Door: Keith
Datum: 26-11-2019 | Cijfer: 9.4 | Gelezen: 12994
Lengte: Lang | Leestijd: 22 minuten | Lezers Online: 1
Lengte: Lang | Leestijd: 22 minuten | Lezers Online: 1
Vervolg op: Mini - 105
Nadat we hadden opgeruimd, zaten we lekker tegen elkaar aan op de bank. Joline met een notitieblokje op schoot. “Zo mevrouw… Hadden wij nog aanvullingen voor ons lijstje met gasten? We hebben nu: de directe familie met aanhang. Of doen we zonder aanhang?” Ze keek me laatdunkend aan. “Volgens mij maakt dat niets uit, slimmerikje.” “Oké, met aanhang dus. Als het toch niks uitmaakt… Dan DT: Theo en Gertie, jouw Backoffice, mijn Piraten. Nog meer lui uit Gorinchem?” Joline dacht na. “Chantal. Die heeft mij ingewerkt als receptioniste en is ook een vriendin geworden. En niet uit Gorinchem, maar wel belangrijk: een paar klas- en studiegenoten van mij. De namen zoek ik straks wel op.
“Oke. Dan mijn achterhoede: mijn groepscommandant uit Bosnië, en mijn groep uit Afghanistan. Allard, van Damen Shipyards… Betty en haar kinderen. Een paar studiegenoten… Gerard en z’n vrouw…” Joline keek me nadenkend aan. “Gerard??” “Het slachtoffer van die misplaatste grap op de TU in Eindhoven. Ik ben getuigde geweest bij hun huwelijk, met die blonde Zweedse dame. Ursulaa heette ze, geloof ik. Maar het is de vraag of zij willen komen; ze wonen nu in Amerika…” “Hé meneer, je vergeet degenen waarmee wij een uurtje geleden hebben lopen zweten in het bos: jouw loopgroep.”
Ik knikte. “Je hebt gelijk.” Joline keek me ondeugend aan. “Wát?” Ik kneep in haar been. “Je hebt gelijk, schat.” Ze knikte. “Dát hoort een meisje graag. Goed zo. Vooral mee doorgaan. De belangrijkste personen hebben we nu. Eens even tellen: 8 man directe familie. Daar komen nog wat ooms en tantes bij natuurlijk. Zo’n 17 man uit Gorinchem, inclusief Damen. Laten we zeggen 10 klas- en studiegenoten van ons allebei. De loopgroep: 10 mensen. Jouw militaire connecties: 14 man. In totaal bijna 60 mensen. En waarschijnlijk komen er nog wel wat bij.”
Ze keek me aan. “Kees… Weet je dat wij samen héél rijk zijn met zo’n vriendenkring?” Ik humde instemmend. “En weet je wat het mooie is? Met de meeste mensen, ook al heb je ze een jaar niet gezien, kun je het gesprek wat je de laatste keer voerde, gewoon weer oppakken alsof het gisteren was. Dát zijn vrienden.” Joline knikte langzaam en keek me aan. “Nooit zo bij stilgestaan dat we zoveel vrienden hebben… Dat is iets om dankbaar voor te zijn.”
Ze legde het lijstje op tafel. “En nu de locatie. Wáár wil jij trouwen, Kees?” Ik dacht even na. “Het maakt mij niet zoveel uit schat. Als jij maar ‘Ja, ik wil’ zegt.” Ze wreef zich tegen me aan. “Daar kun je van overtuigd zijn, wees maar niet bang vriendje van me. Maar het moet wel een mooie locatie zijn. Niet ergens in een betonzee midden in de stad... Wacht eens!”
Haar ogen begonnen te schitteren. “Geef mij die laptop eens aan…” Ze was even aan het ‘knoppenbonken’ en even later zag ik op de laptop een plaatje van een wit landgoed. “Dát wordt het, Kees! ‘Villa Klein Heumen’. Aan de Scheidingsweg in Nijmegen. Een va de officiële trouwlocaties van de gemeente Heumen, waar Malden onder valt.” Ik trok een wenkbrauw op. “Aan de ‘Scheidingsweg’? Da’s geen goed voorteken, dame.” Ik kreeg een stomp. “Flauwerd. Ik heb hier vaak gefietst. En elke keer als ik er langs kwam, vond ik het een heel mooi huis. Een kasteeltje. En nu… wil ik er in trouwen!” Ze keek me hoopvol aan. “Mag dat, Kees?”
Ik zoende haar. “Natuurlijk! Als een freule en haar ridder trouwen, moet dat in een kasteel. We gaan maar eens een afspraak maken met de gemeente Heumen. En met die villa. Morgen maar eens bellen welke vrijdagen in Mei of juni nog vrij zijn.” Ze keek me aan. “Dat wordt aftellen, Kees… Spannend!!!”
Ik grinnikte. “En nu iets nog veel spannenders: wanneer gaan we het in Gorinchem vertellen?” Joline aarzelde geen moment. “Morgen. Dan kunnen onze vrienden zich alvast voorbereiden. Morgen draag ik jouw ketting, liefje.” Ik keek in haar ogen. Zo blauw als de zee op een stralende dag. “Daar ben ik héél blij mee, schat.” We kusten elkaar lang. “Dat is dan de officiële trouwlocatie, schat. Maar waar geven we de receptie en het feest?” Joline’s ogen glommen. “Daar, vriendje van me, heb ik al járen een plannetje voor. Raad eens…”
Ik dacht na. Waar zou zij al jaren een pla… Wácht! “Ik heb ‘m, denk ik.” Ik keek haar aan. “Bij jou thuis?” Ze knikte. “Jij mag nooit meer raden. We huren een aantal partytenten en zetten die in de tuin. En het feest kan in de kelder! Daar hebben we wel grotere feesten gehouden…” Ze lachte gemeen. “En degenen die zich misdragen, schoppen we de trap af, in de onderste kelder.” Ik schudde mijn hoofd. “Geen slim plan. Dan gaat de wijncollectie van je Pa eraan, schat. Maar hoe denken Rob en Tony daar over?”
