor het spel. Niet voor de aandacht. Maar omdat ze wist dat ze het aankon. Ze was rationeel, scherp, en gewend om haar ideeën helder te verwoorden, ook onder druk. Als zij zich ergens over uitsprak, dan was dat goed doordacht, onderbouwd met literatuur en gevoed door ervaring. Haar mening stond niet los van haar overtuiging, en haar overtuiging was geen façade. Ze geloofde in wat ze zei.
Fieneke was twintig, studeerde journalistiek, en woonde op kamers in een wijk waar de gevels net zo progressief waren als de gesprekken aan de eettafel. Ze was al jong omringd geraakt door mensen die kritisch nadachten over macht, representatie en privilege, en ze had die gesprekken verslonden als een tweede natuur. Haar betrokkenheid was echt. Geen pose. Geen modieuze houding. Woke zijn was voor haar nooit een identiteit, maar een noodzaak – een manier om helder te blijven kijken in een wereld die voortdurend aan je trok.
Toch wist ze dat ze bekeken werd. Niet om wat ze zei, maar om hoe ze eruitzag. Ze was lang, slank, gespierd waar het telde en rond waar het opviel. Haar huid glad, haar blik scherp, haar haar zwaar en glanzend. Ze droeg nette, stijlvolle kleding, zonder nadruk, maar haar lichaam viel nooit weg. Ze deed er niets mee. Ze speelde er niet mee. Want het innerlijk telde. De gedachte. De stem. Aantrekkingskracht mocht dan bestaan, ze vond het zelden interessant. En al helemaal niet bepalend.
Seks was voor haar abstract. Geen ervaring, hooguit observatie. Ze kon er helder over schrijven, soms zelfs indrukwekkend overtuigend, maar wat ze voelde en wat ze geloofde zaten niet altijd op dezelfde lijn. Misschien, heel misschien, wist ze al meer dan ze wilde toegeven. Maar ze had er nooit iets mee gedaan. Nooit iets op gezocht. Nooit iets opgewekt.
En dus, als mannen haar aankeken – soms iets te lang, soms zonder filter – dan gaf ze daar geen betekenis aan. Niet per afkomst. Niet per huidskleur. Aantrekkingskracht was individueel, contextueel, gevormd door cultuur, beelden en ervaring. Niets wat wezenlijk verschilde tussen wit of zwart. Wie dat beweerde, zat gevangen in dezelfde raciale logica die zij probeerde te ondermijnen.
Dus ja, misschien bleven sommige blikken iets langer hangen. Misschien zouden anderen zeggen dat ze vaker honger zagen in donkere ogen dan in andere. Maar zij merkte dat niet.
Ze lette er niet op. Ze wilde er ook niet op letten.
En zelfs als het zo was, dan had het geen betekenis.
Niet voor haar.
Ze weigerde om er meer in te zien dan toeval.
De ochtend van de opname was helder en droog. Fieneke stond met nat haar voor haar kledingkast, handdoek strak om haar middel, terwijl haar telefoon op luidspreker lag. In de kamer klonk het geritsel van kledinghangers, afgewisseld door de bezorgde stem van Renée. “Ik zeg dit alleen omdat ik je ken, oké? Die studio is niet gewoon een tafel met microfoons. Het is… ruw. Echt ruw. Je gaat daar alleen naartoe?”
Renée studeerde net als zij journalistiek, was even oud, maar een wereld van verschil in alles wat niet in cijfers te vangen viel. Voorzichtig, genuanceerd, altijd bedachtzaam. Waar Fieneke haar woorden als wapens koos, koos Renée ze als verband. Ze discussieerden vaak, maar hielden van elkaar als zussen. En juist daarom wist Renée wanneer ze moest bellen.
Fieneke hield een getailleerde witte top tegen haar borst en draaide zich naar de spiegel. Haar blik gleed iets langer dan nodig langs haar silhouet, zonder dat ze het zelf doorhad. Ze merkte niet hoe haar hand de stof een fractie strakker tegen haar lichaam trok. “Dat is toch juist het punt? Dat ze me tegenover zich krijgen. Dat ik zeg wat niemand in hun bubbel tegen ze zegt.”
“Maar Fien…”
“Ik ben alleen uitgenodigd voor een gesprek,” zei Fieneke, haar stem kalm, licht geamuseerd. “Dus dat is wat ik ga doen. Een pittig, intellectueel gesprek. Meer niet.”
Renée zuchtte hoorbaar. “En als dat gesprek ineens over jouw lichaam gaat in plaats van over hun systemen? Je weet hoe ze zijn, Fien. Hun content is altijd visueel, lichamelijk, persoonlijk. Ze praten over lichamen alsof het statements zijn. En jij zit daar straks als enige witte vrouw tussen twee mannen die daar hun werk van maken.”
Fieneke draaide zich om en liet de top op bed vallen. “Dan corrigeer ik ze. In volzinnen. Met bronvermelding.” Ze glimlachte naar haar spiegelbeeld. Niet spottend, maar tevreden. Ze was blij met haar keuze. Blij met wat ze zag. En vooral blij met zichzelf. Ze wist hoe dit klonk. Maar ze voelde zich zeker. Als iemand die haar wapenrusting kende.
Ze trok de top aan – hooggesloten, maar strak rond haar borst. Glanzend als zijde, ivoorwit op haar licht gebruinde huid. Het rokje dat ze erbij koos viel smal om haar heupen en reikte tot halverwege haar dijen. Zwart, zacht, elegant. Haar benen waren geschoren, haar huid glad. Ze bracht een vleugje blush aan, net genoeg om haar jukbeenderen te accentueren. Een dunne lijn mascara, een vleugje glans op haar lippen. Niet uitdagend. Niet onderdanig. Ze wilde niet opvallen om haar uiterlijk – maar ze weigerde zich kleiner te maken dan ze was.
Toch was dit veel, voor iemand die altijd beweerde dat het innerlijk voorop stond. Veel zorg, veel aandacht. En hoewel ze zich daar niet van bewust leek, straalde haar voorbereiding een concentratie uit die verder ging dan puur professioneel. Ze voelde spanning. Niet de scherpe adrenaline van een confrontatie, maar iets zachters. Iets wat haar handen net iets langzamer deed bewegen over de stof. Iets dat haar nog ontging.
“Ik begrijp dat je het spannend vindt,” zei ze uiteindelijk, terwijl ze haar ketting sloot. “Maar dat betekent niet dat ik het niet moet doen.”
“Dat zeg ik ook niet,” kwam het antwoord zacht. “Ik wil gewoon niet dat je straks… ja, dat je iets voelt waar je niet op voorbereid was.”
Fieneke stopte even met bewegen. Dat klonk belachelijk.
“Zoals wat?”
“Zoals wat ze daar oproepen. In vrouwen. Die vibe. Je denkt dat je erboven staat, maar misschien sta je er ineens middenin.”
Ze keek naar zichzelf in de spiegel. Haar blik helder, haar houding recht.
“Dat zou impliceren dat ik niet weet wie ik ben.”
Renée zweeg even. “Misschien wel wie je bent, maar niet wat je oproept.”
Er viel een korte stilte.
Toen haalde Fieneke adem, kalm. “Ik roep alleen op wat ze projecteren. En dat zegt meer over hen dan over mij.” Dat wist ze zeker. Al keek ze kort twijfelend naar haar spiegelbeeld. Voordat er een andere gedachte kon opkomen, herinnerde ze zich aan haar zaak. Wat zij deed, was goed. Wat zij deden, was fout. En dat was de waarheid. En iemand moest ze dat gaan vertellen.
Ze beëindigde het gesprek, pakte haar tas en liep de trap af. Haar hakken tikten ritmisch op de stenen. Geen aarzeling. Geen spanning. Alleen vastberadenheid.
Alleen gaan was geen risico.
Het was een keuze.
En Fieneke koos altijd bewust.
Het studiogebouw lag in een zijstraat van een oud industriegebied, omgetoverd tot een creatief cluster vol designbureaus, podcasts, productiehuizen. Van buiten was het niets bijzonders: baksteen, rookglas, een zwart metalen hek dat automatisch openschommelde toen ze naderde. Ze meldde zich via de intercom en werd binnengelaten met een kort gebrom.
Terwijl ze de stoep overstak, herhaalde ze in haar hoofd haar belangrijkste argumenten. Ze wist waar ze op aangevallen zou worden: haar toon, haar generalisaties, haar gebrek aan ervaring misschien. Maar daar had ze over nagedacht. Ze had haar bronnen op orde, haar inzichten helder. Voor elke aanval had ze een tegenzet. En ze voelde zich gesterkt door de voorbereiding. Deze confrontatie was geen risico, het was een kans – om hun retoriek bloot te leggen en haar punt krachtig te maken. Ze liep met rechte rug en een gecontroleerde ademhaling. Vol zelfvertrouwen. Alsof ze al gewonnen had.
Binnen wachtte een andere wereld. De vloer was diepgrijs beton, gepolijst tot een zijdeachtige glans. De muren waren donker, bijna zwart, met hier en daar matgouden accenten, en foto’s in grote lijsten: vrouwen in zwart-wit, kussend, buigend, kreunend, vastgehouden. Soms teder. Vaker krachtig. Het was smaakvol – en onmiskenbaar seksueel geladen. Alles ademde controle. Alles was gemaakt om mooi te zijn. En intiem.
Haar blik bleef hangen op één foto. Een zwart-wit close-up van een zwarte lul, zwaar, slap nog, maar duidelijk enorm. Elk detail zichtbaar, de textuur, de contouren, de nadruk. Het hing er gewoon. Zonder uitleg. Zonder context. Ze voelde haar keel even schrapen, alsof iets haar stem wilde onderbreken. Dit was waarom ze hier was. Precies dit. Om dit te bevragen. Om dit tegen te gaan. Ja, dat was het.
Bij de balie zat een jonge zwarte man. Zijn huid glansde, zijn stem was laag en warm toen hij haar begroette. "Welkom. Jij bent Fieneke, toch?" Geen formulier, geen pas, alleen haar naam. Hij keek haar aan met een lichte glimlach, zijn blik open, niet opdringerig, maar zonder schroom. “Je zit bij Jay, JP en BiBi. Mooie aflevering wordt dat.” Zijn toon was vriendelijk. Maar iets in zijn stem bleef hangen. Ze glimlachte, knikte, en liep verder.
Een vrouw begeleidde haar via een glazen deur naar de opnamestudio. De gang was stil en donker, met zacht indirect licht langs de vloer, alsof alles onder de oppervlakte gebeurde. Boven de gangen hingen bordjes: 'Redactie', 'Casting', 'Postproductie', 'Personeelsruimte'. Maar ook namen als 'Indulgence', 'Raw Cut' en 'The Black Room' – titels die weinig aan de verbeelding overlieten. Her en der liep iemand voorbij. Wat haar opviel: alle vrouwen waren wit. En aantrekkelijk. Niet zomaar verzorgd, maar opvallend mooi. Alsof uiterlijk hier een voorwaarde was, geen toeval. Alle mannen waren zwart. Ze schudde haar hoofd. Het was nog erger dan ze dacht, dacht ze cynisch.
Zelfs de vrouw die haar begeleidde leek van een castinglijst te komen: lang, elegant, benen als lijnen, een gezicht uit een luxemerkencampagne. Ze was uiterst beleefd, professioneel zelfs, bijna normaal – als dit geen setting was geweest die in alles aanvoelde als het tegenovergestelde van normaal.
Aan de muren opnieuw beelden: schaduwen van lichamen, beweging, contouren. Ze probeerde zich te focussen op haar ademhaling. Ze voelde zich nog steeds zeker. Maar er zat iets in haar buik – een lichte draaiing, alsof de zenuwen niet alleen rationeel waren. Alsof haar lichaam iets wist dat haar hoofd nog niet benoemde.
De vrouw opende een deur. "Je mag hier nog even wachten. Ze zijn bijna klaar met de setup."
Ze knikte. De ruimte was kleiner dan verwacht. Zacht verlicht, met een ronde tafel, drie microfoons, een paar stoelen. Eén camera stond al aan, gericht op het midden. Alles was klaar voor haar binnenkomst. En toch voelde het alsof iets nog moest beginnen.
Ze zat nog geen vijf minuten alleen in de opnameruimte toen de deur zachtjes openging. Fieneke keek op. Een vrouw stapte naar binnen, lang, slank, met een zacht gezicht en helderblauwe ogen onder een losse, blonde paardenstaart. Haar huid was egaal, haar glimlach ontwapenend. Ze droeg een lichte blouse en een jeans, casual maar stijlvol, alsof ze net uit een Scandinavische campagnefoto was gestapt.
"Hey," zei de vrouw vriendelijk. "Ik ben Whitney."
Whitney? Fieneke knikte, glimlachte terug. Haar eerste gedachte bleef onuitgesproken. Wat komt zij hier doen? Geen make-upjunkie. Geen overduidelijke porno-babe. Geen ‘BiBi-Cee’. Gewoon… normaal. Mooi, maar ingetogen. Misschien van de make-upafdeling? Of redactiemedewerker? Ze leek niet het type dat je bij een organisatie als deze zou verwachten. En toch... er zat iets in haar houding, iets in haar manier van kijken en zitten, dat duidde op vertrouwdheid. Stond ze aan haar kant? Of was ze juist gekozen om haar te verrassen? Fieneke wist het niet. Haar stem had een lichte, Amerikaanse melodie, vriendelijk en helder.
"Jij bent Fieneke, toch?" vroeg Whitney, terwijl ze tegenover haar plaatsnam.
"Klopt," zei Fieneke.
Er viel even een stilte. Whitney streelde gedachteloos met haar vingers over de rand van haar koffiebeker. Toen: "Wat vind je ervan, tot nu toe?"
Fieneke haalde haar schouders licht op. "Het gebouw is indrukwekkend. Visueel sterk. Maar... het voelt ook heel bewust georkestreerd. Alsof alles hier bedoeld is om iets op te roepen. Iets lichamelijks. Iets... geladen."
Whitney knikte langzaam, een glimlach speelde om haar lippen, alsof ze die reactie had verwacht. Maar voor ze iets kon terugzeggen, ging de deur opnieuw open.
Twee mannen stapten tegelijk binnen. Donkere silhouetten tegen het tegenlicht van de gang. Groot, breed, kalm. Eén van hen droeg een strakke zwarte trui over gespierde schouders, de ander een wit T-shirt dat contrasteerde met zijn diepe huid. De sfeer in de ruimte veranderde direct. Het gesprek viel stil. Alsof er iets zwaars mee naar binnen was gelopen – iets wat niet benoemd hoefde te worden, maar wel meteen aanwezig was.
En Fieneke voelde zichzelf rechtop gaan zitten.
De man in het zwart stapte als eerste naar voren. "Jay," zei hij met een open glimlach, terwijl hij Fieneke’s hand schudde. Zijn handdruk was stevig, warm, met net genoeg druk om krachtig te voelen zonder opdringerig te zijn. "Welkom, Fieneke. Goed dat je er bent."
Hij draaide zich iets opzij en gebaarde naar de andere man. "Dit is Jean Paul. Of JP, als je dat makkelijker vindt."
Ook JP gaf haar een hand. Zijn vingers waren lang, zijn handpalm breed, zijn aanraking beheerst. Hij glimlachte vriendelijk. "Aangenaam. We hebben je stukken gelezen. Mooie scherpe pen."
Voordat Fieneke iets kon zeggen, richtte Jay zich tot Whitney. "BiBi, jij zat al even met haar?"
Fieneke’s ogen vernauwden zich. BiBi? Haar blik schoot naar Whitney, die onbewogen glimlachte. Dít is BiBi-Cee? Alles in haar voorkomen had dat tegengesproken. Ze was het tegenovergestelde van het beeld dat Fieneke van haar had gevormd: geen uitzinnige blik, geen overdreven flirt, maar een zachte aanwezigheid met weloverwogen charme.
Maar ook Jay en JP waren niet wat ze had verwacht. Geen dominant haantjesgedrag, geen zelfingenomen poses. Ze waren warm. Hartelijk zelfs. Rustig. Complimenteus. Ze gaven haar de ruimte, boden haar iets te drinken aan – water, koffie, kruidenthee – en wezen zonder ophef de zitplaatsen aan.
Fieneke zuchtte zachtjes. Niet hoorbaar voor de anderen, maar wel voelbaar in haar lijf. Het overviel haar. De vriendelijkheid. De vanzelfsprekendheid. Het gebrek aan strijd. Ze voelde zich even uit haar element. De zenuwen die opkwamen waren anders dan ze kende. Geen adrenaline van een debat. Maar een stil soort onzekerheid.
En dus werd ze stil.
Iedereen nam plaats. Er werd nog gemoedelijk naar elkaar geknikt, een kort lachje hier en daar, handen over tafel, koffiebekers verschoven. Jay keek naar haar. "Ready?"
Fieneke knikte.
"Top," zei hij. "Nog even snel: alles is live. We filmen, we streamen, en we knippen niet achteraf. We bespreken expliciete onderwerpen. Soms laten we ook expliciete beelden zien, als ze relevant zijn voor het gesprek. Dat weet je, toch?"
Fieneke knikte opnieuw. "Daarom ben ik hier," zei ze.
In haar hoofd klonk het harder: Precies daarom. Om dit te stoppen.
De microfoons stonden aan. De camera zoemde zacht. Jay gaf een kort knikje naar de technicus achter het glas, wachtte het onzichtbare teken af, en richtte zich tot de camera. "Welkom bij een nieuwe aflevering van BlackRoom Sessions, rechtstreeks vanuit het hart van NoirVision. Vandaag hebben we een bijzondere gast aan tafel: journalistiek studente, opiniemaker, en iemand die online de nodige pennen in beweging heeft gebracht – Fieneke."
Hij keek haar aan met een warme glimlach. "Fieneke, welkom."
"Dank je," zei ze beheerst, haar rug recht, handen gevouwen voor zich op tafel.
Jay richtte zich weer tot de camera. "Vandaag praten we over representatie. Over erotiek. En over grenzen. Wat is empowerment, wat is exploitatie? En wie mag dat bepalen?"
Hij draaide zich terug naar haar. "Laten we beginnen met jou. Je schreef een stuk over de racialisering van porno, en hoe interraciale dynamieken daarin problematisch kunnen zijn. Kun je dat kort toelichten voor onze luisteraars?"
Fieneke knikte. "Zeker. Mijn stelling is dat de pornografie waarin zwarte mannen seks hebben met witte vrouwen, vaak voortbouwt op oude koloniale beelden. Dominantie, fetisjering, het idee van de ongeremde zwarte man tegenover de onderworpen witte vrouw. En dat dat in hedendaagse content – ook bij jullie – wordt herhaald, zij het op stijlvolle, maar nog steeds problematische wijze."
Jay knikte langzaam. "Sterke punten. En hoe zie je de rol van NoirVision daarin? Ik bedoel – je zit hier aan tafel, bij ons. Waarom deze plek om dat geluid te laten horen?"
Fieneke hield zijn blik vast. "Omdat het hier gebeurt. Dit is het epicentrum. Het is makkelijk om op afstand te schrijven, moeilijker om naar binnen te stappen. Maar ik geloof dat als je iets wil veranderen, je het moet durven benoemen waar het leeft. In het hol van de leeuw, ja. Maar dat is precies waar de dialoog moet plaatsvinden."
Jay knikte nogmaals, iets trager. "En dat doe je beleefd. Heel beheerst."
"Met schreeuwen bereik je niets," zei Fieneke rustig. "De patronen die ik wil blootleggen zijn geraffineerd. Dus mijn toon moet dat ook zijn."
Jay leunde iets naar JP. "Wat denk jij, JP?"
JP boog zich iets naar voren, zijn toon bedachtzaam. "Ik zie het, en ik begrijp de zorgen. Maar zou je ook kunnen zeggen dat het soms gewoon... seksuele voorkeur is? Dat mensen aantrekken wat hen aantrekt?"
"Zeker," zei Fieneke, terwijl ze hem aankeek. "Maar dat wat mensen aantrekkelijk vinden, ontstaat niet in een vacuüm. Het wordt gevoed door cultuur, beeldvorming, geschiedenis. En in de porno-industrie zie je dat op z’n scherpst: gespierde, zwarte mannen die nauwelijks iets zeggen behalve kreunen en nemen. Witte vrouwen die hun intelligentie achterlaten zodra de camera draait. Die zich laten gebruiken, laten vullen – zonder context, zonder nuance. Dát is wat wordt geframed als aantrekkingskracht. En daar moeten we iets van vinden. Want het is niet de aantrekking naar een ander lichaam die problematisch is. Het is hoe die aantrekking wordt vormgegeven – en steeds opnieuw wordt verteld volgens dezelfde, luie extremen."
