Door: Zazie
Datum: 05-02-2023 | Cijfer: 9.7 | Gelezen: 7357
Lengte: Lang | Leestijd: 25 minuten | Lezers Online: 1
Trefwoord(en): Duitsland, Groepsex, Maagd, Ontmaagd, Sprookje, Tiener,
Lengte: Lang | Leestijd: 25 minuten | Lezers Online: 1
Trefwoord(en): Duitsland, Groepsex, Maagd, Ontmaagd, Sprookje, Tiener,
Vervolg op: Marieke Van Nijmegen: Sprookje 12.3
Sprookje 13
Terwijl ik fluit volgen de dertien maagdelijke debutantes mij gedwee, in een rij lopen ze achter me aan. Allen zijn ze zeer welopgevoede meisjes uit de adel en de hogere burgerlijke klasse van het welvarende Hanze- stadje Hameln. Omdat ieder van hen in de afgelopen maanden zestien werd maken zij deze zomer hun debuut op de huwelijksmarkt, vanwaar ze na hun entrée tijdens de daarop volgende balavonden, soirées en middag-concerten zullen worden 'geplukt' door deze of gene hooggeplaatste jongeheer.
Ik heb besloten ze weg te lokken uit hun vertrouwde woonplaats, omdat de Burgemeester van Hameln me weigert het geld te betalen waar ik recht op heb. Welaan, daarom neem ik de maagden die Hameln dit jaar voortbrengt als mijn rechtmatige beloning, wie niet horen wil moet maar voelen...
Echter, voor een goed begrip van deze gebeurtenissen kan ik beter vooraan beginnen.
Mijn gave
Mijn naam is Johannes Joachim Paulus Carol von Lichtenau, roepnaam Johann en ik ben geboren in 1260, met als gevolg dat ik nu, anno 1284, verentwintig jaren oud ben. Ik kom uit een familie van verarmde landadel, met een lange traditie in het musiceren en bijna nog voordat ik kon lopen blies ik al mijn eerste nootjes op een fluit. Sindsdien heb ik dat geperfectioneerd en bespeel ik nu de meest uiteenlopende blaasinstrumenten, met nog steeds een voorliefde voor de eenvoudige houten fluit.
Daarnaast ontwikkelde ik dankzij mijn zeer eigenzinnige oom Helmut een bijzondere gave. Oom Helmut is de oudste broer van mijn moeder en hij leeft als een kluizenaar in de bossen vlakbij Lichtenau. Oom Helmut heeft het vermogen ontwikkeld om bij ieder levend wezen tot de kern door te kunnen dringen, om er vervolgens met fluitmuziek mee te communiceren en er indien nodig zijn wil aan op te leggen. Met eindeloos geduld leerde hij mij dat ook en sinds die tijd hoef ik maar enkele weken zo’n groepje dieren gade te slaan, waarna ik weet op welke toonsoorten en wijsjes ze zullen reageren en me desgewenst zullen gehoorzamen.
Ook bij mensen bezit ik deze gave, maar alleen als ze dezelfde leeftijd en hetzelfde geslacht hebben, zoals in dit geval meisjes van zestien jaar. Over het algemeen doe ik er weinig mee, heel soms vermaak ik mensen door hen met een melodie te manipuleren, maar meestal beperk ik mij tot de muziek die in het verband van een orkest wordt uitgevoerd. En zo komt het dat ik de afgelopen drie jaren in een muziekensemble speelde aan het hof van de Hoogedel geboren Graf Ulricht von Paderborn.
Recent heb ik daar afscheid van genomen en ben nu onderweg naar het veel grotere hof van de vorst van Hannover, alwaar ik hoop een betrekking te krijgen in zijn eveneens veel grotere kathedraalorkest. Behalve dat ik was uitgekeken op het musiceren in het wel erg kleine orkest te Paderborn was er ook wel een andere goede reden om te vertrekken. Ik ben namelijk, al zeg ik het zelf, met mijn rijzige slanke gespierde gestalte, blauwe ogen en lange blonde haren bijzonder knap. In ieder geval vonden de meisjes en dames aan het hof van Paderborn dat ook want de afgelopen jaren belandden ze bijna allemaal wel eens in mijn bed, sommigen zelfs aanzienlijk vaker dan éen keer. Inmiddels was daardoor mijn positie aan het hof van Paderborn nogal onhoudbaar geworden, wat dus ook een uitmuntende reden was om te vertrekken.
Ratten vangen
Enkele dagen na aanvang van mijn reis trok ik door een groot heuvelachtig woud toen een gigantisch noodweer losbrak. Binnen de kortste keren was ik nat tot op mijn lichaam en om te voorkomen dat ik een nare slopende kou zou vatten zocht ik naarstig naar een schuilplaats. Dankzij mijn oom Helmut die mij leerde om landschappen te kunnen ‘lezen’ vond ik die gelukkig ook al gauw. Aan het type heuvels te zien moesten er zich daarin grotten bevinden en door het spoor van de hoefjes van enkele schapen te volgen vond ik achter wat dicht struikgewas de ingang van een goed verborgen grot, waar in strenge winters herders blijkbaar nogal eens de nacht doorbrengen. Hij was groot en strekte zich uit tot ver in het binnenste van de heuvel, met in de uiterste punt een poel, gevoed door een daarboven ontspringende bron met fris omlaag klaterend water.
Daar ook was een voorraad brandhout aangelegd en hingen er aan het plafond van de grot wat schapenbouten te drogen, ongetwijfeld bedoeld als noodvoorraad. Verder lagen er vele schapenhuiden, niet allemaal even fris maar wel heel warm en comfortabel.
Dankbaar legde ik een vuur aan, waarbij ik me even zorgen maakte over de rook, maar die bleek via een schacht prima weg te trekken. Ik kleedde mij vervolgens geheel uit, om alles te laten drogen. Ik maakte mijn opgerolde deken die ik gelukkig goed tegen het vocht had beschermd los van mijn ransel, sloeg die om en zo bracht ik gezeten bij het vuur enkele uren door tot al mijn kleding weer droog was. Daarna trok ik verder en toen na slechts een half uur het voor mij onbekende stadje Hameln in zicht kwam besloot ik daar te overnachten. Direct achter de stadspoort bevond zich herberg ‘In het Vrolijke Zwijn’, waar ik een prima kamer toegewezen kreeg.