Ze lachte breed. “Die hebben altijd gezegd dat er ruimte genoeg in voor een goed feest. En dat hebben ze vaak genoeg bewezen. Hun vijf en twintig jarig huwelijk is ook zo gevierd en dat was een enorm succes. Een cateraar ingehuurd, zodat ze zelf niks hoefden te doen, behalve feest vieren… Ik geloof dat er meer dan honderd mensen waren! Oh, Kees, dat wordt een giga-feest!” "Dat klopt, liefje. Want op een grasveld kun je niet dansen..." Ik keek weer in die twee blauwe ogen, maar nu stonden die serieus boos. "Etter die je bent... Ik regel dat er wél gedanst kan worden. Hou daar maar rekening mee. Je hebt exact een half jaar om de meest elementaire vormen van dansen onder de knie te krijgen. En dat ga je doen ook, vergis je niet!"
Ik keek haar aan. “En ná het feest, bruidje van me? Lekker slapen in jouw bedje?” Ze schudde haar hoofd. “Nee. Dat doe ik de nacht vóór de bruiloft. Alleen.”Ze giechelde. “Nou ja, misschien Balou erbij. En jij mag me thuis op komen halen. Lekker traditioneel. Maar goed, je vroeg ná de bruiloft… Ik wil wel een huwelijkreis, schat. Maar niet naar de Malediven of zo. Onze bruidsnacht ergens in een leuk hotel, en daarna… Noorwegen, daar heb ik altijd heengewild. Een prachtig land!”
Ik knikte. “Houd er wel rekening mee dat Noorwegen in Mei nog best koud en guur kan zijn, schat.” Ze haalde haar schouders op. “Ik heb jou toch om me warm te houden? En de camper heeft vloerverwarming…” “Camper?” vroeg ik en ze knikte. “Ja. Ik wil met de camper op huwelijksreis. Niet in hotels, maar onze eigen spulletjes mee. Het beviel me prima met jou, deze vakantie.” “En wat zullen Rob en Tony daarvan vinden? Hebben die geen vakantieplannen?”
Joline schudde haar hoofd. “Zij gaan altijd in het naseizoen. Augustus of September.” Ik schudde mijn hoofd. “Je hebt het allemaal al voor elkaar hé dame? Mag ik ook nog iets inbrengen?” Joline keek me kort aan en kreeg toen de gierende slappe lach. “Kees, jij mag… jij mag… tijdens de… huwelijksnacht iets inbrengen…” Ze rolde bijna van de bank af van het lachen en ik moest wel meedoen. Toen we een beetje uitgelachen waren, keek ze me vragend aan. “Wat vind je ervan, Kees?” Ik trok haar naar me toe. “Ik vind het een sprookjeshuwelijk, schat. Trouwen in een wit kasteel, receptie in de tuin en vervolgens een feest in de kerker… ehhh kelder. Maar we leggen zo wel heel erg beslag op jouw ouders, schat. Hoe staan die in de wedstrijd?” “Wees maar niet bang. We hebben het onderwerp ‘trouwen’ thuis al meerdere keren besproken, ver voordat jij in beeld kwam. Pa en Ma waren daar heel simpel in. ‘Jongens, we hebben de ruimte en het huis ervoor. Maak daar gebruik van als je wilt.’ En dat gold niet alleen voor mij, maar ook voor Rob en Ton. En de camper… is ook geen probleem, dat weet ik zeker.”
Ik was even stil. “Wauw… En dat binnen…” Ik keek op m’n horloge, “een half uur. Er zijn bruidsparen die er langer over doen, schat.” Ze grinnikte. “Ja. En dan zijn er ook nog van die bruidsparen die tijdens de planning de grootst mogelijke ruzie krijgen waardoor er even later niets meer te plannen valt. Maar lieve schat: we moeten nog wat vragen aan onze aanstaande getuigen. Die weten wél dat we gaan trouwen, maar niet welke rol zij daarin mogen spelen… Zullen we hen vanavond eens polsen? Het is nog geen half tien, dus een beschaafde tijd om te bellen.”
Ik knikte. “Eerst Melissa maar eens bellen.” Ik pakte mijn mobieltje en toetste Mel’s nummer in. “Hé broertje! Mis je je danspartner nu al?” Ik moest lachen. “Zus, als ik nu ‘ja’ zeg, wordt hier een tango gestart en ben ik de sigaar. Nee, ik bel voor iets anders.” “Wacht even Kees, ik ben met Rob aan het skypen. Kun je over tien minuten terugbellen?” “Nee zus, want hij heeft er ook mee te maken. Zet je mobiel op de speaker zodat hij mee kan luisteren.” Het was even stil en in de verte hoorde ik: “Hé Kees, zit jij in te breken in een goed gesprek waarin wij tegen elkaar zeggen dat we elkaar zo missen en zo?” “Hoi Rob. Ja, dat doen wij gewoon. Ik moet even iets met m’n zussie regelen. Daarna mag Jo iets met jou regelen.” Het was even stil. “Nou, brand los, man! Ik hou m’n mond wel.” Ik grinnikte. “Dank je wel, maat. Mel, ben je er nog?” “Nee, ik was even plassen, nou goed? Wat heb jij op je lever, broertje van me?” Ik besloot voor de frontale aanval. “Melissa… Zou jij een van mijn getuigen willen zijn op het huwelijk tussen Jo en mij?” Het was even stil en toen klonk héél zachtjes: “Wat lief van je, Kees… Natuurlijk wil ik dat! En wie is de andere? Rob?” “Dank je wel lieverd. En nee, de ander is niet Rob. Je mag éénmaal raden.” Het antwoord kwam meteen. “Claar?” “Je gaat door voor de koelkast, schat. Goed geraden. Ik wil mijn twee lieve zussen als getuige.”