Jay knikte bedachtzaam. "Je schetst een stevig beeld. Maar wat als het simpelweg fantasie is? Iets waar mensen naar kijken, juist omdat het niet echt is?"
JP haakte in. "De meeste kijkers weten toch wel dat het gespeeld is. Net zoals niemand gelooft dat elke pizza-bezorger zo binnenkomt. Het is een industrie, een spel. En er is duidelijk een markt voor."
Fieneke draaide zich iets in haar stoel, haar houding nog beheerst, maar haar stem kreeg scherpte. "Dat is precies het probleem. Het wordt als spel verpakt, maar de impliciete boodschappen zijn echt. De fantasie is niet onschuldig als ze telkens dezelfde beelden herhaalt: de domme, gretige witte vrouw. De zwijgende, dierlijke zwarte man."
Ze keek van Jay naar JP. "Dat zijn geen neutrale rollen. Ze komen voort uit een geschiedenis van overheersing en vernedering. En als die beelden herhaald blijven worden – zogenaamd als 'fantasie' – dan houdt dat iets in stand. Iets dat ook buiten de slaapkamer doorwerkt."
"En," voegde ze er, nu feller, aan toe, "het voedt onzekerheden. Bij zwarte mannen die denken dat ze altijd moeten presteren. Bij witte vrouwen die zich afvragen of ze begeerlijk zijn zonder zich onderdanig op te stellen. Het vervormt verlangen. Het maakt van seks een toneelstuk waarin niemand zichzelf mag zijn."
Ze leunde iets voorover. "En het ergste is nog: daar wordt geld mee verdiend. Veel geld. Want hoe extremer, hoe beter het verkoopt. Dat is de dynamiek. En zolang die blijft bestaan, blijven jullie dit in stand houden. Of je het nu mooi in beeld brengt of niet."
"BiBi?'' vroeg Jay simpel naar haar reactie. BiBi-Cee, wat niet voor niks haar artiestennaam was, glimlachte maar haar blik was serieuzer dan voorheen. "Ik herken veel in wat je zegt, Fieneke. Echt. Maar als iemand die bewust kiest voor zwarte mannen, voel ik me bijna aangevallen door de gedachte dat mijn voorkeur automatisch voortkomt uit raciale beeldvorming. Voor mij is het niet alleen verlangen. Het is chemie. Een gevoel. Echt contact. Niet alleen scripts of stereotypes."
Ze keek even naar JP, glimlachte kort, en richtte zich weer op Fieneke. "Ik weet dat er patronen zijn. En ja, ik zie ook de extremen die je beschrijft. Maar ik geloof ook dat je niet alles kunt reduceren tot cultuurkritiek. Er zijn momenten waarop mensen elkaar echt vinden. En dat kan – of dat nu politiek correct voelt of niet – ook gebeuren tussen een witte vrouw en een zwarte man, zonder dat dat per se een herhaling van koloniale logica hoeft te zijn."
Ze haalde haar schouders op. "Misschien ben ik naïef. Misschien ben ik onderdeel van het probleem. Maar ik geloof dat het ook anders kan. Dat er ruimte is voor erotiek die eerlijk is. Die niet alleen speelt met contrast, maar ook met wederzijdsheid."
Fieneke’s kaken spanden zich iets. Het was allemaal zo zacht. Zo mild. Alsof het om gewone smaken ging. Alsof er niets op het spel stond.
"Precies dit," zei ze. "Dit is waarom ik het gevaarlijk vind. De normalisering. Het ongemerkt doorsijpelen van machtsstructuren, vermomd als voorkeur."
Jay hield haar blik vast. "Daar gaan we het vandaag over hebben. Open, eerlijk, en zonder filter."
En toen werd het stil. De podcast was begonnen. En hoe.
Hij leunde iets terug in zijn stoel. "En als we het dan toch over die extremen hebben... Fieneke, je schreef daar eerder over – die rauwe beelden, die terugkerende scenario's. Altijd weer die overdrijving. Die veel te grote pikken, zoals jij dat letterlijk omschreef. Wil je dat betoog hier nog eens herhalen?"
Fieneke’s ogen vernauwden zich iets, maar ze knikte. "Graag. Want het begint daar. Met het visuele geweld dat bijna cartoonesk wordt. De zwarte man als puur vlees. Altijd groter. Altijd harder. Altijd meer. Er zijn productielijnen die volledig draaien op die overdrijving – en de kijker leert al snel: dit is wat het moet zijn. Dít is de standaard."
Ze boog iets voorover. "En dat is niet zomaar entertainment. Het creëert verwachtingen. Het voedt ideeën over viriliteit, over dominantie, over oncontroleerbare drift. En tegenover die overmaat aan mannelijkheid staat dan de witte vrouw – vaak jong, vaak naïef, vaak overdreven onderdanig. Alsof ze niets liever wil dan overspoeld worden. Niet verleid, niet bemind, maar… gepenetreerd. Gevangen."
Ze haalde diep adem. "En ik weet dat dat klinkt alsof ik moralistisch ben. Maar mijn punt is niet dat mensen die fantasieën niet mogen hebben. Mijn punt is: waarom zien we altijd deze fantasie? Waarom is dat het frame waarin de interraciale ontmoeting wordt gegoten? Waarom moet het altijd over overweldiging gaan? Over contrast? Over overwicht?"
Ze keek naar Jay, naar Whitney, naar JP. "Als dit werkelijk een fantasie is, waarom is hij dan zo eenzijdig? Waarom is hij zó sterk gecodeerd? En waarom verkoopt het pas als het rauw is? Als het zwart-wit is – letterlijk en figuurlijk?"
Jay ademde langzaam uit en leunde voorover. "Je hebt sterke punten neergezet, Fieneke. Eerlijk, stevig, kritisch. En daar hebben we respect voor."
Hij keek kort opzij naar JP, dan naar Whitney, en weer terug naar haar. "Maar we willen ook duidelijk zijn over wat we hier doen. We maken porno. Soms heel platte porno. Omdat daar vraag naar is. Omdat mensen daar massaal naar kijken. En ja – daar wordt veel geld mee verdiend. We doen niet alsof dat niet zo is."
Zijn stem bleef rustig. "We proberen mooie dingen te maken. Stijlvol, ja. Maar ook rauw als het moet. We zijn open over de codes waar we mee werken. We weten dat het speelt met clichés. Maar we geloven dat transparantie over die keuzes ook onderdeel is van het gesprek."
"Dus als jij zegt: dit houdt iets in stand... dan is dat een belangrijk signaal. En dat nemen we serieus. Maar tegelijkertijd: we bedienen ook een markt. Die markt bestaat niet ómdat wij dit maken. Wij maken dit omdat die markt er al is."
Hij keek haar aan met een nieuwe intensiteit. "En dat is misschien wel het moeilijkste in dit hele debat."
Fieneke knikte langzaam, haar ogen nog steeds scherp. Maar ze zei niets. Voor het eerst in het gesprek liet ze de stilte even hangen.
Jay liet even een stilte vallen, liet Fieneke’s laatste woorden nazinderen in de ruimte. Hij haalde adem, leunde achterover in zijn stoel en glimlachte bijna mild.
“Dank je, Fieneke,” zei hij kalm. “Serieus. Echt sterk verwoord. En het is belangrijk dat dit gezegd wordt.” Hij liet zijn blik even over de tafel glijden, en richtte zich toen naar de camera. “Maar we willen vandaag ook laten zien dat het niet alleen om beeldvorming gaat. Niet alleen om stereotype scripts of domme verhaallijnen. Soms gaat het gewoon om... wie je bent. En wat je meebrengt.”
Hij draaide zich naar zijn rechterkant. “Voor wie hem nog niet kent: Jean Paul, of JP voor de intimi. Een van de langst actieve, meest gerespecteerde namen in de interraciale porno-industrie. Acteur, regisseur, winnaar van drie BLAZE Awards, en inmiddels een van de creatieve krachten achter meerdere projecten bij NoirVision.”
JP knikte licht, zijn gezicht ontspannen. Hij was groter dan Fieneke had ingeschat. Brede schouders, kaaklijn scherp en donker geschoren, handen groot maar elegant gevouwen op tafel. Zijn stem klonk laag, maar niet hard. Rustig. Ervaren.
Jay keek hem aan. “JP, jij hebt ze allemaal gedaan. De rauwe dingen. De fantasieën. De scènes waar Fieneke het over heeft. Met plezier, toch?”
JP grijnsde, schouderophalend. “Zeker. Vooral vroeger. Toen ik net begon... was het een beetje alsof je meedeed aan een soort ritueel. Witte vrouwen. Zwart vlees. Overgave. Kracht. Het voelde… intens. Eerlijk ook. Rauw, ja. Maar echt. En het publiek? Dronk het op.”
Hij keek naar Fieneke, de glimlach nog steeds op zijn gezicht, maar met een randje. “Dat was ook het klimaat toen. Minder bewustzijn. Of juist meer, op een andere manier. Minder hypocrisie. We deden het niet om een discussie te voeren, maar om een grens over te steken. Om die witte vrouw op haar plek te zetten, weet je.”
Zijn blik werd iets scherper. “Zou ik soms nog steeds willen doen,” voegde hij eraan toe, zacht en met een schuin lachje, zijn ogen recht op haar gericht.
Fieneke bleef rechtop zitten, maar ze voelde haar rugspieren zich aanspannen. Het was de eerste opmerking die niet enkel professioneel aanvoelde. De eerste zin die niet alleen over cultuur ging, maar haar rechtstreeks raakte. Ze zag hoe hij haar aankeek – niet als tegenstander, maar als... mogelijkheid. Als iets dat hij kende. Of dacht te kennen.
Ze wilde haar ogen niet neerslaan. En toch...
Er was iets in die blik.
Alsof hij haar al had uitgekleed. Niet letterlijk. Dieper.
Alsof hij wist dat onder haar taal, haar standpunten, haar referenties... een ander verhaal school.
Ze schraapte haar keel, onbewust.
En daar was het weer: dat gevoel in haar buik.
Warm. Ongemakkelijk.
Als iets dat nog moest beginnen.
Jay liet zijn hand rusten op een afstandsbediening die tot dan toe onopgemerkt op tafel had gelegen. Hij keek even naar Fieneke, naar de camera, en zei rustig:
“Woorden zijn belangrijk. Maar beelden... beelden zijn waar wij van leven.”
Voordat het scherm aanging, schrok Fieneke zichtbaar. Haar rug verstijfde een fractie en ze nam snel een slok water. Ze had niet verwacht dat er tijdens de podcast zélf porno zou worden getoond. Niet echt. Niet zo direct.
Een groot scherm aan de wand achter de technicus lichtte op. Het NoirVision-logo vervaagde, en een nieuwe scène begon. Geen introductie. Geen uitleg. Alleen geluid – zwaar, ritmisch, ademend – en beeld. Rauw. Sereen. Glashelder in zwart-wit, als een artistieke bekentenis.
Fieneke draaide haar hoofd langzaam. Naast haar keken Jay, JP en Whitney zwijgend toe. Toen de eerste beelden verschenen, slikte ze hoorbaar. Haar vingers speelden kort met het glas water voor haar. Ze voelde drie paar ogen op haar gericht – verwachtingsvol, observerend. Alsof ze wilden weten hoe ze zou reageren. Alsof haar reactie deel uitmaakte van het experiment.
Ze ontweek hun blikken, deed alsof ze aandachtig naar het scherm keek, maar haar focus verschoof telkens. De beelden waren expliciet, mooi, bijna hypnotisch. Maar ze wist niet hoe ze zich erbij moest voelen. Of wat ze ervan moest vinden. Haar hoofd probeerde het te analyseren, maar haar lijf dacht niet mee.
De eerste scène was een blowjob. Close-up, langzaam, bijna intiem. Een jonge, bleke vrouw met volle lippen die JP’s donkere lul in haar mond nam. Haar hand bewoog nauwelijks. Haar ogen stonden rustig, gefocust. Zijn hand lag losjes op haar hoofd, leidend maar niet dwingend. De camera gleed met zorg langs hun lichamen, zoemde in op de details: het contrast tussen huidkleuren, de spanning in haar keel, het glanzen van speeksel.
Daarna volgde een snelle snede. Een nieuwe setting. Een moderne loft, warm licht, een bank van leer. Spitroast. Een blonde vrouw, gespierd maar zacht, met haar mond vol zwarte lul terwijl JP haar van achteren nam. Niet traag. Niet voorzichtig. Maar met een ritme dat gecontroleerd en doelgericht voelde. De vrouw kreunde luid, haar gezicht verwrongen van genot en iets anders – iets wat Fieneke niet meteen kon plaatsen. Rauw, ja. Maar niet vernederend. Alles leek opgenomen vanuit hoeken die de vrouw centraal stelden, niet als object maar als middelpunt van verlangen.
Fieneke verstrakte licht. Haar instinct was om dit soort seks resoluut te verwerpen – te benoemen als gewelddadig, te masculien, te cliché. Maar terwijl ze bleef kijken, kroop een andere gedachte naar boven. Deze vrouw leek geen pijn te hebben. Geen ongemak. Alleen overgave. Alleen plezier, zelfs, terwijl ze van twee kanten genomen werd. En dat kon toch niet? Dat kón toch niet kloppen? Het klopte niet met wat ze wist. Of dacht te weten. En toch zag ze wat ze zag.
In de laatste scène lag JP op zijn rug. Eén meisje zat bovenop hem, haar heupen cirkelend in trage bewegingen. Tussen haar dijen door likte hij haar met aandacht. Terwijl hij haar tong gaf, hield hij in zijn vrije hand het lange haar van een ander meisje vast, die tussen zijn benen knielde en hem tegelijkertijd pijpte. Hun ritme liep gelijk. Het beeld was onscherp op de achtergrond, scherp op zijn gezicht – ogen halfgesloten, ademhaling diep.
Fieneke bleef naar het scherm kijken, zelfs nadat het beeld was weggevaagd. Te lang misschien. Te stil. Iets in deze scène had haar geraakt op een manier die ze niet meteen kon plaatsen. Dit was zeker anders dan wat ze kende, dan wat ze bestreed. De vrouw bovenop had controle. De vrouw onderin leek kalm, doelgericht. Het genot van de vrouwen stond net zo centraal als dat van JP. De montage had hen niet gedegradeerd tot lichamen – ze wáren lichamen, maar ook beleving, ritme, aanwezigheid.
En toch – zelfs dát overtuigde haar niet. Als het de bedoeling was geweest om haar te laten twijfelen, dan was dit slim gekozen materiaal. Maar de twijfel leidde nergens heen. Ze kon het zien, erkennen, analyseren. Maar niet accepteren. Nog niet. Misschien nooit.
Toen werd het scherm echt zwart. Stilte.
Jay legde de afstandsbediening neer.
“Wat je net zag,” zei hij, “is rauw. Echt. En visueel verzorgd. Dit is JP’s recente werk. Gefilmd door hem, geregisseerd door hem. Het is porno, zeker. Maar het is ook... menselijk. Filmisch. Smaakvol, durf ik te zeggen. En ja – het is interraciaal. Want dat is wie hij is. En dat is wat die vrouwen wilden.”
Fieneke had haar ogen op het scherm gehouden tot het donker werd. Ze had geen aantekeningen gemaakt. Geen vragen gesteld. Alleen gekeken. En gevoeld. Iets wat ze niet gewend was tijdens een discussie.
De beelden bleven op haar netvlies plakken. Niet de naaktheid. Niet het vlees. Maar de blikken. De lichamelijke eerlijkheid. De vanzelfsprekendheid van contrast.
En toch... de pik van JP bleef het middelpunt. In elk frame. Elk orgasme. Elke positie.
Een esthetisch middelpunt.
Een symbool. Een kracht.
Fieneke haalde een keer diep adem.
Ze voelde haar hartslag in haar keel.
Toen draaide ze zich iets naar Jay en JP. Haar blik was vastberaden, haar stem iets scherper dan voorheen.
"Ja, het is visueel. Ja, het is minder plat dan wat ik verwachtte. Maar de basis blijft hetzelfde: witte meisjes die zich geven, of erger nog, laten nemen. De boodschap verandert niet omdat het mooi gefilmd is. Het blijft draaien om één ding."
Ze keek naar JP, haar ogen kort rustend op zijn ontspannen lichaamshouding. "Jouw geslacht is het middelpunt in alles. Het symbool. Het altaar. En dáár draait het telkens weer om."
JP haalde zijn schouders op, zijn stem droog. "Ik kan hem niet kleiner maken dan hij is."
Jay lachte zacht, maar hield zijn blik op haar gericht. "Daar gaat het dus om. Dat mensen reageren. En dat we weten dat het een ding is. Dat is geen geheim, Fieneke."
Zij zuchtte, schudde licht haar hoofd. "En dan heb ik het nog niet eens over de casting. De selectie van grotere mannen, zodat ze al bij binnenkomst indrukwekkend lijken. En tegenover hen die kleine meisjes. Licht, fragiel, perfect voor het contrast."
Jay knikte langzaam. "Je beschrijft een realiteit, Fieneke. Een beeld dat bestaat. Maar wij werken daar niet mee. Niet op die manier. Wij kiezen voor chemie. Niet voor centimeters."
JP grijnsde kort, en leunde iets achterover. "Maar stel nou dat het gewoon zo is. Dat zwarte mannen gemiddeld groter geschapen zijn. Dat is toch gewoon een feit? Misschien wel evolutionair bepaald. Een andere genetische ontwikkeling."
Jay knikte bedachtzaam. "Ik bedoel – dat zou toch ook mogen bestaan als waarheid? Niet als stereotype, maar gewoon als biologisch gegeven."
Fieneke’s ogen vernauwden zich. "Nee. Nee. Dat is precies het soort essentialistische onzin waar ik zo allergisch voor ben. Je kunt geen historische machtsstructuren reduceren tot centimeters en etniciteit. En het zeker geen rechtvaardiging noemen voor hoe het vervolgens wordt ingezet."
Haar stem was nu duidelijk harder. "Het is gevaarlijk om zulke aannames als bewijs te presenteren. Dat is geen objectieve waarheid. Dat is framing. En dat is precies wat mensen internaliseren – als kijker, als deelnemer, als vrouw. Als man. Dat is de kern van het probleem."
Fieneke veegde ongemerkt haar handpalmen langs haar dijen. Ze had het warm. Dat was te zien – haar wangen kleurden dieper dan normaal, haar hals glansde licht. De beelden zaten nog in haar lijf, als restwarmte na een te lange douche. En in haar stem klonk het ook, iets schor, iets minder strak dan daarvoor. Ze hield zichzelf in toom. Maar het kostte haar moeite.
JP had tijdens het kijken nauwelijks bewogen. Zijn gezicht had iets kalms gekregen – een soort vanzelfsprekende trots, zoals een schilder naar zijn werk kijkt. Hij zag het effect dat het op Fieneke had. Hij kende dat effect. En hij genoot ervan. Niet opdringerig. Maar zelfverzekerd. De halve glimlach om zijn mond was geen toeval. Dit was wat hij deed. Dit was wie hij was.
Jay keek tussen de twee in met iets wat het midden hield tussen amusement en strategie. De grijns op zijn gezicht was kort, nauwelijks zichtbaar voor wie niet oplette. Maar het zat in zijn ogen: het besef dat de val gezet was, en Fieneke nu middenin het veld stond dat zij zelf had willen bevragen. Hij bewonderde haar lef – echt – maar hij had haar niet uitgenodigd om hier zonder kleerscheuren uit te komen. Dit was geen debat. Dit was een beleving. En zij was er nu deel van.
Whitney had zich in stilte gehouden. Haar blik bleef tijdens het kijken rusten op het scherm, haar onderlip iets vochtig van de tong die ze erlangs haalde. Ze had genoten – zichtbaar, maar zonder schaamte. Niet om JP. Niet om de vrouwen. Maar om de totaliteit. De energie. De taal die geen woorden nodig had. En nu keek ze op, want Jay had haar gezien. En het was tijd.
