Klik hier voor meer...
Donkere Modus
Door: Maxine
Datum: 09-09-2019 | Cijfer: 9.3 | Gelezen: 10581
Lengte: Zeer Lang | Leestijd: 70 minuten | Lezers Online: 1
Trefwoord(en): Beffen, Buurman, Buurmeisje, Neuken, Pijpen,
Vervolg op: Charlotte - 23
We zijn nu drie weken verder. Ik ben inmiddels leraar af, en heb me inmiddels al goed voorbereid op de workshop, die ik moet geven in Nice. Daardoor hebben we de afgelopen weken heel vaak lamsvlees moeten eten. Wat echt geen straf is, maar als je het bijna iedere dag moet eten, dan is dat toch wat minder, ook al is het nog zo lekker…

Maar dan is toch de dag daar, dat ik en Lisa per vliegtuig naar Nice vertrekken. In Nederland is het dan koud en regenachtig. Het vriest er al, vooral ’s nachts. Jochem heeft ons aangeboden ons naar Schiphol te brengen, zodat we onze auto daar niet hoeven laten staan.

Ik begin nu toch wel wat zenuwachtig te worden, want er staat toch wel iets op het spel. Ik krijg uiteraard niet betaald als de workshop ondermaats is. Maar aan de andere kant heb ik er ook wel vertrouwen in. De vlucht verloopt voorspoedig, en we komen in een zonovergoten Nice aan. Daar krijgen we een huurauto, en we rijden dan naar het hotel, waar we al worden opgewacht. De man, die ons heeft uitgenodigd, komt ons tegemoet.

‘Ah, monsieur en madam Hoogmans! Welkom in mijn hotel!’

Ik schud de man zijn hand, en ga mee in zijn omhelzing. Dat is hier in het zuiden soms wel gebruikelijk, en ik ben er inmiddels wel aan gewend geraakt. In Sare wordt dat namelijk ook wel gedaan. Ook Lisa wordt begroet, en ze krijgt een leuke opmerking over haar zwangerschap. We krijgen een prachtige kamer toegewezen, en worden voor de avond uitgenodigd met de man te eten in zijn huis.

De man woont zelf ook in Nice, en bezit een prachtig huis, een grote villa met uitzicht op zee. Als we daar komen aanrijden, slikken we toch wel even. Dat is toch wel even een heel ander huis, dan we thuis hebben. En zeker als dat in Sare.

Lisa zegt: ‘Weet je zeker, dat dit het juiste adres is?’

‘Dat staat hier toch op dit papier, Lisa. Hier moeten we zijn.’

Ik bel dan aan op de intercom. En een paar ogenblikken later gaat de deur al voor ons open. We lopen naar binnen door de poort, en de deur sluit dan automatisch weer achter ons. Dan komt de man, samen met zijn vrouw ons tegemoet. Ze begroeten ons hartelijk. De man is zo midden vijftig en de vrouw is iets jonger. De man stelt zich nog eens aan ons voor.

‘Aangenaam, en welkom in mijn huis. Ik ben Guy Soûtre en dit is mijn lieftallige echtgenote Verona.’

We begroeten het tweetal net zo hartelijk.

We nemen plaats op het terras, waar er al heerlijk koel drinken voor ons wordt in geschud.

De man zegt dan: ‘U zal wel denken, waarom zo’n groots onthaal voor een man als u. Nou, ik zal het u uitleggen.

Dertig jaar geleden had ik een droom. Ik wilde mijn eigen restaurant bezitten. Ik was destijds nog timmerman, het beroep, waarvoor ik geleerd had. Maar mijn ware passie was koken. Toen ik eenmaal het huis uit was, heb ik mijn beroep als timmerman vaarwel gezegd, en ben mijn hart gaan volgen. Ik ben klein begonnen. Mijn eerste restaurant was niet veel groter dan een woonkamer. Er konden net tien gasten binnen. Maar ik had een restaurant!

En ik kreeg succes, omdat ik met simpele technieken, heerlijke gerechten kon bereiden. Intussen kan ik gerust zeggen, dat ik het goed gedaan heb. Ik heb drie grote restaurants, die naam genieten. En dan heb ik ook nog wat kleinere restaurants onder mijn hoede, waar ik mijn talent voor in de keuken stal. En zo nu en dan maak ik reizen door het land om nieuw talent te ontdekken, en mijn restaurants nog beter te maken. En daardoor kwam ik u tegen. En de manier, waarop u bezig was, deed me weer denken aan de tijd, dat ik net begon. Destijds was ik ook geen geschoolde kok, maar ik kon wel heerlijke gerechten bereiden.

En dat zag ik ook in u. Alsof ik mijn jongere ik tegenkwam. En toen moest ik u overtuigen een keer langs te komen en mijn koks weer eens de eenvoud van uw gerechten te laten proeven. Begrijp me niet verkeerd, ik weet, dat de eenvoud maar schijn is, want zo deed ik het in het begin ook. Maar dat is wat ik ze wil bijbrengen.’

Ik kijk verbaasd. ‘En mijn recept dan?’

‘Zonder u te willen beledigen, een beetje kok zou dat zonder problemen kunnen namaken. Dat wil niet wegnemen, dat u echt heerlijke dingen maakt. Het is echt lang geleden, dat ik zo echt kon genieten van een stukje vlees van de grill. Het was echt perfect!’

Ik kijk de man begrijpend aan. Ik antwoord: ‘Maar met alle respect voor uw koks, die zullen ongetwijfeld van wereldklasse zijn, maar er zijn dingen, die je niet kunt namaken. Soms moet je gewoon de gave hebben om iets unieks te kunnen maken.’

‘Dat klopt, maar vaak kun je er dicht in de buurt komen.’

‘Dan wil ik u wel eens wat klaarmaken, dat uw koks gegarandeerd niet kunnen namaken. Hoe zeer ze het ook proberen. Ik heb er zelf lang genoeg op gewerkt, om dit gerecht perfect te krijgen. Maar als het dan lukt, dan is het ook zo enorm lekker, zoiets heeft u nog nooit geproefd!’

‘En wat zou dat dan zijn?’

‘Een nagerecht, eigenlijk heel eenvoudig. En ik weet zeker, dat u zoiets nog nooit geproefd heeft!’

‘Nu maakt u me nieuwsgierig. Is dat het recept, dat u me zou geven?’

‘Nee, maar ik wil het in de workshop morgen wel een keer maken. Of overmorgen, dat lijkt me beter.’

De man kijkt me verbaasd aan, en dat doet ook Lisa. Ze vraagt me: ‘Wat ga je dan klaarmaken? Daar heb je niet voor geoefend.’

Ik glimlach naar Lisa en zeg: ‘Dat klopt, maar dit is een recept, dat ik echt helemaal zelf bedacht heb. Je hebt dit waarschijnlijk ook nog nooit geproefd.’

‘En waarom ga je dat nu dan klaarmaken?’

‘Omdat ik een uitdaging en een kans voel aankomen, Lisa.’

De man vraagt me: ‘Wat vroeg uw vriendin aan u? Ze keek nogal verbaasd.’

‘Ach, het ging over dat nagerecht, dat ik voor u wil maken. Mijn vriendin heeft dat nog nooit geproefd, en ik heb er ook niet op geoefend.’

‘O, weet u wel zeker, dat u dit dan wilt doen?’

‘Ja, daar ben ik zeker van. Ik heb dit recept in mijn hoofd zitten, het staat nergens beschreven. En mij kan het niet mislukken. En ik weet heel zeker, dat geen van uw koks het kan imiteren.’

De man lacht. ‘U heeft nogal een hoge dunk van uzelf. U kent mijn koks nog helemaal niet! Ze zijn echt van wereldklasse!’

‘Dat zal best, daar twijfel ik ook geen moment aan. Maar dit gaat ze niet lukken. Ik ken koks, die het al eens geprobeerd hebben. Ze hebben zelfs video’s gemaakt, zodat ze alles precies kunnen nadoen. Alle ingrediënten precies opgeschreven, maar toch lukt het ze niet. Maar ik maak het eens per jaar voor een restaurant in de buurt klaar, met kerstmis. En dat nagerecht is steevast uitverkocht met de kerst.’

Nu begint Lisa iets te dagen. Ze zegt: ‘Peter, maak je dat soms voor de Gouden Koets klaar? Want dan weet ik wat je bedoelt. Dat is echt waanzinnig lekker, maar maak jij dat altijd klaar?’

Ik knik. ‘Goed geraden! Maar ik geloof dat ik nu wel de nieuwsgierigheid van mijnheer getrokken heb.’

De man vraagt weer: ‘Wat zei uw vriendin? Het spijt me, maar uw taal kan ik echt niet volgen.’