Het was even stil en toen hoorde ik Rob op de achtergrond: “Tééring… Jij hebt wel lef, meneer Jonkman… Twee draken als getuige…” Mel’s stem klonk vinnig. “Klep dicht en niet mee bemoeien, meneer de machinekamerbaas. Kees: ik wil het heel graag. Weet Claar het al?” “Nee. Die ga ik zo meteen bellen. En nee, jij gaat niet proberen me voor te zijn, zussie.” Een giechel klonk. “Shit, je hebt me door. Maar ik ga het doen! En Claar ook, dat weet ik zeker!” “Mooi. Dank je wel, lieverd. En wil je nu die telefoon zo houden dat Rob alles goed verstaat?” “Ehh…Ja hoor. Hoezo?”
Ik gaf de telefoon aan Joline. “Rob?” “Hé zus! Hoe is het met jou?” “Goed hoor. Ik heb aan jou ook een vraag.” Het was even stil. “Ik denk dat ik vermoed wat die vraag zal zijn, zusje van me.” Joline lachte zachtjes. “Jij mag nooit meer raden. Wil jij een van mijn getuigen zijn?” Ook nu was het even stil. “Oef zus, ik krijg het even te kwaad… Ik zit potdomme te janken hier. Natuurlijk wil ik dat!” Joline zei zachtjes: “Dank je wel, lieve broer. En de andere getuige kun je wel raden, denk ik.” Het even stil en toen hoorden we: “Ton?” “Ook jij mag door voor de koelkast, Rob. En nee, hij weet het ook nog niet.” “Verdomme Jolien… Dit is… dit is hartstikke mooi. Ik zit even stuk, sorry.” Ze knipoogde naar mij. “Dat mag. Als je dat maar niet op onze bruiloft doet. Ik heb geen zin in snotterende getuigen die in het gemeentehuis zakdoeken lopen te verslijten.”
Een grinnik klonk. “Kijk jij maar uit zussie. En dank je wel. Ik zal me netjes van mijn burgerplicht kwijten.” “Dat is heel goed van je, grote broer. En nu laten wij jullie alleen. Dan kunnen jullie samen digitaal een potje janken. Doei!” “Groeten!” riep ik nog. Daarna verbrak Joline de verbinding.
“Clara of Ton?” vroeg Joline. “Bel Ton maar eerst. En wie weet, is Clara daar ook.” “Dan moet ik mijn eigen telefoon even pakken…” “Nee hoor. Ton’s mobiele nummer staat ook bij mij in de telefoon.” Ze keek me verrast aan. “Sinds de laatste confrontatie met Holtinge”, verklaarde ik. Joline zocht even en belde toen. Een boel kabaal klonk door de speaker met daartussendoor Ton’s stem. “Eén moment, ik loop even naar buiten…” Een paar seconden stilte en toen: “Hé Kees, goed om jou weer eens te spreken!” “Dan heb ik een teleurstelling voor je, broertje…” zei Joline droog, “je spreekt nu met je zus.”
“Guttegut… Wonen jullie nu al in gemeenschap van mobieltjes samen? Dat is een van de laatste stappen op weg naar een huwelijk, toch?” Joline knipoogde naar me. “Precies. En daar wilde ik het even over hebben, Ton.” Het was stil aan de andere kant. En toen een kort: “Vertel.” Ook Joline koos voor de directe benadering. “Ton, wil jij, als ik met Kees trouw, een van mijn getuigen zijn?” Het was doodstil aan de andere kant. En toen, zachtjes: “Natuurlijk lieve zus. Het is een grote eer dat je mij dat vraagt. Dank je wel…” “Nee, jij dank je wel, Ton. En je bent in goed gezelschap.” Weer een stilte en toen een behoedzaam: “Hoezo?” Joline glimlachte. “Ik heb een paar minuten geleden Rob hetzelfde gevraagd. En ook hij zei ja. Dus nogmaals: je bent in goed gezelschap.”
“Dus wij moeten jou op het rechte huwelijkspad houden, begrijp ik? Nou, bedankt… Hebben we een dagtaak aan.” Ik besloot me er ook mee te bemoeien. “Nee hoor makker, dat doe ik wel. Iets met een ketting en aanrecht en zo.” Joline’s ogen schoten vuur. “Kijk jij even uit, vriendje van me? Je hebt gezien hoe effectief naaldhakken kunnen zijn…” Ton schoot in de lach. “Ik hoor het al, Kees. Je zit al net zo hard onder de duim als Rob en ik vroeger. En nee, ik heb geen medelijden; je hebt er zelf voor gekozen, sukkel!”
Een golf lawaai kwam weer door de telefoon heen. “Waar zit jij overigens, Ton? Ben je aan het stappen met je kerels of…?” “Nee, ik ben vandaag bevorderd en hou een afscheidsfeestje met mijn peloton. Morgen ben ik plaatsvervangend compagniescommandant. Het is nu éérste luitenant Boogers, meneer de sergeant buiten dienst. En ik wens als zodanig behandeld te worden, begrepen?” Ik grijnsde. “Oh, je wilt met alle egards behandeld worden? Prima, hoor kerel. Ik vrat luitenants bij het ontbijt. Maar gefeliciteerd. Die twee sterren zullen je prima staan als je in ceremonieel tenue op onze bruiloft getuige staat te wezen.”