“Interessant allemaal,” zei Jay, terwijl hij langzaam zijn blik verschoof naar de andere kant van de tafel.
“BiBi, jij hebt dit onderzocht, toch?”
BiBi glimlachte. Haar ogen gleden kort langs Fieneke, zacht maar oplettend.
“Zeker,” zei ze.
En toen boog ze iets naar voren, klaar om te praten.
Whitney knikte zachtjes toen Jay haar het woord gaf, alsof ze wist dat dit moment zou komen. Ze haalde haar vingers langzaam door haar lange haar, keek de tafel rond en zei toen, met een stem die bijna journalistiek kalm klonk:
“Voor mijn blog heb ik de proef letterlijk op de som genomen.”
Fieneke fronste. Whitney glimlachte kort, alsof ze iets persoonlijks ging vertellen, maar tegelijk een experiment toelichtte.
“Ik heb veertig zwarte mannen en jongens geïnterviewd,” vervolgde ze rustig. “Willekeurig. In clubs, op straat, via DM. Niet gefilterd op uiterlijk, inkomen of achtergrond. Alleen op één ding: de vraag.”
Ze keek naar Fieneke, recht, kalm.
“Hebben ze een grote? En zo ja – hoe groot?”
Fieneke’s mond viel iets open. Ze probeerde een geluid te maken, maar haar stem stokte.
“Het doel,” ging Whitney door, “was om feiten en fantasie te onderscheiden. En ja, dat deed ik voor mijn blog. Voor mijn volgers. Voor het artikel. En vaak ook voor de camera. Niet altijd met hun gezichten erbij – privacy is belangrijk – maar de data was helder.”
Jay leunde achterover en keek met geamuseerde blik naar Fieneke, die haar ogen nauwelijks kon geloven.
Whitney sprak onverstoord verder. “20 centimeter wordt gemiddeld al als groot ervaren. Alles daarboven is opvallend. 30 komt voor, maar is zeldzaam. Dus laten we ook niet overdrijven.”
Fieneke schudde langzaam haar hoofd. Ze wist niet of ze moest lachen, schreeuwen, of weglopen.
“Maar het ging niet alleen om de cijfers. Ik stelde mezelf netjes voor. Legde uit wat ik deed. En vroeg of ik hem mocht zien. En meten. Soms mocht het meteen. Soms pas na een drankje. Maar het mocht.”
Ze zei het alsof het ging over een vragenlijst in een buurtonderzoek.
“En ja,” vervolgde Whitney, terwijl ze met haar nagels zacht tegen de tafel tikte, “ik heb er een kleine beloning tegenover gezet. Elke centimeter boven de twintig stond gelijk aan één minuut pijpen. Als bedankje. En als extra motivatie om eerlijk te zijn.”
Fieneke slaakte nu hoorbaar een ademhaling die niet eens als zucht kon doorgaan. Jay glimlachte breed. JP keek zwijgend naar haar, alsof dit precies was waar hij op had gewacht.
“Het resultaat?” Whitney spreidde haar handen. “Veertig mannen. Geen één onder de twintig. Allemaal op video. Te vinden op mijn pagina bij NoirVision.”
Jay knikte bevestigend. “Artikel erbij. Beelden erbij. Alles netjes vastgelegd.”
Fieneke zat stokstijf. Het leek of haar lichaam even niet wist waar het moest beginnen met reageren. Haar brein botste met alles wat ze ooit geschreven had over vrouwenrechten, consent, seksueel machtsvertoon, racialisering. En hier zat een vrouw – een wit meisje – die het allemaal deed, documenteerde en publiceerde, zonder een greintje schaamte.
Whitney leunde iets naar voren, haar stem nog steeds vriendelijk.
“Ik had er twee weken voor uitgetrokken. Gewoon, een rustige planning. En ja, ik heb al die veertig mannen gepijpt. Sommigen kwamen snel. Anderen trokken zichzelf af terwijl ik toekeek, of in mijn mond eindigden. Behalve de echt grote jongens. Die boven de dertig.” Ze lachte zacht. “Daar stopte ik niet tot het klaar was. Zo aardig ben ik dan ook wel.”
Wat Fieneke het meest verontrustte, was niet de inhoud.
Maar het gemak. Het ritme van haar stem. Alsof ze sprak over veldwerk.
Alsof dit een normale vorm van sociaal onderzoek was. En misschien nog erger…
Fieneke kon geen enkel argument bedenken om dit te ontkrachten zonder zich blind te tonen voor het bewijs.
Het stereotype was niet ontkracht. Het was bevestigd. Met genot. Met overgave. Met data.
Fieneke stamelde. Echt stamelde.
Nog warm van de vorige beelden, maar nu raakte ze verstrikt in haar eigen verbeelding. Het was alsof de woorden van Whitney beelden hadden achtergelaten in haar hoofd, die niet meer wilden verdwijnen. Ze zag haar – Whitney, BiBi-Cee – op haar knieën. Voor al die mannen. Die veertig. Veertig zwarte pikken die groter waren dan twintig centimeter. Geen script, geen regie, geen porno. Gewoon… echt. Een meetlintje erbij.
Niet omdat het moest. Maar omdat ze het wilde weten. En dus was het zo. Het móest wel zo zijn.
Maar toch schudde Fieneke haar hoofd, als om haar hersenen letterlijk van die gedachte los te maken. Dit kon niet waar zijn. Dit mocht niet waar zijn.
Whitney tikte intussen met haar nagels op tafel.
“Misschien kunnen we het je laten zien in de praktijk,” zei ze luchtig. “Jij en ik zijn niet per se kleiner dan de gemiddelde vrouw. Dus maakt dat JP dan groter of kleiner?” Ze hield even stil en grijnsde. “Meten is weten.” Ze legde het meetlint op tafel.
JP stond op. Alsof het afgesproken was. Alsof hij wist dat dit moment zou komen. Hij keek Fieneke geen seconde aan terwijl hij langzaam zijn broek losmaakte.
Fieneke verstijfde. Alles in haar bevroor.
Ze voelde dat ze geen controle meer had. Niet over het gesprek. Niet over haar argumenten. Maar ook niet over haar lichaam. Ze wilde opstaan. Weg.
Maar ze bleef zitten. Als verlamd.
JP haalde zijn zwarte, zware geslacht tevoorschijn. Nog niet hard. Maar al groot. Hij hing. Laag, dik, zwaar.
Fieneke’s ogen werden groot. Haar wangen vuurrood. Haar ademhaling stokte.
En ze kon niet wegkijken.
“Hij moet wel stijf zijn, hè,” zei Whitney ondeugend.
Ze stond al op. Achter JP. Haar hand gleed langs zijn heup, greep zijn lul vast. En begon langzaam te trekken. Langzaam. Stevig.
Met de vanzelfsprekendheid van iemand die dit vaker had gedaan.
Het vlees groeide. Zichtbaar. Sponzig eerst. Dan dikker. Strakker.
Whitney legde hem opnieuw op de tafel. Hij bleef niet overeind staan – te zwaar. Te groot.
Ze liep langs hem, haalde het meetlint erbij. Ging net tussen JP en Fieneke in staan, zodat haar zicht werd geblokkeerd.
“Bijna…” zei ze, terwijl haar hand bleef bewegen.
De groeifase was kort. Hij was getraind. Hij wist wat zijn lichaam moest doen.
En toen legde ze het lint ernaast.
“Jeetje,” zei ze.
Ze draaide zich om. “Negen minuten.” Ze glimlachte naar Fieneke. “29 centimeter. Schoon aan de haak.” Whitney stapte opzij. En Fieneke zag het.
Groot. Hard. Dik. Aderen die als kleine rivieren onder zijn huid lagen. Dezelfde die ze had gezien in die beelden. Dezelfde als op het scherm. Alleen nu was het geen scherm. Geen video.
Twee meter verderop. In het echt.
“Nou, BiBi… ik hou je niet tegen. De kijkers verwachten,” zei Jay.
En toen draaide hij zich met een grijns naar Fieneke. “Jij, Fieneke?”
Fieneke zei niets. Ze kon niets. Haar ogen waren gefixeerd. Op hem. Op dat ding.
En ze haatte zichzelf. Waarom keek ze? Waarom bleef ze kijken?
“Jij ook, meneertje,” zei Whitney tegen Jay. “Nu ik toch bezig ben. Maar zij…” – ze knikte naar Fieneke – “zij kan me helpen.”
Fieneke sprong op. Haar handen plat op tafel. Zweet in haar hals. Een rode kop. Alles in haar schreeuwde.
“Jullie zijn gek!” riep ze opeens. Geen redenering. Geen argument. Puur emotie. Puur paniek.
Ze kneep haar ogen dicht, draaide zich om en stormde naar de deur.
De klap van haar hakken galmde na op de studiovloer.
De anderen bleven achter. Even stil. Even verbaasd. JP knikte traag, leunde weer tegen de tafel.
“Dat heb ik niet vaak,” zei hij, met een lachje dat tussen trots en verbazing in lag.
Op de gang vond Fieneke eindelijk even rust. ten minste, dat dacht ze. Ze leunde met haar voorhoofd op haar onderarm, haar elleboog rustend tegen de koele muur. Haar hele lichaam tintelde. Haar huid gloeide. De warmte kwam vanbinnen – als een sluipende koorts. Ze haalde diep adem, maar die bleef hangen in haar borst.
Waarom had ze het zo heet?
Waarom voelde alles zo... echt?
Het was maar seks. Beelden.
Een lul op tafel.
Een vrouw die lachte terwijl ze hem pijpte.
Maar dat was het dus niet. Het was geen satire. Geen karikatuur. Het voelde – tegen alles in – oprecht. En dat maakte het nog erger.
Ze bonkte zachtjes haar hoofd tegen de muur. Eén keer. Twee keer.
Niet hard. Maar hard genoeg om te voelen dat ze nog ergens was.
Achter haar ging een deur open. Ze keek op.
Jay.
Ze keek hem aan zoals je iemand aankijkt die je net van iets onherroepelijks hebt beticht. Ogen vol woede, verraad, verwarring.
“Joh, gaat het wel?” vroeg hij, alsof hij haar echt niet begreep. Zijn stem rustig, licht spottend. “Ik hou wel van een beetje felheid en emotie, maar je moet niet overdrijven.”
Fieneke kneep haar ogen samen. “Wat wil je?” siste ze. “Dit was een val.”
Jay lachte droog. “O ja? Want? Denk je dat wij dit nodig hebben? Denk je dat we nog niet genoeg vrouwen hebben?”
Ze gaf geen antwoord. Haar mond was een streep. Haar ademhaling gejaagd.
“Ik wil je juist bedanken,” ging hij verder. “Dit was een interessante aflevering. Eentje die nog niet klaar is trouwens.” Hij keek even over zijn schouder naar de studio. “Hun vermaken zich wel. En de kijkers.”
Fieneke voelde hoe haar spieren zich aanspanden. Maar haar lichaam bleef verstijfd.
“Kom op,” zei Jay. “Stel je niet zo aan. Geef je er gewoon aan toe. Het is leuk. Het is lekker. Dat weten we allemaal. Vraag maar aan iemand hier. Denk je dat als je hier werkt, je een dag zonder seks zit?”
Zijn stem was achteloos, haast filosofisch.
“We zoeken trouwens nog een aantrekkelijke columnist,” voegde hij er laconiek aan toe. “Interesse?”
Fieneke’s ogen werden groot, vol vuur, vol ongeloof. Maar voordat ze iets kon uitbrengen, draaide hij zich al om.
“Denk er maar over na,” zei hij luchtig. “Ik sluit de podcast af, als je het goed vindt. Al kan je nog blijven kijken. Of meedoen… Wat jij wil.”
Hij stak twee vingers op als afscheid, liep de studio weer in en liet de deur langzaam achter zich dichtvallen.
Fieneke bleef achter. Verlamd. Verward. Wat… gebeurde hier?
Ze wilde naar huis. Ze móest naar huis. Alles in haar lichaam schreeuwde dat ze hier weg moest. En toch…
De studio had ramen. Grote ramen. Vanaf de gang kon je er zo in kijken.
Ze deed een stap. Nog één.
Alsof ze geen controle had over haar benen.
En toen stond ze daar. Voor het raam. Ze keek.
En haar hand schoot omhoog om haar mond te bedekken.
Whitney – BiBi-Cee – lag op haar rug op de tafel. Volledig naakt. Haar benen wijd gespreid, haar enkels in de handen van JP, die tussen haar stond. Zijn heupen bewogen traag, maar krachtig. Zijn schacht verdween langzaam, onvermijdelijk tussen haar dijen.
Whitney’s hoofd lag achterover op de rand van de tafel, haar gezicht gedraaid naar Jay. Die stond naast haar. Ook hij had zijn lul in de hand.
Fieneke herkende hem nauwelijks. Hij was net zo groot. Net zo zelfverzekerd.
En Whitney… Whitney zoog hem. Traag. Kreunend. Alsof ze het beste van twee werelden had gevonden.
Fieneke keek. Ze wíst dat ze had moeten weglopen. Ze wíst dat dit niet was wie ze was. En toch stond ze daar. Daar. Waar zij net nog had gezeten. Waar het allemaal begonnen was. Toen draaide ze zich om. Langzaam. Liep weg. De gang uit. De trap af. Naar huis. Maar ze was niet meer dezelfde. En diep vanbinnen wist ze: ze wist niet meer wie ze was. Of waar ze in geloofde.
De sleutel viel zwaarder dan normaal in het slot. Fieneke stapte haar kamer binnen alsof het een andere wereld was. Alles voelde stil. Bekend. Onveranderd. En precies daarom klopte het niet. Alsof de muren geen weet hadden van wat er net in haar hoofd was afgebroken.
Ze liep direct naar de badkamer, deed het licht niet eens aan. Haar top, haar rokje, haar sieraden – alles ging geruisloos uit. Ze stond daar, naakt, onder het harde wit van het douchelicht, en voelde aan haar binnenbenen.
Kletsnat. Nog steeds.
Ze had zich zó beheerst tijdens de opname. Geen woord te veel. Geen blik die haar zou verraden. En toch… tijdens de terugreis had ze telkens opnieuw de beelden gezien. Niet hoe zij daar had kunnen liggen – dat kon ze nog net van zich afhouden – maar wat ze wel had gezien. De heftigheid. De zachtheid. Het genot. Het vlees.
De harde lul van JP, hoe Whitney hem ontving, hoe haar lichaam zich opende alsof het al dagen had gewacht. Terwijl het waarschijnlijk niet haar eerste was geweest vandaag.
De blik van Jay, kalm, geconcentreerd, dominant. Alsof dit de enige uitkomst was die te verwachten viel.
De zwarte, glanzende huid tegen die lichte dijen. JP duwde zich gewoon in haar, met al zijn omvang.
De kreunen. De overgave.
Ze draaide de kraan open. Het water was koud in het begin. Ze bleef gewoon staan. Haar huid trok samen. Haar tepels werden stijf. Haar ademhaling ondiep. Maar ze ging niet verder. Ze waste zich. Mechanisch. Koeltjes. Als een poging tot reiniging, niet tot verlossing.
Toen ze uit de douche kwam, bleef ze even naakt zitten op de rand van haar bed. Natte haren, handdoek om haar schouders, en het gevoel alsof haar hele lijf nog na-gloeide van iets wat ze nooit had gewild. Was dit een fout geweest? Of was zij altijd al fout geweest? Dat kon toch niet...
Maar ze had het beloofd.
Renée.
Ze zou bellen als ze thuis was. Laten weten hoe het was gegaan. Dat ze haar gelijk had gehaald en kon triomferen.
Als ze weer zichzelf was. Had ze zichzelf nu eerst verteld. Wat die triomf was ver te zoeken.
Ze pakte haar telefoon, blies haar adem uit, en drukte op het scherm.
“Hey,” klonk Renée’s stem vrijwel meteen. “Je klinkt moe.”
Fieneke glimlachte flauwtjes, al probeerde ze krachtiger te klinken dan ze zich voelde. “Ze zijn een stelletje sukkels, echt. Geen van die mannen had een inhoudelijk weerwoord. Ik ben gewoon opgestaan en weggegaan. Gewoon... bam.”
Renée lachte kort. Niet luid. Meer uit beleefdheid. “Ging het zó slecht met ze?”
Fieneke haalde haar schouders op, terwijl ze haar stem neutraal hield. Ze vertelde. Kort. Algemeen. Hoe het begon. Wat ze zeiden. Hoe zij, zogenaamd kalm en zelfverzekerd, haar punt had gemaakt. Alsof ze als moreel winnaar de studio had verlaten. Ze sprak in flarden en frames. Noemde geen namen. Geen details. Alles bleef aan de oppervlakte. Geen woord over de beelden. Geen woord over haar eigen reactie. Geen woord over hoe haar hartslag versnelde toen die lul op tafel werd gelegd. Over de ademhaling die vastzat toen hij groeide. Over haar dijen die ze krampachtig bij elkaar hield.
Renée humde af en toe, maar met iets behoeds in haar toon.
Alsof ze zich inhield. Alsof ze wist dat Fieneke loog, of op z’n minst iets verzweeg.
En diep vanbinnen voelde Fieneke dat ook.
Renée deed te aardig. Te voorzichtig. Renée bleef stil. Ze humde af en toe. Luisterde. Liet haar praten.
Maar toen zei ze het.
“Fien… ik heb gekeken.”
Het was alsof er een scheur door het scherm liep.
Fieneke slikte. “Gekeken?”
“Ja. Naar de podcast. Live. Ik wist dat je erin zat. En… ik dacht, laat ik het eens proberen. Zien hoe je het doet.”
Fieneke’s hart bonkte. Ze wist niet wat erger was: dat Renée het gezien had, of dat zij het nu moest navertellen.
“Ik weet niet wat ik moet zeggen,” zei ze zacht en verslagen.
Renée antwoordde rustig. “Je hoeft niets te zeggen. Maar… ik zag het wel. Hoe je je even verloor. Dat was niet erg. Je bleef je gewoon. Echt.”
Fieneke kneep haar ogen dicht. “Lees de reacties maar niet,” zei Renée daarna, zachter.
Dat deed meer pijn dan ze had verwacht. Want nu wílde ze het juist wel. Wat stond er dan? Wat hadden ze gezien? Wat wist Renée?
Had ze gezien wat BiBi nog had gedaan, aan het einde? Het tafereel op de tafel? De kreunen van de zwarte mannen, het meisje van twee kanten gevuld, het ritme?
Die vraag stelde ze maar niet.
“Het was een val,” zei ze hardop, alsof ze daarmee zichzelf wilde herbevestigen. “Meer niet.”
En toen verbrak ze de verbinding.
Sneller dan ze zou moeten.
Omdat ze wist: als ze nog iets langer had geluisterd, was haar stem gaan trillen.
En dat, dat was pas zwakte.
Later die avond kwam Bas thuis, zijn jas nog half open en zijn tas achteloos tegen de muur gegooid, met in zijn tred en houding die vertrouwde vanzelfsprekendheid van iemand die zich veilig waant in de gedeelde wereld die ze samen hadden gebouwd. Hij was lief, eerlijk, geëngageerd – net als zij, of ten minste zoals ze zichzelf nog steeds probeerde te zien – uitgesproken tegen racisme, kritisch op de seksualisering van vrouwen en zwarte lichamen, fel in debatten over macht, consent en representatie, en vanaf het begin had hij haar gesteund in dit hele project. Hij wist waar ze geweest was, waarom ze was uitgenodigd, wat ze ging zeggen; hij had haar aangemoedigd, zelfs nog gezegd dat dit soort porno dringend moest worden aangepakt, dat iemand het eindelijk hardop moest zeggen. Maar nu hij de kamer binnenstapte, voelde ze zijn blik langer dan normaal op haar rusten, alsof hij haar aanvoelde zonder precies te begrijpen wat er met haar was verschoven.
Toen hij vroeg of het ging, keek ze hem aan met een glimlach die net een fractie te snel kwam, en antwoordde met het soort kalme vanzelfsprekendheid die ze zichzelf in de trein al had voorgenomen te gebruiken: dat het heftig was geweest, ja, maar inhoudelijk sterk, en dat ze haar punt had kunnen maken. Hij knikte, zoals hij altijd knikte als ze ergens overtuigend over sprak, en leek het zonder verdere vragen te accepteren. Maar net voordat ze hem had gekust, voordat hij thuiskwam, lief en warm en routineus, voelde ze haar telefoon trillen in haar zak, en wat haar hart even had doen overslaan, was niet de aanraking van Bas deze keer, maar het scherm dat had opgelicht met een nieuwe DM.