Ik zeg tegen de man: ‘Dat spijt me, maar we zullen het nu wel in het Frans voortzetten. Mijn vriendin is er juist achter gekomen, dat ze het wel ooit eens heeft gehad, maar dan in het restaurant, voor wie ik dat altijd klaarmaak.’

Lisa knikt. ‘Ja, maar ik wist helemaal niet, dat Peter dat klaarmaakte.’

Nu kijkt de man helemaal verbaasd. ‘U weet niet wat uw vriend voor anderen aan eten klaarmaakt?’

Ik lach en zeg: ‘Lisa is nog niet zo heel lang mijn vriendin. We kennen elkaar al een hele tijd, maar we zijn nog geen jaar samen.’

‘Ah, dat verklaart wel een en ander. Maar dan toch al zwanger?’

‘Dat was niet gepland, maar we zijn allebei volwassen mensen, dus we nemen onze verantwoordelijkheid. Maar ik houd echt oprecht van Lisa, en bovendien is de baby is heel erg welkom. We gaan deze winter samen trouwen.’

‘Ah, gefeliciteerd! Ik vond het al zo vreemd. En ik kan zien, dat de liefde wederzijds is. Hoe lang kennen jullie elkaar dan?’

Lisa antwoordt: ‘Nu bijna zeven jaar, zolang heeft hij naast me gewoond. Ik ben eigenlijk zijn buurmeisje.’

De man lacht. ‘Ja, zoiets kan natuurlijk ook gebeuren. Maar u woont niet meer langs haar?’

Nu moet ik lachen. ‘Tja, ik woon nog wel steeds langs haar ouders, dat wel. Alleen Lisa woont daar niet meer, die zit nu bij mij!’

En daar moeten we allemaal om lachen. Verona, de vrouw van de man zegt dan: ‘Maar dat komt me heel bekend voor. Guy was vroeger ook mijn buurjongen. Tot we gingen verhuizen, naar de andere kant van de stad. Maar we bleven contact houden, en nu zijn we alweer veertig jaar samen, waarvan tweeëndertig jaar getrouwd.’

‘Dan bent u vroeg getrouwd, madam Soûtre.’

‘U bent een vleier. We koersen allebei al hard op de zestig aan. Ik was veertien, toen we elkaar voor het eerst gekust hebben. En ik was tweeëntwintig, toen we trouwden. Dus dat valt nog best mee.’

De man neemt de hand van zijn vrouw in zijn hand, en geeft haar een kneepje in haar hand. Uit hun blikken kunnen we nog steeds de wederzijdse liefde in hun ogen zien.

Dan vraagt Verona aan Lisa: ‘En wanneer is uw zwangerschap ten einde?’

‘Ik ben nu eenentwintig weken zwanger. Dus ik ben op de helft. Rond Pasen zou ik uitgerekend moeten zijn.’

‘En verloopt alles goed?’

‘Ja, het gaat wel. Ik ben al een tijdje niet meer misselijk, en Peter zorgt er wel voor, dat ik gezond blijf. We wandelen veel, ik eet veel vis, groenten, noten en fruit en alcohol drink ik haast niet.’

‘Dan heb je een heerlijke zwangerschap! Bij mij eerste was dat niet zo fijn. Ik ben vaak naar het ziekenhuis gemoeten, omdat er steeds wel wat problemen waren. Daar weet Guy nog alles van, of niet, schat?’

Guy glimlacht. ‘Ja, lieverd. Dat kan ik me die tijd nog heel goed herinneren. Midden in de nacht kon ik voor haar een gehaktschotel klaarmaken. Maar dat heb ik nooit erg gevonden. Sterker nog, dat heeft me er juist toe gezet om kok te worden.’

Dan kijkt de man mij aan. ‘Wat was jouw reden om kok te worden?’

‘Nou ja, kok. Eigenlijk meer voor de hobby. Maar ik moest op net achttienjarige leeftijd opeens helemaal voor mezelf zorgen, omdat mijn ouders kort na elkaar overleden. U moet weten, dat ik een beetje een nakomeling was, mijn ouders hadden al behoorlijke leeftijd, toen ze mij kregen.

Mijn zus heeft me min of meer geholpen om op eigen benen te staan, en daarvoor heeft ze me ook naar een kookcursus gestuurd, zodat ik mezelf ook wat eten kon klaarmaken. Want voor die tijd kon ik alleen maar een ei bakken.

En dat stond me wel aan. De man, die me geleerd heeft om te koken, was een liefhebber van specerijen. Hij had echt een indrukwekkend arsenaal aan kruiden en specerijen, die hij bij voorkeur zelf meebracht van zijn vele reizen. Hij heeft me geleerd om met kruiden om te gaan, de juiste combinaties te zoeken voor de juiste gerechten. En daar heb ik wel een en ander van opgestoken.’

‘Ja, dat is belangrijk, het juiste gebruik van kruiden en specerijen. Veel mensen onderschatten dat. Net als het gebruik van zout.’

‘Dat gebruik ik bijna niet. Er zijn zoveel manieren om de smaak van zout te imiteren. Alleen een slechte kok gebruikt zout om zijn fouten te camoufleren.’

‘En dat kenmerkt de echte kok. Ik moedig mijn koks ook aan om zo min mogelijk zout te gebruiken, mede omdat ik zelf zoutloos moet leven.’

‘Die informatie had u me ook wel kunnen geven, dan had ik uw koks daarover een workshop gegeven! Maar, in het recept, dat ik u ga geven, is zoutarm.’

‘Oh, u maakt me nu wel erg nieuwsgierig. Mag ik weten, wat uw recept inhoudt?’

‘Natuurlijk, het is immers uw geld. Geroosterde Franse lamslende, gemarineerd in een honing, kruiden-truffelmarinade. En daarbij heb ik gekeken of u het ook economisch kon klaarmaken. Het vergt wel een dag voorbereidingswerk, maar als u het daarna vacuüm trekt, kunt u het nog dagen in de koeling bewaren. Niet invriezen, dan wordt de marinade bitter. Bovendien ben ik van mening, dat een lange marinadetijd een nog betere smaak geeft. En deze marinade is bovendien ook erg lekker bij hert of everzwijn.’

‘Dat klinkt helemaal niet slecht! Maar voor vandaag moeten we het met wat eenvoudigere kost doen, hoewel het wordt wel door een van mijn koks gemaakt. Het is zijn beste gerecht.’

‘Dan laat ik me graag verrassen. Maar er is wel een vraag, die ik graag aan u zou stellen. Waarom heeft u me eigenlijk uitgenodigd? Het moet meer zijn, dan alleen de herinnering van vroeger.’

De man kijkt me glimlachend aan. ‘Ja, er is nog een reden. Ik houd van goed eten, lekker eten. En wat u daar op uw simpele barbecues kon maken, dat grensde aan het onmogelijke. Daar kan alleen passie en kunde achter zitten. En natuurlijk heb ik een groot risico genomen, door u vorstelijk te betalen voor uw workshop.

Maar ik ben ook weer niet zo dom, dat ik niet van tevoren al wat informatie over u ingewonnen had. Ik kom al jaren in Sare, omdat daar een goede vriend van me woont. Hij had me al over u verteld, want hij had al eens kennis gemaakt met uw kookkunsten.

Nou ja, ik ging eigenlijk met de instelling, dat het waarschijnlijk mee zou vallen met de verwachtingen, maar die overtrof u ruimschoots. Het was gewoon perfect! Maar een keer eerder heb ik zo’n lekker vlees gehad, en dat was op een camping in Umbrië, toen ik samen met mijn vrouw op vakantie was. We trokken van de ene camping naar de andere. In die tijd waren we nog jong genoeg.

We kwamen eigenlijk pas laat aan, en nadat we onze tent hadden opgezet, wilden we nog wat gaan eten. Maar onze buurman nodigde me uit om bij hem te komen barbecueën. Dat was overigens ook een Nederlander, net als u, alleen zag hij er wat Aziatisch uit. Ik was toen al kok, en ik wist heus wel, hoe je bepaalde dingen moest doen, maar ik was echt geschokt. Het was echt voortreffelijk.

Als me dit iemand voorgezet had in een restaurant met drie sterren, dan was het nog uitmuntend geweest. Gewoon perfect gekruid, precies genoeg om het lekker te maken, maar ook niet te veel om het vlees niet meer te proeven.

We waren eerst van plan om alleen maar de nacht te blijven, maar in plaats daarvan zijn we drie dagen gebleven. En ik heb met die man uren gepraat over kruiden, koken en braden. Ik zie hem nog voor me, zijn zwarte sikje, en zijn half kale voorhoofd.

En nu mocht ik die herinnering weer opdoen.’

Ik kijk verbaasd. ‘De man, die u omschrijft, dat zou zomaar eens de man zijn, die me alles bijgebracht heeft. Zijn naam is Dimas Wijtsman.’