Nog diezelfde avond bleek dat Hameln een groot probleem had, waar ik ook was en waar ik ook keek kwamen er toen het donker werd ratten tevoorschijn. De waard vertelde me dat het stadsbestuur al van alles had geprobeerd om er vanaf te komen, maar niets hielp, de ratten vermenigvuldigden zich sneller dan de rattenvangers ze konden vangen. Inmiddels was er een beloning uitgeloofd van tien gouden dukaten voor diegene die de stad van haar probleem zou kunnen verlossen.
Natuurlijk dacht ik direct aan mijn gave om met mijn fluit dieren mijn wil op te kunnen leggen en omdat mijn snel slinkende kapitaaltje wel toe was aan een financiële injectie besloot ik de stad mijn diensten aan te bieden. De burgemeester stond mij de volgende dag al een audiëntie toe en spoedig waren we het eens. Dit jaar zouden zich op zesentwintig juni de debutantes uit de adel en gegoede klassen presenteren, met als doel daarna zo spoedig mogelijk een gunstig huwelijk te sluiten. Het zou fijn zijn als voor die tijd de ratten zouden zijn verdwenen, wat betekende dat ik vier weken de tijd had, ruimschoots voldoende om deze opdracht tot een goed einde te brengen
Enkele nachten lang verbleef ik op plekken waar veel ratten actief waren en al snel werd mij uit zowel hun gedrag als via de geluiden die ze maakten duidelijk hoe ik ze mijn wil op zou kunnen leggen. Op zaterdag vijftien juni was het zo ver, via de burgemeester had ik laten aankondigen dat ik die avond om acht uur met alle ratten uit de stad zou vertrekken. Op het centrale marktplein hadden zich niet alleen het voltallige stadsbestuur maar ook alle notabelen en een menigte inwoners verzameld, zonder uitzondering vervuld van ongeloof dat het me zou gaan lukken deze avond de rattenplaag tot een einde te brengen.
Tegen de tijd dat het donker begon te worden nam ik mijn fluit en blies ik de melodie waarvan ik wist dat die de ratten naar me toe zou lokken. En daar kwamen ze, uit alle hoeken en gaten van de stad stroomden ze toe, wat de mensen op het plein overigens wel enkele benauwde momenten bezorgde, omdat ze op een gegeven moment omgeven werden door een zee van de zo verfoeide en om hun voeten wriemelende dieren. Maar zo lang ik maar bleef spelen zou hen niets gebeuren en toen ik de indruk had dat alle dieren wel zo'n beetje gearriveerd waren, trok ik voorop lopend en onafgebroken de door mij speciaal gecomponeerde melodie spelend met ze de stad uit. Ik leidde ze naar een steile hoogte boven de rivier de Weser en daar liet ik ze vervolgens in springen, waarna ze allen verdronken.
Maagden vangen
Terug in de stad bleek de opluchting zeer groot te zijn en was er een waar volksfeest uitgebroken. Het deed me genoegen dat ik deze mensen mocht bevrijden van de rattenplaag en verwachtte grote dankbaarheid, die leek me wel op zijn plaats. Toen ik echter bij de burgemeester mijn beloning ging ophalen haalde die zijn schouders op, hij vond dat ik er dermate weinig werk aan had gehad dat mijn inspanning met vijf gouden dukaten meer dan voldoende was betaald. En wat ik ook probeerde, hij was niet te vermurwen, er kwam geen sou bij.
Ziédend was ik en zon op wraak. Al gauw kwam ik voor mijn revanche uit bij het debutantenbal van de zestienjarige maagdjes, later deze maand op zesentwintig juni. Bij navraag bleek mij dat de meisjes daaraan voorafgaand een aantal keren een voorbereidende bijeenkomst zouden hebben. Dat bood mij de gelegenheid hen van nabij te bestuderen om een geschikte melodie te kunnen ontwikkelen waarmee ik hen zou kunnen weglokken. Want dat zou mijn wraak zijn, ik zou de adel en de gegoede burgerij hun maagden ontnemen. Niet alleen door ze te ontvoeren maar ook door ze allen te defloreren.
Al bijna een maand had ik inmiddels geen dame meer aan mijn herenstaf gehad. Het was dan ook geen wonder dat toen ik de dertien meisjes voor het eerst bijeen zag mijn driften direct opspeelden. Daar zaten ze, dertien schoonheden, in de bloei van hun leven, levenslustig, giechelend en opgewonden converserend over het nu zeer aanstaande belangrijke moment dat ze zouden debuteren. Ik besloot de melodie dusdanig te componeren dat de meisjes niet alleen vrijwillig mee zouden gaan maar ook dat ze zich met graagte door mij zouden laten ontmaagden. Ik zou ze veertien dagen lang vast gaan houden zodat ik éen meisje per nacht voor het eerst aan mijn zwaard zou kunnen steken, pas daarna zou ik hen weer laten vertrekken.
Ik zou de meisjes mee gaan nemen naar de grot waar ik eerder op de dag van mijn aankomst in Hameln schuilde voor de regen, in de wetenschap dat die in de zomer niet gebruikt wordt en die zo afgelegen en moeilijk te vinden is dat niemand ons daar zou gaan zoeken. Ter voorbereiding bracht ik er vooraf de nodige voorraden voedsel en voldoende dekens naar toe.
En zo brak de laatste dag voor het debutantenbal aan, die avond zouden de meisjes voor wat laatste voorbereidingen nog eenmaal bijeen zijn en dat was het moment waarop ik toe sloeg. Daar hun ouders en begeleiders zich in een aangrenzende zaal bevonden en het nodige feestelijke lawaai veroorzaakten, kon ik de meisjes met mijn spel ongezien weglokken. Buiten de stad bracht ik enkele dwaalsporen aan om eventuele nasporingen te bemoeilijken en zo kom ik aan bij het moment waar ik de beschrijving van deze gebeurtenis mee begon.
Maagden nemen
Eenmaal aangekomen in de grot stook ik het vuur hoog op, ondertussen de meisjes de gelegenheid gevend wat aan de situatie te wennen en hun voorlopige verblijfplaats te verkennen.