Het was even stil. “Meen je dat, Kees? CT?” Joline knikte hevig en riep: “Ja! Ik wil trots zijn op mijn broertje!” “Ik geloof dat ik zo meteen nog een borrel ga drinken jongens. Dank jullie wel!” Joline trok de telefoon uit mijn handen. “Oh, Ton: de aankomende tien minuten niet je liefje bellen. Kees moet haar nog wat vragen.” Weer was het stil. “Zussie, betekent dit wat ik denk dat het betekent?”
Ik riep: “Ja, makker. Je zus heeft twee broers als getuigen, ik wil twee roodharige draken. Verschil moet er zijn.” Weer was het stil. “Téééring… Jullie komen wel met lekkere verrassingen. Vanaf wanneer kan ik Claar bellen?” Ik grinnikte. “Ik zal haar, als wij haar gevraagd hebben, wel opdracht geven om jou te bellen. Dan kan jij in de tussentijd je nog even laveloos zuipen met je kerels.” “Dat zou dan mijn eerste borrel van vanavond worden, Kees. Tot nu toe giet ik alleen cola naar binnen.”
“Goed zo luitenant. Ik geef je bij deze toestemming om één piepklein borreltje te drinken. Niet meer, want je zou gekke dingen kunnen doen. Jonge officieren moet men ten slotte overal zien, maar nergens horen, zei een goeie collega van me.” “Zeg sergeant, je kunt ook te ver gaan, hoor!” protesteerde hij. “Echt niet. Dan stuur ik je zus op je af. Of je liefje. Geniet van je feestje, Ton. En bedankt, makker.”
Ik gaf de telefoon terug aan Joline. “Zo, zijn de heren militairen klaar met het uitwisselen van rangen en standen? Wát een haantjesgedrag zeg… Wij gaan jouw schatje opbellen, Ton.” Een grinnik klonk. “Doe haar de groeten van me. De zoenen regel ik zelf wel.” Hij hing op en Joline keek me aan en gaf me de telefoon “Jouw beurt, vriendje. Bel die andere draak op.”
Ik tikte het nummer van Clara in en even later klonk: “Met Clara Jonkman, goede avond.” “Hé zusje… Kijk jij niet op je scherm wie er belt?” “Hé Kees! Nee, ik zit druk te studeren. Dan is de telefoon alleen maar hinderlijk.” “Nou, dan zal ik het kort maken. Hou jij die luitenant van je een beetje in de peiling? Die staat vanavond ongegeneerd feest te vieren met zijn kerels.” Het was even stil. “Ja, én? ’t Zijn toch zijn kerels? En volgens mij heeft hij een prima opvolgend pelotonscommandant. Die sergeant houdt hem wel in de gaten. Dat is toch de taak van een goeie sergeant, zijn luitenant in de gaten houden?” Ik moest lachen. “Jij begrijpt het ten minste, zus. Goed zo!”
“Maar Kees, waarom staat Ton laveloos feest te vieren?” “Dat mag je hem zelf vragen, beauty. zo meteen, als wij uitgekletst zijn. Hij verwacht jouw belletje al. Maar eerst wil ik je iets vragen.” Het was even stil en daarna klonk behoedzaam: “Wát wil jij vragen, Kees?” “Ik wil jou vragen om één van mijn getuigen te zijn op ons huwelijk, zus.” Weer een stilte. “En wie is de andere, Kees?” Ik besloot niet om de pot heen te draaien. “Mel.” Ditmaal een langere stilte en ik meende een snik te horen. “Sorry Kees, ik moest even een zakdoek pakken… Wat lief! Natúúrlijk wil ik dat! Zeker samen met Mel! Dan kunnen wij jou legaal in de gaten houden of je wel goed voor Joline zorgt en je op je flikker geven als je dat niet doet!”
“Daarom ben ik het er ook mee eens, Claar!” riep Joline. “Hoi lieverd, goed om te horen dat jij er ook achter staat. En wie zijn jouw getuigen?” Joline gniffelde. “Eén van de twee ga jij zo meteen bellen, dat weet ik zeker. En de andere hebben we ook net gesproken; die hangt ergens op zee uit.” “Potverdorie… Wat móói! Wat leuk! Dank jullie wel dat jullie ons hiervoor vragen. Wat een eer!” “Nou, zus, wij wilden in feite een ambtenaar van burgelijke stand ernstig in verwarring brengen… Als jullie nou allebei een zelfde jurk aantrekken…”
“Je blijft een rotzak,Kees Jonkman!” klonk het vinnig aan de andere kant van de lijn. “Helemaal mee eens, Claar”, zei Joline. ‘Ga jij nou maar snel je vriendje opbellen; hij wacht op je! En schrik niet van de herrie; hij is een feestje aan ’t vieren! En waarom: dat mag je hem zelf vragen. Dank je wel schat!” “Ik zal het met veel genoegen doen, Joline. Samen met ons kun jij Kees wel in toom houden.” “Shit!” liet ik me ontvallen en Claar’s heldere lach klonk door de telefoon. “Te laat, Kees! Doeiii!”
We keken elkaar aan. “Zo. Da’s geregeld, aanstaande mevrouw Jonkman.” Joline kroop tegen me aan. “Oh… dat klinkt veelbelovend meneer Jonkman! Mag ik dan elke avond met u naar bed?” “Dat is part of the deal, mevrouw.” Ze giechelde en haar hand gleed tussen de bank en mijn billen. “En mag me dan elke avond aan uw lekkere kontje vergrijpen?” Ik knikte. “Ja, dat mag. Als u dat maar niet in gezelschap doet, bijvoorbeeld tijdens de bingo in Huize Levensavond. Want dan krijgt u problemen met de directie, wegens aanstootgevend gedrag.” Joline trok een pruillipje. “Wat een saaie lui daar, zeg. Kunnen we ons dan niet beter inschrijven bij Huize Avondrood?” Ik trok haar overeind. “Spelen ze daar ook bingo? Nee? Dan liever Huize Levensavond. En nu mevrouw: mee naar bed. Dan mag u uw ochtendjas uittrekken en kan ik nog even genieten van uw sexy lichaam en dito ondergoed als we warm onder het dekbed tegen elkaar aan kroelen.”