De ogen van Guy worden groot. ‘Dat is zijn naam! Dus van hem heeft u alles geleerd? Geen wonder! Leeft hij nog? Want hij was toen al redelijk op leeftijd.’

Ik schud mijn hoofd. ‘Een jaar, nadat hij me alles geleerd heeft, is hij gestorven. Maar hij was toen ook al ziek. En hij wilde iemand hebben, aan wie hij zijn kunde aan kon overbrengen. En schijnbaar zag hij in mij een talent. Maar er is iets, dat ik hem altijd heb moeten beloven, en dat is om zijn kennis niet commercieel te maken. En dat doe ik dan ook niet.’

Guy knikt. ‘Dat heeft u dus ook weerhouden om ook echt kok te worden?’

‘Deels. Ik heb er zelf veel plezier van, en door me als echte kok te verkopen, dan zou me het plezier vergaan. Als ik iets klaarmaak, dan wil ik er ook zelf van kunnen genieten en zien hoe anderen ervan genieten.’

‘Maar nu geef je wel een paar van je geheimen weg, is dat dan niet in strijd met je belofte?’

‘Nee, voor mijn gevoel niet. Ik geef geen geheimen weg, ten minste niet de belangrijkste. En zoals u al zei, een goede kok kan goed imiteren. Dus veel van die geheimen, zijn de meeste koks wel bekend. Maar de belangrijkste geheimen, die houd ik voor mezelf, tot het moment komt, dat ik het verder kan geven.’

Guy glimlacht. ‘En dat kenmerkt weer een goede kok. Nou, zullen we dan maar gaan eten?’

Hij wenkt iemand, die verscholen achter de struiken aan het wachten was op een teken van zijn baas.

‘René, zou je zo goed willen zijn om even door te geven, dat we bereid zijn om aan het eten te beginnen?’

‘Natuurlijk, mijnheer! Moet ik eerst nog even drinken navullen?’

We geven Guy aan, dat het nog niet nodig is. Dan verdwijnt de man het huis in, en laat ons alleen.

Ik zeg tegen Guy: ‘U heeft het ver geschopt, nadat u begonnen bent met een klein restaurantje!’

Guy glimlacht. ‘Hard werken en een beetje geluk. En ook een risico durven nemen. En destijds heb ik een groot risico genomen, toen mijn kleine restaurantje te klein werd. De bank durfde me geen lening te geven om een groter pand te kopen.

Toen heb ik me gewend aan iemand, aan wie ik me nu nooit meer zou wenden. Laten we het erop houden, dat het een duister figuur was, die me op niet mis verstane manier duidelijk maakte, dat het terugbetalen van de lening hoe dan ook zou plaats vinden.

Ik heb hem niet teleurgesteld, maar ik heb hem daarna ook gezegd, dat ik daarna nooit meer met hem te maken wilde hebben. De man lachte me toen hard uit. Hij kwam toen regelmatig bij me eten, betaalde ook keurig zijn rekening, maar bleef nadrukkelijk aanwezig. Totdat hij problemen kreeg met een ander duister figuur. Ze schoten hem dood, terwijl hij bij mij in het restaurant aan het eten was. Dat was natuurlijk een grote schok, maar eigenlijk ook een opluchting.

Want toen hij verdwenen was, kwam er opeens een heel ander publiek, en dat heeft mijn zaak tot een succes gemaakt. Dus zijn dood was mijn succes. Bizar, maar echt waar.’

‘Dus daarom heet een van uw restaurants Grand Moreau?’

Guy lacht. ‘U heeft uw huiswerk gedaan. Daar houd ik wel van. Ja, ik heb toen mijn tweede restaurant naar hem vernoemd. Vond ik wel passend. Hij heeft me op meerdere manieren geholpen om mijn droom te verwezenlijken.’

Dan kijkt hij me nog eens aan. ‘U bent een fascinerende man, monsieur Hoogmans. Ik zou me uren met u kunnen onderhouden over koken, gerechten en alles wat daar mee vast hangt, en toch bent u een leraar. Een leraar wiskunde nog wel. God, ik heb vroeger dat vak vervloekt.’

Lisa lacht. ‘Dan heeft u nog nooit les van Peter gehad. Die weet van zo’n saai vak nog iets leuks te maken.’

‘Dat geloof ik meteen, mademoiselle. Dat is een gave, die maar weinig mensen hebben.’

Ik zeg dan tegen Guy: ‘Misschien is dat zo, maar ik ben wel van plan om die gave dan wat meer uitgebreid te gaan gebruiken. Ik ben nu niet langer meer een leraar wiskunde.’

Guy kijkt me verbaasd aan. ‘Watblieft?’

Ik glimlach. ‘Ja, dat was voor mij net zo goed een verrassing, als voor mijn vriendin. Op school waren we bezig met een project, dat eigenlijk buiten verwachting goed liep. Maar de regering vond, dat het te veel geld kostte, en heeft het daarom stop gezet. Terwijl het uiteindelijk geld zou besparen. En omdat er flink bezuinigd moest worden, heeft dat me uiteindelijk mijn baan gekost.’

Guy kijkt me geschokt aan. ‘O, dat spijt me voor u. Ik kan aan u zien, dat u het er nog steeds wel wat zwaar mee heeft.’

‘Dat is ook. Ik heb daar enkele jaren van mijn leven in gestoken. Ik heb kunnen zien, dat het werkt, en dan wordt het zo van je afgenomen. Dat doet pijn. Maar het heeft me wel tot een ander besluit gebracht. Ik ga nu voor mezelf beginnen. Ik ga catering doen, en kookworkshops geven.’

Nu begint het gezicht van Guy te glimlachen. ‘Maar dat vind ik nu eens interessant. Nou, dan ben ik eens benieuwd, hoe u het er morgen vanaf brengt. Want als dat bevalt, zou ik natuurlijk ook mijn koks naar u toe kunnen laten komen.’

‘Waarom denkt u, dat ik uw aanbod geaccepteerd heb?’

Guy moet nu hard lachen. ‘Kostelijk! U heeft lef! Dat had ik niet zien aankomen.’

‘Hmm, ik heb in mijn leven wel meer dingen gedaan, die u nooit zou geloven. Ik mag dan nog wel jong zijn, maar ik heb al een heel leven achter me.’

Dan wordt een trolley met eten naar de tafel gereden. Ik kijk even naar de man, die achter de trolley loopt, en het lijkt wel of ik die man herken.

Guy zegt: ‘Ik zal je maar vast even voorstellen aan een van mijn beste koks, dit is…’

‘Marc Lûrand.’

Guy kijkt verbaasd, net als de man achter de trolley.

‘U kent hem al?’

Ik kijk Marc nog eens goed aan, en zie hem naar me kijken. Dan herkent hij me.

‘Peter? Dat meen je niet!’

Ik sta op en begroet de man. Guy staat verbouwereerd te kijken en begrijpt er niets van.

‘Wat doe jij hier?’

‘Dat kan ik ook aan jou vragen, Marc! Dus je bent tegenwoordig kok?’

‘Je ziet het! Je wordt ouder en krijgt kinderen. En die moeten ook gevoed worden. Dus ben ik maar gaan doen, waar ik goed in ben. En nu ben ik dus kok in Le Grand Roux.’

Ik lach. ‘Prachtig man! Het is je gegund! Maar zullen we Guy maar even uit zijn verwarring halen, waar we elkaar van kennen?’

Marc knikt. Ik zeg tegen Guy: ‘Ik ken Marc nog van vroeger. Hij is amper veranderd, alleen wat dikker geworden. U bent een beetje bekend met zijn verleden?’

Guy knikt. ‘Ik ben er trots op, dat ik de meeste van mijn werknemers goed ken. En ik weet dan meestal ook over hun verleden.’

‘Nou, dan weet u ook, dat Marc een biker is geweest.’

‘Dat klopt. En u bent dus ook een biker geweest?’

Marc lacht. ‘En hoe! Mijnheer, dit is een van de meest fantastische mensen, die ik ooit heb mogen leren kennen. Hij heeft me destijds uit de penarie geholpen, toen ik ruzie had met een grote groep bikers. Peter stapte zonder enige vrees tussen ons, en begon me daar toch die mannen een grote bek te geven! Ik dacht werkelijk, die man is dood. Maar tot mijn verbazing dropen ze allemaal af. Daarna zijn we samen wat gaan drinken in een kroeg. Ik geloof, dat ik nog nooit zo dronken ben geweest.’

Ik lach. ‘Ik wel, maar Marc betaalde alle drankjes. Zeg dan maar eens nee!’

Marc lacht ook en vervolgt zijn verhaal. ‘Ik heb toen enige tijd met hem en zijn groep op getrokken, maar ben uiteindelijk toch weer naar huis gereden. Dat was voor mij het moment, dat ik me uit die wereld terugtrok.’

‘Heb je je motor nog?’