Ik vertel de meisjes vervolgens wat de komende weken het programma zal zijn. Gezamenlijk zullen zij verantwoordelijk zijn dat we tijdig onze maaltijden genieten en dat de grot op orde blijft.
Vervolgens wijs ik de meisjes waar ik alle voorraden heb opgeslagen, waar de poel is om water te halen en waar ze zich kunnen reinigen, waar zich de vachten en dekens bevinden en ten slotte, heel belangrijk, hoe ze het vuur permanent moeten onderhouden om afkoeling te voorkomen.
Vervolgens vertel ik hen dat ik ondertussen steeds éen van hen tot vrouw zal maken en haar een etmaal lang zal inwijden in alle geheimen van de lichamelijke liefde. Ik zal dit doen tot ik ze allen aan mijn staf heb geregen, waarna ik ze terug naar huis zal leiden.
Met genoegen zie ik hoe hun ogen zich vergroten, hoewel ik eerlijk gezegd betwijfel of deze nog intens onschuldige ‘lammetjes’ überhaupt wel beseffen wat het is om tot vrouw te worden gemaakt. Aber gut, dat zullen ze dus wel gaan merken.
Na een tijdje, als de meisje wat tot rust komen en het inmiddels ook behaaglijk warm is, draag ik hen op zich helemaal uit te kleden. Dankzij de melodie die ik voor hen creëerde gehoorzamen de dertien maagden gedwee en vervolgens ontvouwt zich voor mijn ogen een prachtig schouwspel. Normaal gesproken hebben al deze verwende meisjes namelijk kameniers tot hun beschikking, die hen met alles maar dan ook álles helpen. Over het algemeen hoeven zij alleen maar te gaan staan en worden zij vervolgens omgangen met kleding, sieraden en alles wat er verder in het leven van jonge rijke hooggeplaatste meisjes van belang is.
Nu is het echter aan henzelf om uit hun kleding te geraken. Nadat de meisjes me eerst enigszins hulpeloos hebben aangekeken suggereer ik hen de handen dan maar zelf uit de mouwen te steken en elkaar te helpen. Het is bijzonder opwindend om hun onervaren gestuntel met de lange rijgveters van hun jurken en korsetjes te aanschouwen, edoch, hoewel langzaam en chaotisch werken ze toch met elkaar gestaag toe naar het moment waarop hun prachtige jonge sierlijke lichamen open en bloot voor me zullen staan.
De ene na de andere fraai gevormde jeugdige boezem wordt zichtbaar en uiteindelijk staan ze daar, dertien naakte jongedames, een onzekere maar ook opgewonden glans in de ogen, de tepels stijf op hun prille stevige borsten, verzorgde vachtjes haar hoog tussen hun benen ter afscherming van hun kostbare ‘kleine Katze’, in de taal van het volk hun ‘poesje’.
Stuk voor stuk zijn ze in feite zoals ze daar staan hulpeloze wezens, verwend tot op het bot en met vaak niets anders om handen in hun leven dan bij voortduring te schaven aan hun schoonheid en hun lichamen zo optimaal mogelijk te verzorgen ten gunste van hun toekomstige echtgenoten. En daar ga ik nu dus letterlijk mijn stokje tussen steken.
Aanschouwelijk onderricht
Dus kleed ik mij ook uit en als mijn lichaam, met daarop mijn vanuit mijn lendenen ontspringend liefdeszwaard in volle gereedheid zichtbaar wordt, slaan de meisjes allen verschrikt hun handen voor hun mond. Wat natuurlijk ook wel te begrijpen is, want geen van deze tot vandaag onwetende en onschuldige wezens zag ooit eerder een naakte man, laat staan een naakte man die gereed is voor dé daad. En dan ook nog een man die bijzonder goed bedeeld is tussen zijn benen, dat vind ik niet alleen zelf, dat was ook vrijwel altijd het goedkeurende commentaar van de talloze meisjes en dames die zich al aan mijn ‘Fickspeer’, aan mijn neuklans lieten spiesen.
Welaan, tijd voor actie, als eerste meisje kies ik een tengere schoonheid met lange donkere haren tot op haar billen. Ik zeg haar op haar rug op het bed van vachten en dekens te gaan liggen, dat ik vooraf klaarmaakte bij het vuur. Vervolgens spreid ik teder maar wel kordaat haar benen en kniel ik ertussen. Omdat ik de meisjes wil inwijden in de geheimen van de lichamelijke liefde, voor mijn eigen plezier maar ook vanuit de wraakzuchtige gedachte om hun toekomstige echtgenoten het gras voor de voeten weg te maaien, gebaar ik de twaalf andere meisjes om ons heen te komen staan.
Vervolgens spreid ik met de vingers van mijn beide handen voorzichtig de tere roze lipjes van de vagina van de voor mij liggende ‘debutante der debutanten’ en wijs de verzamelde en nieuwsgierig toekijkende meisjes als eerste haar ‘Genussknöpflein’ aan, dat kleine bultje aan de oorsprong, dat de dames zo’n plezier kan bezorgen mits het goed wordt beroerd. Ik laat de meisjes zien hoe dat moet en meteen schokt het meisje dat dit alles ondergaat tegen mijn duim op.
Daarna laat ik hen zien waar zich de ingang naar hun lichaam bevindt, behoedzaam steek ik mijn rechterwijsvinger een stukje bij het meisje naar binnen, zodat het roze schachtje zichtbaar wordt en leg ik hen uit hoe belangrijk het is dat ze hun liefdestunneltje goed en met zorg onderhouden. Nadat ik ze heb uitgelegd dat het belangrijk is dat het goed nat en vochtig is voordat het wordt betreden door een Speer voeg ik de daad bij het woord en zet ik mijn mond over de vagina, wat bij het meisje een kleine schokreactie oplevert. Gespannen trekt zij haar buikspieren aan waardoor haar borstjes zachtjes op haar lichaam trillen.