Tien minuten later lagen we inderdaad in bed en niet lang daarna voelde ik mijn oogleden zwaar worden. De training van Linda had er stiekem toch wel ingehakt…
“Oke. Dan mijn achterhoede: mijn groepscommandant uit Bosnië, en mijn groep uit Afghanistan. Allard, van Damen Shipyards… Betty en haar kinderen. Een paar studiegenoten… Gerard en z’n vrouw…” Joline keek me nadenkend aan. “Gerard??” “Het slachtoffer van die misplaatste grap op de TU in Eindhoven. Ik ben getuigde geweest bij hun huwelijk, met die blonde Zweedse dame. Ursulaa heette ze, geloof ik. Maar het is de vraag of zij willen komen; ze wonen nu in Amerika…” “Hé meneer, je vergeet degenen waarmee wij een uurtje geleden hebben lopen zweten in het bos: jouw loopgroep.”
Ik knikte. “Je hebt gelijk.” Joline keek me ondeugend aan. “Wát?” Ik kneep in haar been. “Je hebt gelijk, schat.” Ze knikte. “Dát hoort een meisje graag. Goed zo. Vooral mee doorgaan. De belangrijkste personen hebben we nu. Eens even tellen: 8 man directe familie. Daar komen nog wat ooms en tantes bij natuurlijk. Zo’n 17 man uit Gorinchem, inclusief Damen. Laten we zeggen 10 klas- en studiegenoten van ons allebei. De loopgroep: 10 mensen. Jouw militaire connecties: 14 man. In totaal bijna 60 mensen. En waarschijnlijk komen er nog wel wat bij.”
Ze keek me aan. “Kees… Weet je dat wij samen héél rijk zijn met zo’n vriendenkring?” Ik humde instemmend. “En weet je wat het mooie is? Met de meeste mensen, ook al heb je ze een jaar niet gezien, kun je het gesprek wat je de laatste keer voerde, gewoon weer oppakken alsof het gisteren was. Dát zijn vrienden.” Joline knikte langzaam en keek me aan. “Nooit zo bij stilgestaan dat we zoveel vrienden hebben… Dat is iets om dankbaar voor te zijn.”
Ze legde het lijstje op tafel. “En nu de locatie. Wáár wil jij trouwen, Kees?” Ik dacht even na. “Het maakt mij niet zoveel uit schat. Als jij maar ‘Ja, ik wil’ zegt.” Ze wreef zich tegen me aan. “Daar kun je van overtuigd zijn, wees maar niet bang vriendje van me. Maar het moet wel een mooie locatie zijn. Niet ergens in een betonzee midden in de stad... Wacht eens!”
Haar ogen begonnen te schitteren. “Geef mij die laptop eens aan…” Ze was even aan het ‘knoppenbonken’ en even later zag ik op de laptop een plaatje van een wit landgoed. “Dát wordt het, Kees! ‘Villa Klein Heumen’. Aan de Scheidingsweg in Nijmegen. Een va de officiële trouwlocaties van de gemeente Heumen, waar Malden onder valt.” Ik trok een wenkbrauw op. “Aan de ‘Scheidingsweg’? Da’s geen goed voorteken, dame.” Ik kreeg een stomp. “Flauwerd. Ik heb hier vaak gefietst. En elke keer als ik er langs kwam, vond ik het een heel mooi huis. Een kasteeltje. En nu… wil ik er in trouwen!” Ze keek me hoopvol aan. “Mag dat, Kees?”
Ik zoende haar. “Natuurlijk! Als een freule en haar ridder trouwen, moet dat in een kasteel. We gaan maar eens een afspraak maken met de gemeente Heumen. En met die villa. Morgen maar eens bellen welke vrijdagen in Mei of juni nog vrij zijn.” Ze keek me aan. “Dat wordt aftellen, Kees… Spannend!!!”
Ik grinnikte. “En nu iets nog veel spannenders: wanneer gaan we het in Gorinchem vertellen?” Joline aarzelde geen moment. “Morgen. Dan kunnen onze vrienden zich alvast voorbereiden. Morgen draag ik jouw ketting, liefje.” Ik keek in haar ogen. Zo blauw als de zee op een stralende dag. “Daar ben ik héél blij mee, schat.” We kusten elkaar lang. “Dat is dan de officiële trouwlocatie, schat. Maar waar geven we de receptie en het feest?” Joline’s ogen glommen. “Daar, vriendje van me, heb ik al járen een plannetje voor. Raad eens…”
Ik dacht na. Waar zou zij al jaren een pla… Wácht! “Ik heb ‘m, denk ik.” Ik keek haar aan. “Bij jou thuis?” Ze knikte. “Jij mag nooit meer raden. We huren een aantal partytenten en zetten die in de tuin. En het feest kan in de kelder! Daar hebben we wel grotere feesten gehouden…” Ze lachte gemeen. “En degenen die zich misdragen, schoppen we de trap af, in de onderste kelder.” Ik schudde mijn hoofd. “Geen slim plan. Dan gaat de wijncollectie van je Pa eraan, schat. Maar hoe denken Rob en Tony daar over?”