Marc schudt zijn hoofd. ‘Nee, die heb ik verkocht. Daarvan heb ik mijn opleiding als kok van betaald. Heb jij de jouwe nog?’

‘Nee, maar ik weet wel waar hij is, en ik heb er onlangs nog een keer op gereden.’

‘Dus die motor is er nog steeds? Waanzinnig ding! Blij, dat die motor er nog steeds is.’

‘Een vriend van me heeft die motor nu, en die gebruikt hem nu als showmodel. Hij is ook degene, die eigenlijk de motor gebouwd heeft.’

‘Ah, dan is je motor dus echt in goede handen. Maar wat doe je hier?’

‘Ik geef morgen een workshop.’

Marc kijkt geschokt. ‘Dus ik krijg morgen die workshop van jou? Dat ga ik zeker niet missen!’

Guy kijkt nog steeds geschokt. Dan begint hij te lachen. ‘Monsieur Hoogmans, u blijft me verbazen. U was me net aan het vertellen, dat u al een heel leven achter de rug heeft, en dan blijkt u een van mijn werknemers te kennen uit uw verleden.’

‘Het is niet zo, dat we elkaar heel goed kennen, Guy, maar we hebben een kleine maand met elkaar opgetrokken. Toen zijn we ieders onze wegen gegaan.’

‘En daarna heeft u elkaar nooit weer gezien?’

Ik schud mijn hoofd. ‘Dit was voor mij evenzeer een verrassing als voor u!’

Ik stel dan vlug Lisa nog voor aan Marc, die daarna het eten voor ons serveert. Daarna laat hij ons alleen. De stemming zit er dan wel al goed in. Verona zegt glimlachend: ‘Wat een toeval, dat u uw vriend na zo’n lange tijd weerziet!’

‘Dat is het zeker. Ik ben blij, dat hij goed terecht is gekomen. Dat weet je namelijk maar nooit, als je zo geleefd hebt, zoals wij destijds deden. Je kwam soms wel eens figuren tegen, die je liever niet zou tegenkomen. Maar soms kwam je er ook tegen, met wie je vriendschappen voor het leven sloot. Maar het rijden op een motor is niet zonder risico, en ik weet van een hoop mensen, die ik toen ontmoet heb, dat ze niet meer leven. Van anderen weet ik niets meer. Maar als je ze dan tegen komt, dan is het altijd een warm weerzien.’

‘Ja, dat kon ik merken. U herkende hem meteen, was het niet?’

‘Ja, ik kon me zijn gezicht meteen voor de geest houden.’

Verona glimlacht. ‘Wat heeft u eigenlijk tegen die mannen gezegd, dat ze afdropen?’

‘Geen idee, in die tijd was ik echt nogal wild, zeker als ik wat gedronken had. Maar ik was niet alleen, en dat wisten die mannen. Zoals ik al zei, je ontmoet een hoop mensen, en als je goed bevalt, dan heb je ook veel vrienden. Ik ben er trots op, dat ik me destijds nooit in echt illegale zaken heb gestort. Ja, wel eens een joint gerookt, en een appeltje gepikt. Maar nooit geen echte diefstal, of geweldsdelicten. Maar iedereen wist wat ze aan me hadden, en als ik mijn woord gaf, kon je er donder op zeggen, dat ik mijn belofte na zou komen. Dat kunt u navragen bij Marc.’

Guy knikt. ‘Dat zal ik zeker wel eens doen. Maar nu ben ik nog meer benieuwd naar uw workshop. U heeft er toch geen problemen mee, als ik daarbij aanwezig ben?’

‘Nee, waarom ook? U betaalt me immers, en hoe meer zielen, hoe meer vreugd!’

Het eten is heerlijk, en Guy vraagt me dan: ‘En, hoe vond u het eten?’

‘Het was heerlijk. Maar ik zal morgen Marc nog wel een paar tips geven, om het nog beter te maken.’

‘Ah, wat zou er dan beter kunnen?’

‘Iets minder zout, en hij zou iets minder dragon moeten gebruiken. Dan wordt het iets minder bitter.’

‘Uitstekend opgemerkt! Wat zou u er nog aan veranderen?’

‘Wat meer basilicum erbij. Dat is iets minder bitter. Maar niet te veel, de basilicum mag niet overheersen.’

Guy lacht nu uitbundig. ‘Tot die conclusie was ik ook al gekomen. Maar de meeste gasten vinden het zo erg lekker, dus ik heb geen reden gehad om het recept te wijzigen. Misschien dat ik het eens moet proberen.’

De verdere avond verloopt zonder gesprekken over werk of eten, maar is uitermate gezellig. Guy is een echte entertainer en weet menig mooie verhalen te vertellen. En hij laat ons diverse lekkere wijnen proeven, maar Lisa laat het bij een wijntje zitten. Maar uiteindelijk moeten we dan toch terug naar het hotel en we nemen afscheid van Guy en Verona. Ik heb echt het gevoel er een vriendschap aan over te hebben gehouden.

De volgende dag ben ik vroeg op, en ben nu best wel wat gespannen. Maar Lisa toont zich begripvol en masseert mijn gespannen spieren. En doordat ze tijdens de massage mijn rug met kleine kusjes overstelpt, ontspan ik dan toch vrij snel. Als beloning geef ik haar een heerlijke zoen. Als we dan later naar beneden gaan voor het ontbijt, wacht Marc me in de eetzaal op.

Als we klaar zijn met eten, komt hij naar de tafel en vraagt: ‘Vind je het een probleem, als ik er even bij kom zitten?’

‘Welnee, kom erbij zitten, Marc. Dat was gisteren een aangename verrassing!’

‘Dat kun je wel stellen, Peter. En ik merk, dat je Frans nu een stuk beter is, dan toen.’

‘Lisa leert me het beter spreken, en ik heb sinds dit jaar een vakantiehuisje in Sare.’

‘Ah, daar woont een nicht van me, waar ik regelmatig kom. Of eigenlijk, dan wisselen we van huis, zij komt dan met haar man in mijn huis wonen, en ik bij haar. Het is wel niet in Sare, maar ze noemen het daar Iletegia.’

‘Oh, dat is een beetje aan de andere kant van waar ik dan woon. Ik woon aan de voet van de La Rhune.’

‘Ah, daar in die buurt. Maar is dat niet waar die naturisten wonen?’

Ik lach. ‘Precies daar. Wist ik alleen niet, toen ik me daar dat huisje kocht. Maar je went er enorm snel aan, en het is echt niet zo, dat ze alle dagen daar naakt rondlopen. Bovendien is het echt niet zo erg, als het lijkt.’

‘Je praat alsof je inmiddels net zo hard meedoet, Peter!’

‘Misschien is dat ook zo, Marc. Je weet toch, ik ga niet snel een uitdaging uit de weg! Maar vertel nu nog eens, wat er is gebeurd, toen je bij onze groep bent weggegaan.’

Marc begint te vertellen. Op weg naar huis had hij een bijna ongeluk, en dat heeft hem overtuigt zijn helm aan de wilgen te hangen. Maar ja, hij was nog niet thuis, en zijn motor liep niet op water. Marc kon werk krijgen in een klein restaurant, waar hij als afwasser in de keuken aan de slag kon. Maar op een dag was de kok ziek, en precies op die dag was de andere kok vrij. En aangezien er verder niemand in de keuken stond, werd hem gevraagd of hij niets klaar kon maken. En daar stond hij dan.

Maar er waren inmiddels al gasten en die wilde hij niet teleurstellen. Nu had hij wel al wat ervaring met koken, dus heeft hij maar klaargemaakt, wat hij kon, en hoopte er maar het beste van. Gelukkig was het niet heel druk, maar Marc kreeg wel de complimenten van onze gasten. Het had hun goed gesmaakt. Dus mocht hij in de dagen erna nog een tijdje voor kok spelen, en Marc kreeg daar best veel plezier in. Totdat de kok, die ziek was, weer terug kwam. Toen werd hij bedankt en trok weer verder.

Bij toeval reed hij langs een koksschool. Hij is daar gestopt, en vroeg daar aan de directeur, wat er voor nodig was om daar het vak van kok te leren. De man moet gedacht hebben, dat hij gestoord was, en noemde hem een bedrag.

Natuurlijk had hij dat geld niet, maar het geluk was met hem, en Marc kon zijn motor voor een goed bedrag

verkopen. In een plaatselijk restaurant heeft hij toen de rest van het bedrag bijeen verdiend en is daarmee terug naar de school gegaan. De directeur keek verbaasd op, toen Marc hem het geld op zijn bureau legde en vroeg of dat genoeg was om dan opgenomen te worden in de opleiding.