Ik lik het meisje keer op keer tot ze haar bekken opstuwt tegen mijn mond. Dat maakt duidelijk dat ze toe is aan mijn binnenkomst, waarna ik weer op mijn knieën overeind kom en het kopje van mijn zwaard behoedzaam bij haar binnenbreng. Het meisje kijkt me wat angstig aan en om haar snel over dit punt heen te helpen stoot ik ineens hard toe waardoor ik in één keer haar innerlijke barrière overwin en mijn, door het recente gebrek aan beschikbare damesschachten gevulde en daardoor zwaar afhangende ballen haar billen aantikken. Het is een dapper meisje, ze slaakte slechts een kort gilletje, in feite maken haar de ons omringende sexe- en leeftijdgenoten meer lawaai. Met gilletjes en een hoop gegiechel en onderling gesmoes kijken ze toe op het schouwspel dat zich voor hen ontwikkelt, allen met rode blosjes en met hun handen voor hun Kätzlein, niet alleen om zich daar in een impuls te beschermen maar meer nog voor de ontdekking en beroering van hun genotsknopje.
Als het meisje aan mijn lans gewend is begin ik haar te ficken, langzaam glijd ik uit haar en steek me dan weer bij haar naar binnen. Als ik dat enkele keren heb gedaan begrijpt het meisje wat de bedoeling is en niet al te lang daarna komen we samen in een prettige cadans van geven en nemen en van halen en brengen. Omdat het heerlijk warm is bij het vuur ontstaat er al spoedig een dun filmpje zweet op het lichaam van het meisje, dat zich inmiddels al ernstig inspant om mij te behagen en haar jeugdige lichaam als een boog die een pijl wenst weg te schieten tegen mij opkrult. Genotzuchtig bewerk ik ondertussen haar stevige meisjesborsten, die nog nooit door een herenhand beroerd werden en nu rood kleuren onder alle aandacht. Haar tepels staan donker en hard op de topjes ervan en keer op keer knijp ik ze, de verleiding is te groot om die bijzondere meisjesspeentjes ongemoeid te laten.
Dat het meisje een natuurtalentje is blijkt wel uit het feit dat haar Höhepunkt zich al spoedig aandient, alles om zich heen vergetend trekt ze keer op keer als ik toestoot mijn Speere hongerig nog dieper in zich, terwijl ze ondertussen steeds meer kreuntjes en gilletjes ten gehore brengt. Het is te lang geleden dat ik mij mocht lozen in het lichaam van een dame, met als gevolg dat het meisje mij nu dusdanig opwindt dat ik dit keer sneller dan ik van mijzelf gewend ben mijn kostbare romige lading in haar spuit. Het meisje reageert daar op door eveneens haar Höhepunkt in te zetten, met als gevolg dat ik mij over haar heen leg om haar tengere heerlijke lichaam volledig onder het mijne te voelen en haar zo mee te voeren naar de top waar zij deze eerste keer al zo gretig naar reikt.
De maagden ontremd
Niet veel later valt het meisje stil onder mij en nadat ik nog enkele keren in haar stootte om mijn laatste druppels in haar schoot te brengen val ik ook stil, genietend van de snel bewegende borstkas van het meisje onder mij, waardoor zij keer op keer met haar nog steeds harde tepels mijn door het liefdesspel gevoelige huid streelt.
De omringende meisjes hebben ademloos staan toekijken en beroeren inmiddels ongegeneerd hun borsttopjes en hun genotsknopjes. Het zal mij werkelijk verbazen als al deze meisjes over veertien dagen niet volledig zijn veranderd in wellustige ‘Sextierchen’.
Die nacht en ook de volgende dag neem ik het donkerharige meisje nog meerdere keren tot mij, in alle denkbare variaties, op mij, onder mij, voor mij op handen en knieën, iedere mogelijke variatie heeft het meisje aan het einde van deze behandeling onder de knie. De daarop volgende avond is het de beurt aan het volgende meisje en wat me in positieve zin ten zeerste opvalt is dat de jongedames inmiddels allen als tweede aan de beurt wensen te komen, wat tot gevolg heeft dat ik een lotingsysteem moet invoeren. Zeker de meisjes die door de loting wat later aan de beurt gaan komen kijken teleurgesteld maar ik stel hen gerust, ik heb meer dan voldoende lust én mannenroom in mij om ook hen te plezieren en het lustvolle rijk van de volwassen vrouw binnen te leiden.
Het is wonderbaarlijk zo snel als deze verwende niets-kunnende hooggeplaatste meisjes zich hebben veranderd in een soepel draaiend vrouwen-huishouden. Op toerbeurt verzorgen zij het vuur, bereiden zij de maaltijden en kuisen zij de grot, met als gevolg dat ik me alleen maar hoef te richten op hun lichamelijke genoegens en het daarbij horende onderricht.
Al na enkele dagen voel ik mij genoodzaakt het programma om te gooien, omdat het onmenselijk blijkt om sommige meisjes zo lang te laten wachten met hun defloratie. Om die reden heb ik op dag drie alle andere elf meisjes eerst achter elkaar ontmaagd en voor het eerst naar hun hoogtepunt gebracht. Het was een zware opgave, omdat ik deze taak wilde volbrengen met een niet verzakende lans. Daarvoor was het nodig mijn meisjes-zalvingen binnen te houden, wat gelukkig doenlijk bleek omdat ik de afgelopen paar dagen er al zo vaak de eerste twee meisjestunneltjes mee heb mogen vullen.
Na die elfvoudige ontmaagdings-dag liet ik iedere volgorde los en mochten vanaf toen de meisjes onderling uitmaken wie er op dat moment het meest aan toe was om door mij gespiesd te worden. Het gevolg van deze nieuwe aanpak was dat ik steeds een intens wellustig meisje aan mijn lans kon rijgen en na nog weer enkele dagen waande ik mij in het aards paradijs, vooral ook omdat de meisjes soms niet op hun beurt konden wachten en zich ook aan elkaar te buiten begonnen te gaan. Steeds als ik me intensief met een van hen bezig hield waren er ook wel enkele andere meisjes die zich in mijn nabijheid aan elkaar vergrepen, hun lichamen over elkaar wreven, bij elkaar hun ‘Kleine Katzen’ likten en zoenden, hun knopjes wederzijds bewerkten en vaak ontaardde dit alles in een heerlijk tafereel van kronkelende meisjes en wellustige zuchtjes.