Ze lachte breed. “Die hebben altijd gezegd dat er ruimte genoeg in voor een goed feest. En dat hebben ze vaak genoeg bewezen. Hun vijf en twintig jarig huwelijk is ook zo gevierd en dat was een enorm succes. Een cateraar ingehuurd, zodat ze zelf niks hoefden te doen, behalve feest vieren… Ik geloof dat er meer dan honderd mensen waren! Oh, Kees, dat wordt een giga-feest!” "Dat klopt, liefje. Want op een grasveld kun je niet dansen..." Ik keek weer in die twee blauwe ogen, maar nu stonden die serieus boos. "Etter die je bent... Ik regel dat er wél gedanst kan worden. Hou daar maar rekening mee. Je hebt exact een half jaar om de meest elementaire vormen van dansen onder de knie te krijgen. En dat ga je doen ook, vergis je niet!"
Ik keek haar aan. “En ná het feest, bruidje van me? Lekker slapen in jouw bedje?” Ze schudde haar hoofd. “Nee. Dat doe ik de nacht vóór de bruiloft. Alleen.”Ze giechelde. “Nou ja, misschien Balou erbij. En jij mag me thuis op komen halen. Lekker traditioneel. Maar goed, je vroeg ná de bruiloft… Ik wil wel een huwelijkreis, schat. Maar niet naar de Malediven of zo. Onze bruidsnacht ergens in een leuk hotel, en daarna… Noorwegen, daar heb ik altijd heengewild. Een prachtig land!”
Ik knikte. “Houd er wel rekening mee dat Noorwegen in Mei nog best koud en guur kan zijn, schat.” Ze haalde haar schouders op. “Ik heb jou toch om me warm te houden? En de camper heeft vloerverwarming…” “Camper?” vroeg ik en ze knikte. “Ja. Ik wil met de camper op huwelijksreis. Niet in hotels, maar onze eigen spulletjes mee. Het beviel me prima met jou, deze vakantie.” “En wat zullen Rob en Tony daarvan vinden? Hebben die geen vakantieplannen?”
Joline schudde haar hoofd. “Zij gaan altijd in het naseizoen. Augustus of September.” Ik schudde mijn hoofd. “Je hebt het allemaal al voor elkaar hé dame? Mag ik ook nog iets inbrengen?” Joline keek me kort aan en kreeg toen de gierende slappe lach. “Kees, jij mag… jij mag… tijdens de… huwelijksnacht iets inbrengen…” Ze rolde bijna van de bank af van het lachen en ik moest wel meedoen. Toen we een beetje uitgelachen waren, keek ze me vragend aan. “Wat vind je ervan, Kees?” Ik trok haar naar me toe. “Ik vind het een sprookjeshuwelijk, schat. Trouwen in een wit kasteel, receptie in de tuin en vervolgens een feest in de kerker… ehhh kelder. Maar we leggen zo wel heel erg beslag op jouw ouders, schat. Hoe staan die in de wedstrijd?” “Wees maar niet bang. We hebben het onderwerp ‘trouwen’ thuis al meerdere keren besproken, ver voordat jij in beeld kwam. Pa en Ma waren daar heel simpel in. ‘Jongens, we hebben de ruimte en het huis ervoor. Maak daar gebruik van als je wilt.’ En dat gold niet alleen voor mij, maar ook voor Rob en Ton. En de camper… is ook geen probleem, dat weet ik zeker.”
Ik was even stil. “Wauw… En dat binnen…” Ik keek op m’n horloge, “een half uur. Er zijn bruidsparen die er langer over doen, schat.” Ze grinnikte. “Ja. En dan zijn er ook nog van die bruidsparen die tijdens de planning de grootst mogelijke ruzie krijgen waardoor er even later niets meer te plannen valt. Maar lieve schat: we moeten nog wat vragen aan onze aanstaande getuigen. Die weten wél dat we gaan trouwen, maar niet welke rol zij daarin mogen spelen… Zullen we hen vanavond eens polsen? Het is nog geen half tien, dus een beschaafde tijd om te bellen.”
Ik knikte. “Eerst Melissa maar eens bellen.” Ik pakte mijn mobieltje en toetste Mel’s nummer in. “Hé broertje! Mis je je danspartner nu al?” Ik moest lachen. “Zus, als ik nu ‘ja’ zeg, wordt hier een tango gestart en ben ik de sigaar. Nee, ik bel voor iets anders.” “Wacht even Kees, ik ben met Rob aan het skypen. Kun je over tien minuten terugbellen?” “Nee zus, want hij heeft er ook mee te maken. Zet je mobiel op de speaker zodat hij mee kan luisteren.” Het was even stil en in de verte hoorde ik: “Hé Kees, zit jij in te breken in een goed gesprek waarin wij tegen elkaar zeggen dat we elkaar zo missen en zo?” “Hoi Rob. Ja, dat doen wij gewoon. Ik moet even iets met m’n zussie regelen. Daarna mag Jo iets met jou regelen.” Het was even stil. “Nou, brand los, man! Ik hou m’n mond wel.” Ik grinnikte. “Dank je wel, maat. Mel, ben je er nog?” “Nee, ik was even plassen, nou goed? Wat heb jij op je lever, broertje van me?” Ik besloot voor de frontale aanval. “Melissa… Zou jij een van mijn getuigen willen zijn op het huwelijk tussen Jo en mij?” Het was even stil en toen klonk héél zachtjes: “Wat lief van je, Kees… Natuurlijk wil ik dat! En wie is de andere? Rob?” “Dank je wel lieverd. En nee, de ander is niet Rob. Je mag éénmaal raden.” Het antwoord kwam meteen. “Claar?” “Je gaat door voor de koelkast, schat. Goed geraden. Ik wil mijn twee lieve zussen als getuige.”
Het was even stil en toen hoorde ik Rob op de achtergrond: “Tééring… Jij hebt wel lef, meneer Jonkman… Twee draken als getuige…” Mel’s stem klonk vinnig. “Klep dicht en niet mee bemoeien, meneer de machinekamerbaas. Kees: ik wil het heel graag. Weet Claar het al?” “Nee. Die ga ik zo meteen bellen. En nee, jij gaat niet proberen me voor te zijn, zussie.” Een giechel klonk. “Shit, je hebt me door. Maar ik ga het doen! En Claar ook, dat weet ik zeker!” “Mooi. Dank je wel, lieverd. En wil je nu die telefoon zo houden dat Rob alles goed verstaat?” “Ehh…Ja hoor. Hoezo?”