Maar hij accepteerde en toen was Marc opeens een leerling. Vierentwintig jaren oud, midden tussen veel jongere gasten. Maar hij sloeg zich er doorheen en bleek echt talent te hebben, en dat bleek ook, toen hij een stage deed in een restaurant in Nimes. Dat was ook een kleine keuken en al snel mocht Marc kleine gerechten klaarmaken. En toen ging het best snel. Bij de volgende stage werd hij al meteen geplaatst in een beter restaurant, en ook dat werd een succes. En dat is waar Guy Hem heeft gevonden. Hij twijfelde geen moment, en bood hem meteen een vaste baan aan, op voorwaarde, dat Marc zijn opleiding zou afmaken. En vandaaruit is hij uitgegroeid naar de 2e chefkok in Le Grand Roux.

‘Nou, dat heb je dan aardig gedaan. En je zei, dat je getrouwd bent?’

‘O ja, met de zus van Guy. Niet dat Guy daar erg blij mee was, maar ik was niet degene geweest, die de eerste stap heeft gezet. Dat heeft Vanessa gedaan, zo heet mijn vrouw. Ze is hier samen met Guy de baas over Le Grand Roux. Maar dat wil niet zeggen, dat ik dan een streepje voor heb bij Vanessa. Ze kaffert me gewoon uit, als ik iets niet goed doe, maar ’s avonds is ze dan wel weer extra lief voor me. Ik zal haar straks wel aan je voorstellen. Ze is al heel nieuwsgierig naar je.’

‘Daar kijk ik dan ook wel naar uit. En, heb je al zin in de workshop?’

‘Ja, enorm! Guy spreekt zo hoog over je, dat iedereen wel nieuwsgierig is. Wat ga je ons leren?’

‘Een gerecht met lamsrack, maar dan traditioneel geroosterd. En dan nog wat kruidenleer, daar kun jij nog wat van leren, Marc. Je had het eten niet op de juiste manier gekruid. En morgen mogen jullie proberen een nagerecht na te maken. En ik zet er een doos champagne op, dat het niemand lukt om het te evenaren.’

‘Hmm, een uitdaging! Daar houd ik wel van! En wat had ik dan verkeerd gedaan?’

‘Te veel dragon, te weinig basilicum. Daardoor was het een tikje te bitter. Verder weinig op aan te merken.’

‘Hmm, zo vinden onze gasten het wel lekker. Misschien smaakverschil?’

‘Kan zijn, maar Guy was dezelfde mening. Het schijnt, dat hij van dezelfde man les heeft gehad in de kruidenleer. Alleen ik heb al de kennis van die man, en Guy maar voor een klein deel.’

Marc glimlacht. ‘Ja, Guy is altijd iemand, die zijn gerechten perfect wil hebben. Maar hoe heeft hij jou dan ontmoet?’

‘Oh, dat was op een straatfeest in Sare. De naturisten geven daar ieder jaar een barbecue om de inwoners te bedanken, dat ze daar naakt mogen lopen. En ze waren erachter gekomen, dat ik heel goed kan barbecueën. Dus mocht ik deze keer de barbecue organiseren. En dat heeft Guy toen opgemerkt, en heeft me toen uitgenodigd om hier een workshop te komen geven.’

‘En voorheen kenden jullie elkaar niet?’

‘Nee, hoe dan? Ik woon in Nederland en tot voor kort was ik daar een wiskundeleraar. Dus ik was nooit echt een kok. Maar ik weet wel de klappen van de zweep. Qua gerechten kan ik jullie nog wel een en ander leren. En het gerecht, dat ik jullie ga leren, is niet moeilijk te maken, maar vergt wel wat voorbereidingstijd.’

‘Dan ben ik heel erg nieuwsgierig. Maar als ik het goed begrijp, krijgen we morgen nog een workshop van je?’

‘Ja, dat is wel de bedoeling. In het contract, dat ik van Guy heb gekregen, staat dat ik minstens drie dagen een workshop moet geven. Nou, dat lijkt me niet het aller moeilijkste wat er is.’

‘Nou, dan ken je onze koks nog niet, Peter. Er zitten er tussen, die echt menen, dat ze wat zijn.’

Ik lach. ‘Dat kan zijn, maar die kennen mij nog niet. Ik ben nu al enkele jaren leraar geweest, en ik heb zo wel mijn manieren om iemand terecht te wijzen. Maar het is goed, dat je dit even vermeld, want dan moet ik wel even wat bespreken met Guy.’

‘Doe dat. We beginnen al om tien uur?’

‘Ja, en we zullen pas rond drie uur klaar zijn. Dan hebben jullie nog tijd genoeg om nog mee te helpen met het avondeten.’

‘Nou, dat wordt me wel weer een lange dag, maar het lijkt me de moeite waard. Maar ik ga weer naar de keuken. Eens kijken of het daar een puinhoop is.’

‘Dat zal wel meevallen. Ik denk niet, dat Guy zoiets zou toestaan.’

Marc lacht. ‘Nee, dat is inderdaad zo. Guy hecht wel aan orde en netheid. Maar dat is ook goed zo, anders was hij nooit zover gekomen.’

Marc neemt dan afscheid en laat ons alleen. Ik zeg tegen Lisa: ‘En? Wat ga jij straks doen?’

‘Ik ga eens lekker shoppen, en daarna lekker in de zon liggen.’

‘Dan ga ik maar eens lekker in de keuken staan en onze twaalfduizend gaan verdienen!’

Ze geeft me een zoen, waarna ik het kantoor van Guy opzoek. Ik klop aan, en ik word binnen geroepen.

‘Ah, Peter! Ben je er al klaar voor?’

‘Ja, vanmorgen nog wel wat gespannen, maar nu gaat het wel weer. Maar ik wilde het even hebben over de workshop. Ik heb vanmorgen Marc nog even gesproken, en die vertelde me, dat sommigen het nogal hoog in zijn bol hebben.’

Guy zucht. ‘Ja, dat is helaas waar. Waarom vraag je dat?’

‘Nou, ik ben een hele tijd leraar geweest en ik weet wel hoe ik zulke gasten klein krijg. Maar dan moet ik wel weten, dat je achter me staat.’

‘En wat verwacht je dan van me?’

‘Als ze niet willen luisteren, mogen ze zelf de keuken poetsen. En ik weet, dat een kok dat graag niet zelf doet. Dat laat hij liever anderen doen. En als dat dan nog niet helpt, mogen ze het werk van keukenhulpen doen. Dus afwassen, groenten en aardappelen schillen, van dat werk.’

‘Dus met andere woorden, ze even flink op hun plaats zetten? Nou, daar werk ik graag aan mee. Misschien is het helemaal geen gek idee om enkele heren weer eens met hun beide benen weer op de grond te zetten. Dus van mij heb je niets te vrezen.’

‘Goed, dat wilde ik even weten. En waar wordt de workshop gehouden? Ik wil even kijken of alles ook aanwezig is.’

‘Ik zal je er wel even heen brengen.’

Guy brengt me dan naar een keuken, die aan de andere kant van het hotel ligt.

‘Dit is eigenlijk de oude keuken, maar ik heb deze laten opknappen. Hier kunnen mijn chefkoks experimenteren en zo nu en dan laat ik hier een workshop houden. Dat houdt mijn koks scherp en op de hoogte van de laatste ontwikkelingen.’

‘Ah, en ik zie, dat de bestelde ingrediënten er ook al zijn. Goed, dan kan ik even alles voorbereiden. Om tien uur begint het toch?’

Guy knikt. ‘En ik ben zelf niet minder benieuwd, Peter.’

Hij laat me alleen en ik loop even naar buiten. Daar staat, zoals ik gevraagd had, een grote kolengrill. Een hele andere als ik zelf heb, maar daar weet ik ook wel raad mee. Binnen in de keuken is ook een grill op gas. En die stook ik alvast heet. Ook de kolengrill stook ik alvast aan, zodat die straks al goed op temperatuur is. Dan leg ik de stukken vlees al klaar, maar doe er verder nog niets mee. En dan zet ik de kruiden klaar.

Uiteindelijk ben ik net kwart voor tien klaar en heb dus een paar minuten om me te ontspannen. Ik ga op een stoel zitten, en mediteer even in alle stilte met mijn ogen gesloten.

Na een paar minuten word ik ruw gestoord door een onbeschofte Fransoos. Hij duwt me bijna van mijn stoel af, en dat had hij beter niet kunnen doen. Nog voordat hij er erg in heeft, sta ik op en parkeer hem tegen een muur. De man doet het bijna in zijn broek van de schrik.

‘Nooit gehoord, dat je iemand nooit moet storen, als die aan het mediteren is?’

De man is helemaal bleek weggetrokken. Hij stamelt een excuus en daarop laat ik hem los.

‘En jij bent?’

‘Francois Belecourt, 1e Chefkok hier in Le Grand Roux.’

‘Ah, de 1e chefkok. Doe je altijd zo ruw tegen je personeel?’

‘Mijn excuses. Ik dacht, dat u een werknemer van het hotel was, en in de baas zijn tijd zat te niksen.’