Na twee weken zijn de meisjes niet meer te herkennen. Ze weten van aanpakken en iedere vorm van zedig hooggeplaatste jongedames-gedrag zeiden zij vaarwel. Met pijn in het hart moet ik hen laten gaan, gezamenlijk aanvaarden we tijdens een donkere nacht de voettocht terug naar Hameln. Het afscheid is innig en nadat ik vanaf een hoogte met eigen ogen heb gezien dat zij veilig de stadspoort bereiken en binnen worden gelaten door de nachtwacht, vervolg ik snel mijn reis. Niet alleen in een poging om wat van de verloren tijd in te halen, maar vooral ook om de zeer waarschijnlijke aankomende gramschap vanuit Hameln te ontlopen…
Dankjewel dat je dit sprookje las!
Liefs, Zazie
Ik heb besloten ze weg te lokken uit hun vertrouwde woonplaats, omdat de Burgemeester van Hameln me weigert het geld te betalen waar ik recht op heb. Welaan, daarom neem ik de maagden die Hameln dit jaar voortbrengt als mijn rechtmatige beloning, wie niet horen wil moet maar voelen...
Echter, voor een goed begrip van deze gebeurtenissen kan ik beter vooraan beginnen.
Mijn gave
Mijn naam is Johannes Joachim Paulus Carol von Lichtenau, roepnaam Johann en ik ben geboren in 1260, met als gevolg dat ik nu, anno 1284, verentwintig jaren oud ben. Ik kom uit een familie van verarmde landadel, met een lange traditie in het musiceren en bijna nog voordat ik kon lopen blies ik al mijn eerste nootjes op een fluit. Sindsdien heb ik dat geperfectioneerd en bespeel ik nu de meest uiteenlopende blaasinstrumenten, met nog steeds een voorliefde voor de eenvoudige houten fluit.
Daarnaast ontwikkelde ik dankzij mijn zeer eigenzinnige oom Helmut een bijzondere gave. Oom Helmut is de oudste broer van mijn moeder en hij leeft als een kluizenaar in de bossen vlakbij Lichtenau. Oom Helmut heeft het vermogen ontwikkeld om bij ieder levend wezen tot de kern door te kunnen dringen, om er vervolgens met fluitmuziek mee te communiceren en er indien nodig zijn wil aan op te leggen. Met eindeloos geduld leerde hij mij dat ook en sinds die tijd hoef ik maar enkele weken zo’n groepje dieren gade te slaan, waarna ik weet op welke toonsoorten en wijsjes ze zullen reageren en me desgewenst zullen gehoorzamen.
Ook bij mensen bezit ik deze gave, maar alleen als ze dezelfde leeftijd en hetzelfde geslacht hebben, zoals in dit geval meisjes van zestien jaar. Over het algemeen doe ik er weinig mee, heel soms vermaak ik mensen door hen met een melodie te manipuleren, maar meestal beperk ik mij tot de muziek die in het verband van een orkest wordt uitgevoerd. En zo komt het dat ik de afgelopen drie jaren in een muziekensemble speelde aan het hof van de Hoogedel geboren Graf Ulricht von Paderborn.
Recent heb ik daar afscheid van genomen en ben nu onderweg naar het veel grotere hof van de vorst van Hannover, alwaar ik hoop een betrekking te krijgen in zijn eveneens veel grotere kathedraalorkest. Behalve dat ik was uitgekeken op het musiceren in het wel erg kleine orkest te Paderborn was er ook wel een andere goede reden om te vertrekken. Ik ben namelijk, al zeg ik het zelf, met mijn rijzige slanke gespierde gestalte, blauwe ogen en lange blonde haren bijzonder knap. In ieder geval vonden de meisjes en dames aan het hof van Paderborn dat ook want de afgelopen jaren belandden ze bijna allemaal wel eens in mijn bed, sommigen zelfs aanzienlijk vaker dan éen keer. Inmiddels was daardoor mijn positie aan het hof van Paderborn nogal onhoudbaar geworden, wat dus ook een uitmuntende reden was om te vertrekken.
Ratten vangen
Enkele dagen na aanvang van mijn reis trok ik door een groot heuvelachtig woud toen een gigantisch noodweer losbrak. Binnen de kortste keren was ik nat tot op mijn lichaam en om te voorkomen dat ik een nare slopende kou zou vatten zocht ik naarstig naar een schuilplaats. Dankzij mijn oom Helmut die mij leerde om landschappen te kunnen ‘lezen’ vond ik die gelukkig ook al gauw. Aan het type heuvels te zien moesten er zich daarin grotten bevinden en door het spoor van de hoefjes van enkele schapen te volgen vond ik achter wat dicht struikgewas de ingang van een goed verborgen grot, waar in strenge winters herders blijkbaar nogal eens de nacht doorbrengen. Hij was groot en strekte zich uit tot ver in het binnenste van de heuvel, met in de uiterste punt een poel, gevoed door een daarboven ontspringende bron met fris omlaag klaterend water.
Daar ook was een voorraad brandhout aangelegd en hingen er aan het plafond van de grot wat schapenbouten te drogen, ongetwijfeld bedoeld als noodvoorraad. Verder lagen er vele schapenhuiden, niet allemaal even fris maar wel heel warm en comfortabel.
Dankbaar legde ik een vuur aan, waarbij ik me even zorgen maakte over de rook, maar die bleek via een schacht prima weg te trekken. Ik kleedde mij vervolgens geheel uit, om alles te laten drogen. Ik maakte mijn opgerolde deken die ik gelukkig goed tegen het vocht had beschermd los van mijn ransel, sloeg die om en zo bracht ik gezeten bij het vuur enkele uren door tot al mijn kleding weer droog was. Daarna trok ik verder en toen na slechts een half uur het voor mij onbekende stadje Hameln in zicht kwam besloot ik daar te overnachten. Direct achter de stadspoort bevond zich herberg ‘In het Vrolijke Zwijn’, waar ik een prima kamer toegewezen kreeg.
Nog diezelfde avond bleek dat Hameln een groot probleem had, waar ik ook was en waar ik ook keek kwamen er toen het donker werd ratten tevoorschijn. De waard vertelde me dat het stadsbestuur al van alles had geprobeerd om er vanaf te komen, maar niets hielp, de ratten vermenigvuldigden zich sneller dan de rattenvangers ze konden vangen. Inmiddels was er een beloning uitgeloofd van tien gouden dukaten voor diegene die de stad van haar probleem zou kunnen verlossen.