Jay.
De link om de podcast terug te kijken – een gebaar dat waarschijnlijk voor elke gast gold, professioneel, attent – stond er droog en onopvallend bij, maar erboven stonden twee korte zinnen die haar stilzetten op een manier die haar niet beviel: “Hoe gaat het?” en “Wat vond je er nu écht van?” Simpele vragen, maar juist die eenvoud, die directheid, maakten dat ze zich betrapt voelde, alsof hij haar beter begreep dan ze zelf wilde toegeven. Ze had de DM niet beantwoord, kon het ook niet – niet omdat ze hem iets verschuldigd was, maar omdat ze geen antwoord had. Ze wist niet hoe het met haar ging. Ze wist niet wat ze ervan vond. Ze wist alleen dat het nog niet uit haar systeem was.
Toch had ze de link aangeklikt, nieuwsgierigheid vermengd met iets wat ze liever geen naam gaf, en al na enkele seconden zag ze wat haar adem onbewust inhield: de duur van de opname was veel langer dan haar aanwezigheid in de studio, wat betekende dat het filmen, het gesprek, de handelingen – alles – was doorgegaan, lang nadat zij de deur achter zich dicht had geslagen. Ze klikte het venster meteen weg, gealarmeerd door de suggestie alleen al, net op tijd voor Bas om haar kamer binnen te lopen en iets onschuldigs te zeggen over het avondeten, terwijl zij zich moest dwingen om haar gedachten weer in de juiste kamers te duwen.
Maar wat haar nog het meest uit balans bracht, was niet de lengte van de opname, noch de herinnering aan de beelden, maar de laatste opmerking van Jay in zijn bericht: dat het aanbod nog stond. Ze zochten nog een columnist, iemand met visie, iemand die kon schrijven zoals zij dat deed – kritisch, intelligent, scherp – en dat er bij NoirVision ruimte was voor verschillende stemmen. Fieneke had haar telefoon weer neergelegd, maar het enige waar ze aan kon denken, was het beeld dat bij die woorden opdook: een kantoor vol zwarte mannen, een omgeving waar interraciale seks geen onderwerp was, maar het hart van de organisatie, een werkvloer waar – zoals Jay het had gezegd – geen dag voorbijging zonder seks. Ze dacht aan die zin. Aan het gemak waarmee hij het had uitgesproken. En aan het ongemak waarmee zij zich nu voorstelde hoe het zou zijn om daar te werken. Niet hypothetisch. Niet als buitenstaander. Maar echt.
Zich onderdompelen in die wereld, zich omringen met dat lichaam, die energie, dat ritme.
En dan nog kritisch blijven?
Dan nog schrijven met afstand?
Ze wist het niet. Ze wist alleen dat ze het zich begon voor te stellen, en dat dat op zich al voldoende was om zichzelf niet meer helemaal te vertrouwen.
Die nacht lag ze wakker. Stil. Onder de dekens, naast Bas, wiens ademhaling diep en traag haar eraan herinnerde dat hij sliep zoals altijd: vredig, onaangedaan, onwetend. Er waren geen aanrakingen geweest, geen vragen, geen suggesties van intimiteit. Hij had haar aangekeken, haar vastgehouden zoals je iemand vasthoudt die terugkomt van een stevige discussie, niet van een seksuele veldslag. Hij had niets gemerkt. Helemaal niets. Terwijl haar lichaam op ontploffen stond. Terwijl haar huid gloeide. Terwijl haar dijen vochtig waren van gedachten die ze nauwelijks durfde toe te laten.
Jay had het wel gemerkt. JP ook.
Al vroeg in het gesprek hadden ze haar lichaam gelezen zoals zij normaal argumenten las – met aandacht voor ritme, voor onderliggende betekenis, voor wat er niet gezegd werd. Zij was daar gekomen om iets bloot te leggen, maar was zelf langzaam uitgekleed, laag voor laag, totdat er niets overbleef dan reflexen en warmte. En ze wist: zij hadden het eerder door dan zijzelf.
Haar gedachten dwaalden weg. Niet voorzichtig. Niet met horten en stoten.
Ze zag zichzelf al lopen door een lichte gang. Haar kleding netjes, ingetogen – de versie van zichzelf die geloofde in controle. Ze liep een kantoor binnen, houten vloer, een zwarte leren stoel, een glazen fles water op haar bureau. Ze was gekomen om te schrijven. Maar over wat? Er kwam niets op papier. Alleen het beeld van Jay die binnenkwam. Misschien wel samen met JP. Misschien tegelijk. De gedachte alleen al gaf haar kippenvel, tot diep onder haar huid, en maakte haar natter dan ze ooit geweest was.
Ze lag doodstil. Haar adem hield ze in. Haar vingers gleden traag over het dunne katoen van haar slipje, dat klam en zwaar aanvoelde tegen haar huid. Ze moest zich inhouden. Bas lag op amper twintig centimeter afstand. Een zucht te luid, een beweging te scherp, en hij zou haar horen. En hoe zou ze dit ooit uitleggen?
Maar in haar hoofd viel er niets uit te leggen.
In haar hoofd zat ze achter dat bureau, de cursor knipperend op een leeg document, en toen kwamen ze. Ze zeiden niets. Ze hoefden niets te zeggen. Ze stonden daar, voor haar, en haalden hun pikken tevoorschijn alsof het vanzelf sprak. Groot, hard, zwart. Zwaar van verwachting. En zij – zij zei ook niets. Misschien lachte ze zacht. Misschien keek ze alleen maar op. En dan nam ze ze aan. Eén in elke hand. Hun huid warm, dik, levend. En dan bracht ze ze om de beurt naar haar mond. Niet snel. Niet gretig. Maar met een precisie die haar verraste. Pijpen was nooit haar ding geweest. Te onderdanig. Te cliché. Maar in deze gedachten was ze alles behalve terughoudend. Ze gaf zich over. Geduldig. Met aandacht. Met eerbied bijna.
Misschien kwamen ze wel klaar. In haar mond. Op haar gezicht. Ze proefde het al – zout, warm, dwingend. Ze voelde het op haar lippen, op haar wangen, op haar tong. Haar hand gleed nu haar slipje onder, haar vingers voorzichtig, schuchter bijna, alsof ze haar eigen verlangen niet mocht aanraken. Ze beet op haar onderlip. Moest zich stil houden. Moest zich bedwingen.
Maar misschien kwamen ze niet klaar. Misschien wilden ze meer. En dan boog ze voorover, over het bureau, haar jurk omhoog, haar benen licht gespreid. En dan nam Jay haar eerst. Langzaam. Stevig. Diepe stoten die haar darmen leken te verplaatsen. Hij kwam niet klaar. Hij wilde niet klaarkomen. Hij wilde haar breken.
Daarna JP. Die haar in één beweging vulde. Die haar bij haar heupen greep, haar vastzette, haar tot zijn einde bracht. In haar. Nat, warm, schokkend. En terwijl zij leegliep, voelde ze Jays hand op haar nek, zijn adem bij haar oor, en zijn zaad spatte tegen haar gezicht – op haar wangen, haar mond, haar ogen.
Fieneke kronkelde onder de lakens. Haar ademhaling nu haast pijnlijk ingetogen. Haar vuist tegen haar lippen gedrukt. Ze wist dat ze tegen haar eigen orgasme vocht, dat het er was, klaar om haar te overspoelen. Ze wilde niet. Ze móést. Ze voelde hoe haar vingers bewogen, steeds langzamer maar dieper, preciezer. En toen het kwam, was het als een fluistering. Een schok zonder geluid. Ze moest haar vinger in haar mond stoppen om het kreunen tegen te houden.
Bas sliep. Nog steeds. Alsof niets was veranderd.
Maar voor haar wás alles veranderd.
Ze wist het. Ze wist dat ze nog nooit zó gekomen was. Nog nooit zó diep, zó wild, zó echt. Maar ze zou dat antwoord nooit hardop geven. Niet aan Bas. Niet aan zichzelf.
Niet nu nog.
De ochtend was stil. Te stil. Bas had haar zacht op de slaap gekust toen hij vertrok, een routineus gebaar zonder betekenis, gevolgd door het geluid van sleutels, schoenen, en de deur die in het slot viel. Hij had niets gevraagd. Ze had hem ook niets gegeven. Haar lichaam was slap geweest, haar hoofd vol. De nacht lag als een laag vocht over haar heen – warm, plakkerig, zwaar van betekenis – maar Bas was te druk met zichzelf geweest om het te merken. Dat hij haar niet aanraakte, was logisch. Dat zij niet wilde dat hij het deed, had hij niet eens hoeven voelen.
Ze zat achter haar laptop. De koffiekop in haar hand was nog warm, maar haar vingers gleden gedachteloos langs het porselein. Ze zou moeten schrijven. Ze moest schrijven. Ze zat immers midden in een opiniestuk, bedoeld om platforms als NoirVision onderuit te halen. Ze had er weken werk in zitten. Argumenten over beeldvorming, raciale hiërarchie, seksuele exploitatie – solide, goed onderbouwd, scherp geformuleerd. Ze las haar eigen woorden terug. Ze waren nog steeds juist. Alles klopte. Alles deugde. Alleen: ze geloofde het niet meer. Ze voelde het niet meer. Elk woord voelde nu alsof het over een ander ging. Een ander meisje. Van gisteren.
Ze legde haar werk opzij. De cursor bleef knipperen op een halve zin, maar zij bewoog al naar het tabblad waar de link nog openstond. Jay’s DM had haar gisteravond al onder de huid gekropen, en nu, met het huis leeg en de stilte diep, kon ze het niet langer negeren.
De video opende direct op het begin. Ze klikte langzaam door het eerste kwart. Ze keek naar zichzelf. Haar houding. Haar woorden. Haar blik. Ze zag hoe haar rug recht was, haar handen strak op tafel, haar lippen gevormd rond zinnen die nu hol klonken. Ze leek overtuigd. Sterk. Maar haar ogen verraadden iets anders. Daarin zat al twijfel. Onrust. Iets wat zelfs zij toen nog niet begreep.
Ze klikte verder. Naar het moment waarop JP opstond. Naar de broek die losging. De stilte die viel. Haar gezicht – groot in beeld, rode wangen, grote ogen. Ze zag hoe ze verstijfde, hoe ze zweeg, hoe haar lichaam nog bleef zitten maar haar geest al opstandig was. Ze keek toe hoe haar eigen verontwaardiging explodeerde in die ene zin – jullie zijn gek – en toen liep ze weg.
Ze had het gezien. Live. Ze was er geweest. Maar nu keek ze wat er daarna gebeurde.
Wat ze toen niet durfde te weten. Wat ze wél wilde weten.
Jay kwam terug. De camera draaide mee. BiBi – nee, Whitney – stond op, glimlachte. De kleding ging uit. Eén voor één. Haar lichaam glansde in het studiolicht: soepel, vrouwelijk, perfect. Ze ging op tafel liggen. Haar benen gespreid. JP nam haar direct. Traag eerst. Dan harder. En zij… ze kreunde. Ze gloeide. Ze gaf zich. En even later kwam Jay dichterbij, zijn pik al in haar mond voordat er een woord werd gezegd.
Fieneke kon het niet geloven. En toch… Ze bleef kijken.
De hoek van de camera was perfect – hoog, overzichtelijk, alsof het ontworpen was voor dit moment. En dat was het natuurlijk ook. Dit was geen toevallige improvisatie. Dit was gepland. Berekend. Alsof haar vertrek nodig was geweest om dit te laten gebeuren. En ineens dacht ze: Wat als ik was gebleven?
Zou ze dan ook op die tafel hebben gelegen? Zou ze zich ook hebben gegeven?
Ze zag hoe Whitney kreunde. Hoe haar gezicht bewoog tussen spanning en hunkering. De standjes wisselden elkaar af, maar het patroon bleef hetzelfde: één in haar poes, één in haar mond. Soms JP onder, Jay boven. Dan andersom. Een ritme dat aanhield, minutenlang, in volle intensiteit.
De opname duurde nog ruim een half uur. Een half uur.
En Fieneke kon het niet loslaten. Ze bleef kijken. En haar vingers bleven bewegen.
Ze had zich achterover laten zakken in haar bureaustoel. Haar voeten op de rand van het blad. Haar laptop op haar desk. Haar slipje nat, haar vingers glibberig, haar ademhaling oppervlakkig. Ze bewoog sneller. Steviger. Geen verzet dit keer. Geen rem. Alleen de video. Alleen het beeld. Alleen de gedachte: Ik had daar kunnen zijn.
Ze zag hoe Jay aan het einde de camera overnam. Hij bedankte de kijkers. Vat de podcast samen. Terwijl hij sprak, draaide hij de lens langzaam naar Whitney, die inmiddels op haar knieën zat. Haar mond open. Haar ogen vragend. En toen, zonder woorden, zonder ritueel, trokken de mannen zich terug. En spatten ze af op haar gezicht. Dikke slierten wit op haar wangen, haar lippen, haar kin.
Fieneke kreunde. Zacht. Maar diep. Haar rug kwam van de leuning los. Haar vingers kromden. Ze kwam.
Heftig. Lang. Trillend.
Minuten nadat het beeld zwart werd, bleef ze zo zitten – haar dijen nog schokkend, haar adem op zoek naar regelmaat. Haar hoofd vol.
Ze had net gekeken naar alles waar ze altijd tegen had gestreden. En ze had zich erbij aangeraakt alsof het het mooiste was wat ze ooit had gezien.
En ergens, onder alle schaamte en verwarring en verzet, wist ze het antwoord op haar eigen vraag.
Was dit een gemiste kans?
Ja.
Misschien wel de grootste uit haar leven.
Ze zat nog steeds achter haar bureau. Haar ademhaling was teruggekeerd tot normaal, al voelde haar huid nog na van wat zich had afgespeeld. Langzaam rechtte ze haar rug, zette haar voeten weer op de grond, en keek naar haar scherm. De link van de podcast stond nog open, maar zonder aarzeling sloot ze het venster. Eén klik. Eén keuze. En toen opende ze haar document — het opiniestuk waar ze weken aan had gewerkt, haar scherpe analyse, haar argumentatieve meesterwerk. Ze keek er een halve minuut naar. Geen spijt. Geen twijfel. En toen drukte ze op delete.
Ze opende een nieuw bestand. De cursor knipperde op het lege scherm.
En toen begon ze te schrijven.
Lieve lezers,
Ik weet niet hoe ik dit moet zeggen. Misschien is dat precies waarom ik het nu móét zeggen.
Wat jullie tot nu toe van mij hebben gelezen, kwam voort uit overtuiging. Uit woede. Uit studie. Uit geloof in iets beters. Ik geloofde dat porno zoals die van NoirVision verkeerd was. Giftig. Koloniaal van karakter. Ik geloofde dat de manier waarop zwarte mannen daarin gecast werden als dominante lijven, en witte vrouwen als gewillige ontvangers, schadelijk was. Niet alleen voor beeldvorming, maar voor echte mensen. Voor hoe we naar elkaar kijken. Hoe we elkaar aanraken. Hoe we onszelf begrijpen.
Ik schreef dat het moest stoppen. Dat we deze structuren moesten ontmantelen. Dat het niets meer was dan een raciale herhaling van macht en onderwerping — een seksuele echo van ons koloniaal verleden.
En ik geloofde elk woord.
Tot gisteren.
Ik was te gast bij BlackRoom Sessions. Een podcast van NoirVision. Ik ging daarheen om te confronteren. Om te bekritiseren. Om de spiegel voor te houden.
Maar wat ik daar zag — en nog belangrijker: wat ik daar voelde — heeft me veranderd.
Ik ben daar niet trots op. Of misschien wel. Maar ik weet niet hoe ik het moet noemen.
Ik keek. Naar beelden waarvan ik altijd zei dat ze niet mochten bestaan. Ik voelde iets waarvan ik dacht dat ik het nooit zou voelen bij zulke inhoud. Ik raakte opgewonden. Ik raakte van slag. Ik raakte mezelf kwijt. En ergens — diep vanbinnen — vond ik daarin een vrijheid die ik nooit eerder had ervaren. Of misschien durfde te ervaren.
De waarheid is: ik weet het niet meer.
Ik weet niet of het verkeerd is. Ik weet niet of het juist is. Maar ik weet dat ik er niet meer over kan schrijven alsof ik het zeker weet. Alsof mijn verontwaardiging zuiver is. Alsof ik erbuiten sta.
Dat doe ik niet meer.
Dit is mijn laatste stuk. Voor dit medium. Voor nu. Omdat ik niet meer de persoon ben die deze woorden kan dragen zonder hypocrisie. Ik ben veranderd. Of ik dat nu wil of niet.
Wat er volgt, weet ik nog niet. Misschien stilte. Misschien iets nieuws. Misschien iets wat jullie niet van mij verwachten.
Misschien iets wat je kunt lezen.
Misschien iets wat je kunt zien.
Ik weet alleen dat ik niet meer kan doen alsof.
En ik wil dat ook niet.
Met oprechte groet,
Fieneke
Ze las het stuk nog één keer door. Geen verbeteringen, geen herschrijvingen. Het was rauw, eerlijk, pijnlijk precies. Ze voelde haar hart bonzen toen haar cursor naar de verzendknop gleed, maar haar hand aarzelde geen seconde. Ze selecteerde de hoofdredacteur van het medium waarvoor ze schreef. Vervolgens het algemene redactiemailadres. En toen, met iets tragere vingers, typte ze een derde naam erbij: Jay. De man die haar het meest had tegengesproken. De man die haar het diepst had geraakt. CC.
Verzenden.
De klik was nauwelijks hoorbaar, maar de echo ervan trilde door haar hele lichaam. Alsof er iets losraakte. Alsof er iets opstond in haar waar ze tot gistermiddag nog geen idee van had gehad.
Ze leunde achterover in haar stoel, haar hoofd iets achterover tegen de rugleuning, haar ogen gesloten. Het was eruit. Haar waarheid. Haar breuk. Haar bekentenis. Ze had het gedaan.
Het luchtte op. Maar het was doodeng. Wat nu?
Wat zouden ze denken? De mensen die haar volgden. Die haar citeerden. Haar prezen om haar intellect, haar consistentie, haar idealisme. Haar vriendinnen. Haar docenten. Renéé. Bas.
Wat zouden ze zeggen? Of belangrijker: wat zou dat haar doen?
Ze voelde haar hartslag nog steeds tikken in haar hals. Ze wilde haar telefoon pakken, de eerste reacties lezen, maar ze durfde niet. Niet nog. Niet vandaag. Het scherm bleef op haar bureaublad staan. De witte pagina. De handtekening. De afzender.
Maar iets in haar wist: het maakte allemaal niet meer uit.
Ze weten niet wat ik weet.
Ze voelen niet wat ik voel.
En ze willen niet wat ik wil.
Ze sloeg haar laptop dicht. Langzaam. Definitief.
En toen was het stil in de kamer. Maar niet in haar.
-
Ze was halverwege een nieuw opiniestuk over de ethiek van performatieve seks toen de DM binnenkwam. Verstuurd via het geverifieerde account van BlackRoom Sessions, de podcasttak van NoirVision – een mediaplatform dat zich toelegt op hoogwaardige, visueel gedurfde content rond interraciale erotiek. Fieneke had het platform in haar lezingen eerder omschreven als “raw, hyperseksueel en moreel twijfelachtig, maar tegelijk sociaal-relevant.”
De boodschap bestond uit één zin. En één vraag. “We lazen je artikel over racialisering in porno. Zin om het gesprek met ons aan te gaan?” Geen aanhef, geen context. Gewoon zo. Zelfverzekerd, licht uitdagend, met een ondertoon die net persoonlijk genoeg was om effect te hebben. Ze had haar telefoon drie keer vergrendeld en weer geopend voordat ze reageerde. Niet uit twijfel, maar omdat ze haar woorden zorgvuldig wilde kiezen.