‘Oké, dat kan ik nog wel begrijpen, maar dat is nog geen reden om iemand bijna van een stoel te duwen. Ik hoop niet, dat je nog meer fratsen uit gaat halen, anders ben je nog niet klaar met me. Ik zal me even voorstellen, ik ben Peter Hoogmans, die hier vandaag de workshop komt geven.’

De man kijkt geschokt. ‘Duizendmaal excuses, monsieur Hoogmans! Vertel alstublieft niets tegen monsieur Soûtre.’

‘Dat hangt eraf, hoe u zich de komende tijd gedraagt, en hoe u zich aan de opdrachten houdt. Dit mag wel een workshop zijn, maar ik houd aan een zeer strak regime. En ik werk met een strafpuntensysteem. En op dit moment staat u al in de min. Aan u de eer om die score om te draaien.’

De man knikt haastig en neemt dan plaats op een van de krukken. Niet veel later druppelen andere mannen en ook enkele vrouwen binnen. Ik val nogal op, daar ik geen kokskleding draag. Alleen een grijze schort draag ik. Wel heb ik een haarnetje op, want dat hoort nu eenmaal zo, als je met etenswaren werkt.

Als uiteindelijk ook Guy binnenkomt, ga ik meteen van start.

‘Hallo, ik zal me even voorstellen. Ik ben Peter Hoogmans, en ik kom uit Nederland. De komende dagen krijgen jullie van mij een workshop. Vandaag breng ik jullie een gerecht bij, dat jullie daarna proberen na te maken. En dat gaan we daarna proeven. Daarna bespreken we de verschillen, en dan krijgen jullie les over het gebruik van kruiden. En dat gaat verder, dan jullie ooit geleerd hebben.

Ooit eens een perfecte lamsrack geproefd? Vraag het jullie baas maar, die weet wat ik bedoel. Verder staat het iedereen vrij om me vragen te stellen, maar let wel, ik duld geen gerotzooi!

Dat is in geen enkele keuken geoorloofd, en hier dus ook niet. En wie meent de kantjes eraf te lopen, voor diegene heb ik een hele leuke verrassing.’

Ik wijs naar de schoonmaakspullen, die in de hoek staan. Er wordt even gelachen. Een man zegt dan: ‘En u meent, dat ik dat ga doen? Ik dacht het niet!’

‘Ah, mijnheer solliciteert! Dat kan. Wees dan wel gewaarschuwd, dat ik van monsieur Soûtre de volmacht heb om u tijdelijk te degraderen tot keukenknecht. En ik laat het dan aan monsieur Soûtre aan hoe lang u dat moet doen. Nu moet u weten, ik werk met een strafpuntensysteem. Je kunt er verdienen, en je kunt er verspelen. De eerste, die meer dan tien punten heeft, mag de vloeren schrobben. En mocht dat niet helpen, dan weet u wat u daarna te wachten staat. Aan u de keuze.’

De man lacht me recht in mijn gezicht uit. Geheel niet onder de indruk loop ik naar de man toe en steek mijn hand uit. ‘Gefeliciteerd! U bent zojuist de eerste geworden, die al meteen tien punten heeft behaald! Een hele prestatie!

En ik zie, dat de meesten hun schoenen niet hebben gepoetst, toen ze hier binnen kwamen, dus er valt al meteen wat op te ruimen. Dus ga je gang!’

De man kijkt me geschokt aan en zegt dan tegen Guy: ‘Monsieur Soûtre, moeten we deze sukkel nu echt serieus nemen?’

Guy kijkt de man ijzig aan. ‘Dat zou ik maar doen, ten minste als je de komende twee weken alleen maar wilt afwassen en de vloeren schrobben. Monsieur Hoogmans meende, wat hij net zei. Hem was al ter ore gekomen, dat er hier personen zijn, die zich meer voelen als de rest. Nou, geloof me, dat zijn jullie niet.

Sterker nog, ik wil dat voortaan niet meer horen. De eerste, die zich nog waagt om zich verheven te voelen boven de rest van het personeel, die kan zijn spullen pakken. Is dat begrepen?’

De man bindt snel in. En een blik van mij is meer dan voldoende om hem meteen aan het werk te zetten.

Dan loop ik mijn cursisten af. Ik heb nauwlettend in de gaten gehouden of ze hun voeten geveegd hebben, en of ze hun handen gewassen hebben. En er is niemand, die zich aan die voorschriften gehouden heeft. En als ik Guy uiteindelijk ook strafpunten geef, wordt er wel gelachen. Ze vinden het leuk, dat ik ook de baas wel een beetje op zijn nummer zet.

Dan begin ik met de uitleg. Ik kan meteen merken, dat dit goede koks zijn. Op mijn uitleg worden vele vragen gesteld, en goede vragen ook nog eens. Ze maken het me niet gemakkelijk, maar dat is ook niet de bedoeling. Als ik dan het gerecht voordoe, letten ze heel goed op. Ze maken notities, en houden iedere stap nauwlettend in de gaten. Als ik dan uiteindelijk het vlees in de marinade heb liggen en ze laat proeven van de marinade, zijn ze wild enthousiast.

‘Monsieur Hoogmans? En dit gerecht mogen we gewoon gebruiken?’

Ik knik. ‘Ja, dat mag. Dat was onderdeel van de afspraak. Ik denk, dat het tot nu toe er erg simpel heeft uitgezien, maar geloof me, dat is het niet. De verhoudingen komen heel nauw, een beetje te veel of te weinig maakt een enorm verschil uit. Nu heeft dit gerecht wel enorm ruimte voor wat marge, maar om het echt uitmuntend te laten worden, moet het recept nauwlettend gevolgd worden.

Jullie hebben allemaal opgeschreven, wat er allemaal in behoort te zitten. Ik heb hier voor ieder het recept, en ik wil, dat jullie dat vergelijken met wat jullie hebben opgeschreven.

En dan ben ik eens benieuwd, wie het foutloos heeft opgeschreven.’

Ik deel wat geprinte vellen papier uit, en iedereen is meteen bezig om zijn notities te vergelijken. Ik loop rond en bekijk hun verschillen. En die blijken toch best groot te zijn.

Maar een man verrast me, hij heeft maar een klein detail fout, dat waarschijnlijk niet eens invloed op de smaak zou hebben.

‘Kijk eens aan! Francois was het toch?’

De man knikt. ‘Goed opgelet. Vijf strafpunten kwijtgespeeld. Nu sta je op nul.’

Iedereen kijkt even verbaasd. De meesten hebben een of twee strafpunten gekregen, dus er moet zich iets hebben afgespeeld, waar de rest niet van op de hoogte was. Maar ik vertel er verder niets over. Ik laat ze dan het recept namaken. En als snel blijkt, dat de juiste verhoudingen houden, niet zo gemakkelijk blijkt te zijn. Guy is nog degene, die het meeste in de buurt komt, maar ook hij heeft het niet helemaal goed.

Ik glimlach. ‘Is er iemand, die weet, wat jullie vrijwel allemaal fout doen?’

Niemand reageert. ‘Dit is een zoutloos recept. Gaat er nu een belletje rinkelen?’

Marc zegt dan: ‘Monsieur Hoogmans, hoe kan het dan, dat ik wel een zoute smaak in uw marinade proef?’

‘Ah, dat is de juiste vraag. Pluspunt verdient, monsieur Lûrand. Hebben jullie me zout zien gebruiken? En kijk jullie notities eens na, staat daar zout op? Ik ben bang van niet. Ik heb jullie heel goed in de gaten gehouden, maar jullie zijn allemaal, op monsieur Soûtre na, een ingrediënt vergeten.’

Opeens hoor ik iemand zeggen: ‘Merde! Wat ben ik toch een stomkop! Monsieur Hoogmans, zou ik dat recept nog eens mogen maken? Ik weet, wat ik fout gedaan heb.’

‘Vertel het eerst maar eens, anders weten je collega’s het nog niet.’

‘U heeft wel zeewier toegevoegd, maar dat heeft u eerst geroosterd. Dat moet die zoute smaak wel zijn.’

‘Scherp opgelet. Maar je vergeet wat. Zeewier moet je goed spoelen. Zoals ik al zei, het is een zoutloos recept, en in zeewier zit nu eenmaal zout. Maar als je het roostert, dan krijg je toch een zoute smaak, zonder dat er daadwerkelijk zout in zit. Nou ja, er zit wel zout in, maar het is zo minimaal, dat je het als zoutloos kunt betitelen. Drie pluspunten voor jou!’

De man kijkt triomfantelijk en maar zegt lachend: ‘Niet dat me dat veel helpt, ik sta dan nog steeds op negen!’

Er wordt nu wel gelachen. De sfeer begint nu losser te worden en daarmee krijg ik het ook gemakkelijker. Ik heb de mensen nu geïnteresseerd gekregen. Uiteindelijk lukt het iedereen om de marinade foutloos te maken.

