Door: Rainman
Datum: 18-09-2023 | Cijfer: 9.2 | Gelezen: 5665
Lengte: Gemiddeld | Leestijd: 12 minuten | Lezers Online: 1
Trefwoord(en): Italie, Romantiek,
Lengte: Gemiddeld | Leestijd: 12 minuten | Lezers Online: 1
Trefwoord(en): Italie, Romantiek,
Vervolg op: Hoe Ouder, Hoe Gekker? - 9
Bijna 24 uur later, loop ik lusteloos mijn trolley achter me aan sleurend, door de terminal. Op zoek naar gate 8, bestemming Bari, Italië. Normaal zou ik dit tripje samen met Zoë gemaakt hebben. Nu even niet.
De terugweg vanuit België naar huis was een hel. Doodse stilte. Zoë heeft alleen maar uit het raam zitten staren en ik ondernam ook geen pogingen meer om te achterhalen wat ze nog meer heeft uitgespookt of verzwegen.
Thuis aangekomen hebben we de spullen uitgepakt en zijn we ieder ons eigen ding gaan doen. Gepraat hebben we niet meer. Zoë is vertrokken naar een vriendin en ik ben maar weer gaan inpakken voor de Italië trip.
Ook de kinderen hebben door dat er iets aan de hand is. De spanningen in huis zijn hun dus niet ontgaan. Julia vraagt me zelfs wat er aan de hand is en of we grote ruzie hebben. “Groot is misschien wat overdreven”, antwoord ik haar. “We hebben wat onenigheid. Maar dat komt in elk gezin of huwelijk voor. Het komt wel weer goed, we moeten elkaar alleen eventjes met rust laten.”
Bedenkelijk kijkt ze me aan. “Nou, mama was vanmorgen toen jullie net terug waren, toch behoorlijk aan het huilen op jullie slaapkamer.” Ik kijk haar even aan en trek haar dan naar me toe voor een omhelzing. “Het komt wel weer goed, schatje. Maak je maar geen zorgen!”
Dan schiet me echter iets te binnen. “Wat was er trouwens zo belangrijk dat je de hele inbox van mama volspamde met Whatsappjes?” vraag ik Julia vervolgens. Vragend kijkt ze me aan.
“Dat was ik niet. Ik heb mama al 3 dagen geen berichtjes meer gestuurd.”
Verbaasd kijk ik haar weer aan. “Hmm, dan zal het Sam zijn geweest. Ik zal hem dat straks wel even vragen als hij thuis is.”
“Nee hoor, Sam was het ook niet. Die was zijn telefoon vergeten. Die ligt al dagen, leeg, op de eetkamertafel”, zegt ze dan. Ik schiet direct in standje argwaan. Met wie was Zoë dan zo fanatiek aan het chatten? En waarom mocht ik dat niet zien?
De rest van de dag verliep rustig, met dien verstande, dat ondanks de hoge buiten temperaturen, het koud en kil was in huis.
Op het einde van de dag heb ik nog wel contact opgenomen met Mark. Ik heb hem aangegeven dat ik graag even met hem wil praten. Goede vriend als hij is, begon hij natuurlijk direct allerlei vragen te stellen. Later, heb ik gezegd, als ik terug ben van Puglia. Ik moest eerst zaken voor mezelf op een rijtje zetten. Maar dat ik mijn ei kwijt moest, was hem wel duidelijk.
Eindelijk ben ik bij de gate aangekomen. Ik pak een kop koffie en plof neer op een van de bankjes in de buurt van de gate. Rustig kijk ik een beetje om me heen. Verstand op nul. Ik moet nog een dik uur zien te overbruggen. Maar mensen, aapjes, kijken blijft altijd leuk. Aan de drukte te zien, zal het vliegtuig behoorlijk vol zitten.
Toch gaan mijn gedachten weer terug naar het gesprek met Julia, over mama, haar verdriet en de Whatsapp berichten. Ik heb mijn laatste appje, het filmpje, nog niet bekeken. Nog niet!
De filmpjes van Ricardo heb ik uit mijn telefoon verwijdert en ik heb hem ook maar meteen geblokkeerd. Dus die filmpjes zijn weg. Maar goed ook, denk ik.