Ze kende het platform. In haar vorige stuk had ze het al eens bestudeerd. Verwerpelijk vond ze het. Maar juist daarom had ze er aandacht aangegeven. Jay was hun vaste podcastpresentator: geslepen, verbaal virtuoos, met een stem die het midden hield tussen charme en controle. Fieneke zou de hoofdgast zijn. Maar er zouden ook twee gasten zijn vanuit het bedrijf zelf. Jean Paul – meestal gewoon JP – was een van hun bekendste pornoacteurs, fysiek imposant, met een reputatie die zowel op beeld als in debat z’n sporen had nagelaten. Ze wist wie hij was. En dan was er BiBi-Cee, het witte redactiemeisje dat schreef en sprak voor het online magazine van NoirVision. Ze presenteerde zich als influencer, maar stond vooral bekend om haar openlijke bewondering voor zwarte mannelijkheid – en haar schijnbare onvermogen om daar kritisch op te reflecteren. Fieneke vond haar vooral storend. En interessant. Misschien omdat BiBi alles was wat zij verafschuwde: een meisje dat haar seksuele voorkeur verkocht als politiek bewustzijn. Precies dat wat Fieneke wilde stoppen.
Maar Fieneke zei ja. Ook zij mocht nog iemand meenemen, als ze dat wilde, maar ze vond dat niet nodig. Ze stond sterk. En ze wist wat te zeggen en wat haar boodschap was. Dit was een serieuze uitdaging. En die zag ze graag tegemoet zonder afleiding.
Niet voor het spel. Niet voor de aandacht. Maar omdat ze wist dat ze het aankon. Ze was rationeel, scherp, en gewend om haar ideeën helder te verwoorden, ook onder druk. Als zij zich ergens over uitsprak, dan was dat goed doordacht, onderbouwd met literatuur en gevoed door ervaring. Haar mening stond niet los van haar overtuiging, en haar overtuiging was geen façade. Ze geloofde in wat ze zei.
Fieneke was twintig, studeerde journalistiek, en woonde op kamers in een wijk waar de gevels net zo progressief waren als de gesprekken aan de eettafel. Ze was al jong omringd geraakt door mensen die kritisch nadachten over macht, representatie en privilege, en ze had die gesprekken verslonden als een tweede natuur. Haar betrokkenheid was echt. Geen pose. Geen modieuze houding. Woke zijn was voor haar nooit een identiteit, maar een noodzaak – een manier om helder te blijven kijken in een wereld die voortdurend aan je trok.
Toch wist ze dat ze bekeken werd. Niet om wat ze zei, maar om hoe ze eruitzag. Ze was lang, slank, gespierd waar het telde en rond waar het opviel. Haar huid glad, haar blik scherp, haar haar zwaar en glanzend. Ze droeg nette, stijlvolle kleding, zonder nadruk, maar haar lichaam viel nooit weg. Ze deed er niets mee. Ze speelde er niet mee. Want het innerlijk telde. De gedachte. De stem. Aantrekkingskracht mocht dan bestaan, ze vond het zelden interessant. En al helemaal niet bepalend.
Seks was voor haar abstract. Geen ervaring, hooguit observatie. Ze kon er helder over schrijven, soms zelfs indrukwekkend overtuigend, maar wat ze voelde en wat ze geloofde zaten niet altijd op dezelfde lijn. Misschien, heel misschien, wist ze al meer dan ze wilde toegeven. Maar ze had er nooit iets mee gedaan. Nooit iets op gezocht. Nooit iets opgewekt.
En dus, als mannen haar aankeken – soms iets te lang, soms zonder filter – dan gaf ze daar geen betekenis aan. Niet per afkomst. Niet per huidskleur. Aantrekkingskracht was individueel, contextueel, gevormd door cultuur, beelden en ervaring. Niets wat wezenlijk verschilde tussen wit of zwart. Wie dat beweerde, zat gevangen in dezelfde raciale logica die zij probeerde te ondermijnen.
Dus ja, misschien bleven sommige blikken iets langer hangen. Misschien zouden anderen zeggen dat ze vaker honger zagen in donkere ogen dan in andere. Maar zij merkte dat niet.
Ze lette er niet op. Ze wilde er ook niet op letten.
En zelfs als het zo was, dan had het geen betekenis.
Niet voor haar.
Ze weigerde om er meer in te zien dan toeval.
De ochtend van de opname was helder en droog. Fieneke stond met nat haar voor haar kledingkast, handdoek strak om haar middel, terwijl haar telefoon op luidspreker lag. In de kamer klonk het geritsel van kledinghangers, afgewisseld door de bezorgde stem van Renée. “Ik zeg dit alleen omdat ik je ken, oké? Die studio is niet gewoon een tafel met microfoons. Het is… ruw. Echt ruw. Je gaat daar alleen naartoe?”
Renée studeerde net als zij journalistiek, was even oud, maar een wereld van verschil in alles wat niet in cijfers te vangen viel. Voorzichtig, genuanceerd, altijd bedachtzaam. Waar Fieneke haar woorden als wapens koos, koos Renée ze als verband. Ze discussieerden vaak, maar hielden van elkaar als zussen. En juist daarom wist Renée wanneer ze moest bellen.
Fieneke hield een getailleerde witte top tegen haar borst en draaide zich naar de spiegel. Haar blik gleed iets langer dan nodig langs haar silhouet, zonder dat ze het zelf doorhad. Ze merkte niet hoe haar hand de stof een fractie strakker tegen haar lichaam trok. “Dat is toch juist het punt? Dat ze me tegenover zich krijgen. Dat ik zeg wat niemand in hun bubbel tegen ze zegt.”
“Maar Fien…”
“Ik ben alleen uitgenodigd voor een gesprek,” zei Fieneke, haar stem kalm, licht geamuseerd. “Dus dat is wat ik ga doen. Een pittig, intellectueel gesprek. Meer niet.”
Renée zuchtte hoorbaar. “En als dat gesprek ineens over jouw lichaam gaat in plaats van over hun systemen? Je weet hoe ze zijn, Fien. Hun content is altijd visueel, lichamelijk, persoonlijk. Ze praten over lichamen alsof het statements zijn. En jij zit daar straks als enige witte vrouw tussen twee mannen die daar hun werk van maken.”
Fieneke draaide zich om en liet de top op bed vallen. “Dan corrigeer ik ze. In volzinnen. Met bronvermelding.” Ze glimlachte naar haar spiegelbeeld. Niet spottend, maar tevreden. Ze was blij met haar keuze. Blij met wat ze zag. En vooral blij met zichzelf. Ze wist hoe dit klonk. Maar ze voelde zich zeker. Als iemand die haar wapenrusting kende.
Ze trok de top aan – hooggesloten, maar strak rond haar borst. Glanzend als zijde, ivoorwit op haar licht gebruinde huid. Het rokje dat ze erbij koos viel smal om haar heupen en reikte tot halverwege haar dijen. Zwart, zacht, elegant. Haar benen waren geschoren, haar huid glad. Ze bracht een vleugje blush aan, net genoeg om haar jukbeenderen te accentueren. Een dunne lijn mascara, een vleugje glans op haar lippen. Niet uitdagend. Niet onderdanig. Ze wilde niet opvallen om haar uiterlijk – maar ze weigerde zich kleiner te maken dan ze was.
Toch was dit veel, voor iemand die altijd beweerde dat het innerlijk voorop stond. Veel zorg, veel aandacht. En hoewel ze zich daar niet van bewust leek, straalde haar voorbereiding een concentratie uit die verder ging dan puur professioneel. Ze voelde spanning. Niet de scherpe adrenaline van een confrontatie, maar iets zachters. Iets wat haar handen net iets langzamer deed bewegen over de stof. Iets dat haar nog ontging.
“Ik begrijp dat je het spannend vindt,” zei ze uiteindelijk, terwijl ze haar ketting sloot. “Maar dat betekent niet dat ik het niet moet doen.”
“Dat zeg ik ook niet,” kwam het antwoord zacht. “Ik wil gewoon niet dat je straks… ja, dat je iets voelt waar je niet op voorbereid was.”
Fieneke stopte even met bewegen. Dat klonk belachelijk.
“Zoals wat?”
“Zoals wat ze daar oproepen. In vrouwen. Die vibe. Je denkt dat je erboven staat, maar misschien sta je er ineens middenin.”
Ze keek naar zichzelf in de spiegel. Haar blik helder, haar houding recht.
“Dat zou impliceren dat ik niet weet wie ik ben.”
Renée zweeg even. “Misschien wel wie je bent, maar niet wat je oproept.”
Er viel een korte stilte.
Toen haalde Fieneke adem, kalm. “Ik roep alleen op wat ze projecteren. En dat zegt meer over hen dan over mij.” Dat wist ze zeker. Al keek ze kort twijfelend naar haar spiegelbeeld. Voordat er een andere gedachte kon opkomen, herinnerde ze zich aan haar zaak. Wat zij deed, was goed. Wat zij deden, was fout. En dat was de waarheid. En iemand moest ze dat gaan vertellen.
Ze beëindigde het gesprek, pakte haar tas en liep de trap af. Haar hakken tikten ritmisch op de stenen. Geen aarzeling. Geen spanning. Alleen vastberadenheid.
Alleen gaan was geen risico.
Het was een keuze.
En Fieneke koos altijd bewust.
Het studiogebouw lag in een zijstraat van een oud industriegebied, omgetoverd tot een creatief cluster vol designbureaus, podcasts, productiehuizen. Van buiten was het niets bijzonders: baksteen, rookglas, een zwart metalen hek dat automatisch openschommelde toen ze naderde. Ze meldde zich via de intercom en werd binnengelaten met een kort gebrom.
Terwijl ze de stoep overstak, herhaalde ze in haar hoofd haar belangrijkste argumenten. Ze wist waar ze op aangevallen zou worden: haar toon, haar generalisaties, haar gebrek aan ervaring misschien. Maar daar had ze over nagedacht. Ze had haar bronnen op orde, haar inzichten helder. Voor elke aanval had ze een tegenzet. En ze voelde zich gesterkt door de voorbereiding. Deze confrontatie was geen risico, het was een kans – om hun retoriek bloot te leggen en haar punt krachtig te maken. Ze liep met rechte rug en een gecontroleerde ademhaling. Vol zelfvertrouwen. Alsof ze al gewonnen had.
Binnen wachtte een andere wereld. De vloer was diepgrijs beton, gepolijst tot een zijdeachtige glans. De muren waren donker, bijna zwart, met hier en daar matgouden accenten, en foto’s in grote lijsten: vrouwen in zwart-wit, kussend, buigend, kreunend, vastgehouden. Soms teder. Vaker krachtig. Het was smaakvol – en onmiskenbaar seksueel geladen. Alles ademde controle. Alles was gemaakt om mooi te zijn. En intiem.
Haar blik bleef hangen op één foto. Een zwart-wit close-up van een zwarte lul, zwaar, slap nog, maar duidelijk enorm. Elk detail zichtbaar, de textuur, de contouren, de nadruk. Het hing er gewoon. Zonder uitleg. Zonder context. Ze voelde haar keel even schrapen, alsof iets haar stem wilde onderbreken. Dit was waarom ze hier was. Precies dit. Om dit te bevragen. Om dit tegen te gaan. Ja, dat was het.
Bij de balie zat een jonge zwarte man. Zijn huid glansde, zijn stem was laag en warm toen hij haar begroette. "Welkom. Jij bent Fieneke, toch?" Geen formulier, geen pas, alleen haar naam. Hij keek haar aan met een lichte glimlach, zijn blik open, niet opdringerig, maar zonder schroom. “Je zit bij Jay, JP en BiBi. Mooie aflevering wordt dat.” Zijn toon was vriendelijk. Maar iets in zijn stem bleef hangen. Ze glimlachte, knikte, en liep verder.
Een vrouw begeleidde haar via een glazen deur naar de opnamestudio. De gang was stil en donker, met zacht indirect licht langs de vloer, alsof alles onder de oppervlakte gebeurde. Boven de gangen hingen bordjes: 'Redactie', 'Casting', 'Postproductie', 'Personeelsruimte'. Maar ook namen als 'Indulgence', 'Raw Cut' en 'The Black Room' – titels die weinig aan de verbeelding overlieten. Her en der liep iemand voorbij. Wat haar opviel: alle vrouwen waren wit. En aantrekkelijk. Niet zomaar verzorgd, maar opvallend mooi. Alsof uiterlijk hier een voorwaarde was, geen toeval. Alle mannen waren zwart. Ze schudde haar hoofd. Het was nog erger dan ze dacht, dacht ze cynisch.
Zelfs de vrouw die haar begeleidde leek van een castinglijst te komen: lang, elegant, benen als lijnen, een gezicht uit een luxemerkencampagne. Ze was uiterst beleefd, professioneel zelfs, bijna normaal – als dit geen setting was geweest die in alles aanvoelde als het tegenovergestelde van normaal.
Aan de muren opnieuw beelden: schaduwen van lichamen, beweging, contouren. Ze probeerde zich te focussen op haar ademhaling. Ze voelde zich nog steeds zeker. Maar er zat iets in haar buik – een lichte draaiing, alsof de zenuwen niet alleen rationeel waren. Alsof haar lichaam iets wist dat haar hoofd nog niet benoemde.
De vrouw opende een deur. "Je mag hier nog even wachten. Ze zijn bijna klaar met de setup."
Ze knikte. De ruimte was kleiner dan verwacht. Zacht verlicht, met een ronde tafel, drie microfoons, een paar stoelen. Eén camera stond al aan, gericht op het midden. Alles was klaar voor haar binnenkomst. En toch voelde het alsof iets nog moest beginnen.
Ze zat nog geen vijf minuten alleen in de opnameruimte toen de deur zachtjes openging. Fieneke keek op. Een vrouw stapte naar binnen, lang, slank, met een zacht gezicht en helderblauwe ogen onder een losse, blonde paardenstaart. Haar huid was egaal, haar glimlach ontwapenend. Ze droeg een lichte blouse en een jeans, casual maar stijlvol, alsof ze net uit een Scandinavische campagnefoto was gestapt.
"Hey," zei de vrouw vriendelijk. "Ik ben Whitney."
Whitney? Fieneke knikte, glimlachte terug. Haar eerste gedachte bleef onuitgesproken. Wat komt zij hier doen? Geen make-upjunkie. Geen overduidelijke porno-babe. Geen ‘BiBi-Cee’. Gewoon… normaal. Mooi, maar ingetogen. Misschien van de make-upafdeling? Of redactiemedewerker? Ze leek niet het type dat je bij een organisatie als deze zou verwachten. En toch... er zat iets in haar houding, iets in haar manier van kijken en zitten, dat duidde op vertrouwdheid. Stond ze aan haar kant? Of was ze juist gekozen om haar te verrassen? Fieneke wist het niet. Haar stem had een lichte, Amerikaanse melodie, vriendelijk en helder.
"Jij bent Fieneke, toch?" vroeg Whitney, terwijl ze tegenover haar plaatsnam.
"Klopt," zei Fieneke.
Er viel even een stilte. Whitney streelde gedachteloos met haar vingers over de rand van haar koffiebeker. Toen: "Wat vind je ervan, tot nu toe?"
Fieneke haalde haar schouders licht op. "Het gebouw is indrukwekkend. Visueel sterk. Maar... het voelt ook heel bewust georkestreerd. Alsof alles hier bedoeld is om iets op te roepen. Iets lichamelijks. Iets... geladen."
Whitney knikte langzaam, een glimlach speelde om haar lippen, alsof ze die reactie had verwacht. Maar voor ze iets kon terugzeggen, ging de deur opnieuw open.
Twee mannen stapten tegelijk binnen. Donkere silhouetten tegen het tegenlicht van de gang. Groot, breed, kalm. Eén van hen droeg een strakke zwarte trui over gespierde schouders, de ander een wit T-shirt dat contrasteerde met zijn diepe huid. De sfeer in de ruimte veranderde direct. Het gesprek viel stil. Alsof er iets zwaars mee naar binnen was gelopen – iets wat niet benoemd hoefde te worden, maar wel meteen aanwezig was.
En Fieneke voelde zichzelf rechtop gaan zitten.
De man in het zwart stapte als eerste naar voren. "Jay," zei hij met een open glimlach, terwijl hij Fieneke’s hand schudde. Zijn handdruk was stevig, warm, met net genoeg druk om krachtig te voelen zonder opdringerig te zijn. "Welkom, Fieneke. Goed dat je er bent."
Hij draaide zich iets opzij en gebaarde naar de andere man. "Dit is Jean Paul. Of JP, als je dat makkelijker vindt."
Ook JP gaf haar een hand. Zijn vingers waren lang, zijn handpalm breed, zijn aanraking beheerst. Hij glimlachte vriendelijk. "Aangenaam. We hebben je stukken gelezen. Mooie scherpe pen."
Voordat Fieneke iets kon zeggen, richtte Jay zich tot Whitney. "BiBi, jij zat al even met haar?"
Fieneke’s ogen vernauwden zich. BiBi? Haar blik schoot naar Whitney, die onbewogen glimlachte. Dít is BiBi-Cee? Alles in haar voorkomen had dat tegengesproken. Ze was het tegenovergestelde van het beeld dat Fieneke van haar had gevormd: geen uitzinnige blik, geen overdreven flirt, maar een zachte aanwezigheid met weloverwogen charme.
Maar ook Jay en JP waren niet wat ze had verwacht. Geen dominant haantjesgedrag, geen zelfingenomen poses. Ze waren warm. Hartelijk zelfs. Rustig. Complimenteus. Ze gaven haar de ruimte, boden haar iets te drinken aan – water, koffie, kruidenthee – en wezen zonder ophef de zitplaatsen aan.
Fieneke zuchtte zachtjes. Niet hoorbaar voor de anderen, maar wel voelbaar in haar lijf. Het overviel haar. De vriendelijkheid. De vanzelfsprekendheid. Het gebrek aan strijd. Ze voelde zich even uit haar element. De zenuwen die opkwamen waren anders dan ze kende. Geen adrenaline van een debat. Maar een stil soort onzekerheid.
En dus werd ze stil.
Iedereen nam plaats. Er werd nog gemoedelijk naar elkaar geknikt, een kort lachje hier en daar, handen over tafel, koffiebekers verschoven. Jay keek naar haar. "Ready?"
Fieneke knikte.
"Top," zei hij. "Nog even snel: alles is live. We filmen, we streamen, en we knippen niet achteraf. We bespreken expliciete onderwerpen. Soms laten we ook expliciete beelden zien, als ze relevant zijn voor het gesprek. Dat weet je, toch?"
Fieneke knikte opnieuw. "Daarom ben ik hier," zei ze.
In haar hoofd klonk het harder: Precies daarom. Om dit te stoppen.
De microfoons stonden aan. De camera zoemde zacht. Jay gaf een kort knikje naar de technicus achter het glas, wachtte het onzichtbare teken af, en richtte zich tot de camera. "Welkom bij een nieuwe aflevering van BlackRoom Sessions, rechtstreeks vanuit het hart van NoirVision. Vandaag hebben we een bijzondere gast aan tafel: journalistiek studente, opiniemaker, en iemand die online de nodige pennen in beweging heeft gebracht – Fieneke."
Hij keek haar aan met een warme glimlach. "Fieneke, welkom."
"Dank je," zei ze beheerst, haar rug recht, handen gevouwen voor zich op tafel.
Jay richtte zich weer tot de camera. "Vandaag praten we over representatie. Over erotiek. En over grenzen. Wat is empowerment, wat is exploitatie? En wie mag dat bepalen?"
Hij draaide zich terug naar haar. "Laten we beginnen met jou. Je schreef een stuk over de racialisering van porno, en hoe interraciale dynamieken daarin problematisch kunnen zijn. Kun je dat kort toelichten voor onze luisteraars?"
Fieneke knikte. "Zeker. Mijn stelling is dat de pornografie waarin zwarte mannen seks hebben met witte vrouwen, vaak voortbouwt op oude koloniale beelden. Dominantie, fetisjering, het idee van de ongeremde zwarte man tegenover de onderworpen witte vrouw. En dat dat in hedendaagse content – ook bij jullie – wordt herhaald, zij het op stijlvolle, maar nog steeds problematische wijze."
Jay knikte langzaam. "Sterke punten. En hoe zie je de rol van NoirVision daarin? Ik bedoel – je zit hier aan tafel, bij ons. Waarom deze plek om dat geluid te laten horen?"
Fieneke hield zijn blik vast. "Omdat het hier gebeurt. Dit is het epicentrum. Het is makkelijk om op afstand te schrijven, moeilijker om naar binnen te stappen. Maar ik geloof dat als je iets wil veranderen, je het moet durven benoemen waar het leeft. In het hol van de leeuw, ja. Maar dat is precies waar de dialoog moet plaatsvinden."