Natuurlijk dacht ik direct aan mijn gave om met mijn fluit dieren mijn wil op te kunnen leggen en omdat mijn snel slinkende kapitaaltje wel toe was aan een financiële injectie besloot ik de stad mijn diensten aan te bieden. De burgemeester stond mij de volgende dag al een audiëntie toe en spoedig waren we het eens. Dit jaar zouden zich op zesentwintig juni de debutantes uit de adel en gegoede klassen presenteren, met als doel daarna zo spoedig mogelijk een gunstig huwelijk te sluiten. Het zou fijn zijn als voor die tijd de ratten zouden zijn verdwenen, wat betekende dat ik vier weken de tijd had, ruimschoots voldoende om deze opdracht tot een goed einde te brengen
Enkele nachten lang verbleef ik op plekken waar veel ratten actief waren en al snel werd mij uit zowel hun gedrag als via de geluiden die ze maakten duidelijk hoe ik ze mijn wil op zou kunnen leggen. Op zaterdag vijftien juni was het zo ver, via de burgemeester had ik laten aankondigen dat ik die avond om acht uur met alle ratten uit de stad zou vertrekken. Op het centrale marktplein hadden zich niet alleen het voltallige stadsbestuur maar ook alle notabelen en een menigte inwoners verzameld, zonder uitzondering vervuld van ongeloof dat het me zou gaan lukken deze avond de rattenplaag tot een einde te brengen.
Tegen de tijd dat het donker begon te worden nam ik mijn fluit en blies ik de melodie waarvan ik wist dat die de ratten naar me toe zou lokken. En daar kwamen ze, uit alle hoeken en gaten van de stad stroomden ze toe, wat de mensen op het plein overigens wel enkele benauwde momenten bezorgde, omdat ze op een gegeven moment omgeven werden door een zee van de zo verfoeide en om hun voeten wriemelende dieren. Maar zo lang ik maar bleef spelen zou hen niets gebeuren en toen ik de indruk had dat alle dieren wel zo'n beetje gearriveerd waren, trok ik voorop lopend en onafgebroken de door mij speciaal gecomponeerde melodie spelend met ze de stad uit. Ik leidde ze naar een steile hoogte boven de rivier de Weser en daar liet ik ze vervolgens in springen, waarna ze allen verdronken.
Maagden vangen
Terug in de stad bleek de opluchting zeer groot te zijn en was er een waar volksfeest uitgebroken. Het deed me genoegen dat ik deze mensen mocht bevrijden van de rattenplaag en verwachtte grote dankbaarheid, die leek me wel op zijn plaats. Toen ik echter bij de burgemeester mijn beloning ging ophalen haalde die zijn schouders op, hij vond dat ik er dermate weinig werk aan had gehad dat mijn inspanning met vijf gouden dukaten meer dan voldoende was betaald. En wat ik ook probeerde, hij was niet te vermurwen, er kwam geen sou bij.
Ziédend was ik en zon op wraak. Al gauw kwam ik voor mijn revanche uit bij het debutantenbal van de zestienjarige maagdjes, later deze maand op zesentwintig juni. Bij navraag bleek mij dat de meisjes daaraan voorafgaand een aantal keren een voorbereidende bijeenkomst zouden hebben. Dat bood mij de gelegenheid hen van nabij te bestuderen om een geschikte melodie te kunnen ontwikkelen waarmee ik hen zou kunnen weglokken. Want dat zou mijn wraak zijn, ik zou de adel en de gegoede burgerij hun maagden ontnemen. Niet alleen door ze te ontvoeren maar ook door ze allen te defloreren.
Al bijna een maand had ik inmiddels geen dame meer aan mijn herenstaf gehad. Het was dan ook geen wonder dat toen ik de dertien meisjes voor het eerst bijeen zag mijn driften direct opspeelden. Daar zaten ze, dertien schoonheden, in de bloei van hun leven, levenslustig, giechelend en opgewonden converserend over het nu zeer aanstaande belangrijke moment dat ze zouden debuteren. Ik besloot de melodie dusdanig te componeren dat de meisjes niet alleen vrijwillig mee zouden gaan maar ook dat ze zich met graagte door mij zouden laten ontmaagden. Ik zou ze veertien dagen lang vast gaan houden zodat ik éen meisje per nacht voor het eerst aan mijn zwaard zou kunnen steken, pas daarna zou ik hen weer laten vertrekken.
Ik zou de meisjes mee gaan nemen naar de grot waar ik eerder op de dag van mijn aankomst in Hameln schuilde voor de regen, in de wetenschap dat die in de zomer niet gebruikt wordt en die zo afgelegen en moeilijk te vinden is dat niemand ons daar zou gaan zoeken. Ter voorbereiding bracht ik er vooraf de nodige voorraden voedsel en voldoende dekens naar toe.
En zo brak de laatste dag voor het debutantenbal aan, die avond zouden de meisjes voor wat laatste voorbereidingen nog eenmaal bijeen zijn en dat was het moment waarop ik toe sloeg. Daar hun ouders en begeleiders zich in een aangrenzende zaal bevonden en het nodige feestelijke lawaai veroorzaakten, kon ik de meisjes met mijn spel ongezien weglokken. Buiten de stad bracht ik enkele dwaalsporen aan om eventuele nasporingen te bemoeilijken en zo kom ik aan bij het moment waar ik de beschrijving van deze gebeurtenis mee begon.
Maagden nemen
Eenmaal aangekomen in de grot stook ik het vuur hoog op, ondertussen de meisjes de gelegenheid gevend wat aan de situatie te wennen en hun voorlopige verblijfplaats te verkennen.
Ik vertel de meisjes vervolgens wat de komende weken het programma zal zijn. Gezamenlijk zullen zij verantwoordelijk zijn dat we tijdig onze maaltijden genieten en dat de grot op orde blijft.
Vervolgens wijs ik de meisjes waar ik alle voorraden heb opgeslagen, waar de poel is om water te halen en waar ze zich kunnen reinigen, waar zich de vachten en dekens bevinden en ten slotte, heel belangrijk, hoe ze het vuur permanent moeten onderhouden om afkoeling te voorkomen.
Vervolgens vertel ik hen dat ik ondertussen steeds éen van hen tot vrouw zal maken en haar een etmaal lang zal inwijden in alle geheimen van de lichamelijke liefde. Ik zal dit doen tot ik ze allen aan mijn staf heb geregen, waarna ik ze terug naar huis zal leiden.