Opeens beginnen alle mensen om mij heen op te staan, hun spullen te verzamelen en in een rot gang zich te begeven naar de gate. Een blik op de borden leert mij dat het boarden over 10 minuten al zal beginnen. Rustig blijf ik zitten. Ik begrijp dit gedrag nooit zo goed. Iedereen heeft vaste plaatsen in het vliegtuig, dus of je nou als eerste of als laatste instapt. Je hebt altijd dezelfde, vooraf aangewezen, stoel. Het zal wel. Ik ga proberen om mij de komende dagen nergens druk om te maken.
2,5 uur later zetten we de landing alweer in. Ik heb lichtjes kunnen slapen en door het drukverschil van de afdaling word ik langzaam wakker. Ik doe mijn riem weer om en tuur door het raampje naar buiten. Eindelijk staan we stil en de meeste mensen staan al op om hun bagage te pakken. Als de deuren open gaan, stroomt de warme lucht de cabine in. Heerlijk. De zilte zeelucht geeft me het gevoel van thuis komen.
Als de meeste mensen al bijna uit het vliegtuig zijn, sta ik ook op om mijn koffertje te pakken. Ik wens de stewardessen een goede dag en begeef me op weg naar de terminal. Na de gebruikelijke plichtplegingen, loop ik rustig door de aankomst hal. Alles voelt zo vertrouwd.
Ik loop het eerste de beste koffiebarretje binnen en bestel een espresso doppio. Goddelijk. Gewoontedier als ik ben, is dit het eerste wat ik doe als ik in Italië ben. Staand aan de balie, nip ik van mijn koffie en kijk rustig rond. Het is een drukte van belang, veel geluid en heel veel gebaren in de gesprekken zoals alleen Italianen dat kunnen.
10 minuten later ben ik alweer op weg naar de andere kant van de hal. Ik meld me netjes aan de balie van Herz om mijn huurauto op te halen. Terwijl de man de formulieren in orde maakt, check ik even snel mijn telefoon. Geen berichtjes. Niks.
Met de raampjes omlaag, geen airco voor mij, en het volume wat harder, toer ik op mijn gemak door het schitterende Italiaanse landschap. Heel langzaam kom ik tot rust en lijkt mijn lichaam eindelijk wat ontspanning te krijgen. Ik heb nog zo’n 150 km voor de boeg, maar dat is op deze manier geen straf. Op de radio draait een of andere obscure zender het liedje Volare. Waarschijnlijk een ode aan de onlangs overleden zanger van het nummer. Ik zet het volume nog wat harder en brul luidkeels mee.
Een dikke 2 uur later, draai ik een enorm erf op. Ik parkeer mijn auto en stap rustig uit om alles in me op te nemen. Geen kip te zien. Serene rust en het lijkt alsof de tijd hier stil gestaan heeft.
Alles lijkt nog hetzelfde als een paar jaar geleden. Links en recht liggen wat werktuigen, er staat een verdwaalde tractor en iets verder op staan een paar pallets met lege flessen. Klaar om af te vullen met hun heerlijke wijnen. Herinneringen komen naar boven en met weemoed denk ik terug aan al die keren dat ik hier met Zoë stond. Op exact dezelfde plek.
Ik word opgeschrikt door een deur die open gaat. En daar komt ze aangelopen. Patrizia. Mijn god, mijn mond valt open. Letterlijk.
“Luca, Luca!, Finalmente. Come stai?”
Even moet ik schakelen, want het is een tijdje geleden dat ik Italiaans sprak.
“Bene, bene, grazie!” antwoord ik snel. Ik ben zwaar onder de indruk van het prachtige schepsel wat om me komt toegesneld. Als een zoutzak blijf ik staan.