Jay knikte nogmaals, iets trager. "En dat doe je beleefd. Heel beheerst."
"Met schreeuwen bereik je niets," zei Fieneke rustig. "De patronen die ik wil blootleggen zijn geraffineerd. Dus mijn toon moet dat ook zijn."
Jay leunde iets naar JP. "Wat denk jij, JP?"
JP boog zich iets naar voren, zijn toon bedachtzaam. "Ik zie het, en ik begrijp de zorgen. Maar zou je ook kunnen zeggen dat het soms gewoon... seksuele voorkeur is? Dat mensen aantrekken wat hen aantrekt?"
"Zeker," zei Fieneke, terwijl ze hem aankeek. "Maar dat wat mensen aantrekkelijk vinden, ontstaat niet in een vacuüm. Het wordt gevoed door cultuur, beeldvorming, geschiedenis. En in de porno-industrie zie je dat op z’n scherpst: gespierde, zwarte mannen die nauwelijks iets zeggen behalve kreunen en nemen. Witte vrouwen die hun intelligentie achterlaten zodra de camera draait. Die zich laten gebruiken, laten vullen – zonder context, zonder nuance. Dát is wat wordt geframed als aantrekkingskracht. En daar moeten we iets van vinden. Want het is niet de aantrekking naar een ander lichaam die problematisch is. Het is hoe die aantrekking wordt vormgegeven – en steeds opnieuw wordt verteld volgens dezelfde, luie extremen."
Jay knikte bedachtzaam. "Je schetst een stevig beeld. Maar wat als het simpelweg fantasie is? Iets waar mensen naar kijken, juist omdat het niet echt is?"
JP haakte in. "De meeste kijkers weten toch wel dat het gespeeld is. Net zoals niemand gelooft dat elke pizza-bezorger zo binnenkomt. Het is een industrie, een spel. En er is duidelijk een markt voor."
Fieneke draaide zich iets in haar stoel, haar houding nog beheerst, maar haar stem kreeg scherpte. "Dat is precies het probleem. Het wordt als spel verpakt, maar de impliciete boodschappen zijn echt. De fantasie is niet onschuldig als ze telkens dezelfde beelden herhaalt: de domme, gretige witte vrouw. De zwijgende, dierlijke zwarte man."
Ze keek van Jay naar JP. "Dat zijn geen neutrale rollen. Ze komen voort uit een geschiedenis van overheersing en vernedering. En als die beelden herhaald blijven worden – zogenaamd als 'fantasie' – dan houdt dat iets in stand. Iets dat ook buiten de slaapkamer doorwerkt."
"En," voegde ze er, nu feller, aan toe, "het voedt onzekerheden. Bij zwarte mannen die denken dat ze altijd moeten presteren. Bij witte vrouwen die zich afvragen of ze begeerlijk zijn zonder zich onderdanig op te stellen. Het vervormt verlangen. Het maakt van seks een toneelstuk waarin niemand zichzelf mag zijn."
Ze leunde iets voorover. "En het ergste is nog: daar wordt geld mee verdiend. Veel geld. Want hoe extremer, hoe beter het verkoopt. Dat is de dynamiek. En zolang die blijft bestaan, blijven jullie dit in stand houden. Of je het nu mooi in beeld brengt of niet."
"BiBi?'' vroeg Jay simpel naar haar reactie. BiBi-Cee, wat niet voor niks haar artiestennaam was, glimlachte maar haar blik was serieuzer dan voorheen. "Ik herken veel in wat je zegt, Fieneke. Echt. Maar als iemand die bewust kiest voor zwarte mannen, voel ik me bijna aangevallen door de gedachte dat mijn voorkeur automatisch voortkomt uit raciale beeldvorming. Voor mij is het niet alleen verlangen. Het is chemie. Een gevoel. Echt contact. Niet alleen scripts of stereotypes."
Ze keek even naar JP, glimlachte kort, en richtte zich weer op Fieneke. "Ik weet dat er patronen zijn. En ja, ik zie ook de extremen die je beschrijft. Maar ik geloof ook dat je niet alles kunt reduceren tot cultuurkritiek. Er zijn momenten waarop mensen elkaar echt vinden. En dat kan – of dat nu politiek correct voelt of niet – ook gebeuren tussen een witte vrouw en een zwarte man, zonder dat dat per se een herhaling van koloniale logica hoeft te zijn."
Ze haalde haar schouders op. "Misschien ben ik naïef. Misschien ben ik onderdeel van het probleem. Maar ik geloof dat het ook anders kan. Dat er ruimte is voor erotiek die eerlijk is. Die niet alleen speelt met contrast, maar ook met wederzijdsheid."
Fieneke’s kaken spanden zich iets. Het was allemaal zo zacht. Zo mild. Alsof het om gewone smaken ging. Alsof er niets op het spel stond.
"Precies dit," zei ze. "Dit is waarom ik het gevaarlijk vind. De normalisering. Het ongemerkt doorsijpelen van machtsstructuren, vermomd als voorkeur."
Jay hield haar blik vast. "Daar gaan we het vandaag over hebben. Open, eerlijk, en zonder filter."
En toen werd het stil. De podcast was begonnen. En hoe.
Hij leunde iets terug in zijn stoel. "En als we het dan toch over die extremen hebben... Fieneke, je schreef daar eerder over – die rauwe beelden, die terugkerende scenario's. Altijd weer die overdrijving. Die veel te grote pikken, zoals jij dat letterlijk omschreef. Wil je dat betoog hier nog eens herhalen?"
Fieneke’s ogen vernauwden zich iets, maar ze knikte. "Graag. Want het begint daar. Met het visuele geweld dat bijna cartoonesk wordt. De zwarte man als puur vlees. Altijd groter. Altijd harder. Altijd meer. Er zijn productielijnen die volledig draaien op die overdrijving – en de kijker leert al snel: dit is wat het moet zijn. Dít is de standaard."
Ze boog iets voorover. "En dat is niet zomaar entertainment. Het creëert verwachtingen. Het voedt ideeën over viriliteit, over dominantie, over oncontroleerbare drift. En tegenover die overmaat aan mannelijkheid staat dan de witte vrouw – vaak jong, vaak naïef, vaak overdreven onderdanig. Alsof ze niets liever wil dan overspoeld worden. Niet verleid, niet bemind, maar… gepenetreerd. Gevangen."
Ze haalde diep adem. "En ik weet dat dat klinkt alsof ik moralistisch ben. Maar mijn punt is niet dat mensen die fantasieën niet mogen hebben. Mijn punt is: waarom zien we altijd deze fantasie? Waarom is dat het frame waarin de interraciale ontmoeting wordt gegoten? Waarom moet het altijd over overweldiging gaan? Over contrast? Over overwicht?"
Ze keek naar Jay, naar Whitney, naar JP. "Als dit werkelijk een fantasie is, waarom is hij dan zo eenzijdig? Waarom is hij zó sterk gecodeerd? En waarom verkoopt het pas als het rauw is? Als het zwart-wit is – letterlijk en figuurlijk?"
Jay ademde langzaam uit en leunde voorover. "Je hebt sterke punten neergezet, Fieneke. Eerlijk, stevig, kritisch. En daar hebben we respect voor."
Hij keek kort opzij naar JP, dan naar Whitney, en weer terug naar haar. "Maar we willen ook duidelijk zijn over wat we hier doen. We maken porno. Soms heel platte porno. Omdat daar vraag naar is. Omdat mensen daar massaal naar kijken. En ja – daar wordt veel geld mee verdiend. We doen niet alsof dat niet zo is."
Zijn stem bleef rustig. "We proberen mooie dingen te maken. Stijlvol, ja. Maar ook rauw als het moet. We zijn open over de codes waar we mee werken. We weten dat het speelt met clichés. Maar we geloven dat transparantie over die keuzes ook onderdeel is van het gesprek."
"Dus als jij zegt: dit houdt iets in stand... dan is dat een belangrijk signaal. En dat nemen we serieus. Maar tegelijkertijd: we bedienen ook een markt. Die markt bestaat niet ómdat wij dit maken. Wij maken dit omdat die markt er al is."
Hij keek haar aan met een nieuwe intensiteit. "En dat is misschien wel het moeilijkste in dit hele debat."
Fieneke knikte langzaam, haar ogen nog steeds scherp. Maar ze zei niets. Voor het eerst in het gesprek liet ze de stilte even hangen.
Jay liet even een stilte vallen, liet Fieneke’s laatste woorden nazinderen in de ruimte. Hij haalde adem, leunde achterover in zijn stoel en glimlachte bijna mild.
“Dank je, Fieneke,” zei hij kalm. “Serieus. Echt sterk verwoord. En het is belangrijk dat dit gezegd wordt.” Hij liet zijn blik even over de tafel glijden, en richtte zich toen naar de camera. “Maar we willen vandaag ook laten zien dat het niet alleen om beeldvorming gaat. Niet alleen om stereotype scripts of domme verhaallijnen. Soms gaat het gewoon om... wie je bent. En wat je meebrengt.”
Hij draaide zich naar zijn rechterkant. “Voor wie hem nog niet kent: Jean Paul, of JP voor de intimi. Een van de langst actieve, meest gerespecteerde namen in de interraciale porno-industrie. Acteur, regisseur, winnaar van drie BLAZE Awards, en inmiddels een van de creatieve krachten achter meerdere projecten bij NoirVision.”
JP knikte licht, zijn gezicht ontspannen. Hij was groter dan Fieneke had ingeschat. Brede schouders, kaaklijn scherp en donker geschoren, handen groot maar elegant gevouwen op tafel. Zijn stem klonk laag, maar niet hard. Rustig. Ervaren.
Jay keek hem aan. “JP, jij hebt ze allemaal gedaan. De rauwe dingen. De fantasieën. De scènes waar Fieneke het over heeft. Met plezier, toch?”
JP grijnsde, schouderophalend. “Zeker. Vooral vroeger. Toen ik net begon... was het een beetje alsof je meedeed aan een soort ritueel. Witte vrouwen. Zwart vlees. Overgave. Kracht. Het voelde… intens. Eerlijk ook. Rauw, ja. Maar echt. En het publiek? Dronk het op.”
Hij keek naar Fieneke, de glimlach nog steeds op zijn gezicht, maar met een randje. “Dat was ook het klimaat toen. Minder bewustzijn. Of juist meer, op een andere manier. Minder hypocrisie. We deden het niet om een discussie te voeren, maar om een grens over te steken. Om die witte vrouw op haar plek te zetten, weet je.”
Zijn blik werd iets scherper. “Zou ik soms nog steeds willen doen,” voegde hij eraan toe, zacht en met een schuin lachje, zijn ogen recht op haar gericht.
Fieneke bleef rechtop zitten, maar ze voelde haar rugspieren zich aanspannen. Het was de eerste opmerking die niet enkel professioneel aanvoelde. De eerste zin die niet alleen over cultuur ging, maar haar rechtstreeks raakte. Ze zag hoe hij haar aankeek – niet als tegenstander, maar als... mogelijkheid. Als iets dat hij kende. Of dacht te kennen.
Ze wilde haar ogen niet neerslaan. En toch...
Er was iets in die blik.
Alsof hij haar al had uitgekleed. Niet letterlijk. Dieper.
Alsof hij wist dat onder haar taal, haar standpunten, haar referenties... een ander verhaal school.
Ze schraapte haar keel, onbewust.
En daar was het weer: dat gevoel in haar buik.
Warm. Ongemakkelijk.
Als iets dat nog moest beginnen.
Jay liet zijn hand rusten op een afstandsbediening die tot dan toe onopgemerkt op tafel had gelegen. Hij keek even naar Fieneke, naar de camera, en zei rustig:
“Woorden zijn belangrijk. Maar beelden... beelden zijn waar wij van leven.”
Voordat het scherm aanging, schrok Fieneke zichtbaar. Haar rug verstijfde een fractie en ze nam snel een slok water. Ze had niet verwacht dat er tijdens de podcast zélf porno zou worden getoond. Niet echt. Niet zo direct.
Een groot scherm aan de wand achter de technicus lichtte op. Het NoirVision-logo vervaagde, en een nieuwe scène begon. Geen introductie. Geen uitleg. Alleen geluid – zwaar, ritmisch, ademend – en beeld. Rauw. Sereen. Glashelder in zwart-wit, als een artistieke bekentenis.
Fieneke draaide haar hoofd langzaam. Naast haar keken Jay, JP en Whitney zwijgend toe. Toen de eerste beelden verschenen, slikte ze hoorbaar. Haar vingers speelden kort met het glas water voor haar. Ze voelde drie paar ogen op haar gericht – verwachtingsvol, observerend. Alsof ze wilden weten hoe ze zou reageren. Alsof haar reactie deel uitmaakte van het experiment.
Ze ontweek hun blikken, deed alsof ze aandachtig naar het scherm keek, maar haar focus verschoof telkens. De beelden waren expliciet, mooi, bijna hypnotisch. Maar ze wist niet hoe ze zich erbij moest voelen. Of wat ze ervan moest vinden. Haar hoofd probeerde het te analyseren, maar haar lijf dacht niet mee.
De eerste scène was een blowjob. Close-up, langzaam, bijna intiem. Een jonge, bleke vrouw met volle lippen die JP’s donkere lul in haar mond nam. Haar hand bewoog nauwelijks. Haar ogen stonden rustig, gefocust. Zijn hand lag losjes op haar hoofd, leidend maar niet dwingend. De camera gleed met zorg langs hun lichamen, zoemde in op de details: het contrast tussen huidkleuren, de spanning in haar keel, het glanzen van speeksel.
Daarna volgde een snelle snede. Een nieuwe setting. Een moderne loft, warm licht, een bank van leer. Spitroast. Een blonde vrouw, gespierd maar zacht, met haar mond vol zwarte lul terwijl JP haar van achteren nam. Niet traag. Niet voorzichtig. Maar met een ritme dat gecontroleerd en doelgericht voelde. De vrouw kreunde luid, haar gezicht verwrongen van genot en iets anders – iets wat Fieneke niet meteen kon plaatsen. Rauw, ja. Maar niet vernederend. Alles leek opgenomen vanuit hoeken die de vrouw centraal stelden, niet als object maar als middelpunt van verlangen.
Fieneke verstrakte licht. Haar instinct was om dit soort seks resoluut te verwerpen – te benoemen als gewelddadig, te masculien, te cliché. Maar terwijl ze bleef kijken, kroop een andere gedachte naar boven. Deze vrouw leek geen pijn te hebben. Geen ongemak. Alleen overgave. Alleen plezier, zelfs, terwijl ze van twee kanten genomen werd. En dat kon toch niet? Dat kón toch niet kloppen? Het klopte niet met wat ze wist. Of dacht te weten. En toch zag ze wat ze zag.
In de laatste scène lag JP op zijn rug. Eén meisje zat bovenop hem, haar heupen cirkelend in trage bewegingen. Tussen haar dijen door likte hij haar met aandacht. Terwijl hij haar tong gaf, hield hij in zijn vrije hand het lange haar van een ander meisje vast, die tussen zijn benen knielde en hem tegelijkertijd pijpte. Hun ritme liep gelijk. Het beeld was onscherp op de achtergrond, scherp op zijn gezicht – ogen halfgesloten, ademhaling diep.
Fieneke bleef naar het scherm kijken, zelfs nadat het beeld was weggevaagd. Te lang misschien. Te stil. Iets in deze scène had haar geraakt op een manier die ze niet meteen kon plaatsen. Dit was zeker anders dan wat ze kende, dan wat ze bestreed. De vrouw bovenop had controle. De vrouw onderin leek kalm, doelgericht. Het genot van de vrouwen stond net zo centraal als dat van JP. De montage had hen niet gedegradeerd tot lichamen – ze wáren lichamen, maar ook beleving, ritme, aanwezigheid.
En toch – zelfs dát overtuigde haar niet. Als het de bedoeling was geweest om haar te laten twijfelen, dan was dit slim gekozen materiaal. Maar de twijfel leidde nergens heen. Ze kon het zien, erkennen, analyseren. Maar niet accepteren. Nog niet. Misschien nooit.
Toen werd het scherm echt zwart. Stilte.
Jay legde de afstandsbediening neer.
“Wat je net zag,” zei hij, “is rauw. Echt. En visueel verzorgd. Dit is JP’s recente werk. Gefilmd door hem, geregisseerd door hem. Het is porno, zeker. Maar het is ook... menselijk. Filmisch. Smaakvol, durf ik te zeggen. En ja – het is interraciaal. Want dat is wie hij is. En dat is wat die vrouwen wilden.”
Fieneke had haar ogen op het scherm gehouden tot het donker werd. Ze had geen aantekeningen gemaakt. Geen vragen gesteld. Alleen gekeken. En gevoeld. Iets wat ze niet gewend was tijdens een discussie.
De beelden bleven op haar netvlies plakken. Niet de naaktheid. Niet het vlees. Maar de blikken. De lichamelijke eerlijkheid. De vanzelfsprekendheid van contrast.
En toch... de pik van JP bleef het middelpunt. In elk frame. Elk orgasme. Elke positie.
Een esthetisch middelpunt.
Een symbool. Een kracht.
Fieneke haalde een keer diep adem.
Ze voelde haar hartslag in haar keel.
Toen draaide ze zich iets naar Jay en JP. Haar blik was vastberaden, haar stem iets scherper dan voorheen.
"Ja, het is visueel. Ja, het is minder plat dan wat ik verwachtte. Maar de basis blijft hetzelfde: witte meisjes die zich geven, of erger nog, laten nemen. De boodschap verandert niet omdat het mooi gefilmd is. Het blijft draaien om één ding."
Ze keek naar JP, haar ogen kort rustend op zijn ontspannen lichaamshouding. "Jouw geslacht is het middelpunt in alles. Het symbool. Het altaar. En dáár draait het telkens weer om."
JP haalde zijn schouders op, zijn stem droog. "Ik kan hem niet kleiner maken dan hij is."
Jay lachte zacht, maar hield zijn blik op haar gericht. "Daar gaat het dus om. Dat mensen reageren. En dat we weten dat het een ding is. Dat is geen geheim, Fieneke."
Zij zuchtte, schudde licht haar hoofd. "En dan heb ik het nog niet eens over de casting. De selectie van grotere mannen, zodat ze al bij binnenkomst indrukwekkend lijken. En tegenover hen die kleine meisjes. Licht, fragiel, perfect voor het contrast."
Jay knikte langzaam. "Je beschrijft een realiteit, Fieneke. Een beeld dat bestaat. Maar wij werken daar niet mee. Niet op die manier. Wij kiezen voor chemie. Niet voor centimeters."
JP grijnsde kort, en leunde iets achterover. "Maar stel nou dat het gewoon zo is. Dat zwarte mannen gemiddeld groter geschapen zijn. Dat is toch gewoon een feit? Misschien wel evolutionair bepaald. Een andere genetische ontwikkeling."
Jay knikte bedachtzaam. "Ik bedoel – dat zou toch ook mogen bestaan als waarheid? Niet als stereotype, maar gewoon als biologisch gegeven."
Fieneke’s ogen vernauwden zich. "Nee. Nee. Dat is precies het soort essentialistische onzin waar ik zo allergisch voor ben. Je kunt geen historische machtsstructuren reduceren tot centimeters en etniciteit. En het zeker geen rechtvaardiging noemen voor hoe het vervolgens wordt ingezet."
Haar stem was nu duidelijk harder. "Het is gevaarlijk om zulke aannames als bewijs te presenteren. Dat is geen objectieve waarheid. Dat is framing. En dat is precies wat mensen internaliseren – als kijker, als deelnemer, als vrouw. Als man. Dat is de kern van het probleem."
Fieneke veegde ongemerkt haar handpalmen langs haar dijen. Ze had het warm. Dat was te zien – haar wangen kleurden dieper dan normaal, haar hals glansde licht. De beelden zaten nog in haar lijf, als restwarmte na een te lange douche. En in haar stem klonk het ook, iets schor, iets minder strak dan daarvoor. Ze hield zichzelf in toom. Maar het kostte haar moeite.
JP had tijdens het kijken nauwelijks bewogen. Zijn gezicht had iets kalms gekregen – een soort vanzelfsprekende trots, zoals een schilder naar zijn werk kijkt. Hij zag het effect dat het op Fieneke had. Hij kende dat effect. En hij genoot ervan. Niet opdringerig. Maar zelfverzekerd. De halve glimlach om zijn mond was geen toeval. Dit was wat hij deed. Dit was wie hij was.