Met genoegen zie ik hoe hun ogen zich vergroten, hoewel ik eerlijk gezegd betwijfel of deze nog intens onschuldige ‘lammetjes’ überhaupt wel beseffen wat het is om tot vrouw te worden gemaakt. Aber gut, dat zullen ze dus wel gaan merken.
Na een tijdje, als de meisje wat tot rust komen en het inmiddels ook behaaglijk warm is, draag ik hen op zich helemaal uit te kleden. Dankzij de melodie die ik voor hen creëerde gehoorzamen de dertien maagden gedwee en vervolgens ontvouwt zich voor mijn ogen een prachtig schouwspel. Normaal gesproken hebben al deze verwende meisjes namelijk kameniers tot hun beschikking, die hen met alles maar dan ook álles helpen. Over het algemeen hoeven zij alleen maar te gaan staan en worden zij vervolgens omgangen met kleding, sieraden en alles wat er verder in het leven van jonge rijke hooggeplaatste meisjes van belang is.
Nu is het echter aan henzelf om uit hun kleding te geraken. Nadat de meisjes me eerst enigszins hulpeloos hebben aangekeken suggereer ik hen de handen dan maar zelf uit de mouwen te steken en elkaar te helpen. Het is bijzonder opwindend om hun onervaren gestuntel met de lange rijgveters van hun jurken en korsetjes te aanschouwen, edoch, hoewel langzaam en chaotisch werken ze toch met elkaar gestaag toe naar het moment waarop hun prachtige jonge sierlijke lichamen open en bloot voor me zullen staan.
De ene na de andere fraai gevormde jeugdige boezem wordt zichtbaar en uiteindelijk staan ze daar, dertien naakte jongedames, een onzekere maar ook opgewonden glans in de ogen, de tepels stijf op hun prille stevige borsten, verzorgde vachtjes haar hoog tussen hun benen ter afscherming van hun kostbare ‘kleine Katze’, in de taal van het volk hun ‘poesje’.
Stuk voor stuk zijn ze in feite zoals ze daar staan hulpeloze wezens, verwend tot op het bot en met vaak niets anders om handen in hun leven dan bij voortduring te schaven aan hun schoonheid en hun lichamen zo optimaal mogelijk te verzorgen ten gunste van hun toekomstige echtgenoten. En daar ga ik nu dus letterlijk mijn stokje tussen steken.
Aanschouwelijk onderricht
Dus kleed ik mij ook uit en als mijn lichaam, met daarop mijn vanuit mijn lendenen ontspringend liefdeszwaard in volle gereedheid zichtbaar wordt, slaan de meisjes allen verschrikt hun handen voor hun mond. Wat natuurlijk ook wel te begrijpen is, want geen van deze tot vandaag onwetende en onschuldige wezens zag ooit eerder een naakte man, laat staan een naakte man die gereed is voor dé daad. En dan ook nog een man die bijzonder goed bedeeld is tussen zijn benen, dat vind ik niet alleen zelf, dat was ook vrijwel altijd het goedkeurende commentaar van de talloze meisjes en dames die zich al aan mijn ‘Fickspeer’, aan mijn neuklans lieten spiesen.
Welaan, tijd voor actie, als eerste meisje kies ik een tengere schoonheid met lange donkere haren tot op haar billen. Ik zeg haar op haar rug op het bed van vachten en dekens te gaan liggen, dat ik vooraf klaarmaakte bij het vuur. Vervolgens spreid ik teder maar wel kordaat haar benen en kniel ik ertussen. Omdat ik de meisjes wil inwijden in de geheimen van de lichamelijke liefde, voor mijn eigen plezier maar ook vanuit de wraakzuchtige gedachte om hun toekomstige echtgenoten het gras voor de voeten weg te maaien, gebaar ik de twaalf andere meisjes om ons heen te komen staan.
Vervolgens spreid ik met de vingers van mijn beide handen voorzichtig de tere roze lipjes van de vagina van de voor mij liggende ‘debutante der debutanten’ en wijs de verzamelde en nieuwsgierig toekijkende meisjes als eerste haar ‘Genussknöpflein’ aan, dat kleine bultje aan de oorsprong, dat de dames zo’n plezier kan bezorgen mits het goed wordt beroerd. Ik laat de meisjes zien hoe dat moet en meteen schokt het meisje dat dit alles ondergaat tegen mijn duim op.
Daarna laat ik hen zien waar zich de ingang naar hun lichaam bevindt, behoedzaam steek ik mijn rechterwijsvinger een stukje bij het meisje naar binnen, zodat het roze schachtje zichtbaar wordt en leg ik hen uit hoe belangrijk het is dat ze hun liefdestunneltje goed en met zorg onderhouden. Nadat ik ze heb uitgelegd dat het belangrijk is dat het goed nat en vochtig is voordat het wordt betreden door een Speer voeg ik de daad bij het woord en zet ik mijn mond over de vagina, wat bij het meisje een kleine schokreactie oplevert. Gespannen trekt zij haar buikspieren aan waardoor haar borstjes zachtjes op haar lichaam trillen.
Ik lik het meisje keer op keer tot ze haar bekken opstuwt tegen mijn mond. Dat maakt duidelijk dat ze toe is aan mijn binnenkomst, waarna ik weer op mijn knieën overeind kom en het kopje van mijn zwaard behoedzaam bij haar binnenbreng. Het meisje kijkt me wat angstig aan en om haar snel over dit punt heen te helpen stoot ik ineens hard toe waardoor ik in één keer haar innerlijke barrière overwin en mijn, door het recente gebrek aan beschikbare damesschachten gevulde en daardoor zwaar afhangende ballen haar billen aantikken. Het is een dapper meisje, ze slaakte slechts een kort gilletje, in feite maken haar de ons omringende sexe- en leeftijdgenoten meer lawaai. Met gilletjes en een hoop gegiechel en onderling gesmoes kijken ze toe op het schouwspel dat zich voor hen ontwikkelt, allen met rode blosjes en met hun handen voor hun Kätzlein, niet alleen om zich daar in een impuls te beschermen maar meer nog voor de ontdekking en beroering van hun genotsknopje.