Als ik mijn hand wil uitsteken, pakt ze me vast en geeft me een stevige omhelzing. Ik voel haar stevige borsten tegen mijn borstkas aan drukken. Een beetje onbeholpen, sla ik ook maar mijn armen om haar heen en druk haar nog iets steviger tegen me aan. Na een paar seconden laten we elkaar los. Ze komt dichterbij een geeft me eerst links en daarna rechts twee kussen op de wang. Naar goed Italiaans gebruik. Nog steeds lichtelijk uit het lood geslagen, kan ik haar alleen maar aan staren. Sta ik hier met een domme grijns op mijn kop en mijn bek vol tanden. Dit gebeurt me niet zo vaak.
De laatste keer dat ik haar zag was ze een jonge, zeer knappe vrouw die net het familiebedrijf had overgenomen. Geheel tegen de heersende tradities in. Hoe oud zou ze nu zijn? 31, 32 jaar. Zoiets.
Maar verdomme, wat een vrouw. Voor Italiaanse maatstaven is ze niet klein. Niet zo lang als Zoë, maar ik schat 1,70 mtr. Strak in haar vel. Gitzwart haar, losjes in een paardenstaart gebonden. Heldere, lichtblauwe ogen, mooie volle borsten en een plat, strak buikje. Ze draagt een strak topje, een afgeknipte spijkerbroek en aan het einde van haar slanke, zongebruinde benen bevonden zich 2 van de meest lelijke werkschoenen die ik ooit heb gezien. Maar ze kan het hebben. Ik denk dat zij alles kan hebben.
Ze kijkt me aan en lacht haar witte tanden bloot. Ik kan alleen maar schaapachtig grijnzen.
Ze heeft natuurlijk allang door dat ik alleen maar kan staren. Waarschijnlijk heeft ze dit effect op alle mannen in dit deel van de wereld. Ik weet eigenlijk niet of ze getrouwd is. Waarschijnlijk wel. En misschien heeft ze ook al een paar mini me’s op de wereld gezet. ten minste als ik haar vent was, had ik in ieder geval heel veel pogingen gedaan om te proberen voor nageslacht te zorgen. Ik bedoel, oefening baart kunst.
“Kom,” zegt ze. “Dan laat ik je het appartement zien. Dan kun je, je een beetje opfrissen en kletsen we straks uitgebreid verder. Trouwens Nonna kookt vanavond. Dus zorg maar dat je trek hebt!”
Terwijl ik achter haar aan sjok, valt mijn oog op haar gespierde kuiten. Natuurlijk door het harde werken in de wijngaarden. Onder aan op haar linkerkuit, bevindt zich een kleine tattoo. Ik kan helaas alleen niet zien wat het is.
Bij het appartement aangekomen, maakt ze de kleine deur voor me open en blijft dan half gedraaid op de drempel staan. Met één hand, houd ze deur open en knikt dan naar me ten teken dat ik naar binnen kan. Waar ik verwacht dat ze me voor gaat, blijft ze echter staan en moet ik me met mijn koffer langs haar wurmen om binnen te komen. Opnieuw is er veel fysiek contact en voel ik haar borsten langs mijn arm schuren. Doet ze dat nu bewust? Ik moet zo echt even gaan afkoelen.
Ik zet mijn koffer in het appartement en kijk even rustig rond. Wat een verschil met de vorige keren.
Al het hout en die aftandse schrootjes zijn verwijdert. De muren zijn gestuct en voorzien van een moderner kleurtje en er hangt nu zelfs een airco. Er is een open badkamer met een mooie inloop douche. Ik fluit zachtjes.
“Nice, dit ziet er een stuk beter uit dan de laatste keer dat ik hier was. Mijn complimenten, echt heel mooi!”
“Dank je, de zaken gaan goed. En soms houden we wat geld over om weer te investeren in het bedrijf. En nu ik laat je nu even met rust. Maar Luca, ik ben echt heel, heel blij dat je er weer bent. Alleen jammer dat Zoë niet kon meekomen.” zegt ze dan.
Even kijken we elkaar recht in de ogen aan. Heel lichtjes bijt ze op haar lip, draait zich dan om, sluit de deur en loopt weg.
Godverdomme, denk ik bij mezelf. Wat is dit? Was ze nu met me aan het flirten? En waarom reageer ik zo heftig op haar.
Ik moet nu echt even afkoelen. Ik zet de airco aan en pak dan mijn koffer uit.