Intussen heeft mijn vlees al lang genoeg in de marinade gelegen, en laat ik het buiten op de kolengrill roosteren. Dat wordt onder grote belangstelling gevolgd. En als het klaar is, laat ik iedereen ervan proeven.

Francios zegt: ‘Ik ben nu toch al vele jaren kok, maar dit heb ik nog niet eerder geproefd. Dit grenst bijna aan perfectie! En dat zonder zout? Met dit gerecht konden we wel eens voor dit restaurant een ster verdienen. Maar met die kennis kun je nog veel meer gerechten zo bereiden. De mogelijkheden zijn bijna eindeloos!’

Ik knik. ‘Kijk, en dat probeer ik jullie vandaag bij te brengen. Maar ik kan me voorstellen, dat een kolengrill niet altijd praktisch is, dus gaan we vandaag enkele stukken vlees op de gasgrill roosteren, en de rest op de kolengrill. En dan kunnen jullie het verschil daar tussen proeven.’

Enthousiast worden er twee groepen gemaakt, en worden de stukken vlees geroosterd. Guy komt bij me staan en fluistert me in mijn oor: ‘Ik geloof amper, wat ik hier zie. U moet weten, dat ze lang niet altijd zo harmonieus samenwerken. En kijk nou eens! U moet wel een hele goede leraar zijn geweest, als u dit zo snel klaarkrijgt!’

‘Ik zou nog leraar zijn geweest, als mijn project niet stil was gezet. Maar wat vindt u van het gerecht?’

‘Beter dan ik verwacht had! Dit gaat absoluut een van onze toppers worden! Als ik al zie, hoe enthousiast ze zijn, daar komt nog veel meer uit.’

We kijken naar de koks, die druk bezig zijn met hun werk. Ze lachen, praten met elkaar, maar zijn wel goed gefocust op wat ze doen. En als ze dan klaar zijn, kunnen we proeven van hun werk.

Er is een klein, maar fijn verschil tussen de twee soorten bereidingen. De op het gas geroosterde stukken vlees smaken echt prima. Maar op de kolengrill smaken ze net wat beter.

‘En ze zouden nog beter smaken, als ze langer in de rook zouden zitten. Je kunt dit gerust al voorbereiden, zelfs daags van tevoren. Je rookt dan het vlees als het ware, en gaart het dan op een gasrooster. Als er eenmaal de rook in zit, dan gaat het er niet meer snel uit. En ik verzeker jullie, dan wordt het nog lekkerder.’

Ze zijn allemaal onder de indruk, en geven me spontaan een applaus. Dat vind ik een zeer hoge waardering. Maar we zijn nog niet klaar. Ik geef ze nog een kleine inblik in het toepassingen van kruiden. Er is veel meer mogelijk, dan ze weten. En dat levert wel enige aha-momenten op. Maar als het dan drie uur wordt, moet ik toch echt ophouden met de workshop.

Ik neem van iedereen persoonlijk afscheid, ook van de man, die me eerst uitlachte. Hij maakt een diepe buiging voor me en zegt: ‘Ik moet u mijn oprechte excuses aanbieden. Ik had namelijk gehoord, dat u een amateur zou zijn. Maar dat blijkt zeer zeker niet waar te zijn. U zou zomaar een topkok kunnen zijn!’

Ik glimlach. ‘Nou, ik weet niet, van wie u dat gehoord heeft, maar hij had wel gelijk. Ik ben een amateur. Maar ook een amateur kan van wereldklasse zijn, onthoud dat goed! Nooit iemand beoordelen op basis van geruchten of uiterlijk. Dat kan heel bedrieglijk zijn. En dat is voor u vandaag wel de belangrijkste les geweest.’

‘U heeft helemaal gelijk. Maar bent u echt een amateur?’

Ik knik. ‘Of tot voor een paar dagen was ik er een. En eigenlijk ben ik dat nog steeds. Ik heb geen koksdiploma, maar weet wel alles over eten en over drank. Wel ben ik een echte cocktailspecialist. Daar krijgen jullie morgen lessen in. En over een nagerecht, waarvan ik overtuigd ben, dat jullie het niet kunnen namaken. Dus maak jullie borst maar nat. Dus ik zie jullie stipt om tien uur. En denk eraan, voeten vegen en handen wassen!’

Iedereen moet er nu om lachen, en vertrekken dan een voor een. Alleen Guy blijft achter. Hij zegt tegen me: ‘Ik moet echt zeggen, dat u uw geld dubbel en dwars waard bent. Dit is met afstand de beste workshop, die ik ooit gezien heb. De manier, waarop u ze op hun nummer zette, geniaal. Maar daarna had u wel hun volledige aandacht. Dat verdient respect!’

‘En dat is ook precies, waar het om draait. Zo heb ik op school altijd les gegeven. Ik hoefde nooit te vragen om de aandacht van mijn leerlingen, die had ik al. Maar ik zorgde er wel voor, dat ik de lesstof boeiend kon maken. En precies dat heb ik ook gedaan. En u ziet, het werkt!’

Guy lacht. ‘En wanneer kan ik u weer inhuren?’

‘Ik heb nog recepten genoeg, dus zeg het maar!’

Guy lacht hardop. ‘U bent een man naar mijn hart. Wat zou u ervan zeggen om iedere drie maanden voor het komende jaar een workshop te komen geven? Vierduizend per sessie, en dan drie sessies over drie dagen. Dan kan ik namelijk alle koks van mijn restaurants een keer laten komen. Uiteraard bent u dan hier weer kosteloos te gast.’

‘Als u me dat op papier wilt zetten, dan ben ik uw man!’

We schudden elkaars hand en ik zeg dan: ‘Zo, dan zal ik nu maar eens beginnen met schoonmaken.’

‘Ach, dat laat ik wel doen. Jij hebt genoeg gedaan voor vandaag. Bekommer jij je maar om je zwangere vrouw.’

Ik bedank de man en ga terug naar mijn kamer, waar ik me douche, en andere kleren aantrek. Dan loop ik naar het zwembad, waar ik Lisa lekker zie luieren in de schaduw van een boom. Ze ziet me niet aankomen, en schrikt als ik haar plotseling in haar nek kus.

‘Ach, jij bent het! En? Hoe is het gegaan?’

‘Buitengewoon goed! Zelfs zo goed, dat we nog wel een paar keren terug mogen komen. Guy heeft me een contract aangeboden om hier minstens nog vier keer terug te komen voor het komende jaar. Om de drie maanden. En dan voor een eenzelfde bedrag, dan ik nu krijg.’

Lisa kijkt geschokt. ‘Nog meer? Hoeveel dan?’

‘Twaalfduizend per keer. Dus alleen dat al levert me achtenveertigduizend op, voor totaal twaalf dagen werk… De voorbereiding dan niet meegerekend. Maar laat me dat totaal een maand werk kosten, dan is het veel. Ik zou zeggen, een behoorlijk goed uurloon!’

Lisa is er beduusd van. Maar dan begint ze te lachen. ‘Dus dan is het ook niet erg, dat ik vanmorgen duurs gezien heb, dat ik heel graag wil hebben?’

Ik kijk haar vragend aan. ‘Wat heb je je dan gezien?’

‘Een complete kinderkamer. Hij was op de aanbieding en hij was zo mooi! En alles zit er bij. En ze brengen het zelfs naar Nederland toe.’

Ik kijk verbaasd. ‘Dan zal het toch wel niet goedkoop zijn.’

‘Nee, dat niet. Maar daar staat tegenover, dat er ook echt alles bij zit. Zelfs de kleertjes zitten er al bij. Wat je je ook bedenkt, het zit er al bij.’

‘En hoeveel gaat me dat dan kosten?’

Lisa durft me amper aan te kijken. ‘Net geen zesduizend euro.’

‘Zo, dat is nogal. Maar je vindt het echt mooi?’

Lisa knikt en kijkt me hoopvol aan.

‘En waar is die winkel? Want dan zal ik toch wel moeten kijken.’

Lisa kijkt me verrast aan. ‘Dus je vindt het niet erg?’

Ik schud mijn hoofd. ‘Het is misschien wel duur, maar jij vindt het mooi en we hebben het toch nodig! En nu ik deze meevaller in het vooruitzicht heb, kan ik me dat wel veroorloven.’

Lisa geeft me spontaan een zoen. ‘Dank je, Peter! Dat maakt me zo blij!’

Ik kijk haar aan en zeg: ‘Als je me bedanken wilt, doe dat dan maar vanavond in bed!’

Lisa kijkt me grijnzend aan. ‘Dat had ik toch wel gedaan! En je gaat gegarandeerd ’s werelds beste papa worden!’

Dan geeft ze me weer een zoen, die nu heel wat langer duurt. Er komt een oudere man voorbij, samen met zijn vrouw.