Ik gaf de telefoon aan Joline. “Rob?” “Hé zus! Hoe is het met jou?” “Goed hoor. Ik heb aan jou ook een vraag.” Het was even stil. “Ik denk dat ik vermoed wat die vraag zal zijn, zusje van me.” Joline lachte zachtjes. “Jij mag nooit meer raden. Wil jij een van mijn getuigen zijn?” Ook nu was het even stil. “Oef zus, ik krijg het even te kwaad… Ik zit potdomme te janken hier. Natuurlijk wil ik dat!” Joline zei zachtjes: “Dank je wel, lieve broer. En de andere getuige kun je wel raden, denk ik.” Het even stil en toen hoorden we: “Ton?” “Ook jij mag door voor de koelkast, Rob. En nee, hij weet het ook nog niet.” “Verdomme Jolien… Dit is… dit is hartstikke mooi. Ik zit even stuk, sorry.” Ze knipoogde naar mij. “Dat mag. Als je dat maar niet op onze bruiloft doet. Ik heb geen zin in snotterende getuigen die in het gemeentehuis zakdoeken lopen te verslijten.”
Een grinnik klonk. “Kijk jij maar uit zussie. En dank je wel. Ik zal me netjes van mijn burgerplicht kwijten.” “Dat is heel goed van je, grote broer. En nu laten wij jullie alleen. Dan kunnen jullie samen digitaal een potje janken. Doei!” “Groeten!” riep ik nog. Daarna verbrak Joline de verbinding.
“Clara of Ton?” vroeg Joline. “Bel Ton maar eerst. En wie weet, is Clara daar ook.” “Dan moet ik mijn eigen telefoon even pakken…” “Nee hoor. Ton’s mobiele nummer staat ook bij mij in de telefoon.” Ze keek me verrast aan. “Sinds de laatste confrontatie met Holtinge”, verklaarde ik. Joline zocht even en belde toen. Een boel kabaal klonk door de speaker met daartussendoor Ton’s stem. “Eén moment, ik loop even naar buiten…” Een paar seconden stilte en toen: “Hé Kees, goed om jou weer eens te spreken!” “Dan heb ik een teleurstelling voor je, broertje…” zei Joline droog, “je spreekt nu met je zus.”
“Guttegut… Wonen jullie nu al in gemeenschap van mobieltjes samen? Dat is een van de laatste stappen op weg naar een huwelijk, toch?” Joline knipoogde naar me. “Precies. En daar wilde ik het even over hebben, Ton.” Het was stil aan de andere kant. En toen een kort: “Vertel.” Ook Joline koos voor de directe benadering. “Ton, wil jij, als ik met Kees trouw, een van mijn getuigen zijn?” Het was doodstil aan de andere kant. En toen, zachtjes: “Natuurlijk lieve zus. Het is een grote eer dat je mij dat vraagt. Dank je wel…” “Nee, jij dank je wel, Ton. En je bent in goed gezelschap.” Weer een stilte en toen een behoedzaam: “Hoezo?” Joline glimlachte. “Ik heb een paar minuten geleden Rob hetzelfde gevraagd. En ook hij zei ja. Dus nogmaals: je bent in goed gezelschap.”
“Dus wij moeten jou op het rechte huwelijkspad houden, begrijp ik? Nou, bedankt… Hebben we een dagtaak aan.” Ik besloot me er ook mee te bemoeien. “Nee hoor makker, dat doe ik wel. Iets met een ketting en aanrecht en zo.” Joline’s ogen schoten vuur. “Kijk jij even uit, vriendje van me? Je hebt gezien hoe effectief naaldhakken kunnen zijn…” Ton schoot in de lach. “Ik hoor het al, Kees. Je zit al net zo hard onder de duim als Rob en ik vroeger. En nee, ik heb geen medelijden; je hebt er zelf voor gekozen, sukkel!”
Een golf lawaai kwam weer door de telefoon heen. “Waar zit jij overigens, Ton? Ben je aan het stappen met je kerels of…?” “Nee, ik ben vandaag bevorderd en hou een afscheidsfeestje met mijn peloton. Morgen ben ik plaatsvervangend compagniescommandant. Het is nu éérste luitenant Boogers, meneer de sergeant buiten dienst. En ik wens als zodanig behandeld te worden, begrepen?” Ik grijnsde. “Oh, je wilt met alle egards behandeld worden? Prima, hoor kerel. Ik vrat luitenants bij het ontbijt. Maar gefeliciteerd. Die twee sterren zullen je prima staan als je in ceremonieel tenue op onze bruiloft getuige staat te wezen.”
Het was even stil. “Meen je dat, Kees? CT?” Joline knikte hevig en riep: “Ja! Ik wil trots zijn op mijn broertje!” “Ik geloof dat ik zo meteen nog een borrel ga drinken jongens. Dank jullie wel!” Joline trok de telefoon uit mijn handen. “Oh, Ton: de aankomende tien minuten niet je liefje bellen. Kees moet haar nog wat vragen.” Weer was het stil. “Zussie, betekent dit wat ik denk dat het betekent?”
Ik riep: “Ja, makker. Je zus heeft twee broers als getuigen, ik wil twee roodharige draken. Verschil moet er zijn.” Weer was het stil. “Téééring… Jullie komen wel met lekkere verrassingen. Vanaf wanneer kan ik Claar bellen?” Ik grinnikte. “Ik zal haar, als wij haar gevraagd hebben, wel opdracht geven om jou te bellen. Dan kan jij in de tussentijd je nog even laveloos zuipen met je kerels.” “Dat zou dan mijn eerste borrel van vanavond worden, Kees. Tot nu toe giet ik alleen cola naar binnen.”