Ik spring onder de douche en 5 minuten later, plof ik naakt op mijn bed. Ik pak mijn telefoon en zie dat deze leeg is. Die laad ik straks wel weer op. Ik doe mijn ogen dicht en al snel ben ik diep in slaap.
De terugweg vanuit België naar huis was een hel. Doodse stilte. Zoë heeft alleen maar uit het raam zitten staren en ik ondernam ook geen pogingen meer om te achterhalen wat ze nog meer heeft uitgespookt of verzwegen.
Thuis aangekomen hebben we de spullen uitgepakt en zijn we ieder ons eigen ding gaan doen. Gepraat hebben we niet meer. Zoë is vertrokken naar een vriendin en ik ben maar weer gaan inpakken voor de Italië trip.
Ook de kinderen hebben door dat er iets aan de hand is. De spanningen in huis zijn hun dus niet ontgaan. Julia vraagt me zelfs wat er aan de hand is en of we grote ruzie hebben. “Groot is misschien wat overdreven”, antwoord ik haar. “We hebben wat onenigheid. Maar dat komt in elk gezin of huwelijk voor. Het komt wel weer goed, we moeten elkaar alleen eventjes met rust laten.”
Bedenkelijk kijkt ze me aan. “Nou, mama was vanmorgen toen jullie net terug waren, toch behoorlijk aan het huilen op jullie slaapkamer.” Ik kijk haar even aan en trek haar dan naar me toe voor een omhelzing. “Het komt wel weer goed, schatje. Maak je maar geen zorgen!”
Dan schiet me echter iets te binnen. “Wat was er trouwens zo belangrijk dat je de hele inbox van mama volspamde met Whatsappjes?” vraag ik Julia vervolgens. Vragend kijkt ze me aan.
“Dat was ik niet. Ik heb mama al 3 dagen geen berichtjes meer gestuurd.”
Verbaasd kijk ik haar weer aan. “Hmm, dan zal het Sam zijn geweest. Ik zal hem dat straks wel even vragen als hij thuis is.”
“Nee hoor, Sam was het ook niet. Die was zijn telefoon vergeten. Die ligt al dagen, leeg, op de eetkamertafel”, zegt ze dan. Ik schiet direct in standje argwaan. Met wie was Zoë dan zo fanatiek aan het chatten? En waarom mocht ik dat niet zien?
De rest van de dag verliep rustig, met dien verstande, dat ondanks de hoge buiten temperaturen, het koud en kil was in huis.
Op het einde van de dag heb ik nog wel contact opgenomen met Mark. Ik heb hem aangegeven dat ik graag even met hem wil praten. Goede vriend als hij is, begon hij natuurlijk direct allerlei vragen te stellen. Later, heb ik gezegd, als ik terug ben van Puglia. Ik moest eerst zaken voor mezelf op een rijtje zetten. Maar dat ik mijn ei kwijt moest, was hem wel duidelijk.
Eindelijk ben ik bij de gate aangekomen. Ik pak een kop koffie en plof neer op een van de bankjes in de buurt van de gate. Rustig kijk ik een beetje om me heen. Verstand op nul. Ik moet nog een dik uur zien te overbruggen. Maar mensen, aapjes, kijken blijft altijd leuk. Aan de drukte te zien, zal het vliegtuig behoorlijk vol zitten.
Toch gaan mijn gedachten weer terug naar het gesprek met Julia, over mama, haar verdriet en de Whatsapp berichten. Ik heb mijn laatste appje, het filmpje, nog niet bekeken. Nog niet!
De filmpjes van Ricardo heb ik uit mijn telefoon verwijdert en ik heb hem ook maar meteen geblokkeerd. Dus die filmpjes zijn weg. Maar goed ook, denk ik.
Opeens beginnen alle mensen om mij heen op te staan, hun spullen te verzamelen en in een rot gang zich te begeven naar de gate. Een blik op de borden leert mij dat het boarden over 10 minuten al zal beginnen. Rustig blijf ik zitten. Ik begrijp dit gedrag nooit zo goed. Iedereen heeft vaste plaatsen in het vliegtuig, dus of je nou als eerste of als laatste instapt. Je hebt altijd dezelfde, vooraf aangewezen, stoel. Het zal wel. Ik ga proberen om mij de komende dagen nergens druk om te maken.