‘Ach, was ik nog maar jong. Weet je nog, Celeste, toen we ongeveer net zo oud waren als die twee?’

De vrouw kijkt haar man glimlachend aan. ‘Hoe kan ik dat vergeten? Daar denk ik nog iedere dag aan. Het is zo mooi om verliefd te zijn! En na vierenvijftig jaar voel ik nog steeds hetzelfde voor je!’

Lisa hoort het en laat me even los. Glimlachend kijkt ze de oude vrouw aan en zegt: ‘Ik hoop over vierenvijftig jaar ook daar te kunnen staan en dan glimlachend kunnen kijken naar een vrijend paartje.’

De vrouw lacht. ‘Dat is hard werken, en meer geven, dan nemen. Maar ik ben ervan overtuigd, dat het jullie gaat lukken.’

Ik bied het tweetal een drankje aan.

‘Dat hoeft niet, we kunnen het zelf best betalen.’

Ik lach en zeg: ‘Ik ben hier op kosten van de eigenaar, dus mij kost het niets.’

De man lacht. ‘In dat geval neem ik uw aanbod graag aan. Maar vertel eens, hoe komt een jonge man als u hier te gast van de eigenaar?’

Ik vertel hem het verhaal. De man en de vrouw kunnen er hartelijk om lachen. De vrouw zegt: ‘Wat leuk! Dus eigenlijk waren jullie buren? En nu gaan jullie trouwen en verwachten ook nog jullie eerste kind?’

‘Ja, en dat allemaal binnen een jaar. Het gaat allemaal snel, maar we zijn hartstikke verliefd op elkaar.’

De vrouw glimlacht. ‘En? Weten jullie ook al of het een jongen of een meisje wordt?’

Glimlachend zeg ik: ‘Lisa weet het, maar ik wil het niet weten.’

De vrouw pakt plotseling de hand van Lisa vast en fluistert dan wat in haar oor.

Lisa kijkt de vrouw geschrokken aan.

‘Hoe weet u dat?’

‘Ik heb een bepaalde gave, kind. Altijd al gehad. Ik kan het geluk van mensen voorspellen, en daar horen ook kinderen bij. En bij jullie zit dat wel goed.’

Haar man zegt: ‘En ze heeft het nooit fout. Sterker nog, ze heeft ooit eens voorspeld, dat we vierenvijftig jaar later in Frankrijk zouden staan in een luxe hotel. En nu zijn we vijftig jaar getrouwd en waar zijn we? In een luxe hotel in Frankrijk. Geloof het of niet, het is echt waar!’

We praten nog even met het oude stel en spreken af die avond samen te gaan eten in het restaurant. Daarna gaan we nog naar de winkel, waar Lisa de kinderkamer heeft gezien. En ik moet echt toegeven, dat het ook een erg complete en mooie kinderkamer is. Maar ik glimlach als ik de kleur zie, die is namelijk in zachtgroen. Op die manier word het mij helemaal niet duidelijk, welk geslacht ons kind straks zal hebben. Want ik wil dat echt niet weten. Ik wil me lekker laten verrassen, en het maakt mij echt niet uit of het nu een jongetje of een meisje zal zijn.

Ik onderhandel dan nog even over de prijs, het lukt me zelfs om nog iets van de prijs af te krijgen en maak dan de deal rond. Het kost me nog steeds zesduizend, maar daarvoor brengen ze hem dan gratis naar Nederland. Als we buiten zijn, geeft Lisa me weer een zoen.

‘Je bent de allerliefste man van de wereld!’

En dan fluistert ze in mijn oor: ‘En vanavond zal ik je ook nog wel eens passend bedanken!’

Ik grijns bij dat vooruitzicht. We gaan dan weer terug naar het hotel, waar we ons opmaken voor het diner. Terwijl ik me sta te scheren, duikt Lisa de douche in. Het is een ruime douche met een glazen wand ervoor. Je kunt er gewoon doorheen kijken, en ik kijk toe hoe Lisa zich doucht. En dat krijgt ze in de gaten. Ze begint nu heel opzichtig haar borsten te strelen, en lichtjes te kreunen. Ik kan er niets aan doen, maar het windt me wel op. Ik voel mijn pik al stijver beginnen te worden. Als ze dan ook nog over haar billen naar haar kutje met haar vingers begint te strelen, kan ik het niet meer houden.

Snel trek ik mijn shirt en broek uit, en met een beweging ook mijn boxershort. Ik heb gelukkig nog geen schoenen aan, maar wel sokken. Maar dat interesseert me niets. Ik ben geil en Lisa kijkt me verwachtingsvol aan. Als ik de douche in stap, trekt ze me meteen tegen zich aan en begint me meteen een lange tongzoen te geven.

Zonder de zoen te verbreken, zet ik haar tegen de douchewand aan. Maar Lisa onderneemt zelf ook actie, ze begint mijn pik af te trekken, zodat die nog stijver wordt. Uiteindelijk verbreekt ze zelf onze zoen en hijgt: ‘Neuk me, Peter! Ik ben zo geil!’

Ik til haar een beetje op en leid mijn pik naar haar hete grotje. Ze kreunt meteen als ik meteen diep in haar glijd. Ze is al kletsnat en dat is niet alleen van het water. Met harde en diepe halen begin ik haar te neuken. Ze kijkt me recht in mijn ogen aan, terwijl ze zichtbaar geniet van het schuren van mijn pik in haar natte grotje. We kreunen allebei van genot, en ik voel dat ik het niet meer erg lang ga volhouden. En ook Lisa is niet meer ver van haar hoogtepunt. Vrijwel gelijktijdig komen we klaar. Ik kom als eerste klaar en spuit een flinke lading zaad tegen haar baarmoeder, waarop Lisa meteen klaarkomt. Ze grijpt zich stevig aan me vast en laat haar orgasme uitrazen door haar lichaam. Hijgend blijven we tegen de douchewand staan, tot Lisa me echt te zwaar begint te worden. Voorzichtig leg ik haar weer op haar voeten en geef haar nog een zoen.

Lisa grijnst. ‘Je was weer fantastisch, Peter! En volgens mij was je er behoorlijk aan toe! Je kwam zelfs voor me klaar!’

Ik glimlach. ‘En jij was er meer dan klaar voor, Lisa!’

Ze moet lachen. ‘Ik ben de hele dag al aan je aan het denken, Peter. Ik moet mezelf nog steeds af en toe knijpen, of ik toch niet aan het dromen ben. En dan zie ik je weer, en stroomt mijn hart over van geluk.’

Ze moet even huilen, wat de laatste tijd niet zo vreemd is, ze is nu wel vaker emotioneel. Ik kus haar tranen weg.

‘Ik heb ook de hele dag aan je moeten denken, Lisa. Het deed me denken, waarvoor ik dit nu allemaal doe. Dat doe ik voor jou, en ons kind, dat je bij je draagt. En dat maakt, dat ik alles kan geven, wat ik in me heb. En toen ik je zojuist daar onder de douche zag staan, kon ik mijn verlangen naar je niet meer tegenhouden. Ik moest en zou je hebben!’

Ik sla mijn armen om haar heen en ze kust mijn borstkas.

‘Ik hou van je, Peter.’

‘En ik hou van jou, Lisa. Meer dan je je kunt indenken!’

Ze glimlacht en worstelt zich dan los. Dan geeft ze me een tikje op mijn billen en zegt: ‘En nou maken dat je weg komt! Anders komen we dadelijk nog te laat voor ons diner!’

Ze doucht zich dan nog een keer, en ik droog me af. Ik trek mijn natte sokken uit, en als ik de badkamer uitloop, werp ik haar nog een luchtkusje toe. En ze geeft me die glimlachend nog een terug.

Ik trek me dan passende kleding aan voor het diner. Het is een deftig restaurant, dus daar kunnen we geen alledaags kleding voor aantrekken. Mijn keuze valt op een strakke pantalon, een strak zijden blouse met donker gilet erover.

Lisa komt juist uit de badkamer en zegt meteen: ‘Zo, wie is deze knappe heer hier in deze slaapkamer?’

Ik draai me om en zie haar in een badjas en haar haren met een handdoek omwikkeld.

‘De man, die je zo meteen meeneemt om lekker te gaan uit eten!’

Ik wil haar een zoen geven, maar ze duwt me weg.

‘Niets daarvan! Je hebt net al genoeg gehad. En ga jij maar onder lekker aan de bar zitten, zodat ik me in alle rust kan voorbereiden voor het diner.’

Ik glimlach, maar laat me niet zo eenvoudig wegzetten. Ze laat zich toch verleiden om me nog een zoen te geven, maar dan duwt ze me toch weg.
Lees verder: Charlotte - 25
Geef dit verhaal een cijfer:  
5   6   7   8   9   10  
Klik hier voor meer...
Klik hier voor meer...