“Goed zo luitenant. Ik geef je bij deze toestemming om één piepklein borreltje te drinken. Niet meer, want je zou gekke dingen kunnen doen. Jonge officieren moet men ten slotte overal zien, maar nergens horen, zei een goeie collega van me.” “Zeg sergeant, je kunt ook te ver gaan, hoor!” protesteerde hij. “Echt niet. Dan stuur ik je zus op je af. Of je liefje. Geniet van je feestje, Ton. En bedankt, makker.”
Ik gaf de telefoon terug aan Joline. “Zo, zijn de heren militairen klaar met het uitwisselen van rangen en standen? Wát een haantjesgedrag zeg… Wij gaan jouw schatje opbellen, Ton.” Een grinnik klonk. “Doe haar de groeten van me. De zoenen regel ik zelf wel.” Hij hing op en Joline keek me aan en gaf me de telefoon “Jouw beurt, vriendje. Bel die andere draak op.”
Ik tikte het nummer van Clara in en even later klonk: “Met Clara Jonkman, goede avond.” “Hé zusje… Kijk jij niet op je scherm wie er belt?” “Hé Kees! Nee, ik zit druk te studeren. Dan is de telefoon alleen maar hinderlijk.” “Nou, dan zal ik het kort maken. Hou jij die luitenant van je een beetje in de peiling? Die staat vanavond ongegeneerd feest te vieren met zijn kerels.” Het was even stil. “Ja, én? ’t Zijn toch zijn kerels? En volgens mij heeft hij een prima opvolgend pelotonscommandant. Die sergeant houdt hem wel in de gaten. Dat is toch de taak van een goeie sergeant, zijn luitenant in de gaten houden?” Ik moest lachen. “Jij begrijpt het ten minste, zus. Goed zo!”
“Maar Kees, waarom staat Ton laveloos feest te vieren?” “Dat mag je hem zelf vragen, beauty. zo meteen, als wij uitgekletst zijn. Hij verwacht jouw belletje al. Maar eerst wil ik je iets vragen.” Het was even stil en daarna klonk behoedzaam: “Wát wil jij vragen, Kees?” “Ik wil jou vragen om één van mijn getuigen te zijn op ons huwelijk, zus.” Weer een stilte. “En wie is de andere, Kees?” Ik besloot niet om de pot heen te draaien. “Mel.” Ditmaal een langere stilte en ik meende een snik te horen. “Sorry Kees, ik moest even een zakdoek pakken… Wat lief! Natúúrlijk wil ik dat! Zeker samen met Mel! Dan kunnen wij jou legaal in de gaten houden of je wel goed voor Joline zorgt en je op je flikker geven als je dat niet doet!”
“Daarom ben ik het er ook mee eens, Claar!” riep Joline. “Hoi lieverd, goed om te horen dat jij er ook achter staat. En wie zijn jouw getuigen?” Joline gniffelde. “Eén van de twee ga jij zo meteen bellen, dat weet ik zeker. En de andere hebben we ook net gesproken; die hangt ergens op zee uit.” “Potverdorie… Wat móói! Wat leuk! Dank jullie wel dat jullie ons hiervoor vragen. Wat een eer!” “Nou, zus, wij wilden in feite een ambtenaar van burgelijke stand ernstig in verwarring brengen… Als jullie nou allebei een zelfde jurk aantrekken…”
“Je blijft een rotzak,Kees Jonkman!” klonk het vinnig aan de andere kant van de lijn. “Helemaal mee eens, Claar”, zei Joline. ‘Ga jij nou maar snel je vriendje opbellen; hij wacht op je! En schrik niet van de herrie; hij is een feestje aan ’t vieren! En waarom: dat mag je hem zelf vragen. Dank je wel schat!” “Ik zal het met veel genoegen doen, Joline. Samen met ons kun jij Kees wel in toom houden.” “Shit!” liet ik me ontvallen en Claar’s heldere lach klonk door de telefoon. “Te laat, Kees! Doeiii!”
We keken elkaar aan. “Zo. Da’s geregeld, aanstaande mevrouw Jonkman.” Joline kroop tegen me aan. “Oh… dat klinkt veelbelovend meneer Jonkman! Mag ik dan elke avond met u naar bed?” “Dat is part of the deal, mevrouw.” Ze giechelde en haar hand gleed tussen de bank en mijn billen. “En mag me dan elke avond aan uw lekkere kontje vergrijpen?” Ik knikte. “Ja, dat mag. Als u dat maar niet in gezelschap doet, bijvoorbeeld tijdens de bingo in Huize Levensavond. Want dan krijgt u problemen met de directie, wegens aanstootgevend gedrag.” Joline trok een pruillipje. “Wat een saaie lui daar, zeg. Kunnen we ons dan niet beter inschrijven bij Huize Avondrood?” Ik trok haar overeind. “Spelen ze daar ook bingo? Nee? Dan liever Huize Levensavond. En nu mevrouw: mee naar bed. Dan mag u uw ochtendjas uittrekken en kan ik nog even genieten van uw sexy lichaam en dito ondergoed als we warm onder het dekbed tegen elkaar aan kroelen.”
Tien minuten later lagen we inderdaad in bed en niet lang daarna voelde ik mijn oogleden zwaar worden. De training van Linda had er stiekem toch wel ingehakt…
Lees verder: Mini - 107
Er zijn nog geen trefwoorden voor dit verhaal. Welke trefwoorden passen volgens jou bij dit verhaal?
Geef dit verhaal een cijfer:
5
6
7
8
9
10