2,5 uur later zetten we de landing alweer in. Ik heb lichtjes kunnen slapen en door het drukverschil van de afdaling word ik langzaam wakker. Ik doe mijn riem weer om en tuur door het raampje naar buiten. Eindelijk staan we stil en de meeste mensen staan al op om hun bagage te pakken. Als de deuren open gaan, stroomt de warme lucht de cabine in. Heerlijk. De zilte zeelucht geeft me het gevoel van thuis komen.
Als de meeste mensen al bijna uit het vliegtuig zijn, sta ik ook op om mijn koffertje te pakken. Ik wens de stewardessen een goede dag en begeef me op weg naar de terminal. Na de gebruikelijke plichtplegingen, loop ik rustig door de aankomst hal. Alles voelt zo vertrouwd.
Ik loop het eerste de beste koffiebarretje binnen en bestel een espresso doppio. Goddelijk. Gewoontedier als ik ben, is dit het eerste wat ik doe als ik in Italië ben. Staand aan de balie, nip ik van mijn koffie en kijk rustig rond. Het is een drukte van belang, veel geluid en heel veel gebaren in de gesprekken zoals alleen Italianen dat kunnen.
10 minuten later ben ik alweer op weg naar de andere kant van de hal. Ik meld me netjes aan de balie van Herz om mijn huurauto op te halen. Terwijl de man de formulieren in orde maakt, check ik even snel mijn telefoon. Geen berichtjes. Niks.
Met de raampjes omlaag, geen airco voor mij, en het volume wat harder, toer ik op mijn gemak door het schitterende Italiaanse landschap. Heel langzaam kom ik tot rust en lijkt mijn lichaam eindelijk wat ontspanning te krijgen. Ik heb nog zo’n 150 km voor de boeg, maar dat is op deze manier geen straf. Op de radio draait een of andere obscure zender het liedje Volare. Waarschijnlijk een ode aan de onlangs overleden zanger van het nummer. Ik zet het volume nog wat harder en brul luidkeels mee.
Een dikke 2 uur later, draai ik een enorm erf op. Ik parkeer mijn auto en stap rustig uit om alles in me op te nemen. Geen kip te zien. Serene rust en het lijkt alsof de tijd hier stil gestaan heeft.
Alles lijkt nog hetzelfde als een paar jaar geleden. Links en recht liggen wat werktuigen, er staat een verdwaalde tractor en iets verder op staan een paar pallets met lege flessen. Klaar om af te vullen met hun heerlijke wijnen. Herinneringen komen naar boven en met weemoed denk ik terug aan al die keren dat ik hier met Zoë stond. Op exact dezelfde plek.
Ik word opgeschrikt door een deur die open gaat. En daar komt ze aangelopen. Patrizia. Mijn god, mijn mond valt open. Letterlijk.
“Luca, Luca!, Finalmente. Come stai?”
Even moet ik schakelen, want het is een tijdje geleden dat ik Italiaans sprak.
“Bene, bene, grazie!” antwoord ik snel. Ik ben zwaar onder de indruk van het prachtige schepsel wat om me komt toegesneld. Als een zoutzak blijf ik staan.
Als ik mijn hand wil uitsteken, pakt ze me vast en geeft me een stevige omhelzing. Ik voel haar stevige borsten tegen mijn borstkas aan drukken. Een beetje onbeholpen, sla ik ook maar mijn armen om haar heen en druk haar nog iets steviger tegen me aan. Na een paar seconden laten we elkaar los. Ze komt dichterbij een geeft me eerst links en daarna rechts twee kussen op de wang. Naar goed Italiaans gebruik. Nog steeds lichtelijk uit het lood geslagen, kan ik haar alleen maar aan staren. Sta ik hier met een domme grijns op mijn kop en mijn bek vol tanden. Dit gebeurt me niet zo vaak.