Jay keek tussen de twee in met iets wat het midden hield tussen amusement en strategie. De grijns op zijn gezicht was kort, nauwelijks zichtbaar voor wie niet oplette. Maar het zat in zijn ogen: het besef dat de val gezet was, en Fieneke nu middenin het veld stond dat zij zelf had willen bevragen. Hij bewonderde haar lef – echt – maar hij had haar niet uitgenodigd om hier zonder kleerscheuren uit te komen. Dit was geen debat. Dit was een beleving. En zij was er nu deel van.
Whitney had zich in stilte gehouden. Haar blik bleef tijdens het kijken rusten op het scherm, haar onderlip iets vochtig van de tong die ze erlangs haalde. Ze had genoten – zichtbaar, maar zonder schaamte. Niet om JP. Niet om de vrouwen. Maar om de totaliteit. De energie. De taal die geen woorden nodig had. En nu keek ze op, want Jay had haar gezien. En het was tijd.
“Interessant allemaal,” zei Jay, terwijl hij langzaam zijn blik verschoof naar de andere kant van de tafel.
“BiBi, jij hebt dit onderzocht, toch?”
BiBi glimlachte. Haar ogen gleden kort langs Fieneke, zacht maar oplettend.
“Zeker,” zei ze.
En toen boog ze iets naar voren, klaar om te praten.
Whitney knikte zachtjes toen Jay haar het woord gaf, alsof ze wist dat dit moment zou komen. Ze haalde haar vingers langzaam door haar lange haar, keek de tafel rond en zei toen, met een stem die bijna journalistiek kalm klonk:
“Voor mijn blog heb ik de proef letterlijk op de som genomen.”
Fieneke fronste. Whitney glimlachte kort, alsof ze iets persoonlijks ging vertellen, maar tegelijk een experiment toelichtte.
“Ik heb veertig zwarte mannen en jongens geïnterviewd,” vervolgde ze rustig. “Willekeurig. In clubs, op straat, via DM. Niet gefilterd op uiterlijk, inkomen of achtergrond. Alleen op één ding: de vraag.”
Ze keek naar Fieneke, recht, kalm.
“Hebben ze een grote? En zo ja – hoe groot?”
Fieneke’s mond viel iets open. Ze probeerde een geluid te maken, maar haar stem stokte.
“Het doel,” ging Whitney door, “was om feiten en fantasie te onderscheiden. En ja, dat deed ik voor mijn blog. Voor mijn volgers. Voor het artikel. En vaak ook voor de camera. Niet altijd met hun gezichten erbij – privacy is belangrijk – maar de data was helder.”
Jay leunde achterover en keek met geamuseerde blik naar Fieneke, die haar ogen nauwelijks kon geloven.
Whitney sprak onverstoord verder. “20 centimeter wordt gemiddeld al als groot ervaren. Alles daarboven is opvallend. 30 komt voor, maar is zeldzaam. Dus laten we ook niet overdrijven.”
Fieneke schudde langzaam haar hoofd. Ze wist niet of ze moest lachen, schreeuwen, of weglopen.
“Maar het ging niet alleen om de cijfers. Ik stelde mezelf netjes voor. Legde uit wat ik deed. En vroeg of ik hem mocht zien. En meten. Soms mocht het meteen. Soms pas na een drankje. Maar het mocht.”
Ze zei het alsof het ging over een vragenlijst in een buurtonderzoek.
“En ja,” vervolgde Whitney, terwijl ze met haar nagels zacht tegen de tafel tikte, “ik heb er een kleine beloning tegenover gezet. Elke centimeter boven de twintig stond gelijk aan één minuut pijpen. Als bedankje. En als extra motivatie om eerlijk te zijn.”
Fieneke slaakte nu hoorbaar een ademhaling die niet eens als zucht kon doorgaan. Jay glimlachte breed. JP keek zwijgend naar haar, alsof dit precies was waar hij op had gewacht.
“Het resultaat?” Whitney spreidde haar handen. “Veertig mannen. Geen één onder de twintig. Allemaal op video. Te vinden op mijn pagina bij NoirVision.”
Jay knikte bevestigend. “Artikel erbij. Beelden erbij. Alles netjes vastgelegd.”
Fieneke zat stokstijf. Het leek of haar lichaam even niet wist waar het moest beginnen met reageren. Haar brein botste met alles wat ze ooit geschreven had over vrouwenrechten, consent, seksueel machtsvertoon, racialisering. En hier zat een vrouw – een wit meisje – die het allemaal deed, documenteerde en publiceerde, zonder een greintje schaamte.
Whitney leunde iets naar voren, haar stem nog steeds vriendelijk.
“Ik had er twee weken voor uitgetrokken. Gewoon, een rustige planning. En ja, ik heb al die veertig mannen gepijpt. Sommigen kwamen snel. Anderen trokken zichzelf af terwijl ik toekeek, of in mijn mond eindigden. Behalve de echt grote jongens. Die boven de dertig.” Ze lachte zacht. “Daar stopte ik niet tot het klaar was. Zo aardig ben ik dan ook wel.”
Wat Fieneke het meest verontrustte, was niet de inhoud.
Maar het gemak. Het ritme van haar stem. Alsof ze sprak over veldwerk.
Alsof dit een normale vorm van sociaal onderzoek was. En misschien nog erger…
Fieneke kon geen enkel argument bedenken om dit te ontkrachten zonder zich blind te tonen voor het bewijs.
Het stereotype was niet ontkracht. Het was bevestigd. Met genot. Met overgave. Met data.
Fieneke stamelde. Echt stamelde.
Nog warm van de vorige beelden, maar nu raakte ze verstrikt in haar eigen verbeelding. Het was alsof de woorden van Whitney beelden hadden achtergelaten in haar hoofd, die niet meer wilden verdwijnen. Ze zag haar – Whitney, BiBi-Cee – op haar knieën. Voor al die mannen. Die veertig. Veertig zwarte pikken die groter waren dan twintig centimeter. Geen script, geen regie, geen porno. Gewoon… echt. Een meetlintje erbij.
Niet omdat het moest. Maar omdat ze het wilde weten. En dus was het zo. Het móest wel zo zijn.
Maar toch schudde Fieneke haar hoofd, als om haar hersenen letterlijk van die gedachte los te maken. Dit kon niet waar zijn. Dit mocht niet waar zijn.
Whitney tikte intussen met haar nagels op tafel.
“Misschien kunnen we het je laten zien in de praktijk,” zei ze luchtig. “Jij en ik zijn niet per se kleiner dan de gemiddelde vrouw. Dus maakt dat JP dan groter of kleiner?” Ze hield even stil en grijnsde. “Meten is weten.” Ze legde het meetlint op tafel.
JP stond op. Alsof het afgesproken was. Alsof hij wist dat dit moment zou komen. Hij keek Fieneke geen seconde aan terwijl hij langzaam zijn broek losmaakte.
Fieneke verstijfde. Alles in haar bevroor.
Ze voelde dat ze geen controle meer had. Niet over het gesprek. Niet over haar argumenten. Maar ook niet over haar lichaam. Ze wilde opstaan. Weg.
Maar ze bleef zitten. Als verlamd.
JP haalde zijn zwarte, zware geslacht tevoorschijn. Nog niet hard. Maar al groot. Hij hing. Laag, dik, zwaar.
Fieneke’s ogen werden groot. Haar wangen vuurrood. Haar ademhaling stokte.
En ze kon niet wegkijken.
“Hij moet wel stijf zijn, hè,” zei Whitney ondeugend.
Ze stond al op. Achter JP. Haar hand gleed langs zijn heup, greep zijn lul vast. En begon langzaam te trekken. Langzaam. Stevig.
Met de vanzelfsprekendheid van iemand die dit vaker had gedaan.
Het vlees groeide. Zichtbaar. Sponzig eerst. Dan dikker. Strakker.
Whitney legde hem opnieuw op de tafel. Hij bleef niet overeind staan – te zwaar. Te groot.
Ze liep langs hem, haalde het meetlint erbij. Ging net tussen JP en Fieneke in staan, zodat haar zicht werd geblokkeerd.
“Bijna…” zei ze, terwijl haar hand bleef bewegen.
De groeifase was kort. Hij was getraind. Hij wist wat zijn lichaam moest doen.
En toen legde ze het lint ernaast.
“Jeetje,” zei ze.
Ze draaide zich om. “Negen minuten.” Ze glimlachte naar Fieneke. “29 centimeter. Schoon aan de haak.” Whitney stapte opzij. En Fieneke zag het.
Groot. Hard. Dik. Aderen die als kleine rivieren onder zijn huid lagen. Dezelfde die ze had gezien in die beelden. Dezelfde als op het scherm. Alleen nu was het geen scherm. Geen video.
Twee meter verderop. In het echt.
“Nou, BiBi… ik hou je niet tegen. De kijkers verwachten,” zei Jay.
En toen draaide hij zich met een grijns naar Fieneke. “Jij, Fieneke?”
Fieneke zei niets. Ze kon niets. Haar ogen waren gefixeerd. Op hem. Op dat ding.
En ze haatte zichzelf. Waarom keek ze? Waarom bleef ze kijken?
“Jij ook, meneertje,” zei Whitney tegen Jay. “Nu ik toch bezig ben. Maar zij…” – ze knikte naar Fieneke – “zij kan me helpen.”
Fieneke sprong op. Haar handen plat op tafel. Zweet in haar hals. Een rode kop. Alles in haar schreeuwde.
“Jullie zijn gek!” riep ze opeens. Geen redenering. Geen argument. Puur emotie. Puur paniek.
Ze kneep haar ogen dicht, draaide zich om en stormde naar de deur.
De klap van haar hakken galmde na op de studiovloer.
De anderen bleven achter. Even stil. Even verbaasd. JP knikte traag, leunde weer tegen de tafel.
“Dat heb ik niet vaak,” zei hij, met een lachje dat tussen trots en verbazing in lag.
Op de gang vond Fieneke eindelijk even rust. ten minste, dat dacht ze. Ze leunde met haar voorhoofd op haar onderarm, haar elleboog rustend tegen de koele muur. Haar hele lichaam tintelde. Haar huid gloeide. De warmte kwam vanbinnen – als een sluipende koorts. Ze haalde diep adem, maar die bleef hangen in haar borst.
Waarom had ze het zo heet?
Waarom voelde alles zo... echt?
Het was maar seks. Beelden.
Een lul op tafel.
Een vrouw die lachte terwijl ze hem pijpte.
Maar dat was het dus niet. Het was geen satire. Geen karikatuur. Het voelde – tegen alles in – oprecht. En dat maakte het nog erger.
Ze bonkte zachtjes haar hoofd tegen de muur. Eén keer. Twee keer.
Niet hard. Maar hard genoeg om te voelen dat ze nog ergens was.
Achter haar ging een deur open. Ze keek op.
Jay.
Ze keek hem aan zoals je iemand aankijkt die je net van iets onherroepelijks hebt beticht. Ogen vol woede, verraad, verwarring.
“Joh, gaat het wel?” vroeg hij, alsof hij haar echt niet begreep. Zijn stem rustig, licht spottend. “Ik hou wel van een beetje felheid en emotie, maar je moet niet overdrijven.”
Fieneke kneep haar ogen samen. “Wat wil je?” siste ze. “Dit was een val.”
Jay lachte droog. “O ja? Want? Denk je dat wij dit nodig hebben? Denk je dat we nog niet genoeg vrouwen hebben?”
Ze gaf geen antwoord. Haar mond was een streep. Haar ademhaling gejaagd.
“Ik wil je juist bedanken,” ging hij verder. “Dit was een interessante aflevering. Eentje die nog niet klaar is trouwens.” Hij keek even over zijn schouder naar de studio. “Hun vermaken zich wel. En de kijkers.”
Fieneke voelde hoe haar spieren zich aanspanden. Maar haar lichaam bleef verstijfd.
“Kom op,” zei Jay. “Stel je niet zo aan. Geef je er gewoon aan toe. Het is leuk. Het is lekker. Dat weten we allemaal. Vraag maar aan iemand hier. Denk je dat als je hier werkt, je een dag zonder seks zit?”
Zijn stem was achteloos, haast filosofisch.
“We zoeken trouwens nog een aantrekkelijke columnist,” voegde hij er laconiek aan toe. “Interesse?”
Fieneke’s ogen werden groot, vol vuur, vol ongeloof. Maar voordat ze iets kon uitbrengen, draaide hij zich al om.
“Denk er maar over na,” zei hij luchtig. “Ik sluit de podcast af, als je het goed vindt. Al kan je nog blijven kijken. Of meedoen… Wat jij wil.”
Hij stak twee vingers op als afscheid, liep de studio weer in en liet de deur langzaam achter zich dichtvallen.
Fieneke bleef achter. Verlamd. Verward. Wat… gebeurde hier?
Ze wilde naar huis. Ze móest naar huis. Alles in haar lichaam schreeuwde dat ze hier weg moest. En toch…
De studio had ramen. Grote ramen. Vanaf de gang kon je er zo in kijken.
Ze deed een stap. Nog één.
Alsof ze geen controle had over haar benen.
En toen stond ze daar. Voor het raam. Ze keek.
En haar hand schoot omhoog om haar mond te bedekken.
Whitney – BiBi-Cee – lag op haar rug op de tafel. Volledig naakt. Haar benen wijd gespreid, haar enkels in de handen van JP, die tussen haar stond. Zijn heupen bewogen traag, maar krachtig. Zijn schacht verdween langzaam, onvermijdelijk tussen haar dijen.
Whitney’s hoofd lag achterover op de rand van de tafel, haar gezicht gedraaid naar Jay. Die stond naast haar. Ook hij had zijn lul in de hand.
Fieneke herkende hem nauwelijks. Hij was net zo groot. Net zo zelfverzekerd.
En Whitney… Whitney zoog hem. Traag. Kreunend. Alsof ze het beste van twee werelden had gevonden.
Fieneke keek. Ze wíst dat ze had moeten weglopen. Ze wíst dat dit niet was wie ze was. En toch stond ze daar. Daar. Waar zij net nog had gezeten. Waar het allemaal begonnen was. Toen draaide ze zich om. Langzaam. Liep weg. De gang uit. De trap af. Naar huis. Maar ze was niet meer dezelfde. En diep vanbinnen wist ze: ze wist niet meer wie ze was. Of waar ze in geloofde.
De sleutel viel zwaarder dan normaal in het slot. Fieneke stapte haar kamer binnen alsof het een andere wereld was. Alles voelde stil. Bekend. Onveranderd. En precies daarom klopte het niet. Alsof de muren geen weet hadden van wat er net in haar hoofd was afgebroken.
Ze liep direct naar de badkamer, deed het licht niet eens aan. Haar top, haar rokje, haar sieraden – alles ging geruisloos uit. Ze stond daar, naakt, onder het harde wit van het douchelicht, en voelde aan haar binnenbenen.
Kletsnat. Nog steeds.
Ze had zich zó beheerst tijdens de opname. Geen woord te veel. Geen blik die haar zou verraden. En toch… tijdens de terugreis had ze telkens opnieuw de beelden gezien. Niet hoe zij daar had kunnen liggen – dat kon ze nog net van zich afhouden – maar wat ze wel had gezien. De heftigheid. De zachtheid. Het genot. Het vlees.
De harde lul van JP, hoe Whitney hem ontving, hoe haar lichaam zich opende alsof het al dagen had gewacht. Terwijl het waarschijnlijk niet haar eerste was geweest vandaag.
De blik van Jay, kalm, geconcentreerd, dominant. Alsof dit de enige uitkomst was die te verwachten viel.
De zwarte, glanzende huid tegen die lichte dijen. JP duwde zich gewoon in haar, met al zijn omvang.
De kreunen. De overgave.
Ze draaide de kraan open. Het water was koud in het begin. Ze bleef gewoon staan. Haar huid trok samen. Haar tepels werden stijf. Haar ademhaling ondiep. Maar ze ging niet verder. Ze waste zich. Mechanisch. Koeltjes. Als een poging tot reiniging, niet tot verlossing.
Toen ze uit de douche kwam, bleef ze even naakt zitten op de rand van haar bed. Natte haren, handdoek om haar schouders, en het gevoel alsof haar hele lijf nog na-gloeide van iets wat ze nooit had gewild. Was dit een fout geweest? Of was zij altijd al fout geweest? Dat kon toch niet...
Maar ze had het beloofd.
Renée.
Ze zou bellen als ze thuis was. Laten weten hoe het was gegaan. Dat ze haar gelijk had gehaald en kon triomferen.
Als ze weer zichzelf was. Had ze zichzelf nu eerst verteld. Wat die triomf was ver te zoeken.
Ze pakte haar telefoon, blies haar adem uit, en drukte op het scherm.
“Hey,” klonk Renée’s stem vrijwel meteen. “Je klinkt moe.”
Fieneke glimlachte flauwtjes, al probeerde ze krachtiger te klinken dan ze zich voelde. “Ze zijn een stelletje sukkels, echt. Geen van die mannen had een inhoudelijk weerwoord. Ik ben gewoon opgestaan en weggegaan. Gewoon... bam.”
Renée lachte kort. Niet luid. Meer uit beleefdheid. “Ging het zó slecht met ze?”
Fieneke haalde haar schouders op, terwijl ze haar stem neutraal hield. Ze vertelde. Kort. Algemeen. Hoe het begon. Wat ze zeiden. Hoe zij, zogenaamd kalm en zelfverzekerd, haar punt had gemaakt. Alsof ze als moreel winnaar de studio had verlaten. Ze sprak in flarden en frames. Noemde geen namen. Geen details. Alles bleef aan de oppervlakte. Geen woord over de beelden. Geen woord over haar eigen reactie. Geen woord over hoe haar hartslag versnelde toen die lul op tafel werd gelegd. Over de ademhaling die vastzat toen hij groeide. Over haar dijen die ze krampachtig bij elkaar hield.
Renée humde af en toe, maar met iets behoeds in haar toon.
Alsof ze zich inhield. Alsof ze wist dat Fieneke loog, of op z’n minst iets verzweeg.
En diep vanbinnen voelde Fieneke dat ook.
Renée deed te aardig. Te voorzichtig. Renée bleef stil. Ze humde af en toe. Luisterde. Liet haar praten.
Maar toen zei ze het.
“Fien… ik heb gekeken.”
Het was alsof er een scheur door het scherm liep.
Fieneke slikte. “Gekeken?”
“Ja. Naar de podcast. Live. Ik wist dat je erin zat. En… ik dacht, laat ik het eens proberen. Zien hoe je het doet.”
Fieneke’s hart bonkte. Ze wist niet wat erger was: dat Renée het gezien had, of dat zij het nu moest navertellen.
“Ik weet niet wat ik moet zeggen,” zei ze zacht en verslagen.
Renée antwoordde rustig. “Je hoeft niets te zeggen. Maar… ik zag het wel. Hoe je je even verloor. Dat was niet erg. Je bleef je gewoon. Echt.”
Fieneke kneep haar ogen dicht. “Lees de reacties maar niet,” zei Renée daarna, zachter.
Dat deed meer pijn dan ze had verwacht. Want nu wílde ze het juist wel. Wat stond er dan? Wat hadden ze gezien? Wat wist Renée?
Had ze gezien wat BiBi nog had gedaan, aan het einde? Het tafereel op de tafel? De kreunen van de zwarte mannen, het meisje van twee kanten gevuld, het ritme?
Die vraag stelde ze maar niet.
“Het was een val,” zei ze hardop, alsof ze daarmee zichzelf wilde herbevestigen. “Meer niet.”
En toen verbrak ze de verbinding.
Sneller dan ze zou moeten.
Omdat ze wist: als ze nog iets langer had geluisterd, was haar stem gaan trillen.
En dat, dat was pas zwakte.