Als het meisje aan mijn lans gewend is begin ik haar te ficken, langzaam glijd ik uit haar en steek me dan weer bij haar naar binnen. Als ik dat enkele keren heb gedaan begrijpt het meisje wat de bedoeling is en niet al te lang daarna komen we samen in een prettige cadans van geven en nemen en van halen en brengen. Omdat het heerlijk warm is bij het vuur ontstaat er al spoedig een dun filmpje zweet op het lichaam van het meisje, dat zich inmiddels al ernstig inspant om mij te behagen en haar jeugdige lichaam als een boog die een pijl wenst weg te schieten tegen mij opkrult. Genotzuchtig bewerk ik ondertussen haar stevige meisjesborsten, die nog nooit door een herenhand beroerd werden en nu rood kleuren onder alle aandacht. Haar tepels staan donker en hard op de topjes ervan en keer op keer knijp ik ze, de verleiding is te groot om die bijzondere meisjesspeentjes ongemoeid te laten.
Dat het meisje een natuurtalentje is blijkt wel uit het feit dat haar Höhepunkt zich al spoedig aandient, alles om zich heen vergetend trekt ze keer op keer als ik toestoot mijn Speere hongerig nog dieper in zich, terwijl ze ondertussen steeds meer kreuntjes en gilletjes ten gehore brengt. Het is te lang geleden dat ik mij mocht lozen in het lichaam van een dame, met als gevolg dat het meisje mij nu dusdanig opwindt dat ik dit keer sneller dan ik van mijzelf gewend ben mijn kostbare romige lading in haar spuit. Het meisje reageert daar op door eveneens haar Höhepunkt in te zetten, met als gevolg dat ik mij over haar heen leg om haar tengere heerlijke lichaam volledig onder het mijne te voelen en haar zo mee te voeren naar de top waar zij deze eerste keer al zo gretig naar reikt.
De maagden ontremd
Niet veel later valt het meisje stil onder mij en nadat ik nog enkele keren in haar stootte om mijn laatste druppels in haar schoot te brengen val ik ook stil, genietend van de snel bewegende borstkas van het meisje onder mij, waardoor zij keer op keer met haar nog steeds harde tepels mijn door het liefdesspel gevoelige huid streelt.
De omringende meisjes hebben ademloos staan toekijken en beroeren inmiddels ongegeneerd hun borsttopjes en hun genotsknopjes. Het zal mij werkelijk verbazen als al deze meisjes over veertien dagen niet volledig zijn veranderd in wellustige ‘Sextierchen’.
Die nacht en ook de volgende dag neem ik het donkerharige meisje nog meerdere keren tot mij, in alle denkbare variaties, op mij, onder mij, voor mij op handen en knieën, iedere mogelijke variatie heeft het meisje aan het einde van deze behandeling onder de knie. De daarop volgende avond is het de beurt aan het volgende meisje en wat me in positieve zin ten zeerste opvalt is dat de jongedames inmiddels allen als tweede aan de beurt wensen te komen, wat tot gevolg heeft dat ik een lotingsysteem moet invoeren. Zeker de meisjes die door de loting wat later aan de beurt gaan komen kijken teleurgesteld maar ik stel hen gerust, ik heb meer dan voldoende lust én mannenroom in mij om ook hen te plezieren en het lustvolle rijk van de volwassen vrouw binnen te leiden.
Het is wonderbaarlijk zo snel als deze verwende niets-kunnende hooggeplaatste meisjes zich hebben veranderd in een soepel draaiend vrouwen-huishouden. Op toerbeurt verzorgen zij het vuur, bereiden zij de maaltijden en kuisen zij de grot, met als gevolg dat ik me alleen maar hoef te richten op hun lichamelijke genoegens en het daarbij horende onderricht.
Al na enkele dagen voel ik mij genoodzaakt het programma om te gooien, omdat het onmenselijk blijkt om sommige meisjes zo lang te laten wachten met hun defloratie. Om die reden heb ik op dag drie alle andere elf meisjes eerst achter elkaar ontmaagd en voor het eerst naar hun hoogtepunt gebracht. Het was een zware opgave, omdat ik deze taak wilde volbrengen met een niet verzakende lans. Daarvoor was het nodig mijn meisjes-zalvingen binnen te houden, wat gelukkig doenlijk bleek omdat ik de afgelopen paar dagen er al zo vaak de eerste twee meisjestunneltjes mee heb mogen vullen.
Na die elfvoudige ontmaagdings-dag liet ik iedere volgorde los en mochten vanaf toen de meisjes onderling uitmaken wie er op dat moment het meest aan toe was om door mij gespiesd te worden. Het gevolg van deze nieuwe aanpak was dat ik steeds een intens wellustig meisje aan mijn lans kon rijgen en na nog weer enkele dagen waande ik mij in het aards paradijs, vooral ook omdat de meisjes soms niet op hun beurt konden wachten en zich ook aan elkaar te buiten begonnen te gaan. Steeds als ik me intensief met een van hen bezig hield waren er ook wel enkele andere meisjes die zich in mijn nabijheid aan elkaar vergrepen, hun lichamen over elkaar wreven, bij elkaar hun ‘Kleine Katzen’ likten en zoenden, hun knopjes wederzijds bewerkten en vaak ontaardde dit alles in een heerlijk tafereel van kronkelende meisjes en wellustige zuchtjes.
Na twee weken zijn de meisjes niet meer te herkennen. Ze weten van aanpakken en iedere vorm van zedig hooggeplaatste jongedames-gedrag zeiden zij vaarwel. Met pijn in het hart moet ik hen laten gaan, gezamenlijk aanvaarden we tijdens een donkere nacht de voettocht terug naar Hameln. Het afscheid is innig en nadat ik vanaf een hoogte met eigen ogen heb gezien dat zij veilig de stadspoort bereiken en binnen worden gelaten door de nachtwacht, vervolg ik snel mijn reis. Niet alleen in een poging om wat van de verloren tijd in te halen, maar vooral ook om de zeer waarschijnlijke aankomende gramschap vanuit Hameln te ontlopen…
Dankjewel dat je dit sprookje las!
Liefs, Zazie
Lees verder: In Het Land Der Zienden: Sprookje 14
Geef dit verhaal een cijfer:
5
6
7
8
9
10