De laatste keer dat ik haar zag was ze een jonge, zeer knappe vrouw die net het familiebedrijf had overgenomen. Geheel tegen de heersende tradities in. Hoe oud zou ze nu zijn? 31, 32 jaar. Zoiets.
Maar verdomme, wat een vrouw. Voor Italiaanse maatstaven is ze niet klein. Niet zo lang als Zoë, maar ik schat 1,70 mtr. Strak in haar vel. Gitzwart haar, losjes in een paardenstaart gebonden. Heldere, lichtblauwe ogen, mooie volle borsten en een plat, strak buikje. Ze draagt een strak topje, een afgeknipte spijkerbroek en aan het einde van haar slanke, zongebruinde benen bevonden zich 2 van de meest lelijke werkschoenen die ik ooit heb gezien. Maar ze kan het hebben. Ik denk dat zij alles kan hebben.
Ze kijkt me aan en lacht haar witte tanden bloot. Ik kan alleen maar schaapachtig grijnzen.
Ze heeft natuurlijk allang door dat ik alleen maar kan staren. Waarschijnlijk heeft ze dit effect op alle mannen in dit deel van de wereld. Ik weet eigenlijk niet of ze getrouwd is. Waarschijnlijk wel. En misschien heeft ze ook al een paar mini me’s op de wereld gezet. ten minste als ik haar vent was, had ik in ieder geval heel veel pogingen gedaan om te proberen voor nageslacht te zorgen. Ik bedoel, oefening baart kunst.
“Kom,” zegt ze. “Dan laat ik je het appartement zien. Dan kun je, je een beetje opfrissen en kletsen we straks uitgebreid verder. Trouwens Nonna kookt vanavond. Dus zorg maar dat je trek hebt!”
Terwijl ik achter haar aan sjok, valt mijn oog op haar gespierde kuiten. Natuurlijk door het harde werken in de wijngaarden. Onder aan op haar linkerkuit, bevindt zich een kleine tattoo. Ik kan helaas alleen niet zien wat het is.
Bij het appartement aangekomen, maakt ze de kleine deur voor me open en blijft dan half gedraaid op de drempel staan. Met één hand, houd ze deur open en knikt dan naar me ten teken dat ik naar binnen kan. Waar ik verwacht dat ze me voor gaat, blijft ze echter staan en moet ik me met mijn koffer langs haar wurmen om binnen te komen. Opnieuw is er veel fysiek contact en voel ik haar borsten langs mijn arm schuren. Doet ze dat nu bewust? Ik moet zo echt even gaan afkoelen.
Ik zet mijn koffer in het appartement en kijk even rustig rond. Wat een verschil met de vorige keren.
Al het hout en die aftandse schrootjes zijn verwijdert. De muren zijn gestuct en voorzien van een moderner kleurtje en er hangt nu zelfs een airco. Er is een open badkamer met een mooie inloop douche. Ik fluit zachtjes.
“Nice, dit ziet er een stuk beter uit dan de laatste keer dat ik hier was. Mijn complimenten, echt heel mooi!”
“Dank je, de zaken gaan goed. En soms houden we wat geld over om weer te investeren in het bedrijf. En nu ik laat je nu even met rust. Maar Luca, ik ben echt heel, heel blij dat je er weer bent. Alleen jammer dat Zoë niet kon meekomen.” zegt ze dan.
Even kijken we elkaar recht in de ogen aan. Heel lichtjes bijt ze op haar lip, draait zich dan om, sluit de deur en loopt weg.
Godverdomme, denk ik bij mezelf. Wat is dit? Was ze nu met me aan het flirten? En waarom reageer ik zo heftig op haar.
Ik moet nu echt even afkoelen. Ik zet de airco aan en pak dan mijn koffer uit.
Ik spring onder de douche en 5 minuten later, plof ik naakt op mijn bed. Ik pak mijn telefoon en zie dat deze leeg is. Die laad ik straks wel weer op. Ik doe mijn ogen dicht en al snel ben ik diep in slaap.
Lees verder: Hoe Ouder, Hoe Gekker! - 11
Geef dit verhaal een cijfer:
5
6
7
8
9
10