Later die avond kwam Bas thuis, zijn jas nog half open en zijn tas achteloos tegen de muur gegooid, met in zijn tred en houding die vertrouwde vanzelfsprekendheid van iemand die zich veilig waant in de gedeelde wereld die ze samen hadden gebouwd. Hij was lief, eerlijk, geëngageerd – net als zij, of ten minste zoals ze zichzelf nog steeds probeerde te zien – uitgesproken tegen racisme, kritisch op de seksualisering van vrouwen en zwarte lichamen, fel in debatten over macht, consent en representatie, en vanaf het begin had hij haar gesteund in dit hele project. Hij wist waar ze geweest was, waarom ze was uitgenodigd, wat ze ging zeggen; hij had haar aangemoedigd, zelfs nog gezegd dat dit soort porno dringend moest worden aangepakt, dat iemand het eindelijk hardop moest zeggen. Maar nu hij de kamer binnenstapte, voelde ze zijn blik langer dan normaal op haar rusten, alsof hij haar aanvoelde zonder precies te begrijpen wat er met haar was verschoven.
Toen hij vroeg of het ging, keek ze hem aan met een glimlach die net een fractie te snel kwam, en antwoordde met het soort kalme vanzelfsprekendheid die ze zichzelf in de trein al had voorgenomen te gebruiken: dat het heftig was geweest, ja, maar inhoudelijk sterk, en dat ze haar punt had kunnen maken. Hij knikte, zoals hij altijd knikte als ze ergens overtuigend over sprak, en leek het zonder verdere vragen te accepteren. Maar net voordat ze hem had gekust, voordat hij thuiskwam, lief en warm en routineus, voelde ze haar telefoon trillen in haar zak, en wat haar hart even had doen overslaan, was niet de aanraking van Bas deze keer, maar het scherm dat had opgelicht met een nieuwe DM.
Jay.
De link om de podcast terug te kijken – een gebaar dat waarschijnlijk voor elke gast gold, professioneel, attent – stond er droog en onopvallend bij, maar erboven stonden twee korte zinnen die haar stilzetten op een manier die haar niet beviel: “Hoe gaat het?” en “Wat vond je er nu écht van?” Simpele vragen, maar juist die eenvoud, die directheid, maakten dat ze zich betrapt voelde, alsof hij haar beter begreep dan ze zelf wilde toegeven. Ze had de DM niet beantwoord, kon het ook niet – niet omdat ze hem iets verschuldigd was, maar omdat ze geen antwoord had. Ze wist niet hoe het met haar ging. Ze wist niet wat ze ervan vond. Ze wist alleen dat het nog niet uit haar systeem was.
Toch had ze de link aangeklikt, nieuwsgierigheid vermengd met iets wat ze liever geen naam gaf, en al na enkele seconden zag ze wat haar adem onbewust inhield: de duur van de opname was veel langer dan haar aanwezigheid in de studio, wat betekende dat het filmen, het gesprek, de handelingen – alles – was doorgegaan, lang nadat zij de deur achter zich dicht had geslagen. Ze klikte het venster meteen weg, gealarmeerd door de suggestie alleen al, net op tijd voor Bas om haar kamer binnen te lopen en iets onschuldigs te zeggen over het avondeten, terwijl zij zich moest dwingen om haar gedachten weer in de juiste kamers te duwen.
Maar wat haar nog het meest uit balans bracht, was niet de lengte van de opname, noch de herinnering aan de beelden, maar de laatste opmerking van Jay in zijn bericht: dat het aanbod nog stond. Ze zochten nog een columnist, iemand met visie, iemand die kon schrijven zoals zij dat deed – kritisch, intelligent, scherp – en dat er bij NoirVision ruimte was voor verschillende stemmen. Fieneke had haar telefoon weer neergelegd, maar het enige waar ze aan kon denken, was het beeld dat bij die woorden opdook: een kantoor vol zwarte mannen, een omgeving waar interraciale seks geen onderwerp was, maar het hart van de organisatie, een werkvloer waar – zoals Jay het had gezegd – geen dag voorbijging zonder seks. Ze dacht aan die zin. Aan het gemak waarmee hij het had uitgesproken. En aan het ongemak waarmee zij zich nu voorstelde hoe het zou zijn om daar te werken. Niet hypothetisch. Niet als buitenstaander. Maar echt.
Zich onderdompelen in die wereld, zich omringen met dat lichaam, die energie, dat ritme.
En dan nog kritisch blijven?
Dan nog schrijven met afstand?
Ze wist het niet. Ze wist alleen dat ze het zich begon voor te stellen, en dat dat op zich al voldoende was om zichzelf niet meer helemaal te vertrouwen.
Die nacht lag ze wakker. Stil. Onder de dekens, naast Bas, wiens ademhaling diep en traag haar eraan herinnerde dat hij sliep zoals altijd: vredig, onaangedaan, onwetend. Er waren geen aanrakingen geweest, geen vragen, geen suggesties van intimiteit. Hij had haar aangekeken, haar vastgehouden zoals je iemand vasthoudt die terugkomt van een stevige discussie, niet van een seksuele veldslag. Hij had niets gemerkt. Helemaal niets. Terwijl haar lichaam op ontploffen stond. Terwijl haar huid gloeide. Terwijl haar dijen vochtig waren van gedachten die ze nauwelijks durfde toe te laten.
Jay had het wel gemerkt. JP ook.
Al vroeg in het gesprek hadden ze haar lichaam gelezen zoals zij normaal argumenten las – met aandacht voor ritme, voor onderliggende betekenis, voor wat er niet gezegd werd. Zij was daar gekomen om iets bloot te leggen, maar was zelf langzaam uitgekleed, laag voor laag, totdat er niets overbleef dan reflexen en warmte. En ze wist: zij hadden het eerder door dan zijzelf.
Haar gedachten dwaalden weg. Niet voorzichtig. Niet met horten en stoten.
Ze zag zichzelf al lopen door een lichte gang. Haar kleding netjes, ingetogen – de versie van zichzelf die geloofde in controle. Ze liep een kantoor binnen, houten vloer, een zwarte leren stoel, een glazen fles water op haar bureau. Ze was gekomen om te schrijven. Maar over wat? Er kwam niets op papier. Alleen het beeld van Jay die binnenkwam. Misschien wel samen met JP. Misschien tegelijk. De gedachte alleen al gaf haar kippenvel, tot diep onder haar huid, en maakte haar natter dan ze ooit geweest was.
Ze lag doodstil. Haar adem hield ze in. Haar vingers gleden traag over het dunne katoen van haar slipje, dat klam en zwaar aanvoelde tegen haar huid. Ze moest zich inhouden. Bas lag op amper twintig centimeter afstand. Een zucht te luid, een beweging te scherp, en hij zou haar horen. En hoe zou ze dit ooit uitleggen?
Maar in haar hoofd viel er niets uit te leggen.
In haar hoofd zat ze achter dat bureau, de cursor knipperend op een leeg document, en toen kwamen ze. Ze zeiden niets. Ze hoefden niets te zeggen. Ze stonden daar, voor haar, en haalden hun pikken tevoorschijn alsof het vanzelf sprak. Groot, hard, zwart. Zwaar van verwachting. En zij – zij zei ook niets. Misschien lachte ze zacht. Misschien keek ze alleen maar op. En dan nam ze ze aan. Eén in elke hand. Hun huid warm, dik, levend. En dan bracht ze ze om de beurt naar haar mond. Niet snel. Niet gretig. Maar met een precisie die haar verraste. Pijpen was nooit haar ding geweest. Te onderdanig. Te cliché. Maar in deze gedachten was ze alles behalve terughoudend. Ze gaf zich over. Geduldig. Met aandacht. Met eerbied bijna.
Misschien kwamen ze wel klaar. In haar mond. Op haar gezicht. Ze proefde het al – zout, warm, dwingend. Ze voelde het op haar lippen, op haar wangen, op haar tong. Haar hand gleed nu haar slipje onder, haar vingers voorzichtig, schuchter bijna, alsof ze haar eigen verlangen niet mocht aanraken. Ze beet op haar onderlip. Moest zich stil houden. Moest zich bedwingen.
Maar misschien kwamen ze niet klaar. Misschien wilden ze meer. En dan boog ze voorover, over het bureau, haar jurk omhoog, haar benen licht gespreid. En dan nam Jay haar eerst. Langzaam. Stevig. Diepe stoten die haar darmen leken te verplaatsen. Hij kwam niet klaar. Hij wilde niet klaarkomen. Hij wilde haar breken.
Daarna JP. Die haar in één beweging vulde. Die haar bij haar heupen greep, haar vastzette, haar tot zijn einde bracht. In haar. Nat, warm, schokkend. En terwijl zij leegliep, voelde ze Jays hand op haar nek, zijn adem bij haar oor, en zijn zaad spatte tegen haar gezicht – op haar wangen, haar mond, haar ogen.
Fieneke kronkelde onder de lakens. Haar ademhaling nu haast pijnlijk ingetogen. Haar vuist tegen haar lippen gedrukt. Ze wist dat ze tegen haar eigen orgasme vocht, dat het er was, klaar om haar te overspoelen. Ze wilde niet. Ze móést. Ze voelde hoe haar vingers bewogen, steeds langzamer maar dieper, preciezer. En toen het kwam, was het als een fluistering. Een schok zonder geluid. Ze moest haar vinger in haar mond stoppen om het kreunen tegen te houden.
Bas sliep. Nog steeds. Alsof niets was veranderd.
Maar voor haar wás alles veranderd.
Ze wist het. Ze wist dat ze nog nooit zó gekomen was. Nog nooit zó diep, zó wild, zó echt. Maar ze zou dat antwoord nooit hardop geven. Niet aan Bas. Niet aan zichzelf.
Niet nu nog.
De ochtend was stil. Te stil. Bas had haar zacht op de slaap gekust toen hij vertrok, een routineus gebaar zonder betekenis, gevolgd door het geluid van sleutels, schoenen, en de deur die in het slot viel. Hij had niets gevraagd. Ze had hem ook niets gegeven. Haar lichaam was slap geweest, haar hoofd vol. De nacht lag als een laag vocht over haar heen – warm, plakkerig, zwaar van betekenis – maar Bas was te druk met zichzelf geweest om het te merken. Dat hij haar niet aanraakte, was logisch. Dat zij niet wilde dat hij het deed, had hij niet eens hoeven voelen.
Ze zat achter haar laptop. De koffiekop in haar hand was nog warm, maar haar vingers gleden gedachteloos langs het porselein. Ze zou moeten schrijven. Ze moest schrijven. Ze zat immers midden in een opiniestuk, bedoeld om platforms als NoirVision onderuit te halen. Ze had er weken werk in zitten. Argumenten over beeldvorming, raciale hiërarchie, seksuele exploitatie – solide, goed onderbouwd, scherp geformuleerd. Ze las haar eigen woorden terug. Ze waren nog steeds juist. Alles klopte. Alles deugde. Alleen: ze geloofde het niet meer. Ze voelde het niet meer. Elk woord voelde nu alsof het over een ander ging. Een ander meisje. Van gisteren.
Ze legde haar werk opzij. De cursor bleef knipperen op een halve zin, maar zij bewoog al naar het tabblad waar de link nog openstond. Jay’s DM had haar gisteravond al onder de huid gekropen, en nu, met het huis leeg en de stilte diep, kon ze het niet langer negeren.
De video opende direct op het begin. Ze klikte langzaam door het eerste kwart. Ze keek naar zichzelf. Haar houding. Haar woorden. Haar blik. Ze zag hoe haar rug recht was, haar handen strak op tafel, haar lippen gevormd rond zinnen die nu hol klonken. Ze leek overtuigd. Sterk. Maar haar ogen verraadden iets anders. Daarin zat al twijfel. Onrust. Iets wat zelfs zij toen nog niet begreep.
Ze klikte verder. Naar het moment waarop JP opstond. Naar de broek die losging. De stilte die viel. Haar gezicht – groot in beeld, rode wangen, grote ogen. Ze zag hoe ze verstijfde, hoe ze zweeg, hoe haar lichaam nog bleef zitten maar haar geest al opstandig was. Ze keek toe hoe haar eigen verontwaardiging explodeerde in die ene zin – jullie zijn gek – en toen liep ze weg.
Ze had het gezien. Live. Ze was er geweest. Maar nu keek ze wat er daarna gebeurde.
Wat ze toen niet durfde te weten. Wat ze wél wilde weten.
Jay kwam terug. De camera draaide mee. BiBi – nee, Whitney – stond op, glimlachte. De kleding ging uit. Eén voor één. Haar lichaam glansde in het studiolicht: soepel, vrouwelijk, perfect. Ze ging op tafel liggen. Haar benen gespreid. JP nam haar direct. Traag eerst. Dan harder. En zij… ze kreunde. Ze gloeide. Ze gaf zich. En even later kwam Jay dichterbij, zijn pik al in haar mond voordat er een woord werd gezegd.
Fieneke kon het niet geloven. En toch… Ze bleef kijken.
De hoek van de camera was perfect – hoog, overzichtelijk, alsof het ontworpen was voor dit moment. En dat was het natuurlijk ook. Dit was geen toevallige improvisatie. Dit was gepland. Berekend. Alsof haar vertrek nodig was geweest om dit te laten gebeuren. En ineens dacht ze: Wat als ik was gebleven?
Zou ze dan ook op die tafel hebben gelegen? Zou ze zich ook hebben gegeven?
Ze zag hoe Whitney kreunde. Hoe haar gezicht bewoog tussen spanning en hunkering. De standjes wisselden elkaar af, maar het patroon bleef hetzelfde: één in haar poes, één in haar mond. Soms JP onder, Jay boven. Dan andersom. Een ritme dat aanhield, minutenlang, in volle intensiteit.
De opname duurde nog ruim een half uur. Een half uur.
En Fieneke kon het niet loslaten. Ze bleef kijken. En haar vingers bleven bewegen.
Ze had zich achterover laten zakken in haar bureaustoel. Haar voeten op de rand van het blad. Haar laptop op haar desk. Haar slipje nat, haar vingers glibberig, haar ademhaling oppervlakkig. Ze bewoog sneller. Steviger. Geen verzet dit keer. Geen rem. Alleen de video. Alleen het beeld. Alleen de gedachte: Ik had daar kunnen zijn.
Ze zag hoe Jay aan het einde de camera overnam. Hij bedankte de kijkers. Vat de podcast samen. Terwijl hij sprak, draaide hij de lens langzaam naar Whitney, die inmiddels op haar knieën zat. Haar mond open. Haar ogen vragend. En toen, zonder woorden, zonder ritueel, trokken de mannen zich terug. En spatten ze af op haar gezicht. Dikke slierten wit op haar wangen, haar lippen, haar kin.
Fieneke kreunde. Zacht. Maar diep. Haar rug kwam van de leuning los. Haar vingers kromden. Ze kwam.
Heftig. Lang. Trillend.
Minuten nadat het beeld zwart werd, bleef ze zo zitten – haar dijen nog schokkend, haar adem op zoek naar regelmaat. Haar hoofd vol.
Ze had net gekeken naar alles waar ze altijd tegen had gestreden. En ze had zich erbij aangeraakt alsof het het mooiste was wat ze ooit had gezien.
En ergens, onder alle schaamte en verwarring en verzet, wist ze het antwoord op haar eigen vraag.
Was dit een gemiste kans?
Ja.
Misschien wel de grootste uit haar leven.
Ze zat nog steeds achter haar bureau. Haar ademhaling was teruggekeerd tot normaal, al voelde haar huid nog na van wat zich had afgespeeld. Langzaam rechtte ze haar rug, zette haar voeten weer op de grond, en keek naar haar scherm. De link van de podcast stond nog open, maar zonder aarzeling sloot ze het venster. Eén klik. Eén keuze. En toen opende ze haar document — het opiniestuk waar ze weken aan had gewerkt, haar scherpe analyse, haar argumentatieve meesterwerk. Ze keek er een halve minuut naar. Geen spijt. Geen twijfel. En toen drukte ze op delete.
Ze opende een nieuw bestand. De cursor knipperde op het lege scherm.
En toen begon ze te schrijven.
Lieve lezers,
Ik weet niet hoe ik dit moet zeggen. Misschien is dat precies waarom ik het nu móét zeggen.
Wat jullie tot nu toe van mij hebben gelezen, kwam voort uit overtuiging. Uit woede. Uit studie. Uit geloof in iets beters. Ik geloofde dat porno zoals die van NoirVision verkeerd was. Giftig. Koloniaal van karakter. Ik geloofde dat de manier waarop zwarte mannen daarin gecast werden als dominante lijven, en witte vrouwen als gewillige ontvangers, schadelijk was. Niet alleen voor beeldvorming, maar voor echte mensen. Voor hoe we naar elkaar kijken. Hoe we elkaar aanraken. Hoe we onszelf begrijpen.
Ik schreef dat het moest stoppen. Dat we deze structuren moesten ontmantelen. Dat het niets meer was dan een raciale herhaling van macht en onderwerping — een seksuele echo van ons koloniaal verleden.
En ik geloofde elk woord.
Tot gisteren.
Ik was te gast bij BlackRoom Sessions. Een podcast van NoirVision. Ik ging daarheen om te confronteren. Om te bekritiseren. Om de spiegel voor te houden.
Maar wat ik daar zag — en nog belangrijker: wat ik daar voelde — heeft me veranderd.
Ik ben daar niet trots op. Of misschien wel. Maar ik weet niet hoe ik het moet noemen.
Ik keek. Naar beelden waarvan ik altijd zei dat ze niet mochten bestaan. Ik voelde iets waarvan ik dacht dat ik het nooit zou voelen bij zulke inhoud. Ik raakte opgewonden. Ik raakte van slag. Ik raakte mezelf kwijt. En ergens — diep vanbinnen — vond ik daarin een vrijheid die ik nooit eerder had ervaren. Of misschien durfde te ervaren.
De waarheid is: ik weet het niet meer.
Ik weet niet of het verkeerd is. Ik weet niet of het juist is. Maar ik weet dat ik er niet meer over kan schrijven alsof ik het zeker weet. Alsof mijn verontwaardiging zuiver is. Alsof ik erbuiten sta.
Dat doe ik niet meer.
Dit is mijn laatste stuk. Voor dit medium. Voor nu. Omdat ik niet meer de persoon ben die deze woorden kan dragen zonder hypocrisie. Ik ben veranderd. Of ik dat nu wil of niet.
Wat er volgt, weet ik nog niet. Misschien stilte. Misschien iets nieuws. Misschien iets wat jullie niet van mij verwachten.
Misschien iets wat je kunt lezen.
Misschien iets wat je kunt zien.
Ik weet alleen dat ik niet meer kan doen alsof.
En ik wil dat ook niet.
Met oprechte groet,
Fieneke
Ze las het stuk nog één keer door. Geen verbeteringen, geen herschrijvingen. Het was rauw, eerlijk, pijnlijk precies. Ze voelde haar hart bonzen toen haar cursor naar de verzendknop gleed, maar haar hand aarzelde geen seconde. Ze selecteerde de hoofdredacteur van het medium waarvoor ze schreef. Vervolgens het algemene redactiemailadres. En toen, met iets tragere vingers, typte ze een derde naam erbij: Jay. De man die haar het meest had tegengesproken. De man die haar het diepst had geraakt. CC.
Verzenden.
De klik was nauwelijks hoorbaar, maar de echo ervan trilde door haar hele lichaam. Alsof er iets losraakte. Alsof er iets opstond in haar waar ze tot gistermiddag nog geen idee van had gehad.
Ze leunde achterover in haar stoel, haar hoofd iets achterover tegen de rugleuning, haar ogen gesloten. Het was eruit. Haar waarheid. Haar breuk. Haar bekentenis. Ze had het gedaan.
Het luchtte op. Maar het was doodeng. Wat nu?
Wat zouden ze denken? De mensen die haar volgden. Die haar citeerden. Haar prezen om haar intellect, haar consistentie, haar idealisme. Haar vriendinnen. Haar docenten. Renéé. Bas.
Wat zouden ze zeggen? Of belangrijker: wat zou dat haar doen?
Ze voelde haar hartslag nog steeds tikken in haar hals. Ze wilde haar telefoon pakken, de eerste reacties lezen, maar ze durfde niet. Niet nog. Niet vandaag. Het scherm bleef op haar bureaublad staan. De witte pagina. De handtekening. De afzender.
Maar iets in haar wist: het maakte allemaal niet meer uit.
Ze weten niet wat ik weet.
Ze voelen niet wat ik voel.
En ze willen niet wat ik wil.
Ze sloeg haar laptop dicht. Langzaam. Definitief.
En toen was het stil in de kamer. Maar niet in haar.
-
Er zijn nog geen trefwoorden voor dit verhaal. Welke trefwoorden passen volgens jou bij dit verhaal?
Geef dit verhaal een cijfer:
5
6
7
8
9
10